Programmabegroting

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Programmabegroting"

Transcriptie

1 Programmabegroting

2 Gemeentebrede Bedrijfsvoeringsondersteuning Kennisveld Geld Colofon Programmabegroting Uitgave gemeente Delft Informatie: Gemeente Delft, GBO Geld, Postbus 78, 2600 ME Delft. Telefoon 14015, website en contact: 2

3 Inleiding Met deze Programmabegroting zet het college van B&W een cruciale stap op weg naar financieel herstel van onze stad. De begroting is vanaf 2017 weer sluitend. In de jaren daarna verwachten wij een structureel positief saldo. Wij zijn verheugd dat hiermee de noodzaak voor de aanvraag van artikel 12 vervalt. Verder herstel houdt onze hoogste prioriteit. In de Kadernota 2015 hebben wij beschreven dat een positief saldo nodig is voor het herstel van het eigen vermogen (weerstandscapaciteit) en de afbouw van de stadsschuld. Alleen zo kunnen wij een gezond financieel fundament leggen onder het perspectief van Delft. Deze begroting biedt het perspectief dat onze stad uit het financiële dal komt. Maar het is nog maar een begin van herstel. Het risicoprofiel van Delft blijft onverminderd hoog en het is onzeker of het herstel van de economie en de woningmarkt zich doorzet. In de afgelopen jaren is een bezuinigingspakket doorgevoerd van in totaal bijna 70 miljoen. Wij voegen daar in deze begroting nog zo n 5 miljoen aan toe. Het positieve saldo dat ontstaat na 2017 is dus nodig om weer vlees op de botten te krijgen, maar ook als buffer om onverwachte tegenvallers te kunnen opvangen. Het positieve saldo dat zich nu aftekent is overwegend het resultaat van een drietal ontwikkelingen. Ten eerste hebben wij opvolging gegeven aan de aanbevelingen uit de begrotingsscan van de provincie Zuid-Holland en het ministerie van BZK. In de financieel-technische sfeer zijn de stelposten, de lopende investeringen en de reserves doorgelicht. Een aantal stelposten en bestemmingsreserves wordt opgeheven en het aantal reservemutaties in de begroting is verminderd. Daarmee voldoet Delft aan de aanbeveling uit de begrotingsscan om het begrotingsbeeld transparanter te maken. Reservemutaties waar geen harde verplichtingen op rusten zijn vrijgevallen ten gunste van het begrotingsbeeld. Het gaat daarbij om een bedrag van 2 tot 3 miljoen per jaar. Ten tweede hebben de externe accountant en de toezichthouder ons geadviseerd om te onderzoeken of Delft zijn bijdrage aan de spoortunnel kan activeren. Dat betekent dat deze bijdrage nu als een waarde op de balans van de gemeente wordt gezet. De Delftse bijdrage van 80 miljoen aan de spoortunnel werd tot nu toe in één keer afgeschreven. In de Kadernota 2015 gingen wij er nog vanuit dat van de gemeentelijke bijdrage aan de spoortunnel, na aftrek van subsidies van derden, 20 miljoen kon worden geactiveerd. Na opvolging van de adviezen blijkt dat de volledige gemeentelijke bijdrage van 80 miljoen kan worden geactiveerd. Het activeren van de gemeentelijke bijdrage aan de spoortunnel is een voordeel voor de begroting en heeft tot gevolg dat het begrotingssaldo in 2015 ten opzichte van het beeld bij de Kadernota 2015 verbetert met 60 miljoen. Het opvoeren van de bijdrage als een waarde heeft ook tot gevolg dat de Algemene reserve wordt aangevuld met hetzelfde bedrag. De Algemene reserve heeft daarmee eind 2015 weer een positief saldo van naar verwachting 40 miljoen. Het herstel van het eigen vermogen is vooral boekhoudkundig. Onze stadsschuld blijft onverminderd hoog. Om die te verminderen zijn andere maatregelen nodig. Ten derde hebben wij een pakket van maatregelen samengesteld om gemeentelijke uitgaven nog verder te beperken en inkomsten te verhogen. Deze maatregelen tellen op tot een bedrag van circa 5 miljoen. Dit aanvullende pakket aan ombuigingen zorgt ervoor dat de begroting vanaf 2017 sluit. Wij vinden het van groot belang dat Delft zich weer kan gaan richten op een toekomst met perspectief. Het college is de provincie en het rijk erkentelijk voor de gezamenlijke inspanning om deze stap te kunnen zetten. We zijn er nog niet. Met deze programmabegroting zetten we een belangrijke volgende stap naar herstel. De helpende handen blijven nodig. In september is de adviesgroep onder leiding van de heer Wim Deetman van start gegaan om volgende 3

4 stappen te kunnen zetten. Daarbij is onze positie in de regio een wezenlijke en we zijn ook de regio erkentelijk voor de steun die we kregen en krijgen. We hebben de verantwoordelijkheid genomen om de regie op de financiën te nemen. Dat was niet mogelijk geweest zonder de enorme inzet die onze organisatie heeft geleverd. College van burgemeester en wethouders van Delft 4

5 Inhoudsopgave Programmabegroting Inleiding... 3 Inhoudsopgave... 5 Leeswijzer... 6 Financiële begroting Financieel meerjarenbeeld Hoofdstukken Inleiding Stad van innovatie Stad van participatie Leefbare stad Stad en bestuur Raad Paragrafen Weerstandsvermogen en risicobeheersing Onderhoud Kapitaalgoederen Regievoering door Delft Financiering Bedrijfsvoering Grondbeleid Lokale heffingen Verzameloverzichten Investeringsprogramma Totaal bezuinigingsprogramma Uitvoeringsinformatie Bijlagen Raming reserves en voorzieningen Afkortingenlijst

6 Leeswijzer De Programmabegroting is de meerjarige uitwerking van de financiën met betrekking tot de te behalen afspraken (doelen en prestaties). Hierbij is de Kadernota 2015 het uitgangspunt. De Programmabegroting is als volgt ingedeeld: 1. Financiële begroting 2016, 2. Financieel meerjarenbeeld , 3. Hoofdstukken, 4. Paragrafen, 5. Verzameloverzichten, 6. Bijlagen. Onderstaand worden deze onderwerpen verder toegelicht. 1. Financiële begroting 2016 In de financiële begroting 2016 wordt een totaaloverzicht gepresenteerd van de financiële positie en de inkomsten en de uitgaven van de gemeente in Daarnaast wordt een overzicht gepresenteerd van de baten, lasten, stortingen en onttrekkingen in het begrotingsjaar en van de investeringen in het investeringsprogramma. conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) worden het saldo van baten en lasten, de mutaties van de reserves en het resultaat na bestemming apart vermeld. Vanaf 2011 worden alleen de stortingen en onttrekkingen van de gesloten circuits verantwoord in het hoofdstuk Leefbare stad. De stortingen en onttrekkingen van de overige reserves worden verantwoord via de algemene dekkingsmiddelen. 2. Financieel meerjarenbeeld In dit hoofdstuk wordt inzicht gegeven in de meerjarenramingen per doelstelling in de begroting en van de investeringsvoornemens die op de investeringsagenda staan. Daarnaast is een overzicht van incidentele baten en lasten opgenomen en is de ontwikkeling van het EMU-saldo toegelicht. 3. Hoofdstukken Net als in het bestuursprogramma wordt in de begroting uitgegaan van drie verbindende opgaven, die voor de hele stad en de regio belangrijk zijn. De gemeente heeft er haar bijdrage in en zoekt samenwerking met partners in de stad en de regio. Deze drie opgaven zijn: mensen aan het werk, zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen en een aantrekkelijk leefklimaat. Deze opgaven zorgen voor samenhang en verbinding. De structuur van de hoofdstukken is als volgt: a) Titel b) De verbindende opgave c) Wat willen we bereiken? (1 e W-vraag) - Schema van de maatschappelijke effecten - Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? d) Wat gaan we ervoor doen? (2 e W-vraag) - Schema met de prestaties - Toelichting: wat gaan we ervoor doen? e) Wat gaat het kosten? (3 e W-vraag) - Toelichtingen Eerste W-vraag: Wat willen we bereiken? De doelenbomen sluiten aan op de ambities uit het Bestuursprogramma Het bestuursprogramma is een uitwerking van het coalitieprogramma Delft verdient het. Drie verbindende opgaven zijn uitgewerkt in gewenste maatschappelijke effecten en te bereiken resultaten (prestaties). Per maatschappelijk effect zijn indicatoren en streefcijfers benoemd. Tweede W-vraag: Wat gaan we ervoor doen? In de tabel Wat gaan we ervoor doen? staat per doelstelling vermeld welke prestaties bijdragen aan het bereiken van de gewenste maatschappelijke effecten uit het Bestuursprogramma Per prestatie zijn indicatoren en gewenste resultaten opgenomen. Bijstelling van de prestaties kan enkel bij een beleidscyclus document. 6

7 In de tabel wordt de voortgang van de per indicator vastgestelde streefcijfers gemonitord. De huidige stand van zaken wordt vermeld (nulmeting) en vervolgens wordt aangeven wat het streven is voor , , en is. We zijn tevreden wanneer de prestaties geleverd zijn aan het einde van de bestuursperiode. Derde W-vraag: Wat mag het kosten? Met ingang van deze programmabegroting is de financiële informatie in de tabellen meer op hoofdlijnen opgenomen. Dit is conform de gemaakte afspraken met de R&A commissie. Toelichting op tabellen: Voor alle tabellen geldt dat de gepresenteerde bedragen vermenigvuldigd moeten worden met 1.000, tenzij anders vermeld (hierdoor kunnen afrondingsverschillen ontstaan). Tabel: Het overzicht van baten en lasten in de begroting o Hier wordt op productniveau inzicht gegeven in de baten, lasten, stortingen en onttrekkingen in het begrotingsjaar per hoofdstuk. o Zowel lasten als baten worden positief weergegeven. Dit geldt ook voor de stortingen in- en de onttrekkingen aan de reserves. o Het resultaat na bestemming geeft het effect weer (positief dan wel negatief) op het saldo van het hoofdstuk. Een toelichting wordt gegeven op de belangrijkste mutaties in de begroting. Tabel: Het overzicht van openstaande bezuinigingen Met een tabel wordt inzicht gegeven in de nog openstaande bezuinigingstaakstelling binnen het hoofdstuk en de doelstelling. Toegelicht wordt wat het effect van de bezuinigingen is op het behalen van de resultaten in de doelstellingen. Tabel: Investeringen in het hoofdstuk o De tabel geeft een overzicht van de projecten die zijn opgenomen in het investeringsplan. Het hoofdstuk is onderverdeeld naar de, door de raad geformuleerde, doelstellingen. o De kolom Beschikbaar geeft het bedrag weer van de investering vermindert met de uitgaven tot en met het boekjaar o De lasten die voortkomen uit investeringen worden gedekt uit een reserve, uit een exploitatiebudget of door middel van het toerekenen van kapitaallasten gedurende de periode dat de investering in gebruik is. o De vervangingsinvesteringen zijn opgenomen in een afzonderlijke tabel. 4. Paragrafen In de paragrafen wordt op een aantal, door het BBV, voorgeschreven onderdelen toelichting gegeven op de beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. De paragrafen gaan over onderwerpen die van invloed zijn op de begroting en de financiële positie en waarbij sprake is van bestuurlijke en financiële risicofactoren. Buiten de voorgeschreven paragrafen kan het college de raad via een afzonderlijke paragraaf informeren over onderwerpen. 5. Verzameloverzichten In de verzameloverzichten worden de mutaties per onderwerp gepresenteerd. De volgende verzameloverzichten worden opgenomen: Investeringsprogramma: investeringsplan, investeringsagenda en vervangingsinvesteringen. Bezuinigingsprogramma Uitvoeringsinformatie 6. Bijlagen Raming reserves en voorzieningen Afkortingenlijst 7

8 Financiële begroting

9 Financiële positie In de Programmabegroting is in de meerjarencijfers vanaf 2017 sprake van een positief saldo. Ook bereikt het eigen vermogen in 2015 een positief saldo. Dat is het gevolg van de activering van de bijdrage aan de spoortunnel. De stadsschuld blijft nog een aantal jaren hoog. Dat geldt ook voor het risicoprofiel van onze stad. Voor het bereiken van een positief begrotingssaldo saldo is gebruik gemaakt van de aanbevelingen uit de begrotingsscan die op verzoek van de gemeente Delft is uitgevoerd door het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland. Met het activeren van de bijdrage aan de spoortunnel is het eigen vermogen weer positief. Mede daardoor vervalt de noodzaak voor een aanvraag van artikel 12. Het herstel van het eigen vermogen is echter boekhoudkundig van aard. In echte euro s is er nog niets veranderd. Daarom blijven wij inzetten op verbetering van onze vermogenspositie en vooral op het terugdringen van de stadsschuld. Het nieuwe pakket aan ombuigingen ( 5 miljoen) is essentieel om vanaf 2017 weer een sluitende begroting te hebben met perspectief op een positief saldo in de jaren daarna. Het voorstel voor de nieuwe bezuinigingsopgave omvat inkomstenverhogingen ( 1,4 miljoen, oplopend tot 1,8 miljoen in 2020) en uitgavenverlagingen ( 1,6 miljoen, oplopend tot 3,2 miljoen in 2020). De inkomstenverhoging bestaat voor het grootste deel uit extra OZB. In de uitgaven gaat het vooral om technische en organisatorische maatregelen. De balans in de verhouding inkomsten en uitgaven hebben wij bewust aangebracht om te vermijden dat we voorzieningen moeten gaan afbreken. De stad moet leefbaar en aantrekkelijk blijven, en er is een vangnet voor personen die niet in regie zijn. In deze Programmabegroting is voor het ombuigingspakket een stelpost opgenomen. Deze stelpost is opgenomen om het openbare debat met en in de raad te faciliteren en wordt op basis van de begrotingsbehandeling door de raad in de begroting verwerkt. Het positieve saldo op de begroting, dat dankzij de verschillende bijsturingsmaatregelen wordt gerealiseerd, gaat naar de Algemene reserve en draagt daarmee bij aan een solide basis voor een vitale en aantrekkelijke stad met gezonde gemeentelijke financiën. De ruimte wordt ingezet voor het creëren van extra weerstandscapaciteit, het versneld reduceren van de stadsschuld en het leggen van een fundament voor het gewenste perspectief van Delft (bijv. versterken kenniseconomie, herstructurering, veiligheid). Financiele positie begrotingssaldo Meerjarenbeeld Programmabegroting Bedragen x 1000, Begrotingssaldo Programmabegroting Effecten Jaarstukken Spoorzone Bestaande bezuinigingen + risicobuffer Reserves, stelposten Loon- en prijsbijstelling (incl. OZB) Investeringsopgave Mutaties bestaand beleid, intensiveringen Gemeentefonds (Algemene dekkingsmiddelen) Begrotingssaldo Nieuwe bezuinigingsopgave Begrotingssaldo na nieuwe bezuinigingsopgave Begrotingssaldo Programmabegroting Uitgangspunt voor de actualisering is het begrotingssaldo van de Programmabegroting dat in alle jaren negatief is. Toegevoegd is het jaar 2019 omdat dit onderdeel is van de meerjarenramingen in de Programmabegroting

10 Effecten Jaarrekening 2014 Naast de voorstellen voor budgetoverheveling en afrekenvoorstellen met reserves uit de Jaarstukken 2014 is rekening gehouden met noodzakelijke uitgaven die zijn doorgeschoven naar 2015 e.v. Deze uitgaven lichten wij toe in de betreffende hoofdstukken van deze begroting. Ook hebben wij de resultaten uit het MPG verwerkt (i.c. een rentenadeel als gevolg van lagere boekwaarden). Spoorzone Het spaarmodel Spoorzone is vanaf 2018 geschrapt (voordeel 7 miljoen). In plaats daarvan is in de Jaarstukken 2014 een verliesvoorziening getroffen. Naar aanleiding van de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland en het advies van de accountant is de bijdrage aan de Spoortunnel geactiveerd. Hierdoor ontstaat een positief resultaat in 2015 (+ 80 miljoen) dat wordt benut voor aanvulling van het eigen vermogen. De activering van de bijdrage leidt tot een kapitaallast van 1 miljoen gedurende 80 jaar. In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing hebben wij dit uitgebreid toegelicht. Voorgesteld wordt de reserve Spoorzone op te heffen naar aanleiding van een aanbeveling uit de scan. Een voorstel hiervoor is onderdeel van de Jaarstukken In het meerjarenbeeld zijn nu kosten voor beheer en de kapitaallasten van de investering in de openbare ruimte opgenomen. De dotatie aan de reserve Spoorzone is vrijgevallen. Voor de areaaluitbreiding in de Spoorzone is een ophoging van de inkomsten uit de OZB geraamd. Bestaande bezuinigingen + risicobuffer De stelpost voor besparingsverliezen is op basis van de aanbevelingen in de scan geschrapt. Hiermee samenhangend is een aantal posten in het bezuinigingsprogramma verlaagd om tot realistische en uitvoerbare taakstellingen te komen. Reserves, stelposten Bij de behandeling van de Kadernota 2015 (d.d. 2 juli 2015) heeft de gemeenteraad de motie herijking bestemmingsreserves aangenomen. Deze motie is uitgevoerd in combinatie met de opvolging van aanbevelingen uit de scan over (de transparantie van) reserves en stelposten. In concreto is het onderling lenen tussen reserves en een aantal toevoegingen aan de weerstandscapaciteit geschrapt. Dit geldt ook voor een aantal stelposten. Voorgesteld wordt het onderscheid tussen de Algemene reserve en de Algemene reserve Gebiedsontwikkeling op te heffen en daarbij om een aantal bestemmingsreserve op te heffen (een voorstel volgt bij de Jaarstukken 2015). Daarnaast hebben wij de bestemmingsreserves doorgelicht. Dit heeft geleid tot vrijval van middelen. Een compleet overzicht van de voorgestelde aanpassingen is opgenomen bij de Algemene dekkingsmiddelen. Daarnaast volgt nog een nadere analyse en toelichting in de nota Investeringen, Reserves en Voorzieningen die dit najaar aan de raad wordt aangeboden. Loon- en prijsbijstelling (incl. OZB) In het begrotingsbeeld is rekening gehouden met aanpassing van lonen en prijzen aan het prijspeil De woonlasten stijgen met de CPI en op basis van voornemens uit de meerjarenraming van de vorige begroting. Voor de OZB is de areaaluitbreiding apart geraamd, hierdoor ontstaat een meeropbrengst. Via een opslag op de OZB tarieven voor niet woningen worden de middelen voor het Ondernemersfonds geïnd. Bij het gesloten circuit Afvalstoffen is sprake van extra kosten als gevolg van hogere kwijtscheldingen. Wij lichten dit alles verder toe in de paragraaf Lokale heffingen. 10

11 Woonlasten gebonden tarieven bedragen * 1.000,- Begroting Nominale Mutaties Totale % Raming 2015 ontwikkeling stijging 2016 Woonlastengebonden tarieven: OZB* ,2% ,5% ,6% Afvalstoffenheffing** ,2% 250 2,1% 400 3,3% Rioolrechten** ,2% 225 2,2% 350 3,4% Reinigingsrecht ,2% - 0,0% 5 1,2% ,2% ,3% ,5% Bijdrage ondernemingsfonds*** ,2% -45 5,1% -56 6,3% -940 * inclusief heffing Ondernemingsfonds, compensatie voor bezuinigingen in gesloten circuit en Riolering, areaal ** exclusief kwijtschelding *** 8,22% van de OZB niet- woningen Investeringsopgave Naar aanleiding van de scan en de motie Herijking bestemmingsreserves is het bestaande investeringsprogramma versoberd en is ruimte gemaakt voor aanpassing van de afschrijvingssystematiek. Om de stad te kunnen blijven ontwikkelen is ruimte opgenomen voor noodzakelijke nieuwe investeringen. In de financiële begroting (investeringsplan) en het Financieel meerjarenbeeld (investeringsagenda) is een toelichting opgenomen. Mutaties bestaand beleid, intensiveringen In de begroting is een beperkt aantal voorstellen voor mee- en tegenvallers en intensiveringen opgenomen. Tegenvallers zijn veelal exogeen, onontkoombaar en onafwendbaar waarvoor ondanks het stringent naleven van de spelregels budgetdiscipline geen compensatie is gevonden. Bij de doelstellingen worden de voorstellen nader toegelicht. Gemeentefonds (Algemene dekkingsmiddelen) Op basis van de mei-circulaire is een actualisering opgenomen van de uitkering uit het Gemeentefonds. Rekening is gehouden met de effecten van het groot onderhoud van het Gemeentefonds (2 e ronde). Voor het Sociaal domein is sprake van verlagingen die worden opgevangen binnen het budgettaire kader. Financiële positie - Algemene reserve (weerstandsvermogen) De Algemene reserve kende na het opmaken van de Jaarstukken 2014 een negatieve stand van 35 miljoen als gevolg van de verliesvoorziening voor de Spoorzone. Door het activeren van de bijdrage aan de spoortunnel verbetert het saldo naar een positieve stand van bijna 40 miljoen. Hier staat een risicoprofiel van 29 miljoen tegenover. De verhouding tussen de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit is daarmee positief. Toch is versterking van de weerstandscapaciteit benodigd omdat het herstel van het eigen vermogen vooral boekhoudkundig is, in echte euro s verandert er niets. Financiële positie - Stadsschuld De stadsschuld bedraagt in miljoen en blijft stijgen t/m Daarna neemt de schuld bij ongewijzigd beleid af. De omvang en betekenis van de schuldpositie wordt in kaart gebracht met een aantal kengetallen (zie paragraaf Weerstandsvermogen en risicomanagement). Volgens landelijk afgesproken normen is de netto schuldquote voor Delft met 124% hoog. Voor het versneld afbouwen van de schuldpositie kan het positief saldo vanaf 2018 worden ingezet. 11

12 Nieuwe bezuinigingsopgave 2016 Er is een stelpost opgenomen voor de bezuinigingsopgave. Deze stelpost is opgenomen om het openbare debat met en in de raad te faciliteren en wordt op basis van de begrotingsbehandeling door de raad in de begroting verwerkt. Het college stelt het volgende pakket ombuigingsmaatregelen voor om te komen tot duurzaam financieel herstel. Nieuwe bezuinigingsopgave Bedragen * 1.000, Inkomstenverhoging OZB verhoging Hondenbelasting invoeren Precario opbrengsten subtotaal inkomstenverhoging Uitgavenbeperking Huisvestingslasten De VAK BUIG budgetten ISV Ontwikkeling Sociaal domein Spoorzone publieke taken Beheer Vastgoed, verlaging onderhoudsniveau subtotaal uitgavenbeperking Totaal nieuwe bezuinigingsopgave Met de nieuwe bezuinigingsopgave is nog geen rekening gehouden in de tabellen en de toelichtingen in de (beleids-)hoofdstukken. Toelichting algemeen Dit pakket maatregelen bestaat uit twee componenten: 1,4 miljoen inkomstenverhoging in 2016 en 1,6 miljoen uitgavenbeperking. De inkomstenverhoging loopt op naar 1,8 miljoen in 2020 en de uitgavenbeperking tot 3,2 miljoen in Deze balans in de verhouding inkomsten en uitgaven is bewust aangebracht en willen we behouden om te vermijden dat we voorzieningen moeten gaan afbreken; die grens willen we niet over. De inkomstenverhoging bestaat voor het grootste deel uit verhoging van de OZB. De provincie Zuid- Holland en het ministerie van BZK hebben geadviseerd de OZB te verhogen tot 150% van het landelijk gemiddelde. Momenteel zitten we net boven 120% en met deze nieuwe maatregel komen we op 127% in De maatregelen met betrekking tot de uitgaven betreffen vooral technische en organisatorische maatregelen. Toelichting op de maatregelen OZB verhoging De OZB tarieven stijgen met gemiddeld 9,1%; zonder deze extra maatregel zou dat 5% zijn. Het tarief voor de OZB stijgt naar 127% van het landelijk gemiddelde (in de begrotingsscan is de aanbeveling opgenomen om het tarief te laten stijgen naar 150% van het landelijk gemiddelde). Gemiddelde stijging per huishouden in euro s is circa 40. Zonder de taakstelling stijgen de opbrengsten uit de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing, riool- en reinigingsrecht) met 4,5% stijgen, dat wordt nu 6,6%. Nadat rekening is gehouden met de taakstelling ziet het woonlastenmandje er als volgt uit. 12

13 Opbrengsten woonlasten bedragen * 1.000,- Begroting Nominale Mutaties Totale % Raming 2015 ontwikkeling stijging 2016 Opbrengsten woonlasten OZB* ,2% ,6% ,8% Afvalstoffenheffing** ,2% 250 2,1% 400 3,3% Rioolrechten** ,2% 225 2,2% 350 3,4% Reinigingsrecht ,2% - 0,0% 5 1,2% ,2% ,4% ,6% Bijdrage ondernemingsfonds*** ,2% ,1% ,3% * inclusief heffing ondernemingsfonds, compensatie voor bezuinigingen in gesloten circuits Afvalstoffen en Riolering ** exclusief kwijtschelding *** 8,22% van de OZB niet- woningen De OZB verhoging is een tijdelijke maatregel. Als Delft financieel weer gezond is (d.w.z. een sluitende begroting, voldoende weerstandscapaciteit en een acceptabele stadsschuld), wordt teruggegaan naar het lastenniveau van 2014 (omstreeks 113% van het landelijk gemiddelde). Naar verwachting is dit binnen 10 jaar. Hondenbelasting invoeren De hondenbelasting wordt heringevoerd. Het betreft de netto opbrengst na aftrek van de kosten. Precario opbrengsten De huidige begroting is enkele jaren niet bijgesteld. Daarnaast maakt het nieuwe terrassenbeleid meer vierkante meters terras mogelijk, waarvan door ondernemers gebruik gemaakt wordt en waardoor meer opbrengsten ontstaan. Huisvestingslasten De VAK In de onderzoeken naar de toekomst van De VAK zijn 2 hoofdscenario s met betrekking tot de huisvesting. Scenario1 gaat uit van het vertrek van De VAK uit het huidige pand en verkoop ervan. Op dat moment valt een bedrag aan huisvestingskosten vrij waar in de bezuinigingen nog geen rekening mee is gehouden. Het alternatief scenario gaat uit van verhuur aan een koepel van docenten die op termijn een huur van enkele tonnen moet opleveren (excl. huidige verhuur aan de horeca). BUIG budgetten Rekening houdend met het feit dat we het nu enkele jaren beter doen dan landelijk, nemen we in de begroting een overschot op het BUIG- budget op. Een deel hiervan moeten we inzetten als intensivering voor o.a. handhaving, re-integratie en ontwikkeling om het overschot ook daadwerkelijk structureel te kunnen blijven behouden. ISV Dit is een technische correctie. Met de meerjarenraming stimuleringsfonds Stedelijke Vernieuwing (raad 18 dec. 2014), is een stedelijk vernieuwingsfonds afgesproken voor revolverende leningen. In de begroting is geen rekening gehouden met het onderscheid tussen leningen en subsidies en zijn de bedragen voor de revolverende leningen als lasten begroot, conform de systematiek van subsidies. Omdat het om leningen gaat, die op den duur terugbetaald worden, dient deze last in de begroting gecorrigeerd te worden en komt deze ruimte opnieuw ter beschikking. De jaarlijkse voorbereidingskosten incl. monitoring en verantwoording en incidentele (her)inrichtingskosten ( acupuncturele aanpak ) blijven tot en met 2018 behouden. Vanaf 2019 vervallen deze budgetten (ca ) en gaan over in een reservering voor risico s. Ontwikkeling Sociaal domein Voorop staat dat er niemand tussen wal en schip valt. Het gaat hier om het realiseren van de 13

14 efficiëntere organisatie. Innovatievere werkwijzen, procesverbeteringen, ontschotte financiering, efficiency winst en de effecten van een doelmatig en efficiënt functionerende Toegang zullen leiden tot een reductie van de organisatiekosten in het sociaal domein in brede zin. Spoorzone publieke taken In verband met afronding van de realisatie van het reeds aanbesteedde INFRA-deel van het Spoorzoneproject (twee tunnelbuizen, nieuwe inrichting openbare ruimte, de Spoorsingelgarage (PSS), de fietsenstalling en OV-plein) wordt een bezuiniging op het budget van de gemeentelijke taken mogelijk. De taken die afgebouwd kunnen worden omvatten: publiekrechtelijke taken (vergunningverlening INFRA-deel project, toezicht en handhaving, advieskosten tijdelijke situaties, incidentele aanpassingen tijdelijke situaties i.v.m. parkeerdruk), intern- en extern advies (ten behoeve van bijvoorbeeld PSS, fietsenstallingen, challenges, second opinions), projectmanagement en ondersteuning. Beheer vastgoed, verlaging onderhoudsniveau Ten aanzien van het onderhoud zullen aanpassingen worden doorgevoerd op het meerjaren onderhoudsplan, waarbij het onderhoudsniveau van de gebouwen beperkt zal worden tot het voorkomen van onveilige situaties. Verder zal het Vastgoedbedrijf zich nog meer gaan richten op het afstoten van panden. 14

15 Financieel beeld 2016 Inkomsten en uitgaven in 2016 De inkomsten van de gemeente Delft kunnen worden ingedeeld in 2 belangrijke categorien: inkomsten van het rijk en de eigen inkomsten. De uitgaven zijn gebaseerd op de geraamde lasten van de hoofdstukken zoals geformuleerd in het Bestuursprogramma Net als in het Bestuursprogramma wordt in de begroting uitgegaan van de drie verbindende opgaven, die voor de hele stad en de regio belangrijk zijn: o mensen aan het werk, o zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen en o een aantrekkelijk leefklimaat. De gemeente heeft er haar bijdrage in en zoekt samenwerking met partners in de stad en de regio. De doelstellingen in de begroting zijn verdeeld over vier hoofdstukken, daarbij is gekozen voor inhoudelijke én financiële samenhang. Naast de vier hoofdstukken (Stad van innovatie, Participatie samenleving, Leefbare stad en Stad en bestuur) is budget gereserveerd voor de gemeenteraad en de Algemene dekkingsmiddelen. Gemeente Delft Begroting 2016 bedragen * 1.000,- Infographic Inkomsten van het rijk Algemene uitkering Overige inkomsten specifieke programma's Eigen inkomsten Woonlastenheffingen Overige heffingen Overige inkomsten (w.o huren/pachten/dividend) Totaal inkomsten Waar gaat het geld naartoe? Stad van innovatie Participatie samenleving Leefbare stad Stad en bestuur Raad Algemene dekkingsmiddelen / Overig Totaal uitgaven Inzet reserves in Saldo van het begrotingsjaar Inkomsten van het rijk Algemene uitkering (gemeentefonds) Het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van gemeenten. De ontwikkeling ervan bepaalt in belangrijke mate onze financiële ruimte. Het Rijk informeert de gemeenten via zogenoemde circulaires (meicirculaire, septembercirculaire en decembercirculaire). In deze programmabegroting baseren we ons op de ontwikkelingen zoals vastgelegd in de meicirculaire De algemene uitkering wordt grotendeels bepaald door de ontwikkelingen van de Rijksuitgaven. Dit gebeurt volgens de normeringssystematiek. Het gemeentefonds groeit of krimpt met de ontwikkelingen van de netto gecorrigeerde rijksuitgaven. Hier wordt het principe gehanteerd van samen de trap op, samen de trap af. De algemene uitkering uit het gemeentefonds is in beginsel vrij te besteden. De algemene uitkering uit het gemeentefonds heeft verschillende verschijningsvormen; algemene uitkering, integratieuitkering en decentralisatie-uitkering. Met ingang van 2015 is hier aan toegevoegd de integratieuitkering Sociaal domein. 15

16 Overige inkomsten specifieke programma s De meest omvangrijke bijdrage wordt ontvangen in het kader van het inkomensdeel van de Wet Werk en Bijstand. Eigen inkomsten Woonlastenheffingen De woonlastenheffingen bestaan uit de onroerendezaakbelasting (OZB), de afvalstoffenheffing en de rioolheffingen. Een uitgebreide toelichting op het gehanteerde beleid en de tarieven kunt u lezen in de paragraaf Lokale heffingen. Overige heffingen Onder de overige heffingen worden o.a. de omgevingsvergunningen en de parkeerbelastingen gerekend. Een uitgebreide toelichting op het gehanteerde beleid en de tarieven kunt u lezen in de paragraaf Lokale heffingen. Overige inkomsten Onder de overige inkomsten van de gemeente vallen de bijdrage voor de uitvoering van het beleid van Werkse!, eigen bijdragen in het kader van wettelijke regelingen, terugvordering van uitkeringen, renteopbrengsten, ontvangen huur, opbrengst van grond verkoop, verkoop onroerend goed en overige. 16

17 Overzicht van baten en lasten in 2016 Met deze tabellen wordt inzicht gegeven in het totaal van baten, lasten, stortingen en onttrekkingen, ook in vergelijking tot de realisatie 2014 en de begroting Resultaat na bestemming Resultaat Bedragen x 1000,- Resultaat Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Totaal baten Totaal lasten Totaal saldo van baten en lasten Totaal stortingen Totaal onttrekkingen Resultaat na bestemming Baten Overzicht van baten in de begroting Baten Bedragen x 1000,- Overzicht van baten Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Stad van innovatie Sterke economie Participatie samenleving Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Leefbare stad Aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte Duurzame stad Veilige stad Stad en bestuur Verbindende Overheid Regiegemeente Dienstverlenende gemeente Raad Raad Algemene dekkingsmiddelen Totaal baten

18 Lasten Overzicht van lasten in de begroting Lasten Bedragen x 1000,- Overzicht van lasten Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Stad van innovatie Sterke economie Participatie samenleving Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Leefbare stad Aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte Duurzame stad Veilige stad Stad en bestuur Verbindende Overheid Regiegemeente Dienstverlenende gemeente Raad Raad Algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten Overzicht van stortingen in de begroting Stortingen Bedragen x 1000,- Overzicht van stortingen Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Leefbare stad Algemene dekkingsmiddelen Totaal stortingen Overzicht van onttrekkingen in de begroting Onttrekkingen Bedragen x 1000,- Overzicht van onttrekkingen Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Leefbare stad Algemene dekkingsmiddelen Totaal onttrekkingen

19 Algemene dekkingsmiddelen 2016 Saldo Algemene dekkingsmiddelen Bedragen x 1000,- Werkelijk 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Saldo Financieringsfunctie Lokale heffingen Dividend Algemene uitkering Overige Algemene dekkingsmiddelen BTW Compensatiefonds Onvoorzien Werkse! Totaal saldo van baten en lasten Stortingen in reserves Onttrekkingen aan reserves mutaties reserves Resultaat na bestemming Openstaande bezuinigingstaakstelling Met onderstaand overzicht wordt inzicht gegeven in de nog nader in te vullen bezuinigingstaakstellingen. Doelstelling Omschrijving taakstelling Financieel gezonde gemeente Werk maken met afval Aanstellen subsidioloog Stroomlijning financiële processen Afschrijving onderwijsgebouwen obv Londo methode Nieuwe bezuinigingsopgave Programmabegroting inkomstenverhoging Programmabegroting uitgavenbeperking Totaal nog in te vullen bezuinigingen

20 Investeringen Met ingang van de Programmabegroting is het investeringsplan vervangen door het investeringsprogramma. Het investeringsprogramma bestaat uit drie onderdelen: het investeringsplan; de investeringsagenda; de vervangingsinvesteringen. De concreet in uitvoering genomen investeringen zijn opgenomen in het investeringsplan terwijl op de investeringsagenda de voornemens tot investeren voor de komende periode staan. Voordat een investeringsproject in uitvoering wordt genomen is een uitvoeringsplan vereist (kostenraming, financiering, tijdsplanning, risicoanalyse). De vervangingsinvesteringen vormen een aparte categorie binnen het investeringsprogramma en worden beschouwd als investeringen die concreet zullen worden uitgevoerd. Investeringsprogramma 2016 Bedragen x 1.000,- toegekend beschikbaar categorie budget budget Investeringsplan Investeringsagenda Vervangingsinvesteringen Begroting Totaal investeringsprogramma De lasten van het investeringsprogramma zijn opgenomen in de meerjarige begroting doormiddel van kapitaallasten (rente en afschrijving) of een bijdrage uit reserves. Ten opzichte van de Programmabegroting is het investeringsprogramma geactualiseerd (zie tabel). Er is een aantal investeringen gereed gemeld (afgesloten) waaronder de nieuwbouw van Werkse! ( 16 miljoen) en projecten met betrekking tot onderwijshuisvesting ( 8 miljoen). Mutaties Investeringsprogramma 2016 t.o.v. Investeringsprogramma 2015 Bedragen x 1.000,- InvesteringsPlan Toegekend bedrag investeringsplan Nieuwe goedgekeurde investeringen (Steunpunt Delfgauw) Afgesloten investeringen Toegekend bedrag vóór actualisatie Actualisatie Investeringsplan Versobering investeringsplan -293 Toegekend bedrag na actualisatie investeringsplan InvesteringsAgenda Toegekend bedrag investeringsagenda Bijstelling -519 Investeringen overgeheveld van agenda naar plan -315 Nieuwe jaarschijf Onderwijshuisvesting Nieuwe jaarschijf Fietsactieplan 100 Voorgenomen investeringen Toegekend bedrag voorgenomen investeringsagenda Vervangingsinvesteringen (begroting 2016) Totaal investeringsprogramma Opvolging motie Herijking bestemmingsreserves In de motie Herijking bestemmingsreserves (aangenomen bij de behandeling van de Kadernota 2015, d.d. 2 juli 2015) heeft de raad het college opgedragen alle geplande investeringen en bestemmingsreserves ter bespreking voor te leggen en te voorzien van een gedegen 20

21 onderbouwing. Ook in de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland zijn aanbevelingen opgenomen over de investeringen. In de Programmabegroting is een actualisatie opgenomen van het investeringsplan (verwerking afgeronde projecten, herfasering en versobering). Met de toelichting per investering die is opgenomen in de beleidshoofdstukken kan een beoordeling plaatsvinden van nut en noodzaak. Investeringsplan 2016 In het investeringsplan is per investering het beschikbare budget opgenomen voor 2016 en verder. Het totaal beschikbare bedrag vanaf 1 januari 2015 is 143 miljoen. De afschrijvings- en rentelasten die samenhangen met deze investeringen zijn opgenomen in de Programmabegroting InvesteringsPlan Omschrijving Categorie* E M B Toegekend bedrag voor actualisatie van plan van agenda naar naar plan agenda Actualisatie Toegekend Realisatie bedrag na t/m 2014 actualisatie Bedragen x 1.000,- Beschikbaar Jaar start vanaf en gereed Stad van innovatie Sterke economie Herstructurering SchieOevers M YES doorgroeigebouw B Stad van participatie Sterke samenleving Brede school Poptahof E Bijdrage Brede school Poptahof E Onderwijshuisvesting 2013 E Onderwijshuisvesting 2014 E IHP* Primair Onderwijs E Christelijk Lyceum Delft E Scholen Combinatie Delfland E Bijdrage Scholen Combinatie Delfland E Speelplekken M Leefbare stad Aantrekkelijke stad Herhuisvesting erfgoed Delft E Blauw in het Prinsenhof E Bijdrage Blauw in het Prinsenhof E Restauratie Nieuwe Kerk B Bereikbare en Gastvrije Stad Fietsactieplan M Het Nieuwe Kantoor E Het Nieuwe Kantoor niet activeerbaar nvt LVVP M Bijdrage LVVP M LVVP M Bijdragen LVVP M Reinier de Graafweg M P.M. P.M. P.M. 53 P.M Spoorzone M Kentekenherkening M Kristalweg M Kristalweg bijdragen M Goede openbare ruimte Projecten Tramlijn 19 ** M Bijdrage Tramlijn 19 M Steunpunt Delftgauw M Duurzame stad Delftse Hout M Klimaatplan M Projecten Waterplan M Eindtotaal * E =economisch nut, M =maatschappelijk nut, B= bijdrage aan activa in eigendom van derden ** Project bestaat uit 3 investeringen: Kapelsbrug,Sebastiaansbrug (begroting P.M.) en Tramlijn 19 De investeringsagenda wordt nader toegelicht in het hoofdstuk Financieel meerjarenbeeld De vervangingsinvesteringen zijn opgenomen in de (beleids-)hoofdstukken. 21

22 Financieel meerjarenbeeld

23 Overzicht van baten en lasten in In het hoofdstuk Financieel meerjarenbeeld wordt inzicht gegeven in de meerjarenraming van de baten en van de lasten (stortingen en onttrekkingen) per (beleids-) hoofdstuk, en daarbinnen voor de begrotingsdoestellingen. Bij de (beleids-)hoofdstukken wordt een toelichting gegeven op het meerjarige beleid. Begroting 2016 en raming Bedragen x 1000,- Resultaat na bestemming Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 Totaal baten Totaal lasten Totaal saldo van baten en lasten Totaal stortingen Totaal onttrekkingen Resultaat na bestemming Baten Begroting 2016 en raming Bedragen x 1000,- Geraamde baten Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 Stad van innovatie Sterke economie Participatie samenleving Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Leefbare stad Aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte Duurzame stad Veilige stad Stad en bestuur Verbindende Overheid Regiegemeente Dienstverlenende gemeente Raad Raad Algemene dekkingsmiddelen Totaal baten

24 Lasten Begroting 2016 en raming Bedragen x 1000,- Geraamde lasten Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 Stad van innovatie Sterke economie Participatie samenleving Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Leefbare stad Aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte Duurzame stad Veilige stad Stad en bestuur Verbindende Overheid Regiegemeente Dienstverlenende gemeente Raad Raad Algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten Begroting 2016 en raming Bedragen x 1000,- Geraamde stortingen Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 Leefbare stad Algemene dekkingsmiddelen Totaal stortingen Begroting 2016 en raming Bedragen x 1000,- Geraamde onttrekkingen Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 Leefbare stad Algemene dekkingsmiddelen Totaal onttrekkingen

25 Algemene dekkingsmiddelen Saldo Algemene dekkingsmiddelen Begroting 2016 Raming 2017 Bedragen x 1000,- Raming Raming Saldo Financieringsfunctie Lokale heffingen Dividend Algemene uitkering Overige Algemene dekkingsmiddelen BTW Compensatiefonds Onvoorzien Werkse Totaal saldo van baten en lasten Stortingen in reserves Onttrekkingen aan reserves mutaties reserves Resultaat na bestemming Algemene dekkingsmiddelen Bedragen x 1000,- Stortingen en onttrekkingen Algemene reserve Gebiedsontwikkeling Algemene reserve Weerstandscapaciteit Stortingen tgv Algemene reserves Reserve Automatiseringsmiddelen Reserve Beleid en Uitvoering Reserve centrale verv. Meubilair Reserve cultureel Erfgoed Delft Reserve Decentrale Arbeidsvoorwaarden Reserve Dekking Kapitaallasten Reserve Financiering Reserve gemeentelijke Huisvesting Reserve Investeringsplan Reserve Maatschap. Voorzieningen Reserve Onderwijshuisvesting Reserve Openbare ruimte Reserve Transitiefonds Reserve Vak Reserve Vastgoed Stortingen tgv Bestemmingsreserves Algemene reserve Weerstandscapaciteit Onttrekkingen tlv Algemene reserves Reserve Automatiseringsmiddelen Reserve Beleid en Uitvoering Reserve centrale verv. Meubilair Reserve Decentrale Arbeidsvoorwaarden Reserve Dekking Kapitaallasten Reserve Financiering Reserve gemeentelijke Huisvesting Reserve Investeringsplan Reserve Onderwijshuisvesting Reserve Openbare ruimte Reserve Parkeren Reserve Transitiefonds Reserve Vak Onttrekkingen tlv Bestemmingsreserves Saldo stortingen en onttrekkingen Een toelichting op de onttrekkingen is opgenomen in de bijlage Raming reserves en voorzieningen. In de motie Herijking bestemmingsreserves (aangenomen bij de behandeling van de Kadernota 2015, d.d. 2 juli 2015) heeft de raad het college opgedragen alle geplande investeringen en 25

26 bestemmingsreserves ter bespreking voor te leggen en te voorzien van een gedegen onderbouwing. Ook in de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland zijn aanbevelingen opgenomen over de reserves. De bestedingen ten laste van reserves zijn herijkt en getoetst aan de bestedingsvoorstellen. Het resultaat van deze actie leidt tot financiële ruimte die is ingezet voor verbetering van het begrotingssaldo (zie tabel). Herijking bestemmingsreserves Bedragen * 1.000,- Effecten voor de exploitatie Algemene reserve gebiedsontwikkeling Aanvullen saldo (samenvoegen met de algemene reserve weerstandvermogen) Reserve Beleid en uitvoering Reserve Vervanging meubilair Reserve Decentrale arbeidsvoorwaarden Reserve Dekking Kaptaallasten Reserve Financiering Reserve Investeringsplan Reserve Parkeren Reserve Riolering Reserve Riskmanagement Reserve Vervanging stadswinkel Reserve Parkeercontrole Reserve Dienstverlening Reserve mutaties Reservering kaptaallasten Totaal Herijken (bestemmings)reserve* * saldo 2015 w ordt verrekend met de Algemene reserve w eerstandvermogen In de te actualiseren nota Reserves Voorzieningen en Investeringen zal verder worden ingegaan op de onderbouwing van de bestemmingsreserves ten behoeve van de gewenste beoordeling van nut en noodzaak. Daarbij hoort ook een voorstel om bij de Jaarstukken 2015 een aantal bestemmingsreserves op te heffen. 26

27 Investeringsagenda De investeringsagenda maakt onderdeel uit van het investeringsprogramma zoals opgenomen in het hoofdstuk Financiële begroting Op de investeringsagenda staan investeringsvoornemens, waarvan de uitvoering na 2016 start. Tevens vergt een investering op de agenda een goedgekeurd uitvoeringsplan (kostenraming, planning) voordat de uitvoering kan starten. InvesteringsAgenda Bedragen x 1.000,- voldaan aan criteria*: Omschrijving Raming > 2 jaar Opdracht ontbreekt Stad van participatie Sterke samenleving Onderwijshuisvesting Leefbare stad Aantrekkelijke stad Depot Erfgoed 275 Bereikbare en Gastvrije Stad Fietsactieplan Fietsactieplan - cofinanciering Fietsactieplan Fietsactieplan - cofinanciering Fietsactieplan p/j 150 Fietsactieplan - cofinanciering p/j -50 LVVP / SA LVVP / SA - cofinanciering LVVP / SA LVVP / SA - cofinanciering LVVP / SA LVVP / SA - mobiliteitsfonds LVVP / SA LVVP / SA - mobiliteitsfonds LVVP / SA LVVP / SA - mobiliteitsfonds Spoorzone fietsenstallingen en -handhaving Spoorzone fietsenstallingen - cofinanciering Dijkhoornseweg reconstructie 300 Fietspad Delfgauwseweg 200 Ondergrondse fietsenstalling Ondergrondse fietsenstalling -cofinanciering Goede openbare ruimte Viaduct M.Nijhofflaan 700 Bruggen Binnenstad (5 stuks groot onderhoud) Kademuren Binnenstad Vernieuwen kadeconstructie Schie thv Koningsveld 400 Vernieuwen geleidewerken Schie 500 Waterberging (tussen 2,5 en 5 miljoen) Duurzame stad Warmterotonde P.M. Eindtotaal * criteria: > 2 jaar =investering start niet binnen 2 jaar, Opdracht = Opdrachtformulier ontbreekt Aan deze voorwaarde voor toelating tot investeringsplan is niet voldaan. *Opdracht ontbreekt: Voordat een investering in uitvoering wordt genomen moet een uitvoeringsplan (opdrachtformulier) zijn vastgesteld door het GMT. Hiermee ontstaat vooraf inzicht in uitgaven en planning. 27

28 Incidentele baten en lasten Met de tabel incidentele baten en lasten wordt een onderbouwing gegeven van het structurele begrotingsevenwicht. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het inzicht in de financiële positie van de gemeente. Van een structureel begrotingsevenwicht is sprake als structurele lasten in de begroting worden afgedekt door structurele baten. Bij het opstellen van de tabel incidentele baten en lasten zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Het betreft baten en lasten die zich kunnen voordoen in de meerjarenbegroting. Het betreft baten en lasten opgenomen met een drempel vanaf Het betreft baten en lasten die zich maximaal drie jaar voordoen of waarvan de eindigheid vastligt als gevolg van een raadsbesluit of toekenningsbesluit. Incidentele baten en lasten Bedragen x 1000, Doelstelling Omschrijving B/L Algemene dekkingsmiddelen Bestedingsplan automatisering L Flankerend beleid L Bereikbare en gastvrije stad Spaarmodel Spoorzone L Goede ruimtelijke ordening Vastgoed Grondbedrijf L Regiegemeente Losse inrichting HNK L Sterke economie Stimulering innovatie L Sterke samenleving Voortzetting ISV L Subtotaal mutaties incidentele baten en lasten L Diversen Investeringen maatschappelijk nut L Reserve Investeringsplan Investeringen maatschappelijk nut B Mutaties in reserves Algemene dekkingsmiddelen Incidentele mutaties in reserves L/B Saldo van incidentele baten en lasten in de begroting L Begrotingssaldo L/B Structureel begrotingssaldo Met deze tabel wordt een volledig en eenduidig inzicht gegeven in de incidentele posten die het begrotingssaldo beïnvloeden. Na eliminatie van deze incidentele posten ontstaat zicht op het structureel financieel saldo. Conclusie Na correctie van de incidentele baten en lasten op het begrotingssaldo is het begrotingssaldo meerjarig positief. Op basis van deze informatie kan worden geconcludeerd dat er dat er sprake is van structureel en reëel begrotingsevenwicht. Structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Hieronder volgt een toelichting op de belangrijkste incidentele posten Losse inrichting HNK Dit betreft de niet-activeerbare kosten van de investering losse inrichting HNK. Dit zijn incidentele kosten zoals bewegwijzering, groenvoorzieningen, ontruimingsplannen en een stuk onvoorzien. Dit wordt gedekt door een onttrekking uit de reserve vervanging meubilair. Bestedingsplan automatisering Dit betreft niet activeerbare incidentele investeringen op het gebied van ICT. Zo worden bepaalde softwarepakketten ten laste van de reserve gebracht. Ook betreft het de ICT-knooppunten van HNK en budgetten om digitaliseringsslagen te maken op het gebied van het archief. Flankerend beleid Het budget flankerend beleid is voor uitstroom van personeel en organisatieontwikkeling. Gezien de grote opgave, organisatieontwikkeling en daarmee het behalen van forse bezuiniging op het apparaat, is tot en met 2018 ca. 4-5 miljoen per jaar beschikbaar (meerjarig incidenteel). Vanaf 2019 daalt het budget omdat dan de bezuinigingsoperatie naar verwachting is afgerond. Een deel van het budget is benodigd voor doorlopende wettelijke verplichtingen (WW, BWW). 28

29 Spaarmodel Spoorzone Deze spaarbedragen houden verband met de verlaging van de grondwaarden voor de stresstest die in 2014 is uitgevoerd (spaarmodel I, II en III). Voor een toelichting op deze post verwijzen wij naar het risico Spoorzone in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Voortzetting ISV Eind 2014 is de bijdrage van Rijk en Provincie gestopt voor het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV). Met de meerjarenraming stimuleringsfonds Stedelijke Vernieuwing (raad 18 dec. 2014), is een stedelijk vernieuwingsfonds afgesproken voor revolverende leningen. Voor de periode na 2014 is reeds in de vorige programmabegroting budget opgenomen voor zowel het voorschieten van de leningen als de jaarlijkse voorbereidingskosten incl. monitoring en verantwoording en incidentele (her)inrichtingskosten ( acupuncturele aanpak ). Gemeentefonds Via de uitkering uit het gemeentefonds worden incidentele middelen verstrekt in de vorm van decentralisatieuikeringen en integratieuitkeringen. Deze decentralisatieuikeringen zijn buiten beschouwing gebleven bij het opstellen van het overzicht incidentele baten en lasten (dit heeft geen effect op het structurele begrotingssaldo). 29

30 EMU Saldo De financiële crisis in Europa heeft ervoor gezorgd dat de richtlijnen voor de overheidsfinanciën zijn aanscherpt. In het Stabiliteits- en groeipact hebben de landen die lid zijn van de Europese Unie afgesproken dat hun begrotingen in evenwicht zijn of een overschot hebben. Daarnaast zijn de eisen van het Stabiliteits- en groeipact: het begrotingstekort mag niet boven de 3% van het BBP komen; de staatsschuld mag niet meer dan 60% van het BBP bedragen; Een norm voor het EMU-saldo van decentrale overheden is vastgesteld aan het begin van de kabinetsperiode voor de duur van die periode. Binnen de huidige afspraken mogen gemeenten een negatief EMU-saldo (nu 0,34% van het BBP) hebben. Voor elke individuele gemeente wordt op basis van het begrotingstotaal een referentiewaarde 1 bepaald als indicatie voor de EMUtekortruimte. Voor Delft is over de jaren 2015 tot en met 2017 het EMU-saldo berekend. Het hieronder opgenomen overzicht voldoet aan de eisen die worden gesteld. EMU saldo Bedragen x Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q onttrekking aan reserves (BBV, art.17c) +2 Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd De in mindering op onder 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van Rijk, Provincies, Europese Unie en overigen a Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs) b Boekwinst op desinvesteringen in (im)materiële vaste activa Uitgaven aan aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijpmaken e.d a Verkoopopbrengsten van grond (verkoopprijs) b Boekwinst op grondverkopen Betalingen ten laste van de voorzieningen Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht en die nog niet vallen onder één van de andere genoemde posten - +11b Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen Berekend EMU-saldo Voor de jaren 2016 en 2017 is het EMU-saldo respectievelijk 37,5 miljoen (negatief) en 7,6 miljoen (positief). Om enige waarde te kunnen toekennen aan deze cijfers worden de tekorten gerelateerd aan de referentiewaarde. De referentiewaarde voor de gemeente Delft over 2016 wordt in de Septembercirculaire van het gemeentefonds voorlopig vastgesteld. De referentiewaarde voor de gemeente Delft zal circa 15 miljoen bedragen (op basis van het begrotingstotaal van 2015). De referentiewaarde voor 2016 zal als gevolg van de ontwikkeling van het BBP(teller-effect) en de decentralisatie van het sociaal domein (noemer-effect) wijzigen. De definitieve vaststelling van de referentiewaarde zal plaatsvinden in het eerste kwartaal van Uitgaande van de voorlopig vastgestelde referentiewaarde overschrijdt Delft deze norm in 2016, maar in 2017 blijft de gemeente Delft ruim binnen de gestelde normen. Een positief EMU saldo betekent een verbetering van de schuldpositie oftewel de gemeente hoeft minder te lenen om de noodzakelijke uitgaven te dekken. In lijn met de uitkomsten van het bestuurlijk overleg van 18 januari 2013 hoeft de gemeente (vooralsnog) geen sturingsmaatregelen van het Rijk of de toezichthouder te verwachten. 1 referentiewaarde = Bruto Binnenlandsproduct * norm EMU-tekortruimte x 100% = begrotingstotaal van alle gemeenten De individuele referentiewaarde is geen norm maar een indicatie van het aandeel dat de gemeente op basis van het begrotingstotaal in de gezamenlijke tekortnorm heeft. 30

31 Toelichting: EMU saldo in relatie tot het begrotingssaldo In het begrotingssaldo zijn alle lasten en baten opgenomen. Sommige uitgaven leiden niet tot een last in de exploitatie maar leiden wel tot een vermindering van het saldo de gemeentelijke bankrekening. Bijvoorbeeld: bij investeringen worden eerst uitgaven gedaan en na ingebruikname worden de afschrijvingslasten in de exploitatie verantwoord. Invloed op het begroting saldo (exploitatie) Invloed op de bankrekening (schuldpositie / Emu-saldo) Afschrijvingskosten ja nee Reserve mutaties ja nee Dotatie aan de voorziening ja nee Uitgaven / inkomsten investeringen nee ja Uitgaven voorzieningen nee ja Uitgaven / inkomsten grondexploitaties nee ja 31

32 Hoofdstukken 32

33 Inleiding Net als in het bestuursprogramma gaan we in de begroting uit van drie verbindende opgaven, die voor de stad en de regio belangrijk zijn. Deze drie opgaven zijn: mensen aan het werk, zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen en een aantrekkelijk leefklimaat. Met deze opgaven scheppen we samenhang en verbinding. Delft heeft in 2015 vanwege het financiele probleem een herstelplan gemaakt. Dat is in Kadernota 2015 verwerkt, waarbij een aantal versterkingen zijn gewenst in de Delftse identiteit: de regionale centrumfunctie, het vermarkten van de Spoorzone en gebruiken van Delft als motor voor de regionale roltrap. Deze lijn wordt in de begroting 2016 doorgetrokken, waarbij evenwel sterker wordt ingezet op het door Delft zelf oplossen van de financiële problematiek. Dit heeft geleid tot een extra bezuiniging van 5 miljoen, waarmee het totale bezuinigingsprogramma deze bestuursperiode oploopt tot bijna 74 miljoen in Naar het oordeel van het college is dit een solide basis voor duurzaam herstel en het weer afbouwen van het preventief toezicht. Begin 2016 verschijnt de nieuwe Staat van Delft met informatie over de voortgang van onze doelbereiking. Met een begroting van meer dan 300 miljoen is het glas nog meer dan halfvol. Met alle kracht die in onze stad zit kunnen wij de toekomst met vertrouwen tegemoet treden. Uitvoering motie Beter meten is beter (be)sturen deel 2 De gemeenteraad heeft de motie Beter meten = Beter (be)sturen deel 2 aangenomen. Deze motie zet in op aanscherping van het bestuursprogramma. Bijna al deze aanscherpingen zijn inmiddels verwerkt, zoals het expliciteren van indicatoren, het invullen van streefwaarden of het concreter maken van indicatoren. De indicatoren en streefwaarden voor het Innovatie Sociaal Domein worden nog aangescherpt op basis van later aan te leveren data door externe organisaties. Structuur per hoofdstuk: f) Titel g) De verbindende opgave h) Wat willen we bereiken? - Schema van de maatschappelijke effecten - Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? i) Wat gaan we ervoor doen? - Schema met de prestaties - Toelichting: wat gaan we ervoor doen? * j) Wat gaat het kosten? - Toelichtingen 33

34 De samenhang tussen beide documenten in beeld: 34

35 Stad van innovatie Wat willen we bereiken? 35

36 Beleidstoelichting: Wat willen we bereiken? De verbindende opgave in dit hoofdstuk is: Mensen aan het werk. We faciliteren banengroei op alle niveaus, onderwijs dat goed aansluit op de arbeidsmarkt en zoveel mogelijk deelname aan arbeid. Direct ondersteund door goede bereikbaarheid van werk en hulp aan ondernemers. In voorgaand overzicht wordt conform het Bestuursprogramma de operationalisering van deze verbindende opgave voor de komende vier jaar getoond. Aan de linkerkant is aangegeven met welke begrotingsdoelen de onderdelen van deze opgave corresponderen. Aan de kleuren is te zien waar de opgaven elkaar versterken. Sterke samenleving en Werk en economische zelfstandigheid worden verder uitgewerkt in hoofdstuk 2, Stad van participatie. Bereikbare en gastvrije stad komt terug in hoofdstuk 3, Leefbare stad; Dienstverlenende gemeente in hoofdstuk 4, Stad en bestuur. Stad van innovatie Beginstand Streefcijfer 2016 Streefcijfer 2018 Banen op alle niveaus: Delft: -2,2% Delft positiever dan Delft positiever dan Regio: -1,8% regio regio Kennisbanen: Delft: -0,4% Delft positiever dan Delft positiever dan Regio: -0,5% regio regio De nagestreefde maatschappelijke effecten komen overeen met het Bestuursprogramma Toen is uiterst kritisch gekeken naar de haalbaarheid binnen de beschikbare afnemende middelen en zijn de bestuurlijke ambities op een realistisch niveau gebracht. Zoals al aangegeven in de Kadernota 2015 is er op dit moment geen noodzaak tot bijstelling van dit maatschappelijke ambitieniveau. In het voorjaar van 2016 komen we met een nieuwe Staat van Delft waarmee we een tussentijdse beoordeling kunnen maken van de mate van doelbereiking. De verbindende opgave mensen aan het werk willen we realiseren door Delft goed te laten werken als motor voor de regionale roltrap, als opwerkfabriek door de aantrekkingskracht van de TU Delft op jong talent. De regionale economie wordt vooral versterkt als we in staat zijn (jong) talent aan te trekken en vooral te behouden. Door goede faciliteiten en begeleiding overleeft een bovengemiddeld deel van de starters en verminderen we de uitstroom. Wat gaan we ervoor doen? Stad van innovatie Sterke economie (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Meer banen op alle niveaus. Ontwikkeling banen Delft tov regio. Ontwikkeling kennisbanen Delft tov regio. Delft: - 2,2% Regio: - 1,8% Delft: - 0,4% Regio: - 0,5%. - tweejaarlijks - Delft positiever dan regio. Delft positiever dan regio. - tweejaarlijks - Delft positiever dan regio. Delft positiever dan regio. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Actieplan Arbeidsmarkt dat de groei van de economie richt op werkgelegenheid op alle niveaus. Actieplan Arbeidsmarkt. Actieplan. Aantrekken en behouden kennisintensieve bedrijvigheid. Bind de kenniswerker. Ruimte geven aan vernieuwende technologische toepassingen in de stad. Kennisbanen nieuw en verdwenen bedrijven. Het aantal kenniswerkers dat in Delft blijft wonen of werken. Aantal nieuw opgestarte proeftuinconcepten. Nieuw: Meer nieuwe banen. Verdwenen: Minder verdwenen banen. Meer nieuwe banen. Minder verdwenen banen. Meer nieuwe banen. Minder verdwenen banen (stand van zaken rapporteren) Meer nieuwe banen. Minder verdwenen banen. 36

37 Wat mag het kosten? Het overzicht van baten en lasten in de begroting In de tabel is per product aangegeven wat het financiële kader is aan baten en lasten in het jaar Daarnaast zijn (indien van toepassing) de stortingen in- en onttrekkingen aan de reserves weergegeven. Stad van innovatie Bedragen x 1000,- Lasten Baten Resultaat na Stortingen Onttrekkingen bestemming Sterke economie straatmarkten havendienst economische zaken recreatieve evenementen kenniseconomie herstructurering schie-oevers Totaal stad van innovatie Het overzicht van openstaande bezuinigingen Binnen sterke economie zijn alle bezuinigingen ingevuld. Mutaties in bestaand en nieuw beleid Het economisch beleid van de gemeente Delft werkt aan de verbindende opgaven Mensen aan het werk, Zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen en Een aantrekkelijk leefklimaat uit het bestuursprogramma. Om zoveel mogelijk mensen aan het werk te krijgen zijn de vier volgende instrumentele doelen geformuleerd: Meer banen op alle niveaus Onderwijs sluit aan op arbeidsmarkt Zoveel mogelijk arbeidsparticipatie Dienstverlening aan bedrijven 3.0 De vier terreinen worden in nauwe onderlinge samenhang aangevat waarbij de dienstverlening aan bedrijven een verbindende rol heeft. Het economisch beleid van de gemeente Delft is erop gericht de economie van Delft te laten groeien in termen van duurzame volledige werkgelegenheid op alle opleidingsniveaus. Centraal daarin staan de twee stuwende sectoren kenniseconomie en toerisme/binnenstad die de motoren van de Delftse economie vormen en waarmee wij ons onderscheiden in de regio. We werken samen met buurgemeenten en in de grotere verbanden van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, ZuidVleugel, en InnovationQuarter(IQ) om het regionaal vestigingsklimaat op orde te houden en (zo mogelijk) te verbeteren. We werken samen in IQ om bijvoorbeeld het aantrekken van investeringen, bedrijven en instellingen te bewerkstelligen. De ratio daarachter is dat (kennis)economie geen gemeentegrenzen kent en zich afspeelt op verschillende lengteschalen. Als we kijken naar leisure, werken en wonen dan is de MRDH een Daily Urban System te noemen. Als we kijken naar technologie en innovatie, dan is de ZuidVleugel een meer geijkte schaal. We zetten in op: Programmabureau DTP/ dienstverlening aan bedrijven In 2015 is het gemeenschappelijke programmabureau van de gemeente Delft en de TU Delft Delft Technology Partners (DTP) van start gegaan. Het versterkt het locale ecosysteem voor het bedrijfsleven in Delft. In 2015 is voorbereidend werk verricht. Voor 2016 worden de centrale opgaven Acquisitie bedrijven en Versterken bestaande bedrijvigheid proactief en planmatig aangepakt o.a. middels samenwerkingsafspraken met de partners. DTP biedt bedrijven van buiten een zachte landing in Delft middels een goed inzicht in het huisvestingsaanbod, een soepele afhandeling van vergunningen en hulp bij het vinden van goed 37

38 personeel in Delft. DTP biedt dezelfde dienstverlening aan Delftse bedrijven die andere bedrijfsruimte zoeken en zal in 2016 bijzondere aandacht besteden aan herhuisvesting in Delft van de doorgroeiende bedrijven die YES!Delft verlaten. Aan nieuwe en zittende Delftse bedrijven biedt DTP hulp bij het vinden van de juiste contacten in Delft en de regio, toegang tot de nieuwste kennis en tot onderzoeks- en laboratoriumfaciliteiten. Om het Delftse bedrijfsleven te stimuleren tot business development richt DTP zich op het ontsluiten van kennis voor het MKB via instrumenten als Winst met Design, kennisvouchers en kennisteams. In het belang van goede dienstverlening aan bedrijven zijn duurzame relaties met ondernemers onmisbaar en wordt middels een intensief programma van bedrijfsbezoeken een groot aantal éénop-één-contacten met ondernemers onderhouden. Om deze taken lean en mean te kunnen uitvoeren werkt DTP nauw samen met diverse lokale en regionale partners waaronder het valorisatiecentrum van de TU Delft, YES!Delft en Innovation Quarter. Om bedrijven optimaal te bedienen en de resultaten van inspanningen van onder andere DTP goed te laten landen is het van belang om het interne gemeentelijke proces (de backoffice ) goed op orde te hebben. Hieraan is in 2014 en 2015 hard gewerkt binnen het project dienstverlening bedrijven. Dit project wordt in 2015 afgerond, in 2016 zullen de effecten gemonitord worden. Havendienst De activiteiten van de havendienst worden in 2016 voortgezet. De havendienst behelst het toezicht en de handhaving op de Delftse wateren. De passantenhaven blijft plaats bieden voor bezoekers via het water. Ondernemersfonds In 2016 bedraagt de begrote opslag op de OZB niet-woningen die de gemeente voor het Ondernemersfonds oplegt circa InnovationQuarter InnovationQuarter (IQ) is de regionale ontwikkelingsmaatschappij van Zuid-Holland. Vanuit Delft participeren de gemeente en de TU Delft in IQ. IQ heeft 3 kerntaken: business development, marketing & acquisitie en participatie. In 2015 heeft IQ bijgedragen aan EFRO subsidie trajecten voor bijvoorbeeld Dutch Optics Center en Smart Food. Daarnaast zijn leads omgezet in bedrijfsvestigingen (voor Delft: het bedrijf Applied Duality). IQ is actief in consortiumvorming binnen de technologiespeerpunten. Deze activiteiten worden in 2016 voortgezet. In 2015 heeft IQ een fondsenstrategie uitgezet: er is het Proof of Concept Fonds UNIQ in oprichting (t.b.v. startups) en denkt IQ na over fondsen o.a. samen met grotere bedrijven uit deze regio en het havenbedrijf Rotterdam. De strategie wordt in 2016 verder uitgerold. Toerisme Als gevolg van de bezuinigingen zijn zowel de beschikbare capaciteit als het budget voor stimulering van toerisme naar Delft aanzienlijk afgenomen (zo wordt de subsidie aan Delft Marketing in 2016 verder afgebouwd zoals opgenomen in de programmabegroting 2014). Desalniettemin wordt in 2016 een scherpere focus aangebracht op toerisme, waarbij aanbevelingen uit het onderzoek naar toerisme door de DRK worden meegenomen. Ook wordt samen met de toeristische sector (KHN Delft, toeristische attracties, etc.) gewerkt aan een nieuwe samenwerkingsstructuur voor toerisme in Delft. Congrestoerisme Het aantal in 2014 gerealiseerde congresmandagen is bijna verdrievoudigd ten opzichte van Dit vertegenwoordigde een waarde voor de stad van circa 5 miljoen. Om deze stijgende lijn vast te houden blijven we in 2016 de ingezette koers van de Congresservice volgen. Dit houdt in dat de service zich evenals in voorgaande jaren richt op het acquireren en faciliteren van (wetenschappelijke) congressen in Delft. 38

39 Onderwijs en kenniswerkers Vanuit economie wordt ook in 2016 bijgedragen aan de internationale basisschool ( ). Op 3 maart 2014 opende de International School Delft (ISD) haar deuren. Het eerste schooljaar (2014/2015) waren er 43 aanmeldingen. Voor het aankomende schooljaar (2015/2016) zijn er al 78 aanmeldingen ontvangen. Daarmee voldoet de ISD al bijna aan de norm van het Ministerie van OCW, het behalen van een leerlingenaantal van tenminste 80 binnen 5 jaar. Per september 2015 start ook het Internationaal Kindcentrum (IKC) op de TU campus. Ook aan het HTC wordt in 2016 een bijdrage van verstrekt vanuit Economie. De gemeente speelde in 2015 een belangrijke rol bij het verstevigen en uitbreiden van de samenwerking tussen partners van het HTC. Het gaat daarbij om samenwerking tussen onderwijsinstanties onderling, maar vooral ook tussen onderwijs en bedrijfsleven. Daarom is sterk ingezet op het verbinden van het lokale en regionale bedrijfsleven aan HTC Delft. In 2016 wordt deze faciliterende rol voortgezet om de samenwerking verder te verstevigen en het Delftse onderwijs daarmee voor te bereiden op de toekomst. Het programma bind de kenniswerker loopt af in In 2016 zullen de verschillende acties uit het programma met zo min mogelijk capaciteit en budget vanuit de gemeente voortgezet worden door overdracht aan partners. YES!Delft In 2014 deden 18 nieuwe startende bedrijven hun intrede in de incubator en ook het aantal starters in 2015 is veelbelovend. Ook in 2016 levert de gemeente Delft een bijdrage aan YES!Delft om daarmee het startersklimaat in Delft en de regio verder te versterken. Delft Smart City In 2015 is onderzocht wat recente ontwikkelingen onder de noemer Smart City voor Delft kunnen betekenen. Hoe worden we energieneutraal, klimaatbestendig en hoe gebruiken we de kenniseconomie als motor voor werkgelegenheid? Welke slimme technologische oplossingen en crossover-oplossingen zien we voor die verschillende thema s? Welke partijen zijn er nodig? In 2016 willen we het Delft Smart City project concreet maken in afstemming met partijen uit de stad. Speerpuntclusters De inzet op speerpuntclusters loopt voornamelijk via de regionale netwerken Clean Tech Delta (CTD) Medical Delta (MD), en Holland Instrumentation (HI). In 2016 zal Delft lid blijven van CTD, HI en MD maar met een lagere bijdrage dan de jaren daarvoor en met minder personele capaciteit. Delft als proeftuin In 2016 blijft de website in de lucht. Met deze website maken we (innovatieve) projecten zichtbaar voor alle Delftenaren en stimuleren we de totstandkoming van nieuwe proeftuinen. Verzelfstandiging warenmarkten De verzelfstandiging van de warenmarkten wordt per geïmplementeerd. De resulterende negatieve begrotingseffecten als gevolg van achterblijvende overheadskosten wijzigen zich na twee jaar in een structureel voordeel. Een jaar na de verzelfstandiging volgt een evaluatie. Evenementenbeleid De bezuiniging op het evenementenbudget begint zijn weerslag te krijgen op het evenementenaanbod in Delft. Sommige evenementenorganisatoren maken gebruik van de biënnale regeling (vinden dus minder vaak plaats), worden kleiner in omvang of moeten concessies doen aan de kwaliteit van het evenement. Op het beperkte resterende subsidiebudget wordt in 2016 niet verder bezuinigd. De evenementen Westerpop en de Taptoe ontvangen in 2016 een subsidiebijdrage volgens de biënnaleregeling. De aanbevelingen uit de Evaluatie Evenementenbeleid worden in 2016 verder uitgewerkt en ingevoerd. 39

40 Voorwaardenscheppend beleid Het laten groeien in termen van werkgelegenheid willen we faciliteren door onze publieke taken in ruimtelijke ordening (werklocaties, bestemmingsplannen), vergunningen (vestiging enz.) en dienstverlening (expats, parkeren, werkvergunningen) goed op orde te hebben. De rol van de gemeente is hierbij faciliterend. Een voorbeeld hiervan is de Green Village, de gemeente trekt samen op met de TU Delft richting de provincie Zuid-Holland en daarmee weer samen richting het rijk. We willen bereiken dat op de werklocaties in de stad (bedrijventerreinen, bedrijfsverzamelgebouwen, incubator, winkelcentra, science park) voor de verschillende bedrijfsactiviteiten (in grote lijnen bedrijven, kantoren en detailhandel) passende ruimte beschikbaar is. Cofinanciering kenniseconomie Naast de structurele middelen die beschikbaar zijn voor kenniseconomie, wordt gebruik gemaakt van incidentele middelen uit het transitiefonds voor cofinanciering van diverse projecten met lokale en regionale kennispartners, vanuit de lopende economische agenda zuidvleugel. Deze projecten dienen bij te dragen aan de transitie naar een duurzame Delftse Economie. Investeringen in het hoofdstuk InvesteringsPlan Categorie* M B Toegekend bedrag voor actualisatie Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf Bedragen x 1.000,- Jaar start en gereed Hoofdstuk Omschrijving Stad van innovatie Sterke economie Herstructurering SchieOevers M YES doorgroeigebouw B Totaal investeringsplan * M =maatschappelijk nut, B= bijdrage aan activa in eigendom van derden Toelichting op de investeringen Herstructurering Schieoevers (Innovatieve Stad) In de Ruimtelijke Structuurvisie Delft is Stad aan de Schie één van de sleutelprojecten. Doel is om de Schie integraal, hoogwaardig en als één geheel aan te pakken met aandacht voor recreatie, groen en veiligheid. Hiervoor bestaat het investeringskrediet Schieoevers. Deze ambitie sluit aan bij de wens om een sterk kenniscluster te kunnen laten ontstaan rond de TU Delft. Om deze ambitie waar te maken is verder ontwikkelen van het gebied noodzakelijk. De vereiste ontwikkelingen zijn onder meer benoemd in het masterplan TIC Delft. Ook is in het verleden (2011) vanuit het investeringskrediet Schieoevers de revitalisatie van Schieoevers Zuid, een industrieterrein in het zuiden van Delft, gefinancierd. In lijn met dit project zal ook in 2016 gekeken worden naar de verdere revitalisatie van het Schieoevers gebied. Verder wordt ingezet op programmamanagement, dit betreft algemene gemeentelijke inzet voor het faciliteren van private initiatieven tot (her)ontwikkeling van het gebied, bijvoorbeeld lopende private initiatieven als Nieuwe Haven en Kabeldistrict/Sita. YES! Delft 2 In 2015 is gestart met de bouw van YES!Delft2, direct naast het reeds bestaande gebouw van YES!Delft. Uniek is dat naast kantoorruimte YES!Delft2 ook 1250 m2 aan laboratoriumruimte biedt, plus een 'shared facility lab' met laboratoriumvoorzieningen voor gemeenschappelijk gebruik. In Delft en de regio bestaat een grote behoefte aan laboratoriumruimte. Oplevering van het gebouw staat gepland voor het eerste kwartaal van

41 Stad van participatie Wat willen we bereiken? 41

42 Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? De verbindende opgave in dit hoofdstuk is: Zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen. We volgen de Kadernota ISD, waarin integraal werken moet leiden tot een sterke samenleving, adequate zorg en ondersteuning en werk en economische zelfstandigheid. In voorgaand overzicht wordt conform het Bestuursprogramma de operationalisering van deze verbindende opgave voor de komende vier jaar getoond. Aan de linkerkant is aangegeven met welke begrotingsdoelen de onderdelen van deze opgave corresponderen. Aan de kleuren is te zien waar de opgaven elkaar versterken. De doelstelling werk en economische zelfstandigheid is voor de 1 e W-vraag geconcretiseerd in hoofdstuk 1. Stad van innovatie, vanwege de bijdrage aan de opgave mensen aan het werk. Stad van participatie Beginstand Streefcijfer 2016 Streefcijfer 2018 WWB ontwikkeling Delft: +20,0% Gelijk tov landelijk Gelijk tov landelijk Landelijk: +21,5% Buurtscore Buitenhof 5,2 >5,2 >5,2 Waardering sociaal klimaat 7,2 7,2 7,2 Startkwalificatie / schoolinschrijving 90% 90% 90% Zelfstandig zijn, worden, blijven... De nagestreefde maatschappelijke effecten komen overeen met het Bestuursprogramma Toen is uiterst kritisch gekeken naar de haalbaarheid binnen de beschikbare afnemende middelen en zijn de bestuurlijke ambities op een realistisch niveau gebracht. Zoals al aangegeven in de Kadernota 2015 is er op dit moment geen noodzaak tot bijstelling van dit maatschappelijke ambitieniveau. In het voorjaar van 2016 komen we met een nieuwe Staat van Delft waarmee we een tussentijdse beoordeling kunnen maken van de mate van doelbereiking. De verbindende opgave zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen realiseren we door uitvoering te geven aan de Kadernota Innovatie Sociaal Domein , deel II; Drie decentralisaties en innovatie sociaal domein. Dit jaar wordt toegewerkt naar een definitieve organisatievorm Toegang vanaf 2017, wordt gewerkt met nieuwe kaders - beleidsplan WMO en Inkoop jeugdhulp en onderzoeken we nieuwe mogelijkheden om de participatiedoelstellingen te bereiken. Wat gaan we ervoor doen? Stad van participatie Werk en economische zelfstandigheid (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Zoveel mogelijk arbeidsparticipatie. WWB ontwikkeling tov landelijk gemiddelde. Delft: + 20,0% Landelijk: + 21,5% Delft scoort 21,5% - 20% = 1,5% beter ( ). - tweejaarlijks - gelijk tov landelijk gemiddelde. - tweejaarlijks - gelijk tov landelijk gemiddelde. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) % (251).* 64%. 64%. 64%. 64%. Verminderen laaggeletterdheid. Maatschappelijk verantwoord ondernemen. % taalleerders minimaal op 1 taalonderdeel 1 niveau gestegen (exact aantal tussen haakjes). Garantiebanen en stageplaatsen. Werkse! : gemeentelijke taakstelling realiseren. Volgt na actieplan Arbeidsmarkt. (taakstelling wordt nog gedefinieerd). 40% van de omzet * 40% van de omzet.* 40% van de omzet.* 42

43 Sterke samenleving (draagt bij aan de opgave "Zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Sterke samenleving. Buurtscore Buitenhof. Waardering sociale contacten. 5,2 7,2. -tweejaarlijks - >5,2 7,2. -tweejaarlijks - Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Goede basis samenlevingsvoorzieningen en goed sociaal klimaat. Evenwichtige woningvoorraad. - Verbonden met buurt. - Actief. - Vrijwillige inzet. - Beweegnorm. - Nieuwe woningen. - Studentenhuisvesting. - Woonservicezones. 33%* 46% 32% 51%. tweejaarlijks beschikbaar. Betere buurten. Buurtscore Buitenhof. 5,2. tweejaarlijks beschikbaar. 33%* 46% >32% >51%. tweejaarlijks beschikbaar. >5,2 7,2. 33%* 46% 40% >51%. 200/jaar. 200/jaar. 200/jaar. 200/jaar. 200/jaar >5,2. tweejaarlijks beschikbaar. >5,2. Sterke samenleving (onderwijs) (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) %. 90%. 90%. Onderwijs sluit aan op arbeidsmarkt. Aandeel jongeren met startkwalificatie of schoolinschrijving. - tweejaarlijks - -tweejaarlijks - Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) * Voortgang melden. 116.* 186.* 236.* Netwerken voor sterkere aansluiting (technisch) onderwijs en technisch bedrijfsleven. Terugdringen schooluitval. Instroom aantal studenten technisch MBO 4 Delft.* Aantal nieuwe VSV'ers Landelijk criterium. Landelijk criterium. Landelijk criterium. Zorg en ondersteuning (draagt bij aan de opgave "Zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Zelfstandig zijn, worden, KING/VNG-monitor: blijven met ondersteuning ervaring in hoeverre en zorg. ondersteuning bijdraagt aan de zelfredzaamheid en participatie. -tweejaarlijks - Streefcijfer bepalen op basis van nulmeting. -tweejaarlijks - Streefcijfer bepalen op basis van nulmeting. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Adequate (tijdelijke) WMO-KING/VNG-monitor. Niet uit de pas lopen ondersteuning - begeleiding - vervoer - wonen - zorg. Adequate jeugdhulp. Ondersteuning vanuit de Participatiewet. KING/VNG-monitor: - uitval - tevredenheid - doelrealisatie (geslaagde hulp). met referentiegemeenten. Niet uit de pas lopen met referentiegemeenten. KING/VNG-monitor. Niet uit de pas lopen met referentiegemeenten. *) In april is in de raadsvergadering aangegeven dat 2015 geldt als nulmeting van het sociale domein; die cijfers zullen in de loop van het eerste kwartaal van 2016 beschikbaar zijn. Die cijfers zullen worden gebruikt om de streefcijfers te bepalen en zullen dan ook worden gecommuniceerd. * 43

44 Wat mag het kosten? Het overzicht van baten en lasten in de begroting In de tabel is per product aangegeven wat het financiële kader is aan baten en lasten in het jaar Daarnaast zijn (indien van toepassing) de stortingen in- en onttrekkingen aan de reserves weergegeven. Stad van participatie Bedragen x 1000,- Lasten Baten Resultaat na Stortingen Onttrekkingen bestemming Werk en economische zelfstandigheid inkomensverstrekking doorberekende uitvoeringskosten armoedebestrijding werk en re-intregratietrajecten schuldhulpverlening Totaal werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving financiering woningbouw stedelijke vernieuwing mr-isv burgerinitiatief en eigen kracht sportaccommodaties overige maatschappelijke voorzieningen gezond en wel preventieve gezondheidszorg wonen en wijken onderwijshuisvesting basispakket jeugdgezondheidszorg doorberekende uitvoeringskosten onderwijs Totaal sterke samenleving Zorg en ondersteuning maatschappelijke opvang wmo begeleiding/dagbesteding wmo beschermd wonen jeugdhulp individuele verstrekkingen wmo onderwijs ondersteuning toegang en toeleiding Totaal zorg en ondersteuning Totaal Stad van participatie Het overzicht van openstaande bezuinigingen Met onderstaande overzichten wordt, per doelstelling, inzicht gegeven in de nog nader in te vullen bezuinigingstaakstellingen. Doelstelling Omschrijving taakstelling Werk en economische zelfstandigheid Herschikken loketfuncties Co-financiering participatie Handhaving en terugvordering Totaal nog in te vullen bezuinigingen Doelstelling Omschrijving taakstelling Sterke samenleving Marktcomforme huur kinderopvang in schoolgebouwen Privatisering Binnen- en buitensportaccomodaties (excl zwem Minder beleidscapaciteit zorg en techniek Efficiency maatschappelijk vastgoed Uitvoeren wettelijke taken OAB en hervormen kinderopvang Optimalisatie sportvoorzieningen Totaal nog in te vullen bezuinigingen

45 Mutaties in bestaand en nieuw beleid 2.1 Werk en economische zelfstandigheid Inkomensverstrekking Het budget inkomensverstrekking ontvangt de gemeente van het Rijk voor het verstrekken van bijstandsuitkeringen. Het budget wordt ook benut voor het terugvorderen van teveel of onterecht betaalde uitkeringen. De gemeente Delft heeft als doel om de stijging het aantal uitkeringen niet groter te laten zijn dan landelijk gemiddeld. Daarvoor zijn extra inspanningen nodig (bijv. extra inzet op stimuleren part-time werk, taalonderwijs voor volwassenen en extra handhavingsinspanningen). Doorberekende uitvoeringskosten Het budget doorberekende uitvoeringskosten is bestemd voor de personele kosten die aan deze doelstelling toegerekend worden. Armoedebestrijding Het budget armoedebestrijding wordt besteed aan bijzondere bijstand (o.a. schuldhulpverlening) en participatiebevordering, met name gericht op kinderen (m.n. het jeugdsportfonds, het jeugdcultuurfonds en de Delftpas). Werk- en re-integratietrajecten Het budget van 17,6 miljoen voor werk- en re-integratietrajecten is bestemd voor de kosten van re-integratie van uitkeringsgerechtigden en de financiering van het werk in het kader van de sociale werkvoorziening (SW). Het Rijk voert op dit budget meerjarig forse bezuinigingen door. Om binnen het financieel kader van het Participatiebudget 2016 te blijven is het noodzakelijk om op 2 terreinen een bezuinigingstaakstelling te realiseren ten opzichte van het budget het budget sociale werkvoorziening; De rijksbezuiniging op dit onderdeel is 0,9 miljoen in 2016 ten opzichte van Dit wordt deels veroorzaakt doordat het Rijk een efficiencytaakstelling heeft opgelegd per SW-plaats en deels doordat de omvang van de SW- populatie geleidelijk moet worden afgebouwd. De invulling van deze taakstelling is kaderstellend voor de begroting van Werkse! De rijksbezuiniging op de sociale werkvoorziening loopt de komende jaren verder op. 2. In het budget dat wordt ingezet voor werk en activeringsinstrumenten moet voor 1 miljoen aan ombuigingen worden gevonden ten opzichte van het bestedingsplan De invulling hiervan wordt gepresenteerd in het nog vast te stellen bestedingsplan Participatiebudget Schuldhulpverlening Het budget schuldhulpverlening heeft voornamelijk betrekking op de inkoop van trajecten bij de gemeentelijke kredietbank in Den Haag. De overige kosten voor schuldhulpverlening (m.n. inkoop budgetbeheer wordt betaald vanuit het budget voor armoedebestrijding. De nog openstaande bezuinigingstaakstellingen herschikken loketfuncties ( ) en voor de bezuiniging op handhaving en terugvordering ( ) volgt in het najaar 2015 een voorstel. De taakstelling cofinanciering participatie wordt jaarlijks incidenteel ingevuld, vanuit budgetten die we via externe financiering verkrijgen (bijvoorbeeld ESF). 2.2 Sterke samenleving Het budget burgerinitiatief en eigen kracht wordt ingezet t.b.v. subsidies aan partners in de stad die hiermee activiteiten organiseren gericht op meer meedoen in de Delftse samenleving. Het gaat om bijvoorbeeld de Delftse Werkgroep Homo-emancipatie en migrantenzelforganisaties. Maar ook de wettelijk verplichte ceremonie voor nieuwe Nederlanders wordt uit dit budget betaald. 45

46 Maatschappelijke Voorzieningen Om integrale sturing op beleidsmaatschappelijk vastgoed mogelijk te maken zijn de fysieke voorzieningen samengebracht in drie onderdelen: sportaccommodaties, overige maatschappelijke voorzieningen en onderwijshuisvesting binnen de doelstelling sterke samenleving. Sportaccommodaties Het huidige beleid met betrekking tot sportaccommodaties is het aanbieden van accommodaties die toegankelijk, functioneel en veilig zijn en daarmee voldoen aan de normering van de sportbonden. Participatie van sportverenigingen in het beheer van de accommodaties en het leveren van een bijdrage bij het oplossen maatschappelijke problemen zijn de uitgangspunten van het beleid. In de Bestuurlijke Opdracht Toekomstbestendige Sport wordt onderzocht of dit beleid verder aan kan worden gescherpt. Overige Maatschappelijke Voorzieningen Dit betreft met name de Welzijnsaccommodaties. In het accommodatiebeleid (2011) is vastgesteld dat 7 wijkcentra en 2 jongerencentra voldoende capaciteit kunnen bieden om te voorzien in de programmering van de welzijnsactiviteiten voor kwetsbare burgers. Deze gebouwen zijn een middel om o.a. de beleidsdoelen van Gezond en Wel te bereiken. De overige capaciteit van de maatschappelijke ruimten wordt, via een nieuw ontwikkeld zoek en boek -systeem aangeboden aan andere partijen in Delft. Onderwijshuisvesting In het kader van onderwijshuisvesting heeft de gemeente de zorgplicht en daarmee de wettelijke taak voor realisatie en instandhouding van voorzieningen voor onderwijshuisvesting. Aan deze wettelijke zorgplicht wordt invulling gegeven middels de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Delft 2014 (regelgeving) en Integrale Huisvestingsplannen (beleid). Afspraken met schoolbesturen over de inzet van middelen voor onderwijshuisvesting volgen uit de wettelijke zorgplicht van de gemeente en zijn opgenomen in de Integrale Huisvestingsplannen. De Integrale Huisvestingsplannen vormen de basis voor beleidsmatige keuzes als ook concrete plannen voor verdere uitvoering in de periode De komende jaren zijn aanpassingen voor herschikking, nieuwbouw, renovatie en uitbreiding in de Integrale Huisvestingsplannen opgenomen. Er wordt gestuurd op efficiënter gebruik van schoolgebouwen en kostenreductie. Het resultaat is meerjarige afspraken over investeringen in onderwijshuisvesting. Basispakket jeugdgezondheidszorg Binnen Sterke Samenleving wordt vanuit de gemeente ingezet op een goede jeugdgezondheidszorg. Het gaat hier in hoofdzaak om de uitvoering van de wettelijke taken door de stichting jeugdgezondheidszorg daarnaast, wordt waar nodig opvoedondersteuning ingezet, en is er voor jongeren een jeugdinformatiepunt (JIP). Onderwijs De inzet van gemeentelijke middelen is gericht op de wettelijke taken. Het onderwijs krijgt nog gemeentelijke subsidie voor Loopbaan oriëntatie binnen het VMBO, bewegingsonderwijs en schoolzwemmen. Gezond en Wel Het budget voor Gezond en Wel wordt toegekend aan de netwerkorganisatie Delft voor Elkaar, bestaande uit Participe-Delft, Kwadraad, Stichting MEE Zuid-Holland Noord en Sport en Evenementen Haaglanden. Met Delft voor Elkaar zijn voor 2015 en 2016 afspraken gemaakt over de uitvoering van gezond en wel (activiteiten op het gebied van welzijn, maatschappelijke dienstverlening en sport die zijn vastgelegd in een uitvoeringsovereenkomst). Voor de continuïteit in 2017 wordt in 2015 onderzoek gedaan worden naar de mogelijkheden van een nieuwe aanbesteding dan wel het voortzetten van de subsidiëring aan de huidige partners. 46

47 Sport en Bewegen In de kadernota Lokaal Gezondheidsbeleid wordt de eerder ingezette beleidslijn voor bewegen, spelen en sporten voortgezet en de doelstelling om meer mensen te laten voldoen aan de beweegnorm gehandhaafd. Sport en bewegen wordt gestimuleerd door - naast het reguliere sportaanbod - activiteiten in wijken en buurten aan te bieden. Samenwerkingspartners vanuit sport, cultuur, welzijn en zorg organiseren dit. Zij worden hierbij ondersteund door de, financieel door het Rijk gesteunde, Buurtsportcoaches. Daarnaast kunnen beweegaanbieders via de landelijke Sportimpulsregeling subsidie aanvragen voor de organisatie van (maatschappelijk) brede activiteiten en projecten. We vinden het belangrijk dat de partners op het gebied van sport en bewegen sterke, vitale organisaties zijn. In dat kader worden de trajecten maatschappelijk verantwoord verenigen (MVV) voortgezet. Binnen de bredere opgave van Gezond en Wel worden deze onderdelen ook in 2016 voortgezet. Om invulling te geven aan de bezuinigingstaakstelling op sportvoorzieningen is onderzocht of er efficiencyvoordelen te behalen zijn ten aanzien van het gebruik van de sportaccommodaties en voorzieningen en op het gebied van het beheer en onderhoud ervan. Daarnaast wordt een maatschappelijk tarievensysteem ontwikkeld. Besluitvorming op basis van de plannen wordt eind 2015 verwacht, implementatie in Wonen In de gemeente geven we samen met de corporaties invulling en uitvoering aan de nieuwe Woonwet ( herzieningswet ). Met deze wet heeft de gemeente een sterkere rol in de aansturing van de corporaties gekregen, worden andere spelers zoals (internationale) beleggers belangrijker op het woondomein, en is de rol van de corporaties meer beperkt tot het strikt, sociaal noodzakelijke. Ook de rol van de huurdersvertegenwoordiging verandert, zij moeten mee gaan tekenen bij de prestatieafspraken tussen gemeente en corporaties. Samen met de corporaties richten we de sturings- en verantwoordingscyclus opnieuw in, passend bij de nieuwe wet- en regelgeving. Ook bekijken we op welke onderdelen bijstelling van de Woonvisie nodig is. Vaststelling van een actuele (uitvoerings)visie is voorzien medio In 2016 zetten we de regionale samenwerking met de bestuurlijke tafel wonen in Haaglanden voort. Uitvoering van de regionale prestatie afspraken met de SVH (Sociale Verhuurders Haaglanden), woonruimteverdeling (o.a. wonen en zorg), uitvoeren van het WoONonderzoek en de Grote Woontest, maar ook het onderzoeken van de mogelijkheid om tot een regionale woonvisie en woningmarktregio (waarbinnen corporaties dienen te werken) te komen, vormen de belangrijkste regionale agendapunten. In het verlengde van het landelijk beeld trekt ook in Delft de woningmarkt weer aan. In 2014 werden er 837 woningen verkocht en was er voor het eerst sinds 2007/2008 weer sprake van een flinke stijging. Het dieptepunt van het aantal verkopen lag in 2012 met 557 verkochte woningen. Vòòr de crisis, vòòr 2008, werden er in Delft jaarlijks tussen de en woningen verkocht. Naast de groeiende aantallen ontwikkelt ook de verkooptijd zich gunstig. Tijdens het dieptepunt van de crisis was de gemiddelde verkooptijd 180 dagen. Inmiddels is dit 90 dagen. Ook met de woningbouw lijkt het weer beter te gaan. Na een jarenlange daling steeg het aantal opleveringen in 2014 weer en lijkt zich dit voor de komende jaren ook door te zetten. In de Harnaschpolder loopt de uitgifte op enkele velden zelfs iets voor op de planning en daarnaast trekt ook de verkoop van de iets duurdere woningen licht aan. Voor wat betreft Nieuw Delft gaat het met de kavelverkopen in de Coendersbuurt goed en ook voor de bouwvelden in Nieuw Delft die de komende jaren uitgegeven zullen worden melden zich steeds meer plannenmakers. Goede berichten zijn er ook te geven over de woningbouw rond winkelcentrum De Hoven, waar inmiddels een start is gemaakt met de bouw van een eerste woontoren. De aantrekkende woningmarkt biedt ook kansen voor de gemeentelijke locatie aan de Staalweg. Deze locatie zal vanaf begin 2016 leeg komen te staan en kan worden getransformeerd. Een integrale gebiedsontwikkeling van het totale plot door een marktpartij geniet de voorkeur en daarom is een marktuitvraag in voorbereiding waarin zowel aan kwalitatieve toevoeging aan de stad als aan het financiële resultaat voor de gemeente zal worden getoetst en geselecteerd. Om de marktwerking en de kansen voor de locatie optimaal te kunnen benutten, worden op voorhand geen functies meegegeven. Gezien de ligging van de locatie en de ontwikkelingen van de markt lijkt woningbouw het meest voor de hand te liggen. Gezien de zich herstellende woningmarkt en de kansen die Delft biedt voor investeerders en 47

48 ontwikkelaars wordt momenteel door de gemeentelijke organisatie een Delfts bidbook voorbereid. Het bidbook belicht de ambities van de stad ondermeer voor wat betreft de woningbouw en de mogelijkheden die er zijn om deze ambities te verwezenlijken. Sterke wijken en gebiedsgerichte aanpak De hervormde wijkaanpak zetten we ook in 2016 door. De nieuwe aanpak betreft regie op sterke wijken, als onderdeel van sterke samenleving, eigen kracht en de gebiedsgerichte aanpak. Regie op sterke wijken richt zich op alle buurten in Delft en de gemeente vervult de regierol waarmee meer ruimte voor eigen initiatief voor burgers en organisaties in de wijk ontstaat. Ondersteuning kan vanuit Delft voor elkaar en het Netwerk maatschappelijke initiatieven plaatsvinden. Indien er financiële ondersteuning nodig is, kan een aanvraag worden gedaan voor een stimuleringssubsidie. De gemeente neemt de regierol overall en monitort de leefbaarheid in alle buurten. Daar waar de leefbaarheid van buurten erg onder druk staat, neemt de gemeente ook de rol als initiatiefnemer en start ze een proces-projectmatige of programmatische aanpak. In Delft wordt op dit moment alleen in de Buitenhof een integrale programmatische aanpak uitgevoerd. Eind vorig jaar is daarvoor het streefbeeld Buitenhof vastgesteld. Afgelopen jaren is hard gewerkt aan het verbeteren van de leefbaarheid in Buitenhof Noordwest middels de 40+-aanpak. De leefbaarheid heeft zich in positieve zin ontwikkeld. Maar ook komende jaren blijft hier extra inzet nodig om de leefbaarheid in het gebied verder te verbeteren. Voor de periode wordt programmatisch gewerkt aan de 3 programmalijnen: mensen aan het werk, mensen doen mee en een aantrekkelijk leefklimaat. Voor het behalen van de resultaten worden o.a. ingezet op (job)coaching, extra inzet op ondersteuning en zorg middels 1fte sociaal team en 1 fte jeugdteam, inzet op schoon, heel en veilig en worden woningen meer gericht toegewezen. Stedelijke vernieuwing Met de meerjarenraming stimuleringsfonds Stedelijke Vernieuwing (raad 18 dec. 2014), is een stedelijk vernieuwingsfonds afgesproken voor revolverende leningen. Hoofddoel van het Delfts stedelijk vernieuwingsbeleid was, is en blijft het realiseren en behouden van een vitale en ongedeelde stad met vitale, leefbare en gemengde wijken. 2.3 Zorg en ondersteuning In de paragraaf Zorg & ondersteuning gaat het voornamelijk om de voorzieningen die we treffen voortvloeiend uit de Wet op de jeugdhulp en de Wet maatschappelijke ondersteuning. Hieronder wordt allereerst een toelichting gegeven op de WMO, daarna wordt ingegaan op jeugdhulp, Toegang en onderwijsondersteuning. WMO Het huidige Wmo-beleidsplan loopt dit jaar af en een nieuw beleidskader als onderdeel van het sociaal domein is in voorbereiding. Maatschappelijke opvang Dit budget wordt ingezet voor de opvang van dak- en thuislozen en de aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling. De maatschappelijke opvang wordt uitgevoerd door stichting Perspektief en de Veilig Thuis organisatie. Delft is centrumgemeente voor de regio Delft Westland Oostland en ontvangt voor de uitvoering van deze activiteiten een decentralisatie uitkering van het Rijk. Door wijziging van de verdeelsystematiek heeft de decentralisatie uitkering de laatste jaren steeds onder druk gestaan. De middelen die voorheen vanuit de gemeentebegroting hiervoor werden ingezet zijn de afgelopen jaren wegbezuinigd. Begeleiding/dagbesteding Wmo Begeleiding is als nieuwe voorziening per 2015 onder de verantwoordelijkheid van de gemeente gekomen. Op regionaal niveau zijn voor 2015 inkoopafspraken gemaakt met 37 zorgaanbieders. Advies, ondersteuning en administratie wordt verzorgd door zorgverzekeraar DSW. Het inkoopproces voor 2016 loopt inmiddels en de insteek voor 2016 is de koers die in 2015 is ingezet vast te houden. 48

49 Beschermd wonen Ook beschermd wonen is per 2015 een verantwoordelijkheid van de centrumgemeente Delft geworden. Voor 2015 zijn met 11 zorgaanbieders inkoopafspraken gemaakt. De drie grootste partijen hierin zijn Perspektief, Pieter van Foreest en GGZ Delfland. Op landelijk niveau is er de afgelopen tijden veel discussie geweest over het verdeelmodel op basis waarvan het beschikbare macrobudget verdeeld wordt over de centrumgemeenten. Het Rijk heeft aangegeven dat het budget voor beschermd wonen zonder bezuiniging overgeheveld wordt naar de centrumgemeenten. Op dit moment is nog onzeker of dat met de huidige verdeling het geval is en wordt nog nader onderzoek gedaan. Jeugdhulp Vanaf 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor alle hulp en ondersteuning aan jeugdigen in haar gemeente. Het wettelijke recht op zorg is vervangen door een jeugdhulpplicht. Bij jeugdhulp gaat het om jeugd- GGZ, ambulante hulp, hulp voor licht verstandelijk gehandicapten (LVB), pleegzorg en residentiële opvang (24 uur). Ook is er budget opgenomen ten behoeve van hulp via persoonsgebonden budget. Samen met de taken op gebied van preventie (sterke basis) is de gemeente hiermee budgettair verantwoordelijk voor alle ondersteuning en hulp aan jeugdigen. Individuele verstrekkingen Wmo Het budget individuele verstrekkingen wordt besteed aan het beschikbaar stellen van huishoudelijke zorg, woningaanpassingen, vervoer en scootmobielen. Via de bekende keukentafelgesprekken wordt door de medewerkers van het Wmo-team onderzocht wat iemand nog zelf kan doen of regelen en/of welke maatwerkvoorziening toegekend moet worden. De taskforce WMO heeft in 2012 met behulp van diverse maatregelen het tekort op de individuele verstrekkingen WMO kunnen ombuigen naar een positief saldo. Daarnaast hebben de diverse aanbestedingen ook gezorgd voor een efficiency-slag. De contracten met aanbieders van huishoudelijke zorg konden hierdoor worden verlengd tot 2017 om voldoende tijd te hebben om op regionaal niveau onderzoek te doen en afspraken te maken over de hervorming van de huishoudelijke zorg. In de loop van 2016 zal hierover besluitvorming in college en raad plaatsvinden. Onderwijsondersteuning Binnen de begrotingspost Zorg en Toeleiding zijn ook de rijksmiddelen opgenomen ten behoeve van het voorkomen van onderwijsachterstanden en voor-en vroegschoolse educatie (OAB/VVE), voortijdig schoolverlaten (VSV) en leerlingenvervoer. De rijksmiddelen OAB/VVE worden in hoofdzaak ingezet op jonge leeftijd om achterstanden op gebied van taal en rekenen zo snel mogelijk in te lopen. Dit gebeurt met programma s op de peuterspeelzaalzalen, kinderopvang, het basisonderwijs en een kopklas op het Grotius (overgang basisonderwijs naar voortgezet onderwijs). Het (rijks)beleid op gebied van voortijdig schoolverlaten is gericht op het behalen van een startkwalificatie, als opstap naar vervolgonderwijs of arbeidsmarkt. Voortijdig schooluitval, i.c. het verlaten van school zonder startkwalificatie, wordt aangepakt via activering van jongeren vanuit o.a. het gemeentelijke jongerenloket om minimaal een startkwalificatie te halen. Tenslotte heeft de gemeente de wettelijke taak om te voorzien in leerlingenvervoer indien sprake is van een handicap. Toegang & Toeleiding Op grond van de nota Toegankelijke hulp en zorg voor jong en oud is begin 2015 een gemeentelijke toegangsorganisatie ingericht voor het ondersteunen van mensen en gezinnen met een hulp- en/of ondersteuningsvraag. Deze projectorganisatie wordt bemenst door professionals werkzaam in vier teams: WMO, team jeugd, team Werk & Inkomen en Sociaal team. De teams zijn samengesteld uit medewerkers van diverse partnerorganisaties en de gemeentelijke organisatie. Vanuit deze teams wordt ondersteuning gegeven en waar nodig toegeleid naar voorzieningen voor jeugdhulp en Wmo. Ook wordt vanuit team jeugd deelgenomen aan de ondersteuningsteams op scholen vanuit de Wet op passend onderwijs. 49

50 Openstaande bezuinigingstaakstellingen Sterke Samenleving Maatschappelijke voorzieningen: Accommodaties efficiënt gebruik Op het totaal van de oorspronkelijke taakstelling van 1,5 miljoen is tot op heden 1,2 structureel ingevuld. Het aantal accommodaties is teruggebracht tot het afgesproken minimum niveau. Marktconforme huur kinderopvang in schoolgebouwen Economische ontwikkelingen en verhoging van de ouderbijdragen hebben tot gevolg dat er terugloop is in kinderopvang waardoor ook de inkomsten voor scholen teruglopen. Het bedrag van de taakstelling zal daarom worden bijgesteld naar De invulling van het restant van de taakstellingen op maatschappelijke voorzieningen is afhankelijk van het vervolgonderzoek n.a.v. het brinkgroep rapport m.b.t. het onderhoud van panden met een maatschappelijke functie en het lopende onderzoek door Drijver en Partners t.a.v. de sportaccommodaties in het kader van de Bestuurlijke Opdracht (BO) Sport. Eind 2015 zal dit onderzoek worden afgerond en zal een voorstel voor de invulling van de taakstelling worden ingediend. De overige taakstellingen op de Doelstelling Sterke Samenleving zijn ingevuld. Verwerking zal plaatsvinden bij de Najaarsrapportage Investeringen in het hoofdstuk InvesteringsPlan Hoofdstuk Omschrijving Categorie** E M Toegekend bedrag na actualisatie Realisatie t/m 2014 Bedragen x 1000,- Beschikbaar Jaar start vanaf en gereed Stad van participatie Sterke samenleving Brede school Poptahof E Bijdrage Brede school Poptahof E Onderwijshuisvesting 2013 E Onderwijshuisvesting 2014 E IHP* Primair Onderwijs E Christelijk Lyceum Delft E Scholen Combinatie Delfland E Bijdrage Scholen Combinatie Delfland E Speelplekken M Totaal Investeringsplan * IHP: integraal huisvestingsplan ** E =economisch nut; M =maatschappelijk nut Toelichting op de investeringen Brede School Poptahof Dit betreft een brede onderwijs-wijkvoorziening. De voorziening bevat twee scholen (huidige Omnibus en Horizon/locatie Anne de Vries), buitenschoolse opvang, een peuterspeelzaal en een sportvoorziening. Vanuit deze multifunctionele accommodatie wordt door meerdere partijen vorm gegeven aan een samenhangend aanbod van onderwijs, opvang en vrije tijd. Oplevering van de school heeft in 2014 plaatsgevonden. In 2015 zullen nog kosten worden gemaakt m.b.t. de onderhoudstermijn, de nazorg en de sloop van de oude gymzaal. Onderwijshuisvestingsprogramma s 2013 en 2014 Jaarlijks worden in het consensusoverleg met de schoolbesturen de afspraken vastgelegd voor het 50

51 onderwijshuisvestingsprogramma in het kader van de huisvestingsplicht van gemeenten voor het primair onderwijs (PO) en voortgezet onderwijs (VO). Vanaf 1 januari 2015 zijn de schoolbesturen in het PO zelf verantwoordelijk voor het totale onderhoud. Voor het VO was dit al het geval. De lopende onderhoudsinvesteringen voor het PO zijn zoveel mogelijk afgewikkeld in De gemeenten zijn alleen nog verantwoordelijk voor nieuwbouw en grote verbouwprojecten. Voor de komende jaren is in het kader van deze verantwoordelijkheid een Integraal Huisvestingsplan (IHP) voor het Onderwijs vastgesteld. In het IHP PO zijn voor de komende jaren de afspraken rond de ontwikkelingen in de huisvesting van het primair onderwijs vastgelegd. Dit betreft o.a. de ontwikkelingen in het Tanthof, het voorgezet speciaal onderwijs, passend onderwijs en de ontwikkeling van integrale kindcentra. Christelijk Lyceum Delft De bouw van de uitbreiding aan het Molenhuispad voor het CLD is gestart in juni De verwachte oplevering is medio Wanneer de uitbreiding aan het Molenhuispad gereed is, zal de tijdelijke locatie aan de Colijnlaan worden verlaten. Op dit moment wordt de herbestemming van het pand aan de Colijnlaan onderzocht. Scholen Combinatie Delfland Begin 2015 is de Praktijkschool uit de van Bleiswijckstraat vertrokken en is de sloop van het pand en het bouwrijp maken van de grond gestart. De oplevering is gepland in december Onderhoudstermijn en nazorg lopen door in Bijdrage Scholen Combinatie Delfland De bijdrage voor de bouw van de SC Delfland betreft 1,8 miljoen uit de Spoorzone ontwikkeling en 2,8 miljoen uit de opbrengst van de toekomstige verkoop van het terrein aan de Juniusstraat waar het VMBO nu gevestigd is. Omdat de provincie Zuid-Holland niet akkoord gaat met de inzet van toekomstig opbrengsten, komt deze bijdrage te vervallen. Dit kan deels worden opgevangen doordat de aanbesteding lager is uitgevallen en zal voor het restant worden opgevangen door herfasering binnen de beschikbare middelen in het IHP. Speelplekken In 2014 is de speelplek in het Wilhelminapark heringericht. Daarnaast zijn innovatieve sport/beweegconcepten in het kader van ProFit geplaatst. Het project is in 2015 beëindigd. Op basis van de vaststelling van de Europese subsidie wordt duidelijk welk deel van dit budget nog moet worden ingezet t.b.v. Profit. Het overige budget is beschikbaar voor noodzakelijke investeringen in speelplekken in Delft. 51

52 Leefbare stad Wat willen we bereiken? 52

53 Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? De verbindende opgave die we in dit hoofdstuk plaatsen is het behouden van een Aantrekkelijk leefklimaat. We werken samen aan een aantrekkelijke, een veilige en een duurzame stad. De doelstelling Bereikbare en gastvrije stad is voor de eerste en tweede W vraag geconcretiseerd in hoofdstuk 1. In voorgaand overzicht wordt conform het Bestuursprogramma de operationalisering van deze verbindende opgave voor de komende vier jaar getoond. Aan de linkerkant is aangegeven met welke begrotingsdoelen de onderdelen van deze opgave corresponderen. Aan de kleuren is te zien waar de opgaven elkaar versterken. De doelstelling Bereikbare en gastvrije stad is voor de 1 e W-vraag geconcretiseerd in hoofdstuk 1. Stad van innovatie, vanwege de bijdrage aan de opgave Mensen aan het werk. De nagestreefde maatschappelijke effecten komen overeen met het Bestuursprogramma Toen is uiterst kritisch gekeken naar de haalbaarheid binnen de beschikbare afnemende middelen en zijn de bestuurlijke ambities op een realistisch niveau gebracht. Zoals al aangegeven in de Kadernota 2015 is er op dit moment geen noodzaak tot bijstelling van dit maatschappelijke ambitieniveau. In het voorjaar van 2016 komen we met een nieuwe Staat van Delft waarmee we een tussentijdse beoordeling kunnen maken van de mate van doelbereiking. De verbindende opgave aantrekkelijk leefklimaat willen we realiseren door te investeren in de centraalstedelijke functie van Delft in deze regio. De kern daarvan ligt in het gebruiken van de potentie van de Spoorzone. Vanaf 2017 komen de terreinen ter beschikking voor bebouwing, Zoals in de Kadernota 2015 aangegeven willen we onder andere het tempo van realisatie omhoog brengen - streven naar woningen per jaar - en de bereikbaarheidsvraagstukken van Delft tackelen. We gaan een proactieve ontwikkelstrategie hanteren, waarbij ontwikkelaars, beleggers en investeerders actief benaderd worden om te investeren in de stad. Wat gaan we ervoor doen? Leefbare stad Aantrekkelijke stad (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Bestedingen binnenstad. Blijft gelijk. Blijft gelijk. Vitale (binnen)stad en stad met cultuur. Uit Delft 51,71 Uit regio 69,12. Cultuurwaardering 0- meting.* Waardering cultuuraanbod. Nulmeting tweejaarlijks- -tweejaarlijks- Cultuurwaardering blijft gelijk. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) % 0% Aantrekkelijke toegang (binnen)stad. Eén visie/plan Agathaplein en omgeving. Opdracht verstrekt medio Visie Agathaplein gereed. Plan Agathaplein gereed. Aantrekkelijk winkelaanbod. % leegstand tov regio. Leegstand binnenstad: 7% Leegstand Haaglanden: 11%. Leegstand binnenstad is kleiner dan de Leegstand in Haaglanden. Leegstand binnenstad is kleiner dan de Leegstand in Haaglanden. Leegstand binnenstad is kleiner dan de Leegstand in Haaglanden. Leegstand binnenstad is kleiner dan de Leegstand in Haaglanden. 53

54 Bereikbare en gastvrije stad (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Bereikbare stad. Oordeel bereikbaarheid. 6,9. -tweejaarlijks- 6,0. -tweejaarlijks- 6,0. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Autoparkeren: eenduidig en gastvrij. Autoparkeren: waardering burger (DIP). 5,9. -tweejaarlijks- 6,0. -tweejaarlijks- 6,0. Afronden grote projecten. Projecten afmaken. 0. Spoortunnel, OVknoop en modulaire fietsenstalling in gebruik. Phoenixstraat, Spoorsingel, Westvest en Westlandseweg heringericht. Goede openbare ruimte (zie onder veilige stad) (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat") Duurzame stad (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat) Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Delft energieneutraal. Totale CO2 uitstoot tov -15%. -tweejaarlijks- -20%. -tweejaarlijks- -28% Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Energiebesparing bouw: bestaand en nieuw. Algemene E-deal: Jaarlijks 5 nieuwe ondertekenaars. Projecten E-deal: Nieuwe deals Bijdragen aan omvorming bestuurlijke structuur groengebieden. Corporatiewoningen: Verduurzaming EFG labels naar C. Voortgang vernieuwingsproces en betrokkenheid van partijen rapporteren. Streven bepalen voor Bestuurlijke structuur omgevormd. Maatschappelijke partijen meer zeggenschap en dragen financieel meer bij. Veilige stad (en goede openbare ruimte) (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Delft is veilig. Veiligheidsgevoel. 88%. -tweejaarlijks- 82%. -tweejaarlijks- 82%. Criminaliteitscijfer. index 83. Index 100. Index 100. Tevredenheid openbare % niet ontevreden over 79%. -tweejaarlijks- >50%. -tweejaarlijks- >50%. ruimte. openbare ruimte. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Geen toename jeugdcriminaliteit. Aantal individuele werkplannen per jaar. 54

55 Wat mag het kosten? Het overzicht van baten en lasten in de begroting In de tabel is per product aangegeven wat het financiële kader is aan baten en lasten in het jaar Daarnaast zijn (indien van toepassing) de stortingen in- en onttrekkingen aan de reserves weergegeven. Leefbare stad Bedragen x 1000,- Lasten Baten Resultaat na Stortingen Onttrekkingen bestemming Aantrekkelijke stad ruimtelijke ordening binnenstad vitaal en gastvrij vak, centrum voor kunsten cultuurparticipatie erfgoed delft cultuurhistorie delft Totaal aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad beleidsvoorbereiding en uitvoering verke parkeervoorzieningen parkeren spoortunnel spoorzone gemeentelijke taken algemeen beheer vastgoed bouwgrondexploitatie exploitatie uitgegeven terreinen exploitatie verhuurde eigendommen legesmodel omgevingsvergunningen nieuw stadskantoor Totaal bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte gladheidsbestrijding begraafplaatsen en lijkbezorging reinigingsrechten overige derden (wegen, straten pleinen) overige derden (riolering) overige openbare hygiëne wegen, straten en pleinen groen speeltuinen schoonmaken openbare ruimte recreatieve voorzieningen civiele kunstwerken verkeersvoorzieningen waterwegen riolering openbare verlichting Totaal goede openbare ruimte Duurzame stad recreatiegebied delftse hout milieu streekdierentehuis recreatiegebied midden delfland Totaal duurzame stad Veilige stad bouwen en wonen openbare orde en veiligheid openbare ruimte (veiligheid) milieutoezicht bijdrage veiligheidsregio haaglanden Totaal veilige stad Totaal leefbare stad

56 Het overzicht van openstaande bezuinigingen Met onderstaande overzichten wordt, per doelstelling, inzicht gegeven in de nog nader in te vullen bezuinigingstaakstellingen. Doelstelling Omschrijving taakstelling Aantrekkelijke stad Verlagen subsidie De Veste Subsidies afwegen binnen gewenst stadprofiel Cultuureducatie en bibliotheek Erfgoed Totaal nog in te vullen bezuinigingen Doelstelling Bereikbare en gastvrije stad Vastgoedbedrijf+: centralisatiegedachte onderwijs Herijking Parkeerketen Verkleinen vastgoedportefeuille Totaal nog in te vullen bezuinigingen Doelstelling Omschrijving taakstelling Goede openbare ruimte Lagere intensiteit openbare verlichting Openbare werken, inboeken efficiency Avalex Totaal nog in te vullen bezuinigingen Doelstelling Omschrijving taakstelling Veilige stad Zoeklicht formatiereductie Totaal nog in te vullen bezuinigingen Mutaties in bestaand en nieuw beleid 3.1 Aantrekkelijke stad Actualiseren bestemmingsplannen Een goede ruimtelijke ordening is vooral een belangrijke randvoorwaarde voor andere doelen. Delft actualiseert structureel 2 a 3 grote bestemmingsplannen per jaar. Dit maakt dat Delft de bestemmingsplannen op orde heeft en daarmee voldoet aan de gestelde eisen in de Wet ruimtelijke ordening. Voor 2016 staan de bestemmingsplannen Krakeelpolder, Noordoost een Technopolis op de planning. Stadsbouwmeester De stadsbouwmeester levert een bijdrage door het borgen en stimuleren van kwaliteit. Zowel op projectniveau als stadsbreed. In 2016 wordt opnieuw naar de kwaliteitsketen ruimtelijke projecten gekeken. Doel is deze keten zo optimaal mogelijk te laten functioneren en te streven naar kwaliteit voor de stad. De stadsbouwmeester vervult een rol in dit traject. Omgevingswet De invoering van de omgevingswet komt dichterbij; geplande datum van invoering is januari Delft wil de invoering van deze wet zo soepel mogelijk laten verlopen. De implementatie van de wet vraagt om een goede en gedegen voorbereiding. Dit moet er toe leiden dat burgers, bedrijven en instellingen in 2018 direct kunnen profiteren van de voordelen die de omgevingswet biedt. Anterieure overeenkomsten De economie trekt weer aan en steeds meer partijen willen graag ontwikkelen in Delft. Vaak vereist ontwikkeling een ruimtelijke procedure. De gemeente treedt op als professionele partij, en maakt afspraken over plankosten, de te volgen procedures en benadrukt het belang van goede communicatie rondom (de realisatie van) een ontwikkeling. Groen Blauw Begin 2011 is gestart met het TICD-sleutelproject groen-blauw Delft Zuidoost. Dit heeft geleid tot de rapportage groen-blauw, waarin 180 kansen staan om meer en beter water en groen te realiseren in 56

57 Zuidoost. In 2012 is Delft samen met de stakeholders in het gebied gestart met de uitvoering van deze kansen. De groen-blauwe kansen zijn niet in een uitvoeringsprogramma gegoten, partners overleggen regelmatig met elkaar in het stakeholderoverleg Zuidoost en maken ieder jaar een planning voor uitwerking en uitvoering van maatregelen. Op die manier kan slim gekoppeld worden aan andere werkzaamheden (woningbouw, infrastructuur, riolering) in het gebied. Ook voor 2016 wordt een nieuwe planning voor uitwerking en uitvoering van maatregelen opgesteld. Wijkvisies Delft is in 2015 gestart met een beschrijving van de wijkontwikkelingen op de midden- en lange termijn in de context van de stad, stadsdelen en de verschillende woonmilieus. Uit deze beschrijvingen blijkt wat iedere wijk kan bijdragen aan de stad en de ambities van Delft. De beschrijvingen zijn gebaseerd op SWOT-analyses en verwerkt in ontwikkelrichtingen per wijk. De resultaten zijn een aanvulling en verfijning op de Ruimtelijke Structuurvisie Delft en de Stadsvisie 2030 en bieden een handvat bij toekomstige (ruimtelijke) ontwikkelingen. VAK, centrum voor de kunsten Alle kosten en inkomsten die voortkomen uit de activiteiten bij De VAK vallen in dit product. Gedurende het seizoen worden de activiteiten bij De VAK nog op de gebruikelijke wijze aangeboden en uitgevoerd. Tegelijkertijd vinden de voorbereidingen plaats voor het naar de markt brengen van het vrijetijdsaanbod van De VAK. De keuze van college en raad voor een scenario eind 2015 bepaalt op welke wijze de docenten van De VAK dit type activiteiten vanaf seizoen kunnen aanbieden. Intentie is om het onderdeel Onderwijs van De VAK onder te brengen bij het nieuw te vormen taal- en cultuureducatief centrum in samenwerking met DOK. Met deze ontwikkelingen wordt de prioriteit gelegd bij de jeugd t/m 14 jaar en een breed bereik onder deze doelgroep. Tegelijkertijd wordt hiermee een taakstelling van 1,2 miljoen in 2018 ingevuld. Cultuurparticipatie Binnen dit product vallen alle prestatiesubsidies aan culturele organisaties. De grootste daarvan zijn DOK en Theater de Veste. Belangrijkste ontwikkeling in dit domein is de hierboven reeds geschetste omvorming van DOK, samen met VAK Onderwijs, naar een taal- en cultuureducatief centrum. Erfgoed Delft Begin 2014 is het organisatieplan van Erfgoed vastgesteld, getiteld Sterk in de Kern Erfgoed Delft op weg naar Vanuit dit organisatieplan wordt stapsgewijs gewerkt aan een gezonde en duurzame toekomst van Erfgoed Delft en een - ook op termijn - adequate uitvoering van de gemeentelijke taken die Erfgoed Delft uitvoert. Voor Archief en Archeologie wordt ingezet op het versterken van hun positie in de regio. Voor Museum Prinsenhof Delft wordt op termijn een verzelfstandiging beoogd. Randvoorwaarden daarvoor zijn: het structureel op orde brengen van de bedrijfsvoering en organisatie, het verhogen van het publieksbereik naar een niveau van ca bezoekers per jaar, het veilig en adequaat onderbrengen van de collectie en renovatie van het gebouwencomplex. Op al deze punten zijn en worden stappen genomen. Ruimte daarvoor wordt o.a. gecreëerd door het afstoten van Museum Lambert van Meerten. Een plan voor renovatie van het gebouwencomplex van Museum Prinsenhof Delft, in relatie tot verdere ontwikkeling van het Agathaplein, wordt in 2016 verwacht. Archeologie en Archief zijn wettelijke taken die al op een sober en doelmatig niveau worden uitgevoerd. En een bezuiniging op kosten bij Museum Prinsenhof heeft direct gevolgen voor de inkomsten die behaald kunnen worden. Minder of kwalitatief mindere tentoonstellingen leidt bijvoorbeeld tot minder bezoekers en minder mogelijkheden voor cofinanciering door fondsen en sponsoren. Cultuurhistorie Delft Hieronder vallen de activiteiten van Monumentenzorg Delft. In de Atlas voor Gemeenten 2015 staat Delft op de 6 e plaats als Monumentenstad. Voor wat betreft moderne architectuur bekleedt Delft zelfs de 1 e plek. Cijfers om trots op te zijn. Hiervoor is wel nodig dat er blijvend aandacht is voor de 57

58 kwaliteit van de monumentale stad en de bebouwde historische omgeving. De beste garantie voor behoud van monumenten is het vinden van een geschikte functie voor een pand. Delft adviseert actief eigenaren van monumentale panden hoe ze gebruik kunnen maken van landelijke en provinciale regelingen en fondsen t.b.v. restauraties, onderhoud en onderzoeken naar nieuwe functies van monumentale panden. Daarnaast adviseert monumentenzorg bij wijzigingen aan deze monumenten in het kader van vergunningen. Cultuurkader De Cultuurvisie Delft meer dan Blauw is inhoudelijk nog altijd actueel en dient dan ook als vertrekpunt voor het nieuwe cultuurkader. Er is echter wel sprake van een andere tijd waar we het met minder budget moeten doen en met een veranderende maatschappelijke vraag. De tijd is rijp voor een nieuw cultuurkader, dat recht doet aan de uitdagingen en kansen waar het culturele veld nu voor staat en dat op zoek gaat naar integrale oplossingen voor verschillende maatschappelijke opgaven. Daarbij worden heldere afspraken gemaakt over de rollen en verantwoordelijkheden van gemeente en culturele en maatschappelijke partners. Het cultuurkader bevat een uitvoeringsagenda voor de periode t/m Binnenstad De ambitie zoals omschreven in de Nota Binnenstad 2020: Vitaal & Gastvrij blijft van kracht echter gezien de beperkte financiële middelen wordt in 2016 alleen ingezet op de volgende twee programmalijnen; 1. Binnenstadseconomie in beweging van place to buy naar place to be : we zetten in op de invulling van de brancheringsvisie, de detailhandelnota en acquisitie conform het bidbook Stap in Delft. Deze inzet is gericht op het terugdringen van leegstand en het vergroten van het kwalitatief aanbod in de binnenstad. Daarnaast wordt binnen deze programmalijn gewerkt aan de aantrekkelijkheid van de aanlooproutes naar de binnenstad zoals Binnenwatersloot, Oude Langedijk, Barbarasteeg en Vesteplein. In 2016 zal ook, in navolging op de 0-meting in 2012, een 1-meting uitgevoerd worden op de Weerbaarheidsanalyse binnenstad om een beeld te krijgen van de ontwikkelingen en om daarmee de strategische agenda voor de binnenstad en de opgaven te herijken. 2. Sterk netwerk en partnerschap: de gemeente heeft een verbindende en faciliterende rol m.b.t. initiatieven van bewoners en ondernemers. Binnen de SCMD wordt de gezamenlijke uitvoering van de Nota binnenstad bewaakt en cofinanciering gerealiseerd voor de inzet van de Centrummanager, Acquisiteur en het Netwerk Binnenstad. 3.2 Bereikbare en gastvrije stad Overzicht baten en lasten De lasten en baten op beleidsvoorbereiding en uitvoering verkeer (07005) bestaan uit: - De bijdrage aan het mobiliteitsfonds van de Metropoolregio Den Haag Rotterdam (MRDH, voorheen Haaglanden) van ca Jaarlijkse kosten voor de dynamische afsluiting van de binnenstad, momenteel in de vorm van pollers, in de nabije toekomst door middel van kentekenherkenning - Bewaakte fietsenstallingen binnenstad - Kosten voor handhaving, afvoer en opslag van fietsparkeren - Intensivering bereikbaarheidsregie en bereikbaarheidscommunicatie. - Overige ambtelijke inzet beleid en uitvoering verkeer (o.a. verkeersbesluiten; regionale betrokkenheid en openbaar vervoer; kleine verkeers- en verkeersveiligheidsmaatregelen, verkeersmanagement. - Kapitaallasten van investeringen uit het verleden - Leges uit ontheffingen RVV (uitvoeringsbesluit bij de Wegenverkeerswet) De inleg in het mobiliteitsfonds wordt door de MRDH, gecombineerd met rijksgeld, uitgegeven aan regionale verkeersprojecten en aan subsidies aan individuele gemeenten. Delft heeft hier profijt van bij haar (infrastructurele) investeringen zoals bijvoorbeeld LVVP/SA. De intensivering bereikbaarheidsregie draagt extra bij aan het realiseren van het streefcijfer voor het burgeroordeel op de bereikbaarheid. De lasten en baten op parkeren en parkeervoorzieningen bestaan uit: - Aan parkeren verbonden kosten voor toezicht en handhaving, Klant Contact Centrum en de 58

59 Regionale belastinggroep; beleidscapaciteit parkeren en indirecte kosten. - Baten uit naheffingen; baten uit de risicorente-opslag parking delft BV; opbrengsten betaald straatparkeren, vergunningen en overige parkeerproducten. De uitgaven aan parkeren zijn gericht op een eenduidige en gastvrije parkeersituatie en de burgerwaardering van parkeren (streefcijfer) wordt gemeten (burger DIP). In het kader van de herijking parkeerketen is in 2014 een eenduidiger parkeerbeleid in de binnenstad gerealiseerd, in 2015 is de digitalisering van de parkeerketen een feit geworden. In 2016 worden deze wijzigingen geëvalueerd (o.a. bloktijden en financiële effecten op de opbrengsten o.a. van de garages-). Tevens zal gewerkt worden aan het integreren van de gemeentelijke parkeerketen en de parkeergarages in één exploitatiebedrijf. In 2015 vallen de inkomsten uit parkeren lager uit. Deels is dat te verklaren door technische problemen (o.a. storingen aan automaten), deels is het niet zo eenvoudig te verklaren. Er is in de afgelopen twee jaar enorm veel gewijzigd op het gebied van parkeren: bloktijden zijn aangepast, betaald en mixparkeren in de binnenstad langs de grachten is vervallen, goedkopere 1 e uurtarieven zijn doorgevoerd en uurtarieven zijn verhoogd. Onduidelijk is welk van deze wijzigingen in welke mate voor minder inkomsten dan verwacht heeft gezorgd. Daarom wordt de begroting vanaf 2016 naar beneden bijgesteld. Het zou kunnen dat de tegenvaller betekent dat de grens aan de parkeertarieven bereikt is, en dat nieuwe tariefsverhoging niet leidt tot meer inkomsten, daarom is besloten deze potentiele beheersmaatregel niet te nemen. Bestaande bezuinigingsprogramma Vanaf 2017 staat er nog een bezuiniging open uit de herijking parkeerketen. Beoogd was deze te realiseren via het integraal exploitatiebedrijf parkeren. Er valt te bezuinigen op de integrale parkeerketen. De bezuiniging wordt echter voor een deel gerealiseerd binnen (de Business Case van) Parking Delft BV en kan financieel-technisch niet ten gunste komen aan de gemeentelijke begroting. De resterende taakstelling van kan mogelijk worden opgevangen door de risicorenteopbrengsten in geval van overdracht van de nieuwe Spoorsingelgarage aan Parking Delft. De bezuiniging op de parkeertaken van de Regionale Belastinggroep (RBG) is reeds als taakstelling doorgevoerd op het product parkeervoorzieningen. Doordat de vervanging van de parkeerautomaten niet vlekkeloos is verlopen, is er nog geen sprake van een afname van werkzaamheden rondom bezwaarafhandeling door de RBG. Daardoor is nog onduidelijk of de verwachte afname van deze taak daadwerkelijk optreedt. Voor 2016 zijn er dus nog geen nieuwe financiële afspraken met de RBG te maken Algemeen beheer vastgoed en exploitatie verhuurde eigendommen Beide onderwerpen maken onderdeel uit van het gemeentelijke vastgoedbedrijf. De begrote baten bestaan uit huuropbrengsten, de begrote lasten uit de zakelijke (beheers)lasten, kapitaallasten en onderhoud. De bezuinigingsopgave wordt gevonden in het verlagen van het onderhoudsniveau naar het waarborgen van veiligheid. Prioriteit heeft het verder verkleinen van de gemeentelijke vastgoedportefeuille. Bouwgrondexploitatie De bouwgrondexploitatie maakt onderdeel uit van het (gesloten circuit) grondbedrijf. De begrote baten bestaan uit gronduitgiftes in de grondexploitatie Harnaschpolder en Voorhof Noord-West. De begrote lasten betreft het bouw- en woonrijpmaken en financieringslasten. Het saldo van de baten en lasten wordt, zover dit betrekking heeft op bouwgronden in exploitatie, geactiveerd. Als saldo op het product resteert de oprenting van de voorziening voor verliesgevende projecten en het budget voor incidentele baten en lasten. Een inhoudelijke toelichting over de grondexploitaties is opgenomen in de paragraaf Grondbeleid. Exploitatie uitgegeven terreinen Dit product betreft het erfpachtbedrijf. De begrote baten bestaan uit de erfpachtcanons op grond van de gesloten erfpachtovereenkomsten. De begrote lasten bestaan voornamelijk uit financieringslasten. 59

60 Binnen het Infra-deel Spoorzone worden de publiekrechtelijke taken (o.a. vergunning verlening INFRA-deel project, toezicht en handhaving, etc.) uitgevoerd. Dit budget zal ivm de afronding van dit projectdeel de komende jaren worden afgebouwd. Het nieuw kantoor Het nieuwe stadskantoor (fase 1) zal begin 2016 worden betrokken. De bouw ligt op schema. Projectkosten die niet voor activering in aanmerking komen, worden in dit hoofdstuk verantwoord. Een aandachtspunt is dat de bestemming van de baten de verkoopopbrengsten die oorspronkelijk ter dekking voor HNK begroot zijn tot nu toe nog niet door de provincie Zuid-Holland is goedgekeurd. 3.3 Goede openbare ruimte Toelichting op de baten en lasten De producten binnen goede openbare ruimte hebben vrijwel allemaal betrekking op de instandhouding van de openbare ruimte van de stad. Het niveau van onderhoud is gericht op minimale instandhouding waarbij kapitaalvernietiging wordt voorkomen. Er wordt op een minimaal niveau onderhouden. Om dit goed uit te kunnen voeren wordt gebruikt gemaakt van het in 2015 ingevoerde integrale beheerpakket. Voor de kapitaalgoederen (wegen straten pleinen, groen, civiele kunstwerken, riolering en openbare verlichting) wordt een meerjarige doorkijk gegeven in de actuele en vastgestelde beheerplannen. Voor al deze onderdelen geldt dat de kosten bestaan uit administratieve lasten (waaronder kapitaallasten), beheer en beleid, dagelijks onderhoud en groot onderhoud. Eind 2015 zijn twee (nieuwe) beheerplannen vastgesteld voor de periode Het betreft een vernieuwing van het beheerplan Groen, en een nieuw beheerplan voor Openbare verlichting. Met het beheerplan Groen wordt verdere invulling en uitwerking gegeven aan de nota Groen. Voor openbare verlichting zijn de uitgangspunten voor beheer en onderhoud vastgelegd. Hierin wordt ook ingespeeld op de steeds verdergaande technische ontwikkelingen, zowel op het gebied van energiebesparing als op de mogelijkheden van sturing van het verlichtingsniveau. In 2016 wordt een nieuw gemeentelijk rioleringsplan opgesteld. Hierin worden tevens de maatregelen opgenomen die noodzakelijk zijn als het gevolg van het op termijn stopzetten van de grondwateronttrekking Delft-Noord. Het aantal begravingen in werkelijkheid is lager dan waar in de begroting van is uitgegaan. De baten op de begraafplaatsen zijn met verlaagd. De begroting voor begraafplaatsen is aangepast aan de werkelijke kosten en de daadwerkelijke baten. Het product begraven is hiermee kostendekkend. Onder de reinigingsrechten vallen alle kosten en inkomsten welke gerelateerd zijn aan de afvalinzameling en verwerking. In 2015 is het besluit genomen over te gaan tot omgekeerd inzamelen. De komende jaren wordt dit systeem ingevoerd. Hiermee wordt gestreefd naar het behalen van de milieudoelstelling: het realiseren van 75% hergebruik en maximaal 100kg restafval per inwoner per jaar. In 2016 worden hiervoor de eerste stappen gezet met het inrichten van milieustraten. Binnen het product overige derden zijn alle werkzaamheden opgenomen die veelal vanuit een wettelijke taak door de gemeente voor derden worden uitgevoerd. Een groot deel van de kosten (toezicht en herstel) en inkomsten (leges en degeneratiekosten) zijn het gevolg van kabel en leidingwerkzaamheden van de nutsbedrijven Met de verzelfstandiging van de kinderboerderij en waterspeeltuin Korftlaan omvat het product recreatieve voorzieningen alleen nog de bijdrage voor de instandhouding van de voorzieningen in Tanthof. Verkeersvoorzieningen valt uiteen in twee onderdelen: de verkeerslichten en het onderhoud aan straatmeubilair (verkeersborden, paaltjes, bankjes etc.). 60

61 Bezuinigingsprogramma De bezuinigingen op de kinderboerderijen ( ) en op riolering ( ) zijn gerealiseerd. Met de verdere omvorming van Stadsbeheer naar regieorganisatie wordt toegewerkt naar de realisatie van de bezuiniging van vanaf 2017 (inboeken efficiency). 3.4 Duurzame stad Recreatiegebied Delftse Hout Met deze middelen worden de reeds gedane investeringen in het recreatiegebied Delftse Hout gedekt. Milieu De wettelijke taken (op het gebied van geluid, lucht, bodem, water, groen etc.) voert de gemeente op minimaal niveau uit. In 2016 liggen de prioriteiten bij: Onderzoek en advies voor GR Beheer Grondwateronttrekking Delft Noord (Ook de bijdrage aan de GR is in deze post verwerkt) en besluitvorming over de GR, nu het Hoogheemraadschap van Delfland heeft aangekondigd per 1 januari 2016 uit de GR te willen treden. Uitvoering van het Uitvoeringsplan Delft Energieneutraal 2050 ( ). Actualiseren van het waterbeleid met het daaraan gekoppelde uitvoeringsprogramma i.s.m. het Hoogheemraadschap van Delfland, met als aandachtspunten klimaatadaptatie en optimalisatie van de (afval)waterketen. Afronding van de omvorming van de bestuurlijke structuur van de regionale groengebieden. Regulering bodemenergie Coendersbuurt/Nieuw Delft. Voortzetten stadsdistributie. Streekdierentehuis Jaarlijks ontvangt het streekdierentehuis een subsidie voor de opvang van katten en kleine knaagdieren. Recreatiegebied Midden Delfland Dit betreft de vaste bijdrage aan Recreatieschap Midden Delfland voor het beheer van het gebied. NME Inmiddels is het NME centrum de Papaver met de daarbij behorende activiteiten overgedragen aan de Stichting Duurzaamheidscentrum De Papaver Financiële inzet groen Vanaf 2017 is er een taakstelling van gericht op vermindering van de bijdrage van Delft aan het regionaal groen. In 2016 is naar verwachting de herstructurering met de nieuwe bestuurlijke vormgeving van het regionale groen afgerond. Deze regionale bezuiniging is niet direct beïnvloedbaar door de gemeente, zodat dit niet leidt tot een reductie van de bijdrage waardoor deze taakstelling niet kan worden gerealiseerd. Klimaatplan Taakstelling is meerjarig incidenteel ingevuld vanuit het budget voor het Klimaatplan. Er is vanaf 2019 geen budget meer beschikbaar en daarmee verdwijnt de mogelijkheid tot verdere invulling van de taakstelling. Kinderboerderijen Inmiddels zijn de kinderboerderij en waterspeeltuin Delftse Hout overgedragen aan de Stichting BuytenDelft. Voor dit onderdeel wordt de bezuinigingsdoelstelling behaald. Voor de kinderboerderij 61

62 en waterspeeltuin Tanthof loopt het proces nog. Naar verwachting wordt dit nog in 2015 afgerond. Dan zal blijken of de bezuiniging ook voor dit onderdeel wordt behaald. 3.5 Veilige stad De inspanningen van de afgelopen jaren hebben een positief effect gehad op de veiligheid van Delft, zoals blijkt uit de veiligheidscijfers. Dit effect is mede bereikt dankzij een goede samenwerking met partners in de stad. We zetten de komende jaren in op het behoud en bevorderen van verdere samenwerking op lokaal niveau met sociale partners en partners in het veiligheidsdomein. Er is voor een groot deel sprake van going concern om de taken op het gebied van openbare orde en veiligheid (OOV) en de fysieke leefomgeving uit te voeren. Voor de komende periode zijn prioriteiten benoemd in het vastgestelde Veiligheidsplan, te weten high impact crimes (in het bijzonder woninginbraken en overvallen), jeugdcriminaliteit, veiligheid bij grote evenementen en radicalisering voor OOV. Voor de fysieke leefomgeving liggen de prioriteiten bij de Spoorzone, handhavingsverzoeken en situaties waarbij is geconstateerd dat er (dreigend) gevaar is voor veiligheid en/of gezondheid. Gesloten circuit omgevingsvergunningen Binnen het gesloten circuit omgevingsvergunningen zijn alle inspanningen opgenomen die worden verricht voor het toetsen van aanvragen om omgevingsvergunning en toezicht op de realisatie van verleende omgevingsvergunningen volgens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Deze inspanningen worden betaald uit de legesbaten voor omgevingsvergunningen, die ook in dit gesloten circuit zijn opgenomen. 90% van de inspanningen binnen de Wabo betreft bouwactiviteiten, al dan niet in combinatie met planologisch strijdig gebruik (ontheffing bestemmingsplan). Daarnaast komen brandveilig gebruik, kappen van bomen en archeologische werkzaamheden het meeste voor. De prioriteiten liggen bij de ruimtelijke kaders, constructieve veiligheid, brandveiligheid, veiligheid voor de omgeving tijdens de uitvoering en welstand. Toezicht op en handhaving van de bestaande omgeving zijn opgenomen onder de doelstelling Aantrekkelijke Stad, omdat deze niet uit leges mogen worden gefinancierd. 62

63 Investeringen in het hoofdstuk InvesteringsPlan Hoofdstuk Omschrijving Categorie* E M B Toegekend bedrag na actualisatie Realisatie t/m 2014 Bedragen x 1.000,- Beschikbaar Jaar start vanaf en gereed Leefbare stad Aantrekkelijke stad Herhuisvesting erfgoed Delft E Blauw in het Prinsenhof E Bijdrage Blauw in het Prinsenhof E Restauratie Nieuwe Kerk B Bereikbare en Gastvrije Stad Fietsactieplan M Het Nieuwe Kantoor E Het Nieuwe Kantoor niet activeerbaar nvt LVVP M Bijdrage LVVP M LVVP M Bijdragen LVVP M Reinier de Graafweg M P.M. 53 P.M Spoorzone M Kentekenherkening M Kristalweg M Kristalweg bijdragen M Goede openbare ruimte Projecten Tramlijn 19 ** M Bijdrage Tramlijn 19 M Steunpunt Delftgauw M Duurzame stad Delftse Hout M Klimaatplan M Projecten Waterplan M Totaal Investeringsplan * E =economisch nut, M =maatschappelijk nut, B = bijdrage aan activa in eigendom van derden ** Project bestaat uit 3 investeringen: Kapelsbrug,Sebastiaansbrug en Tramlijn 19 Toelichting op de investeringen Herhuisvesting Erfgoed Delft Het project is gericht op het realiseren van een nieuwe archiefbewaarplaats voor Archief Delft. In 2015 is een perceel grond op het bedrijventerrein Harnaschpolder gekocht, een omgevingsvergunning verkregen, en is de aanbesteding van de nieuwbouw gestart. Start van de bouw wordt voorzien eind 2015, ingebruikname begin Blauw in Prinsenhof Het doel van deze prestatie is om het verhaal over Delfts Blauw te vertellen in een context van stads-, maar ook wereldgeschiedenis, in een unieke historische ambiance die recht doet aan de objecten. De presentatie Delfts Blauw biedt een helder overzicht van het ontstaan, de ontwikkeling, de bloei en de toekomst van het wereldberoemde Delfts aardewerk. Delfts Blauw staat model voor de museale vernieuwing en dient daardoor als katalysator voor de overige thema's van Erfgoed Delft, met als doel een aansprekend aanbod en meer bezoekers. Het restant van het budget wordt ingezet voor een (internationale) impuls aan het Delfts Blauw verhaal door de tijdelijke tentoonstelling Keizerlijk Porselein, koninklijk keramiek in 2017 en een artist-exchange project. Restauratie Nieuwe Kerk In 2012 is de definitieve cofinanciering voor de Nieuwe Kerk rondgekomen. De uitvoering van het restauratiedeel van het project van de Nieuwe Kerk is in mei 2013 gestart en wordt in

64 afgerond. Het uitbreidingsdeel van het project is vertraagd door een bezwaarprocedure. Fietsactieplan Maatregelen uit deelinvestering Fietsactieplan/Intensivering FAP dragen bij aan de bereikbaarheid van Delft conform het beleid uit Fietsactieplan II/Update. Vanuit dit budget wordt bijgedragen aan het voortzetten van handhaving op en opslag van foutgeparkeerde fietsen; (minimale) communicatie en middelgrote infrastructurele maatregelen voornamelijk op het gebied van verkeersveiligheid en het verbeteren van aansluitingen van fietsroutes op het Spoorzonegebied en TIC Delft. Waar mogelijk worden onderhoudswerkzaamheden gecombineerd met verbeteringen aan fietsinfrastructuur. Maatregelen worden beoordeeld op subsidiemogelijkheden. Het College heeft 7 juli ingestemd met het uitvoeringsplan van fietsprojecten en fietshandhaving voor jaarschijf 2015 inclusief prioritering en fasering. Hierbij zijn een aantal projecten doorgeschoven naar 2016: - Realisatie tweerichtingenfietspad Prinses Beatrixlaan tussen Colijnpad en Ruys de Beerenbrouck. - Tweerichtingen fietsverbinding Havenstraat Realisatie van de fietsprojecten is onder voorbehoud subsidiemogelijkheden. LVVP Maatregelen uit het LVVP en de Strategische agenda Mobiliteit (2013) dragen bij aan een succesvolle kenniseconomie en participatie door een goede en duurzame mobiliteit (goede ontsluiting en voldoende wegcapaciteit voor gemotoriseerd en langzaam verkeer) en doordat alle Delftenaren zich goed en plezierig kunnen verplaatsen (goed OV en microbereikbaarheid ). Het LVVP bevat een lijst met infrastructuurprojecten die tot doel hebben de stad in de toekomst duurzaam bereikbaar te houden. Waar het LVVP veel aandacht besteedt aan fietsstad Delft, is in de Strategische agenda ook aandacht besteed aan kwaliteit, beleving, en fijnmazigheid voor voetgangers. In de Strategische agenda mobiliteit is vastgesteld welke nog te realiseren projecten het meest bijdragen aan de versterking van de Stad van Kennis en Innovatie. Het gaat om projecten die de lokale financieringsmogelijkheden te boven gaan en (boven-)regionale betekenis hebben. Deze projecten zullen de inzet worden van de regionale lobby van Delft. In de update LVVP uit 2011 is een herprioritering gemaakt waarbij de nog resterende beschikbare middelen zijn bestemd. Projecten zijn opgenomen in de deelinvestering LVVP. De planning van het project Westlandseweg-Papsouwselaan is ongewijzigd. Wel valt investeringsruimte vrij ten gunste van het financieel meerjarenbeeld, omdat de verwachting is dat dit project met het restantbudget en subsidiestapeling te realiseren is. Zoals vermeld in de najaarsrapportage 2014 vertragen de projecten Mijnbouwstraat twee richtingen en Poortlandplein rotonde i.v.m. de koppeling aan de Sebastiaansbrug. De projecten worden bewust gelijktijdig uitgevoerd, om de overlast te beperken. De kruising Schoemakerstraat- Zuidplantsoen wordt, na de uitspraak van de Raad van State, zo mogelijk voor de rest uitgetrokken. Het budget voor dit projectencluster in TU- Noord wordt verhoogd omdat een aantal posten hoger uitvalt dan voorzien (geluid; beroepsprocedures) en omdat de vertraging leidt tot meerkosten (opnieuw interne en externe voorbereidingskosten). Deze verhoging gaat ten laste van de post marge kostenraming binnen het LVVP. De marge die bij de update van het LVVP in 2011 beschikbaar is gesteld is hiermee volledig ingevuld. Alle projecten uit de deelinvestering LVVP en LVVP 2008 zijn afgerond. Het positieve saldo van de deelinvestering LVVP 2008 op het project Schoemakerstraat-zuid in 2014 is benut voor de herziening van het financieel meerjarenbeeld. Binnen de deelinvestering LVVP sluit de fasering van de fietstunnel station zuid nog aan op de planning van het Rijk. De voorbereidingen van de herinrichting van de kruising Foreestweg- Prinses Beatrixlaan worden in 2015 verder voorbereid zodat realisatie in 2016 plaats kan vinden. In de programmabegroting 2015 is ook het budget voor bewegwijzering ondergebracht onder deze investering. Reinier de Graafweg LVVP deelinvestering Reinier de Graafweg, voorziet in een heringerichte Reinier de Graafweg, die via de Hooipolderweg (Midden Delfland) direct aansluiting geeft op de A4. Hiermee wordt de historische route door de kern Den Hoorn ontlast en krijgt Delft-west en het ziekenhuis een betere 64

65 ontsluiting op het rijkswegennet. De subsidiereservering betreft een rijksbijdrage vanuit het programma Quick Win MIRT. De formele aanvraag zal in 2015 worden ingediend. Spoorzone In het Spoorzonegebied zijn de investerings- en exploitatiekosten van twee gerealiseerde fietsenstallingen gedekt. Toekomstige behoeften zullen meelopen in de investeringsagenda. Kentekenherkenning Conform het voorstel over kentekenherkenning uit programmabegroting 2015 wordt de selectieve toegangscontrole rond de autoluwe binnenstad en in het buitengebied (pollers in binnenstad, blockers Buitenwatersloot en Rijksstraatweg) vervangen door een systeem met kentekenherkenning. Voor de economische vitaliteit van zowel winkels als horeca en voor de leefbaarheid in de binnenstad is het autoluwplusgebied van groot belang. Met het toepassen van kentekenherkenning verdwijnt de poller als fysieke barrière, wordt de doorstroming bevorderd en ongewenst gebruik voorkomen. Communicatie over het systeem is één van de pijlers waar nadrukkelijk de aandacht voor is. Tramlijn 19 De kasstroom van projecten Tramlijn 19 (inclusief Sebastiaansbrug) is aangepast op basis van de meest recente informatie. Om verschillende redenen is het deelproject vervanging St. Sebastiaansbrug aanzienlijk vertraagd. Als gevolg daarvan zal ook het moment waarop tramlijn 19 in exploitatie wordt genomen doorschuiven. Volgens de huidige inzichten zal de tram niet eerder rijden dan in Het financiële voordeel zoals genoteerd in de Voortgangsrapportage tramlijn 19 over de periode juli 2014 t/m december 2014 à is vrijgevallen ten gunste van het financieel meerjarenbeeld. Voor de zomer van 2015 bent u geïnformeerd over een dreigende overschrijding van het deelproject St. Sebastiaansbrug met een omvang die niet oplosbaar is, en dat op basis van nader onderzoeken van oplossingsrichtingen is besloten niet verder te kijken naar aanpassing/versobering van de tafelbrug. Op het moment van voorbereiding van deze programmabegroting is nog niet in te schatten is wat dit betekent voor de kostenverdeling tussen de partijen. Vandaar dat voor het deelproject St. Sebastiaansbrug de begrote bijdragen ongewijzigd zijn begroot, inclusief addendumbijdrage. Voor het oorspronkelijke bedrag van elk van de drie partijen exclusief addendum valt geen brug te bouwen die geschikt is voor tramverkeer. Een deel van de voorbereidingskosten van de St. Sebastiaansbrug komen niet voor activering in aanmerking, omdat deze betrekking hebben op het ontwerp van een tafelbrug. In de najaarsrapportage is voorgesteld deze kosten eenmalig af te boeken in De te nemen kosten worden in mindering gebracht op het totale investeringsbudget en zullen op termijn dus minder kapitaallasten met zich meebrengen. Binnen het budget is ruimte gereserveerd voor de verbetering van de tijdelijke situatie rondom tramlijn 19 St. Sebastiaansbrug. Steunpunt Delfgauw Rijkswaterstaat start in 2016 met de bouw van een nieuw steunpunt in Delfgauw. Delft participeert hierin zodat de gladheidsbestrijding uiterlijk met ingang van het winterseizoen van hieruit uitgevoerd kan worden. Met de verhuizing naar het nieuwe kantoor wordt de locatie aan de Staalweg ontruimd. De bijdrage vanuit Delft voor realisatie van het steunpunt is gemaximaliseerd op 1,5 miljoen. Delftse Hout Het investering budget is in 2015 besteed aan de resterende activiteiten t.b.v. het Assenproject, het Belevingspad en diverse verkeersmaatregelen zijn afgerond. Klimaatplan In 2016 voortzetten campagne Delft wordt groen. Afsluiten E-deals, ondersteunen initiatieven in de stad, Solar City, cofinanciering Europese projecten. 65

66 Projecten waterplan Medio 2015 is het schoonwatergemaal Kerstanjewetering gerealiseerd, waarmee het grootste deel van het investeringsbedrag in 2015 is besteed. Het restantbudget wordt ingezet voor noodzakelijke maatregelen (natuurvriendelijke oevers en waterberging) in overlast gebieden en afgestemd met Hoogheemraadschap van Delfland. vervangingsinvesteringen Vervangingsinvesteringen Hoofdstuk Omschrijving Begroting 2015 Begroting 2016 Raming 2017 Raming 2018 Raming 2019 en 2020 Leefbare stad Aantrekkelijke stad Presentaties 3 musea Meld en regelkamer Prinsenhof Inventaris Archeologie Inbraakmeldproject Prinsenhof Video Observ. Syst. Prinsenhof Bereikbare en Gastvrije Stad Vitro's Bikers fietsen Intensivering FAP Vervanging parkeerautomaten Parkeerautomaten 5x Vervanging parkeerrouteinformatiesysteem PRIS Goede openbare ruimte Tractie Integraal beheersysteem Vernieuwen riolen (GRP) Totaal Vervangingsinvesteringen

67 Stad en bestuur Wat willen we bereiken? 67

68 Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? Stad en bestuur Beginstand Streefcijfer 2016 Streefcijfer 2018 Tevredenheid dienstverlening Bedrijven: Voldoen aan BvGD. 3,5,10 6,5 3,5,10 6,5 3,5,10 In dit hoofdstuk worden de bestuurlijke en dienstverlenende randvoorwaarden uitgewerkt die de gemeente inzet om de eerder beschreven verbindende opgaven te ondersteunen. We willen een verbindende overheid zijn, in een regierol, met een dienstverlenende instelling. De doelstelling Dienstverlenende gemeente is voor de 1 e W-vraag geconcretiseerd in hoofdstuk 1, Stad van innovatie, vanwege de bijdrage aan de opgave mensen aan het werk. De nagestreefde maatschappelijke effecten komen overeen met het Bestuursprogramma Toen is uiterst kritisch gekeken naar de haalbaarheid binnen de beschikbare afnemende middelen en zijn de bestuurlijke ambities op een realistisch niveau gebracht. Zoals al aangegeven in de Kadernota 2015 is er op dit moment geen noodzaak tot bijstelling van dit maatschappelijke ambitieniveau. In het voorjaar van 2016 komen we met een nieuwe Staat van Delft waarmee we een tussentijdse beoordeling kunnen maken van de mate van doelbereiking. De gemeentelijke dienstverlening en de samenwerking in de MRDH en Zuidvleugel moeten Delft als innovatieve stad ondersteunen. We willen Delft versterken als deel van het parelsnoer van centraalstedelijke milieus in de Randstad. Benutting van het Delftse potentieel vergt omvangrijke (voor)investeringen: transformaties in de stedelijke structuur, woningvoorraad en voorzieningen en investeringen in het regionaal bereikbaarheidssysteem en de incubatorrol. We gaan dit (meer) op regionale schaal aanpakken. Wat gaan we ervoor doen? Stad en bestuur Verbindende overheid Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Geen Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Bestuurlijke samenwerking. Samenwerkingsagenda. Voortgang afspraken MRDH, Zuidvleugel, Leiden. Regiegemeente Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Geen Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Regie. Regieagenda. Voortgang regieagenda. fte gemeente Delft. 979 fte ( ). ca. 750 fte ( ). Dienstverlenende gemeente (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Dienstverlening tweejaarlijks- 6,5. -tweejaarlijks- 6,5. Tevredenheid dienstverlening. Mate van voldoen aan Bewijs van Goede Dienst voor bedrijven (BvGD). Continumeting vanaf Voldaan aan BvGD 3,5,10. Blijven voldoen aan BvGD 3,5,10. Blijven voldoen aan BvGD 3,5,10. Prestaties Indicator Beginstand Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer Streefcijfer (realisatie ) Eén loket voor bedrijven. Eén loket voor bedrijven. 68

69 Wat mag het kosten? Het overzicht van baten en lasten in de begroting In de tabel is per product aangegeven wat het financiële kader is aan baten en lasten in het jaar Daarnaast zijn (indien van toepassing) de stortingen in- en onttrekkingen aan de reserves weergegeven. Stad en bestuur Bedragen x 1000,- Lasten Baten Resultaat na Stortingen Onttrekkingen bestemming Verbindende Overheid college van b&w overige kosten college beheer en exploitatie stadhuis internationaal beleid koninklijke bijzetting (wdz) verkiezingen bestuurlijke samenwerking Totaal verbindende overheid Regiegemeente automatisering gemeentelijk management team controlling risicomanagement en verzekeringen gemeentebrede personele uitgaven resultaat gbo informatiecentrum stimuleringssubsidies Totaal regiegemeente Dienstverlenende gemeente kcc/babu overig dienstverlening Totaal dienstverlenende gemeente totaal Stad en bestuur Het overzicht van openstaande bezuinigingen Met onderstaande overzichten wordt, per doelstelling, inzicht gegeven in de nog nader in te vullen bezuinigingstaakstellingen. Doelstelling Omschrijving taakstelling Verbindende overheid Vorming Shared Service Centre (SSC) Totaal nog in te vullen bezuinigingen Doelstelling Omschrijving taakstelling Regiegemeente Centralisatie gemeentelijke inkoop Centraliseren/standaardiseren Vorming regieorganisatie bedrijfsvoering Een managementassistenten pool Adviesfuncties HRM en JZ meer risk based inzetten Samenvoeging Vastgoed en Facilitair Digitaal archiveren van dynamische en semi-statische archieven Ontschotten van de control- en financiële functie Apparaatskosten Inverdieneffect HNK Totaal nog in te vullen bezuinigingen

70 Mutaties in bestaand en nieuw beleid 4.1 Verbindende overheid College van B&W De activiteiten binnen de Verbindende Overheid richten zich op het college van B&W en de ondersteuning van het College van B&W om haar zo goed mogelijk te laten besturen. Binnen het actieprogramma Doen en in de bezuinigingsronde daarvoor is bezuinigd op de bestuursondersteuning. Om deze bezuiniging te realiseren is een andere manier van werken ingevoerd, meer gericht op het ondersteunen van het college als geheel. De lasten behorende bij bestuurlijke samenwerking zijn onder andere lidmaatschappen van verschillende regionale samenwerkingsverbanden. Meer toelichting hierover staat in de paragraaf regievoering regiozaken. Europa In 2016 worden Europese projectvoorstellen voorbereid en ingediend, afhankelijk van concrete mogelijkheden en behoeften, zowel intern als van externe partijen. Mogelijke Europese programma's zijn EFRO, Horizon2020, INTERREG, URBACT en EFS. De beschikbare middelen t.b.v. eigen cofinanciering van Delft zijn zeer beperkt. Dit maakt het moeilijk om effectief mee te doen met Europese projecten. Delft zet lobby, beleidsbeïnvloeding en zichtbaarheid voort via deelname aan overlegfora en netwerken als het Comité van de Regio's (burgemeester Verkerk), Energy Cities, Open Days, VNG, e.a. EUniverCities Het EUniverCities Netwerk wordt gecontinueerd. Delft voert het secretariaat van dit Europese netwerk van gemeenten en hun (technische) universiteiten. De komende jaren worden er afwisselend in deelnemende steden als ook in Brussel bijeenkomsten georganiseerd. Enerzijds staat het van elkaar leren, kennis en ervaringen uitwisselen centraal. Maar lobby, beleidsbeïnvloeding en zichtbaarheid bij Europese instellingen krijgen de komende jaren meer gewicht. Afhankelijk van de beslissing van de projectaanvraag STUDENTTECH (URBACT) is Delft Lead Partner van een project over ondernemerschap, de rol van studenten en universiteiten hierbij en de verbinding met de jongerenarbeidsmarkt. Financiering is beschikbaar vanuit het EUniverCities Netwerkbudget. Solidariteitsbeleid De Raad heeft besloten een afbouwregeling vorm te geven met Stichting Stedenband Delft Estelí. Deze afbouwregeling wordt gevolgd waardoor de stichting dit jaar en in 2016 nog een subsidie ontvangt. 4.2 Regiegemeente Meer informatie over de activiteiten die worden ondernomen als regiegemeente staat in de paragraaf regievoering regiozaken. 4.3 Dienstverlenende gemeente Bijstelling leges en afdracht producten BZ Voor de meerjarenbegroting 2016 houden we rekening met een nadeel bij de legesopbrengsten. Voor 2017 en verder is de verwachting dat de vraag naar paspoorten, identiteits (ID)- kaarten (reisdocumenten) en uittreksels uit de basisadministraties (vanaf 2016) fors afneemt. Daarom zijn de legesopbrengsten meerjarig lager dan verwacht. De lagere vraag komt door aanpassingen in rijksregelgeving. De geldigheidsduur van 70

71 reisdocumenten (paspoorten en ID-kaarten) is m.i.v. maart 2014 verlengd van 5 naar 10 jaar. In de begroting is aangegeven dat het structurele effect nog niet in te schatten was. In 2014 en 2015 was er een bovengemiddelde vraag. Daarom verwachten we eerder extra teruggang in de vraag vanaf Verder is er een daling van de legesopbrengst bij uittreksels burgerlijke stand en uittreksels BRP. De oorzaak hiervan is voortgaande vermindering van regels bij instanties zoals woningcorporaties, waardoor mensen minder vaak een uittreksel nodig hebben. In 2016 zal de prognose van de vraag nader worden bezien, evenals de onderbouwing van maatregelen om deze verwachte terugloop deels op te vangen (bijvoorbeeld flexibilisering /vermindering van personeelsinzet). De teruggang van de legesopbrengsten is niet op direct te vertalen in lagere kosten, omdat alleen directe kosten te beïnvloeden zijn. Verder moet het effect van minder personeelsinzet worden bezien in de context van de totale geïntegreerde dienstverlening van het Klantcontactcentrum. Efficiency korting KCC Delft Rijswijk In de programmabegroting is uitgegaan van een efficiencykorting KCC (klantcontactcentrum) Delft-Rijswijk in verband met de verwachte samenwerking van vanaf De samenwerking met Rijswijk (in één KCC) gaat niet door. Invulling van de taakstelling, zoals eerder voorgesteld is daarmee niet gerealiseerd. Reserve vervanging Stadswinkel Voorgesteld wordt om de reserve vervanging Stadswinkel vanaf 2015 op te heffen. Voor de inrichtingskosten die niet in het budget voor het nieuwe kantoor (HNK) zijn opgenomen, zullen bij de volgende programmabegroting vervangingsinvesteringen worden opgenomen om de inrichting mogelijk te maken. Voor de dienstverlening betreft het de self-servicebalies die bij de verhuizing van het Klantcontactcentrum naar HNK in 2017, moeten worden vervangen. Voorlopig wordt in het meerjarenbeeld 2016 en verder rekening gehouden met een investeringslast behorend bij een investering van vervangingsinvesteringen Vervangingsinvesteringen Hoofdstuk Omschrijving Stad van bestuur Begroting 2015 Begroting 2016 Raming 2017 Bedragen x 1.000,- Raming Raming en 2020 Regie gemeente ICT investeringen WKPB Software GEO Plotter Systeem DIS Dual screens Meubilair Vervanging Website Losse inrichting Stadskantoor Totaal Vervangingsinvesteringen

72 Raad Wat willen we bereiken? De doelstelling van het hoofdstuk Raad omvat het waarborgen van een democratisch bestuur, dat effectief, doelmatig, transparant en betrouwbaar functioneert. De betrokkenheid van de burger bij het bestuur van de gemeente is daarbij van wezenlijk belang voor het draagvlak van genomen besluiten. Beleidstoelichting: wat willen we bereiken? De gemeenteraad bepaalt de kaders waarbinnen het college van B&W het beleid voor Delft dient uit te werken en uit te voeren. Ook controleert de gemeenteraad of het college het beleid naar behoren uitvoert en (onvoorziene) problemen afdoende aanpakt. Wat gaan we ervoor doen? In het kader van de ondersteuning aan de gemeenteraad wordt het jaarplan van de griffie 2016 uitgevoerd. In dat werkplan worden alle griffiewerkzaamheden opgenomen met betrekking tot de ondersteuning van raad en commissies, de raadscommunicatie, de financiën en de interne organisatie. Wat mag het kosten? Raad Bedragen x 1000,- Lasten Baten Resultaat na Stortingen Onttrekkingen bestemming raad en raadscommissies delftse rekenkamer raadsgriffie Totaal Raad

73 Paragrafen 73

74 Algemene toelichting op de paragrafen In de paragrafen zijn de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. Doel van de paragrafen is dat onderwerpen met een groot financieel belang, die versnippert in de begroting staan, worden gebundeld in een kort overzicht, waardoor de raad voldoende inzicht krijgt. Zij geven een dwarsdoorsnede van de begroting. De paragrafen zijn bedoeld om extra informatie te geven voor de beoordeling van de financiële positie op de korte en langere termijn. Weerstandsvermogen en risicobeheersing In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de risico s van materieel belang en de weerstandscapaciteit aangegeven en wordt toegelicht in hoeverre schade en verliezen als gevolg van de risico s van materieel belang met de weerstandscapaciteit kunnen worden opgevangen. Onderhoud kapitaalgoederen In de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen wordt verslag gedaan over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallig onderhoud aan openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, riolering en gebouwen. Financiering De paragraaf Financiering bevat een verslag van: de kasgeldlimiet; de renterisiconorm; de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende drie jaar; de rentevisie; de rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie. Bedrijfsvoering In de bedrijfsvoeringsparagraaf wordt gerapporteerd over de bedrijfsvoering en over nieuwe ontwikkelingen. Onderdeel van de ontwikkelingen is de doorontwikkeling van de personele organisatie naar de verdergaande Regievoering door Delft. Aanvullend wordt ingegaan op interne/externe audits op het vlak van rechtmatigheid (verbonden ook aan de accountantscontrole) en doelmatigheid (naar aanleiding van onderzoeken naar doelmatigheid en doeltreffendheid, zoals bedoeld in artikel 213a Gemeentewet). Grond- en vastgoed bedrijf In de paragraaf Grondbeleid wordt op hoofdlijnen ingegaan op (de uitvoering van) het Meerjaren Programma Grondontwikkeling (MPG). Lokale heffingen In de paragraaf Lokale heffingen wordt verslag gedaan van: de opbrengsten per lokale heffing, het bedrag aan kwijtscheldingen; de kostendekkendheid van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing; alsmede de (ontwikkeling van de) lokale lastendruk voor eenpersoonshuishoudens, meerpersoonshuishoudens en bedrijven. Regievoering door Delft In de paragraaf Regievoering door Delft wordt ingegaan op: a. regievoering door Delft b. regionale samenwerking c. deelnemingen, lokaal en regionaal d. subsidies aan maatschappelijke instellingen 74

75 Regievoering door Delft staat in de context van veranderingen in de rol van de overheid. Delft gaat in deze bestuursperiode ook verder met het niet meer zelf uitvoeren van een aantal uitvoerende taken 75

76 Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit (Algemene reserve, Onvoorzien) en de benodigde weerstandscapaciteit (o.b.v. het risicoprofiel). Hierna wordt eerst in algemene zin een toelichting gegeven op de beschikbare en benodigde weerstandscapaciteit. Daarna volgt een specificatie voor de Programmabegroting De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om onverwacht en substantiële kosten, die niet zijn opgenomen in de begroting, te dekken. In de Delftse begroting kunnen de volgende onderdelen van het vermogen en de begroting tot de weerstandscapaciteit worden gerekend. Statische weerstandscapaciteit De statische weerstandscapaciteit betreft het vrij aanwendbare deel van de Algemene reserve. Dit deel van het reservevermogen is beschikbaar om niet begrote, substantiële tegenvallers op te vangen. Het gaat dan vooral om incidentele tegenvallers. Als sprake is van een structurele doorwerking zal in de begroting en de meerjarenraming ruimte moeten worden vrijgemaakt. T/m de Programmabegroting is onderscheid gemaakt tussen weerstandscapaciteit voor algemene risico s en weerstandscapaciteit voor risico s met betrekking tot gebiedsontwikkelingen. Naar aanleiding van de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland is vastgesteld dat de meerwaarde van dit onderscheid beperkt is. In de praktijk wordt toch vooral naar het totaalniveau van de Algemene reserve gekeken en wordt niet of nauwelijks gestuurd op de onderdelen. Om die reden is voorgesteld om het onderscheid met ingang van de Programmabegroting samen te voegen. Stille reserves worden ook tot de statische weerstandscapaciteit gerekend (bijv. te verkopen activa, aandelen). Dynamische weerstandscapaciteit De dynamische weerstandscapaciteit bestaat uit de ruimte in de begroting om tegenvallers op te vangen. Deze omvat onder andere de post Onvoorzien van jaarlijks Deze post wordt ingezet voor incidentele tegenvallers die onontkoombaar, onvermijdelijk en onuitstelbaar zijn. Als sprake is van een structurele doorwerking moet deze in het volgende begrotingsjaar op een andere wijze worden gedekt. De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de aard en de omvang van de risico s waar de gemeente mee wordt geconfronteerd (risicoprofiel) en de verschuivingen die zich daarin voordoen. De risico s betreffen zowel lijnactiviteiten als (ruimtelijke) projecten. Voor deze risico s kunnen geen verzekeringen worden afgesloten of voorzieningen worden gevormd omdat de risico s zich niet regelmatig voordoen en niet goed meetbaar zijn. De meer algemene risico s voor de gemeente, zoals de positieve of negatieve doorwerking van macro-economische ontwikkelingen zijn in deze paragraaf niet beschreven. Ook met risico s die een grote impact hebben maar een zeer lage kans op optreden is geen rekening gehouden (bijv. risico s op calamiteiten zoals zich hebben voorgedaan bij Chemiepack, instortende gebouwen, ongelukken in de treintunnel etc.). Het bestaan van dergelijke risico s wordt onderkend maar het wordt niet doelmatig geacht om hiervoor weerstandscapaciteit aan te houden. Het risico van besparingsverliezen werd tot op heden beheerst door een risicobuffer op de begroting. Op basis van de aanbevelingen in de begrotingsscan is deze buffer geschrapt. In samenhang hiermee is het bezuinigingsprogramma herijkt waardoor nu sprake is van realistische en uitvoerbare taakstellingen. Als onverhoopt toch sprake is van nieuwe besparingsverliezen gelden hiervoor de spelregels van de budgetdiscipline. In het financieel meerjarenbeeld is nog wel beperkt ruimte gereserveerd voor flankerende middelen ten behoeve van de implementatie van het bezuinigingsprogramma en voor de kosten van uitstroom van personeel. Vanwege de omvang van de personele bezuinigingen moet in de komende jaren rekening worden gehouden met een noodzakelijke ophoging van de kosten voor uitstroom (re-integratie, WW, BWW). In de paragraaf Financiering is een toelichting gegeven op het renterisico, kredietrisico en garanties. De gemeente is de laatste jaren zeer terughoudend met het verstrekken van garanties. Het grootste deel van bestaande garanties zijn langer dan 10 jaar geleden verstrekt. Teneinde de risicobeheersing bij verbonden partijen te verbeteren wordt jaarlijks in 76

77 Haaglandenverband een gezamenlijke kaderbrief opgesteld voor de planning- en control cyclus van verbonden partijen. In deze kaderbrief staan afspraken over indexering van baten en lasten, bezuinigingen en weerstandsvermogen en risicomanagement. De gemeente Delft heeft voor haar eigendommen een uitgebreide gevarenverzekering afgesloten (brand, ontploffing, inductie, waterschade, inbraak, vandalisme etc.). Voor een aantal voorzieningen (zwembad, warmte-koudeopslag, warmtekrachtkoppeling) is machinebreuk verzekerd. Alle risico s zijn geclassificeerd voor wat betreft de geschatte kans van optreden (laag/midden/hoog) en het geldgevolg. Tevens is aangegeven of sprake is van een structureel (S) of incidenteel (I) risico. De weerstandscapaciteit is geen geëigend middel om structurele risico s meerjarig af te dekken. Daarvoor moet indien de risico s zich voordoen een oplossing worden gevonden in de begroting. De weerstandscapaciteit wordt hooguit incidenteel ingezet ter overbrugging naar een structurele oplossing. Voor de grondexploitaties zijn de risico s bruto (impact x kans) en netto (inclusief effect beheersmaatregelen) gekwantificeerd. In het risicoprofiel wordt voor de grondexploitaties gebruik gemaakt van de gewogen netto risico s. Het beschikbare weerstandsvermogen Na het opmaken van de Jaarstukken 2014 kent de beschikbare weerstandscapaciteit (Algemene reserve) een negatief saldo van 35 miljoen. Als gevolg van het activeren van de bijdrage aan de tunnel ontstaat een positief saldo van bijna 40 miljoen. Hierna is een actueel overzicht opgenomen van de weerstandscapaciteit, rekening houdend met de meerjarige mutaties. Algemene reserve Weerstandsvermogen Bedragen x Saldo per 1 januari (jaarrekening) Rekeningresultaat Bestemmingresultaat Verkoop panden (Rotterdamseweg en Abtwoude) Bijdrage weerstandscapaciteit Bijdrage reserve investeringsplan Verwachte uitkomsten Najaarsrapportage Flankerend beleid Prognose begrotingssaldi Verloop algemene reserve weerstandscapaciteit Algemene reserve Gebiedsontwikkeling Bedragen x Stand per 1 januari Aanzuiveren saldo (Najaarsrapportage 2015) Stand Algemene reserve gebiedsontwikkeling In de Jaarstukken 2014 is de beëindiging van het spaarmodel voor de Spoorzone verwerkt en is in het resultaat rekening gehouden met de voorzieningen voor verlies en onvoorzien voor het project Spoorzone. Het negatieve rekeningresultaat dat hierdoor is ontstaan (-/- 46,2 miljoen) is in mindering gebracht op de Algemene reserve. Dat geldt ook voor de goedgekeurde voorstellen voor bestemming van het resultaat: budgetoverhevelingen (-/ ), afrekening met reserves ( 1,0 miljoen) en het instellen van een reserve Reiniging (-/- 1,7 miljoen). In 2015 is laatste bijdrage opgenomen ter verbetering van de weerstandscapaciteit ( ). Daarnaast komen in 2015 en 2016 bedragen vrij als gevolg van de in 2010 afgesproken verlaging van het investeringsprogramma. Deze opbrengsten zijn het gevolg van lagere kapitaallasten. 77

78 Het flankerend beleid dat benodigd is voor de uitvoering van de bezuinigingsopgave in de Programmabegroting is t/m 2018 voorgefinancierd uit de weerstandscapaciteit. Vanaf 2019 vindt de terugbetaling plaats. In 2015 is, vanwege de financiële situatie, de opbrengst van twee verkochte panden toegevoegd aan de Algemene reserve ( ). Het saldo van de begroting 2016 en meerjarencijfers is verrekend met de Algemene reserve en levert daarmee een bijdrage aan de verbetering van de financiële positie. Dit geldt ook voor het verwachte zeer forse positieve rekeningresultaat in 2015 dat ontstaat door de activering van de bijdrage aan de Spoortunnel ( 65,5 miljoen). De Algemene reserve Gebiedsontwikkeling wordt opgeheven. Een voorstel hiervoor is onderdeel van de Jaarstukken Voor de feitelijke opheffing wordt het negatieve saldo gecompenseerd. Hiermee is in het meerjarenbeeld van de Programmabegroting reeds rekening gehouden. 78

79 Het risicoprofiel Aan de hand van de geïnventariseerde risico s is een overzicht opgesteld met de omvang van de risico s. De risico s met een (in de planperiode) verwachte omvang groter dan 0,5 miljoen zijn apart zichtbaar gemaakt. De overige risico s zijn in een verzamelregel opgenomen. bedragen x incidenteel Risico's L/M/H structureel Hoofdstuk 1 Sportbesluit M I/S Stad van participatie Exploitatie ED M S Leefbare stad Parkeerinkomsten (incl. naheffingen) L S Leefbare stad Spoorzone H I Leefbare stad Risicoprofiel MPG H I Leefbare stad Bruggen L I Leefbare stad Tramlijn 19 H I Leefbare stad PM 8 ISV - bodem M S Leefbare stad Procesverbaal vergoeding M S Leefbare stad Flankerend beleid (WW en BWW) S Stad en bestuur GF (maatstaf wooneenheden, herverdeling) M S Alg. dekkingsm Financiering en rente M S Alg. dekkingsm Verbonden partijen H/L S/I div Overige risico's M div. 450 totaal Het totaalbedrag van de risico s is ten opzichte van het Jaarverslag 2014 gestegen van 25,6 miljoen naar 29,1 miljoen. De stijging wordt in hoofdzaak verklaard door de toename van de risico s in het MPG en nieuwe risico s voor parkeerinkomsten en flankerend beleid. In het risicoprofiel ontbreekt een risicobedrag voor de decentralisaties in het Sociaal domein. Voor de risico s in het Sociaal domein is een apart risicoprofiel gemaakt en bij de Jaarstukken 2013 is een aparte bestemmingsreserve Sociaal domein ingesteld. Het saldo van deze reserve bedraagt ultimo ,9 miljoen. In 2015 is de verantwoordelijkheid van de gemeente in het sociaal domein, met de invoering van de Jeugdwet, de nieuwe Wmo en de Participatiewet, fors toegenomen. In totaal gaat er in de bijbehorende (openeinde)regelingen in Delft ca. 120 miljoen per jaar om. De nieuwe taken zijn, voorzien van een forse bezuiniging, overgeheveld naar de gemeenten. De komende jaren zal moeten blijken in hoeverre het mogelijk is om met behulp van andere manieren van werken, innovaties etc. de benodigde zorg en ondersteuning te leveren binnen de beschikbare budgetten. Op dit moment zijn er nog veel onzekerheden. Een daarvan is de hoogte van de budgetten. Neerwaartse bijstellingen door de Rijksoverheid kunnen zelfs in het lopende begrotingsjaar plaatsvinden. Daarnaast is de administratie nog een belangrijk punt van aandacht. Declaratiegegevens zijn nog onvoldoende binnen in aantal en de kwaliteit van de declaraties is op dit moment nog onvoldoende. Binnen het sociaal domein worden regelmatig risicosessies gehouden om de risico's te inventariseren en te beheersen. Indien zich desondanks risico's voordoen die niet binnen de beschikbare budgetten opgevangen kunnen worden dan zal de reserve Sociaal Domein ingezet worden. Hierdoor kan de zorg en ondersteuning geleverd worden die benodigd is. Een ander risico in het Sociaal domein is de geleidelijke afbouw van de sociale werkvoorziening en de ontwikkeling van Werkse! In 2016 zal het meerjarig perspectief en de ontwikkeling van Werkse!, onder andere in relatie tot de gemeentelijke organisatie verder uitgewerkt worden. 79

80 Het weerstandsvermogen en de financiële positie De beschikbare statische weerstandscapaciteit was ultimo 2014 fors negatief. Dit saldo wordt in 2015 weer positief door toevoeging van het positieve resultaat dat ontstaat door de activering van de bijdrage aan de spoortunnel. Naar verwachting bedraagt de beschikbare weerstandscapaciteit ultimo 2015 bijna 40 miljoen. Hier staat een risicoprofiel van 29,1 miljoen tegenover. De verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en het totaal van de risico s is daarmee positief. Voor de financiële positie is van belang dat de begroting structureel sluit, de meerjarenraming sluit en een inschatting wordt gemaakt van de wendbaarheid van de begroting, welke lasten gaan stijgen en welke baten indien nodig kunnen worden ingezet. Met het oog op het verkrijgen van meer inzicht in de financiële positie heeft het huidige BBV meerdere paragrafen voorgeschreven. Veel is daarbij vrijgelaten. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de interpretatie van hun financiële positie. Gezien het stijgende belang van toekomstbestendigheid van gemeenten, een grotere druk op doelmatigheid en een steeds diverser wordende context (bijv. meer verbonden partijen, meer taken in het sociaal domein) is het belang van inzicht in de financiële positie toegenomen. Om die reden is in het vernieuwde BBV opgenomen dat in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing een verplichte basisset van vijf financiële kengetallen moet worden gepresenteerd (met ingang van de begroting 2016 en de jaarstukken 2015). Naast de kengetallen wordt een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen in relatie tot de financiële positie opgenomen. De kengetallen en de beoordeling geven gezamenlijk inzicht over de financiële positie van hun gemeente. Een kengetal of financiële ratio is een verhoudingsgetal dat is opgebouwd uit financieeleconomische gegevens. Kengetallen worden gebruikt voor de boordeling van de financiële positie van de gemeente. Het instrument heeft als voordeel dat op relevante onderdelen gemeenten met elkaar vergeleken kunnen worden. Echter, kengetallen geven geen zekerheid over de toekomst, omdat ze gebaseerd zijn op een momentopname en/of aannames. Een afzonderlijk kengetal zegt weinig over de financiële positie van de gemeente. Daarom moeten kengetallen altijd in samenhang worden bezien om een goed beeld te krijgen van de financiële positie van de gemeente. In het algemeen geldt dat een hoge schuld, structurele lasten die hoger zijn dan structurele baten, en hoge woonlasten de ruimte voor bijsturing beperken. Met ingang van de Programmabegroting worden de volgende kengetallen gepresenteerd. Na de tabel volgt een toelichting per kengetal. Financiele positie Ratio's Jaarrekening 2014 Prognose 2015 Prognose 2016 Netto schuldquote 119,5% 116,9% 124,4% Gecorrigeerde netto schuldquote 92,5% 93,9% 102,4% Solvabiliteistratio 2,6% 13,6% 12,8% Kengetal grondexploitaties 7,2% 7,0% 6,8% Structurele exploitatieruimte 5,0% 2,1% 2,4% Woonlasten meerpersoonshuishouden 112% 114% 115% De schuldpositie van de gemeente is hoog en is de afgelopen jaren toegenomen. De solvabiliteit is laag. Het afbouwen van grondposities heeft een positief effect op de schuldpositie. De structurele exploitatieruimte is laag en woonlasten zijn hoog. Dit geeft aan dat de flexibiliteit van de begroting beperkt is. De kengetallen indiceren dat de financiële positie van de gemeente verbeterd moet worden. De ruimte hiervoor binnen de begroting is echter beperkt. Om risico s te beheersen moet de stadsschuld worden verlaagd en de weerstandscapaciteit versterkt. Mogelijke maatregelen zijn: terughoudend zijn met nieuwe investeringen positief saldo toevoegen aan de Algemene reserve versneld aflossen van leningen debiteuren- en crediteurenposities afbouwen 80

81 Netto schuldquote Netto schuldquote Jaarrekening 2014 Prognose 2015 Bedrag * 1.000,- Prognose 2016 A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) D Financiële activa (cf. art. 36 lid d,e en f) - - E Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) F Liquide middelen (cf art. 40 BBV) G Overlopende activa (cf. art. 40a BBV) H Totale baten (cf. art.l 17 lid c BBV) I Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% 119,5% 116,9% 124,4% Het kengetal netto schuldquote geeft een indicatie van de hoogte van de schuld. Daarmee kan een oordeel worden gevormd in hoeverre het inkomen van de gemeente toereikend is om de schuldverplichtingen te voldoen. Het kengetal drukt het saldo van de bruto schulden en geldelijke bezittingen uit in een percentage van het inkomen. Normaal ligt de netto schuldquote van een gemeente tussen 0% en 90%. Als de netto schuldquote tussen 100% en 130% ligt, is de gemeenteschuld hoog. Als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt, dan bevindt de gemeente zich in de gevarenzone. De gemeente Delft streeft naar een netto schuldquote die onder de 100% ligt. De baten zijn van invloed op de hoogte van het kengetal. Ten opzichte van 2015 zijn de inkomsten gedaald met circa 17 miljoen. Dit bestaat uit de met name actualisatie van het gemeentefonds, bouwgrondopbrengsten en rentebaten van woningbouwcorporaties. Gecorrigeerde netto schuldquote Gecorrigeerde netto schuldquote Jaarrekening 2014 Prognose 2015 Bedrag * 1.000,- Prognose 2016 A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) D Financiële activa (cf. art. 36 lid b,c,d,e en f) E Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) F Liquide middelen (cf art. 40 BBV) G Overlopende activa (cf. art. 40a BBV) H Totale baten (cf. art.l 17 lid c BBV) I Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% Gecorrigeerd voor de verstrekte leningen 92,5% 93,9% 102,4% De netto schuldquote daalt als deze wordt gecorrigeerd voor verstrekte leningen, desondanks is dan nog steeds sprake van een hoge schuld. Verstrekte leningen zijn gelden die de gemeente uitleent aan andere partijen. De schulden die hier tegenover staan, drukken niet op de begroting. De rente wordt doorberekend. Met de aflossingen op de uitgeleende gelden kan de gemeente de schulden aflossen. Schulden voor de financiering van uitgeleende gelden drukken per saldo niet op de begroting. Maar geld uitlenen is niet zonder risico. Als de lenende partij de lening niet kan terugbetalen, is de gemeente het uitgeleende geld kwijt en blijft zij zitten met de schuld die ertegenover staat. Solvabiliteitsratio Solvabiliteistratio Jaarrekening 2014 Prognose 2015 Bedrag * 1.000,- Prognose 2016 A Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) B Balanstotaal cf art. 41 BBV) C Solvabiliteit (A/B) x 100% 2,6% 13,6% 12,8% 81

82 De solvabiliteitsratio geeft aan in hoeverre er geen schulden op het bezit rusten. Daarmee kan een oordeel worden gevormd of bij een onmiddellijke liquidatie van de gemeente genoeg geld over blijft om alle schulden te vereffenen. Het kengetal geeft in een percentage aan welk deel van het bezit op de balans niet met schuld is belast en in fictieve zin vrij komt als al het gemeentebezit op enig moment wordt verkocht. Als signaalwaarde voor de solvabiliteitsratio geldt een percentage van 20%. Bij een solvabiliteitsratio lager dan 20% bevindt de gemeente zich op glad ijs. Kengetal grondexploitaties Kengetal grondexploitaties Jaarrekening 2014 Prognose 2015 Bedrag * 1.000,- Prognose 2016 A Niet in exploitatie genomen bouwgronden (cf. art.38 lid a punt 1 BBV) B Bouwgronden in exploitatie (cf. art.38 lid b BBV) C Totale baten (cf. art.l 17 lid c BBV D Grondexploitatie (A+B)/C x 100% 7,2% 7,0% 6,8% Het kengetal grondexploitaties geeft een indicatie van de hoogte van de voorraad bouwgrond en de stand van het onderhanden werk bouwgrondexploitatie. Hoe lager het percentage voor dit kengetal hoe beter. Op basis van dit kengetal kan een oordeel worden gevormd in hoeverre de gemeente leningen is aangegaan om tijdelijk voorraden bouwgrond aan te houden. Bij verkoop van de bouwgrond zorgen de opbrengsten in beginsel voor een aanpassing van de schulden. Een hoge voorraadquote kan een goede reden zijn voor een tijdelijk hoge netto schuldquote. Structurele exploitatieruimte Structurele exploitatieruimte Jaarrekening 2014 Primaire begroting 2015 Bedrag * 1.000,- Primaire begroting 2016 A Totale lasten B w.v. structureel C Totale baten D w.v. structureel E Saldo baten en lasten (=C-A) F Mutaties reserves G w.v. structurele toevoegingen H w.v. structurele onttrekkingen I Resultaat (E+F) J Structurele ruimte ((D-B)+(H-G))/(C) x 100% 5,0% 2,1% 2,4% Structuele baten / lasten vermindert met mutaties incidentele baten / lasten Het kengetal structurele exploitatieruimte geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat wordt gekeken naar de structurele baten en structurele lasten en deze worden vergeleken met de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de rente en aflossing van een lening) te dekken. 82

83 Woonlasten meerpersoonshuishouden Woonlasten meerpersoonshuishouden Primaire begroting 2014 Primaire begroting 2015 Primaire begroting 2016 A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZwaarde 252,37 268,95 271,64 B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZwaarde 183,05 207,12 213,37 C Afvalstoffenheffing voor een gezin 323,25 328,10 338,95 D Eventuele heffingskorting E Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) 758,67 804,17 823,96 F Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 679,00 704,00 716,00 G Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (E/F) x 100% 112% 114% 115% Bron A t/m E Programmabegrotingen De hoogte van de woonlasten is van invloed op de ruimte voor extra lastenstijging. Een oplopend percentage beperkt die ruimte. De uitkomst van de berekening van dit kengetal is voor het jaarverslag hetzelfde als bij de begroting. 83

84 Risico's In het tweede deel van deze paragraaf is een onderbouwing opgenomen van de belangrijkste risico s waarmee de gemeente Delft te maken heeft. Aanpassing sportbesluit Het voornemen bestaat om de voorwaarden aan te scherpen voor het gelegenheid geven tot sportbeoefening. De aanscherping behelst dat sportaccommodaties als een BTW vrijgestelde dienst worden gekwalificeerd. Dit betekent dat niet langer de inkoop BTW (investeringen, exploitatie) tegen 21% in aftrek kan worden genomen terwijl de gebruikersvergoeding is belast met 6%. Hiermee vervalt het voordeel van 15%, zijnde het verschil tussen terug te vorderen BTW en af te dragen BTW (structureel). Daarnaast bestaat de kans dat BTW op investeringen die in de afgelopen 10 jaar in aftrek is genomen, moet worden terugbetaald (incidenteel). Het besluit tot het terugdraaien van het Sportbesluit is door het ministerie van Financiën uitgesteld en volgt, na overleg met betrokken partijen, in Bovengrens: (incidenteel/structureel) Ondergrens: 0 Risicoscore laag midden hoog X Exploitatie Erfgoed Delft Bij Erfgoed Delft is een aantal jaren sprake geweest van tegenvallende inkomsten. Door ingrijpende maatregelen als sluiting Nusantara, maatregelen in de formatie en de bedrijfsvoering worden de uitgaven in de toekomst structureel verlaagd. De implementatie van de maatregelen vergt tijd. Dit maakt dat het risico vooralsnog blijft gehandhaafd. Bovengrens: (structureel) Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X Inkomsten parkeren In 2014 en 2015 vallen de inkomsten uit naheffingen (parkeerboetes) tegen, door lange coulanceperiodes in verband met onduidelijke situaties na beleidswijzigingen en door storingen in de nieuwe techniek van de digitale parkeerketen. De inkomsten uit naheffingen zijn geen vanzelfsprekendheid. Er wordt niet gestreefd naar maximaliseren van het aantal boetes, maar naar het maximaliseren van de betalingsbereidheid. Indien een parkeerovertreding te goeder trouw plaatsvindt, wordt niet geïncasseerd om alsnog de begroting te realiseren. De inkomsten op betaald parkeren zijn afhankelijk van de betalingsbereidheid. Er bestaat een risico dat mensen de pakkans bij overtredingen als minder groot ervaren met een scanauto, dan met zichtbare handhavers op straat. Risico is dat dit beperkt de betalingsbereidheid beïnvloedt. Bovengrens: structureel Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X 84

85 Spoorzone Fase van het project Het totale project Spoorzone (ondergronds en bovengronds) kent een voor Delft ongekende complexiteit en is met vele risico s omgeven, waarvan een groot aantal een externe oorzaak heeft. Het project komt nu in een fase waarbij de focus is verschoven naar de bovengrondse ontwikkeling en waarbij de gemeente zelf de meeste risico s draagt. Status van de businesscase als sturings- en als waarderingsinstrument Businesscase als sturingsinstrument De businesscase als sturingsinstrument is gericht op optimale beheersing van het project en heeft (op basis van de Q van OBS) een uitkomst van - 45,6 miljoen (met een bandbreedte van 38,5 miljoen positiever of 33,8 miljoen negatiever). Uitgangspunt hierbij is een realistisch (midden-)scenario van prijzen voor de woningbouw. Deze prijzen zijn enigszins beïnvloedbaar maar wel binnen de context van een onzekere woningmarkt. De uitkomst kan daarom gunstiger maar ook ongunstiger blijken te zijn. Businesscase als waarderingsinstrument De businesscase als waarderingsinstrument geeft de meest realistische inschatting van kosten, opbrengsten en risico s in het midden-scenario en heeft als uitkomst - 66,7 miljoen (met een bandbreedte van 48,2 miljoen positiever of 24,1 miljoen negatiever). Deze uitkomst doet zich voor als de bijsturingsmaatregelen onvoldoende effect sorteren en vooral als externe risico s daadwerkelijk optreden, zoals een blijvend kwakkelende woningmarkt. Voor het verschil in uitkomsten van de businesscase als sturingsinstrument en als waarderingsinstrument is bij de Jaarstukken 2014 door de gemeente een voorziening Onvoorzien getroffen ( 12,9 miljoen) en wordt in de benodigde weerstandscapaciteit rekening gehouden met een risico ( 15,2 miljoen). Verwerking van het verwachte resultaat op de businesscase in de gemeentelijke begroting De geprognotiseerde resultaten vanuit de businesscase worden vertaald naar de gemeentelijke begroting door middel van de volgende elementen: 1. voorziening Spoorzone verlies De verliesvoorziening voor het tekort op de businesscase vervangt het eerder geplande spaarmodel vanaf 2018 en de reeds gespaarde bedragen in de periode 2012 t/m De voorziening in de Jaarrekening 2014 van de gemeente heeft daarmee een stand van 53 miljoen. Deze is gebaseerd op de Q4-rapportage van OBS. De herijking van de voorziening in de Jaarrekening 2015 is gekoppeld aan de actualisatie van de businesscase na de Q4- rapportage van Als het beeld van de Q2-rapportage (update BC OBS) zich doorzet kan de voorziening aan de gemeente kant in de Jaarrekening 2015 worden verlaagd met enkele miljoenen. 2. weerstandscapaciteit De aan te houden weerstandscapaciteit voor het project Spoorzone is in de jaarrekening bepaald op 15,2 miljoen. Deze is gebaseerd op de Q4-rapportage van OBS. Op basis van deze Q rapportage is een bedrag nodig van 9,8 miljoen. De weerstandscapaciteit zou dus naar beneden kunnen worden bijgesteld met 5,4 miljoen. Behalve de businesscase is er echter ook aan de gemeentelijke kant sprake van risico s die verband houden met de Spoorzone. Dat betreft m.n. de waarde van de PSS garage. In de begroting 2016 is het risicoprofiel van de Spoorzone om die reden vooralsnog niet gewijzigd. 3. voorziening Spoorzone (onvoorzien) Voor de deelprojecten Spoortunnel, Parkeren en stallen, Gebiedsontwikkeling en de deelproject overstijgende kosten en opbrengsten is het onvoorzien (gedeeltelijk) overgeheveld naar de gemeente. De gemeente heeft hiervoor bij de Jaarstukken 2014 een voorziening getroffen van 12,9 miljoen (onvoorzien). OBS heeft in Q2 geen verzoek ingediend bij de gemeente om gebruik te maken van deze voorziening. Op basis van de rapportage kan de voorziening naar beneden bijgesteld worden met 1,6 miljoen naar 11,3 miljoen. De actualisatie van de voorziening vindt plaats bij het opmaken van de Jaarstukken 2015 op basis van de Q4-rapportage. In totaal is voor de dekking van de businesscase Spoorzone 74 miljoen beschikbaar, Daarvan is 53 miljoen opgenomen in de verliesvoorziening. De spaarbedragen in de periode 2015 t/m 2017 zijn op de begroting blijven staan. Dat is de resterende 21 miljoen. 85

86 Een resterend risico voor de gemeente met betrekking tot de Spoorzone betreft de geprognotiseerde waarde van de parkeergarage Spoorsingel. In de business case wordt gerekend met een waarde van de garage van 25,8 miljoen. Mocht de uiteindelijke verkoopwaarde van de garage lager zijn dan dit bedrag dan is dit risico voor de gemeente. Op basis van het bovenstaande risico heeft het college in oktober 2014 o.a. ervoor gekozen de tarieven van het straat- en garageparkeren te verhogen als beheersmaatregel. Met de verwachte hogere inkomsten stijgt de verwachte waarde van de PSS. De gemeente doet onderzoek naar de ontwikkeling van de parkeerbehoefte in relatie tot het parkeerbeleid en de beschikbaarheid van parkeervoorzieningen. Op basis van dat onderzoek zal de economische waarde van de parkeergarage Spoorsingel opnieuw worden bepaald. Indien deze lager ligt dan de bovengenoemde 25,8 miljoen zal daarvoor in de Jaarrekening 2015 een voorziening worden getroffen. Overige bijdragen aan de gemeentekant en de verwerking ervan in de gemeentelijke begroting Naast de spaarbedragen levert de gemeente Delft nog de volgende bijdragen aan het project Spoorzone: 1. voorziening Risico tunnel Spoorzone De voorziening is (als onderdeel van de afspraken met het ministerie van I&M) in 2010 ingesteld voor de maximum aanvullende bijdrage die Delft zou moeten leveren als het gevolg zijn van vertragingen. Het risicobedrag in de voorziening is 5 miljoen. 2. overige kosten In de gemeentebegroting zijn budgetten opgenomen voor constructeurs, toezichthouders en gemeentelijke taken (begeleiding en samenwerking met OBS). Momenteel bij elkaar 0,9 miljoen op jaarbasis. Deze budgetten zullen in de tijd worden afgebouwd in lijn met de voortgang van het project. 3. extra budget onderhoud openbare ruimte In deze begroting is een voorstel opgenomen om de meerkosten voor het beheer van het gehele openbare gebied te dekken. Het beheer van de nu in gebruik genomen openbare ruimte is, vanwege de beperkte omvang, binnen de huidige onderhoudsbegroting uit te voeren. Samenvatting financiële bijdragen gemeente Delft bedragen x Bijdrage aan Spoorzone: verliesvoorziening (o.b.v. spaarmodel ) verliesvoorziening (o.b.v. spaarmodel ) spaarmodel voorziening Spoorzone (onvoorzien) voorziening Risico tunnel Spoorzone weerstandscapaciteit Incidenteel rentekosten bijdrage 74 miljoen kapitaallasten investering spoortunnel ( 80 miljoen) kapitaallasten investering OR ( 68 miljoen) Beheer OR Spoorzone 256 overige kosten (publ. taken, constructeurs, lobbyist) 500 Structureel Bovengrens: 90,8 mln Ondergrens: 18,5 mln Risicoscore Laag Midden Hoog X 86

87 Extra activering investeringen Spoorzone in gemeentelijke administratie Op advies van de accountant (BDO) en de toezichthouder PZH is een onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheid om de bijdrage aan het Spoorzone project te activeren. Dat betekent dat deze bijdrage als een bezit op de gemeentelijke balans wordt gezet. Het onderzoek heeft zich toegespitst op de Spoortunnel. De tunnel is eigendom van ProRail. De uitkomst van het onderzoek is dat de gemeente de gemeentelijke bijdrage aan ProRail dient te activeren als bijdrage aan activa in eigendom van derden. De bruto bijdrage van de gemeente Delft is 117 miljoen. Er is voor 37 miljoen aan bijdragen van derden ontvangen (andere partijen) met een directe relatie tot de gemeentelijke bijdrage in de spoortunnel. Per saldo is hierdoor 80 miljoen activeerbaar. Over het bedrag dat uiteindelijk wordt geactiveerd, dient te worden afgeschreven. De accountant heeft de activering, onder voorwaarden, bevestigd. De duur van de afschrijftermijn is bepaald op basis van de afschrijftermijnen die ProRail hanteert. Voor de tunnel (beton) is dit 100 jaar, maar voor verschillende componenten, zoals installaties, is dit lager. Op basis van de verschillende componenten is in overleg met de accountant een afschrijftermijn van 80 jaar als aanvaardbaar bepaald. Er wordt daarmee niet in strijd met onze eigen financiële verordening gehandeld, waardoor aanpassing hiervan niet nodig is. In de Financiële verordening wordt niet voorzien in een specifieke afschrijftermijn voor tunnels. Wel is er een afschrijftermijn opgenomen voor bruggen (stenen en beton) (40 jaar) en wegen (25 jaar). Daarnaast mag het college conform de verordening gemotiveerd afwijken van de in de verordening opgenomen termijnen. Geconcludeerd is dat het te activeren bedrag ad 80 miljoen aansluit op de aanbeveling van de toezichthouder PZH. De activering heeft geen effect op de hoogte van de verliesvoorziening van de businesscase. De in de jaarrekening 2014 gevormde verliesvoorziening blijft dus ongewijzigd. De betekenis van het activeren van 80 miljoen is dat de vermogenspositie aanzienlijk verbetert en dat daarmee de geraamde extra stortingen in de algemene reserve niet meer nodig zijn. Nadeel is dat de lasten naar de toekomst worden verschoven. Gedurende 80 jaar drukt er een extra last op de begroting van 1 miljoen. Hoewel de vermogenspositie sterk verbetert, veranderen de schuldpositie en de af te lossen bedragen niet en blijft de opgave om de schuldpositie zoveel mogelijk terug te dringen gelijk. Vooralsnog wordt niet overgegaan tot het activeren van onderdelen uit de grondexploitaties. Lobby traject Op dit moment zijn de gemeente en de OBS in gesprek met het ministerie van I&M over betalingsafspraken, resterend risico tunnel en om onduidelijkheden (treasuryresultaat) in de BUOK op te lossen. HNK In de kwartaalrapportages Spoorzone wordt de raad geïnformeerd over het verloop van de risico's inclusief eventuele benutting van de post Onvoorzien. Risicoprofiel MPG In het MeerjarenProgramma Grondontwikkeling (MPG ) is een overzicht gegeven van de specifieke planrisico s. Voor een toelichting op het totaal van de risico s wordt verwezen naar het MPG De maximale impact van de risico s op alle projecten (risico minus kansen) is becijferd op: 11 miljoen nadelig. Indien rekening wordt gehouden met de kans van optreden bedraagt de bruto impact 4,0 miljoen. Indien alleen rekening wordt gehouden met de risico s, dus zonder de kansen, bedraagt de impact 5,5 miljoen nadelig. Voor het project Harnaschpolder geldt aanvullend nog de gevoeligheid van de opbrengsten voor de inflatieontwikkeling. Indien sprake is van een negatieve marktontwikkeling (prijsdaling) van jaarlijks 2%, is de eindwaarde 3,4 miljoen slechter. Indien sprake is van snel marktsherstel (prijsstijging) van jaarlijks 5%, is de eindwaarde 5,0 miljoen beter. Het risicoprofiel is bij het T-MPG geactualiseerd. De inschattingen gedaan bij het MPG 2015 zijn in grote lijnen nog actueel. 87

88 Bruggen Tot het moment van vervanging van de St Sebastiaansbrug zullen er mogelijke extra onvoorziene kosten ontstaan in de tijdelijke beheer- en onderhoudssituatie. Die kosten kunnen betrekking hebben op de afzettingen en rijroutes (max ). Maar ook kunnen er kosten ontstaan in geval er extra investeringsmaatregelen getroffen moeten worden (max ). Op basis van de periodieke metingen is door het college besloten de bestaande verkeersmaatregelen (verbod zwaar verkeer) te handhaven. Van extra investeringsmaatregelen is nog geen sprake, maar het monitoren van de kwaliteit van de brug wordt vervolgd. Bovengrens: (incidenteel) Ondergrens: 0 Risicoscore Laag Midden Hoog X Projecten Tramlijn 19 (inclusief Kapelsebrug en sint Sebastiaansbrug) Voor de zomer van 2015 bent u geïnformeerd over een dreigende overschrijding van het deelproject St. Sebastiaansbrug. Tevens is gemeld dat, op basis van nader onderzoek naar oplossingsrichtingen, is besloten niet verder te kijken naar aanpassing/versobering van de tafelbrug. Op het moment van voorbereiding van deze programmabegroting is nog niet in te schatten wat dit betekent voor de kostenverdeling tussen de partijen en bijbehorende risico s. Vandaar dat de risicoreservering vooralsnog ongewijzigd blijft. ISV bodem Na 2014 is er geen dekking meer voor bodemtaken voor ISV vanuit het Rijk. Het resterende budget is geoormerkt voor de sanering van de reeds bekende verontreinigingen. Indien er zich nog onbekende verontreinigingen voordoen bestaat er de wettelijke plicht te saneren. Hiervoor is alternatieve dekking noodzakelijk. Procesverbaal vergoeding De proces-verbaal vergoeding is een jaarlijkse vergoeding van de minister van Veiligheid en Justitie die gemeenten ontvangen voor het uitschrijven van processenverbaal. Deze wordt uitgekeerd door het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). Op dit moment is nog niet duidelijk of deze regeling doorgezet zal worden. Onderzoek wordt verricht door de minister naar een nieuwe, structurele regeling. De mogelijke aanpassing van de regeling zal mede geschieden op basis van het rapport Bestuurlijke strafbeschikking en bestuurlijke boete overlast. Tijdig zal gezocht moeten worden naar mogelijkheden om het structurele tekort dat ontstaat bij het afschaffen op te vangen. Bovengrens: (structureel) Ondergrens: PM Risicoscore laag midden hoog X 88

89 Flankerend beleid Het WW en BWW-budget komt in toenemende mate onder druk te staan als gevolg van boventalligheid van personeel. Personeel dat boventallig raakt wordt conform cao-afspraken door de gemeente gefaciliteerd om ander werk te vinden met o.m. een Van Werk naar Werk traject van 24 maanden. Daarna als geen andere betrekking is gevonden valt de betreffende medewerker terug op de WW-uitkering en de bovenwettelijke uitkering. De gemeente is voor deze uitkeringen eigen risicodrager. Voor 2016 is de verwachting dat de gemeente nog binnen het bestaande WWbudget blijft. Vanaf 2017, maar zeker vanaf 2018 is het risico alleszins reëel dat door de te verwachten toename van boventallige medewerkers het bestaande budget van ca. 1,0 miljoen overschreden gaat worden. Vanaf begin 2016 kunnen de effecten, op basis van de thans in voorbereiding zijnde besluitvorming, zichtbaar en meer gekwantificeerd worden. Als beheersmaatregel wordt thans gestuurd op beperking van de kosten door de mobiliteit te bevorderen van medewerkers die in de WW-regeling terecht dreigen te komen en een professionele ondersteuning van boventallige medewerkers via het Van Werk naar Werktraject. Vooralsnog wordt het risico aangemerkt als hoog, voor een bedrag oplopend naar ca. 1,5 miljoen vanaf Bovengrens: 1,5 mln structureel Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X Gemeentefonds De gevolgen van het groot onderhoud aan het Gemeentefonds zijn ingevoerd met ingang van de begroting 2015 en 2016 en hebben voor de gemeente Delft geen grote gevolgen gehad. Voor de gemeente Delft kan een nadeel ontstaan als gevolg van de wijziging van de definitie van het begrip woonruimte (o.b.v. de Basisadministratie Adressen en Gebouwen). Dit leidt tot een afname van de maatstaf woningen omdat onzelfstandige en bijzondere wooneenheden in bijv. studentenflats niet meer meetellen. Door het ministerie van BZK worden verschillen als gevolg van de gewijzigde maatstaf gemonitord. Voor substantiële en onbedoelde herverdeeleffecten zijn compenserende maatregelen aangekondigd die worden verwerkt in de septembercirculaire. Bovengrens: (structureel) Ondergrens: (structureel) Risicoscore laag midden hoog X Financiering en rente De financieringslasten van de gemeente stijgen in de komende jaren als gevolg van de grote gebiedsontwikkelingen. Deze lasten zijn gevoelig voor de renteontwikkeling die nu gunstig is. In de begrotingsramingen is meerjarig rekening gehouden met de rentelasten. Hierbij is geanticipeerd op een geringe rentestijging over de jaren. Met de risicoreservering zijn we voorbereid op een extra rentestijging. Daarnaast kan hier in de toekomst een risico ontstaan als gevolg van de Wet Houdbare Overheids Financiën (wet HOF). Met deze wet is geregeld dat Rijk en medeoverheden een gelijkwaardige inspanning leveren bij het terugdringen van het begrotingstekort. De tekortnorm voor medeoverheden is gesteld op 0,5% van het BBP t/m In de wet HOF is de mogelijkheid van een sanctie opgenomen als gemeenten hun aandeel in het EMU-saldo (blijvend) overschrijden. Bij de behandeling van de wet in de Eerste Kamer heeft de minister van Financiën toegezegd dat hij een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer indient dat deze sanctie vervangt door een correctiemechanisme. Daarmee is er nu feitelijk geen sprake van een nationale sanctie. Bovengrens: (structureel) Ondergrens: PM Risicoscore laag midden hoog X 89

90 Verbonden partijen In de paragraaf Verbonden partijen is een overzicht gegeven van de risico s bij specifieke verbonden partijen. Het totale risico bedraagt 1,6 miljoen en wordt meegenomen in het risicoprofiel voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit van de gemeente Delft. Bovengrens: (incidenteel/structureel) Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X 90

91 Onderhoud Kapitaalgoederen Beheer en onderhoud van de Openbare Ruimte is een kerntaak van de gemeente Delft. Een goede openbare ruimte draagt bij aan het welzijn en veiligheid van de bevolking. Daarnaast is een functionele en goed onderhouden openbare ruimte van groot economisch belang en dragen deze er toe bij dat Delft een aantrekkelijke plaats is om te wonen, recreëren, en te werken en investeren. De paragraaf kapitaalgoederen gaat over het onderhoudsniveau van kapitaalgoederen in de openbare ruimte of ten behoeve van het openbaar belang. Kapitaalgoederen zijn investeringen die zijn onderverdeeld in drie categorieën: - infrastructurele kapitaalgoederen zoals wegen, riolering en kunstwerken; - voorzieningen zoals openbaar groen; - gebouwen. Het Besluit Begroting en Verantwoording maakt een onderscheid tussen investeringen met een maatschappelijk nut of economisch nut. Op investeringen van economisch nut zoals riolering, moet worden afgeschreven. Op investeringen met een maatschappelijk nut, zoals wegen, groen en kunstwerken mag een gemeente afschrijven. Grote investeringen worden geactiveerd. De overige investeringen en groot onderhoud komen ten laste van de exploitatie. In deze paragraaf wordt ingegaan op de kwaliteit, de wijze van onderhoud en de daarvoor benodigde financiële middelen. Omdat kapitaalgoederen een meerjarig nut kennen wordt het onderhoud structureel gepland aan de hand van beleidskaders en beheerplannen. Voor het beheer van de kapitaalgoederen in de openbare ruimte beschikt de gemeente over een aantal instrumenten. Als eerste de beheersystemen waarin van alle objecten in de openbare ruimte de relevante data is ingebracht. In 2015 is een nieuw integraal beheersysteem in gebruik genomen, waardoor betere afstemming en beheersing plaats vindt. Daarnaast zijn er diverse schouw- en inspectierondes voor de vaststelling van onderhoudsgesteldheid van (objecten in) de openbare ruimte. Op grond hiervan worden middels de beheerplannen keuzes gemaakt betreffende instandhoudingscyclus, de vervangingscyclus en de daarvoor benodigde middelen. De vastgestelde beheerplannen worden indien nodig geactualiseerd en eventueel ontbrekende worden gemaakt. In het in 2011 door het college vastgestelde beheerplan beeldkwaliteit openbare ruimte is een integraal afwegingsmodel opgenomen om de samenhang tussen de verschillende disciplines op beeldkwaliteit en middelen te kunnen beoordelen. In 2011 zijn zowel de technische- als beeldkwaliteitsniveaus van de kapitaalgoederen naar beneden bijgesteld tot op een niveau van minimale instandhouding en er geen kapitaalvernietiging ontstaat. De bijstelling van deze niveaus zijn verwerkt in de beheerplannen. Er zijn geen nieuwe bezuinigingsmaatregelen, waarmee het voorkomen van kapitaalvernietiging is geborgd. De in de visie openbare ruimte Delft gemaakte afspraken over verhoging van het kwaliteitsniveau voor delen van de openbare ruimte wordt door de bezuinigingen (nog) niet (volledig) gerealiseerd. Overzicht beheerplannen Door de raad vastgesteld (jaar) Looptijd t/m (jaar) Financiële vertaling in begroting (ja / nee) Financiering via Reserve / Voorziening / Exploitatie (R / V / E) Achterstallig onderhoud (ja / nee) Wegen ja E/R nee Riolering ja V nee Groen ja E/R nee Civiele constructies ja E/R nee 91

92 Per beheerdiscipline wordt aangegeven wat de stand van zaken is. Wegen De omvang van het wegennet is ca. 330 hectare. Hiervan is ca. 84 hectare asfalt en ca. 10 hectare halfverharding. Het overige bestaat uit elementenverharding. In 2013 is het areaal opnieuw geïnspecteerd. In 2014 is een nieuw beheerplan wegen opgesteld. Het kwaliteitsniveau voor wegen is vastgesteld op niveau B voor de binnenstad en beschermd stadsgezicht en op niveau C voor de rest van de stad. In de begroting zijn opgenomen de kosten voor dagelijks en groot onderhoud voor elementenverharding en asfaltverharding, administratieve posten (waaronder kapitaallasten) en beleid en beheer. De gevolgen van de bezuinigingsmaatregelen zijn zichtbaar geworden bij de inspecties. Deze hebben aangetoond dat de ondergrens van minimaal onderhoud zonder dat kapitaalvernietiging ontstaat is bereikt. Het budget is daarom in 2015 verhoogd met per jaar. Door deze verhoging van het budget is voorkomen dat er achterstallig onderhoud ontstaat. Voor het uitvoeren van groot en klein onderhoud op het beoogde onderhoudsniveau is ca. 3,5 miljoen nodig en beschikbaar. De totale financiële omvang van het product neemt toe vanwege de oplopende kapitaallasten als gevolg van de aanleg van tramlijn 19. Er is geen sprake van achterstallig onderhoud. Wegen Bedragen x Kwaliteitsniveau onderhoud: B (binnenstad) /C (overige delen) Administratieve lasten Beheer en beleid Dagelijks onderhoud Groot onderhoud Wegen Civiele constructies In 2014 is het beheerplan civiele constructies door het college vastgesteld. In dit beheerplan zijn de civiele kunstwerken en de constructieve beschoeiingen samengevoegd. De inzet van de middelen is gericht op minimale instandhouding, functionaliteit en voorkoming van kapitaalvernietiging. Het kwaliteitsniveau is vastgesteld op niveau B voor de binnenstad en beschermd stadsgezicht en op niveau C voor de rest van de stad. In de begroting zijn opgenomen de kosten voor klein- en grootonderhoud, administratieve lasten en beleid en beheer. De inspecties laten zien dat de ondergrens van minimale instandhouding zonder dat kapitaalvernietiging ontstaat is bereikt. Voor het uitvoeren van klein- en groot onderhoud op het beoogde onderhoudsniveau is gemiddeld ca. 1,9 miljoen per jaar nodig en beschikbaar. Inspecties wijzen uit dat in de komende 10 jaar 5 monumentale bruggen in de binnenstad vervangen moeten worden. Deze vervangingen zijn niet opgenomen in de exploitatiebegroting. Hiervoor wordt afzonderlijk een investeringsbudget aangevraagd van in totaal 3,0 miljoen. Er is geen sprake van achterstallig onderhoud. Civiele constructies Kwaliteitsniveau onderhoud: B (binnenstad) /C (overige delen) Bedragen x Administratieve lasten Beheer en beleid Klein onderhoud Groot onderhoud Civiele constructies

93 Groen Het openbaar groen is een beeldbepalend onderdeel van de openbare ruimte en het visitekaartje van de gemeente Delft. In 2015 is het beheerplan groen voor de periode door het college vastgesteld. De begroting is hier op aangepast. Het beheerplan geeft een verdere uitwerking van de door de raad vastgestelde beleidskaders in de nota Groen. Het beleid is gericht op duurzaam en structureel beheer en onderhoud van het groen in Delft. Hierbij wordt ook gekeken naar de langere termijnvisie voor de vervanging van bomen, met name het populierenbestand en de bomen langs de grachten in de binnenstad vergen aandacht. Het kwaliteitsniveau is vastgesteld op niveau B voor de binnenstad en beschermd stadsgezicht en op niveau C voor de rest van de stad. Het bomenonderhoud is op een niveau waarbij door middel van reguliere VTA inspecties aansprakelijkheidsstellingen worden voorkomen. Ter voorkoming van achterstallig onderhoud en ter voorkoming van kaalslag onder het populierenbestand wordt een meerjarig vervangingsplan opgesteld. De voor uitvoering hiervan benodigde financiële middelen zijn deels opgenomen in de reguliere exploitatiebegroting. Het resterende deel is gereserveerd in de reserve openbare ruimte. Hiermee is er volledige dekking voor het onderhoud van het groen op het beoogde kwaliteitsniveau. Er is geen sprake van achterstallig onderhoud. Groen Bedragen x Kwaliteitsniveau onderhoud: B (binnenstad) /C (overige delen) Administratieve lasten Beheer en beleid Dagelijks onderhoud Groot onderhoud Groen Riolering Het beheer en onderhoud van de gemeentelijke riolering is bepaald aan de hand van het in 2011 vastgestelde Verbreed-GRP. In 2016 wordt het V-GRP vernieuwd. Binnen dit V-GRP is er naast de aandacht voor de afvalwaterzorgplicht (de duurzame instandhouding van het rioolstelsel) tevens aandacht voor de hemelwaterzorgplicht en de grondwaterzorgplicht. Het beoogde kwaliteitsniveau is daarmee vastgelegd en vertaald naar de hiervoor benodigde inspanningen en financiële middelen. Om invulling te geven aan de verschillende zorgplichten worden projecten uitgevoerd. Hierbij kan gedacht worden aan het aanleggen van een gescheiden rioolstelsel, het vervangen van riolering welke niet meer voldoet aan de gestelde eisen en het onderhouden van gemalen en drukriolering. De burgers en bedrijven van de gemeente Delft betalen rioolheffing. De opbrengst hiervan wordt geheel besteed aan het vervullen van de drie zorgplichten. Bij de bepaling van het riooltarief wordt uitgegaan van een 100% kostendekkend tarief. Hierbij wordt tevens gebruik gemaakt van het VNGmodel voor berekening van het tarief. In de begroting zijn kosten opgenomen voor dagelijks onderhoud van riolen en gemalen, inspectie, administratieve lasten (o.a. kapitaallasten) en rationeel beheer. Om het beoogde kwaliteitsniveau te kunnen blijven realiseren is in 2014 besloten het riooltarief in stappen te verhogen: in 2015 met 13% (gerealiseerd), in 2016 wordt het tarief met 3,4% verhoogd. Deze verhoging is in de begroting verwerkt, waardoor deze aansluit op de benodigde middelen. Door het verder toepassen van innovatieve technieken wordt een bezuiniging binnen het GRP gerealiseerd zonder verlaging van het kwaliteitsniveau. Er is geen sprake van achterstallig onderhoud. 93

94 Riolering Kwaliteitsniveau onderhoud B (binnenstad) / C (overige delen) Bedragen x Administratieve lasten Beheer en beleid dagelijks onderhoud riolering investering riolering kwijtscheldingen Mutatie voorziening Riolering Gebouwen (exclusief onderwijsgebouwen) Kaders Onderdeel van het beheer van gemeentelijke gebouwen is het uitvoeren van (planmatig) onderhoud. De kaders waarbinnen dit onderhoud wordt uitgevoerd zijn: waarborging van de veiligheid; voorkoming van gevolgschade; esthetisch onderhoud Met in acht name van deze kaders zijn de gebouwen geïnspecteerd en is op basis van deze inspectie een meerjaren onderhoudsplanning (MOP) gemaakt. De planning en de bezuinigingsopgave Jaarlijks wordt een schouw uitgevoerd. De schouw en de planning vormen de basis voor de concrete jaarplanning. Deze jaarplanning is financieel vertaald en verwerkt in de begroting. Daarbij is in de begroting gerekend met een gemiddelde onderhoudslast over de periode In werkelijkheid fluctueert het onderhoudsvolume. Van achterstallig onderhoud is thans geen sprake. Om te komen tot een haalbare en verantwoorde bezuiniging wordt de komende jaren het onderhoud uitgevoerd op het niveau waarborgen van de veiligheid. Dit resulteert in de gemiddeld onderhoudslast van 1,6 miljoen. 94

95 Regievoering door Delft De regienota gemeente Delft De geactualiseerde regienota wordt separaat aan de gemeenteraad voorgelegd. In deze nota wordt een beschrijving gegeven van de ontwikkeling van regievoering en toe te passen beleidskaders. De twee basisvormen in de regievoering door de gemeente Delft zijn, dat: a. de gemeente uitvoerende taken uitbesteed aan andere partijen; via instrumenten als subsidie, inkoop, financiering (/deelnemingen) b. de gemeente op basis van afspraken, convenanten, contracten met anderen als coproducent/partner samenwerkt aan de realisatie van beoogde maatschappelijke effecten. Een belangrijke notie daarbij is, dat sprake is van netwerkende organisaties: de gemeente is dan medespeler in een netwerk met maatschappelijke partners. Naar vermogen zal de gemeente dan bijdragen (faciliteren) aan visies van andere partijen. En uiteraard- omgekeerd ook. In de meest vergaande formele vorm is er of een opdracht (bij a) of een convenant/contract (bij b) op basis van een gezamenlijke visie met afspraken over in te zetten middelen en aansturing. De relaties met andere partijen zijn echter veelsoortig en veelkleurig. We hebben te maken met spelers waar we een formele relatie mee hebben in één of andere vorm een contract. En er zijn `spelers die niet direct verbonden zijn aan gemeentelijke geldstromen, maar die wel (bijv. vanuit particulier initiatief) betrokken zijn bij maatschappelijke vraagstukken en daar graag mee aan de slag gaan. In deze paragraaf van de programmabegroting beschrijven we de bestaande (of in voorbereiding zijnde) geformaliseerde samenwerkingsverbanden. Regievoering door Delft De veranderende rol van de overheid De veranderende rol van de overheid is op verschillende fronten waarneembaar. Vanuit het rijksbeleid zien we grote veranderopgaven voor gemeenten: bezuinigingen, decentralisaties, stelselwijzigingen. Veranderopgaven met een grote impact. Veranderopgaven waar gemeentes samenwerking aangaat met partners in netwerken. En veranderopgaven waar het rijk de gemeenten ook nadrukkelijk in een regierol plaatst (denk aan o.m. de WMO en integraal veiligheidsbeleid). Op veel maatschappelijke gebieden zijn we op ontdekkingsreis naar een nieuwe rolverdeling tussen overheid, burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Het begrip regiegemeente zijn typeert de rol van de gemeente. De manier waarop we deze rol invullen is die van een netwerkende overheid die meer dan ooit de kunst van het verbinden verstaat: verbinden van doelen, van mensen en partijen en van opgaven. De gemeente gaat zowel bestuurlijk als ambtelijk meer naar buiten, zoekt de maatschappelijke voorhoede en de netwerken op die ertoe doen, verbindt zich met hen en faciliteert ze waar nodig. De gemeente voert in deze bestuursperiode de regie-agenda van verdergaande verzelfstandiging van uitvoerende taken uit. De crux van de regievoering van Delft zit echter op zichzelf beschouwd niet in verzelfstandiging van taken, maar wel in het samen met lokale en regionale partners richten van de samenwerking op de grote opgaven die er zijn. De groei als regiegemeente is ook daarom een meerjarig ontwikkelingstraject. Delft maakt als uitvloeisel van dit alles meer en meer de beweging naar een compacte overheid. De doorontwikkeling als regiegemeente wordt voortgezet. In een meerjarig traject komt een hoogwaardige compacte kern tot stand voor de opgaven van de stad, waarbij de uitvoering intern of extern verzelfstandigd is. Raad, college en organisatie hebben hierin (elk vanuit hun eigen rol) een gezamenlijke opgave om lokale en regionale netwerken verder te ontwikkelen en uit te bouwen bij de transitie en de grote opgaven voor de stad. 95

96 De regie-agenda van taakuitvoering door derden ziet er als volgt uit: Geformaliseerde samenwerkingsverbanden De gemeente Delft heeft met veel organisaties (lokaal of regionaal) een formeel samenwerkingsverband. Dit wordt beschreven in de volgende subparagrafen: A. Regionale samenwerking B. Deelnemingen, lokaal en regionaal C. Subsidies aan maatschappelijke instellingen 96

97 A. Regionale samenwerking Regiovisie: Delft als partner in sterke netwerken Er zijn veel ontwikkelingen die op ons afkomen: de veranderende rol van de overheid (en van de samenleving), nieuwe bestuurlijke verhoudingen, de grote opgaven voor Delft, bestaande systemen, structuren die worden afgebroken. We zitten niet in een tijdperk meer van verandering maar in een verandering van tijdperk. De dynamiek in de regio maakt hier ook onderdeel van uit. We zijn er ons van bewust (zie ook de stadskrachtonderzoeken in 2010 en 2012) dat, willen we onze doelstellingen bereiken, we dat samen met onze partners in de regio zullen moeten doen. Regionale samenwerking is een middel om doelen zoals geformuleerd in het bestuursprogramma en de programmabegroting te realiseren, zoals het verbeteren van de werkgelegenheid en beschikbaarheid van de voorzieningen. De dynamiek in de regio blijft onverminderd hoog. Ook voor de huidige bestuursperiode. Oude bestuurlijke constructies maken daarbij plaats voor nieuwe. Delft speelt hierin zijn rol op meerdere borden. Versterking van de economische vitaliteit in de Zuidvleugel (via Zuidvleugel, Innovation Quarter, MRDH). Randvoorwaardelijke investeringen in verkeer en vervoer, via de MRDH/Vervoersautoriteit (en de relatie daartussen); Nieuwe samenwerkingsvormen in het Sociaal Domein op verschillende schaalniveaus, van lokaal, samen met Rijswijk, Midden-Delfland en Westland tot samen met de Haaglandengemeenten Herinrichting van de regionale samenwerkingsverbanden met betrekking tot natuur en recreatie; Strategische samenwerking met Leiden (bondgenoot in de Zuidvleugel) Eind 2013 is de sterkte-/zwakteanalyse van bureau Louter uitgevoerd en de eerste helft van 2015 aangevuld met de analyses van prof. Tordoir. Deze analyses bevestigen, dat de grote vraagstukken die spelen voor Delft (m.n. het economische ticket en het sociaal domein) een groter schaalniveau vragen dan de stad en vragen om samen op trekken met (buur)gemeenten en strategische partners. Delft schakelt daarbij op verschillende schalen (en tafels) in de regio. Dit vergt een intensief samenspel tussen raad, college en ambtelijke organisatie in (lokale en) regionale netwerken. De analyses bevestigen de door Delft ingezette strategie met de inzet op Delft (technische) Kennisstad` als economische meerwaarde voor de Metropoolregio als driver voor realisatie van de doelstelling Werkgelegenheid op alle niveaus`. Naast deze strategische ontwikkelingen zijn er veel andere voorbeelden van samenwerking. Bijvoorbeeld met Rijswijk op het vlak van bedrijfsvoering. Of ook samen met andere gemeentes in specifieke gemeenschappelijke regelingen. Of soms ook via stichtingen en vennootschappen. In de subparagraaf deelnemingen wordt aangegeven welke verbonden partijen/deelnemingen er ook op regionaal niveau bestaan. Acteren op verschillende schaalniveaus Ieder onderwerp kent zijn eigen optimale vorm en schaalniveau. Delft zet in op de totstandkoming van optimale samenwerkingsverbanden op passende schaalniveaus. In onze visie worden globaal drie geografische cirkels rondom Delft onderscheiden met daar tussen vloeiende overgangen. De derde en grootste cirkel betreft de Metropoolregio Rotterdam Den Haag resp. de Zuidvleugel. Delft neemt direct deel, aan de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ) en Innovation Quarter Zuidvleugel. In de metropoolregio werken we samen met de 22 andere gemeenten (2,2 miljoen inwoners), de andere overheden, marktpartijen en kennisinstellingen. Prioriteiten liggen bij de inzet van kennis en innovatie, arbeidsmarkt, doorontwikkeling van het verkeer- en vervoerssysteem, de ontwikkeling van een warmtenet, de regionale groenstructuur en de regionale economie. Daarbij vertegenwoordigt de MRDH Delft in gesprekken met het Rijk over verkeer en vervoer. Delft staat een verregaande opschaling van natuur- en recreatieschappen in metropoolverband voor. De eerste stap daarin is in te zetten op intensieve samenwerking van alle (potentiële) stakeholders in het metropolitane landschap Hof van Delfland. 97

98 Binnen de cirkel van de Metropoolregio bestaat de tweede en middelste ring uit het Haaglandengebied. Wonen is bij uitstek een thema dat speelt op dit schaalniveau. Maar ook de regionale samenwerking voor de jeugdzorg ligt ongeveer op deze schaal (H10). De tweede ring omvat het gebied Delft Rijswijk Midden-Delfland Westland. Binnen dit gebied werken de gemeenten samen op het terrein van nieuwe taken in de WMO. De stad Delft vormt de kern van het regionaal samenwerken. Waar het zelforganiserend vermogen van de stad zelf voldoende is, is opschaling niet nodig. Wat we zien is dat partijen in de stad zelf samenwerkingsverbanden aangaan ook met partijen buiten de stad. De gemeente kan hierin een verbindende rol spelen. Zo werkt de TU Delft samen met de Universiteit Leiden en de Erasmusuniversiteit in Rotterdam. De gemeenten spelen een verbindende rol voor mobiliteitsvraagstukken zoals die in de Metropoolregio aan de orde komen. Het denken en werken in cirkels past bij de gevormde congruente samenwerkingsverbanden in het sociale domein. De 3 cirkels rondom Delft zijn overigens niet statisch. De overgangen tussen de ringen zijn vloeiend. Er kunnen beleidsonderwerpen zijn die zowel (sub) regionaal als in Metropoolverband aan de orde zijn. Met onze buurgemeenten werken we samen in het Sociale domein, maar ook op economisch vlak hebben we belang bij een gezamenlijke agenda voor onze subregio. Buiten de cirkel van de Metropoolregio bevindt zich onze buitenwereld, waarmee ook vele samenwerkingsrelaties bestaan. Te denken valt daarbij aan de Provincie Zuid-Holland, de liaison met collega universiteitsstad Leiden, de ontwikkelingen in de Zuidvleugel en in Europa, waarin we samenwerken in netwerken als Energy Cities, UNIC, EUniverCities. Hierbij hoort ook de deelname van Delft aan VNG, het Netwerk kennissteden Nederland en de G32, als instrument om als gemeenten met gezamenlijke belangen te lobbyen bij andere overheden en om kennis uit te wisselen. De dynamiek van regionale samenwerking Perspectief MRDH en Zuidvleugel Delft ziet het belang van regionale samenwerking in het perspectief van de economische concurrentie tussen regio s wereldwijd. Steeds vaker zetten stedelijke gebieden internationaal in het bijzonder in Europa een ontwikkeling in van metropolitane samenwerking. Europa onderkent het belang van de metropolitane gebieden in haar 2020 strategie. Ontwikkelingen in de Zuidvleugel blijven onze focus houden. Het succes voor Delft is uiteindelijk af te meten in de kracht/vitaliteit van de regionale economie met lokaal en regionaal werk voor Delftenaren. Voor de stad is het aantrekken en behouden van de kennisintensieve bedrijvigheid van belang (met name via de acquisities van het Innovation Quarter Zuidvleugel) als motor voor de werkgelegenheid op alle niveaus. Delft draagt bij als stad van innovatie met kennisinstituten zoals de TU Delft, TNO en Deltares binnen haar grenzen. De kennisinstituten spelen mee in de wereldwijde concurrentie om toponderzoekers, de gunsten van het bedrijfsleven en Europese subsidies. De metropoolregio-schaal is nodig om dit te faciliteren. De Economische Programmaraad Zuidvleugel maakt het economisch beleid en de economische agenda voor de Zuidvleugel. Hierbij 98

99 zijn alle relevante partijen aangesloten, zoals ook de provincie Zuid-Holland, bedrijven en de universiteiten. De MRDH adopteert deze economische agenda en zorgt voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat en doet projecten waarvoor het schaalniveau van de metropool relevant is. De Metropoolregio Den Haag Rotterdam is per 1 januari 2015 officieel van start gegaan. Delft wil actief bijdragen aan een effectieve samenwerking met als doel versterking van de economische vitaliteit van de regio en randvoorwaardelijke investeringen in verkeer en vervoer via de vervoersautoriteit. Delft kan daar ook aan bijdragen met zijn profiel van Delft Kennisstad, en het profiel van een aantrekkelijk woonmilieu waaronder Nieuw Delft` met de te realiseren spoorinfrastructuur (4-sporig). Delft heeft ook de steun van de Metropoolregio nodig om haar kracht te kunnen inzetten. Met de bijdrage aan YES!Delft laat de Metropoolregio zien dat het de daad bij het woord voegt in het onderkennen van het belang van een actief regionaal valorisatie- en startersbeleid. Dit biedt een perspectief voor de toekomst. Leiden en Delft zijn in 2014 een strategische alliantie aangegaan. Leiden en Delft zijn vergelijkbare steden met een universiteit die mede bepalend is voor de identiteit, een kenniseconomie, een historische binnenstad en bestuurlijke vraagstukken op het gebied van toerisme, valorisatie, studenten, samenwerking gemeente universiteit, ontwikkeling science park. Leiden en Delft hebben samen met Nijmegen en de VSNU een trekkersrol in het Netwerk Kennissteden Nederland. De position paper Agenda Stad van het netwerk Kracht door Kennis is hier een resultaat van. Het Rijk heeft dit paper goed ontvangen en Delft en Leiden krijgen een rol in het vervolg met City Deals. Sociaal Domein De samenwerking in de regio is in de voorbereiding van de decentralisaties enorm geïntensiveerd. De bestaande opgelegde structuur van zorgregio s en stadsgewest is daarbij vervangen door vrijwillige gemeentelijke samenwerkingen die aansluiten bij de maatschappelijke opgaven en/of schaalvoordelen bieden voor de zorginkoop en de te sluiten contracten. Regionale samenwerking in het sociaal domein biedt gemeenten daarnaast meer slagkracht door gebruik te maken van elkaar expertise, kennis uitwisseling en gezamenlijk inzetten van personeel. Voor Delft blijft essentieel dat regionale samenwerking bijdraagt aan het verbeteren van de lokale uitvoering, passend blijft bij de leefwereld van de burger en bijdraagt aan een kwalitatief en kwantitatief goed voorzieningenniveau in de regio. Regionale samenwerking in het sociaal domein is van groot belang ook voor onze relaties met buurgemeenten: samen met de negen Haaglanden-gemeente plus Voorschoten (H10) op het gebied van de Jeugdhulp, inkoopbureau, Veilig Thuis en het Veiligheidshuis Haaglanden; samen met Rijswijk, Midden-Delfland en Westland (H4) voor de (inkoop van) de nieuwe WMOtaken en als centrumgemeente in DWO-verband (plus Pijnacker-Nootdorp) voor opvang en beschermd wonen; samen in de arbeidsmarktregio (H4 plus Den Haag) voor de participatiewet en middels het Regionale Platform Arbeidsmarkt (RPA) Haaglanden voor de regionale Werkbedrijven en de werkgeversbenadering. Dit vergt in 2016 en in de jaren erna een intensieve inzet van de gemeente Delft en partners. Regionaal Groen In 2015 worden verdere stappen gezet in de herinrichting van de regionale samenwerkingsverbanden met betrekking tot natuur, landschap en recreatie. Dit in het verlengde van de landschapstafel Hof van Delfland, waar Delft bestuurlijk (ambtelijk ondersteund) een voortrekkersrol in heeft vervuld. Aan de deelnemende colleges (resp. de provincie Zuid-Holland en andere potentieel deelnemende partijen) is voorjaar 2014 een richtinggevende intentieverklaring gestuurd voor een vernieuwde samenwerking in de Hof van Delfland. Deze verklaring biedt meer ruimte voor participatie, geeft nieuwe accenten in aanleg en beheer, vergroot de bestuurlijke slagkracht en werkt toe naar lagere en evenwichtiger verdeelde publieke beheerlasten. Op grote lijnen is door partijen ingestemd met de intentieverklaring uitgezonderd de fusie van recreatieschappen. Hiervoor loopt een onderzoek naar de toekomst van de recreatieschappen, waaronder voor het recreatieschap Midden Delfland en de organisatie van de groenservice Zuid- Holland. Op het niveau van de landschapstafel wordt gewerkt aan de totstandkoming van een gezamenlijke investeringsagenda en visie op beheer/recreatie. 99

100 Kosten regionale samenwerking De kosten van de regionale samenwerking bestaan uit de gemeentelijke bijdragen aan de regionaal verbonden partijen, divers gemeenschappelijke regelingen, een stichting (jeugdgezondheidszorg), een coöperatie (Clean Tech Delta), en een vennootschap (Innovation Quarter Zuidvleugel). Het totaaloverzicht is als volgt: Kosten regionale samenwerking 2016 Bedragen * Bijdrage aan MRDH per 01/01/2016 Bijdrage mobiliteitsfonds Bijdrage aan gemeenschappelijke regelingen: a. Recreatieschap Midden-Delfland b. GGD Haaglanden c. Omgevingsdienst Haaglanden d. Veiligheidsregio Haaglanden e. RBG (regionale belastinggroep) f. Afvalinzameling Avalex g. Grondwateronttrekking Delft-Noord h. Inkoopbureau jeugd i.o. Bijdrage aan Stichting jeugdgezondheidszorg ZHW Bijdrage aan Innovation Quarter Zuidvleugel Bijdrage aan Clean Tech Delta Bijdrage aan Medical Delta Begroting MRDH Aan de deelnemende gemeenten is een conceptbegroting voorgelegd. Deze is september 2015 door middel van een consultatieronde van de MRDH aan de raad voorgelegd. De BDU uitkering is vanaf 1 januari 2015 rechtstreeks bij de MRDH ondergebracht. Een inwonersbijdrage van 2,45 per inwoner wordt toereikend geacht voor het vorm geven van de economische ambities. De totale begroting van de MRDH heeft voor 2016 een omvang van ca. 600 miljoen. Delftse agenda voor 2015 en verder De regio-agenda voor de nu lopende bestuursperiode is uitdagend: We zetten de gesprekken in de regio voort over samenwerking op de verschillende schaalniveaus, op zowel het economische domein, het fysieke domein (verkeer en vervoer), en het sociale domein. We werken verder aan de inbedding en regionale samenwerking voor de taakuitvoering in het sociale domein We streven naar herstructurering en opschaling van recreatieschappen in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag met als 1e stap daarin het vormgeven van een nieuwe organisatie voor ontwikkeling en beheer van het metropolitane landschap Hof van Delfland. De strategische alliantie met Leiden wordt voortgezet. Reguliere samenwerkingen zoals met Rijswijk en met verbonden partijen worden verder voortgezet. Een bijzonder aandachtspunt daarbij is het via de regie-organisatie versterken van de grip op verbonden partijen. 100

101 B. Deelnemingen, lokaal en regionaal De gemeente Delft is, evenals andere overheden, actief in netwerken van beleids- en uitvoeringsorganisaties. Met een aantal van die organisaties onderhoudt de gemeente financiële en/of bestuurlijke banden. Die verbindingen staan te boek als deelnemingen, maar een bepaalde groep daarvan noemen we in overeenstemming met de gemeentelijke begrotingsvoorschriften verbonden partijen. Als sprake Is van een participatie in een organisatie met alleen een bestuurlijk of een financieel belang, dan spreken we over een deelneming. Een verbonden partij is een privaatdan wel publiekrechtelijke organisatie, waarin de gemeente én een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Van een bestuurlijk belang wordt gesproken als er zeggenschap bestaat uit hoofde van stemrecht of een vertegenwoordiging in het bestuur van de organisatie. Er is een direct financieel belang wanneer een ter beschikking gesteld bedrag niet verhaalbaar is bij faillissement, of als er een financiële aansprakelijkheid bestaat als de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. In het vervolg van deze paragraaf gaan we uit van het bredere begrip deelnemingen. Deelnemingen voeren meestal gemeentelijke taken uit met een maatschappelijk en daardoor ook politiek belang. Participatie van de gemeente in deze organisaties levert de gemeente niet alleen op dat gemeentelijke doelen en ambities in samenwerking met onder meer de deelnemingen tot realisatie komen, maar kent ook financiële en bestuurlijke risico s. Om de synergie vanuit de samenwerking optimaal te benutten en de risico s te beheersen is aandacht voor de sturingsrelatie met en risicobeheersing bij deelnemingen en verbonden partijen essentieel. Voor de transparantie met betrekking tot de deelnemingen wordt eens per 4 jaar een beleidsnota opgemaakt. In de nota Deelnemingenbeleid Delft van oktober 2006 heeft de raad meerjarige beleidskaders en beheerskaders (toezicht en control) gesteld voor de deelnemingen. Deze kaders betreffen o.a. de rol van de gemeente als eigenaar/bestuurder, klant/opdrachtgever, financiële bijdrage, informatievoorziening, het besliskader voor het aangaan van deelnemingen e.d. In het derde kwartaal 2011 verschijnt er een nieuwe geactualiseerde beleidsnota over het deelnemingenbeleid van de gemeente Delft. In het overzicht, dat hierna volgt, wordt beknopt de inzet van de deelnemingen in relatie tot de realisatie van de gemeentelijke doelstellingen weergegeven. Een meer uitgebreide inhoudelijke beschrijving van de deelnemingen treft u aan in de nota Deelnemingenbeleid. De deelnemingen die geen verbonden partij zijn, zijn gegroepeerd opgenomen in het tweede deel van het overzicht Beleidsinformatie Deelnemingen. Overzicht Beleidsinformatie Deelnemingen Deelnemingen tevens verbonden partij Vennootschappen Vestigings plaats Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s Doelstelling Bestuursprogramma Werkse Holding BV Delft Ontwikkelen, plaatsen en begeleiden van medewerkers met een afstand tot de Werkse Holding BV is een onderdeel van Werkse! Risico op waarde aandelen Financieel gezonde en mislopen winstuitkering, gemeente Evides BV Rotterdam Beheren en exploiteren van een waterbedrijf. Geen bijzonderheden. Idem Financieel gezonde gemeente InnovationQuarter B.V. (ROM Zuidvleugel) Den Haag Sterke economie Parking BV / Parking Delft BV Delft Uitvoeren van het parkeerbeleid Delft en de Geen bijzonderheden. Risico op waarde aandelen Bereikbare en gastvrije exploitatie van parkeergarages. + de garantstelling / stad Eneco Holding NV Rotterdam Beheren en exploiteren van een energiebedrijf. Dividend is hoger uitgevallen dan was begroot. Risico op waarde aandelen Financieel gezonde Niet structureel. en lager of geen dividend. gemeente Yes!Delft Young Entrepreneurs Society Delft Delft Yes!Delft is een BV, waarin de gemeente minderheidsaandeelhouder is naast de TU(meerderheid) entno. Sterke economie Ontwikkelbedrijf Spoorzone (OBS) NV Bank voor Nederlandsche Gemeenten - BNG Delft Den Haag Versterken innovatiepotentieel van Zuid-Holland door ondernemerschap en innovatie; marketing en acquisitie; en participatie in starters en MKB bedrijven Participatie is toegevoegd aan de activiteiten. Aandeelhouders zijn Min EZ, PZH, 6 gemeenten, TU Delft, Leiden Universiteit, LUMC & Erasmus MC. 2,53% aandelenkapitaal ( ), toegezegd 1,75 miljoen bij te dragen aan participatie (inclusief ). Jaarlijkse bijdrage VOM BV Delft Beheersen vastgoedontwikkeling en gewenste Marktontwikkeling niet rooskleurig Risico op waarde aandelen Aantrekkelijke stad branchering vooral in kern historisch (vastgoedcrisis). Voorlopig is er een rem op + garantstelling/ winkelgebied binnenstad. aankoop van vastgoed door de VOM. Vestia financiering. blijft voorlopig aandeelhouder. Ondersteunen studenten, professionals, wetenschap- pers in het succesvol oprichten van een eigen onderneming met een technologisch product of proces als basis. Realiseren herontwikkeling van het Spoorzonegebied, waaronder ook de realisatie van het Stadskantoor. Bank ten dienste van de overheid Door nieuwe regelgeving voor banken (Basel 3) wordt het dividend de komende jaren minder, nl 25% ipv 50%. Aandelenkapitaal dat de gemeente heeft gestort 3.600, jaarlijkse bijdrage Onzekerheid op de woningmarkt waardoor geprognotiseerde opbrengsten een risico zijn. Tekorten op de BC komen direct ten laste van de begroting gemeente Bereikbare en gastvrije stad Beperkt risico. Waarde Financieel gezonde aandelen niet geactiveerd. gemeente Jaarlijks dividend is beperkt. 101

102 Deelnemingen, tevens verbonden partij Gemeenschappelijke regelingen Recreatieschap Midden- Delfland Vestigings plaats Schiedam Risico s Doelstelling bestuurs programma Doelstelling Bestuursprogramma Duurzame stad G.G.D. Haaglanden Den Haag Regie, uitvoeren, adviseren en bevorderen van Geen bijzonderheden Idem Zorg en ondersteuning de publieke gezondheid. Omgevingsdienst Haaglanden Den Haag Milieu en bodemtaken Geen bijzonderheden idem Veilige stad Veiligheidsregio Haaglanden Den Haag Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, Er wordt aan een visie brandweer 2020 idem Veilige stad brandweerzorg, rampen- en crisisbeheersing in gewerkt. regio; meldkamer en CPA. RBG (regionale belasting groep) Schiedam Doel / Openbaar belang Behartigt belangen openluchtrecreatie in Midden-Delfland, onder handhaving van het landelijk karakter. Ontwikkelingen Rijk heeft zich uit het schap teruggetrokken. Er loopt een gerechtelijke procedure over de uittreedbijdrage. Efficiente heffing en inning van lokale heffingen De gemeente Schiedam is nieuwe toetreder door samenwerking met andere gemeenten en bij de RBG. waterschappen. Aangesloten deelnemers zijn gezamenlijk risicodrager. Regiegemeente Afvalinzameling Avalex Den Haag Samenwerking voor het uitvoeren van de wettelijke afvalinzamelingstaak. Discussie over toekomstige structuur vindt nog plaats. idem Goede openbare ruimte Grondwateronttrekking Delft- Noord Delft Beheer grondwateronttrekking bij Delftse DSMvestiging. Per mei 2014 is de Provincie Zuid-Holland uit de GR. Ook het Hoogheemraadschap heeft Risico verschuift steeds meer naar de gemeente Duurzame stad aangegeven uit te willen treden. Stadsgewest Haaglanden Den Haag Samenwerking op basis van kaderwet op Per zit het stadsgewest in Gemeenten gezamelijk Verbindende overheid gebied van diverse beleidsvelden. liquidatie fase. Deze zal naar verwachting risicodrager. uiterlijk eind 2016 zijn afgerond. Bureau inkoop jeugdzorg i.o. Samenwerking gericht op inkoop De gemeenschappelijke regeling wordt voor Gemeenten gezamelijk Sterke samenleving specialistische jeugdzorg. Voor de H10 drie jaar aangegaan met de mogelijkheid van risicodrager. gemeenten. verlenging. Na een eventuele verlenging kan een gemeente de regeling met inachtneming van een termijn van een jaar opzeggen. MRDH Den Haag Opvolger van Stadsgewest Haaglanden voor Is in 2015 van start gaan Gemeenten gezamelijk Verbindende overheid de beleidsvelden "Bereikbaarheid en Mobiliteit" risicodrager. en "Economisch Vestigingsklimaat" idem Stichtingen Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s Stichting jeugdgezondheidszorg Zuid- Holland-West Zoetermeer Borgen van jeugdgezondheidszorg in het publieke domein. De JGZ is per definitief ontvlecht uit Gemeenten gezamenlijk de GGD en de bekostiging van de JGZ loopt nu risicodrager. direct via de gemeenten. Het convenant en financieel kader zijn vastgesteld. Doelstelling Bestuursprogramma Sterke samenleving Overige deelnemingen, geen verbonden partij Doelstelling bestuurs A. Stichtingen programma Deelneming Vestigings Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s plaats Groenfonds Midden-Delfland Midden- Behouden van agrarisch cultuurlandschap en Geen bijzonderheden. Mogelijk verlies van Duurzame stad Delfland versterken relatie stad en land door educatie en gemeentelijke bijdrage. Regionaal Platform Arbeidsvoorziening Haaglanden (RPA) Streven naar optimale afstemming tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt in de regio Haaglanden. Geen bijzonderheden. Idem Delft Kennisstad Delft Overlegplatform inzake de kenniseconomie van Slapende stichting, geen activiteiten. Idem Sterke economie Breedband Delft Delft Beheren, exploiteren glasvezelnetwerk voor Geen bijzonderheden. Idem Sterke economie aangesloten instellingen. Centrummanagement Delft Delft Verbeteren en stimuleren van economisch Samenstelling stichting in ontwikkeling idem Sterke economie functioneren binnenstad. Overige deelnemingen, geen verbonden partij B. Verenigingen Deelneming Vestigings plaats GDO Gemeenten voor Dordrecht duurzame ontwikkelingen (vereniging voor lokale NME/C) Vereniging Klimaatverbond Zaandam Nederland Vereniging Regionaal Samenwerkingsverband Waterstad-land. Vereniging van Nederlandse Den Haag Gemeenten Vereniging Deltametropool Doel / Openbaar belang Samenwerken op vlak natuur en milieucommunicatie. Ontwikkelingen Geen bijzonderheden. Samenwerken in projecten, kennisuitwisseling Geen bijzonderheden. voor een effectief lokaal klimaatbeleid. Optimaliseren toeristisch-recreatief gebruik van Lidmaatschap is per opgezegd. waterwegen en aanlig-gende gebieden om een economische impuls te geven aan het gebied. Ondersteunen en behartigen belangen Verlaging bijdrage met 5% werkt door in gemeenten. College van Arbeidszaken. dienstverlening VNG. De onafhankelijke Vereniging Deltametropool Geen bijzonderheden. stelt zich ten doel om in West-Nederland de in beginsel reeds aanwezige metropool tot ontwikkeling te brengen. Risico s Conform Verenigingsreglement. Geen. Conform Verenigingsreglement. Doelstelling bestuurs programma Duurzame stad Duurzame stad Duurzame stad Verlaging bijdrage werkt door in dienstverlening VNG. Geen. Sterke economie 102

103 Overzicht financiële informatie Deelnemingen Op basis van de jaarverslagen van de deelnemingen en verbonden partijen zijn het resultaat 2014, het eigen vermogen en voor zover aanwezig overige informatie vermeld. Financieel Overzicht Deelnemingen Deelneming Vennootschappen verstrekte Financieel belang Vestigings Eigen Vreemd Aandelen garanties / (% of verhouding) plaats Resultaat 2014 Vermogen vermogen kapitaal (a) geldleningen Werkse BV Delft ,3 miljoen 1,5 miljoen geen 100 % gestort Evides BV Rotterdam 56,6 miljoen 468,6 miljoen 630,8 miljoen geen 5,8 % gestort aandelenkapitaal Eneco Holding NV Rotterdam 206 miljoen miljoen miljoen aandelen ca 100 nominaal. geen 2,44% gestort aandelenkapitaal InnovationQuarter BV (ROM Den Haag 0,427 miljoen ,75 miljoen geen 2,53% van geplaatst kapitaal Zuidvleugel) negatief VOM BV Delft ,3 miljoen miljoen 50% gestort Parking BV / Parking Delft BV Delft 0,88 miljoen 12,2 miljoen 48 miljoen miljoen 100% gestort negatief negatief aandelenkapitaal Ontwikkelbedrijf Spoorzone (OBS) BV Delft nul (onderdeel meerjarige business case) geen 100% gestort aandelenkapitaal YES! Delft BV Delft geen 20% gestort NV Bank voor Nederlandsche Gemeenten - BNG Den Haag 126 miljoen 3,6 miljard aandelen van 2,50. geen Niet opde balans 0,85% van het geplaatst aandelenkapitaal Financieel Overzicht Deelnemingen Deelneming Gemeenschappelijke regelingen Vestigings plaats Resultaat 2013 Eigen Vermogen Vreemd vermogen Aandelen kapitaal (a) verstrekte garanties / geldleningen Recreatieschap Midden- Schiedam 5,6 miljoen 13,6 miljoen n.v.t. Delfland G.G.D. Haaglanden Den Haag 0 0 n.v.t. Omgevingsdienst Haaglanden Den Haag 1,1 miljoen 3,1 miljoen 0 n.v.t. Financieel belang (% of verhouding) 16,0% 18,4% 6,0% Veiligheidsregio Haaglanden Den Haag 3,5 miljoen 9,7 miljoen 72 miljoen n.v.t. RBG(regionale belasting Schiedam ,5 miljoen 1,7 miljoen n.v.t. groep) Afvalinzameling Avalex Rijswijk 1,2 miljoen 0,9 miljoen negatief 2,1 miljoen n.v.t. 8,4% 32% van de omzet Grondwateronttrekking Delft- Noord Delft ,25 miljoen 1,6 miljoen n.v.t. miljoen negatief 11,8% Stadsgewest Haaglanden n.v.t. Bureau inkoop jeugdzorg i.o. MRDH Den Haag n.v.t. 9,5% Stichtingen Vestigings plaats Resultaat 2014 Eigen Vermogen Stichting Grotius College n.v.t. n.v.t. Stichting n.v.t. n.v.t. jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland-West. Groenfonds Midden-Delfland ,6 miljoen Samenwerkingsverband - Voortgezet onderwijs/ Speciaal onderwijs Delft Regionaal Platform Arbeidsvoorziening Haaglanden (RPA) Delft Kennisstad Overige stichtingen, gegevens onbekend verenigingen Vreemd vermogen Aandelen kapitaal (a) verstrekte garanties / geldleningen Financieel belang (% of verhouding) Van onderstaande verenigingen en stichtingen zijn de gegevens onbekend Breedband Delft Centrummanagement Delft GDO Gemeenten voor duurzame ontwikkelingen (vereniging voor lokale NME/C) Vereniging Klimaatverbond Nederland Vereniging Regionaal Samenwerkingsverband Water-stad-land Vereniging van Nederlandse Gemeenten Vereniging Deltametropool 103

104 Overzicht financiële risico s bij verbonden partijen Financieel risico verbonden partijen bedragen * Deelneming L/M/H incidenteel / structureel Doelstelling financieel risico VOM Delft BV H I Aantrekkelijke stad 900 Recreatieschap Midden Delftland H S Duurzame stad 250 Grondwateronttrekking Delft-Noord M S Duurzame stad 500 Grotius college L I Sterke samenleving PM Totaal Financieel risico bij Verbonden partijen VOM Delft BV De gemeente heeft voor de aankoop en renovatie van panden in de Kromstraat een garantie van 4 miljoen afgegeven in De huidige marktwaarde van de panden zijn 3,1 miljoen. Bij een liquidatie van de VOM BV in (eventueel) 2017 zou dit met deze marktwaarde een verlies betekenen voor de gemeente van circa Recreatieschap Midden Delfland (MDR) In Midden-Delfland speelt een aantal ontwikkelingen waardoor de financiële positie van het schap fors onder druk staat. Het betreft enerzijds de door de deelnemers opgelegde bezuinigingstaakstelling en anderzijds de uittreding van het rijk. Door het uittreden van het Rijk is ca. 50% van de inkomsten verdwenen. De komende periode zal het accent in Midden Delfland liggen op de juridische afwikkeling van het uittredingsdossier. Ten gevolge van de gewijzigde financiële context is in 2013 verschillende scenario s verkend voor de toekomst van het recreatiegebied. De MDR zal op basis hiervan in samenspraak met de deelnemers bezien op welke onderdelen het bestaande beleid herijkt moet worden. Het risicoprofiel van het uittreden van het rijk is hoog. De uittreding van het Rijk is voorgelegd aan de rechter. Inzet is dat dit zich niet vertaalt naar een hogere bijdrage van Delft (en andere deelnemers), maar naar nader te maken keuzes in ontwikkeling, beleid en beheer. Als de wegvallende rijksmiddelen wel volledig opgevangen zouden worden door de overblijvende deelnemers, zou dat voor Delft een extra bijdrage van ca betekenen. GR Beheer grondwateronttrekking Delft Noord Op 1 mei 2014 is, volgens afspraak, de provincie Zuid-Holland uit de regeling getreden. Ook het Hoogheemraadschap van Delfland heeft aangegeven dit te overwegen. Daarnaast is er nog geen duidelijkheid vanuit Den Haag en Rijswijk ten aanzien van hun intenties om blijvend mee te betalen. Dit kan leiden tot de situatie dat Delft een groter deel van de exploitatiebegroting moet dekken. Bovendien moet Delft versneld drainage voorzieningen treffen, zodat de grondwateronttrekking na 15 jaar kan zijn afgebouwd. Van invloed op de totale kosten en de dekking daarvan zijn de keuze voor aanleg van een drainagesysteem ten laste van het Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP) en te maken afspraken met DSM en omliggende gemeenten (Rijswijk, Den Haag) over een financiële bijdrage. Rekening is gehouden met een structureel nadeel van vanaf Hiervan is reeds melding gemaakt in de raadsbrief over knelpunten in het meerjarenbeeld (d.d. 10 februari 2014). Gelet op de lopende onderhandelingstrajecten, waarin alle stakeholders betrokken zijn, wordt met een resterend risico van rekening gehouden (structureel). In de lopende onderhandelingen betrekt Delft alle betrokken stakeholders, teneinde de risico s maximaal te beperken. 104

105 C. Subsidies aan lokaal werkzame maatschappelijke instellingen In deze paragraaf worden de hoofdlijnen van het beleid met betrekking tot het verlenen van subsidies en ontwikkelingen in de subsidiesystematiek en de bezuinigingen opgenomen. Subsidiesystematiek De raad heeft een inhoudelijke, een financiële en een regelende rol met betrekking tot subsidieverlening. Inhoudelijk langs de lijnen (/kaders) van het gemeentelijk beleid en in hoeverre subsidieverlening daarvoor als beleidsinstrument wordt ingezet. Financieel langs het budgetrecht vooral bij de Programmabegroting. En de regelende rol via de kaderverordening Subsidies plus het beleidskader Subsidies. Het college voert het gemeentelijk beleid, het bestuursprogramma en de programmabegroting uit. Binnen de kaders van de gemeenteraad zet het college het subsidieinstrument in om het gemeentelijk beleid te realiseren. Deze kaders worden geconcretiseerd in beleidsregels voor de uitvoering van het subsidiebeleid. De Delftse subsidiesystematiek bestaat derhalve uit een door de gemeenteraad vastgesteld Beleidskader voor de subsidiesystematiek en de Kaderverordening Subsidies Delft en daarnaast de door het college vastgestelde nadere uitvoeringsregels, zoals bijv. de beleidsregel Maatschappelijke activiteiten. Periodiek vinden technische wijzigingen in de Kaderverordening plaats. Bij nieuw beleid of aanpassing van het vigerende beleid wordt ook bekeken of dit moet leiden tot aanpassing van het Beleidskader Subsidies en/of de beleidsregels. Ten gevolge van regelgeving van hogere overheden kunnen eveneens aanpassingen nodig zijn. Het gemeentelijke beleid wordt voor een deel via subsidieverstrekking aan een grote diversiteit van organisaties in de stad uitgevoerd. In 2015 zijn c.q. worden een aantal wijzigingen ingevoerd: a. Er waren veel afzonderlijke (sub-)regelingen voor waarderingssubsidies en incidentele subsidies. Deze regelingen zijn nu samengevoegd tot 1 beleidsregel. De beleidsregel stimuleringssubsidie is per 1 januari 2015 ingevoerd; de precieze werking in de praktijk wordt geëvalueerd in het derde kwartaal 2015 en zo nodig wordt de beleidsregel daar ingaande 2016 op aangepast. b. De verschillende regelingen voor prestatiesubsidies zijn nu geclusterd in één beleidsregel voor prestatiesubsidies. De concept beleidsregel voor prestatiesubsidies wordt besproken met de raad en maatschappelijke organisaties. Na deze consultatiefase wordt de nieuwe beleidsregel voor prestatiesubsidies door het college vastgesteld. Met ingang van het jaar 2016 kunnen prestatiesubsidies worden aangevraagd conform de beleidsregel prestatiesubsidies Subsidies in kader hervormingsagenda en de bezuinigingen. In totaal wordt een bedrag van circa 21 miljoen aan subsidies verstrekt. Prestatiesubsidies nemen hiervan circa 94% voor hun rekening. Deze subsidies gaan naar ruim 50 instellingen, zoals Participe, Kwadraad, Brijder, DOK, en Theater de Veste. In het kader van de herijking van de waarderingssubsidies is van 2013 naar 2014 een aantal waarderingssubsidies (totaal bedrag ca ) overgeheveld naar de categorie prestatiesubsidies. Daarnaast zijn er in de afgelopen bestuursperiode bezuinigingen op de prestatiesubsidies doorgevoerd van 2,7 miljoen structureel. Door ontwikkelingen bij de JGZ moest daar tegenover juist weer extra budget vrijgemaakt worden in 2013 en 2014 van ruim 1,5 miljoen. Ook is er subsidie gegeven in 2014 aan sport-/evenementen Haaglanden van

106 Overzicht Prestatiesubsidies Op de volgende pagina is een samenvattend overzicht opgenomen van de in 2013 verleende en de vastgestelde prestatiesubsidies en de verleende subsidies in de jaren 2014 en Prestatiesubsidies bedragen x Subsidie 2013 verleend bij Subsidie 2013 vastgesteld Subsidie 2014 verleend bij *** * Subsidie 2015 verleend bij Naam instelling aanvraag aanvraag aanvraag Brijder ** 688 GGZ Delfland * 77 Kwadraad DIVA * - Perspektief StichtingVTVZHN Stichting MEE JGZ J.C. Pleysiercollege ** 136 BWD / Participe * Stichting Christelijk Onderwijs Delft ** 257 Stichting Delfts Peil St Zorginstellingen Pieter v Foreest Stichting Buddy Netwerk Inloophuis Debora St Alzheimer Ned Vereniging voor Autisme ** - Peutercentrum Durf-Inn Delfse Peuterspeelzalen St Kinderspeelzaal Sportfondsen Delft JSO Stichting Youth for Christ, The Mall Halt eenheid Haaglanden Bureau Binnenstad Bureau Discriminatiezaken DOK Stichting Horeca Muziekfestivals Stichting Theater Delft SPOD CC Delft Marketing * 340 Yes!Delft Incubator Science Centre Delft Federatie voor Ouderen Politie Haaglanden Sport en evenementen Haaglanden Sportraad Basiwall BV Stichting Kinderacademie * - Stichting Ciccionina * 18 Stichting World Art Delft Stichting Varend Corso De Schaatsbaan Chamber Music Festival * 24 Theaternetwerk Delft Theaterfestival Delft Stichting Westerpop Stanislascollege ** 60 Humanitas Jeugdzorg Haaglanden 90 - Speeltuin de Bras - 9 ** 12 Speeltuin Westerhonk - 12 ** 12 Stichting Beeldende Kunsten Delft - 48 ** 44 Limor ** - Bassisschool De Horizon - 18 ** - Laurentiusstichting ** 209 Librijn Openbaar Onderwijs Sportpark Biesland Korfbalvereniging Fortuna Kynologenclub Delft Ondernemersfonds Delft ** 845 Careyn ** 68 Delftse werkgroep Homoseksualiteit DWH Wende Innovation Quarter Totaal * bezuiniging, **anders (verleend 2014 t.o.v. vastgesteld 2013) te weten: was stim.- of waard.subsidie, voorziening ond., of nieuwe aanvraag De cursief weergegeven subsidiebedragen in 2013 zijn nog niet vastgesteld. 106

107 Overige subsidies Waarderingssubsidies bedragen in hele euro's Subsidie verleend Hoofdstuk 2015 Economie, Werk en Participatie Zorg, Onderwijs, Wijkzaken en Veiligheid Bouwen, Bereikbaarheid en Duurzaamheid Bestuur, Organisatie en Communicatie Totaal Incidentele subsidies bedragen in hele euro's Subsidie verleend Hoofdstuk 2015 Sterke Samenleving Veilige Stad Zorg en Ondersteuning Aantrekkelijke Stad Duurzame Stad Werk en Economische zelfstandigheid Sterke Economie Totaal Stimuleringssubsidies bedragen in hele euro's Subsidie Hoofdstuk verleend Participatie Samenleving Innovatieve Stad Totaal

108 Financiering Organisatie en verantwoording De wet Financiering Decentrale Overheden (FiDO) vormt het wettelijke kader voor de financiering. De intentie van de wet is gericht op het bevorderen van de kredietwaardigheid en transparantie van het financieringsbeleid. Voor de beheersing daarvan is een aantal instrumenten geformuleerd zoals: Het stellen van een kwantitatieve kasgeldlimiet en renterisiconorm over de begroting; Het verplichten van een treasurystatuut, met onder meer het stellen van kwalitatieve en duurzame uitgangspunten voor uitzettingen en rente instrumenten; Het verplichten van verantwoordingsrapportage in de jaarrekening en begroting. Financieringsbeleid De treasury houdt zich bezig met risico s die samenhangen met alle toekomstige kasstromen. Deze risico s komen zowel voort uit de financieringsbehoefte, als uit de wijzigingen in de bestaande portefeuilles (onder meer: vervroegde aflossingen, herfinanciering, herbeleggingen, renteaanpassingen en dergelijke). Het treasurybeleid is primair gericht op het waarborgen van financiële continuïteit door het resultaat en vermogen te beschermen tegen financiële risico s en de organisatie financierbaar te houden. Deze bescherming vindt plaats door de renterisico s en risico s uit financiële posities te vermijden en te spreiden. Deze twee soorten risico s zijn binnen de Treasury van de Gemeente Delft leidend. We gaan in de uitwerking daarvan verder dan de wettelijke kaders. In principe zijn de uitgangspunten als volgt: Zorgdragen voor voldoende financierbaarheid op korte en lange termijn; Bewerkstelligen van passende financieringslasten; Beheersen van wettelijke en feitelijke rente- en of financieringsrisico s; Risicomijdend uitzetten van gelden en afgeven van garanties; Zorgdragen voor een effectief, veilig en efficiënt betalingsverkeer; Actief onderhouden van contacten met marktpartijen om toegang tot de financiële markten open te houden. Deze uitgangspunten leiden in ieder geval tot het zo nauwkeurig mogelijk toepassen van de matching tussen opgenomen en uitgezette gelden. Dit principe wordt ook in de komende periode doorgezet. Voorts wordt actief gebruik gemaakt van de wettelijke mogelijkheden om passende financieringslasten te bewerkstelligen. Dit resulteert onder meer in het zo maximaal mogelijk betrekken van de kasgeldlimiet bij financieringsbeslissingen. In geen geval wordt de limiet onnodig overschreden. Expliciet zijn de doelstellingen gericht op het versterken van de financierings- en vermogenspositie. Door de feitelijke rente op de opgenomen leningen terug te dringen trachten wij de rentekosten van de totale portefeuille te minimaliseren. Om dit te bereiken mag de renterisiconorm niet worden overschreden, wordt het gebruik van kortlopende leningen beperkt tot de kasgeldnorm en dient de match tussen opgenomen gelden (o/g) en uitgezette gelden (u/g) niet in gevaar te worden gebracht. De genoemde doelstellingen wijken feitelijk niet af van vorige jaren. Financieringsbehoefte De geprognotiseerde behoefte aan (lang)geld, voornamelijk financiering tekort OBS, is voor de komende jaren 35 miljoen in 2016, 15 miljoen in 2017 en 10 miljoen in 2018 de overige 14 miljoen zal in eerste instantie via kasgeld worden gefinancierd. De HNK financiering is aangetrokken en in 2016 is nog een bedrag van 11 miljoen nodig. Gezien de relatief hoge bedragen die de komende jaren moeten worden ge(her)financierd en het daarmee verbonden renterisico heeft dit bij elk Treasury beraad 2 ruime aandacht. Van de 74 miljoen voor de OBS is reeds 50 miljoen aangetrokken met een storting in 2016 ( 35 miljoen) en 2017 ( 15 miljoen). Voor de overig benodigde gelden houdt dit in dat de rente ontwikkelingen op de geld- en kapitaal markten scherp in de gaten worden gehouden. Bij het aantrekken van geld kiezen we, om het risico te spreiden, verschillende looptijden en aflossingsvormen. 2 Periodiek overleg tussen de wethouder Financiën, gemeentecontroller en treasurer over ontwikkelingen in de gemeentelijke financieringsfunctie. 108

109 De rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie bedragen * rente uitgaven rente inkomsten Saldo rente kosten Renterisico Met de invoering van Wet FiDO geldt een renterisiconorm. Deze norm stelt dat het bedrag van de vaste schuld waarover de gemeente in enig jaar een renterisico loopt maximaal 20% mag zijn van het begrotingstotaal. Het risico bestaat uit de componenten: netto renteherzieningen en netto aflossingen. Voor de komende periode wordt rekening gehouden met de volgende bedragen: Renterisiconorm en renterisico's Bedragen x a. Renteherziening op vaste schuld o/g 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g 2. Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b) a. Nieuw aangetrokken vaste schuld b. Nieuwe verstrekte lange leningen 4. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b) Betaalde aflossingen Herfinanciering (laagste van 4 en 5) Renterisico op vaste schuld (2+6) Renterisiconorm 8. Begrotingstotaal (*) Percentage vastgesteld per ministeriele regeling 20% 20% 20% 20% 10. Renterisiconorm (8 x 9) Toets renterisiconorm 10. Renterisiconorm Renterisico op vaste schuld Ruimte(+) Overschrijding (-); (10-7) Naar het zich laat aanzien is er voldoende ruimte om de renterisico s die voortkomen uit de vermogensbehoefte te kunnen dragen. Kasgeldlimiet De prognose voor de kasgeldlimiet 2016 wordt in onderstaande tabel weergegeven: Kasgeldlimiet 2016 Bedragen x kwartaal 1 kwartaal 2 kwartaal 3 kwartaal 4 Omvang korte schuld Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld rekening courant Gestorte gelden door derden < 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld Totaal netto vlottende schuld Vlottende middelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening courant Overige uitstaande gelden < 1 jaar Totaal vlottende middelen Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestande kasgeldlimiet Ruimte (+) of overschrijding (-) van de limiet Begrotingstotaal (*) Percentage vastgesteld per ministeriele regeling 8,50% 9. Kasgeldlimiet Bovenstaande houdt in het kort in dat alle kortlopende(< jaar) uitzettingen en opgenomen gelden worden gesaldeerd en het saldo gemiddeld per kwartaal (en niet meer dan drie opeenvolgende kwartalen) niet meer mag bedragen dan 8,5% van het begrotingstotaal in het betreffende jaar. 109

110 Kredietrisico u/g portefeuille en garanties Naast het renterisico dient ook het kredietrisico van de uitzettingen te worden bepaald. Dit laatste geldt feitelijk ook voor de garantieportefeuille. Dit betreft het risico dat de tegenpartij contractuele of andere overeengekomen verplichtingen niet nakomt. De samenstelling van de portefeuille met uitgezette gelden (u/g) bestaat in aanvang van het boekjaar voor het grootste deel uit leningen aan lokale woningcorporaties. De overige leningen zijn aan zorginstellingen, de sportsector en Parking Delft BV. De uitzetting aan de woningcorporaties staan onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Aan dit fonds is door de twee toonaangevende rating-agencies de hoogste typering van kredietwaardigheid toegekend. AV 40, St. Kunstgras en DES korfbal 0,6% Indeling naar geldnemers per Agentschap 0,1% VOM 0,2% SVN 10,9% VESTIA 22% VIDOMES 19,3% Parking Delft 19,1% DUWO 16,8% Woonbron Maasoevers 12% Prognose liquiditeitsbehoefte Prognose liquiditeitsbehoefte bedragen x tekort OBS Herfinancieringen Investeringen Totaal op te nemen

111 Garanties De gemeente Delft staat ultimo 2014 voor de verschillende partijen in totaal voor 51 miljoen garant. Als zekerheid tegenover de garanties heeft de gemeente in nagenoeg alle gevallen, het recht van eerste hypotheek op onroerende zaken. Alleen bij Radex is sprake van een recht van 2 e hypotheek. De gemeente Delft is eind 2013 uit het Bedrijfschap Harnaschpolder getreden. De garantie die Delft heeft afgegeven voor financieren van het bedrijvenschap zijn daarbij komen te vervallen. Echter bij de BNG staat de gemeente nog te boek als garantsteller. Het bedrijfschap heeft via een brief van de directie aangegeven dat als de gemeente mogelijkerwijs door de bank wordt aangesproken de Gemeenschappelijke regeling- en daarmee de gemeenten Den Haag en Midden-Delftland- die aanspraken zullen overnemen. Daarnaast heeft de gemeente Delft nog een achtervangverplichting bij de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) van 950 miljoen. In april 2002 heeft de raad van de gemeente Delft ermee ingestemd om met de WSW een ongelimiteerde achtervang aan te gaan, voor alle in de gemeente Delft werkzame of in de toekomst werkzame toegelaten instellingen (woningbouwcorporaties) bij de WSW, tot het moment van wederopzegging. Het theoretische geval dat de achtervangers op hun achtervangpositie worden aangesproken, doet zich pas voor als het garantievermogen van het WSW, dreigt te dalen onder het garantieniveau. In dat geval zullen renteloze leningen aan het WSW moeten worden verstrekt om het garantievermogen weer aan te vullen. Daarbij geldt een vooraf bepaalde verdeling, namelijk dat het Rijk 50% voor zijn rekening neemt en de overige 50% wordt verdeeld onder de deelnemende gemeenten. Hierbij neemt de schade gemeente de helft op zich van het gemeentelijk aandeel. Schatkistbankieren In het Begrotingsakkoord 2013 is afgesproken dat decentrale overheden in 2013 gaan schatkistbankieren zonder leenfaciliteit. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. Het Kabinet heeft besloten dat in december 2014 verplicht schatkistbankieren zonder leenfaciliteit wordt ingevoerd voor gemeenten, provincies, waterschappen, en gemeenschappelijke regelingen. Dit heeft een positief effect op de omvang van de staatsschuld. Decentrale overheden zullen op de deposito s een rente vergoedt krijgen die gelijk is aan de rentes die de Nederlandse staat betaalt op leningen die ze op de markt aangaat. Voor de Gemeente Delft heeft dit (nog) geen gevolgen omdat er geen overtollige middelen zijn. 111

112 Bedrijfsvoering 2016 Deze bedrijfsvoeringsparagraaf geeft inzicht in de stand van zaken en de beleidsvoornemens ten aanzien van de bedrijfsvoering. Algemene ontwikkeling De gemeente is de afgelopen jaren fors veranderd. Via Neon, Koers, Switch en nu het actieplan DOEN transformeert de gemeente naar een nieuwe manier van werken, mede onder druk van forse bezuinigingen. Ook voor bedrijfsvoering geldt dit. Bedrijfsvoering komt vanuit een traditie van zelf doen naar meer en meer uitbesteden, afstoten van taken en samenwerking. Hierbij is met name gezocht naar de meest ideale manier om efficiënt en effectief te werken. Met vragen als wat organiseren we centraal en wat decentraal, in huis en buitenshuis? Traditioneel werd de gemeentebrede bedrijfsvoeringsondersteuning aangeduid als overhead. Met name gericht op de financiële administratie, P&O, salarisadministratie en werkplekvoorzieningen. De clusters voerden het primaire proces uit en de bedrijfsvoering ondersteunde daarbij. De afgelopen jaren is dit diffuser geworden. Samenwerkingen, uitbesteden van taken, afstoten van taken, het krijgen van nieuwe taken zijn voorbeelden waarmee de gemeente Delft in een complexere omgeving is terechtgekomen. Bedrijfsvoering is door bovenstaande ontwikkelingen steeds meer onderdeel geworden van het primaire proces en krijgt zo steeds meer de rol van partner. Denk daarbij ook aan de bijdrage die bedrijfsvoering levert aan de thema s van de programmabegroting, zoals dienstverlenende gemeente, bereikbare stad, zorg en ondersteuning en aan de verdere ontwikkeling naar regiegemeente. Het gaat overigens niet alleen om interne, maar ook om externe ondersteuning of dienstverlening. Waar voorheen de nadruk lag op de interne organisatie, is dit aan het verschuiven naar een gevarieerd klanten bestand. Bijvoorbeeld facilitaire zaken is al een aantal jaren bezig om taken niet meer zelf te doen maar uit te besteden (receptie, catering, schoonmaak etc.). De afgelopen tijd zijn daar ook de betrokkenheid bij de regionale inkooporganisatie en de samenwerking met vastgoed en regionale samenwerking op het gebied van HRM bijgekomen. Concreet werkt Delft nu ook aan een Gemeenschappelijke Regeling (GR) met de gemeente Rijswijk waar Delft haar expertise wil inzetten om diensten te leveren voor wat betreft het uitvoerende deel van de informatiefunctie (beheer ICT). De intentie is dat ook andere gemeenten daarbij kunnen aansluiten. Deze levering van diensten levert Delft ook financieel voordeel op. Al deze ontwikkelingen vragen andere manieren om samen te werken omdat dit geen traditionele opdrachtgever opdrachtnemerrelatie is. Er ontstaan daarmee verschillende (samenwerkings-) arrangementen om de werkzaamheden uit te voeren als we redeneren vanuit de opgave en de stakeholders (klanten). Kortom, bedrijfsvoering is een tak van sport in ontwikkeling. Grofweg zien we drie grote ontwikkelingen op ons af komen die van invloed zijn op de bedrijfsvoering van de gemeente Delft. Het gaat om de ontwikkeling naar een slanke regiegemeente, ontwikkelingen in het informatiedomein en ontwikkelingen in de manier waarop de ambtelijke organisatie werkt. 112

113 Slanke regiegemeente Al een aantal jaar zet de gemeente Delft in op de ontwikkeling naar een slanke regiegemeente. De reorganisatie KOERS en de ambtelijke ontwikkeling de Switch ondersteunen deze beweging. De ambtelijke organisatie is aan het krimpen en deze krimp zet de komende jaren flink door. Niet alleen door natuurlijk verloop, maar ook door forse bezuinigingen op personeel. We zien een wendbare en slanke ambtelijke organisatie voor ons, die de opgaven van de stad op een eigentijdse manier aan kan. In de periode tot 2018 wordt er op de organisatie 5,3 miljoen bespaard. Dit komt bovenop de al lopende bezuinigingen. Deze bezuiniging van 5,3 miljoen is vooral een bezuiniging op de ambtelijke formatie. Het is een ingrijpende reductie in het personeelsbestand. Het moge duidelijk zijn, dat een reductie van personeel tot risico s kan leiden voor een adequate uitvoering van de gemeentelijke taken. Om deze risico s zoveel mogelijk te beheersen, is van begin af aan gekozen voor een afslankingsoperatie in de vorm van een geleidelijke organisatieontwikkeling. Op deze wijze is een tweeledige doelstelling van het actieprogramma DOEN ontstaan. Zowel een omvangrijke bezuiniging op apparaatskosten als ook een forse bijdrage leveren aan de gewenste organisatieontwikkeling. De opdracht: een samenhangend plan opstellen voor de doorontwikkeling van de organisatie naar een slanke, efficiënte regieorganisatie in 2018 én concrete maatregelen opstellen waarmee de gemeente 5,3 miljoen kan bezuinigen op de apparaatskosten. Dit heeft geleid tot concrete maatregelen, zoals een grotere span of control voor leidinggevenden, centralisatie van verschillende functies (programmeurs, strategisch adviseurs en de managementondersteuning). Ook zal leanmanagement structureel ingezet worden. Deze maatregelen leveren een flinke formatiereductie en een bezuiniging op het apparaat op. Tevens leidt het tot een nieuwe manier van werken en een nieuwe organisatiestructuur. Deze maatregelen krijgen in 2016 hun eerste beslag. Ook geplande en uitgevoerde verzelfstandigingen c.q. uitplaatsing van taken leveren een bijdrage aan de formatiereductie. De ontwikkelingen in dit kader lopen verder door. In dit kader spelen verschillende ontwikkelingen: De regie agenda Stadsbeheer krijgt steeds verder vorm. In 2016 zal de besluitvorming op de Begraafplaatsen plaatsvinden. Met betrekking tot de fusie/privatisering van het zwembad is er een besluit tot overdracht van Kerkpolder aan sportfondsen en wordt een sociaal plan opgesteld in verband met de overgang. Ook voor Erfgoed (archief, archeologie en museum Prinsenhof) zullen in 2016 toekomstplannen worden opgesteld. Voor het archief is een samenwerkingsovereenkomst opgesteld met de gemeente Schiedam die verder vorm en inhoud moet krijgen. En in 2016 vindt overdracht van de uitvoering van parkeertaken naar Parking Delft plaats. In onderstaande grafiek is de formatieontwikkeling weergegeven vanaf 2004 tot de verwachting in 2018: Toelichting: De formatie in grafiek is exclusief VAK en Erfgoed. 113

114 De ontwikkeling naar een slanke regiegemeente op het gebied van bedrijfsvoering en HRM behelst niet alleen het reduceren van formatie. Om hiertoe te komen zijn ook investeringen nodig in het blijvend moderniseren van mobiliteits-, opleiding- en ontwikkelingsinstrumenten. Op basis van het Strategisch Personeelsplan is ook op kwalitatief gebied een prognose gemaakt van de personele behoefte in relatie tot het aanbod. Gezien de bezuinigingen, ook op de personele formatie, ligt de focus sterk op proactieve mobiliteit van medewerkers om zo de wendbaarheid van medewerkers en de organisatie te vergroten. In 2015 is hier bv. door een to-the-point opleidingsaanbod, het inzetten van het leiderschapstraject Learn & Grow en met behulp van mobiliteitsmanagement stevig op ingezet. Dit loopt door in Daarnaast is bv. ook ingezet op de maatregel. Het is de verwachting dat in 2016 de gevolgen van dit soort maatregelen meer steeds zichtbaarder worden, ook in omvang van het personeelsbestand. Zoals beschreven bij de algemene ontwikkelingen wordt ook steeds kritischer gekeken naar een make or buy afweging van bedrijfsvoeringstaken. Met het niet doorgaan van het SSC met Rijswijk, en de forse bezuinigingsopgave is ten aanzien van bepaalde uitvoerende producten en diensten van bedrijfsvoering de koers opnieuw bepaald onder de noemer make or buy?. Daarbij komen ten aanzien van die producten en diensten de volgende vragen aan de orde: Werken we samen met derden? In toenemende mate bestaat behoefte aan samenwerking in diverse vormen, om kosten te reduceren, kwaliteit te verbeteren en/of kwetsbaarheden te reduceren. Werken we voor derden? Op onderdelen excelleren we in de bedrijfsvoering. Onze expertise kunnen we ten dienste stellen aan derden. Zo genereren we inkomsten en zijn we per saldo goedkoper worden. Werken door derden? Onze omgeving wordt complexer. De markt is soms professioneler en/of goedkoper. Outsourcing is dan een reëel perspectief. Facilitaire dienstverlening is hierin een voorloper: luiken open, de blik naar buiten en op zoek naar leveranciers die professionele producten/diensten kunnen leveren, waar Delft beter van wordt. Werken in de lijn? Bijvoorbeeld ten aanzien van de inkomende en uitgaande subsidies. Deze vragen en afwegingen zijn voor de interne dienstverlening niet uniek. De afgelopen jaren is in toenemende mate gebruik gemaakt van diensten van de markt. Denk hierbij aan: catering, beveiliging, schoonmaak, mobiliteitsbegeleiding, Arbo coördinatie en verzuimbeheersing. Voor andere diensten en producten loopt een vergelijkbaar onderzoek of is dat recentelijk tot besluitvorming gebracht. In aanmerking voor een (gedeeltelijke) make or buy afweging komen bijvoorbeeld de personeels- en salarisadministratie, landmeten, documentaire informatievoorzieningen schade en verzekeringen in aanmerking. Onderzoeken hiernaar lopen (door) in Om een slanke organisatie goed te kunnen en blijven faciliteren is ingezet op zoveel mogelijk standaardiseren, vereenvoudigen en digitaliseren van bedrijfsvoeringsprocessen. Daarbij zetten we het werken met Selfservice voor de interne dienstverlening door. Een belangrijke ontwikkeling in dit kader is de implementatie van het nieuwe e-hrm- en financiële pakket in Slimme & open overheid Een tweede belangrijke ontwikkeling die de bedrijfsvoering steeds meer raakt is de toenemende informatisering en behoefte aan de juiste kennis op de juiste plek op het juiste moment. De huidige samenleving is een informatiemaatschappij: kennis is overal beschikbaar en wordt razendsnel gedeeld. Delft moet hierin de juiste weg weten te vinden. Een weg waarin het talent van professionals goed wordt ingezet, technologie en data een cruciale rol vervullen en echt gebruik wordt gemaakt van de kennis van partners en burgers. Ondersteuning vanuit bedrijfsvoering aan het primaire proces gaat veelal over het mogelijk maken van partnerschappen met andere organisaties, kennisdeling, kennismanagement, vragen op het gebied van (open) data en het organiseren van logische processen om goed samen te kunnen werken. Met de samenkomst en combinatie van ontwikkelingen zoals internet of things, big data, open data, Wi-Fi, Cloud computing, datacenters, breedband, sensoring, 3D-printen e.d. ontstaat er een explosie aan gedistribueerde rekenkracht, waardoor steeds meer informatie steeds sneller beschikbaar komt. Als stad, organisatie en medewerkers moeten we slimmer om kunnen gaan met deze ontwikkelingen. Een goede informatiepositie is voor klanten cruciaal om snel en gemakkelijk hun weg te vinden binnen de overheid. Het zorgt er ook voor dat zij de verantwoordelijkheid kunnen 114

115 nemen die in toenemende mate van hen wordt verwacht vanuit een nieuw evenwicht tussen samenleving en overheid. Dat gaat niet alleen over het ontvangen van informatie; het gaat ook over het aan het stuur zetten van de klant omtrent het gebruik van zijn gegevens. Onze informatie moeten we op een slimme manier beschikbaar maken. Ook ín onze organisatie is behoefte aan de juiste kennis op de juiste plek op het juiste moment. Het gaat niet alleen om het produceren van cijfers en feiten, maar steeds meer om het samen duidelijk van die gegevens en het stellen van de juiste vragen. Goede en betrouwbare management-, bestuurs- en stuurinformatie is van het grootste belang zodat op veranderingen geanticipeerd kan worden, zeker ook in het licht van de ontwikkeling naar regiegemeente en meer transparantie als overheidsorganisatie. Informatie wordt niet voor niets de belangrijkste delfstof van de 21e eeuw genoemd. Op dit gebied heeft Delft een stevige ambitie: het ontwikkelen en verspreiden van goede, betrouwbare, juiste en samenhangende managementinformatie door gebruik te maken van de Managementinformatie-cyclus en deze daarnaast te digitaliseren/virtualiseren, te standaardiseren en meer gebruik van Selfservice. De uitdaging zit m in het creëren van een eenduidige en efficiënte Business Intelligence omgeving (inhoud, proces en techniek) die het voor managers mogelijk maakt inzicht te krijgen, bedrijfsprestaties te verbeteren en strategische keuzes te maken (om beter te kunnen sturen). Het is een continu proces waarmee Delft op gerichte wijze data verzamelt en registreert, analyseert en de daaruit resulterende informatie en kennis in besluitvormingsprocessen toepast om de prestaties voor de stad te verbeteren. In Delft is daarnaast behoefte aan data mining, een techniek waarbij op basis van beschikbare data de kans op bepaalde gebeurtenissen wordt bepaald. Mogelijke toepassingen vinden we bijvoorbeeld op het gebied van toezicht en handhaving. Niet willekeurig door de stad controleren, maar alleen daar waar de kans op overtredingen groot is. Daarnaast kunnen de verschillende toepassingen van internet (sociale media) worden ingezet om gewenst gedrag te stimuleren door communicatie over toezicht in handhaving. Hiermee kan de druk op arbeidsintensieve controles en her-controles verder worden teruggebracht. Natuurlijk is het ook van groot belang om oog te hebben voor de mogelijke negatieve gevolgen en risico s van al deze ontwikkelingen. Privacy en informatiebeveiliging zijn belangrijke aandachtspunten bij de slimme en open overheid waar binnen de bedrijfsvoering de nodige aandacht voor is. Onder meer een bewustwordingscampagne voor medewerkers zet in op verstandige omgang met gemeentelijke informatie. Anders werken & Digitale dienstverlening Onze manier van werken verandert steeds sneller. In 2016 verhuist de ambtelijke organisatie naar het Nieuwe Stadskantoor. Dit zal de nieuwe manier van werken een enorme impuls geven. Anders werken is een belangrijke ontwikkeling in de bedrijfsvoering de komende jaren. Tussen vergaderingen door beantwoorden, onderweg in de trein werken aan een memo, Skype met collega s of partners, bij bedrijven op kantoor inloggen of zelfs bij burgers thuis: met de komst van de virtuele werkplek is het technisch allemaal mogelijk voor ambtenaren van de Gemeente Delft. Dit heeft allerlei voordelen, maar brengt ook een nieuwe realiteit met zich mee. Werken op een vaste werkplek op vaste tijden komt steeds minder voor het Nieuwe Stadskantoor niemand meer een vaste werkplek: er is geen 100% werkplek dekking. Naast de technische aspecten zijn er veel gedrags- en cultuuraspecten die veranderen. Hoe gaan we om met enterprise mobility? Hoe beveiligen we onze informatie optimaal? Dit zijn zaken waar bedrijfsvoering de komende jaren op in speelt. Er wordt gewerkt aan: - Tijd, plaats, device onafhankelijk werken - Digitalisering en vereenvoudiging van processen en systemen - Nieuwe rol leidinggevenden - Doorontwikkeling tools selfservice - Online & Digitaal samenwerken Bovenal is het Nieuwe Stadskantoor een kans voor de organisatie om een slag te maken in betere dienstverlening naar de stad. Meer digitaal, tijd, plaats en device onafhankelijk, flexibeler en opener. Flexibele en verantwoordelijke medewerkers die gebruik kunnen maken van moderne voorzieningen en tools dragen bij aan een moderne en efficiënte organisatie. Dit is niet iets van de één op de andere dag. Het is ook niet iets van morgen. Het is allang begonnen. Het gaat ook over hoe we ons gedragen; hoe we samen werken en hoe we omgaan met burgers, partners en ondernemers in Delft. Om dit mogelijk te maken en verder te stimuleren zijn voorzieningen vanuit Interne Dienstverlening noodzakelijk. De komende jaren worden er vanuit bedrijfsvoering nieuwe 115

116 voorzieningen en randvoorwaarden opgeleverd zodat de ambtelijke organisatie de stad op een eigentijdse manier kan bedienen. Switch en Doen geven uitgangspunten mee om richting te geven aan benodigde voorzieningen hieromtrent. Door maximale toepassing van de uitgangspunten standaardisatie, vermindering regeldruk, meer zelforganisatie in combinatie met optimaal gebruik maken van moderne voorzieningen is efficiëntie, effectiviteit en (ook niet onbelangrijk) meer werkplezier te realiseren. Uit onderzoek blijkt dat professionals gebaat zijn bij voldoende regelruimte, eigen verantwoordelijkheid en heldere kaders om te komen tot het beste resultaat. Werken vanuit vertrouwen speelt hierin ook een belangrijke rol. Dit vergt ook een ontwikkeling bij het management en instrumenten op het gebied van selfservice. Op het vlak van digitale dienstverlening speelt een ontwikkeling waar de komende jaren bijzondere aandacht voor is. De visie op de documentaire informatievoorziening moet vernieuwd worden en de uitvoeringspraktijk afgestemd op wettelijke vereisten. De doelstelling is om de informatiehuishouding in een goede, geordende en toegankelijke staat te brengen en te houden, waarbij de informatie van de gemeente Delft volledig, betrouwbaar en duurzaam toegankelijk is. De taken van bedrijfsvoering op dit punt, maar ook de verantwoordelijkheden en rollen ten aanzien van het documentair informatiemanagement, zijn vastgelegd in het Besluit Informatiebeheer en de Archiefverordering. De uitvoering van het verbeterplan krijgt zijn eerste beslag in Het uiteindelijke doel is een goed geoliede informatiehuishouding zodat de kans op informatieverlies, waardoor politieke, maatschappelijke, financiële en juridische schade kan optreden, geminimaliseerd wordt. Een goedlopende informatievoorziening stelt de gemeente in staat om efficiënt te werken en om verantwoording af te leggen, waardoor de maatschappelijke en organisatorische doelstellingen inzake kostenreductie en verbeterde efficiency van Delft eenvoudiger behaald kunnen worden. Kostenbewust en goed georganiseerd Om de realisatie van de doelen en prioriteiten die het gemeentebestuur heeft geformuleerd mogelijk te maken moet continu geïnvesteerd worden in de gemeentelijke organisatie, informatieontwikkeling, personeelsontwikkeling en de ondersteuning van de gemeentelijke bedrijfsvoering. Tegelijkertijd moet op de bedrijfsvoering van de gemeente noodzakelijkerwijs een aanzienlijke bezuiniging worden gerealiseerd die zo mogelijk verder reikt dan de krimp van de organisatie in zijn totaliteit. Om kritisch te blijven op de eigen bedrijfsvoering neemt Delft sinds 2013 Delft deel aan Vensters voor Bedrijfsvoering ( Het is een landelijke benchmark en daarmee tegelijkertijd een spiegel- en leerinstrument. Het is ontwikkeld door o.a. de Vereniging van Gemeentesecretarissen (VGS), het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING) en het ministerie van BZK. Vensters voor Bedrijfsvoering is een instrument dat een overzicht geeft van de bedrijfsvoering en de mogelijke verbeteringen daarin. Bedrijfsvoeringsthema s als efficiency, productiviteit, innovatie, klantgerichtheid, ICT en duurzaamheid zijn daarbij te vergelijken met die van andere organisaties, zoals andere gemeenten. Jaarlijks is er een feitenonderzoek dat de prestaties van de bedrijfsvoering meet op basis van een aantal prestatie-indicatoren. Daarnaast is er een belevingsonderzoek dat eens in de 2 jaar werd gehouden. Inmiddels is besloten om het belevingsonderzoek jaarlijks uit te voeren. Het belevingsonderzoek geeft inzicht in hoe medewerkers de dienstverlening op het gebied van bedrijfsvoering waarderen. Om alle uitdagingen aan te kunnen werkt bedrijfsvoering toe naar een nieuw organisatiemodel. Bedrijfsvoering stapt af een traditionele indeling op basis van kennisvelden en gaat zich opgave gestuurd en vanuit een regiemodel organiseren. Dit is nodig om complexe vraagstukken die over de grenzen van kennisvelden heen gaan op te kunnen pakken. Er komt een cluster Interne Dienstverlening die de bedrijfsvoering op een hoog professioneel niveau regelt. Bedrijfsvoering zal de komende jaren slanker en goedkoper worden en zoveel mogelijk centraal georganiseerd. Standaard en digitale dienstverlening zijn het uitgangspunt. Verder zal er de komende jaren ook gezocht worden naar synergievoordelen met de externe dienstverlening van de gemeente Delft. Het is nodig de lange termijn strategie op het gebied van bedrijfsvoering en de veelheid aan opgaven beter te richten en te managen. Er komt daarom een Strategische Bedrijfsvoeringsagenda in waarop aangegeven is welke ontwikkelingen binnen en buiten de gemeente van invloed zijn op bedrijfsvoering. Zo kan de grote hoeveelheid aan opdrachten beter geprogrammeerd en gestuurd worden. Dit mede aan de hand van het handen en voeten geven aan portfoliomanagement. De nadere detaillering van de bedrijfsvoering komt tot uitdrukking in de Producten- en Diensten Catalogus (PDC). De PDC geeft inzicht in de standaard producten en diensten die Interne 116

117 Dienstverlening levert en welke kwaliteit verwacht kan worden. Het kan daarbij gaan om producten en diensten die Interne Dienstverlening zelf levert of betrekt uit de markt of samenwerkingen. Een belangrijk aandachtspunt in de organisatieontwikkeling is het optimaliseren van de inkooporganisatie. Hier is nog veel winst te behalen. Ten aanzien van de afdeling Inkoop is in eerder onderzoek geconstateerd dat het wenselijk is de inkoopvolwassenheid in Delft door te ontwikkelen. De rol en toegevoegde waarde van Inkoop is nu met name gericht op de tactische processen van de aanbestedingen. Om in deze situatie verbetering te brengen is het project Inkoopoptimalisatie van start gegaan. Waarbij de inzet is: meer leiderschap en visie ten aanzien van inkoop - verbetering van de inkoopketen - intensievere communicatie over de stand van zaken lopende processen, contracten en resultaten - professionalisering van contractmanagement, waarbij ook het contractmanagement op verbonden partijen een plek krijgt Inhuur Zoals bekend zet de gemeente in op haar regisserende rol. Delft werkt aan een slanke en flexibele organisatie die de grote opgaven in de stad aan kan. Hierbij wordt uitgegaan van een kleine vaste kern van circa 675 fte in 2018 met daaromheen een zogenaamde flexibele schil. Dit houdt in dat er niet alleen door ambtenaren in vaste dienst van de gemeente Delft aan de opgaven in de stad wordt gewerkt, maar er om verschillende redenen ook gekozen wordt voor de inzet van externen. Hiermee verhogen we de wendbaarheid om snel te reageren op werk dat op de ambtelijke organisatie afkomt. Gezien de koers van de gemeente Delft ten aanzien van haar regierol en haar visie op een kleine flexibele overheid is de trend dat de vaste kern kleiner wordt en de flexibele schil groter. Omdat de inhuur van externen hierdoor steeds vitaler wordt voor de organisatie, is het van belang voldoende sturing en monitoring toe te passen. In 2016 wordt een verbeteraanpak geïmplementeerd die hierin voorziet. Deze aanpak zet in op een beter administratief proces, nauwkeurigere monitoring en meer sturing op uitgaven voor een betere beheersing van kosten. In 2015 zijn reeds een aantal goede stappen gezet, zodat betere managementinformatie beschikbaar is. Bovendien kan alle inhuur nu via de tool Flextender geregeld worden, waardoor besparingsmogelijkheden zijn ontstaan. De gemeente Delft heeft in 2014 voor circa 9,3 miljoen aan externen ingehuurd, waarvan 4,2 miljoen op de personeelsbudgetten en 5,1 miljoen op de doelstellingen/projectbudgetten. Voor 2015 wordt een zelfde omvang verwacht. Deze meting is verricht aan de hand van de definitie externe inhuur van het A&O fonds (zie: Door hiermee te meten, kunnen we onze cijfers vergelijken met andere gemeenten en het landelijke gemiddelde. De Delftse deelname aan de benchmark Vensters voor bedrijfsvoering draagt hier ook aan bij. Het landelijke gemiddelde voor de gemeentegrootteklasse (excl. G4) is 14% van de totale loonsom in Delft scoort met 12% onder dit normgetal. Voor de komende jaren verwachten wij ook dichtbij het landelijke gemiddelde te blijven. Op lange termijn wordt, zoals gesteld, een toename van kosten vanwege externe inhuur verwacht. Een onderdeel van de verbeteraanpak is het prognosticeren en monitoren van de kosten van externe inhuur. Echter zal altijd maar een klein deel van de externe inhuur expliciet begroot worden. Dit komt doordat veel externe inhuur een integraal onderdeel uitmaakt van personeelsbudgetten en projectbudgetten. Voor 2016 is 2,2 miljoen expliciet voor externe inhuur begroot. We verwachten dat de totale kosten van externe inhuur, zoals gedefinieerd door het A&O fonds, op circa 10 miljoen uitkomen in

118 Grondbeleid Grondbeleid en doelstellingen Het grondbeleid is één van de middelen die de gemeente tot haar beschikking heeft om (ruimtelijke) doelstellingen te kunnen realiseren. Het grondbeleid is daarmee ondersteunend aan de verschillende beleidsvelden. De ruimtelijke invulling is dus afhankelijk van de doelstellingen vanuit de verschillende beleidsvelden. Gegeven deze doelstelling streeft de gemeente naar het optimaliseren van de financiële uitkomsten. De financiële uitkomsten zijn in deze begroting opgenomen in het hoofdstuk 3 leefbare stad onder de doelstelling bereikbare en gastvrije stad. Uitvoering van het grondbeleid In 2010 is de Nota grondbeleid gemeente Delft vastgesteld door uw Raad. In deze nota worden de kaders en uitgangspunten voor het grondbeleid van de gemeente Delft weergegeven. De gemeente is op drie manieren betrokken bij de uitvoering van de grondexploitaties: - Actief en risicodragend, de gemeente treedt op als vervaardiger van bouwrijpe grond en verkoper daarvan. Voorwaarde voor deze rol is het hebben van een grondpositie. Een voorbeeld hiervan is het project Harnaschpolder Delft Woongebieden. - Participerend en risicodragend, de gemeente faciliteert de planvorming en participeert in de ontwikkeling en de uitvoering. De ontwikkeling en uitvoering kunnen ondergebracht zijn in een zelfstandige juridische entiteit (voorbeeld Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone), waarin de gemeente participeert. - Faciliterend, de gemeente faciliteert de planvorming in haar hoedanigheid als overheid. De ontwikkeling en uitvoering wordt overgelaten aan een private partij. In deze situatie heeft de gemeente geen of geen noemenswaardige grondpositie. Voorbeelden hiervan zijn TU Noord en TU Midden. Wij bereiden een herziening van de nota grondbeleid voor in Informatievoorziening Jaarlijks wordt het document MeerjarenProgramma Grondontwikkeling (MPG) opgesteld. Dit document geeft inzicht in de te verwachten resultaten per exploitatie. In het MPG wordt tevens per plan ingegaan op de specifieke planrisico s. De in het MPG benoemde risico s zijn ook opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en lopen derhalve mee in de bepaling van het weerstandsvermogen van de gemeente Delft. De financiële gegevens zoals opgenomen in deze paragraaf zijn ontleend aan het MPG welke door uw Raad in juli 2015 is vastgesteld. Naast het MPG wordt ook jaarlijks het Tussentijds MeerjarenProgramma Grondontwikkeling opgesteld. Hierin worden de afwijkingen ten opzichte van het vastgestelde MPG gerapporteerd. Het T-MPG geeft geen aanleiding tot wezenlijke bijstelling van het risicoprofiel. Uitgangspunten, risico s en onzekerheden in de waardering van de grondexploitaties Inherent aan de waardering van grondexploitaties is het gebruik maken van schattingen en veronderstellingen over de verwachte kosten en opbrengsten over een langere (project) periode. De waardering van de grondexploitaties in deze begroting is gebaseerd op inzichten die ultimo 2014 als meest reëel werden geacht ten aanzien van meerjarige planning/fasering, parameters (prijsontwikkeling en rente) en huidige marktprijzen. Wijzigingen in de economische situatie en scenario s hierin, maar ook toekomstige wijzigingen op projectniveau, kunnen een (grote) invloed hebben op de uiteindelijke resultaten van de verschillende grondexploitaties. Ook beleidsmatige keuzes van de gemeente over programma, ontwikkeltempo, ontwikkelvolgorde, kwaliteitsniveau etc. zijn bepalend voor het verwachte resultaat op de grondexploitaties en hiermee de waardering. In de huidige voortdurende onzekere situatie van de vastgoedmarkt wordt het risicoprofiel van de projectenportefeuille (nog steeds) voor het grootste deel bepaald door risico s in 118

119 de sfeer van gronduitgifte. Gelet op het belang van de grondexploitaties Harnaschpolder, Voorhof Noord-West en Buitenhof worden deze exploitaties nader toegelicht. Programmering Harnaschpolder In de grondexploitatie Harnaschpolder bedraagt het aantal nog te realiseren woningen circa 540 woningen ten opzichte van in totaal 1250 woningen (looptijd tot 31 december januari 2020). Een belangrijke doelstelling van de Harnaschpolder is om te voorzien in het segment eensgezinswoningen in de middeldure en duurdere categorieën. De planning van de uitgifte is gebaseerd op externe adviezen over de uitgiftefasering. Van de uitgifte heeft circa twee derde betrekking op met ontwikkelaars gesloten ontwikkelovereenkomsten (bouwclaims). De overige uitgifte (één derde) betreft gemeentelijke kavels. De kavels voor particulier opdrachtgeverschap vallen hier ook onder. Op basis van de besluitvorming uit het MPG is de ontwikkelingsstrategie aangepast van een meer passieve strategie naar een actieve benadering, waarbij ingespeeld kan worden op het lichte herstel dat zich aftekent in de woningmarkt. Bij deze strategie is tevens de fasering van o.a. de appartementen en de vrije kavels geoptimaliseerd. De planning van de uitgifte is als volgt: Voorhof Noord-West De gemeente heeft in dit gebied overeenkomsten gesloten met ontwikkelaars. De ontwikkelaars realiseren in het gebied: Deelgebied Hovenpassage ca m²/bvo ( stuks) woningen, ca parkeerplaatsen en 200m² fietsenstallingen; m²/bvo winkels, horeca en dienstverlening (waarvan m²/bvo als verplaatsing/vervanging. M.Nijhofflaan / Albert Heijn-locatie van: Woningen (ruim 200 appartementen), ruim 500 parkeerplaatsen en circa m²/bvo winkelruimte. De gemeentelijk uit te geven grond is m² (Hovenpassage) en m² (Albert Heijn-locatie). 119

Programmabegroting

Programmabegroting Programmabegroting 2017-2020 Technische toelichting Planning en Control 3 oktober 2016 Structuur begroting Delft 4 hoofdstukken + Raad + Algemene dekkingsmiddelen + overhead* 12 doelstellingen (programma

Nadere informatie

Gemeentefinanciën Delft

Gemeentefinanciën Delft Gemeentefinanciën Delft Politiek Café GroenLinks Gemeente Delft/Controlling 1 oktober 2014 1 Gemeentefonds (1) Uitkering van het Rijk voor de uitvoering van taken door de gemeente; Circulaires Min. van

Nadere informatie

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal Meerjarenbegroting 2019-2022 1 Belangrijke data: 25 september 2018 vastgesteld in college 11 oktober 2018 informatiebijeenkomst (beeldvormend - technisch) 16, 17 en 18 oktober 2018 commissiebehandeling

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 489473 Datum : 10 oktober 2017 Programma : Alle Blad : 1 van 6 Commissie : Bestuur Portefeuillehouder: mr. P.J.M. van Domburg

Nadere informatie

Geachte leden van de gemeenteraad,

Geachte leden van de gemeenteraad, Besturing en Controlling Bestuursondersteuning De Torenhove Martinus Nijhofflaan 2 2624 ES Delft IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Advies, Postbus 78, 2600 ME Delft Aan: Gemeenteraad

Nadere informatie

Kaders Financieel gezond Brummen

Kaders Financieel gezond Brummen Kaders Financieel gezond Brummen 1. Inleiding Naar aanleiding van de vaststelling van de Programmabegroting 2019-2022 en de aanbevelingen die de provincie heeft gedaan in haar besluit financieel toezicht

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Raadsstuk Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/802709 Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Afdeling Concerncontrol Auteur Geffen, M. van Telefoonnummer

Nadere informatie

1. Financieel technische terugblik 2. Financieel technische vooruitblik 3. Doel begroting 4. Structuur programmabegroting 5. Informatievoorziening

1. Financieel technische terugblik 2. Financieel technische vooruitblik 3. Doel begroting 4. Structuur programmabegroting 5. Informatievoorziening 1. Financieel technische terugblik 2. Financieel technische vooruitblik 3. Doel begroting 4. Structuur programmabegroting 5. Informatievoorziening stevig en stransparant helder en meetbaar Start 1. Meetbaar

Nadere informatie

Gemeente Delft VERZONDEN? 3 FEB Geachte leden van de gemeenteraad,

Gemeente Delft VERZONDEN? 3 FEB Geachte leden van de gemeenteraad, Interne dienstverlening Financien Gemeente Delft bezoekadres: Stationsplein 1 2611 BV Delft IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Postbus 78, 2600 ME Delft Leden van de gemeenteraad

Nadere informatie

BIEO Begroting in één oogopslag

BIEO Begroting in één oogopslag BIEO 2017 Begroting in één oogopslag INLEIDING Voor u ligt de begroting in één oogopslag (BIEO) 2017 van de gemeente Wierden. Naast het begrotingsjaar 2017 wordt er aandacht geschonken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

Bestuurswisseling Financiën

Bestuurswisseling Financiën Bestuurswisseling 2018 Financiën Agenda 1. Budgettair beeld Huidige begroting 2. Budgettair beeld Structurele ruimte Ontwikkelingen Algemene uitkering Rentekosten grondbedrijf Tarievenbeleid 3. Budgettair

Nadere informatie

Gemeente Delft. Gewijzigd raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr. Doelstelling Registratie nr.

Gemeente Delft. Gewijzigd raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr.  Doelstelling Registratie nr. Gewijzigd raadsvoorstel Gemeente Delft Aan de gemeenteraad Van Datum Pfh. Steller tel.nr. e-mail Doelstelling Registratie nr. college van B&W 31 mei 2016 Aletta Mekker Auke van der Heide / Jaap van den

Nadere informatie

categotie/ agendanr

categotie/ agendanr Raadsvoorstel Jaar Raad categotie/ agendanr. B.enW. 2016 RA16.0095 B 2 16/760 (b ~Gemeente ~ Emmen 2018-2020 Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling: Financiën & Belastingen Team: Financieel Advies AS Berghuis

Nadere informatie

Mit. Gemeente Delft VERZONDEN 2 2 FEB T.W. Andriessen l.s. Geachte!eden van de raad,

Mit. Gemeente Delft VERZONDEN 2 2 FEB T.W. Andriessen l.s. Geachte!eden van de raad, Interne dienstverlening Mit Gemeente Delft Financien bezoekadres: Stationsplein 1 2611 BV Delft IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Postbus 78, 2600 ME Delft Leden van de gemeenteraad

Nadere informatie

Financiële kadernota Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp

Financiële kadernota Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp Financiële kadernota 2017-2020 Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp Algemene Dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Nr. Onderwerp i/s 2017 2018 2019 2020 401 Minder opbrengst precario S 40.000

Nadere informatie

Raadsvoorstel Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2015-075 Houten, 29 september 2015

Raadsvoorstel Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2015-075 Houten, 29 september 2015 Raadsvoorstel Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2015-075 Houten, 29 september 2015 Onderwerp: Tweede bestuursrapportage 2015 Beslispunten: 1. De begroting 2015 te wijzigen op basis van de sheet "Financiële

Nadere informatie

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Normenkader, toets van de begroting aan de formele eisen Inhoudsopgave 1 Normenkader 2 1.1 Besluit Begroting en Verantwoording 2 1.2 Verordening

Nadere informatie

Haarlem, 23 augustus 2011. Onderwerp: Begroting 2012. Bijlagen: ontwerpbesluit, begroting

Haarlem, 23 augustus 2011. Onderwerp: Begroting 2012. Bijlagen: ontwerpbesluit, begroting Haarlem, 23 augustus 2011 2011 77 Onderwerp: Begroting 2012 Bijlagen: ontwerpbesluit, begroting 1 Inleiding De voor u liggende begroting 2012-2015 is de eerste begroting van het nieuwe college na de verkiezingen

Nadere informatie

Themaraad financiën 3 april

Themaraad financiën 3 april Themaraad financiën 3 april 2017 1 Aanleiding en doelstelling P&C-cyclus Robuust financieel beleid Begroting Financiële positie Risico s Afsluiting Agenda 2 Aanleiding en doelstelling Aanleiding Vanuit

Nadere informatie

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 4. Bijlage(n): Najaarsrapportage 2016

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 4. Bijlage(n): Najaarsrapportage 2016 College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel DATUM 13-9-2016 NUMMER PS PS2016PS17 AFDELING MAO COMMISSIE BEM STELLER Leo Donker DOORKIESNUMMER 0646994683 DOCUMENTUMNUMMER 818ACAEO PORTEFEUILLEHOUDER

Nadere informatie

documentnr.: INT/C/16/24902 zaaknr.: Z/C/16/27528 Raadsvoorstel

documentnr.: INT/C/16/24902 zaaknr.: Z/C/16/27528 Raadsvoorstel *Z01633AB306* documentnr.: INT/C/16/24902 zaaknr.: Z/C/16/27528 Raadsvoorstel Onderwerp : Jaarrekening 2015 en begroting 2017 ODBN Datum college : 21 juni 2016 Portefeuillehouder : G.M.P. Stoffels Afdeling

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1 Inleiding... 5

Inhoudsopgave. 1 Inleiding... 5 Kadernota 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding.... 5 2 Financieel perspectief 2015-2018... 6 2.1 Inleiding... 6 2.2 Algemene uitgangspunten voor de begroting.... 6 2.3 Meerjarig perspectief, bestaand beleid....

Nadere informatie

MliVJUUT. Gemeente Delft b. Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr. Programma Registratie nr.

MliVJUUT. Gemeente Delft b. Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr.  Programma Registratie nr. MliVJUUT I V V V Gemeente Delft Raadsvoorstel Aan de gemeenteraad Van Datum Pfh. Steller tel.nr. e-mail Programma Registratie nr. : college van B&W : 26-04-2016 : A. Mekker : L. van Ledden-Vredenbregt

Nadere informatie

B&W Informatieavond 11 oktober Gericht investeren in de toekomst

B&W Informatieavond 11 oktober Gericht investeren in de toekomst B&W Informatieavond 11 oktober 2017 Gericht investeren in de toekomst Programma B&W infoavond Opening Toelichting Grondexploitatie & Vastgoedexploitatie 2017 Toelichting Begroting 2018 Slotwoord Einde

Nadere informatie

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007 Nummer Onderwerp : B-2.14.2006 : Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007 Korte inhoud : Voor de voorjaarsnota moet de begrote algemene uitkering worden verhoogd met 144.637 en de

Nadere informatie

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS 20170512 1. INLEIDING In 2016 hebben we met u en met de samenleving intensief gesproken over de toekomst van Zutphen. Gezamenlijk hebben we vastgesteld

Nadere informatie

Begroting Aanbieding Gemeenteraad 20 september 2013

Begroting Aanbieding Gemeenteraad 20 september 2013 Begroting 2014 Aanbieding Gemeenteraad ember Laatste begroting deze raadsperiode Sluitende begroting 2014 Meerjarenperspectief moeilijk Bezuinigingsplan Strategische investeringen Ambities Stadsvisie Belastingen

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen Nota reserves en voorzieningen 2019 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 1. INLEIDING... 3 1.1 Waarom een nota reserves en voorzieningen?... 3 1.2 Inhoud van de nota... 3 2 Regelgeving en definities reserves

Nadere informatie

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014 Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014 Inleiding In de fusieraad van 30 juni 2014 is gesproken over een consolidatie van de drie begrotingen en om inzicht te krijgen in

Nadere informatie

4.2. Financiële positie en toelichting

4.2. Financiële positie en toelichting 4.2. Financiële positie en toelichting De paragraaf financiële positie geeft een integraal beeld van de gemeentelijke financiën (vermogen, exploitatie en risico s) voor het begrotingsjaar en verdere jaren.

Nadere informatie

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen) Behandelend ambtenaar gemeente Begroting 2015 is Meerjarenbegroting 2016-2018 is Datum vaststelling begroting 2015 Datum ontvangst begroting 2015 Maatstaven Aantal inwoners per 1-1-2015 Aantal woonruimten

Nadere informatie

Algemene uitkering

Algemene uitkering Onderwerp Decembercirculaire 2010 van het Gemeentefonds. Beslispunten 1. De Decembercirculaire 2010 voor kennisgeving aan te nemen; 2. Op basis van de uitkomsten van de Decembercirculaire 2010 de begroting

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen

Nota Reserves en Voorzieningen Nota Reserves en Voorzieningen 1 2 Inhoud 1 Visie en wettelijke kaders 5 1.1 1.2 Visie Wettelijke kaders 2 Reserves 7 2.1 Soorten reserves 8 2.1.1 Algemene reserves 2.2 2.3 2.4 3 Voorzieningen 11 3.1 3.2

Nadere informatie

Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product

Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product Programma 11 Overzicht algemene dekkingsmiddelen Burgemeester W.J.F.M. van Beek Ontwikkelingen, Prestaties (wat gaan we doen) en financiële consequenties per product Product 11.01 Beleggingen en Treasury

Nadere informatie

BIEO Begroting in één oogopslag

BIEO Begroting in één oogopslag BIEO 2016 Begroting in één oogopslag INLEIDING Voor u ligt de begroting in één oogopslag (BIEO) 2016 van de gemeente Wierden. Naast het begrotingsjaar 2016 wordt er aandacht geschonken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

BEGROTING 2017 PRESENTATIE

BEGROTING 2017 PRESENTATIE BEGROTING 2017 PRESENTATIE 1 Wijzigingen BBV 2016 Wijzigingen & Implementatie Hoofdlijnen (1) Taakvelden (2) Beleidsindicatoren (3) Verbonden partijen (4) Overhead (5) Investeringen (6) EMU saldo (7) Vpb

Nadere informatie

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA 2019-2022 BIJLAGE BIJ DE KADERNOTA 2019-2022 1 Inhoudsopgave COALITIEAKKOORD... 3 MAARTCIRCULAIRE EN MEICIRCULAIRE 2018... 4 INTERNE REKENRENTE... 4 LOON-/PRIJSBIJSTELLING...

Nadere informatie

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030 Gemeente Bussum Vaststellen Perspectiefnota 2015 Brinklaan 35 Postbus 6000 1400 HA Bussum Aan de gemeenteraad.

Nadere informatie

Geachte leden van de gemeenteraad,

Geachte leden van de gemeenteraad, Interne dienstverlening Advies bezoekadres: Stationsplein 1 2611 BV Delft IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Postbus 78, 2600 ME Delft Aan de gemeenteraad van Delft Behandeld

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp Bestuursrapportage Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Raadsstuk. Onderwerp Bestuursrapportage Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Raadsstuk Onderwerp Bestuursrapportage 2018 Nummer 2018/576433 Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Afdeling Concerncontrol Auteur Geffen, M. van Telefoonnummer

Nadere informatie

Begrotingswijziging. Saldo primitieve begroting (2016 is incl. onvoorzien)

Begrotingswijziging. Saldo primitieve begroting (2016 is incl. onvoorzien) Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: 30 juni 2016 Onderwerp: Begrotingswijziging Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. De wijzigingen van de budgetten te autoriseren; 2. De wijzigingen

Nadere informatie

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven.

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven. JAARREKENING 2015 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

(pagina 3) (pagina 6)

(pagina 3) (pagina 6) JAARREKENING 2014 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg Cluster FIN Behandeld J.G.G.M. Janssen Ons kenmerk Telefoon +31 43 389 72 38 Uw kenmerk Maastricht 20 maart 2018 Bijlage(n) Verzonden Onderwerp Aandachtspunten

Nadere informatie

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders Reg.nr: BW17-0200 Casenr.:CBB170194 Sector/afd.:Regie & Ontwikkeling / Regie & Ontwikkeling 1 Steller/tel/e-mail: I. Harmsen / 5271 / i.harmsen@heerhugowaard.nl

Nadere informatie

Geen overschrijding Ja, zie risicoparagraaf

Geen overschrijding Ja, zie risicoparagraaf JAARREKENING 2015 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja/nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

Doorkiesnummer : (0495) 575 521 Agendapunt: 8 ONDERWERP

Doorkiesnummer : (0495) 575 521 Agendapunt: 8 ONDERWERP Wijnen, Peter FIN S3 RAD: RAD131106 2013-11-06T00:00:00+01:00 BW: BW131001 voorstel gemeenteraad Vergadering van de gemeenteraad van 6 november 2013 Portefeuillehouder : J.M. Cardinaal Behandelend ambtenaar

Nadere informatie

Programma 10 Financiën / Algemene dekkingsmiddelen

Programma 10 Financiën / Algemene dekkingsmiddelen Programma 10 Financiën / Algemene dekkingsmiddelen Commissie Bestuur (Coördinerende) Portefeuilles Financiën en personeel Afdeling(en) Concernstaf, Middelen en Services Programmadoelstelling (missie) Werken

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii

Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii eeme ^Echt-Susteren Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii Kenmerk Z19/010306 / D - 18943 Datum B&W-vergadering Portefeuillehouder(s) G.H.C. Frische Onderwerp

Nadere informatie

Voorstelnummer: Houten, 1 oktober 2013

Voorstelnummer: Houten, 1 oktober 2013 Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2013-068 Houten, 1 oktober 2013 Onderwerp: Raadsvoorstel Tweede bestuursrapportage 2013 Beslispunten: 1. De begroting 2013 te wijzigen op basis van de sheet "Financiële effecten

Nadere informatie

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting Perspectiefnota 2016 Inhoudsopgave blz. I Inleiding 3 II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3 III Kaders begroting 2016 4 Bijlagen: begrotingscirculaire 2016-2019 provincie Groningen

Nadere informatie

Jaarrekening 2013. Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad

Jaarrekening 2013. Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad Jaarrekening 2013 Gemeente Bunnik Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad Agenda Controle van de jaarrekening De voorschriften voor de jaarrekening Jaarrekeningcontrole 2013 Controle van de jaarrekening

Nadere informatie

Doorkiesnummer : (0495) 57 50 00 Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

Doorkiesnummer : (0495) 57 50 00 Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE Meijer, Jacco FIN S3 RAD: RAD150701 woensdag 1 juli 2015 BW: BW150526 voorstel gemeenteraad Vergadering van de gemeenteraad van 1 juli 2015 Portefeuillehouder : H.A. Litjens Behandelend ambtenaar : Jacco

Nadere informatie

Ja, de jaarrekening 14 april van het WNK ontvangen.

Ja, de jaarrekening 14 april van het WNK ontvangen. JAARREKENING 2014 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

BEGROTING BIEO (begroting in één oogopslag)

BEGROTING BIEO (begroting in één oogopslag) BEGROTING 2015 BIEO (begroting in één oogopslag) INLEIDING Voor u ligt de begroting in één oogopslag (BIEO) 2015 van de gemeente Wierden. Naast het begrotingsjaar 2015 wordt er aandacht geschonken aan

Nadere informatie

Notitie Financieel Kader 2016-2019. Schiermonnikoog

Notitie Financieel Kader 2016-2019. Schiermonnikoog Notitie Financieel Kader 2016-2019 Schiermonnikoog Voorwoord Hierbij leggen wij de laatste Notitie Financieel Kader uit deze collegeperiode aan u voor. Het meerjarenbeeld blijft is positief in alle jaarschijven

Nadere informatie

2015-415. Nieuwegein. Gemeenteraad. Raadsvoorstel Afdeling Financiën. 1 Onderwerp. Programmabegroting 2016. 2 Gevraagd besluit

2015-415. Nieuwegein. Gemeenteraad. Raadsvoorstel Afdeling Financiën. 1 Onderwerp. Programmabegroting 2016. 2 Gevraagd besluit Nieuwegein m S\ Gemeenteraad Onderwerp Programmabegroting 2016 Datum 25 september 2015 Raadsvoorstel Afdeling Financiën Portefeuillehouder mr. J.A.N. Gadella 2015-415 1 Onderwerp Programmabegroting 2016

Nadere informatie

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN Gemeente Nieuwkoop Afdeling Bedrijfsvoering April 2017 1 Inhoud 1. BEGRIPPEN EN KADERS... 4 ARTIKEL 1.1 RESERVES... 4 ARTIKEL 1.2 VOORZIENINGEN... 4 ARTIKEL 1.3 RENTE...

Nadere informatie

Gemeente Delft VERZONDEN - 7 JAN Geachte leden van de raad,

Gemeente Delft VERZONDEN - 7 JAN Geachte leden van de raad, Gemeentebrede Bedrijfsvoeringsondersteuning Programmering Geld Gemeente Delft De Torenhove Martinus Nijhoffiaan 2 2624 ES Delft IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Programmering

Nadere informatie

Portefeuillehouder : W.C. Luijendijk Datum collegebesluit : 28 mei 2013 Corr. nr.:

Portefeuillehouder : W.C. Luijendijk Datum collegebesluit : 28 mei 2013 Corr. nr.: Preadvies Portefeuillehouder : W.C. Luijendijk Datum collegebesluit : 28 mei 2013 Corr. nr.: 2013.08474 Onderwerp : Voorstel inzake jaarstukken 2012 en begroting 2014 Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

Nadere informatie

INFORMATIEFORMULIER TEN BEHOEVE VAN BEGROTINGSBEOORDELING. Begroting 2010 GEMEENTE

INFORMATIEFORMULIER TEN BEHOEVE VAN BEGROTINGSBEOORDELING. Begroting 2010 GEMEENTE INFORMATIEFORMULIER TEN BEHOEVE VAN BEGROTINGSBEOORDELING Begroting 2010 GEMEENTE 0 ALGEMEEN Gaarne alle informatievragen invullen of doorhalen wat niet van toepassing is. Een volledig ingevuld formulier

Nadere informatie

Financiële begroting 2016

Financiële begroting 2016 Financiële begroting 2016 113 114 Voor een overzicht van de baten en lasten per programma wordt verwezen naar het overzicht opgenomen onder Begroting van Baten en Lasten in het begin van deze begroting.

Nadere informatie

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013 Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem Jaarverslag en jaarrekening 2013 Algemeen: P&C cyclus Algemeen: verantwoording Terugkijken Wat hebben we bereikt? Wat hebben we gedaan? Wat heeft het gekost?

Nadere informatie

gemeente Eindhoven 0,6 1,5 3,6 4,0 2,8 5,9 7,9 8,2

gemeente Eindhoven 0,6 1,5 3,6 4,0 2,8 5,9 7,9 8,2 gemeente Eindhoven Inboeknummer 14bst001068 Dossiernummer 14.27.601 1 juli 2014 Raadsinformatiebrief Onderwerp: Meicirculaire Gemeentefonds 2014. Inleiding Drie keer per jaar (in mei, september, december)

Nadere informatie

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting Actueel financieel beeld voor de jaren 2018-2022 Met dit overzicht schetsen wij het actuele financiële beeld voor de gemeente Gooise Meren voor de komende jaren. Dit overzicht dient meerdere doelen. Ten

Nadere informatie

Financiële positie. Beheersen

Financiële positie. Beheersen Beheersen Inleiding Doel avond Context 2 Donderdag, 23 december, 2009 Hier de titel van de presentatie Programma 1. Toelichting op de financiële positie 2. Financiële achtergronden 3. Hoe te beheersen?

Nadere informatie

Financiële begroting 2015 samengevat

Financiële begroting 2015 samengevat Financiële begroting 2015 samengevat Begrotingscyclus Het beleid en de financiën van de provincie komen op een aantal momenten in het jaar provinciebreed aan de orde. Dit wordt ook wel de begrotings- of

Nadere informatie

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015.

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015. GEMEENTE OLDEBROEK Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015. Voorstel van het college aan de raad Agendapunt Portefeuillehouder: mw. A.A.C. Groot Kenmerk: 247735 /

Nadere informatie

Gemeente Langedijk. 2e Kwartaalrapportage Verzonden aan de raad 23 juli e Kwartaalrapportage Gemeente Langedijk - 1 -

Gemeente Langedijk. 2e Kwartaalrapportage Verzonden aan de raad 23 juli e Kwartaalrapportage Gemeente Langedijk - 1 - Gemeente Langedijk 2e Kwartaalrapportage 2014 Verzonden aan de raad 23 juli 2014. - 1 - - 2 - Inleiding Hierbij ontvangt u de 2 e Kwartaalrapportage 2014. In de nu voorliggende kwartaalrapportage wordt

Nadere informatie

Wijzigingen artikelsgewijs financiële verordening 212 nieuw versus huidig Bijlage 2

Wijzigingen artikelsgewijs financiële verordening 212 nieuw versus huidig Bijlage 2 Wijzigingen artikelsgewijs financiële 212 nieuw versus huidig Bijlage 2 Algemeen Bij de opstelling van de financiële, zoals deze ter besluitvorming voorligt in de raad van 14 februari 2017, is het uitgangspunt

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Provincie Flevoland (FL) t.a.v. de Provinciale Staten Postbus 55 8200 AB LELYSTAD DGBK/Bestuur, Democratie

Nadere informatie

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders Reg.nr: BW16-0261 Casenr.: Cbb160259 Sector/afd.:Regie & Ontwikkeling / Regie & Ontwikkeling 1 Steller/tel/e-mail: R. Kieft/ I. Harmsen 5789 / 5271

Nadere informatie

IBML Financieel technische vragen begroting 2017

IBML Financieel technische vragen begroting 2017 IBML Financieel technische vragen begroting 2017 Pag. 3 Herprioritering van groot onderhoud levert op korte termijn niet voldoende investeringsruimte op. Vraag 1: Welk bedrag is wel op korte termijn beschikbaar?

Nadere informatie

ADVIES STUKKEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN JAARSTUKKEN 2010 GGD

ADVIES STUKKEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN JAARSTUKKEN 2010 GGD ADVIES STUKKEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN JAARSTUKKEN 2010 GGD Algemeen: Uit bijgevoegde checklist blijkt dat de jaarrekening 2010 GGD, op een detail na, voldoet aan het BBV. Het saldo van baten en

Nadere informatie

Bijlage 4. Stresstest. Kadernota mei Kadernota 2018 Bijlage 4: Stresstest 1

Bijlage 4. Stresstest. Kadernota mei Kadernota 2018 Bijlage 4: Stresstest 1 Bijlage 4 Stresstest Kadernota 2018 10 mei 2017 Kadernota 2018 Bijlage 4: Stresstest 1 1. Aanleiding 3. Uitwerking stappen stresstest Op verzoek van Provinciale Staten wordt sinds 2013 jaarlijks een stresstest

Nadere informatie

^ 7 OEC. 20H. Begrotingswijziging tbv de RAAD. Gemeente Provincie Begrotingsjaar. : Delft : Zuid Holland : e Wijziging

^ 7 OEC. 20H. Begrotingswijziging tbv de RAAD. Gemeente Provincie Begrotingsjaar. : Delft : Zuid Holland : e Wijziging Begrotingswijziging tbv de RAAD Gemeente Provincie Begrotingsjaar : Delft : Zuid Holland : 2014 ^ 7 OEC. 20H 1720644 8e Wijziging In de begrotingswijziging kunt u de volgende onderdelen aantreffen: wijziging

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert Intern document 2014/10084 behorende bij B&W nota 2014/10024 Colofon Uitgave Mei 2014 Gemeente Zundert Markt 1 4881 CN Zundert Postbus 10.001 4880 CA

Nadere informatie

Onderwerp: Actualisatie reserves voorjaar 2018

Onderwerp: Actualisatie reserves voorjaar 2018 Vergadering gemeenteraad d.d. 21 juni 2018 Agenda nummer 5 Portefeuillehouder: wethouder de heer J.H. Menninga Onderwerp: Actualisatie reserves voorjaar 2018 Korte inhoud: De gemeentelijke reserves zijn

Nadere informatie

Gemeente Delft. h. T.W, Andriessen I.s, Geachte leden van de raad

Gemeente Delft. h. T.W, Andriessen I.s, Geachte leden van de raad Besturing en Controlling m Gemeente Delft De Tomnhove Martinus Nijhofilaan 2 2624 ES Elft Bankrekening ENG 28.50.01.787 t.n.v. gemeente üelíi Retouradres : Bestuursondersteuning, Postbus 78,2600 ME DeM

Nadere informatie

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015 Raadsvoorstel *Z0150D438FB* Aan de raad Documentnummer : INT-14-14335 Afdeling : Bedrijfsvoering Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting

Nadere informatie

Ministerie van Binnen andse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Binnen andse Zaken en Koninkrijksrelaties R. Anderson Contactpersoon Uw kenmerk Postbus 20120 8900 HM Leeuwarden 2016-0000754155 Kenmerk www.facebook.com/minbzk Provincie Fryslâ www.rijksoverheid.ni Provinciale Staten www.twitter.com/minbzk programmabegroting.

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Aanleiding: Het college doet de raad voorstellen voor de financiële kaders voor de begroting 2016 en de meerjarenbegroting

RAADSVOORSTEL. Aanleiding: Het college doet de raad voorstellen voor de financiële kaders voor de begroting 2016 en de meerjarenbegroting RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.: Naam programma: Bestuur en dienstverlening Onderwerp: Vaststellen kaderbrief 2016-2019 Aanleiding: Het college doet de raad voorstellen voor

Nadere informatie

Raadsbesluit. Heemstede. Raadsvergadering: 8 en 9 november ONDERWERP Eerste begrotingswijziging 2019

Raadsbesluit. Heemstede. Raadsvergadering: 8 en 9 november ONDERWERP Eerste begrotingswijziging 2019 ONDERWERP Eerste begrotingswijziging 2019 SAMENVATTING In dit voorstel zijn de financiële effecten opgenomen van: 1. de septembercirculaire 2018/Miljoenennota (hogere verbrandingsbelasting), 2. de structurele

Nadere informatie

Financiële verordening 2015 gemeente Zeewolde, evenals de regels voor de inrichting van de financiële organisatie

Financiële verordening 2015 gemeente Zeewolde, evenals de regels voor de inrichting van de financiële organisatie CVDR Officiële uitgave van Zeewolde. Nr. CVDR351242_1 21 november 2017 Financiële verordening 2015 gemeente Zeewolde, evenals de regels voor de inrichting van de financiële organisatie De raad van de gemeente

Nadere informatie

J. Goossens raad november 2013

J. Goossens raad november 2013 Agendapunt commissie: steller telefoonnummer email J. Goossens 040 2083571 jgo@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering onderwerp Programmabegroting 2014-2017. 13raad00542 7 november 2013

Nadere informatie

2 2 JULI im. Gescand archief datum 1* Raadsbesluit. 10 juli GR 14/246 II. Datum Registratie nr. Stuk. Onderwerp : Kaderbrief 2014

2 2 JULI im. Gescand archief datum 1* Raadsbesluit. 10 juli GR 14/246 II. Datum Registratie nr. Stuk. Onderwerp : Kaderbrief 2014 Gescand archief datum 1* 2 2 JULI im Raadsbesluit Datum Registratie nr. Stuk 10 juli 2014 1634526 GR 14/246 II Onderwerp : Kaderbrief 2014 De raad van de gemeente Delft; Gelezen het voorstel van het college

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp Vaststelling Jaarverslag en Jaarrekening 2017

Raadsstuk. Onderwerp Vaststelling Jaarverslag en Jaarrekening 2017 Raadsstuk Onderwerp Vaststelling Jaarverslag en Jaarrekening 2017 Nummer 2018/157589 Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen Afdeling FIN Auteur Kluwen, N.B. Telefoonnummer

Nadere informatie

Hoe financieel gezond is uw gemeente?

Hoe financieel gezond is uw gemeente? Hoe financieel gezond is uw gemeente? drs. R.M.J.(Rein-Aart) van Vugt RA A.(Arie)Elsenaar RE RA 1 Hoe financieel gezond is uw gemeente? In dit artikel geven de auteurs op hoofdlijnen aan welke indicatoren

Nadere informatie

Voorstel Uw raad wordt voorgesteld de programmabegroting 2018 en de meerjarenraming vast te stellen.

Voorstel Uw raad wordt voorgesteld de programmabegroting 2018 en de meerjarenraming vast te stellen. Vergadering gemeenteraad d.d. 9 november 2017 Agenda nummer 4 Portefeuillehouder: wethouder de heer J.H. Menninga Onderwerp: Programmabegroting 2018 en meerjarenraming 2019-2021 Korte inhoud: Op grond

Nadere informatie

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 10 november 2016

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 10 november 2016 GEMEENTE OLDEBROEK Raadsvergadering d.d. 10 november 2016 Voorstel van het college aan de raad Agendapunt Onderwerp: Programmabegroting 2017 en verwerking financiële effecten uit de septembercirculaire.

Nadere informatie

Richtlijnen van de commissie BBV

Richtlijnen van de commissie BBV Richtlijnen van de commissie BBV Stellige uitspraken gelden met ingang van begrotingsjaar T+1, het jaar nadat de uitspraak is gepubliceerd. 1. Notitie Software, mei 2007 1.1 Software (als afzonderlijk

Nadere informatie

Toetsingsformulier jaarstukken 2014 en begroting 2016 RSW

Toetsingsformulier jaarstukken 2014 en begroting 2016 RSW 1 Toetsingsformulier jaarstukken 2014 en begroting 2016 RSW JAARREKENING 2014 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee)

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerp-besluit pag. 4. Toelichting: pag. 5

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerp-besluit pag. 4. Toelichting: pag. 5 2017MME151 College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel DATUM 26 september 2017 NUMMER PS AFDELING Managementondersteuning COMMISSIE Alle STELLER Alex van der Weij DOORKIESNUMMER 3992 DOCUMENTUMNUMMER

Nadere informatie

Collegebesluit. Onderwerp: Decembercirculaire 2014 Reg. Nummer: 2015/ Inleiding

Collegebesluit. Onderwerp: Decembercirculaire 2014 Reg. Nummer: 2015/ Inleiding Collegebesluit Onderwerp: Decembercirculaire 2014 Reg. Nummer: 2015/ 17799 1. Inleiding De decembercirculaire 2014 is de derde circulaire die in 2014 is verschenen over de ontwikkeling van het Gemeentefonds.

Nadere informatie

Wat zijn de argumenten? De financiële rechtmatigheid is een belangrijk criterium bij de beoordeling van de jaarrekening door de accountant.

Wat zijn de argumenten? De financiële rechtmatigheid is een belangrijk criterium bij de beoordeling van de jaarrekening door de accountant. Raadsvoorstel Registratienummer: CONCEPT Onderwerp: 2e Managementrapportage 2017 Portefeuillehouder: wethouder W.A.R. Visser Te nemen besluit: - De begroting 2017 te wijzigen volgens de in de 2e managementrapportage

Nadere informatie

GR-taken: Aanvullende diensten:

GR-taken: Aanvullende diensten: JAARREKENING 2018 GGD Hollands Noorden Wat was de opdracht (welke inhoudelijke en financiële kaders waren er?) Inhoudelijk kader De GGD levert diensten, zoals deze zijn vastgesteld in de Gemeenschappelijke

Nadere informatie

Datum Agendapunt Documentnummer. 20 september 2016 R10S005/z

Datum Agendapunt Documentnummer. 20 september 2016 R10S005/z Datum Agendapunt Documentnummer R10S005/z160036313 Onderwerp Programmabegroting 2017-2020 Raadsvoorstel Zeewolde Beoogd effect Realisatie van vastgestelde programma s en taken op basis van een sluitend

Nadere informatie

oescand archief datum

oescand archief datum Raadsvoorstel oescand archief datum 1 6-07- 11 Aan de gemeenteraad Van : College van B&W Datum : 23 april 13 Pfh. : L.P. Vokurka Steller : L. van Ledden - Vredenbregt tei.nr. : 0652739308 e-mail : CoordinatorJaarrekeningproces@Delft.nl

Nadere informatie

Onderstaand overzicht uit de voorjaarsnota 2017 is bijgewerkt met de resultaten van de meicirculaire 2016.

Onderstaand overzicht uit de voorjaarsnota 2017 is bijgewerkt met de resultaten van de meicirculaire 2016. Memo Aan: Gemeenteraad Oude IJsselstreek Cc: Van: College B&W Datum: 14 juni 2016 Kenmerk: 16ini01540 Onderwerp: Meicirculaire 2016 Geachte gemeenteraad, In deze memo vindt u de informatie over de Meicirculaire

Nadere informatie

Inzicht verkrijgen kost tijd, geen inzicht hebben kost kapitalen

Inzicht verkrijgen kost tijd, geen inzicht hebben kost kapitalen Inzicht verkrijgen kost tijd, geen inzicht hebben kost kapitalen 1 1. Korte introductie 2. Inkomsten van de gemeente 3. Uitgaven van de gemeente 4. instrument begroting 5. Begrotingscyclus 6. Controle

Nadere informatie