De feminisering van het lerarenkorps in het Vlaamse secundair onderwijs
|
|
- Gerarda Verbeke
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 IMPULS, 40e JG., NR. 2, OKTOBER-DECEMBER 2009, De feminisering van het lerarenkorps in het Vlaamse secundair onderwijs Liever een man of een vrouw voor de klas? Lies Vanerum Evy Polaster Inleiding Dat er in het Vlaams onderwijs een duidelijke feminisering zichtbaar is, is al lang geen nieuwtje meer. Doorheen de afgelopen decennia is het percentage vrouwelijke leerkrachten toegenomen ten koste van hun mannelijke collega s. Het lerarenberoep is met andere woorden duidelijk vervrouwelijkt. In de literatuur is deze feminisering of vervrouwelijking dan ook een veelbesproken onderwerp. Verschillende auteurs trachten verklaringen te vinden, die vooral een historische oorsprong blijken te hebben: vrouwen werden gezien als uiterst geschikt voor een eerder zacht beroep zoals het onderwijs, onder andere door hun moederlijke, zorgende aanleg en de mogelijkheid tot het combineren van hun beroep met hun toenmalige primaire taak, namelijk het eigen gezin. Toch is het in dit opzicht even belangrijk om aan te halen dat er ook een omgekeerd effect is: mannen blijken, in tegenstelling tot vrouwen, minder aangetrokken tot het onderwijs en mannelijke leerkrachten denken geregeld in termen van een oververtegenwoordiging van vrouwelijke leerkrachten. In dit artikel gaan we dieper in op deze feminisering, meer specifiek in het Vlaamse secundair onderwijs. De feminisering op dit niveau is globaal gezien altijd proportioneel lager geweest en is bovendien later op gang gekomen dan in het basisonderwijs. Eerst belichten we de vervrouwelijking in het secundair onderwijs van opleiding tot arbeidsmarkt, waarbij we onder andere aandacht besteden aan de motieven die studenten hanteren bij de keuze voor de lerarenopleiding en aan de evolutie van het percentage vrouwelijke leerkrachten. Dan gaan we in op de verschillen die bestaan tussen mannelijke en vrouwelijke leerkrachten en tussen mannelijke en vrouwelijke leerlingen. Afsluitend stellen we ons de vraag of leerlingen van het secundair onderwijs nu liever een man of een vrouw als leerkracht hebben. De feminisering van de lerarenopleiding Wanneer men spreekt over de feminisering van het lerarenkorps, kan het zinvol zijn om ook aandacht te besteden aan de lerarenopleiding. Is er bijvoorbeeld sprake van feminisering zowel in de opleiding als in het beroepsveld? Binnen de lerarenopleiding blijkt dat er wel degelijk een oververtegenwoordiging is van vrouwelijke studenten. Op de vraag hoe het percentage vrouwelijke studenten in de Vlaamse lerarenopleidingen secundair onderwijs geevolueerd is sinds de periode van 2000 tot nu, werd een antwoord gevonden op basis van de statistische jaarboeken van het Vlaamse onderwijs (zie tabel 1). Hieruit blijkt dat vrouwen de numerieke meerderheid vormen in alle lerarenopleidingen. Toch is er ook sprake van een gevarieerd beeld. In de lerarenopleidingen in de 57
2 hogeschool neemt het percentage vrouwelijke studenten jaar na jaar af, maar toch zijn vrouwelijke studenten daar nog steeds in de meerderheid. In de lerarenopleidingen aan de universiteiten wisselt het percentage vrouwelijke studenten van jaar tot jaar. Voor het volwassenenonderwijs ten slotte vormen de vrouwelijke studenten een meerderheidsgroep en blijkt bovendien dat de feminiseringstendens zich in stijgende lijn blijft voortzetten. Seksespecifiek keuzegedrag van studenten Bij de keuze voor een opleiding hanteren studenten bepaalde motieven. Voor de lerarenopleiding komen vooral de extrinsieke en intrinsieke motieven naar voren. Met het oog op de feminisering is het zinvol om te kijken of er in de lerarenopleiding verschillen zijn in keuzemotieven tussen mannelijke en vrouwelijke studenten. De meningen hieromtrent zijn verdeeld: sommige auteurs stellen dat er wel degelijk sekseverschillen bestaan, anderen zijn meer genuanceerd en zeggen dat het geslacht niet zo n grote invloed heeft of ze wijzen de stelling zelfs volledig af op basis van een gebrek aan significant bewijs. Onderzoek bij Leuvense studenten We onderzochten het seksespecifieke keuzegedrag van studenten aan de lerarenopleidingen secundair onderwijs (initiële opleiding) bij 90 Leuvense studenten (Vanerum, 2009). Wat drijft mannelijke en vrouwelijke studenten om te kiezen voor de lerarenopleiding? Er werden enkel studenten bevraagd uit de specifieke lerarenopleidingen secundair onderwijs (aan de universiteit en een CVO), vanuit de veronderstelling dat studenten die al een vooropleiding achter de rug hebben, andere motieven of beweegredenen hebben voor het volgen van een aanvullende opleiding. De onderzoeksvraag werd onderzocht aan de hand van een vragenlijst. Deze vragenlijst bestond uit twee schalen: een intrinsieke motivatieschaal en een extrinsieke motivatieschaal (zie Siongers et al., 2002). De items van de intrinsieke schaal waren: ik vind het leuk om kennis over te dragen een job als leerkracht zorgt ervoor dat ik me persoonlijk kan ontwikkelen ik wil graag lesgeven ik ga graag met jongeren om ik heb altijd al een job in het onderwijs willen uitoefenen De items van de extrinsieke schaal waren: ik hoop met deze opleiding werk te vinden dat mij interesseert de opleiding verhoogt mijn kansen op een goede job het lerarenberoep geniet een hoge status in de maatschappij de vakantieregeling van het onderwijs spreekt me aan de opleiding zorgt ervoor dat ik later een goed loon kan verdienen de opleiding leidt tot een job met goede arbeidsvoorwaarden de promotiekansen binnen het lerarenberoep spreken me aan het beroep van leraar maakt een vlotte combinatie van werk en gezin mogelijk De resultaten van ons verkennend onderzoek gaven aan dat er geen significante verschillen zijn tussen mannelijke en vrouwelijke studenten van de lerarenopleidingen secundair onderwijs Tabel 1. Percentages vrouwelijke studenten in de lerarenopleidingen in de hogescholen, universiteiten en CVO s (periode 2000 tot 2008). Academiejaar Hogescholen Universiteiten CVO s ,7% 69,5% 53,8% ,1% 69,1% 57,8% ,8% 68,3% 60,3% ,2% 67,9% 60,8% ,1% 68,3% 60,7% ,6% 70,3% 61,0% ,9% 69,3% 61,9% ,6% 72,3% 62,2%
3 inzake de intrinsieke respectievelijk extrinsieke motieven bij het kiezen voor de opleiding. De feminisering van het lerarenberoep Een tweede focus binnen dit artikel is de feminisering van het lerarenberoep in het Vlaamse secundair onderwijs. De feminisering van het lerarenberoep betekent dat er een toename is van het aandeel vrouwelijke leerkrachten, in vergelijking met het aandeel mannen. We stelden ons de vraag hoe het percentage vrouwelijke leerkrachten in het Vlaamse secundair onderwijs geëvolueerd is sinds de periode van 1980 tot nu. Om daarop een antwoord te vinden maakten we gebruik van concreet cijfermateriaal uit de statistische jaarboeken van het Vlaamse onderwijs. Inzake de feminisering van het lerarenkorps in het secundair onderwijs, blijkt uit de cijfergegevens duidelijk dat er een gestage stijging is van het percentage vrouwelijke leraren. Over een periode van 28 schooljaren stijgen de vrouwelijke leerkrachten met maar liefst 11,5%: van 48,5% vrouwen in tot 60,0% vrouwen in (zie figuur 1). Sinds het schooljaar maken vrouwelijke leerkrachten daadwerkelijk de meerderheid uit. De opvallende daling van het percentage vrouwen in het schooljaar is echter het gevolg van foutieve gegevens in het statistische jaarboek. Dit is dus geen correct percentage. Genderverschillen tussen mannelijke en vrouwelijke leraren We staan er niet vaak bij stil, maar het lerarenberoep is duidelijk gegenderd. Culturele opvattingen over wat het betekent man of vrouw te zijn, beïnvloeden talloze aspecten van het lerarenberoep en de percepties van dit beroep. Omdat deze invloeden ons zo normaal, vanzelfsprekend en bijna natuurlijk lijken, staan we er niet bij stil en worden ze als het ware onzichtbaar. In deze bijdrage worden dergelijke invloeden zichtbaar gemaakt. Verschillen in beroepsuitoefening Mannelijke en vrouwelijke leerkrachten verschillen heel wat van elkaar op persoonlijk vlak. Uit het waardeonderzoek van Jessy Siongers (2002) blijkt dat vrouwelijke leerkrachten vaker dan hun mannelijke collega s in het secundair onderwijs een richting gevolgd hebben in het algemeen secundair onderwijs. Vrouwen hebben in verhouding ook vaker dan mannen een universitair of een niet-universitair diploma (professionele bachelor) op zak. Mannen daarentegen hebben dan weer vaker een ander diploma uit het hoger onderwijs buiten de universiteit aangevuld met een getuigschrift van pedagogische bekwaamheid (GPB). Als we kijken naar de vakken die leraren doceren, valt op dat informatica procentueel gezien het sterkst vertegenwoordigd wordt door vrouwen. Ook in de rest van de algemene vakken vormen de vrouwen doorgaans de grootste groep. 59,00 57,00 55,00 53,00 51,00 49,00 47, Figuur 1. Percentages vrouwelijke leerkrachten in het secundair onderwijs (periode 1980 tot 2008). 59
4 60 Alleen in de wiskunde/wetenschappen en voor de levensbeschouwelijke vakken zijn de mannen in de meerderheid. Verder kan opgemerkt worden dat vrouwen minder vertegenwoordigd zijn in praktijk- en technische vakken. Ook in de vakdomeinen klassieke talen en kunst zijn ze minder aanwezig. Het valt op dat vrouwen in het onderwijs vaker een deeltijdse job hebben en het gemiddelde aantal uren dat zij lesgeven ligt bijgevolg lager dan van hun mannelijke collega s. Verschillen in maatschappelijke attitudes Uit onderzoek (Siongers, 2002) blijkt dat leerkrachten in hun waardepatroon zowel van de modale Vlaming als van hun leerlingen verschillen. Ze zijn in vergelijking met andere volwassenen en hun leerlingen bijvoorbeeld veel verdraagzamer, meer solidair en veel minder individualistisch ingesteld. Soms wordt ook wel eens gezegd dat leerkrachten een specifieke groep vormen, omdat ze algemeen veeleer attitudes bezitten die als vrouwelijk worden omschreven. En dat geldt ook voor de mannelijke leerkrachten. Vrouwelijke leerlingen verschillen minder van mannelijke leerlingen dan vrouwelijke leraren van mannelijke verschillen. Het beroep werkt als het ware wat egaliserend in attitudes. Mannelijke leerkrachten kijken echter heel anders aan tegen rolpatronen en ze vertonen gemiddeld toch wel hardere en eerder rechtse attitudes, zoals een meer individualistische ingesteldheid, een sterkere voorkeur voor harde repressie, etnocentrisme en autoritarisme (Siongers, 2002). Verschillen in schoolgebonden attitudes en gedragingen Vrouwelijke leerkrachten staan merkelijk positiever ten opzichte van zowel hun collega s als ten opzichte van het schoolbeleid en de directie (Siongers, 2002). Het sterkst verschillen mannen en vrouwen in hun beoordeling over de organisatorische doeltreffendheid van de school. Maar ook inzake hun beoordeling van de pedagogische doeltreffendheid verschillen ze duidelijk. Beide aspecten van doeltreffendheid worden positiever beoordeeld door de vrouwelijke leerkrachten. Verder zouden mannen ook vaker meer vakgericht of deskundigheidsgericht zijn dan vrouwen. Vrouwen zouden meer persoonsgericht zijn dan mannen (De Jong & Van de Kamp, 2002). Zowel mannen als vrouwen hechten veel belang aan de opvoedingstaak en zelfs iets meer aan de opleidingstaak van een school. Verschillen in houdingen Een leerkracht is gebonden aan het leerplan, maar in de dagelijkse lespraktijk wordt de leerstof aangebracht samen met bepaalde interpretaties en opvattingen die eigen zijn aan de persoonlijkheid van de leerkracht. De leerstof kan een maatschappelijke of persoonlijke inkleuring krijgen. De houdingen en de opvattingen van de leraar oefenen dan ook een niet te verwaarlozen invloed uit op de houdingen van de leerlingen. Leerkrachten dragen zo, hetzij bewust, hetzij onbewust, houdingen over op leerlingen. Onderzoek geeft een duidelijke overeenkomst aan tussen de houding van leerkrachten ten aanzien van een aantal ethische kwesties en de houding die hun leerlingen ertegenover hebben. Ook tussen het welbevinden van de leerkrachten en het welbevinden van hun leerlingen werden duidelijke verbanden vastgesteld (Elchardus, Kavadias & Siongers, 1999). Ook in hun gedrag als leerkracht verschillen mannelijke en vrouwelijke leerkrachten van elkaar. Zo zullen vrouwelijke leerkrachten de leerlingen sneller loven bij correcte antwoorden, maar anderzijds zullen zij ook vaker feedback achterwege laten bij onjuiste antwoorden. Vrouwelijke leerkrachten blijken vooral meer responsief op succes. Mannelijke leerkrachten zijn dan weer meer informatief en kunnen bij falen makkelijker in gesprek gaan met leerlingen. Deze gedragingen stemmen overeen met de traditionele ideeën over de mannelijke genderrol die eerder instrumenteel van aard is, terwijl de vrouwelijke genderrol expressief en solidair van aard is. Ook bij leerkrachten zijn houdingen en opvattingen dus gendergebonden, net als voor andere mannen en vrouwen in onze samenleving. De meer tolerante, verdraagzame en sociale houdingen van vrouwelijke leerkrachten zouden in het kader van waardevorming op school tot meer positief gewaardeerde houdingen bij leerlingen leiden (Siongers, 2002). Zoals al eerder vermeld, blijken mannelijke leraren een meer traditionele visie op rolpatronen te hebben dan vrouwelijke leerkrachten. Volgens bepaalde auteurs zouden bij mannelijke leerkrachten bovendien deze seksestereotypen veel sterker meespelen in hun handelen en optreden in de klas (Brutsaert, 1993). Diezelfde houdingen van leerkrachten zouden tevens kunnen meespelen in de verwachtingen die leerkrachten hebben ten aanzien van meisjes en jongens. Leerkrachten socialiseren hun leerlingen door het communiceren van gedragsnormen en verwachtingen, met inbegrip van normen en ver-
5 wachtingen gerelateerd aan genderrollen. Soms gebeurt dit expliciet, bijvoorbeeld wanneer leerkrachten erop wijzen dat bepaalde gedragingen niet passen bij jongens of bij meisjes. Nog vaker gebeurt dit op een impliciete en vaak niet-bewuste manier. In hun algemene onderwijsbenadering gedragen mannelijke leerkrachten zich doorgaans volgens mannelijke rolmodellen en vrouwelijke leerkrachten doorgaans volgens vrouwelijke rolmodellen. In hun interactie met leerlingen blijken leerkrachten beide geslachten te benaderen vanuit de genderrol van de leerling. Zowel mannelijke als vrouwelijke leerkrachten projecteren verwachtingen op jongens die beantwoorden aan de mannelijke rol en op meisjes die beantwoorden aan de vrouwelijke rol (Delfos, 2001; Siongers, 2002). Gendergebonden interactiepatronen Een ander belangrijk aspect van dit verborgen curriculum zoals hiervoor beschreven, het curriculum dat niet uitgeschreven is, maar dat toch wordt meegegeven bestaat uit de interactiepatronen op school. Meerdere studies tonen aan dat meisjes en jongens een andere behandeling krijgen in de klas (Handboek voor gendercoaching op school, 2008). Deze verschillen bleken vooral gunstig voor jongens, omdat zij meer interacties hadden met leerkrachten, meer hulp en meer aandacht kregen van leerkrachten. Bovendien lijken jongens meer informele contacten te hebben met leerkrachten (Siongers, 2002). De vraag rijst of de verschillende interactiepatronen tussen leerkrachten enerzijds en jongens anderzijds ook verschillend zijn naargelang het geslacht van de leerkracht. Uit onderzoek (Canada & Pringle, 1995) komt naar voren dat vrouwelijk geleide gemengde klassen meer leerkracht- en minder leerlinggestuurd zijn dan de mannelijk geleide gemengde klassen. In zuivere meisjesklassen verschilde het interactiepatroon van mannelijke en vrouwelijke leerkrachten nauwelijks. Het verschil in interactiestijl moet bijgevolg sociaal geconstrueerd zijn. Vrouwelijke leerkrachten in niet-gemengde scholen gaan zich meer mannelijk gedragen, en omgekeerd gaan mannelijke leerkrachten in dergelijke scholen zich meer vrouwelijk gedragen. Verder valt ook op dat in gemengde klassen meisjes meer betrokken worden in het lesgebeuren door de mannelijke leerkracht. In een klas met uitsluitend meisjes geldt dit niet. Met andere woorden, ook hier gaat het om een sociale constructie. Het verbale en interactieve gedrag van vrouwen wordt sterk beïnvloed door de aanwezigheid van mannen en de gendersamenstelling van een groep. Enkele auteurs stellen dat deze verschillen het product zijn van een soort gemengd onderwijs dat een laisser faire-benadering naar engenderment inhoudt, dat wil zeggen dat het zich grotendeels neerlegt bij de bredere culturele constructie van gender. Men doorbreekt de traditionele patronen nauwelijks. Genderverschillen tussen meisjes en jongens In het onderwijs zijn er verschillen tussen jongens en meisjes. We bespreken achtereenvolgens verschillen in studiekeuze, schools presteren en schoolloopbaan. Gendergebonden studiekeuze Vandaag zien we nog steeds dat er grote verschillen bestaan in studiekeuze tussen meisjes en jongens. Zo zijn meisjes in de meerderheid in het algemeen secundair onderwijs, maar niet in het technisch en beroepsonderwijs (bron: Statistische jaarboeken van het Vlaamse onderwijs). De ondervertegenwoordig van meisjes in nijverheidstechnische richtingen, die een betere uitgangspositie op de arbeidsmarkt waarborgen, is een oud zeer. Richtingen zoals bouw en elektriciteit worden bijna uitsluitend door jongens bevolkt, terwijl dat bij haarzorg en mode net omgekeerd is. In het schooljaar telde de richting verzorging ongeveer 91% meisjes, terwijl houtbewerking vooral jongens aantrok, namelijk ongeveer 99%. Blijkbaar gaat het hier om typische jongens- en meisjesrichtingen. Dus rijst de vraag: waarom bestempelen we een studierichting als mannelijk of vrouwelijk? In vergelijking met andere onderwijsvormen blijft de seksesegregatie in het algemeen secundair onderwijs beperkt. Toch blijkt dat de richtingen humane wetenschappen en talen hoofdzakelijk een vrouwelijk publiek aantrekken, terwijl in exact-wetenschappelijke richtingen vooral mannelijke leerlingen op de banken zitten. Meisjes kiezen maar moeizaam voor een opleiding in de exacte wetenschappen, techniek of informatica en jongens laten het afweten in de zorgopleidingen. Verschillen in schools presteren Aan het begin van het eerste leerjaar van het secundair onderwijs doen jongens en meisjes het voor Nederlands even goed, maar naarmate 61
6 62 men opklimt in het secundair onderwijs, presteren meisjes beter voor Nederlands dan jongens. Aan het begin van het secundair onderwijs behalen meisjes lagere scores op wiskunde dan jongens, maar gedurende de eerste graad maken zij meer vorderingen waardoor ze het op het einde van de eerste graad zelfs iets beter doen dan jongens. Jongens halen deze achterstand dan weer in tijdens de tweede en derde graad van het secundair onderwijs. De voorsprong van meisjes in de talige vakken is echter aanzienlijk groter dan de voorsprong van jongens in wiskunde. Op natuurwetenschappelijke vakken en ook op het probleemoplossende vermogen behalen beiden gelijkaardige scores (PISA, 2006). Verschillen in studieloopbanen Wat de schoolachterstand betreft, wordt de kloof tussen jongens en meisjes bijzonder groot in de hogere jaren van het secundair onderwijs. Na het verlaten van de basisschool neemt bij jongens de schoolse vertraging elk jaar toe. Zo had ongeveer 22% van de jongens in het eerste jaar van het middelbaar onderwijs een schoolachterstand (cijfers van ), tegenover 19% van de meisjes. In het zesde jaar secundair onderwijs van datzelfde schooljaar had 40% van de jongens een schoolachterstand opgelopen, tegenover 27% van de meisjes. Het gaat dan om een verschil van 13%. Verder valt ook op dat er meer jongens dan meisjes naar het buitengewoon onderwijs gaan. Zo maakten de jongens in het schooljaar ongeveer 63% uit van de schoolbevolking van het buitengewoon lager en secundair onderwijs in Vlaanderen, meisjes slechts 37%. Het is opvallend dat er in alle types en opleidingsvormen van het buitengewoon onderwijs meer jongens zijn. De sterkste oververtegenwoordiging doet zich voor in type 3, leerlingen met ernstige emotionele en/of gedragsproblemen. Daar schommelt de verhouding jongens/meisjes rond 85/15. Voorkeur van leerlingen Aangezien er heel wat verschillen zijn tussen mannelijke en vrouwelijke leerkrachten kunnen we misschien eens stilstaan bij de vraag of meisjes en jongens een voorkeur hebben voor een man of vrouw voor de klas. Uit ons eigen onderzoek bij 725 leerlingen blijkt dat de meerderheid van de Vlaamse leerlingen van het secundair onderwijs geen uitgesproken voorkeur heeft voor een mannelijke of vrouwelijke leerkracht (Polaster, 2009). Slechts ongeveer 16% van de Vlaamse leerlingen van het secundair onderwijs heeft een voorkeur. Daarvan blijkt de meerderheid (±61%) een voorkeur te hebben voor een vrouwelijke leerkracht. Verder blijkt uit dit onderzoek ook dat van alle leerlingen die een voorkeur hebben voor een vrouwelijke leerkracht, het grootste aandeel komt van jongens in een typische jongensrichting. Bij de leerlingen die een voorkeur hebben voor een man, zijn het vooral de meisjes in een meisjesrichting die kiezen voor een man voor de klas. Dit zijn opvallende resultaten. Men zou denken dat jongens in typische jongensrichtingen eerder een voorkeur hebben voor een mannelijke leerkracht, en meisjes in typische meisjesrichtingen voor een vrouw, maar ons onderzoek toonde precies het omgekeerde. Leerlingen maken komaf met het idee van de versterking van stereotypering betreffende rolmodellen. Van de leerlingen die een voorkeur hebben, blijken BSO-leerlingen een duidelijke voorkeur te hebben voor vrouwelijke leraren, terwijl er bij de ASO-leerlingen eerder een voorkeur voor mannelijke leraren bestaat. Literatuur Lies Vanerum Lanciersstraat Halen Evy Polaster Wijnberg Rillaar BRUTSAERT, H. (1993). School, gezin en welbevinden. Leuven: Garant. CANADA, C., & PRINGLE, R. (1995). The role of gender in college classroom interactions: A social context approach. Sociology of Education, 68, DE JONG, M.-J., & VAN DE KAMP, J. (2000). Wie staat er voor de klas? Leuven: Garant. DELFOS, M. (2001). De ontmannelijking van de man. Opvoeden met de biologische stroom méé in plaats van tegen de biologische stroom in. Pedagogiek in Praktijk, 7, ELCHARDUS, M., KAVADIAS, D., & SIONGERS, J. (1999). Hebben scholen een invloed op de waarden van jongeren? Waardeopvoeding: meting van de effecten van de aanpak van de
7 waardevorming op de waarden van de leerlingen van het laatste jaar secundair onderwijs. Onderzoeksgroep TOR, Vakgroep Sociologie, Vrije Universiteit Brussel. Handboek voor gendercoaching op school. (2008). Visietekst Onderwijs Vlaanderen. via: PISA (2006). Wetenschappelijke vaardigheden voor de toekomst. De eerste resultaten van PISA Gent: UGent. POLASTER, E. (2009). Liever een man of een vrouw voor de klas? Over de feminisering van het secundair onderwijs. Leuven: masterproef K.U.Leuven. SIONGERS, J. (2002). De gevolgen van de feminisering van het leerkrachtenberoep in het secundair onderwijs: een empirische analyse. Eindverslag van het OBPWO-project nr , Onderzoeksgroep TOR, Vakgroep Sociologie, Vrije Universiteit Brussel. SIONGERS, J., MATHEUS, N., VAN DEN BRANDE, I., & MAES, L. (2002). De roeping tot leerkracht. Een onderzoek naar de aantrekkelijkheid van het leerkrachtenberoep in Vlaanderen anno Brussel: Departement Onderwijs. VANERUM, L. (2009). Van opleiding tot arbeidsmarkt. Over de feminisering van het secundair onderwijs. Leuven: masterproef K.U.Leuven. 63
Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht
Tweede luik "Het verschil in schools presteren tussen jongens en meisjes" (literatuurstudie en emprirsche studie) (Jan Van Damme & Agnes De Munter- K.U.Leuven) 1. Welke sekseverschillen in prestaties?
Nadere informatieGenderspecifieke studiekeuze in het hoger onderwijs
Genderspecifieke studiekeuze in het hoger onderwijs Ilse Laurijssen & Ignace Glorieux Onderzoeksgroep TOR - Vrije Universiteit Brussel Studiedag SSL: 'Hoger onderwijs: kiezen en winnen? X www.steunpuntssl.be
Nadere informatieaandacht voor gender in basis en secundair Gender Gender en schools presteren
2 aandacht voor gender in basis en secundair Gender het begrip gender verwijst behalve naar biologische sekseverschillen vooral naar de invulling die in de samenleving wordt gegeven aan mannelijkheid en
Nadere informatieCognitie, ethische waarden, vrouwelijke onderwijsgevende, affectie, relatie onderwijsgevende - scholier
99.01 Het geslacht der leerkrachten. Een onderzoek naar de impact van de seksesamenstelling van het leerkrachtencorps en van de sekse van de directie op de cognitieve prestaties, affectieve vaardigheden
Nadere informatieHoger onderwijs, lager onderwijs, schoolloopbaan, schoolse vertraging, secundair onderwijs, universitair onderwijs, watervalsysteem, zittenblijven
1. Referentie Referentie Duqué, H. (1998). Zittenblijven en schoolse vertraging in het Vlaams onderwijs. Een kwantitatieve analyse 1996-1997. Onuitgegeven onderzoeksrapport, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap,
Nadere informatieIntelligentie, LOSO, sekseverschillen, schoolloopbaan, schools presteren
1. Referentie Referentie Van de Gaer, E., Van Damme J. & De Munter, A. (2002). Onderzoek naar verschil in school presteren tussen jongens en meisjes. Eindrapport van het KULeuven-luik. Onuitgegeven onderzoeksrapport,
Nadere informatieEFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT
EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES &
Nadere informatieDe CVO s (centra voor volwassenenonderwijs) organiseren opleidingen voor volwassenen.
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 323 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 21 februari 2017 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Centra voor volwassenenonderwijs
Nadere informatieSTEM monitor 2015 SITUERING DOELSTELLINGEN
STEM monitor 2015 SITUERING In het STEM-actieplan 2012-2020 van de Vlaamse regering werd voorzien in een algemene monitoring van het actieplan op basis van een aantal indicatoren. De STEM monitor geeft
Nadere informatieEFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID. Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N.
EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N. EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID Dockx J., De Fraine B. & Van den Branden N. Promotor:
Nadere informatieVragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar 2009-2010): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item
Vragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar 2009-2010): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item Integratie - Populariteit (sociale ontwikkeling) heeft
Nadere informatieSteunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting
Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting Feiten en cijfers Hebben laaggeschoolden een hoger risico om in armoede te belanden? Ja. Laagopgeleiden hebben het vaak
Nadere informatieSTEM monitor 2015. 9 juni 2015 RITA DUNON
STEM monitor 2015 9 juni 2015 RITA DUNON Doelstellingen STEM-actieplan STEM-actieplan 2012-2020 streeft op middellange termijn naar: Meer starters en afgestudeerden in STEMopleidingen en richtingen die
Nadere informatieWelk beeld heeft Vlaanderen over de leraar? J.C. Verhoeven (KuLeuven), A. Aelterman (UGent), I. Buvens (KuLeuven), I. Rots (UGent)
1 Welk beeld heeft Vlaanderen over de leraar? J.C. Verhoeven (KuLeuven), A. Aelterman (UGent), I. Buvens (KuLeuven), I. Rots (UGent) Doel van het onderzoek Onderzoek naar de wijze waarop de samenleving
Nadere informatieProfilering derde graad
De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,
Nadere informatieONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES. Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M.
ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. Promotor: B. De Fraine Research paper
Nadere informatieOnderwijs en arbeidsmarkt: tweemaal actief
Onderwijs en arbeidsmarkt: tweemaal actief Organisation for Economic Coöperation and Development (2002), Education at a Glance. OECD Indicators 2002, OECD Publications, Paris, 382 p. Onderwijs speelt een
Nadere informatiein opdracht van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming
1. Referentie Referentie Janssen, R., Rymenans R. (2009). Beginsituatie van leerlingen in het eerste leerjaar B van het secundair onderwijs (OBPWO 06.00). Onderwijskundig Beleids- en Praktijkgericht Wetenschappelijk
Nadere informatieEen exploratieve studie naar de relatie tussen geïntegreerd STEM-onderwijs en STEM-vaardigheden op secundair niveau
Een exploratieve studie naar de relatie tussen geïntegreerd STEM-onderwijs en STEM-vaardigheden op secundair niveau dr. H. Knipprath ing. J. De Meester STEM Science Engineering Technology Mathematics 2
Nadere informatieVerenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen
Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen Luk Bral en Guy Pauwels Studiedag 20 jaar peilen in Vlaanderen Leuven, 31 januari 2017 Inhoud Context Opzet Evolutie informele contacten, lidmaatschap
Nadere informatieDOORSTROOM VAN VMBO NAAR HAVO Onderzoek onder ruim vmbo-scholieren naar hun intentie om voor de havo te kiezen
DOORSTROOM VAN VMBO NAAR HAVO Onderzoek onder ruim 20.000 vmbo-scholieren naar hun intentie om voor de havo te kiezen Februari 2019 Surrounded by Talent 2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Onderzoeksvragen
Nadere informatieStudenten aan lerarenopleidingen
Studenten aan lerarenopleidingen Factsheet januari 219 In de afgelopen vijf jaar is het aantal Amsterdamse studenten dat een lerarenopleiding volgt met ruim 9% afgenomen. Deze daling is het sterkst voor
Nadere informatieWELBEVINDEN, ACADEMISCH ZELFCONCEPT EN MOTIVATIE IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS
WELBEVINDEN, ACADEMISCH ZELFCONCEPT EN MOTIVATIE IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS Het effect van een jaar naar school gaan op niet-cognitieve uitkomsten van leerlingen Naomi Van den Branden naomi.vandenbranden@kuleuven.be
Nadere informatieONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT. Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M.
ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. Promotor: B. De Fraine Research
Nadere informatieInformatie over de deelnemers
Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals
Nadere informatieTTALIS. Maatschappelijke waardering door de ogen van de. leraar en de samenhang met leraar- en schoolkenmerken
Maatschappelijke waardering door de ogen van de TTALIS leraar en de samenhang met leraar- en schoolkenmerken Bevindingen uit de Teaching And Learning International Survey (TALIS) 2013 IN FOCUS Faculteit
Nadere informatiePeiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso + Vergelijking met ICCS 2016
Peiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso + Vergelijking met ICCS 2016 Inspiratiedag PAV sessie 5 7 december 2017 Margo Vandenbroeck Overzicht DEEL 1 Peiling burgerzin
Nadere informatieProfiel en tevredenheid van uitzendkrachten. In samenwerking met
Profiel en tevredenheid van uitzendkrachten. 2012 In samenwerking met 1 547.259 uitzendkrachten 547.259 motieven 2 Inhoudstafel 1. Uitzendarbeid vandaag 2. Doel van het onderzoek 3. De enquête 4. De verschillende
Nadere informatiePascal Smet reageert op gebrek aan kennis in onderwijs - Belg...
Pascal Smet reageert op gebrek aan kennis in onderwijs (http://www.knack.be/auteurs/simon-demeulemeester/author- Simon Demeulemeester demeulemeester/author-4000174167085.htm) woensdag 23 januari 2013 om
Nadere informatieAantal instromende studenten tussen 2010 2014 gedaald. Figuur 1: Ontwikkeling instroom lerarenopleidingen 2010 2014. 1
Het aantal studenten dat start met een opleiding tot leraar basisonderwijs, leraar speciaal onderwijs of leraar voortgezet onderwijs is tussen en afgenomen. Bij de tweedegraads en eerstegraads hbo-lerarenopleidingen
Nadere informatieVan mbo en havo naar hbo
Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied
Nadere informatieDE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS
DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS Dockx J., De Fraine B., & Stevens E. DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS
Nadere informatieFiguur 1: Aantal gediplomeerde studenten lerarenopleidingen studiejaar 2004-2008 (bronnen: hbo-raad en vsnu, bewerkt door sbo)
Aantal gediplomeerden aan de lerarenopleidingen in Nederland Ondanks huidige en verwachte lerarentekorten is er geen sprake van een substantiële groei van aantal gediplomeerden aan de verschillende lerarenopleidingen.
Nadere informatieGenderverhouding in de Faculteit Ingenieurswetenschappen (FirW): academiejaren en
Genderverhouding in de Faculteit Ingenieurswetenschappen (FirW): academiejaren 2003-2004 en 2004-2005 Auteur: Sabine VAN HUFFEL Op 30 maart 2000 organiseerden de mainstreaming-promotoren prof.dr.ir.sabine
Nadere informatieDe Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer
De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer Holebi s & transgenders als collega s DIENST DIVERSITEITSBELEID Resultaten online enquête Om de situaties van homo s, lesbiennes, biseksuelen (holebi
Nadere informatieBediende in de logistieke sector: kansen voor vrouwen?
Bediende in de logistieke sector: kansen voor vrouwen? Welke percepties leven er bij werknemers en studenten omtrent de logistieke sector? Lynn De Bock en Valerie Smid trachten in hun gezamenlijke masterproef
Nadere informatieSAMEN TOT AAN DE MEET: Vormingsmoment
SAMEN TOT AAN DE MEET: Vormingsmoment Individueel reflectiemoment - Hoeveel leerlingen met schoolse vertraging heb ik in mijn klas? - Wie zijn dat? - Hoeveel keer zijn ze blijven zitten? - Wat is de reden
Nadere informatieModernisering secundair onderwijs
Modernisering secundair onderwijs Prof. dr. Lieven Boeve Directeur-generaal Naam van de spreker of dienst 1 Om de kwaliteit van onderwijs te bewaken en te verbeteren Onderwijs is niet in crisis maar er
Nadere informatieMobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren
Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie
Nadere informatieOnderwijs SAMENVATTING
Onderwijs SAMENVATTING 88.343 leerlingen basis- en secundair onderwijs schooljaar 2016-2017 In verhouding meer leerlingen TSO (bijna 1 op 4 van de lln. SO) en BSO (1 op 5) dan Vlaanderen 17.820 studenten
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatienr. 582 van VERA CELIS datum: 23 juni 2017 aan HILDE CREVITS Hogere Instituten voor Opvoedkunde (HIVO) - 3-jarige opleidingen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 582 van VERA CELIS datum: 23 juni 2017 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Hogere Instituten voor Opvoedkunde (HIVO)
Nadere informatieHet basisonderwijs en het secundair onderwijs in V laanderen onder de genderloep
De RoSa-factsheets maken u wegwijs in het gelijke kansenlandschap in Vlaanderen. Telkens wordt er op een bepaald terrein nagegaan wat de situatie is. Zowel bredere thema s als meer specifieke krijgen aandacht,
Nadere informatiepeiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso
peiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso colloquium 7 juni 2017 dr. Eef Ameel overzicht de peiling burgerzin en burgerschapseducatie beschrijving van de steekproef
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatieICCS-Vlaanderen 2016 Internationaal vergelijkend onderzoek burgerschapseducatie. Koninklijk Atheneum E. Hiel, Schaarbeek, 7 november 2017
ICCS-Vlaanderen 2016 Internationaal vergelijkend onderzoek burgerschapseducatie Koninklijk Atheneum E. Hiel, Schaarbeek, 7 november 2017 ICCS = internationaal vergelijkend onderzoek bij 2de jaar secundair
Nadere informatieFACTS & FIGURES Bibliotheekbezoek Franne Mullens
Inleiding Uit onderzoek blijkt dat vooral jongeren hun weg vinden naar de bibliotheek. 65% van alle jongeren onder de 18 jaar bezochten in hun vrijetijd de bibliotheek en ze waren zo goed als allemaal
Nadere informatieAl spelend leren: onderzoek naar de educatieve (meer)waarde van computergames in de klas Project Ben de Bever
Al spelend leren: onderzoek naar de educatieve (meer)waarde van computergames in de klas Project Ben de Bever 2010-2011 Een onderzoek van: Universiteit Gent Katarina Panic Prof. Dr. Verolien Cauberghe
Nadere informatiePartnerkeuze bij allochtone jongeren
Partnerkeuze bij allochtone jongeren Inleiding In april 2005 lanceerde de Koning Boudewijnstichting een projectoproep tot voorstellen om de thematiek huwelijk en migratie te onderzoeken. Het projectvoorstel
Nadere informatieHoe zie jij je loopbaan? Dat was de centrale vraag
IN DE FOCUS Isabel Rots Grote COV-enquête:? Hoe tevreden zijn COV-leden met hun job? Hoe zie jij je loopbaan? Dat was de centrale vraag in de grote COV-enquête. We informeerden je al eerder over de resultaten
Nadere informatieNieuwsbrief. Interactieve werkvormen in de klaspraktijk. Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk
Interactieve werkvormen in de klaspraktijk Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk Lia Blaton, medewerker Onderzoek naar onderwijspraktijk In het kader van de opdracht van het Steunpunt Gelijke Onderwijskansen
Nadere informatieDe jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA
De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.
Nadere informatieProfilering derde graad
De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,
Nadere informatieJongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens
Resultaten HBSC 14 Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van
Nadere informatieVroege schoolverlaters in Vlaanderen Evolutie van de ongekwalificeerde uitstroom tot 2007 Samenvatting. G. Van Landeghem, M. Goos & J.
Vroege schoolverlaters in Vlaanderen Evolutie van de ongekwalificeerde uitstroom tot 2007 Samenvatting G. Van Landeghem, M. Goos & J. Van Damme Vroege schoolverlaters in Vlaanderen Evolutie T van de ongekwalificeerde
Nadere informatieVlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.10 - Juli
Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.10 - Juli 2008-77- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS
Nadere informatieTwee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot G. Van Landeghem & J. Van Damme
Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot 2009 G. Van Landeghem & J. Van Damme Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon T lager onderwijs tot 2009 Auteurs:
Nadere informatieOnderzoek De Lee & De Volder -> schriftelijke vragenlijst voor BaO (L4-5-6)
Online welbevindenvragenlijst met 28 stellingen Onderzoek De Lee & De Volder -> schriftelijke vragenlijst voor BaO (L4-5-6) - Leerlingen een stem geven bij de doorlichtingen en kwaliteitsbeleid - Zicht
Nadere informatieOBPWO Wiskunde in de secundaire schoolloopbaan
OBPWO 00.10 Wiskunde in de secundaire schoolloopbaan Promotoren: Marlies Lacante, Willy Lens en Dirk Janssens (K.U. Leuven) Samenvatting In opdracht van het Ministerie van Onderwijs werd bij ongeveer 3300
Nadere informatieGeneration What? 1 : Etnisch vooroordeel
Generation What? 1 : Etnisch vooroordeel Onze samenleving wordt steeds diverser. De studiedienst van de Vlaamse Regering berekende dat begin 2013 ca. 18% van de inwoners van het Vlaamse Gewest van vreemde
Nadere informatie5. Onderwijs en schoolkleur
5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone
Nadere informatieProfilering derde graad
De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,
Nadere informatieEvaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013
Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.
Nadere informatieWat vinden Vlamingen belangrijk in hun werk?
Motivatie en welzijn Wat vinden Vlamingen belangrijk in hun werk? SERV. 2012. Arbeidsethos en arbeidsoriëntaties op de Vlaamse arbeidsmarkt 2007-2010. Informatiedossier. Brussel: SERV Stichting Innovatie
Nadere informatieVlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147-
Vlaams Parlement Vragen en Antwoorden Nr.2 November 2008 47 VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTERPRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS
Nadere informatieSecundair Onderwijs. Structuur van het rapport. De vraag naar leraren. Arbeidsmarktrapport Basisonderwijs Secundair onderwijs
VVKSO CODIS/DOC/11/09 2011-02-07 Arbeidsmarktrapport 2010 Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Departement Onderwijs en Vorming Secundair Onderwijs Basisonderwijs Secundair onderwijs Structuur van
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatieProfilering derde graad
De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,
Nadere informatiebasisonderwijs: overzicht in cijfers
basisonderwijs: overzicht in cijfers Schooljaar 2007-2008 Ellen Schryvers Samenvatting verkennende analyse basisscholen en leerlingen in Antwerpen, schooljaar 2007-2008 voor het Lokaal Overlegplatform
Nadere informatie> VSK-PEILING OVER STRESS OP SCHOOL 5964 leerlingen over de oorzaken en gevolgen van schoolstress Scholierencongres (18 februari 2017)
> VSK-PEILING OVER STRESS OP SCHOOL 5964 leerlingen over de oorzaken en gevolgen van schoolstress Scholierencongres (18 februari 2017) < verwijder geen elementen boven deze lijn; ze bevatten sjabloon -instellingen
Nadere informatieVII MICTIVO 1 versus MICTIVO 2
VII MICTIVO 1 versus MICTIVO 2 1. Inleiding... 524 2. Basisonderwijs... 526 2.1. Evoluties in de infrastructuur... 526 2.2. Evoluties in andere indicatoren... 533 3. Secundair onderwijs... 549 3.1. Evoluties
Nadere informatieBrussels Observatorium voor de Werkgelegenheid
Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen
Nadere informatieAnalyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen
Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten
Nadere informatieVraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL
VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL Geïntegreerde lerarenopleiding Aandacht
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale
Nadere informatieAandeel meisjes in de bètatechniek VMBO
Vrouwen in de bètatechniek Traditioneel kiezen veel meer mannen dan vrouwen voor een bètatechnische opleiding. Toch lijkt hier de afgelopen jaren langzaam verandering in te komen. Deze factsheet geeft
Nadere informatieOPVATTINGEN VAN LERAREN FRANS OVER LEREN EN INSTRUCTIE, HUN VAK EN INCLUSIEF ONDERWIJS
VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE ONDERZOEKSGROEP LERARENOPLEIDING & PROFESSIONELE ONTWIKKELING ONDERZOEKSGROEP BELEID EN LEIDERSCHAP IN ONDERWIJS (BELLON) OPVATTINGEN VAN LERAREN FRANS OVER LEREN EN INSTRUCTIE,
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatieKwalitatieve prestatieverschillen in de peiling wiskunde tweede graad algemeen secundair onderwijs Daniël Van Nijlen, Hanne Damen en Rianne Janssen
Kwalitatieve prestatieverschillen in de peiling wiskunde tweede graad algemeen secundair onderwijs Daniël Van Nijlen, Hanne Damen en Rianne Janssen Inhoud Inleiding Theoretisch kader Methode Resultaten
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatieHoofdstuk 3 : Secundair onderwijs. Deel 1 SCHOOLBEVOLKING. 3.1. Gewoon secundair onderwijs
Deel 1 SCHOOLBEVOLKING 1 Hoofdstuk 3 : Secundair onderwijs 3.1. Gewoon secundair onderwijs 3.1.3. Schoolse vorderingen en zittenblijven in het gewoon secundair onderwijs 118 Schooljaar 2013-2014 Schoolse
Nadere informatieICCS-Vlaanderen 2016 Internationaal vergelijkend onderzoek burgerschapseducatie
AR-COM SAMENLEVING-DOC-1718-032 ICCS-Vlaanderen 2016 Internationaal vergelijkend onderzoek burgerschapseducatie Ellen Claes, Marc Hooghe, Dorien Sampermans, Lies Maurissen, Greet Louw International Civic
Nadere informatieOverzicht van de behoeften aan wetenschappelijke en technologische beroepen
Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Overzicht van de behoeften aan wetenschappelijke en technologische beroepen 7 Juli 2010 Stéphane THYS Coördinator Opzet van de presentatie Studenten in wetenschappelijke
Nadere informatieGeneration What? 1 : Jongeren over Politiek
Generation What? 1 : Jongeren over Politiek De Generation What enquête peilde niet alleen naar de zogenaamd politieke opvattingen van jongeren, maar ook naar hun meer fundamentele houding tegenover het
Nadere informatieFacts & Figures: Ervaren discriminatie
Facts & Figures: Ervaren discriminatie 1. Inleiding De Vlaamse samenleving wordt steeds meer divers. Naast opportuniteiten brengt die evolutie ook grote uitdagingen met zich mee. Eén daarvan is dat ondanks
Nadere informatieOnderwijs en vorming. 1 73.609 leerlingen. Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse
Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Onderwijs en vorming Samenvatting 73.609 leerlingen (2012) 16.981 kleuters 26.537 kinderen in het lager
Nadere informatieSchoolverlaters bevraagd
sessie 3 De wereld op de stoep: Schoolverlaters bevraagd Lieven Tusschans Stad Gent Werk en Economie Dienst Werk Schoolverlaters bevraagd Europa 2020 (schoolverlaters, kwalificaties, werkloosheid) Dienst
Nadere informatieDiversiteit, hoger onderwijs, interculturaliteit, kansenongelijkheid, secundair onderwijs, schoolloopbanen
1. Referentie Referentie Duquet, N., Glorieux, I., Laurijssen, I. & Van Dorsselaer, Y. (2006). Wit krijt schrijft beter. Schoolloopbanen van allochtone jongeren in beeld. Antwerpen Apeldoorn: Garant. Taal
Nadere informatieAnnelies Knoppers Hoogleraar pedagogiek en didactiek van sport en lichamelijke opvoeding Universiteit Utrecht
Annelies Knoppers Hoogleraar pedagogiek en didactiek van sport en lichamelijke opvoeding Universiteit Utrecht Vragen stellen bij schijnbare vanzelfsprekendheden is een basisvoorwaarde voor wetenschappelijk
Nadere informatieJongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens
Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het zevende
Nadere informatie7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs
7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/
Nadere informatieDoen echte kerels er wel toe?
Doen echte kerels er wel toe? Effecten van het geslacht van leerkrachten op de prestaties, de houding en het gedrag van leerlingen Dr. Geert Driessen ITS Nijmegen www.geertdriessen.nl Paper Onderwijs Research
Nadere informatieONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B.
ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J. & De Fraine B. ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J.& De Fraine B. Promotor: B. De Fraine Research paper SONO/2018.OL1.1/09 Gent, januari 2018 Het Steunpunt
Nadere informatieSTEM monitor april 2015 RITA DUNON
STEM monitor 2015 30 april 2015 RITA DUNON Doelstellingen STEM-actieplan STEM-actieplan 2012-2020 streeft op middellange termijn naar: Meer starters en afgestudeerden in STEM-opleidingen en richtingen
Nadere informatieTTALIS. Leraren doorheen de loopbaan : deelname aan, intensiteit van en behoefte aan professionalisering
Leraren doorheen de loopbaan : TTALIS deelname aan, intensiteit van en behoefte aan professionalisering Bevindingen uit de Teaching And Learning International Survey (TALIS) 2013 IN FOCUS Inhoudsopgave
Nadere informatieVERKORTE TRAJECTEN extra ONDERWIJSVAK (SECUNDAIR ONDERWIJS)
VERKORTE TRAJECTEN extra ONDERWIJSVAK (SECUNDAIR ONDERWIJS) Voor wie? Je bent al leraar, maar je wil je onderwijsbevoegdheid uitbreiden? Dan ben je bij AP aan het juiste adres! De verkorte trajecten voor
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor
Nadere informatieTrends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013)
1 Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) 1. Arbeidsmarktstatus van de bevolking van 15 jaar en ouder in 1983 en 2013 De Belgische bevolking van
Nadere informatie