Raadsvoorstel. Onderwerp Vaststellen van de belastingtarieven en belastingverordeningen 2013.

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Vergadering : 18 december 2012 Voorstelnummer : Registratienummer : Portefeuillehouder : W. Hompe Afdeling : BBO/Financiën Bijlage(n) : 9 B&W-datum/nummer : 6 november 2012, nummer 9 20 november, nummer 14 Commissie/datum : Bestuur en Middelen, 4 december 2012 Onderwerp : Vaststellen belastingtarieven en belastingverordeningen Onderwerp Vaststellen van de belastingtarieven en belastingverordeningen Beslispunten Over te gaan tot vaststelling van de volgende belastingverordeningen. - "Verordening parkeerbelastingen gemeente Geldermalsen 2013". - "Verordening hondenbelasting gemeente Geldermalsen 2013". - "Verordening rioolheffing gemeente Geldermalsen "Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Geldermalsen 2013". - "Verordening marktgelden gemeente Geldermalsen 2013", - Verordening brandweerrechten gemeente Geldermalsen 2013, - "Legesverordening gemeente Geldermalsen 2013", - "Verordening onroerende-zaakbelastingen gemeente Geldermalsen 2013", - De extra legesopbrengsten, in verband met de aanpassing van de tarieven anders dan met 1,5%, in de Begroting 2013 te verwerken. Inleiding Een jaarlijks terugkerend ritueel is het aanpassen van de belastingtarieven voor het komende belastingjaar. De basis voor de aanpassing van de tarieven voor 2013 bestaat uit de volgende besluiten: - Voorjaarsnota 2011, vastgesteld in de raadsvergadering van 28 juni 2011, nummer 15; - Kaderstellende nota Lokale heffingen , vastgesteld in de raadsvergadering van 27 september 2011, nummer 1; - Kadernota 2012, vastgesteld in de raadsvergadering van 26 juni 2012, nummer 17; - Coalitieakkoord van 19 juni 2012, vastgesteld in de raadsvergadering van 28 juni 2012, nummer 4; - Programmabegroting 2013, inclusief aanvullende dekkingsmaatregelen, zoals per amendement gewijzigd vastgesteld in de raadsvergadering van 13 november 2012, nummer 4. 1

2 Daarnaast is het gebruikelijk dat de belastingverordeningen jaarlijks redactioneel worden getoetst aan de modellen van de VNG. Ook voor 2013 heeft deze toetsing plaats gevonden. In dit voorstel wordt per belasting of retributie aangeven welke tarieven met ingang van 1 januari 2013 dienen te worden aangepast. Ook treft u als raad in dit stuk nog het voorstel aan tot vaststelling van de voorlopige tarieven onroerende-zaakbelastingen Beoogd effect Invulling te geven aan de raadsbesluiten zoals deze zijn opgesomd in de inleiding, en daarnaast de betreffende verordeningen redactioneel actueel te houden. Argumenten Parkeerbelasting De kosten verbonden aan een naheffingsaanslag parkeerbelasting jaarlijks dienen te worden vastgesteld op het maximaal toelaatbare bedrag. Het wettelijk maximaal toelaatbare bedrag is voor 2013 bepaald op 56,--. Van de verhoging van de kostenopslag met 2,-- is slechts 1,-- verwerkt in de Programmabegroting De nog niet verwerkte extra opbrengst ad ,-- wordt in de Begroting 2013 verwerkt. Eveneens is bepaald dat de parkeervergunningtarieven over de jaren 2011, 2012 en 2013 ten opzichte van 2010 gefaseerd dienen worden verhoogd met 50%. Voor 2013 betekent dit een verhoging met 12%. Deze verhoging is verwerkt in onderdeel 2 van de tarieventabel. De extra opbrengst ad ,-- wordt in de Begroting 2013 verwerkt. Hondenbelasting De tarieven voor de 1 e, 2 e en voor iedere hond boven het aantal van twee worden verhoogd met een inflatiecorrectie van 1,5%. Het tarief voor een kennel wordt met 100,-- verhoogd. De tarieven 2013 zijn als volgt: l e hond 68,52; 2 e hond 96,60, 3 e en iedere volgende hond 96,60 en een kennel De tariefaanpassingen zijn al verwerkt in de Programmabegroting In het kader van de harmonisatie van de belastingverordeningen met de andere deelnemers binnen BSR, is er in artikel 3 een vrijstelling geschrapt. Het betreft hier de vrijstelling voor het africhten van politiehonden. Er is van deze vrijstelling nog nooit gebruikt gemaakt. Rioolheffing In het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP ) is vastgelegd de in 2012 geldende tarieven te verhogen met een percentage van 6%. Het basistarief voor 2013 komt hiermee op 270, per aansluiting. De overige tarieven worden in dezelfde verhouding aangepast. Het is ook voor 2013 weer wenselijk om vooraf de energiekostenvergoeding voor installaties en IBA's vast te stellen. Uitgaande van een inflatiecorrectie van circa 1,5% en een verhoging van de BTW met 2% wordt voorgesteld wordt om de vergoeding voor een installatie van 66,10 te verhogen naar 68,25 en die voor een IBA te verhogen van 46,25 naar 47,75. Deze wijziging is uitgewerkt in artikel 11 van de verordening. Uitgaande van 350 installaties en/of IBA's betekent deze verhoging een extra kostenpost van circa 700,--. Genoemd bedrag wordt in de Begroting 2013, ten laste van het Gemeentelijk Rioleringsplan, verwerkt. In het kader van de eerdergenoemde harmonisatie van de belastingverordeningen is in artikel 6, onder 2, opgenomen dat aanslagen van minder van 5,-- niet worden opgelegd. Aangezien er geen aanslagen voorkomen welke lager zijn dan 5,-- is dit slechts een redactionele wijzing zonder financiële gevolgen. 2

3 Lijkbezorgingsrechten Onder beslispunt 9.1 (blz. 41) van de kaderstellende nota is bepaald dat de tarieven voor 2013 met een inflatiecorrectie dienen te worden verhoogd. De in de tarieventabel opgenomen bedragen zijn als gevolg hiervan met 1,5% verhoogd. De tariefaanpassingen zijn al verwerkt in de Programmabegroting In onderdeel 4.5 van de tarieventabel behorende bij Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Geldermalsen 2012, zoals deze geldig is tot 31 december 2012, is als overgangsmaatregel opgenomen dat rechthebbenden van graven, uitgegeven voor bepaalde tijd en uitgegeven voor 1 januari 2012, de onderhoudsrechten begraafplaatsen eenmalig kunnen afkopen voor maximaal de duur van het verleende grafrecht. Aangezien deze overgangsmaatregel voor 2013 niet meer van toepassing is kan onderdeel 4.5 vervallen. In de aanloop naar het verzenden van de aanslagen onderhoudsrecht over 2012 (februari 2012) is er veel te doen geweest over de betaaltermijnen van de aanslagen. De aanslagen varieerden immers van 80,-- tot 1.360,--. Als gevolg hiervan is door de gemeenteraad op 28 februari 2012, nummer 5, besloten om de toen geldende betaaltermijn van 1 maand met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2012 te wijzigen is 3 betaaltermijnen van telkens 1 maand. In de loop van 2012 is gebleken dat het hanteren van 3 betaaltermijnen inefficiënt is en vooral bij het invorderen van de aanslagen leidt tot extra handelingen, wat ook weer extra correspondentie naar de rechthebbenden tot gevolg heeft. Aangezien het overgangsjaar 2012 voorbij is en het overgrote deel van de aanslagen, met betrekking tot de onderhoudsrechten 2013, (nu jaarbedragen van 81,--) zijn is de noodzaak van drie betaal-termijnen veel minder aanwezig. Voorgesteld word om te komen tot een tussenoplossing waarbij aanslagen/ gevorderde bedragen van 150,-- of minder in 1 betaaltermijn moeten worden voldaan, welke termijn vervalt 2 maanden na de dagtekening van de aanslag/schriftelijke kennisgeving. De bedragen van meer dan 150,-- moeten worden betaald in 3 betaaltermijnen waarvan de 1e termijn vervalt een maand na de dagtekening van de aanslag/schriftelijke kennisgeving en elk van de volgende termijn telkens een maand later. Bovengenoemde aanpassingen zijn verwerkt in artikel 10 van de betreffende verordening. Marktgelden In de kaderstellende nota is bepaald dat de tarieven met ingang van 2012 jaarlijks dienen te worden verhoogd met een inflatiecorrectie. In afwijking hiervan is in de Kadernota en het nieuwe coalitieakkoord, als dekkingsvoorstel voor het nadelige begrotingssaldi , aangegeven dat er een bedrag van ,-- extra aan marktgelden dient te worden gerealiseerd, en dat er gestreefd moet worden naar kostendekkende tarieven. Uitgaande van de oorspronkelijk voor 2013 geraamde inkomsten aan marktgelden ad ,-- betekent de extra opbrengst van ,-- een verhoging van de tarieven, zoals opgenomen in hoofdstuk 1 van de tarieventabel, van circa 81%. Aangezien er in de kosten, zoals deze opgenomen zijn in de begroting 2013, ook een beperkt bedrag aan elektrakosten en uren van de afdeling RB (buitendienst) zijn opgenomen, welke betrekking hebben op de markt in Beesd, is het niet realistisch om te streven naar een volledige kostendekkendheid. Wanneer er de komende jaren voordelige financiële fluctuaties optreden waardoor er sprake zou kunnen zijn van een overdekking, dan betekent dit dat de dan geldende tarieven weer naar beneden moeten worden bijgesteld. Hierdoor ontstaan dan niet gewenste fluctuerende tarieven. De in hoofdstuk 2 van de tarieventabel opgenomen bedragen (zijnde een bijdrage in de energiekosten) zijn voor 2013 wel met de inflatiecorrectie van 1,5% verhoogd. De extra opbrengsten zijn al verwerkt in de Programmabegroting Op basis van deze begroting bedraagt het dekkingspercentage voor 2013 circa 92%. 3

4 Vermeld wordt nog, dat de aanpassing van de tarieven op 29 oktober 2012 in de vergadering van de marktadviescommissie ter kennisname is gebracht. Brandweerrechten In de kaderstellende nota is bepaald dat de tarieven voor 2013 met een inflatiecorrectie dienen te worden verhoogd. De in de tarieventabel opgenomen bedragen zijn als gevolg hiervan met 1,5% verhoogd. Aangezien er voor deze rechten in de Programmabegroting 2013 geen opbrengsten zijn geraamd heeft deze verhoging geen financiële gevolgen. Gemeentelijke Leges In de kaderstellende nota is bepaald dat de legestarieven jaarlijks dienen te worden aangepast met een inflatiecorrectie. De tarieven worden op basis van de vastgestelde Programmabegroting 2013 verhoogd met een inflatiecorrectie van 1,5%. De toepassing van de inflatiecorrectie is of al verwerkt in de Programmabegroting 2013, of is slechts van geringe omvang zodat dit nagenoeg geen financieel effect voor 2013 heeft. Gelet op de grote hoeveelheid producten welke in de tarieventabel is opgenomen en rekening houdende met andere besluiten, welke afwijkend zijn op de hierboven genoemde procentuele verhoging, wordt hieronder per titel en per hoofdstuk in het kort aangegeven waar de afwijkingen zich bevinden. De (extra) legesopbrengsten, als gevolg van de aanpassing van een aantal tarieven worden verwerkt in de Begroting Titel 1 Algemene dienstverlening De tarieven zoals genoemd in de hoofdstukken 1, 7, 8, 10, 12, 15, 18 en 19 zijn enkel verhoogd met de eerder genoemde inflatiecorrectie van 1,5%. Hoofdstuk 2. (Reisdocumenten) In verband met Europese regelgeving is het sinds 24 juni 2012 niet meer mogelijk om kinderen in de paspoorten van de ouder(s) of voogd bij te schrijven. Als gevolg hiervan zijn de (oude) onderdelen 2.1.4, en vervallen. Het (oude) onderdeel is vervangen door een nieuw tarief voor het aanbrengen van een wijziging in een paspoort. Hiervoor is een tarief opgenomen van 15,--. Aangezien deze handelingen maar sporadisch voorkomen is hiervoor geen extra opbrengst aan leges geraamd. Als gevolg van het vervallen van een aantal (oude) onderdelen zijn de overige onderdelen vernummerd. Op 1 januari van elk jaar worden de bedragen voor reisdocumenten geïndexeerd opdat gemeenten kostenstijgingen in hun leges kunnen doorberekenen. In de maximum tarieven is dit jaar een lichte verhoging van de rijksleges doorgevoerd. De gemeentelijke leges zijn bij de maximum tarieven met 1,5% verhoogd. Vermeld wordt nog, dat het besluit tot wijziging van het Besluit Paspoortgelden momenteel voor advies voorligt bij de Raad van State van het Koninkrijk. De kans dat de betreffende bedragen naar aanleiding van het advies van de Raad van State van het Koninkrijk wijzigen, is gering. Mocht dit wel het geval zijn, dan zullen de nieuwe tarieven, zo snel mogelijk, via een apart voorstel aan uw raad worden voorgelegd. De maximum tarieven voor 2013 als bedoeld in de onderdelen 2.1.1, 2.1.2, 2.1.3, , en zijn, als gevolg van de verhoging van de rijksleges, verhoogd. De vrije tarieven in de onderdelen , , en zijn met een inflatiecorrectie van 1,5% verhoogd. Vermeld wordt nog, dat de Raad van State van mening is dat het op dit moment niet wenselijk is om de geldigheidsduur voor nieuwe reisdocumenten voor volwassenen met 5 jaar te verlengen tot 10 jaar. 4

5 De aanpassing van de gemeentelijke leges (met 1,5%) met betrekking tot de hierboven genoemde onderdelen levert voor 2013 de volgende extra opbrengsten aan leges op: * afgeven paspoorten x 0,42 = 1.050,-- * afgeven Nederlandse identiteitskaart (jeugd) 850 x 0,40 = 340,-- * afgeven Nederlandse identiteitskaart (volwassenen) x 0,40 = 800,-- * vermissingen 200 x 0,60 = 120,-- * spoedbehandelingen 100 x 0,42 = 42,-- De aanpassing van de tarieven, als bedoeld in dit hoofdstuk, is niet verwerkt in de Programmabegroting Het totale bedrag aan extra leges ad ,-- wordt in de Begroting 2013 verwerkt. Hoofdstuk 3. (Rijbewijzen) Er loopt op rijksniveau al enige jaren de discussie om voor de rijbewijzen een maximum tarief vast te stellen. Deze wijziging is nog steeds in behandeling bij de Tweede Kamer (Kamerstukken 32766). Het maximum tarief wordt vervolgens geregeld in een nieuw artikel 49a van het Reglement rijbewijzen. Het is onduidelijk wanneer dit wetgevingstraject wordt afgerond. De verwachting is niet dat het maximum tarief al op 1 januari 2013 ingaat. Aangezien er dus nog sprake is van een vrij tarief zijn de in de onderdelen en opgenomen tarieven, net als de andere vrije tarieven, eveneens met 1,5% verhoogd. Het rijksdeel voor het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs is voor 2013 verhoogd van 9,50 naar 9,70. Het rijksdeel voor een spoedaanvraag is voor 2013 verhoogd van 33,50 naar 34,10. Beide verhogingen zijn voor 2013 meegenomen in de tarieven zoals opgenomen in de onderdelen en De tariefaanpassingen leveren voor 2013 de volgende extra opbrengsten aan leges op: * afgeven rijbewijzen x 0,55 ( 0,75 -/- 0,20) = 1.705,-- * vermissingen e.d. 150 x 0,60 = 90,-- * spoedbehandelingen 150 x 0,50 ( 1,10 -/- 0,60) = 75,-- * eigen verklaringen niet via internet 500 x 0,35 = 175,-- * eigen verklaringen via internet 100 x 0,35 = 35,-- De aanpassing van de tarieven als bedoeld in dit hoofdstuk is niet verwerkt in de Programmabegroting Het totale bedrag aan extra leges ad ,-- wordt in de Begroting 2013 verwerkt. Hoofdstuk 4. (verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) In de onderdelen 4.1 en 4.2 is er sprake van wettelijke tarieven welke, voor zover op dit moment bekend, voor 2013 niet zullen worden aangepast. Het tarief opgenomen in onderdeel 4.3 is voor 2013 met 1,5% verhoogd. Hoofdstuk 6. (verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens) Ook hier is er sprake van wettelijke tarieven waarvan er voor 2013 een aantal is aangepast. De tarieven in de onderdelen (eerste regel), en zijn niet aangepast. De tarieven in de onderdelen (tweede regel) en zijn van 4,50 verhoogd naar 5,--. Het tarief in onderdeel is op basis van artikel 4 van het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wpb onveranderd gebleven. Genoemde verhogingen hebben nagenoeg geen gevolgen voor de opbrengst aan leges. 5

6 Hoofdstuk 9. (overige publiekszaken) De in de onderdelen 9.1.1, en 9.5 opgenomen tarieven zijn met 1,5% verhoogd. Het tarief opgenomen in onderdeel 9.3 is onveranderd gebleven. Het wettelijke tarief opgenomen in onderdeel 9.4 is voor 2013 gelijk aan dat van Hoofdstuk 16. (kansspelen) De in de onderdelen en genoemde tarieven zijn wettelijke tarieven. Het tarief in onderdeel blijft op het niveau van 2012, terwijl het tarief in onderdeel voor 2013 is verhoogd naar 34,--. Het vrije tarief genoemd in onderdeel 16.2 is voor 2013 met 1,5% verhoogd. De verhoging van het wettelijke tarief in onderdeel levert voor 2013 ongeveer 115,-- aan extra leges op. Genoemd bedrag wordt in de Begroting 2013 verwerkt. Hoofdstuk 20. (diverse) De op basis van dit hoofdstuk geheven tarieven zijn voor 2013 met de inflatiecorrectie van 1,5% verhoogd. Naast deze aanpassingen heeft er in een aantal onderdelen ook een redactionele aanpassing plaatsgevonden. In onderdeel is de tekst één jaar vervangen door onbepaalde tijd, dit op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening (A.P.V.). In onderdeel 20.7 is de tekst uitgebreid met de tekst zoals deze vermeld wordt in (oud) onderdeel 2.1.1, vallende onder titel 3, hoofdstuk 2. Aangezien de A.P.V. geen onderscheidt meer maakt tussen optocht, feest, wedstrijd en de algemene term evenement is er geen reden om twee tarieven te hanteren voor het aanvragen van een evenementenvergunning. De teksten in de onderdelen 20.7 en zijn samengevoegd tot één tekst. Het financiële effect van deze aanpassing is zo gering (ongeveer 50,--) dat het niet wenselijk is om dit bedrag te verwerken in de Begroting Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning De in deze titel opgenomen tarieven zijn ten opzichte van 2012 nagenoeg allemaal met een inflatiecorrectie van 1,5% verhoogd. In een aantal hoofdstukken heeft een redactionele aanpassing plaatsgevonden en zijn de tarieven anders dan met de inflatiecorrectie aangepast. Deze hoofdstukken worden hieronder nader toegelicht. Hoofdstuk 1. (begripsomschrijvingen) Op 1 april 2012 is het Bouwbesluit 2012 in werking getreden. Als gevolg hiervan is er voor het slopen van een bouwwerk geen vergunning meer vereist en kan in nagenoeg alle gevallen worden volstaat met een sloopmelding. De begripsomschrijving van de sloopkosten zoals vermeld in onderdeel kan vervallen. Hoofdstuk 2. (vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag) In dit hoofdstuk is een nieuw onderdeel toegevoegd. Het (oude) onderdeel is vernummerd naar Het komt steeds vaker voor dat bij een vooroverleg er door de gemeente advies moet worden ingewonnen bij een externe deskundige. Aangezien deze kosten niet zijn opgenomen in het tarief zoals vermeld in onderdeel verdient het aanbeveling om deze kosten expliciet als externe kosten te benoemen. In de Programmabegroting 2013 is onder het product bouwvergunningen/ meldingen ( /34265) al rekening gehouden met een kostenpost van ,--. Door deze kosten als externe kosten te benoemen is het mogelijk om deze kosten door te berekenen, zodat er voor 2013 een extra legesopbrengst gegenereerd wordt van naar verwachting ,--. Deze extra opbrengst wordt verwerkt in de Begroting

7 Hoofdstuk 3 (omgevingsvergunningen) In dit hoofdstuk wordt alles geregeld met betrekking tot het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning. Per onderdeel volgt hieronder daar waar nodig een korte toelichting. - Onderdeel t/m (welstandstoets). De tarieven van het Gelders Genootschap zijn voor 2013 gewijzigd. Op grond hiervan zijn de tarieven in de betreffende onderdelen enigszins verhoogd. Aangezien er hier sprake is van het doorberekenen van externe kosten heeft deze aanpassing geen financiële gevolgen. - Onderdeel (advisering derden). Dit is een nieuw onderdeel. Het komt steeds vaker voor dat bij een aanvraag van een omgevingsvergunning er door de gemeente advies moet worden ingewonnen bij een externe deskundige. Aangezien deze kosten niet zijn opgenomen in het tarief zoals vermeld in de onderdelen t/m verdient het aanbeveling om deze kosten expliciet als externe kosten te benoemen. In de Programmabegroting 2013 is onder het product bouwvergunningen/meldingen ( /34265) al rekening gehouden met een totale kostenpost van ,--. De externe kosten en de extra opbrengsten zijn al meegenomen bij de aanpassing in hoofdstuk 2. - Onderdeel (sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht). De tekst in onderdeel is redactioneel aangepast. De activiteit slopen is overeenkomstig de Wabo en het Bouwbesluit 2012 geen activiteit meer waarvoor een omgevingsvergunning kan worden aangevraagd en kan bijna altijd worden afgedaan met een sloopmelding. Indien men wil slopen is dit vergunningsvrij behoudens als naar redelijke inschatting de hoeveelheid sloopafval meer dan 10 kubieke meter zal bedragen, of als er asbest bij aanwezig is. In de onderdelen en is het woord aanvraag vervangen door melding. De financiële gevolgen van het nieuwe bouwbesluit zijn al meegenomen in de Programmabegroting Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallende onder titel 2 De tarieven opgenomen in deze titel zijn voor 2013 met een inflatiecorrectie van 1,5% verhoogd. Naast de inflatiecorrectie zijn de volgende hoofdstukken ook redactioneel aangepast. Hoofdstuk 1 ( horeca) De tekst in onderdeel is redactioneel aangepast. De reden hiervoor is dat de nieuwe Drank- en Horecawet (per 1 januari 2013) een tweede wijzigingsmogelijkheid aangeeft. Naast de verandering van de inrichting is nu ook de komst van een nieuwe leidinggevende/bedrijfsleider een reden om een gewijzigde vergunning aan te vragen. Hoofdstuk 2 ( organiseren evenementen of markten) Het (oude) onderdeel is vervallen. Deze (oude) tekst is samengevoegd in onderdeel 20.7, vallende onder titel 1, hoofdstuk 20. Als gevolg hiervan zijn de overige onderdelen vernummerd. Hoofdstuk 7 (diversen) Het Besluit inrichting en gebruik van niet aangewezen luchtvaartterreinen is vervallen, een verklaring van geen bezwaar wordt nu afgegeven op basis van artikel 8a.50 van de Wet Luchtvaart. Het financiële effect van bovengenoemde aanpassingen binnen deze titel is zo gering (ongeveer 50,--) dat het niet wenselijk is om dit bedrag te verwerken in de Begroting

8 Onroerende-zaakbelastingen Over het belastingjaar 2013 zal de gemeente onroerende-zaakbelastingen heffen op basis van de in de loop van 2012, door de BSR, bepaalde nieuwe WOZ-waarden. Op dit moment zijn de nieuwe WOZ-waarden nog niet beschikbaar. De nieuwe WOZ-waarden zijn gebaseerd op de waardepeildatum 1 januari De oude WOZwaarden (geldend voor het jaar 2012) zijn gebaseerd op de waardepeildatum 1 januari De BSR geeft aan op dit moment nog geen inzicht te hebben in het stijgings/dalingspercentage van de woningen en niet-woningen ten opzichte van de vorige waardepeildatum. Het stijgings/dalingspercentage is van cruciaal belang bij het berekenen van de OZB-tarieven voor Uitgaande van een gelijkblijvende belastingdruk voor eigenaren van woningen en eigenaren/gebruikers van niet-woningen worden de tarieven voor 2013 gecorrigeerd met het stijgings/dalingspercentage voor deze categorieën. In de kaderstellende nota is opgenomen dat de waardestijging van onroerende zaken niet mag leiden tot een meeropbrengst OZB. Aangezien de gemeente op dit moment geen reële inschatting kan maken met betrekking tot de waardeontwikkelingen is het op dit moment niet mogelijk om een onderbouwd stijgings/of dalingspercentage voor beide categorieën toe te passen. De gemeenteraad moet echter wel voor 1 januari 2013 de OZB-tarieven vaststellen waarbij er rekening mee moet worden gehouden dat bij een verkeerde inschatting van de stijgings/dalingspercentages er geen wettelijke mogelijkheden zijn om met terugwerkende kracht (dus na 1 januari 2013) de OZB tarieven nog naar boven bij te stellen. Het is wel mogelijk om met terugwerkende kracht de OZB-tarieven te verlagen. Het bovenstaande betekent dat het wenselijk is om in de raadsvergadering van 18 december 2012 de voorlopige OZB-tarieven 2013 vast te laten vaststellen, waarbij een veilige marge wordt aangehouden voor de nog onbekende waardeontwikkelingen van de woningen en de niet-woningen. Hiermee wordt voorkomen dat bij tegenvallende waardeontwikkelingen er, niet gewenste, lagere OZB-opbrengsten worden gerealiseerd dan opgenomen in de vastgestelde Begroting Voorgesteld wordt om voor de waardeontwikkeling voor de woningen een veilige marge aan te houden van een waardedaling met 8%. Voor de niet-woningen wordt een marge aangehouden van een waardedaling met 15%. Tijdens de behandeling van de Voorjaarsnota 2011, is bij amendement beslist dat de ozb-tarieven, voor de periode , naast de inflatiecorrectie, jaarlijks met 5% worden verhoogd. In de door uw raad op 29 mei 2012, onder nummer 12, vastgestelde Bloesemrapportage 2012 is vastgelegd dat in het meerjarenperspectief, voor 2013, al rekening is gehouden met een ozb-verhoging van 5% per jaar. In de vastgestelde Kadernota 2012 en Coalitieakkoord 2012 van 19 juni 2012 is opgenomen dat het voornemen bestaat om voor 2013 (naast de verhoging van 6,5%) een extra opbrengst aan onroerende-zaakbelastingen te genereren van ,--. Tijdens de behandeling van de aanvullende dekkingsmaatregelen met betrekking tot de Programmabegroting 2013 is door uw raad, door middel van een amendement, besloten om bovenop de reeds vastgestelde verhoging van 6,5% het tarief met 30% extra (inclusief de hiervoor genoemde verhoging uit het Coalitieakkoord 2012) extra te verhogen. Uw raad heeft tijdens de behandeling van de Programmabegroting 2013 ingestemd met deze verhogingen. In het (gewijzigde) meerjarig financieel dekkingsplan behorende bij de Begroting 2013 is met de extra verhogingen rekening gehouden. 8

9 Rekeninghoudende met de nog niet bekende nieuwe WOZ-waarden en de gewenste extra belastingopbrengsten is een aanpassing van de OZB tarieven voor 2013 noodzakelijk, met dien verstande dat in de raadsvergadering van 29 januari 2013 de OZB-tarieven voor 2013 zo nodig naar beneden zullen worden bijgesteld. Dit is mogelijk omdat de WOZ-beschikkingen/belastingaanslagen voor 2013 door BSR in de maand februari van 2013 worden verzonden. De in bijlage I opgestelde berekening van de voorlopige tarieven onroerende-zaakbelastingen 2013 heeft plaats gevonden in de volgende stappen: A. Voor de berekening van de voorlopige tarieven voor 2013 zijn de tarieven van 2012 omgekeerd evenredig gecorrigeerd met de fictieve dalingspercentages van de WOZ-waarden. B. De onder A berekende tarieven zijn verhoogd met de gewenste inflatiecorrectie van 1,5% en de 5% verhoging als gevolg van het amendement bij de Voorjaarsnota C. De onder B berekende tarieven zijn als gevolg van het bij de Programmabegroting 2013 vastgestelde amendement verhoogd met 30%. De hierboven toegelichte tariefaanpassingen leiden voor 2013 tot de volgende voorlopige tarieven: Eigenarenbelasting woningen 0,1035 % Eigenarenbelasting niet-woningen 0,2072 % Gebruikersbelasting niet-woningen 0,1692 % Kanttekening Wanneer niet wordt overgegaan tot het vaststellen van de nieuwe belastingverordeningen 2013 dan zullen de (oude) belastingverordeningen zoals die gelden voor 2012 ook van toepassing zijn voor Financiën Samenvattend levert de (extra)verhoging en de verlaging van de tarieven voor 2013 de volgende extra opbrengsten op: - parkeerbelasting 3.030,-- 1) - rioolheffing 700,-- 2) (negatief) - reisdocumenten 2.352,-- 1) - rijbewijzen 2.080,-- 1) - kansspelen 115,-- 1) - vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag ,-- 1) 1) Ten bate van het begrotingssaldo ,--. 2) Ten laste van Gemeentelijk Rioleringsplan 700,--. Genoemde bedragen worden in de Begroting 2013 verwerkt. De financiële gevolgen voortvloeiende uit de verhoging van de tarieven met 1,5% zijn of al verwerkt in de Programmabegroting 2013, of zijn slechts van geringe omvang zodat deze nagenoeg geen financieel effect voor 2013 hebben. 9

10 Uitvoering Communicate De vastgestelde belastingverordeningen te publiceren via de Centrale Voorziening Decentrale Regelgeving (CVDR). De betreffende belastingverordeningen op te nemen in de gemeentelijke verordeningenmap. De burgers en de bedrijven door middel van de gemeentelijke voorlichtingskolom op de hoogte te brengen van de bekendmaking. De belastingverordeningen digitaal beschikbaar te stellen op de site van de gemeente Geldermalsen. De stukken die op dit voorstel betrekking hebben liggen voor u in de raadsportefeuille ter inzage. Advisering raadscommissie(s) Voor het standpunt van de commissie Bestuur en Middelen wordt verwezen naar het ter inzage liggende advies. Burgemeester en wethouders van Geldermalsen, de secretaris, de burgemeester, J.C. Steurrijs Mevrouw dr. M.W.M. de Vries 10