Voor u gelezen. Een praktische toelichting op vier wetenschappelijke artikelen over begrijpend lezen > > > > X X X } } * * && & & & X X

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voor u gelezen. Een praktische toelichting op vier wetenschappelijke artikelen over begrijpend lezen > > > > X X X } } * * && & & & X X"

Transcriptie

1 ??? Voor u gelezen Een praktische toelichting op vier wetenschappelijke artikelen over begrijpend lezen ~ ~~~ X X X ~~~~ X X X X X?? * * * & & & && & & &? :::::? ::: * * * * * > > > >???

2

3 Voor u gelezen Een praktische toelichting op vier wetenschappelijke artikelen over begrijpend lezen Ontwikkeld ter gelegenheid van de KBL conferentie Begrijpend Lezen op 25 september

4 & # #???????? # & && & & & # # #

5 Over de hele wereld doen wetenschappers onderzoek naar begrijpend lezen. De resultaten van deze onderzoeken worden overwegend gepubliceerd in Engelstalige tijdschriften. Deze artikelen kunt u meestal alleen lezen als u lid bent van een universiteitsbibliotheek. Bovendien moet u allerlei Engels, wetenschappelijk jargon vertalen naar de dagelijkse praktijk van de klas en dat valt soms niet mee. Daarom introduceert het Kenniscentrum Begrijpend Lezen op haar website de rubriek Voor u gelezen. Regelmatig verschijnt in deze rubriek een bewerking van een wetenschappelijk artikel over begrijpend lezen. De adviseurs van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen selecteren de artikelen op bruikbaarheid voor de Nederlandse lespraktijk en lichten ze toe. Zodat u de resultaten van (inter)nationaal wetenschappelijk onderzoek kunt gebruiken in uw eigen lessen begrijpend lezen. De eerste toelichtingen op het werk van toonaangevende wetenschappers zijn voor u gebundeld in dit boekje. Als dit smaakt naar meer, bezoek dan regelmatig de vernieuwde website van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen: Het Kenniscentrum Begrijpend Lezen is een initiatief van de CED-Groep en een samenwerkingsverband tussen de CED-Groep, Sardes en het Brain & Cognition Lab van de Universiteit Leiden. 5

6 ^ ^ ^ ««««««««^ ^ ^ 6

7 Inhoudsopgave Pagina 9 Begrijpend lezen: wat doet ertoe? Voor u gelezen door Cees Hereijgens: McNamara, D.S. & Kendeou, P. (2011). Translating advances in reading comprehension research to educational practice. International Electronic Journal of Elementary Education, 4(1), Pagina 15 Begrijpend lezen: interactie tussen lezer en tekst Voor u gelezen door Astrid Kraal en Nadira Saab: Van den Broek, P. (2010). Using texts in science education: Cognitive processes and knowledge representation. Science, 328, Pagina 23 Beter begrijpend lezen: drie aanpakken vergeleken Voor u gelezen door Kees Broekhof: Clarke, P.J., Snowling, M.J., Truelove, E., & Hulme, C. (2010). Ameliorating children s reading comprehension difficulties : A randomized controlled trial. Psychological Science, 21(8), Pagina 29 Aandacht gewenst voor verschillen tussen zwakke begrijpend lezers. Voor u gelezen door Mirjam de Bruijne: McMaster, K.L., van den Broek, P.W., Espin, C.A., White, M.J., Rapp, D.N., Kendeou, P., Bohn-Gettler, C.M. & Carlson, S. (2012). Making the right connections: Differential effects of reading intervention for subgroups of comprehenders. Learning and Individual Differences, 22(1),

8 8

9 Begrijpend lezen: wat doet er toe? Cees Hereijgens ¹ Voor u gelezen: McNamara, D.S. & Kendeou, P. (2011). Translating advances in reading comprehension research to educational practice. International Electronic Journal of Elementary Education, 4(1), Het zat zo: op een warme zomerdag, een paar jaar geleden, stond ik na een aangenaam middagdutje op. Ik zette een kop koffie voor mezelf, en over de rand van mijn beker zag ik dat iedereen me raar aankeek en zijn lachen inhield. Toen ik bukte om mijn sandalen vast te gespen, ontdekte ik waarom: alle tien mijn teennagels waren glanzend rood gelakt. Wat is dit?, riep ik uit. Wie heeft mijn nagels gelakt? Achter de halfopen tuindeur klonk gegiechel, dat ik maar al te goed kende van voorgaande incidenten. Uit: Het zat zo van Meir Shalev Wat gebeurde er toen u bovenstaande tekst las? Wat ging er in uw hoofd om? Weet u nu of de ik-persoon een man of een vrouw is? En wat weet u van de daders? En hoe weet u dit? Wist u dit automatisch? En als u dit niet weet: wilt u dan de tekst nog eens lezen? Hoe komt het dat we kunnen achterhalen wat het geslacht van de ik-persoon is? Het staat niet in de tekst, maar wellicht zou het een man kunnen zijn. Er wordt gesproken over sandalen (is dat niet typisch voor een man?) iedereen kijkt raar (is dit vanwege 1 Cees Hereijgens werkt als onderwijsadviseur bij de CED-Groep en begeleidt scholen bij het opbrengstgericht werken aan onder andere begrijpend lezen. Hij is lid van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen. 9

10 de rode nagels?). Moet het daarom een man zijn, waarvan de nagels meestal nooit gelakt worden? En wijst het gegiechel achter de tuindeur op meisjes/tieners/dochters? Giechelen zij vaker dan anderen? Recente onderzoeken Wat u nu gedaan heeft, noemen McNamara en Kendeou inferenties maken: informatie afleiden uit een tekst die er niet impliciet instaat en verbanden leggen met eigen voorkennis of tussen onderdelen van de tekst. In het artikel dat hier wordt besproken bestempelen zij dit als één van de belangrijkste vaardigheden bij begrijpend lezen. Bij het maken van inferenties is het hebben en gebruiken van kennis van de wereld belangrijk. Als we weten dat sandalen vaak door mannen gedragen worden, dan weten we dat de ik-persoon een man moet zijn. Als je veel over een onderwerp weet, dan kun je teksten over dat onderwerp goed begrijpen. Daarnaast moet de wereldkennis ook daadwerkelijk gebruikt worden. Voor een les in begrijpend lezen betekent dit dat u als leerkracht de kennis over het onderwerp van de tekst bij uw leerlingen moet activeren. Voor het lezen van de tekst moet u aan uw leerlingen vragen wat weten jullie over dit onderwerp? Daardoor wordt de kennis die uw leerlingen hebben, geactiveerd en stijgt de kans dat deze ook gebruikt gaat worden voor het begrijpen van de tekst. Er is een belangrijk onderscheid tussen het leesproduct en het leesproces instructie moet met name gericht zijn op het leesproces. Wat speelt verder een rol? Naast het belang van het maken van inferenties noemen McNamara en Kendeou vier andere punten die van belang zijn voor het onderwijs in begrijpend lezen: Vaardigheden in begrijpend lezen ontwikkelen zich los van decodeervaardigheden (technisch lezen) en zijn al op jonge leeftijd, nog voordat kinderen beginnen met het leesproces te bepalen en te ontwikkelen. Er is een belangrijk onderscheid tussen het leesproduct en het leesproces instructie moet met name gericht zijn op het leesproces. 10

11 Begrijpend lezen is een interactie tussen de tekst, de lezer en de instructie. Als verbanden binnen een tekst dichtbij elkaar liggen is de tekst daardoor makkelijker te begrijpen, vooral voor zwakke lezers. Goede lezers hebben juist meer baat bij een tekst waarin de verbanden verder uit elkaar liggen. Hierdoor worden ze uitgedaagd om de ontbrekende informatie zelf af te leiden en in te vullen. Als een leerling weinig strategieën gebruikt, zal hij/zij een eenvoudige tekst wel kunnen begrijpen, maar slechts op een oppervlakkig niveau. Een moeilijkere tekst wordt door hem/haar slecht begrepen. Toetsen hebben hun tekortkomingen. Een toetsuitslag zegt iets over het product (bijvoorbeeld: welk niveau heeft het kind nu behaald), maar niets over het proces: hoe is dit kind tot een antwoord gekomen, welke vaardigheden heeft het gebruikt, leunde het op de aanwezige voorkennis of heeft het strategieën gebruikt? Er spelen bij het beantwoorden van toetsvragen begrijpend lezen zoveel vaardigheden een rol dat het onmogelijk is om op basis van de uitslag te weten welke van deze vaardigheden de leerling heeft ingezet om de vraag te beantwoorden. Hierdoor blijft ook onduidelijk welke vaardigheden de leerling niet ingezet heeft en welke eventueel nog extra aandacht behoeven. X X ~ ~~~ X ~~~~ X X X X X 11

12 Implicaties voor de onderwijspraktijk Voorkennis is dus zeer belangrijk bij het begrijpen van de tekst. Start daarom het lezen van een klassikale tekst met het activeren van de voorkennis: wat weet je al van het onderwerp? En stimuleer uw leerlingen dat ook steeds zelf te doen. Deze aanpak moet u niet alleen aan het begin van het lezen van de tekst hanteren ook tijdens het lezen van de tekst kunt u uw leerlingen stimuleren een koppeling te maken tussen de tekst en de kennis die ze hebben. Stop daartoe op gezette tijden het (hardop) lezen van de tekst en stel vragen waardoor de leerlingen na gaan denken, de kennis die zij hebben over het onderwerp gaan gebruiken en zij zo inferenties kunnen gaan maken. Je zou kunnen zeggen dat de tekst interactief wordt gelezen: u stelt vragen, leerlingen reageren hierop en leerlingen reageren op elkaar. Hierdoor ontdekken uw kinderen dat begrijpend lezen een actief denkproces is. U kunt er natuurlijk ook voor kiezen om daarnaast kinderen in tweetallen teksten te laten lezen, waarbij zij delen welke gedachten er bij hen opkomen bij het lezen van de tekst. Door deze werkwijze besteedt u aandacht aan het leesproces en niet alleen aan het product. McNamara en Kendeou vinden deze aandacht cruciaal voor het verbeteren van de begrijpend leesvaardigheden. Door steeds het onderwerp en de tekst aan de aanwezige kennis te koppelen, leren uw leerlingen dat dit moet en hoe dit moet. Doordat u vragen stelt (en deze strategie modelt), worden uw leerlingen geactiveerd om ditzelfde te doen. Daardoor stijgt de kans dat zij dit zelf ook gaan doen. Let bij het kiezen en schrijven van teksten op verbanden. Zwakke begrijpend lezers profiteren van teksten waarin verbanden duidelijk gelegd worden, bijvoorbeeld door het gebruik van relatie- en signaalwoorden (bijvoorbeeld zodat, waardoor, maar, en) en door elementen die verband met elkaar hebben dichtbij elkaar in de tekst te zetten.² 2 Zie hiervoor ook het volgende artikel in deze publicatie, van Astrid Kraal en Nadira Saab. 12

13 In de onderbouw McNamara en Kendeou pleiten voor een vroege start van het ontwikkelen van het leesbegrip. Concreet betekent dit dat bij het voorlezen in groep 1 en 2 kennis van de wereld, deze verbinden met de tekst en het maken van inferenties aan de orde kunnen en moeten komen. Hierdoor ontwikkelen de leerlingen vaardigheden die later bij begrijpend lezen van invloed zijn. Daarnaast leren ze dat je bij een verhaal nadenkt en dat kan leiden tot actiever (begrijpend) luisteren en later tot actiever lezen. Omdat kennis van de wereld zo n belangrijke invloed op het succes bij begrijpend lezen heeft, is het ontwikkelen hiervan zeer zinvol. Thema s in de onderbouw zouden dan altijd een wereldoriënterend karakter moeten hebben: bij de lente zouden bijvoorbeeld het meten van temperatuur en weerberichten tot de inhoud kunnen behoren

14

15 Begrijpend lezen: interactie tussen lezer en tekst Astrid Kraal en Nadira Saab³ Voor u gelezen: Van den Broek, P. (2010). Using texts in science education: Cognitive processes and knowledge representation. Science, 328, Het artikel is beschikbaar via de website van Science (eerst gratis account aanmaken): In het onderwijs zijn studieteksten een veelgebruikt middel om kennis over te brengen. Om te kunnen leren van een tekst, moet de tekst eerst begrepen worden. In het artikel van Paul van den Broek wordt besproken welke lezerskenmerken en tekstkenmerken een rol spelen bij het begrijpen van studieteksten. Begrijpend lezen Tijdens het lezen van een tekst, moeten lettercombinaties omgezet worden in woorden, moeten woorden tot zinnen worden gevormd, zinnen tot alinea s en alinea s tot een tekst. Dit proces omvat het technische gedeelte van het leesproces. Daarnaast moet de lezer om een tekst te begrijpen een samenhangende mentale representatie van de tekst maken. Bij een geslaagde samenhangende mentale representatie legt de lezer verbanden tussen verschillende elementen in de tekst én tussen tekstelementen en de eigen voorkennis. De lezer begrijpt de tekst wanneer de eigen voorkennis is geïntegreerd in de mentale representatie van de tekst. Hij heeft dan de tekst geïnterpreteerd. 3 Astrid Kraal en Nadira Saab werken beiden in het Brain & Education Lab van de Universiteit Leiden. Astrid Kraal is lid van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen en doet promotieonderzoek naar lees- en denkprocessen van goede en zwakke begrijpend lezers, onder begeleiding van prof. dr. Paul van den Broek. 15

16 Er is een verschil tussen een tekst begrijpen en leren van een tekst. Bij begrip speelt de voorkennis van de lezer een faciliterende rol. Voorkennis is belangrijk, want door voorkennis kan de lezer informatie in de tekst gemakkelijker begrijpen. Voorwaarde is wel dat de lezer de juiste verbanden legt tussen zijn voorkennis en de informatie in de tekst. Bij het leren van een tekst moet de lezer de tekst ook eerst begrijpen, maar daar bovenop verandert de voorkennis van de lezer. De gemaakte mentale representatie voegt nieuwe kennis toe aan de bestaande voorkennis en als de voorkennis onjuist is, wordt deze bijgesteld. Of lezers een tekst begrijpen of iets leren van een tekst hangt af van twee factoren: de capaciteiten van de lezer zelf en de kenmerken van de tekst. Het Landschap Model Of lezers een tekst begrijpen of iets leren van een tekst hangt af van twee factoren: de capaciteiten van de lezer zelf en de kenmerken van de tekst. Het Landschap Model 4 is het eerste model waarin het leesproces (wat er tijdens het lezen gebeurt) wordt gekoppeld aan het leesproduct (het resultaat van het lezen: de mentale representatie). Aan de hand van dit model kan bekeken worden welke lezerskenmerken en tekstkenmerken het opdoen van kennis door middel van studieteksten bevorderen, of juist belemmeren. 4 Van den Broek, P.W., Risden, K., Fletcher, C.R., & Thurlow, R. (1996). A landscape view of reading: Fluctuating patterns of activtion and the construction of a stable memory representation. In B.K. Britton & A.C. Graesser (Eds.), Models of understanding text (pp ). Hillsdale, NJ: Erlbaum. 16

17 Het Landschap Model Dit is een computersimulatie van het Landschap Model. Dit plaatje heeft betrekking op een verhaal over een ridder (knight) die een ontvoerde prinses moet redden uit de klauwen van een draak. Op de verticale as staan de verschillende tekstelementen (concepts) en op de horizontale as staan de zinnen (reading cycles). De pieken in het plaatje (A = Activation) geven op een schaal van 1 tot 5 de mate aan waarin een tekstelement wordt geactiveerd. Het getal 1 staat voor weinig activatie, het getal 5 voor veel activatie. Het resultaat is een soort landschap van activatie. Te zien is dat het tekstelement knight gedurende bijna het hele verhaal (zin 1, 2 en zin 5 t/m 13) in sterke mate geactiveerd is. De ridder speelt dus een centrale rol in dit verhaal. De tekst speelt hierin een sturende rol, maar iedere lezer heeft zijn eigen kenmerken en voorkennis en vormt daarmee zijn eigen, unieke landschap van activatie. 17

18 Kenmerken van de lezer Het leesproces wordt in het Landschap Model weergegeven als een continue wisselwerking tussen het werkgeheugen van de lezer en de behoefte van de lezer om samenhang aan te brengen in de tekst, om zo een mentale representatie van de tekst te kunnen maken. Vanwege de beperkte capaciteit van het werkgeheugen kunnen er maar een paar elementen uit de tekst tegelijk actief zijn in het werkgeheugen. Dit geldt ook voor de voorkennis van de lezer: slechts een deel van deze voorkennis kan tegelijkertijd geactiveerd zijn. Er worden dus steeds andere elementen van de tekst geactiveerd in het werkgeheugen en sommige elementen worden vaker geactiveerd dan andere. De elementen die vaker geactiveerd worden spelen voor de lezer een prominentere rol in de tekst dan andere elementen. De mate van aandacht die een lezer kan toebedelen aan tekstelementen hangt niet uitsluitend A A 18 van de capaciteit van het werkgeheugen af, maar ook van de beschikbare voorkennis. Bij veel relevante voorkennis worden meer tekstelementen geactiveerd en bij weinig voorkennis worden minder tekstelementen geactiveerd. Naast de lezerskenmerken, het werkgeheugen en voorkennis, hebben tekstkenmerken ook invloed op het verwerken van een tekst. Kenmerken van de tekst Om tot een geslaagde mentale representatie van een tekst te komen, moet een lezer enerzijds verbanden leggen tussen tekstelementen die bij elkaar horen, en anderzijds tussen tekstelementen en de eigen voor kennis. Om een tekst te begrijpen spelen twee typen verbanden een heel belangrijke rol: causale verbanden (bijvoorbeeld oorzaak-gevolg) en referentiële verbanden (zoals verwijswoorden). x A A x A A A x x A A x x x

19 Voorbeeld: De plant is helemaal verdord. Hij heeft wekenlang geen water gekregen. Deze zinnen hebben een referentieel verband (Hij in de tweede zin verwijst naar de plant in de eerste zin) en een causaal verband (verdord in de eerste zin hangt samen met wekenlang geen water gekregen in de tweede zin). Dit causale verband is impliciet, want er is geen signaalwoord dat het verband aangeeft. Bovendien is er voorkennis nodig om het verband te leggen: planten hebben water nodig om in leven te blijven. Zonder water drogen ze uit en gaan ze dood. Het werkgeheugen heeft een beperkte capaciteit en kan slechts een aantal elementen uit de tekst tegelijk actief houden. Daardoor is het voor een lezer gemakkelijker om samenhang aan te brengen tussen elementen die dicht bij elkaar staan in de tekst, dan tussen elementen die ver uit elkaar staan in de tekst. Elementen die ver uit elkaar staan zijn immers niet gelijktijdig geactiveerd in het werkgeheugen. De samenhang kan dan gemakkelijk over het hoofd worden gezien. Daarnaast kan de lay-out van een tekst een rol spelen bij het begrijpen van een tekst. Zo kunnen tussenkopjes structuur bieden en vet of cursief gedrukte woorden de aandacht richten op belangrijke elementen in de tekst. Implicaties voor de onderwijspraktijk Binnen het onderwijs kunnen studieteksten een sterk leermiddel zijn. De ideale tekst bestaat echter niet, omdat zwakke lezers andere behoeften hebben dan sterke lezers. Met name in gedifferentieerde instructie is het mogelijk en belangrijk om hier rekening mee te houden. Omdat zwakke lezers moeite hebben met het leggen van verbanden in een tekst, is een tekst waarbij samenhangende tekstelementen dicht bij elkaar in de tekst staan voor hen gemakkelijker te begrijpen dan een tekst waarbij die samenhangende tekst- 19

20 elementen ver uit elkaar staan. Daarnaast kan een leerkracht de lezer helpen bij het leggen van verbanden in de tekst door signaalwoorden te gebruiken: maak impliciete verbanden expliciet. Wees extra alert op causale verbanden (oorzaak-gevolg) en referentiële verbanden (verwijzingen), want deze verbanden zijn cruciaal voor een goed begrip van de tekst. De leerkracht kan de zwakke lezer ook helpen bij het leggen van verbanden tussen informatie uit de tekst en hun eigen voorkennis. Activeer die voorkennis en stimuleer de leerlingen om deze te koppelen aan de informatie in de tekst. Controleer of de voorkennis juist is, want het is lastiger om bestaande, onjuiste kennis te veranderen, dan om nieuwe kennis bij te brengen. En tenslotte is herhaling belangrijk: elementen die vaker genoemd worden, worden dus ook vaker geactiveerd in het werkgeheugen en daardoor beter onthouden. In tegenstelling tot zwakke lezers, kunnen sterke lezers juist baat hebben bij een minder goed samenhangende tekst. Als goede lezers namelijk weinig moeite hoeven te doen om een tekst te begrijpen, maken ze een minder goede mentale representatie dan wanneer ze wel moeite moeten doen om verbanden te leggen. Dit heeft als gevolg dat ze de informatie in de tekst minder goed onthouden. Bij een minder goed samenhangende tekst komen sterke lezers tot een sterkere, diepere mentale representatie. Tot slot geldt voor alle lezers dat hun aandacht niet gericht moet worden op overbodige plaatjes of anekdotes. Informatieve plaatjes kunnen helpen bij het begrijpen van de tekst, maar plaatjes en informatie die niet gerelateerd zijn aan de tekst zijn overbodig. Hoe leuk overbodige informatie ook kan zijn, deze leidt eigenlijk alleen maar af. En het werkgeheugen van een lezer heeft het al zwaar genoeg! 20

21 ::: ::: * * * & & & && & & & * * * 21

22 * * * & & & * && & & & * ±±±±±

23 Beter begrijpend lezen: drie aanpakken vergeleken Kees Broekhof 5 Voor u gelezen: Clarke, P.J., Snowling, M.J., Truelove, E., & Hulme, C. (2010). Ameliorating children s reading comprehension difficulties: a randomized controlled trial. Psychological Science, 21(8), Een tekst goed kunnen lezen vereist technisch lezen (decoderen) en taalbegrip. Sommige kinderen kunnen teksten wel accuraat decoderen, maar komen niet tot begrip van de tekst. De vraag is hoe je deze kinderen het best kunt helpen. Clarke en collega s beschrijven een experimenteel onderzoek waaruit blijkt dat leesbegrip verbeterd kan worden via extra instructie. Het onderzoek ondersteunt de opvatting dat zwak leesbegrip mede veroorzaakt wordt door zwakke mondelinge taalvaardigheden. Daarnaast blijkt eens te meer dat woordenschat een cruciale rol speelt bij begrijpend lezen. Drie aanpakken vergeleken In het onderzoek zijn drie aanpakken met elkaar vergeleken: Tekstbegrip In de eerste aanpak leerden de leerlingen specifieke strategieën voor tekstbegrip. Dit programma bestond uit vier onderdelen. In het eerste onderdeel leerden de kinderen vijf metacognitieve strategieën: opnieuw lezen, teruglezen, visualiseren, hardop denken en uitleggen. In het tweede onderdeel lazen zij teksten volgens de methode van rolwisselend leren. De leerkracht vervult 5 Kees Broekhof werkt als taaldeskundige voor Sardes en is lid van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen. Hij begeleidt schoolteams bij het versterken van het taalonderwijs en werkt als taalexpert voor School aan Zet (PO-Raad) om taalzwakke scholen te adviseren. Hij is onder andere auteur van Meer lezen, beter in taal. 23

24 daarbij in eerste instantie de rol van expert, die vaardigheden demonstreert de kinderen imiteren dit gedrag en nemen gaandeweg steeds meer de rol van de expert over. De kernvaardigheden hierbij zijn: verhelderen, samenvatten, voorspellen en vragen stellen. Bij het derde onderdeel leerden de kinderen verschillende soorten verbanden te leggen en hun voorkennis te gebruiken. In het vierde onderdeel bestudeerden de kinderen verhalende teksten en pasten zij kennis over bijvoorbeeld verhaalstructuur toe bij het zelf schrijven van verhalen. Mondelinge taal De tweede aanpak richtte zich op strategieën voor mondelinge taal. Ook deze aanpak omvatte vier onderdelen. In het eerste onderdeel stond woordenschatontwikkeling centraal. Iedere les had bijvoorbeeld een woord van de dag, met veel ruimte voor dialoog tussen leerkracht en kinderen, waarbij de kinderen het nieuwe woord actief gebruikten in verschillende contexten. De kinderen leerden strategieën om de betekenis van onbekende woorden te achterhalen en om hun kennis van bekende woorden uit te breiden. Ook leerden ze gebruik te maken van schema s, hardop redeneren, ezelsbruggetjes en illustraties. De kinderen leerden tijdens het experiment 60 nieuwe woorden. Bij het tweede onderdeel luisterden zij naar een tekst en pasten zij de methode van rolwisselend leren toe binnen het domein van mondelinge taal. Het derde onderdeel ging over figuurlijk taalgebruik, onder andere in uitdrukkingen, raadsels, grappen en beeldspraak. Bij het vierde onderdeel maakten de leerlingen een gesproken verhaal af en pasten zij wat zij geleerd hadden toe door hun verhalen op te nemen op een cd. Tekstbegrip + mondelinge taal De derde aanpak was een combinatie van de twee hiervoor beschreven aanpakken. De helft van de tijd werd besteed aan onderdelen van het tekstbegrip-programma de andere helft aan onderdelen van het mondelinge taal-programma. Alle activiteiten uit beide programma s kwamen aan bod, in een hoger tempo dan in de twee afzonderlijke programma s. Het onderzoek ondersteunt de opvatting dat zwak leesbegrip mede veroorzaakt wordt door zwakke mondelinge taalvaardigheden. 24

25 ... De onderzoeksgroep. De leerlingen die deelnamen aan het experiment waren acht of negen jaar oud en waren afkomstig van 20 verschillende basisscholen in Engeland. De kinderen volgden allemaal regulier onderwijs. De leerlingen werden zorgvuldig gescreend en geselecteerd, met behulp van een spellingtest, een non-verbale intelligentietest, een test voor begrijpend luisteren, een test voor leesbegrip en accuraat lezen en een test voor technisch lezen. Binnen iedere school werden de leerlingen geselecteerd waarvan de scores voor leesbegrip en technisch lezen het verst uiteen liepen. Uiteindelijk namen 160 leerlingen deel aan het experiment. Het experiment Het programma werd uitgevoerd door assistent-leerkrachten, die hiervoor speciaal waren getraind. De drie programma s werden uitgevoerd door dezelfde assistent. Een controlegroep kreeg alleen regulier onderwijs, zonder aanvullende instructie. In elk van de deelnemende scholen werden acht kinderen gerandomiseerd toegewezen aan een van de programma s of de controlegroep. Toetsing Het niveau van de kinderen werd vier keer getoetst: voorafgaand aan de interventie (T1), 10 weken na de start van de interventie (T2), 20 weken na de start van de interventie (T3) en 11 maanden na de interventie (T4). Leesbegrip werd gemeten op elk van de toetsmomenten, woordenschat op T1, T3 en T4. Voor woordenschat werd gebruik gemaakt van een gestandaardiseerde toets en een speciaal ontwikkelde toets met woorden uit het programma en niet-aangeboden woorden.. 25

26 Uitvoering Het programma bestond uit twee blokken van 10 weken, waarbij de kinderen individueel en in tweetallen de extra instructie kregen. Een les duurde 30 minuten ieder kind kreeg wekelijks twee lessen in tweetallen en een les individueel. Iedere les had telkens dezelfde structuur (zie onderstaande tabellen). Activiteit Tijdsduur (minuten) Introductie 3 Metacognitieve strategieën 5 Begrijpend lezen 7 Conclusies trekken uit teksten 5 Geschreven verhaal 7 Afronding 3 Tabel 1: Structuur les tekstbegrip Activiteit Tijdsduur (minuten) Introductie 3 Woordenschat 5 Begrijpend luisteren 7 Figuurlijk taalgebruik 5 Gesproken verhaal 7 Afronding 3 Tabel 2: Structuur les mondelinge taal Resultaten Leesbegrip Direct na de interventie (T3) waren alle groepen die extra instructie hadden gekregen significant vooruit gegaan in begrijpend lezen. Bij T4, 11 maanden na de interventie, scoorde de mondelinge taal-groep opvallend goed ten opzichte van de andere groepen. Hoewel niet alle toetsen hetzelfde patroon lieten zien, bleek duidelijk dat de scores van de mondelinge taal- en (in iets mindere mate) de combinatie-groep op leesbegrip vooruit gingen. Woordenschat Ook voor woordenschat was de score van de mondelinge taal-groep opvallend sterk. Op de speciaal ontwikkelde woordenschattoets scoorde deze groep hoog op zowel de aangeboden als de niet-aangeboden woorden. Opvallend was verder dat de woordenschatwinst voor een belangrijk deel het effect van het mondelinge taal-programma en het gecombineerdeprogramma verklaarde. 26

27 De combinatie-groep scoorde op deze toets alleen hoog op de aangeboden woorden. Op de gestandaardiseerde woordenschattoets scoorde alleen de mondelinge taal-groep significant hoger dan de andere groepen. Opvallend was verder dat de woordenschatwinst voor een belangrijk deel het effect van het mondelinge taal-programma en het gecombineerde-programma verklaarde. Implicaties voor de onderwijspraktijk Het onderzoek laat zien dat drie typen programma s (tekstbegrip, mondelinge taal en de combinatie van deze twee) kunnen leiden tot significante verbeteringen in begrijpend lezen. De leerwinst op de langere termijn was het grootst voor de mondelinge taal-groep, die vooral mondeling met teksten bezig was. Het lijkt er dus op dat onderwijs in mondelinge taal een belangrijk verschil maakt voor leesbegrip. Dit onderstreept het belang van mondelinge interactie tussen leerkracht en leerlingen tijdens lessen begrijpend lezen. De leerwinst werd voor een belangrijk deel verklaard door de winst in woordenschat. Dat bevestigt de bevinding uit eerder onderzoek dat woordenschat een belangrijke bijdrage levert aan tekstbegrip. Aandacht voor onbekende woorden en voor woordleerstrategieën zou daarom een vast onderdeel moeten zijn van het onderwijs, niet alleen bij begrijpend lezen. 27

28 !!!!!!!! & & & &!!!!!!!!!!!

29 Aandacht gewenst voor verschillen tussen zwakke begrijpend lezers Mirjam de Bruijne 6 Voor u gelezen: McMaster, K.L., Van den Broek, P., Espin, C.A., White, M.J., Rapp, D.N., Kendeou, P., Bohn- Gettler, C.M., & Carlson, S. (2012). Making the right connections: Differential effects of reading intervention for subgroups of comprehenders. Learning and Individual Differences, 22(1), Het originele (Engelstalige) artikel is beschikbaar via de website van het Brain and Education Lab van de Universiteit Leiden: Ondanks toegenomen aandacht in het onderwijs voor begrijpend lezen en voor de ondersteuning van zwakke lezers, blijft de begrijpendleesvaardigheid van een grote groep leerlingen achter. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat er onvoldoende rekening wordt gehouden met verschillen tussen zwakke lezers op het gebied van kenmerken van hun leesproces en hun specifieke problemen. Op grond van die verschillen zouden zij wel eens baat kunnen hebben bij meer gedifferentieerde instructie of hulp. Verschillende typen zwakke lezers Verschillende factoren kunnen leiden tot lagere scores op leesvaardigheidtoetsen. Bekende factoren zijn: een beperktere technisch leesvaardigheid, woordenschat, algehele intelligentie of de capaciteit van het werkgeheugen. Veel scholen doen inmiddels bij zwak scorende lezers nader onderzoek op deze punten en bieden zo mogelijk gerichte remediëring. De auteurs van het 6 Mirjam de Bruijne werkt als taal-/leesspecialist bij de CED-Groep en is lid van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen. Zij doet promotieonderzoek naar het begrijpend-leesproces van eerste- en tweedejaars vmbo ers, onder begeleiding van prof. dr. Paul van den Broek en dr. Amos van Gelderen. 29

30 gelezen artikel ontdekten in diverse onderzoeken echter ook nog verschillen tussen zwakke lezers die níet verschilden op bovengenoemde kenmerken. Deze verschillen kwamen zij op het spoor bij bestudering van het online leesproces, met behulp van hardop-denktaken. Bij dergelijke taken moet iemand tijdens het lezen van een tekst telkens hardop vertellen wat zijn of haar gedachten zijn bij een bepaald tekstfragment. Zo ontstaat inzicht in de interpretatie van de tekst door de lezer en in de manier waarop de lezer tot die interpretatie komt. De analyse van de hardopdenktaken leidde tot de ontdekking van twee duidelijk verschillende subgroepen van zwakke begrijpend lezers: elaborators ( uitwijders ) en paraphrasers ( parafraseerders ). Elaborators kenmerken zich doordat zij, net als goede twee duidelijk verschillende subgroepen van zwakke begrijpend lezers: elaborators ( uitwijders ) en paraphrasers ( parafraseerders ) lezers doen, veel inferenties maken (informatie afleiden en verbanden leggen) tijdens het lezen. In afwijking van goede lezers leggen elaborators echter met name verbanden tussen de tekstinhoud en eigen (voor) kennis, en veel minder tussen verschillende delen van de tekst onderling. Daarnaast is een deel van de gemaakte inferenties van elaborators irrelevant in de context van de voorliggende tekst (ze associëren erop los ), of zelfs foutief. Paraphrasers maken, in tegenstelling tot zowel elaborators als goede lezers, überhaupt nauwelijks inferenties in hun hardop-denkreacties herhalen zij vaak letterlijk delen van de zojuist gelezen tekst en ze refereren niet of zelden aan eerdere verwerkte tekstuele informatie of aan voorkennis. Geen van beide groepen komt tot de constructie van een coherente mentale representatie van de tekstinhoud, zoals vereist is voor goed tekstbegrip. 7 Ontwikkeling van drie leesinterventies De onderzoekers wilden weten of het onderscheiden van de twee lezerstypen ook relevant was voor het leesonderwijs. Om dit te testen ontwikkelden zij drie verschillende leesinterventies, gericht op de specifieke zwakke punten van de subgroepen. 7 Zie voor een nadere uiteenzetting van de werking van het begrijpend leesproces het artikel van Astrid Kraal en Nadira Saab, elders in dit boekje. 30

31 Zij ontwierpen 54 leeskaarten met daarop een korte, verhalende tekst en per tekst zes tijdens het lezen te beantwoorden vragen (een voorbeeld is te zien in het originele artikel). De tussentijdse vragen dienden om het maken van belangrijke inferenties tijdens het lezen te stimuleren, bijvoorbeeld: het leggen van een oorzakelijk verband of het trekken van een bepaalde conclusie, en zo bij te dragen aan een actievere verwerking van de tekst en de opbouw van een betere tekstrepresentatie. De drie interventies verschilden in het type vragen dat gesteld werd: 1) causale vragen: tekstspecifieke vragen gericht op het leggen van oorzakelijke verbanden (Waarom ging Alex naar het park? Waarom wilden de kinderen niet meer verder spelen?) 2) algemene inferentievragen: niet-tekstspecifieke vragen naar het verband tussen het zojuist gelezen fragment en de eerder gelezen tekst (Wat heeft het stukje dat je zojuist gelezen hebt te maken met wat er eerder in de tekst stond?) en 3) vraagwoordvragen: wel tekstgebonden maar meer gevarieerde vragen, beginnend met een bekend vraagwoord (Wie deed? Wat gebeurde er? Waar gingen ze naartoe? Hoe?). De verwachting van de onderzoekers was, dat de groep elaborators het meest zou profiteren van de causale vragen-conditie. Hun probleem is immers vooral dat ze vaak verkeerde of irrelevante inferenties maken. Aangezien causale verbanden centraal 31

32 staan in een goede begripsconstructie en, samen met referentiële verbanden, veruit het belangrijkste type te leggen verband zijn, zou het maken van meer causale inferenties voor elaborators een zeer gerichte verbeterslag zijn. Voor de groep paraphrasers werd het grootste effect verwacht van de algemene inferentievragen-conditie, omdat de vragen in die conditie het maken van inferenties in het algemeen stimuleren. Daarnaast sporen deze vragen de lezer nadrukkelijk aan om de tekst als een complete betekeniseenheid te zien, in plaats van als losse, niet gerelateerde fragmenten. De conditie vraagwoordvragen werd beschouwd als neutraal vraagwoordvragen focussen lang niet altijd op belangrijke tekstelementen of verbanden. Deze conditie vormde daarmee een controleconditie, waartegen de effectiviteit van de twee verschillende inferentiestimulerende condities kon worden afgezet. Onderzoeksopzet Aan het onderzoek namen 246 zwakke, gemiddelde en goede lezers uit groep 6 deel, van drie verschillende scholen in de Verenigde Staten. Van de zwakke lezers werd met behulp van een hardopdenktaak bepaald of zij tot het type paraphraser of het type elaborator behoorden. De drie verschillende interventies/vraagcondities werden verdeeld over de 13 klassen waarin de leerlingen zaten per klas werd één type interventie uitgevoerd. In alle klassen werd gedurende een periode van negen weken drie keer per week minuten gewerkt met de leeskaarten van de betreffende vraagconditie (in totaal 15 uur). Leerkrachten volgden daarbij een vaste werkwijze, waarin zij zelf het eerste tekstfragment voorlazen en hardopdenkend de bijbehorende vraag beantwoordden (modeling). Vervolgens lazen de leerlingen in tweetallen de andere fragmenten en werkten ze samen bij het beantwoorden van de vragen. Verder laat dit onderzoek zien, dat verschillende typen zwakke lezers inderdaad anders reageren op en profiteren van bepaalde leesinstructie of werkwijzen, en dat het zinvol is om aan te sluiten bij specifieke kenmerken van hun leesproces. 32

33 Resultaten Alle groepen leerlingen (goede, gemiddelde en zwakke lezers) bleken na de verschillende interventies vooruit te zijn gegaan in hun begrijpend lezen: bij het navertellen van een gelezen tekst reproduceerden zij méér relevante concepten en in meer eigen bewoordingen dan voorafgaand aan de interventie. Dit is een teken dat zij een betere mentale representatie van de tekst hadden opgebouwd. Er werd géén verschillend effect gevonden van de drie vraagcondities per niveaugroep. Vervolgens werden de resultaten van de groep zwakke lezers apart geanalyseerd, waarbij werd gekeken naar de prestaties onder de verschillende interventiecondities van de subgroepen paraphrasers en elaborators. Uit deze analyses kwam wél een effectverschil naar voren: paraphrasers deden het gemiddeld beter in de algemene inferentievragen-conditie, elaborators in de causale vragen-conditie, precies zoals verwacht. Implicaties voor de onderwijspraktijk Dit en eerder onderzoek van de auteurs laat allereerst duidelijk zien dat er verschillen bestaan tussen zwakke lezers, die niet uit standaard leesvaardigheidtoetsen naar voren komen. Het is van belang dat leerkrachten zich hiervan bewust zijn en naast toetsen ook andere methoden inzetten om inzicht te krijgen in het leesproces van deze leerlingen en het karakter van hun problemen, bijvoorbeeld door hen te observeren tijdens een hardopdenkendleestaak. Verder laat dit onderzoek zien, dat verschillende typen zwakke lezers inderdaad anders reageren op en profiteren van bepaalde leesinstructie of werkwijzen, en dat het zinvol is om aan te sluiten bij specifieke kenmerken van hun leesproces. Het is daarom volgens de onderzoekers cruciaal dat leerkrachten de resultaten van leerlingen goed monitoren, en proberen hun didactische aanpak bij te sturen als een leerling onvoldoende vooruitgang boekt. De voor dit onderzoek ontwikkelde interventievorm (waarbij leerlingen samen teksten lezen en bespreken, er tijdens het lezen op verschillende momenten gepauzeerd wordt 33

34 voor reflectie op de tekstinhoud, en lezers via vragen aangespoord worden om belangrijke tekstverbanden te leggen) is volgens de onderzoekers zinvol gebleken de werkwijze leidde tot verbeterd tekstbegrip bij allerlei soorten lezers. De werkvorm is bovendien eenvoudig toe te passen in de gangbare onderwijspraktijk en de betrokken leerkrachten waardeerden de interventie erg positief. Zij gaven aan dat de leerlingen veel actiever met de verwerking van de tekst bezig waren en meenden dat het tussentijds vragen stellen over de tekst een goede manier was om leerlingen te trainen in het nadenken over de tekst(inhoud) tijdens het lezen. Wel benadrukken de onderzoekers dat het stellen van (inferentiestimulerende) vragen slechts één goede interventievorm is, en dat in een compleet programma voor begrijpend lezen ook aandacht moet zijn voor andere belangrijke leesstrategieën. 34

35 Colofon Inhoud en tekst: Kenniscentrum Begrijpend Lezen Auteurs: Cees Hereijgens, Astrid Kraal, Nadira Saab, Kees Broekhof & Mirjam de Bruijne Redactie: Marije Boonstra Vormgeving: BeMe Graphic Design 2013 Kenniscentrum Begrijpend Lezen, Rotterdam Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in geautomatiseerde gegevensbestanden of openbaar gemaakt in enige vorm, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Kenniscentrum Begrijpend Lezen. 35

36 ^ (.)(.)(.)(.)(.)(.)(.)(.) ^ ^ ııı ııı ııı ^ ııı ııı ^ ııı ^ ııı ııı ^ ^

Waarom hebben sommige kinderen moeite met het begrijpen van teksten en andere kinderen niet?

Waarom hebben sommige kinderen moeite met het begrijpen van teksten en andere kinderen niet? Waarom hebben sommige kinderen moeite met het begrijpen van teksten en andere kinderen niet? Verschillen tussen zwakke en goede begrijpend lezers in groep 4 Slotconferentie NWO Begrijpelijke Taal, 11 november

Nadere informatie

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar metacognitieve vaardigheden van leerlingen

Nadere informatie

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Cor Aarnoutse Wat doe je met kinderen die moeite hebben met begrijpend lezen? In dit artikel zullen we antwoord geven op deze vraag. Voor meer informatie verwijzen

Nadere informatie

Lisbo Begrijpend Lezen

Lisbo Begrijpend Lezen Wat en waarom Lisbo Begrijpend Lezen Begrijpend lezen op de Tine Marcusschool Technisch lezen op orde Verzoek CPS mee te doen aan Lisbo-BL 9 SBO-scholen + 1 school cluster 2 (ESM) Binnen het taal-leesverbetertraject

Nadere informatie

8-10-2015. Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens

8-10-2015. Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Modelen WWW.CPS.NL Contactgegevens Willem Rosier w.rosier@cps.nl 06 55 898 653 Hoe ziet het modelen er in de 21 ste eeuw uit? Is flipping the classroom dan

Nadere informatie

Leerstofoverzicht Lezen in beeld

Leerstofoverzicht Lezen in beeld Vaardigheden die bij één passen, worden in Lezen in beeld steeds bij elkaar, in één blok aangeboden. Voor Lezen in beeld a geldt het linker. Voor Lezen in beeld b t/m e geldt het rechter. In jaargroep

Nadere informatie

mijnplein 30 okt 2013 Begrijpend lezen = Begrijpend leren

mijnplein 30 okt 2013 Begrijpend lezen = Begrijpend leren mijnplein 30 okt 2013 Begrijpend lezen = Begrijpend leren Doelen Aan het eind van deze masterclass: Ken je het belang en de plek van begrijpend lezen/luisteren binnen het onderwijs Ken je de belangrijkste

Nadere informatie

Betrokken lezers in het vmbo

Betrokken lezers in het vmbo Betrokken lezers in het vmbo Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen Roel van Steensel Vrije Universiteit/Stichting Lezen Erasmus Universiteit JONGEREN LEZEN STEEDS MINDER

Nadere informatie

Meedoen met de Monitor

Meedoen met de Monitor Meedoen met de Monitor met de Bibliotheek Een school die deelneemt aan de Monitor de Bibliotheek op school (Monitor dbos) wil doelgericht samenwerken met de Bibliotheek om de taalontwikkeling en de informatievaardigheden

Nadere informatie

Begrijpend lezen. Cognitieve processen. Cognitieve processen. De ontwikkeling van cognitieve processen en individuele verschillen bij begrijpend lezen

Begrijpend lezen. Cognitieve processen. Cognitieve processen. De ontwikkeling van cognitieve processen en individuele verschillen bij begrijpend lezen De ontwikkeling van cognitieve processen en individuele verschillen bij begrijpend lezen 1. Wat is begrijpend lezen? Anne Helder 2. Wat weten we over de ontwikkeling van begrijpend lezen? 3. Wat weten

Nadere informatie

De ontwikkeling van begrijpend lezen: bronnen van succes en falen. Paul van den Broek

De ontwikkeling van begrijpend lezen: bronnen van succes en falen. Paul van den Broek De ontwikkeling van begrijpend lezen: bronnen van succes en falen Paul van den Broek Lezen en Leesproblemen 1. Basisvaardigheden (letter-identificatie, fonologisch bewustzijn, etc.) 2. Begrijpend lezen,

Nadere informatie

IN HET VMBO HET BELANG VAN INSTRUCTIE OP MAAT

IN HET VMBO HET BELANG VAN INSTRUCTIE OP MAAT IN HET VMBO HET BELANG VAN INSTRUCTIE OP MAAT Mariska Okkinga ACHTERGROND BELEX BELEX = BEgrijpend Lezen EXperiment Implementatiestudie naar het gebruik van Nieuwsbegrip in de onderbouw van vmbo bb/kb

Nadere informatie

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak.

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Doelgroepen Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is

Nadere informatie

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken.

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Daarom hechten wij er dan ook veel belang aan dat dit op een

Nadere informatie

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 Brochure Begrijpend lezen VMBO 2 Inleiding Het belang van begrijpend lezen kan nauwelijks overschat worden. Het niveau van begrijpend lezen dat kinderen aan het einde van

Nadere informatie

Logopedie en Nieuwsbegrip. Yvet van Noordt

Logopedie en Nieuwsbegrip. Yvet van Noordt Logopedie en Nieuwsbegrip Yvet van Noordt Wat beïnvloedt het begrijpend lezen? Levenservaring Kennis van de wereld Kennis van teksten GJLSKJLS;D Taal Mondelinge taalvaardigheid Kennis structuur taal Woordenschat

Nadere informatie

Meedoen met de Monitor

Meedoen met de Monitor Meedoen met de Monitor met de Bibliotheek Een school die deelneemt aan de Monitor de Bibliotheek op school (Monitor dbos) wil doelgericht samenwerken met de Bibliotheek om de taalontwikkeling en de informatievaardigheden

Nadere informatie

Tabel 1: Weekrooster voor de instructie in het Programma Interactief Taalonderwijs

Tabel 1: Weekrooster voor de instructie in het Programma Interactief Taalonderwijs Evaluatieonderzoek naar Programma Interactief Taalonderwijs ER ZIT PIT IN Het Expertisecentrum Nederlands heeft een evaluatieonderzoek uitgevoerd op negen scholen die het Programma Interactief Taalonderwijs

Nadere informatie

Begrijpend lezen is denken. CPS Onderwijsontwikkeling en advies 1

Begrijpend lezen is denken. CPS Onderwijsontwikkeling en advies 1 Het belang van Begrijpend luisteren en Begrijpend lezen 11 april 2016 Karin van de Mortel 2 Een ieder die werk wil maken van begrijpend luisteren en begrijpend lezen geeft aandacht aan: Begrijpend lezen

Nadere informatie

Succesvolle lezers zijn betrokken lezers

Succesvolle lezers zijn betrokken lezers Succesvolle lezers zijn betrokken lezers Over leesmotivatie,woordenschat en leesstrategieën Roel van Steensel Vrije Universiteit/Stichting Lezen Erasmus Universiteit JONGEREN LEZEN STEEDS MINDER BOEKEN

Nadere informatie

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN TAAL- EN LEESMETHODEN ALGEMEEN Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen Algemeen: aandachtspunten bij methode Begrijpend lezen Om een goede begrijpend lezer te zijn, is het in de eerste plaats

Nadere informatie

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:

Nadere informatie

Begrijpend luisteren Karin van de Mortel

Begrijpend luisteren Karin van de Mortel Begrijpend luisteren Karin van de Mortel LOAN 10 en 11 april 2018 WWW.CPS.NL Karin van de Mortel k.vandemortel@cps.nl 06 29044614 1. Achtergrondkennis begrijpend luisteren en lezen 1 Luisteren -> Lezen

Nadere informatie

Bevordering van tekstbegrip door visualisering van tekststructuren

Bevordering van tekstbegrip door visualisering van tekststructuren Ronde 8 Maaike Pulles (a) & Dianne Bekker (b) (a) Etoc, Groningen (b) Kentalis Guyotschool voor VSO, Haren Contact: m.pulles@rug.nl d.bekkers@kentalis.nl Bevordering van tekstbegrip door visualisering

Nadere informatie

Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren

Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren 1 Bijlage 1: Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren Als een leraar op zoek is naar een mogelijk instrument om schoolse taalvaardigheid bij zijn leerlingen te observeren, dan

Nadere informatie

en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 Brochure Begrijpend lezen VMBO 2 Inleiding Het belang van begrijpend lezen kan nauwelijks overschat worden. Het niveau van begrijpend lezen dat kinderen aan het einde

Nadere informatie

Tips voor het hardopdenkend leren lezen

Tips voor het hardopdenkend leren lezen Tips voor het hardopdenkend leren lezen Hardopdenkend lezen draagt bij aan: Achtergrondkennis Luisterbegrip als voorloper voor leesbegrip Luisterwoordenschat Kennis van gangbare en minder gangbare woorden

Nadere informatie

Lezen in het voortgezet onderwijs (2): Improving Adolescent Literacy

Lezen in het voortgezet onderwijs (2): Improving Adolescent Literacy Lezen in het voortgezet onderwijs (2): Improving Adolescent Literacy Algemeen Dit artikel gaat in op het rapport Improving Adolescent Literacy: Effective Classroom and Intervention Practices. De publicatie

Nadere informatie

OUDERAVOND KRITISCH EN BEGRIJPEND LUISTEREN. Rianne Broeke 28 april 2015

OUDERAVOND KRITISCH EN BEGRIJPEND LUISTEREN. Rianne Broeke 28 april 2015 OUDERAVOND KRITISCH EN BEGRIJPEND LUISTEREN Rianne Broeke 28 april 2015 INHOUD * Algemene taalontwikkeling van jonge kinderen * Wat is kritisch en begrijpend luisteren? * Waarom is kritisch en begrijpend

Nadere informatie

VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID

VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID Maak een mindmap of schema van een tekst ga je dan doen? Naar aanleiding van een titel, ondertitel, plaatjes en of de bron van de tekst ga je eerst individueel (en

Nadere informatie

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak.

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Doelgroepen Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is

Nadere informatie

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018 Thoni Houtveen Afscheidscollege 19 april 2018 1. Doel en resultaten van het leesonderwijs 2. Wat als begrijpend lezen niet leidt tot begrip? 3. De óf-óf discussie 4. Kenmerken van een effectief leesprogramma

Nadere informatie

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN CHRISTEL WOLTERINCK C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL CHRISTEL C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL

Nadere informatie

De kijkwijzer lezen: een alternatief voor het beoordelen van de leesvaardigheden van de kinderen

De kijkwijzer lezen: een alternatief voor het beoordelen van de leesvaardigheden van de kinderen Kijkwijzer voor taal De kijkwijzer lezen: een alternatief voor het beoordelen van de leesvaardigheden van de kinderen Evaluatie van (begrijpende)leesvaardigheden van kinderen is zo moeilijk omdat de prestaties

Nadere informatie

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + +

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + + Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands? - + + De gebruikte methoden stellen duidelijke (toetsbare) doelen en leerlijnen voor begrijpend lezen. Zwakke lezers krijgen een aanvullend

Nadere informatie

Teksten waar je van leert of: Hoe leren kinderen van teksten?

Teksten waar je van leert of: Hoe leren kinderen van teksten? Teksten waar je van leert of: Hoe leren kinderen van teksten? Paul van den Broek, Astrid Kraal Brain and Education lab, Universiteit Leiden CED groep, Rotterdam Lezen en Leesproblemen 1. Basisvaardigheden

Nadere informatie

TOS of dyslexie.. Begrijpend lezen hoe doe je dat?

TOS of dyslexie.. Begrijpend lezen hoe doe je dat? TOS of dyslexie.. Begrijpend lezen hoe doe je dat? Leerling 14 jaar VMBO: NMG is best wel een moeilijk vak voor mij. Ehmm dan zeg ik dan zeg ik tegen die..die mevrouw..die zegt dan ja je moet op Som gaan

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM INHOUDSOPGAVE VOORWOORD ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM. Wat is BLIKSEM en voor wie is het bedoeld?.2 Wetenschappelijke onderbouwing.2. Wat is er bekend uit onderzoek naar effectieve begrijpend leesinstructie?.2.2

Nadere informatie

Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool

Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool 1 Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool Milou de Smet, Saskia Brand-Gruwel & Paul Kirschner Open Universiteit Goed schrijven is een belangrijke, maar complexe vaardigheid. De schrijver

Nadere informatie

Handleiding Strategieles Voorspellen niveau A

Handleiding Strategieles Voorspellen niveau A Handleiding Strategieles Voorspellen niveau A Een onderdeel van Nieuwsbegrip Zilver zijn de strategielessen. De strategielessen zijn bedoeld om de strategieën voor begrijpend lezen bij de leerlingen te

Nadere informatie

Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs

Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs Ronde 5 Hilde Hacquebord Rijksuniversiteit Groningen Contact: H.I.Hacquebord@rug.nl Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs 1. Inleiding De onderwijsinspectie stelt in haar verslag van

Nadere informatie

Kijken naar lezende leerlingen Het leesproces van vmbo ers gefilmd

Kijken naar lezende leerlingen Het leesproces van vmbo ers gefilmd Even voorstellen Kijken naar lezende leerlingen Het leesproces van vmbo ers gefilmd Mirjam de Bruijne (m.debruijne@cedgroep.nl) Studie: toegepaste taalwetenschap, Universiteit van Tilburg Informatie uit

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM

INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM INHOUDSOPGAVE ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM. Wat is BLIKSEM en voor wie is het bedoeld?.2 Wetenschappelijke onderbouwing.2. Wat is er bekend uit onderzoek naar effectieve begrijpend leesinstructie?.2.2

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 1 ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM INHOUDSOPGAVE VOORWOORD ALGEMENE HANDLEIDING BLIKSEM. Wat is BLIKSEM en voor wie is het bedoeld?.2 Wetenschappelijke onderbouwing.2. Wat is er bekend uit onderzoek naar effectieve begrijpend leesinstructie?.2.2

Nadere informatie

De BLIKSEM-aanpak. Willy van Elsäcker (HCO) & Maud van Druenen (Expertisecentrum Nederlands)

De BLIKSEM-aanpak. Willy van Elsäcker (HCO) & Maud van Druenen (Expertisecentrum Nederlands) De BLIKSEM-aanpak Willy van Elsäcker (HCO) & Maud van Druenen (Expertisecentrum Nederlands) Aan de orde komt Waarom BLIKSEM en wat houdt het in? Wat zijn de resultaten na twee jaar onderzoek op 40 scholen?

Nadere informatie

Doelen. Wat doen we eraan in groep 1-2. Boekentaal BEGRIJPEND LUISTEREN MET STRATEGIEËN. Waar gaat het om bij begrijpend lezen?

Doelen. Wat doen we eraan in groep 1-2. Boekentaal BEGRIJPEND LUISTEREN MET STRATEGIEËN. Waar gaat het om bij begrijpend lezen? Doelen BEGRIJPEND LUISTEREN MET STRATEGIEËN Je weet welke factoren begrijpend lezen beïnvloeden Je kunt vertellen hoe de doorgaande lijn in de didactiek voor begrijpend lezen eruit ziet Je weet hoe je

Nadere informatie

LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN

LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN Peer tutoring: een effectieve methodiek om de leesresultaten en de leesmotivatie te verbeteren Dr. Kees Vernooij Lector emeritus Effectief taal- en leesonderwijs

Nadere informatie

Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2 Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2 Alle leerlingen beheersen AVI-plus Leerlingen lezen vlot woorden, zinnen en teksten vanaf niveau 1F Leerlingen richten zich op

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Wat doe je in deze les?

Wat doe je in deze les? Handleiding Strategieles Ophelderen van onduidelijkheden niveau A Een onderdeel van Nieuwsbegrip XL zijn de strategielessen. De strategielessen zijn bedoeld om de strategieën voor begrijpend lezen bij

Nadere informatie

Voor u gelezen in 2014

Voor u gelezen in 2014 Voor u gelezen in 2014 Wetenschappelijk onderzoek over begrijpend lezen de klas in Y Y Y:: Y :: ; ; ; ; & & & && & & & :::: ; Voor u gelezen in 2014 Wetenschappelijk onderzoek over begrijpend lezen de

Nadere informatie

TAAL EN LEESMETHODEN Begrijpend Lezen Goed Gelezen

TAAL EN LEESMETHODEN Begrijpend Lezen Goed Gelezen TAAL EN LEESMETHODEN Begrijpend Lezen Goed Gelezen Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl en www.rekenpilots.nl. De rubriek implementatiekoffer

Nadere informatie

Begrijp je wel?! Cognitieve vaardigheden van begrijpend lezen. Hilde Hermes & Dennis Driessen

Begrijp je wel?! Cognitieve vaardigheden van begrijpend lezen. Hilde Hermes & Dennis Driessen Begrijp je wel?! Cognitieve vaardigheden van begrijpend lezen Hilde Hermes & Dennis Driessen De pikkel en de wob Een wob mufte zijn frinse fruin. Een pikkel beunde snerp in de fruin van de wob. Groes mijn

Nadere informatie

Lezen met begrip: de sleutel tot schoolsucces

Lezen met begrip: de sleutel tot schoolsucces Lezen met begrip: de sleutel tot schoolsucces Mariët Förrer is Senior consultant CPS onderwijsontwikkeling en advies te Amersfoort. E-mail: m.förrer@cps.nl Dit artikel verkent, vanuit het perspectief van

Nadere informatie

ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND) LEZEN.WAT WERKT?

ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND) LEZEN.WAT WERKT? ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND) LEZEN.WAT WERKT? Dr. Kees Vernooy Lector hogeschool Edith Stein Enschedese Lees- en Rekenverbeterplan september 2011 Wat is er nodig om van elk kind een goede

Nadere informatie

Onderzoek Letters in Beweging

Onderzoek Letters in Beweging Onderzoek Letters in Beweging Nieuwe Kansen voor de Ontwikkeling van Beginnende Leesvaardigheden in Risicogroepen door Inzet van de Computer Tussenrapportage Dit onderzoek is uitgevoerd met financiering

Nadere informatie

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente)

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente) Vragenlijst formatief toetsen - Docent Deze vragenlijst is ontwikkeld door de Universiteit Twente op basis van bestaande vragenlijsten* en heeft als doel te onderzoeken in welke mate de docenten en leerlingen

Nadere informatie

Hoorspel deel A. Algemene handleiding

Hoorspel deel A. Algemene handleiding Algemene handleiding 1 Inhoud 1. Inleiding... 4 2. Doelstelling... 5 3. Achtergrond... 6 3.1 De vaardigheid van het begrijpend luisteren... 6 3.2 Het belang van begrijpend luisteren... 6 4. Doelgroep...

Nadere informatie

Blauwe stenen leer je zo

Blauwe stenen leer je zo Handleiding groep 3-8 Blauwe stenen leer je zo Wijzers Jeelo heeft gele wijzers om samen met leerlingen te verkennen hoe je een steen van Jeelo leert. Voor groep 3-4 wijzer 2009 Zo leer je blauwe stenen

Nadere informatie

Meedoen met de Monitor

Meedoen met de Monitor Meedoen met de Monitor Een school die deelneemt aan de Monitor de Bibliotheek op school wil doelgericht samenwerken met de bibliotheek om de taalontwikkeling van de leerlingen te stimuleren. Dat gebeurt

Nadere informatie

PROGRAMMA VOOR BEGRIJPEND LEZEN DE ZUID-VALLEI

PROGRAMMA VOOR BEGRIJPEND LEZEN DE ZUID-VALLEI PROGRAMMA VOOR BEGRIJPEND LEZEN DE ZUID-VALLEI (Dit programma is in 2011 aangepast aan de meest recente AVI-indeling van het CITO.) Het leren lezen is voor veel leerlingen een proces dat veel inspanning

Nadere informatie

Conferentie

Conferentie ECNO 16 november 2017 Karin van de Mortel Begrijpend lezen: toepassen! WWW.CPS.NL Contactgegevens Karin van de Mortel k.vandemortel@cps.nl 06 290 446 14 Wat komt aan de orde? Begrijpend lezen: denken over

Nadere informatie

Begrijpend Luisteren

Begrijpend Luisteren WORKSHOP PRENTENBOEKEN Begrijpend Luisteren in de onderbouw van de basisschool Doel Een theoretische verdieping en praktische voorbereiding om een prentenboek interactief voor te kunnen lezen. Begrijpend

Nadere informatie

Leesboeken en de zaakvakken. Kees Broekhof KBL Sardes CED Groep

Leesboeken en de zaakvakken. Kees Broekhof KBL Sardes CED Groep Leesboeken en de zaakvakken Kees Broekhof KBL Sardes CED Groep Programma Effecten van lezen voor het plezier op vaardigheden in begrijpend lezen Good practices en vragen in deze groep Andere good practices

Nadere informatie

Kijk welke relatief sterke vaardigheden je compenserend in kan zetten.

Kijk welke relatief sterke vaardigheden je compenserend in kan zetten. Leesleerprofiel: Woordenschat met opgaven over woordbetekenis. Door de zwakke(re) woordenschat kennen de leerlingen onvoldoende woorden om de tekst echt goed te begrijpen. Woordposter Woord: Omschrijving:

Nadere informatie

Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur Margarita Gulian Vakgebied Spaans Titel Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Leren bedrijfseconomische problemen op te lossen door het maken van vakspecifieke schema s

Leren bedrijfseconomische problemen op te lossen door het maken van vakspecifieke schema s Leren bedrijfseconomische problemen op te lossen door het maken van vakspecifieke schema s Bert Slof, Gijsbert Erkens & Paul A. Kirschner Als docenten zien wij graag dat leerlingen zich niet alleen de

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis

Nadere informatie

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren NWO Onderzoek van Hester de Boer, Anouk S. Donker-Bergstra, Danny D.N.M. Kostons (2012, GION) Samengevat door Irma van der Neut (IVA Onderwijs) Zelf gereguleerd

Nadere informatie

` Into Bounce Leren in beweging ` Onderstaand onderzoek laat de effecten zien

` Into Bounce Leren in beweging ` Onderstaand onderzoek laat de effecten zien Erik Scherder, hoogleraar bewegingswetenschappen aan de Rijksuniversiteit van Groningen, zegt: `Bewegen is niet alleen goed voor conditie, maar ook voor cognitie!` `In de hersenen vertonen neuronale systemen

Nadere informatie

Leescoaches in het voortgezet onderwijs

Leescoaches in het voortgezet onderwijs Femke Scheltinga (a) & Lies Alons (b) (a) Expertisecentrum Nederlands, Nijmegen (b) ITTA, Amsterdam Contact: F.Scheltinga@expertisecentrumnederlands.nl Lies.Alons@itta.uva.nl Leescoaches in het voortgezet

Nadere informatie

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Onderzoek naar het gebruik van metaforen door kinderen werd populair in

Nadere informatie

Woordenschat Een vak apart?

Woordenschat Een vak apart? Woordenschat Een vak apart? Learning words Inside & out Tessa de With Enschede Woensdag 28 oktober 2009 3 Het voorbeeld van de muis Een model van het leren lezen Begrijpend luisteren Woordenschat Technisch

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING

SAMENVATTING SAMENVATTING Goed kunnen lezen is een van de belangrijkste vaardigheden in de huidige informatiemaatschappij, waarin communicatie en informatie centraal staan. Lezen is dan ook een onderwerp waar veel onderzoek naar

Nadere informatie

DATplus. Kerndoelanalyse SLO

DATplus. Kerndoelanalyse SLO DATplus Kerndoelanalyse SLO September 2014 Verantwoording 2014SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Mits de bron wordt vermeld, is het toegestaan zonder voorafgaande toestemming

Nadere informatie

Toetsvragen bij domein 6 Stellen

Toetsvragen bij domein 6 Stellen bijvoorbeeld Exemplarische opleidingsdidactiek voor taalonderwijs op de basisschool Toetsvragen bij domein 6 Stellen Bart van der Leeuw (red.) Jo van den Hauwe (red.) Els Moonen Ietje Pauw Anneli Schaufeli

Nadere informatie

Handleiding Extra les over Kraanwater (JOGG), niveau B

Handleiding Extra les over Kraanwater (JOGG), niveau B Extra les! Nieuwsbegrip Extra Met enige regelmaat ontwikkelt Nieuwsbegrip in opdracht van bedrijven of maatschappelijke organisaties een speciale themales. Bedrijven die ons vragen om zulke lessen te ontwikkelen

Nadere informatie

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN TAAL- EN LEESMETHODEN ALGEMEEN Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen Algemeen: aandachtspunten bij methode Begrijpend lezen Om een goede begrijpend lezer te zijn, is het in de eerste plaats

Nadere informatie

Lezen Denken Begrijpen. Begrijpend lezen op de Valentijnschool

Lezen Denken Begrijpen. Begrijpend lezen op de Valentijnschool Lezen Denken Begrijpen Begrijpend lezen op de Valentijnschool De pikkel en de wob Een wob mufte zijn frinse fruin. Een pikkel beunde snerp in de fruin van de wob. Groes mijn bale fruin,loeg de wob biest.

Nadere informatie

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn:

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn: Visiestuk Deze foto past bij mij omdat ik altijd voor het hoogst haalbare wil gaan. Ook al kost dit veel moeite en is het eigenlijk onmogelijk. Ik heb doorzettingsvermogen, dat heb je ook nodig bij het

Nadere informatie

Taalconferentie Hoera! Lezen. In gesprek met de inspectie. Programma. Uw beeld. Marja de Boer

Taalconferentie Hoera! Lezen. In gesprek met de inspectie. Programma. Uw beeld. Marja de Boer Taalconferentie Hoera! Lezen Kansen en uitdagingen voor begrijpend lezen In gesprek met de inspectie Marja de Boer Programma Hoe beoordeelt de inspectie kwaliteit onderwijs BL? Uw beeld Een aantal misvattingen

Nadere informatie

VOORTGEZET ONDERWIJS HELP JIJ OF NIET?

VOORTGEZET ONDERWIJS HELP JIJ OF NIET? VOORTGEZET ONDERWIJS HELP JIJ OF NIET? 1 Algemene informatie Beste docent, Voor u ligt de toolkit die RADAR voor u heeft ontworpen. Vanuit de resultaten van de Diverscity-meter is deze toolkit voor u geselecteerd.

Nadere informatie

Praktijkonderzoek. Joke van Adrichem & Toos van der Smit

Praktijkonderzoek. Joke van Adrichem & Toos van der Smit Praktijkonderzoek Joke van Adrichem & Toos van der Smit W A T I S H E T E F F E C T V A N D E S O R T E E R T A A K O P H E T T E K S T B E G R I P V A N L E E R L I N G E N U I T 4 V W O V A N H E T H

Nadere informatie

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets.

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets. TOETSEN OP DE PWA; het hoe en waarom Alle basisscholen in Nederland moeten beschikken over een leerlingvolgsysteem: een serie toetsen of observaties waarmee de ontwikkeling van de kinderen gevolgd kan

Nadere informatie

Elk kind een lezer (2)

Elk kind een lezer (2) leerlingen zijn betrokken lezers die voorspellingen doen, vragen bij de tekst stellen, bevestiging voor hun vragen zoeken en zichzelf tijdens het lezen corrigeren Het doel van lezen is begrijpen (Stahl2002).

Nadere informatie

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010 Friese taal en cultuur VWO Syllabus centraal examen 2010 oktober 2008 2008 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Condities voor de ontwikkeling van leesvaardigheid: kenmerken van het leesonderwijs

Hoofdstuk 5 Condities voor de ontwikkeling van leesvaardigheid: kenmerken van het leesonderwijs Hoofdstuk 5 Condities voor de ontwikkeling van leesvaardigheid: kenmerken van het leesonderwijs Scholen in Nederland zijn vrij om hun eigen curriculum vorm te geven en dit aan te passen naargelang de behoefte

Nadere informatie

Workshop Begrijpend luisteren in groep 1-2

Workshop Begrijpend luisteren in groep 1-2 Workshop Begrijpend luisteren in groep 1-2 Mini-symposium Onderwijs 19 mei 2016 jopie.deboer@ijsselgroep.nl Wat komt er aan de orde? Wat is begrijpend luisteren? Begrijpend luisteren en de relatie met

Nadere informatie

Interactief werken aan woordenschat Onderzoek in groep 2 tot en met groep 4

Interactief werken aan woordenschat Onderzoek in groep 2 tot en met groep 4 Interactief werken aan woordenschat Onderzoek in groep 2 tot en met groep 4 OnderwijsBewijs-programma Femke Scheltinga Maud van Druenen Karin van Usen Waarom dit onderzoek? De aanleiding - Grote verschillen

Nadere informatie

Vragen bij hoofdstuk 1 t/m 5. Toetsen op School Primair onderwijs. www.toetsenopschool.nl. Toetsen op School Primair onderwijs

Vragen bij hoofdstuk 1 t/m 5. Toetsen op School Primair onderwijs. www.toetsenopschool.nl. Toetsen op School Primair onderwijs Vragen bij hoofdstuk 1 t/m 5 Toetsen op School Primair onderwijs www.toetsenopschool.nl Hoofdstuk 1 Het doel van toetsen Vraag 1 De Drempeltest van Boom test uitgevers is een klassikaal af te nemen aanlegtest

Nadere informatie

Workshop Begrijpend lezen MARIABASISSCHOOL

Workshop Begrijpend lezen MARIABASISSCHOOL Workshop Begrijpend lezen MARIABASISSCHOOL 08-09-2016 WELKOM Voorstellen Workshopleiders: leerkrachten groep 7 Marion Stokman en Patrick van den Bosch Duur van deze workshop: +/- 30 min. INHOUD Samen kijken

Nadere informatie

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs kennisnet.nl Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs Op de volgende pagina s treft u het beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs. Het instrument is ingedeeld in acht

Nadere informatie

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Respecteer de stille periode van kinderen. Geef kinderen die het nodig hebben, meer tijd om een luisteropdracht

Nadere informatie