Concept-besluitenlijst van de openbare overlegvergadering van de commissie Ruimte en Verkeer donderdag 23 januari 2018

Transcriptie

1 Concept-besluitenlijst van de openbare overlegvergadering van de commissie Ruimte en Verkeer donderdag 23 januari 2018 Voorzitter: Floor Griffier: Van der Valk Leden: Huijsmans, Oskam en Overbeeke (D66), Corten en De Nijs (STIP), De Wit (Onafhankelijk Delft), Herrema en Norbruis (GroenLinks), Brehm en Hombergen (PvdA), Van Rossum (SP), Böcker en Lek (VVD), Valk (CDA), Bremer en Meuleman (Stadsbelangen Delft), Gooijer en De Graaf (ChristenUnie) en Van Koppen (Fractie Van Koppen) M.k.a.: - : Wethouders Förster, Brandligt en Harpe Overige: - 1. Opening/mededelingen De voorzitter opent de vergadering om uur. 2. Openstaande punten uit de voorafgaande procedurevergadering Er zijn geen openstaande punten uit de voorafgaande procedurevergadering. 3. Vaststellen besluitenlijst openbare overlegvergadering commissie Algemeen 23 november 2017 (onderwerpen Ruimte en Verkeer) en besluitenlijsten openbare overlegvergaderingen commissie Ruimte en Verkeer 13 en 14 december 2017 De concept-besluitenlijsten worden zonder opmerkingen vastgesteld. 4. Inventarisatie insprekers Er zijn geen insprekers. 5. Vaststellen agenda De heer De Graaf (CU) stelt voor om agendapunt 10 vanavond niet te bespreken omdat het om een verouderde brief gaat en omdat het onderwerp de komende maand aan de hand van een uitgewerkt voorstel wordt besproken. De voorzitter concludeert dat het voorstel volgende maand integraal wordt besproken en dat agendapunt 10 vanavond niet wordt behandeld. Met deze wijziging wordt de agenda vastgesteld. 6. Metropoolregio Rotterdam Den Haag De heer Valk (CDA) refereert aan schriftelijke vragen over de ombouw van de Hoekse Lijn en de mogelijke gevolgen voor Delft. Het is de wethouder niet gelukt om deze voor vanavond te beantwoorden, maar kan hij vanavond mondeling de actuele stand van zaken toelichten? De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) vindt dat bij grote infrastructurele projecten vooraf in de contracten moet worden aangegeven hoe de verdeling is en hij verzoekt door te geven aan de MRDH om hierover tijdig afspraken te maken met de verschillende gemeenten. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

2 Wethouder Harpe memoreert dat de MRDH meer dan 400 miljoen euro subsidie heeft verleend voor deze belangrijke verbinding die vertraging heeft opgelopen en in het worstcasescenario pas in het vierde kwartaal van 2018 operationeel zal zijn. Dit betekent een extra kostenoverschrijding van 90 miljoen euro. Op dit moment wordt bekeken wie voor welk bedrag verantwoordelijk is. Aan de voorkant is heel duidelijk gemaakt wie waar verantwoordelijk voor is: de MRDH heeft een subsidierelatie, gemeente Rotterdam is opdrachtgever en is verantwoordelijk voor de uitvoering en ook voor tekorten. Desalniettemin ontstaat altijd discussie in geval van extra kosten. De wethouder hoopt eind januari meer duidelijkheid te hebben en dat er begin februari besluitvorming binnen de Bestuurscommissie Vervoersautoriteit zal zijn. Een van de schriftelijke vragen is of actuele projecten in Delft geschrapt zullen worden. Met uiterste inspanning zal worden geprobeerd dit te voorkomen. Op dit moment is er geen indicatie dat projecten in Delft niet door zullen gaan. Er is nog wel discussie over welke middelen er op de lange termijn beschikbaar zullen zijn. Hij hoopt binnen afzienbare tijd de uitkomsten van de gesprekken met Rotterdam en de RET te kunnen melden. Uiteindelijk moet de Bestuurscommissie Vervoersautoriteit hiermee instemmen. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat het onderwerp hiermee voldoende is besproken. 7. Voorstel aan de gemeenteraad inzake coördinatieregeling Van der Goesstraat/Van Schuijlenburchstraat (wk 51, nr ) Eerste termijn De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) meent dat bewoners veel inspraak moeten hebben in een coördinatieregeling en goed geïnformeerd moeten worden zodat er zo min mogelijk klachten zullen zijn. De heer Herrema (GL) stelt dat GL geen bezwaar heeft tegen de coördinatieregeling. Hij heeft nog wel een paar aandachtspunten: - Er bestaan afspraken over nul-op-de-meter en de vraag is om corporaties hierop te wijzen; - In de duurzaamheidsstrategie staat een aantal maatregelen dat ook in dit plan toegepast kan worden, zoals gasloos en natuurinclusief bouwen en maximaal 40% verharding in de tuinen. Mevrouw Van Rossum (SP) hoort GL voorbeelden noemen van duurzaamheidsmaatregelen, maar heeft de heer Herrema ook een idee over wat voor soort woningen er moeten terugkomen? De heer Herrema (GL) meent dat de duurzaamheidsmaatregelen niet zoveel te maken hebben met het type woningen. Mevrouw Huijsmans (D66) stelt dat D66 akkoord is met de toepassing van de coördinatieregeling. In eerste instantie was niet duidelijk waarom een wijziging van het bestemmingsplan nodig was en zij verzoekt de raad in het vervolg tijdig te informeren. De duurzaamheidsmaatregelen zijn een goede suggestie, maar het is de vraag hoe het toepassen hiervan moet worden vastgelegd. Hoe staat het met de verordening om de coördinatieregeling toe te kunnen passen? De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) mist het sociaal plan voor de mensen die er nu wonen. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

3 Mevrouw Corten (STIP) wijst erop dat vragen over de rechten van de mensen die er nu wonen, worden beantwoord op de website van Vidomes. De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) zegt dat deze informatie over het algemeen over de minimale middelen gaat die mensen krijgen, maar bij een versnelling zou de gemeente zich moeten inspannen om de mensen met meer dan het wettelijk minimum tegemoet te komen. Mevrouw Van Rossum (SP) meldt dat de SP deur-aan-deur is geweest bij mensen toen de sloopplannen bekend zijn geworden. Bewoners zijn verdeeld over hun woongenot en de vraag is hoe dit zou zijn ervaren als er de afgelopen jaren meer onderhoud zou zijn gepleegd in het complex. Is renovatie voldoende onderzocht en is sloop echt nodig? Als er gesloopt en gebouwd zal worden, zullen het bestemmingsplan en de Omgevingsvergunning tegelijkertijd behandeld kunnen worden. De SP heeft geen principiële bezwaren tegen versnelling, maar op dit moment zijn er nog wel veel vragen: - Wat vindt het college van het proces dat Vidomes heeft gevolgd? - Wat wordt aangeboden aan de huidige bewoners? - Het is onduidelijk wat voor woningen teruggeplaatst zullen worden. - Betekent versnellen dat mensen ook eerder in een woning kunnen terugkeren en is er ook een terugkeergarantie? Mevrouw Corten (STIP) vindt dat de regeling transparantie en tijdswinst biedt en zij ziet uit naar de verordening hierover. STIP stemt in met de coördinatieregeling. De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) zegt dat Stadsbelangen Delft niet per definitie tegen versnelling en de coördinatieregeling is, maar hij sluit zich wel aan bij de vragen van Onafhankelijk Delft en de SP. Als de regeling zal worden toegepast, dient goed gecommuniceerd te worden met de bewoners. De heer Brehm (PvdA) sluit zich grotendeels aan bij de vorige spreker, met name wat betreft het deel over de communicatie. De heer Lek (VVD) wijst erop dat Vidomes eigenaar is van de complexen en dat vernieuwing haar besluit is. Het is slim om hiervoor de coördinatieregeling in te zetten. De VVD wenst dat de grote hoeveelheid gesubsidieerde woningbouw voortvarend wordt teruggebracht tot het landelijk gemiddelde. Het voorliggende plan werkt hier niet naartoe, maar hiermee wordt scheefwonen wel aangepakt. Wethouder Förster stelt dat Vidomes ruim voldoet aan de duurzaamheidsmaatregelen die GL heeft genoemd: gasloos bouwen, verschillende kasten voor vogels, natuurinclusief bouwen voor het collectieve binnenterrein en erfafscheidingen door middel van gaas met begroeiingen. Onlangs heeft het college een stappenplan vastgesteld dat nauwkeurig wordt doorlopen om te bepalen of renovatie mogelijk is of dat moet worden besloten tot sloop. In dit geval gaat het om een complex uit 1955 en de kosten voor beheer en onderhoud worden te hoog. Er is voorzien in ongeveer evenveel sociale huurwoningen. Bewoners krijgen een voorrangsverklaring. Een sociaal plan is inmiddels aan alle bewoners gezonden. Ook is sprake van een verhuisvergoeding. Alle bewoners hebben de mogelijkheid om terug te keren naar de nieuwbouw op voorwaarde dat ze een bruto-inkomen hebben onder euro. Tot de sloop ontvangen bewoners huurkorting. Vanzelfsprekend wordt geprobeerd plannen te realiseren met een zo groot mogelijk draagvlak en communicatie is hierbij een zeer belangrijk aandachtspunt. Samen met Vidomes worden bewonersbijeenkomsten georganiseerd om alle vragen zo goed mogelijk te beantwoorden en de huidige bewoners te informeren. Vidomes zal in een later stadium een presentatie geven over de nieuwbouw. De definitieve plannen zullen er naar verwachting pas eind 2018, begin 2019 zijn. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

4 Tweede termijn Mevrouw Van Rossum (SP) vraagt hoeveel ongeveer evenveel sociale huurwoningen zijn. Sloop en nieuwbouw is goedkoper voor Vidomes dan renovatie, maar de huurprijs moet wel betaalbaar blijven. Scheefwonen betreft slechts een klein percentage. De heer Lek (VVD) wijst erop dat 25% scheefwoners is en deze groep maakt ten onrechte gebruik van sociale voorzieningen, belastinggeld dat wordt opgehoest door de werkenden. Mevrouw Van Rossum (SP) denkt dat in een ideale situatie iedereen die een betaalbare huurwoning zoekt, deze kan vinden, maar in Delft zijn er nog altijd te weinig woningen in het sociale segment en het segment er vlak boven. De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) heeft het sociaal plan van Vidomes erop nageslagen en hij constateert dat mensen een absoluut minimum ontvangen waarmee ze de stad uitgejaagd worden. De heer Herrema (GL) is blij dat Vidomes invulling wil geven aan de ambities op het gebied van duurzaamheid. De gemeente moet er wel op toezien dat deze maatregelen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd. De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) vindt dat de tekeningen voor de nieuwe woningen weinig creatief zijn en door deze aan te passen zal de samenstelling meer gemêleerd zijn. Wethouder Förster wijst erop dat het over de procedure gaat en niet over de inhoud. De plannen komen in een later stadium ter bespreking. Hij herhaalt dat de mensen die er nu wonen niet aan hun lot worden overgelaten. Het sociaal plan is voorgelegd aan alle bewoners en een meerderheid steunt dit. Vidomes heeft laten weten dat zowel qua totaalaantal woningen als qua aantal sociale woningen er ongeveer evenveel terug zullen komen. Een aantal maisonnettes zal worden omgebouwd tot eengezinswoningen. Duurzaam bouwen geldt voor alle projecten en de gemeente zal dit zeker monitoren. De maatregelen die hij heeft genoemd, staan in de plannen van Vidomes en zullen uitgevoerd worden. Op dit moment wordt de coördinatieregeling verordening voorbereid. Er zal worden geprobeerd nog voor de verkiezingen met een voorstel te komen. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is besproken. Het raadsvoorstel wordt doorgeleid naar de hamerstukkenagenda van de raad van 1 februari Voorstel aan de gemeenteraad inzake vaststellen bestemmingsplan Partiële herziening Van Leeuwenhoekkwartier Noord (wk 2, nr ) Eerste termijn De heer De Graaf (CU) memoreert dat twee jaar geleden in het bestemmingsplan is afgesproken dat het Student Hotel een hotelfunctie mocht uitoefenen op deze locatie met een minimumaantal nachten. De CU staat hier nog steeds achter en stemt derhalve niet in met de herziening van het bestemmingsplan. De heer Bremer (Stadsbelangen Delft) brengt in herinnering dat het college zich in de brief naar aanleiding van het onderzoeksrapport van juni 2017 op het standpunt stelde zich waar mogelijk te willen inspannen voor behoud van kleinschalige hotels in de binnenstad en gaf toen aan dat deze ondernemers kwetsbaar zijn voor onder andere verhevigde concurrentie. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

5 De herziening van het bestemmingsplan lijkt echter de deur open te zetten voor een extra concurrent in de binnenstad. In dit gebied zijn er al ruim 700 studentenhuisvestingsplaatsen bij gekomen. Met een Student Hotel erbij worden dit er wel erg veel. De heer Valk (CDA) sluit zich aan bij de voorgaande sprekers. Eerder is al gevraagd of dit Student Hotel zich op deze locatie zou moeten vestigen en ook werd betwijfeld of een hotel met extended stay hier levensvatbaar zou zijn. Vanaf welk moment wist de wethouder dat deze vorm op deze plaats niet te exploiteren was en wanneer heeft Student Hotel hem hierover geïnformeerd? De heer De Nijs (STIP) meent dat in 2015 is aangegeven dat er geen andere plannen lagen voor deze plek. Heeft de heer Valk andere plannen gezien? De heer Valk (CDA) wil deze vraag aan de wethouder stellen. In het nieuwe plan staat dat het in hoofdzaak extended stay moet zijn. Wat houdt dit in? De heer Hombergen (PvdA) zegt dat de PvdA in aanleg positief staat tegenover het plan van het Student Hotel. Het is een innovatieve benadering met meerdere functies, wat de omgeving ten goede komt en het past goed in de langetermijnvisie van Delft met betrekking tot de ontwikkeling van de kenniseconomie, de campus en het toerisme. Is er overleg geweest met de andere hotels? De heer De Nijs (STIP) vraagt of de heer Hombergen de bijlage heeft gezien waaruit blijkt dat Koninklijke Horeca Nederland en de hotelsector akkoord zijn. De heer Hombergen (PvdA) heeft dit gezien, maar hij constateert net als vorige sprekers dat het plan vooral vanuit het Student Hotel zelf is geschreven. Hij is benieuwd hoe de balans tussen de verschillende functies wordt bewaakt door de gemeente. De heer De Nijs (STIP) stelt dat het Student Hotel een bewezen concept is met een uniek businessmodel dat voorziet in een behoefte voor in ieder geval buitenlandse studenten. Het is belangrijk om duidelijk te maken dat het om hotelkamers gaat en niet om studentenhuisvesting. Voor langer verblijf in Delft zijn nog steeds studentenkamers nodig. Het is goed dat KHN akkoord is met de komst van het Student Hotel. De groei in hotelkamercapaciteit vraagt om een uitbreiding van het citymarketingbudget. Mevrouw Van Rossum (SP) vraagt zich af waarom het Student Hotel naast het station zou moeten staan. De heer De Nijs (STIP) zegt dat dit goed is voor de bereikbaarheid. De heer Valk (CDA) wijst erop dat het Student Hotel in andere steden niet pal naast het station ligt, maar zich juist iets verder weg bevindt. De heer De Nijs (STIP) weet dat het in verschillende steden op verschillende plekken staat, maar vaak zijn deze hotels goed bereikbaar. De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) meent dat de KHN weliswaar akkoord is, maar het enthousiasme is volgens hem niet zo groot als de heer De Nijs doet voorkomen. De heer De Nijs (STIP) heeft daarom geïnformeerd naar extra budget voor citymarketing. Mevrouw Van Rossum (SP) zou het heel goed vinden om meer aanbod te hebben van budgethotels of hostels in Delft. Dit Student Hotel is echter echt voor studenten en kenniswerkers bedoeld. Er is veel geïnvesteerd in deze locatie en de gebouwen die hier staan, moeten een publieke functie hebben. Verder vraagt zij zich af of het niet wat kleinschaliger kan. De SP steunt de herziening van het bestemmingsplan niet. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

6 De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) memoreert dat Onafhankelijk Delft destijds tegen het bestemmingsplan heeft gestemd vanwege de massaliteit. Met de herziening is deze angst bewaarheid. De heer Herrema (GL) vindt de locatie voor het Student Hotel goed en hij is blij dat het concept zich in Delft wil vestigen. Hij is wel verbaasd dat KHN en de hotelsector akkoord gaan, maar hieraan stellen zij wel voorwaarden en hij vraagt of de wethouder hierop kan ingaan. Er is een link met de woonvisie die pleit voor meer shortstay-voorzieningen. Mogelijk wordt niet voorzien in eigen parkeerplaatsen, maar wordt een ontheffingsverzoek bij de gemeente ingediend omdat er een overcapaciteit zou zijn in het stationsgebied. Enerzijds wordt in dit concept vaker voorzien in parkeerplaatsen. Anderzijds is er geen overcapaciteit in dit gebied. De heer Lek (VVD) noemt het een interessant plan op een belangrijke locatie. Hij heeft de volgende opmerkingen: - De aanvullende voorwaarden waaronder KHN akkoord is, heeft hij niet kunnen vinden. - Is er sprake van het verwerven van het terrein op oneigenlijke gronden? - Kan de wethouder bevestigen dat er sprake is van marktconforme tarieven? - Is er onvoldoende ruimte voor eigen parkeerplaatsen? - Welke risico s ziet de wethouder? De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) heeft het idee dat het hotel ook heel goed bij de ontwikkeling van de campus en station Delft Zuid geplaatst had kunnen worden. Hier zijn mogelijkheden voor parkeren en de studenten zitten vlak bij de TU. Mevrouw Huijsmans (D66) vraagt of zij goed begrijpt dat de heer Van Koppen een gesloten deal wil openbreken en een alternatieve locatie wil voorstellen. De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) bevestigt dit. Mevrouw Huijsmans (D66) noemt de mix in deze buurt goed voor de Spoorzone. Zij is wel benieuwd wie het onderzoek heeft gedaan. Naar aanleiding van de vragen van GL en de VVD over het parkeren hoort zij ook graag of dit over parkeren van bezoekers en werknemers gaat. D66 is akkoord met de herziening. Wethouder Förster memoreert dat de raad eerder heeft gesteld dat een hotelfunctie op deze locatie goed zou passen. Het Student Hotel is tot nu toe de enige partij die interesse heeft getoond in deze kavel. Dit heeft wellicht te maken met de beperkte bereikbaarheid. Het hotel heeft zelf aangegeven zich heel graag in dit gebied te willen vestigen, omdat er ook positieve ervaringen in Den Haag en Eindhoven zijn. Voor Delft is het interessant, omdat er een kleine parkeeroplossing is en met het hotel wordt gezorgd voor levendigheid in het gebied. Eerder werd gedacht dat het hotel uit de voeten kon met extended stay. Tijdens een interactieve sessie met de wethouder en de raad heeft het hotel duidelijk haar wensen uiteengezet en uitgelegd dat een hotelbestemming wat meer flexibiliteit geeft. De heer Valk (CDA) vraagt of dit laatste vanuit het Student Hotel of vanuit de wethouder is gekomen. Wethouder Förster antwoordt dat het Student Hotel heeft aangegeven dat extended stay niet in haar concept past. De gewenste flexibiliteit wordt ondersteund door het college, omdat hiermee in de zomer of tijdens congressen kamers als hotelkamers verhuurd kunnen worden als andere hotels vol zijn. Van de 350 kamers zijn er 90 tot 100 echte hotelkamers. 160 kamers hebben gedeelde voorzieningen en deze zullen voornamelijk worden gebruikt door internationale studenten. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

7 De aanvullende voorwaarden waaronder de andere partijen akkoord zijn gegaan, staan in artikel 3 van het bestemmingsplan en samengevat komt het erop neer dat het hoofdzakelijk gaat om het verblijf van één week met daarnaast reguliere hotelovernachtingen. De doelgroep is primair aan onderwijs gebonden personen. Het Student Hotel wil actief bijdragen aan de stadsmarketing van Delft en wil ook meedenken aan het aantrekken van meer toeristen. De heer Herrema (GL) vraagt of de genoemde voorwaarden betekenen dat het niet na verloop van tijd een gewoon hotel kan worden als de formule van het Student Hotel niet meer werkt. Wethouder Förster stelt dat de juridische tekst voldoende aanleiding is voor partijen om in dat geval naar de rechter te stappen. Het is belangrijk dat de hotelsector divers blijft in de binnenstad. Ondanks de groei van toeristen zal de komst van nieuwe hotels enigszins geremd worden. Verspreid over de stad zijn er veel studentenwoningen bijgebouwd. Nieuw te bouwen studentenwoningen zullen bij voorkeur op de campussen plaatsvinden. De kamers van het Student Hotel tellen niet mee voor het totale aantal studentenwoningen aangezien het gaat om hotelkamers. Gezien de beperkte bereikbaarheid wil het hotel een minimalisatie van het aantal parkeerplaatsen. Alle studenten krijgen een fiets van het hotel en de verwachting is niet dat veel mensen een auto zullen hebben. Er wordt wel voorzien in een aantal parkeerplaatsen, omdat het plan moet voldoen aan het door de raad vastgestelde parkeerbeleid en de visie voor de Spoorzone. Als er toch meer auto s gebruik willen maken van het Student Hotel dan voorzien, wordt gekeken naar uitwijklocaties in de omgeving. Dit is zeker nog een aandachtspunt. Het Student Hotel gaat gewoon een marktconforme prijs betalen. Gezien de vraag naar hotels heeft de gemeente besloten een onderzoek te doen in de hele stad. Dit plan is betaald door de gemeente en is leidend voor de toetsing van andere plannen in de stad. Tweede termijn De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) kan zich voorstellen dat de bouw van een hotel op de kop van de Brasserskade ook concurrentie oplevert en hij vraagt of er overleg is geweest met KHN en de hotelketens. De heer Bremer (Stadsbelangen Delft) constateert dat er in de eindfase op een kleine kilometer duizend studenten overnachten. Dit is een onverantwoorde concentratie en daarom is Stadsbelangen Delft tegen het bestemmingsplan. Wethouder Förster wijst erop dat het hotel in het verlengde van de Brasserskade zich niet op Delfts grondgebied bevindt, waarmee Delft weinig invloed heeft. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is besproken. Een ruime meerderheid van de fracties adviseert positief. Een aantal fracties is tegen het voorstel. Het raadsvoorstel wordt doorgeleid naar de bespreekagenda van de raad van 1 februari van B&W: bouwen aan een duurzaam Delft (wk 47, nr ) Eerste termijn Mevrouw Böcker (VVD) constateert dat de doelstellingen niet realistisch zijn en dat helemaal niet duidelijk is hoe ze gerealiseerd moeten worden. Zij had gehoopt op een integrale visie op duurzaamheid, als onderdeel van plannen voor wonen en werken. De financiële paragraaf is leeg terwijl een raming redelijk zou zijn. Vooralsnog gaat het om een GroenLinksprogramma waar de VVD op dit moment geen extra geld aan wil besteden. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

8 Mevrouw Corten (STIP) vraagt zich af of de ambities in Delft wat betreft duurzaamheid wel voldoende zijn. Zij pleit voor minder beleidstukken en meer projecten. Het lanceren van pilots past goed bij de Delftse identiteit als kennisstad. De ambitie om de agenda 2040 te halen, ontbreekt echter. STIP licht er drie thema s uit. - Hoe kunnen bewoners meedoen? De wethouder zou aan de slag gaan met bewonersabonnementen om hun huis te verduurzamen. Wat is de stand van zaken? - Bij circulaire economie ontbreekt de maatregel circulair bouwen. Hoe zorgt de wethouder ervoor dat dit terugkomt bij de bouwprojecten in en van de gemeente? - Warmtenetten zijn belangrijk, maar niet alles moet hierop worden ingezet. In de elektrificatie zit veel meer beweging. Er moet worden bekeken hoe de duurzame stroom zo efficiënt mogelijk ingezet kan worden. STIP ziet graag een versnelling in gasloos bouwen. Mevrouw Gooijer (CU) stelt dat de CU het een goed programma vindt waarin voor elk van de vier pijlers wordt aangegeven wat het pad wordt richting Hoe kan de raad bijsturen met betrekking tot de maatregelen voor 2020? - Wat is de stand van zaken van het onderzoek om de OZB te koppelen aan de verharding van de tuin? - Waarom wordt pas in 2020 gasloos gebouwd en niet nu al? - Kan de wethouder aangeven wat hij verstaat onder problemen aankunnen onder alle weersomstandigheden? - Regenwater afkoppelen van het riool scheelt veel reinigingskosten en hierdoor kan wellicht de waterschapsbelasting omlaag. - Kan de wethouder aangeven of in de prestatieafspraken lagere huur voor mensen in energiearme woningen worden besproken? De heer Van Overbeeke (D66) is blij dat het college de urgentie voor duurzaamheid ziet, maar een strategisch plan bevat doelen voor de lange termijn, tussentijdse doelen en maatregelen die nodig zijn om de doelen te bereiken. Om te kunnen sturen op de output moeten de doelen voor de raad voldoende concreet zijn. Meer de helft van de doelen die hier worden beschreven, is echter vaag. Hij vraagt zich af hoe wordt bewaakt dat er geen doelen verloren gaan in het integrale proces die in eerdere nota s zijn geformuleerd. Mevrouw Gooijer (CU) stelt dat het moeilijk is om maatregelen te concretiseren zonder in de uitvoering terecht te komen. De heer Van Overbeeke (D66) erkent dit en hij vindt dan ook dat de ambities mooi zijn, maar dat de uitwerking achter blijft. De heer Valk (CDA) sluit zich bij dit laatste aan. Wel concreet wordt het college over de te realiseren woningen, terwijl de raad recent heeft besloten om hierover nog een impactanalyse te doen. Hij wil niet dat dit getal wordt vastgelegd zolang de raad zich hierover nog niet heeft uitgesproken. Het CDA sluit zich wat betreft de financiële impact aan bij de VVD en pleit voor een risicoanalyse. De suggestie van STIP om niet alles op warmtenet in te zetten maar op elektrisch, is interessant. Gasloos bouwen wordt interessant gezien de recente ontwikkelingen. De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) constateert dat het college eigenlijk in een brief de stand van zaken rapporteert. Hij vraagt wat de wethouder nu echt van plan is. De heer Brehm (PvdA) stelt dat de PvdA het eens is met de ambitie om naar een duurzame samenleving te gaan. Niet alle ontwikkelingen zijn te voorzien en daarom is het begrijpelijk dat ambities voor de langere termijn minder concreet zijn. Voor de kortere termijn geldt dit echter niet. Deze ambities moeten concreet zijn zodat duidelijk wordt waar het college op afgerekend kan worden. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

9 De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) meent dat ambitie goed is, maar ambities moeten wel realistisch zijn en ook Stadsbelangen Delft heeft hier vraagtekens bij. Hij valt de heer Valk bij wat betreft de woningen waarover de raad nog geen uitspraak heeft gedaan. Duurzaamheid is al zo diepgeworteld in de samenleving dat de lokale overheid hier weinig meer aan hoeft te doen dan faciliteren. 99,5% van de weersomstandigheden aankunnen, lijkt zeer ambitieus. Het is interessant dat het college de mogelijkheden wil onderzoeken om afval aan de achterkant te scheiden, terwijl de wethouder dit vier jaar lang niet heeft willen doen. Samenvattend stelt de heer Meulenman dat het een theoretisch stuk is waarvan het de vraag is hoe realistisch het is. Mevrouw Corten (STIP) vraagt welke ambitie Stadsbelangen Delft heeft. De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) stelt dat Stadsbelangen Delft voorstander is van een realistische ambitie. Mevrouw Norbruis (GL) meldt dat GL blij is met de aandacht voor de borging van duurzaamheid in de gemeentelijke processen en met de integrale aanpak. GL heeft de volgende vragen: - De gemeente wil samen met bewoners de stad Delft de stad duurzaam maken, maar dit wordt niet uitgewerkt. Welke rol ziet de wethouder voor De Papaver? - De nadruk op groen in de stad lijkt vooral te liggen bij kwaliteit in plaats van kwantiteit. Het is de vraag wie de kwaliteit bepaalt. - Doelstellingen en maatregelen staan door elkaar en zijn niet bepaald SMARTgeformuleerd. De paragraaf circulaire economie is zeer summier. Gaat hier nog een slag overheen in de uitvoering? - Is het college bereid zich aan te sluiten bij de Statiegeldalliantie van Recycling Netwerk Benelux? De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) vindt dit stuk, zoals meerdere sprekers, een toekomstvisie met weinig concrete zaken. Hij stelt voor om alle dingen voor 2018 concreet te maken. Het aansluiten bij een Statiegeldalliantie is een kleine, maar concrete stap. Er moet inderdaad worden gekeken naar andere energievormen en hij hoopt dat de waterstofauto er komt in Delft. Mevrouw Van Rossum (SP) ziet veel goede doelen over milieuduurzaamheid, veel groen en veel recycling. De gemeente heeft al tien jaar plannen om klimaatneutraal te worden, maar er komt elke keer een nieuw plan. Zij mist dan ook de uitwerking. Het college stelt twee tegengestelde zaken: de ene wethouder wil over twee jaar 75% gescheiden afval, terwijl de andere wethouder pleit voor afval scheiden aan de achterkant. De SP wil dat eerst de haalbaarheid wordt onderzocht voordat er geld beschikbaar komt. Wethouder Brandligt herkent wat er wordt gezegd. Het gaat hier om een eerste poging om een aantal gebieden van duurzaamheid te beschrijven. Dat gaat om het energiegebied, de klimaatadaptatie, de circulaire economie en ook groen, blauw en gezond. Niet alle thema s bevinden zich op hetzelfde niveau. Voor energie is vorig jaar het uitvoeringsprogramma al vastgesteld. Voor de drie andere thema s komen deze nog. In het voorliggende stuk zouden strikt genomen helemaal geen maatregelen moeten staan, omdat het strategische doelen betreft. De maatregelen die worden genoemd, zijn voorbeelden van maatregelen die worden genomen, maar deze zijn niet uitputtend en hierop wordt in de verschillende uitvoeringsagenda s nog ingegaan. Mevrouw Gooijer (CU) begrijpt dat het om voorbeelden gaat, maar zij wil weten hoe vastomlijnd de plannen zijn en op welke manier kan worden bijgestuurd. Wethouder Brandligt zegt dat zaken in dit stuk niet in beton gegoten zijn en per definitie worden uitgevoerd. Voor sommige dingen komt het college apart terug bij de raad. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

10 Een aantal jaar geleden was er al een strategisch document over het klimaatneutraal maken van Delft en in de loop van de tijd is gebleken dat er over een aantal dingen al anders wordt gedacht. Wat nu wordt vastgesteld voor 2040 en 2050, zal onderweg weer bijgesteld moeten worden. Voor 2018 zal het in eerste instantie met name gaan om procesgeld om een aantal zaken nader uit te werken zoals de circulaire economie, het thema dat het minst ver is. Het stuk richt zich vooral op de ruimtelijke duurzaamheidscomponent. In Delft zijn twaalf prioritaire gebieden waar vooral ontwikkelingen zullen gaan plaatsvinden. De integraliteit is met name van belang voor de Omgevingsvisie waar alle thema s ook weer terugkomen. Het woningabonnement is in Deventer ingevoerd met geld van de provincie. Dit geld heeft de provincie van Delft niet. In de prestatieafspraken komt de huur van energiearme woningen expliciet terug. De woningen zijn eerder genoemd in de agenda Stad en de impactanalyse moet inderdaad nog worden gemaakt. Dit is geen besluit voor deze woningen, maar de impact op duurzaamheidsgebied moest wel worden meegenomen. De laatste drie grote woningprojecten in Delft zijn allemaal al gasloos. Soms zijn individuele bouwprojecten dit nog niet. Ongeveer 20% van de woningen in Delft is geschikt om op warmte te zetten. Met betrekking tot borging in de gemeentelijke processen verwijst de wethouder naar het streven naar een duurzaamheidsparagraaf in alle beleidsnota s van de gemeente. De Papaver en andere organisaties zullen hier zeker een rol in spelen. Er zal worden onderzocht of de rijksnorm van de hoeveelheid groen per woning in Delft kan worden gerealiseerd en dit gaat dus met name om kwantiteit. Verbindingen zijn belangrijk en de brug over de Karitaatmolensloot is hier een voorbeeld van. De Statiegeldalliantie sluit mooi aan bij bijvoorbeeld zwerfafval en de circulaire economie. De wethouder zal zich er hard voor maken dat Delft zich hierbij aansluit. Mevrouw Corten (STIP) verwijst naar een hoogleraar van de TU Delft die heeft gesteld dat de technologie eerst slimmer moet worden gemaakt. STIP zou liever geld besteden aan onderzoek hiernaar. Wethouder Brandligt zegt dat dit ook zeker moet gebeuren, maar de Statiegeldalliantie is ook vooral opgericht om de hoeveelheid zwerfafval terug te dringen. Het opruimen hiervan kost ook geld. Doelstellingen die al zijn vastgelegd, blijven staan. Tweede termijn Mevrouw Böcker (VVD) zegt dat het stuk ter kennisname aan de raad is gestuurd. Maakt de wethouder de doelen eerst realistisch en komt het dan in de raad terug? De heer Valk (CDA) is niet tevreden over het antwoord naar aanleiding van de woningen. Hij heeft de wethouder gevraagd niet op te schrijven dat deze woningen worden gebouwd zolang de raad hier nog niet toe heeft besloten. De heer Van Overbeeke (D66) meent dat er na tien jaar duurzaamheidsbeleid meer te zeggen moet zijn over de stand van zaken dan dat de uitvoeringsagenda s komen. Hij is van mening dat doelen concreet moeten zijn en dat maatregelen hieruit volgen. Pas dan kan ook over financiën worden gesproken. Mevrouw Corten (STIP) is benieuwd hoe bewoners erbij worden betrokken als hier geen geld voor is. Zij heeft nog niets gehoord over circulair bouwen. Gaat de wethouder in gesprek met de hoogleraar over de Statiegeldalliantie? De heer De Wit (Onafhankelijk Delft) vraagt wanneer de wethouder met de volgende informatie komt. Mevrouw Norbruis (GL) stelt dat GL de grote ambities van het college omarmt. Zij maakt zich nog zorgen over de koppeling van deze nota aan de ontwikkeling van woningen. GL steunt daarom de impactanalyse. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

11 De heer Valk (CDA) vraagt hoe GL de realisatie van de woningen ziet zonder groen op te offeren. Mevrouw Norbruis (GL) denkt dat dit moeilijk zal worden voor alle woningen. Wethouder Brandligt zal dit stuk niet direct helemaal aanpassen, maar de raad kan wel input geven. Hierna komen de uitvoeringsagenda s en wordt naar de doelstellingen gekeken. Het onderwerp zal met enige regelmaat terugkomen. Mevrouw Gooijer (CU) vraagt wat het moment is om bij te sturen per motie. Zij weet nog steeds niet hoe open de nota is. Wethouder Brandligt stelt dat het in deze nota gaat om de strategische doelen die wat verder weg liggen. De raad wordt gevraagd of de richting wordt gedeeld. De voorbeelden die mevrouw Gooijer heeft genoemd, komen terug in de uitvoeringsagenda van klimaatadaptatie of bij groen. Mevrouw Corten (STIP) vraagt of dit het moment is om circulair bouwen via een motie in de doelen op te nemen. Wethouder Brandligt zegt dat dit onderwerp bij de circulaire economie aan de orde komt. Gedeeltelijk raakt dit ook weer aan de energiekant. Bij de woningen zal een voetnoot worden geplaatst dat deze afhankelijk zijn van de impactstudie. Op 15 februari a.s. is er een startconferentie over de Delftse energiestrategie. Hier kunnen geïnteresseerde bewoners zich voor aanmelden. Er zullen meer van dit soort bijeenkomsten worden georganiseerd. Delft zal zich aansluiten bij de Statiegeldalliantie. Daarnaast wil hij ook in gesprek gaan met de hoogleraar. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is besproken. 10. van B&W: station Delft Zuid (wk 48, nr ) De bespreking van dit onderwerp is doorgeschoven naar de overlegvergadering van dinsdag 20 februari a.s. 11. Voorstel aan de gemeenteraad inzake tweede fase overdracht taken uitvoering straatparkeren naar ParkerenDelft (wk 51, nr ) Eerste termijn De heer Oskam (D66) constateert dat het overnemen van het innen van de boetes van de regionale belastinggroep naar Delft kost, terwijl hij eerder zou verwachten dat er geld over zou zijn. Hij verzoekt de wethouder hierop in te gaan. Sinds november 2016 probeert D66 er een vinger achter te krijgen waarom 60% van alle bezwaren tegen boetes gegrond worden verklaard. Hoe ligt dit percentage op dit moment en hoe gaat ParkerenDelft ervoor zorgen dat het aantal terechte bezwaren omlaag gaat? De dienstverlening moet worden verbeterd en het verlagen van het aantal boetes is hiervan een belangrijk onderdeel. Mevrouw Böcker (VVD) stelt dat het prima is dat het takenpakket van ParkerenDelft wordt uitgebreid omdat er goede ervaring is met de dienstverlening. Zij sluit zich aan bij de vraag van D66 over de regionale belastinggroep. De heer Valk (CDA) schrok ook van de financiën en met betrekking tot deze vraag sluit hij zich aan bij voorgaande sprekers en voegt hieraan toe of dit consequenties heeft voor de parkeertarieven in Delft. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

12 De heer Hombergen (PvdA) ziet voordelen van het in één hand hebben van het parkeerbeleid in Delft. Ook de PvdA heeft dezelfde vraag over de extra kosten. De heer De Nijs (STIP) sluit zich aan bij de vragen over de taken en kosten van de RBG. STIP is geen voorstander van dekking uit de algemene reserve en de vraag is of de wethouder nog mogelijkheden ziet om dit binnen zijn eigen portefeuille te dekken. Mevrouw Norbruis (GL) stemt in met het beleid, hoewel ook GL de kosten erg hoog vindt en op de RBG krijgt zij graag een toelichting. Wethouder Harpe noemt als voordelen voor de overdracht de integratie van het straat- en garageparkeren, het verbeteren van kwaliteit en meer efficiency. In eerste instantie was hij ook verrast over de extra kosten. De kosten van ParkerenDelft zijn niet toegenomen. De tegenvallers zitten bij de gemeente: - In de bedrijfsvoering zijn zaken niet goed gegaan; - Op het moment dat taken worden overgeheveld, zijn de overheadkosten hierbij lastig; - Of het gebruikelijk is binnen gemeenschappelijke regelingen weet de wethouder niet, maar in dit geval was bestemd voor het afdoen van bezwaarschriften. De RBG voerde ook taken uit die niet concreet werden betaald zoals klantcontact-activiteiten. Er is afgesproken om het bedrag hiervoor te gebruiken. Het aantal bezwaren neemt inmiddels af en de doelstellingen worden bereikt met minder handhavingsuren. Wethouder Harpe zegt toe van de managementrapportage van Parkeren Delft een bestuurlijke rapportage te maken en deze rapportage aan de raad te sturen. Fase 2 zal 1 april worden in plaats van 1 maart. Wethouder Harpe zegt toe een jaar na de start van fase 2 IPD de balans op te maken en de evaluatie van het totaalpakket eind 2019 met de raad te delen. Het is niet gelukt om de kosten vanuit de eigen portefeuille te dekken. De parkeertarieven zullen niet door het bovenstaande worden verhoogd. Tweede termijn De heer Valk (CDA) begrijpt dat de structureel is en hij vraagt voor hoe lang deze afspraak is gemaakt. De heer Hombergen (PvdA) heeft de wethouder ook horen zeggen dat hij de getallen uit de rapportages zou structureren om de raad wat meer financieel inzicht te geven. De heer Oskam (D66) is blij dat de managementrapportage naar de raad wordt gestuurd. Het klantcontactcentrum profiteert nu van het bedrag en hij vraagt waarom dit geld niet voor parkeren wordt gebruikt. Wethouder Harpe stelt naar aanleiding van deze laatste vraag dat het klantcontactcentrum op een minimum zit, terwijl er ambities zijn om het dienstverleningsconcept verder te versterken. Over de is een meerjarige afspraak gemaakt met de RBG. Hij stuurt geen managementrapportages, maar hij heeft toegezegd dat hij zal proberen om hiervan een bestuurlijke rapportage te maken. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is besproken en dat de wethouder een evaluatie en een bestuurlijke rapportage heeft toegezegd. Alle fracties adviseren positief. Het raadsvoorstel wordt doorgeleid naar de hamerstukkenagenda van de raad van 1 februari Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

13 12. van B&W: update beleidsregels ontheffingsverlening autoluw-plusgebied (wk 51, nr ) Eerste termijn Mevrouw Böcker (VVD) vindt het van belang dat bewoners geen onevenredige last ondervinden van de maatregelen. Een nadeel is dat de snelheid van de scheurbrommers niet wordt verlaagd. Bezorgdiensten erkennen zelf dat de bezorgers te hard rijden en waarom is niet met deze ondernemers afgesproken dat na een aantal boetes de bezorgontheffingen komen te vervallen? Mevrouw Gooijer (CU) ziet het probleem van de scheurbrommers ook, maar zij vraagt of de VVD ook de ambitie heeft om het duurzame element in te brengen. Mevrouw Böcker (VVD) stelt dat de VVD het liefst in één keer een goede aanpak van scheurbrommers zou zien. Zij ziet dit als een eerste stap waarbij handhaving belangrijk is. Mevrouw Norbruis (GL) zegt dat GL tevreden is over het op termijn verbannen van de stinkbrommers uit de binnenstad. Het is een eerste stap naar het weren van verbrandingsmotoren uit de binnenstad in Zij deelt wel de zorg van de bewoners over het toenemend aantal bezorgauto s. Hoe gaat de wethouder ervoor zorgen dat de brommers niet door de auto s worden vervangen? De heer Valk (CDA) stelt als tussenoplossing voor om in eerste instantie de tweetaktbrommers en - scooters te verbieden en de viertakt wel toe te staan. De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) ziet niet dat er iets nieuws voorligt. De heer Brehm (PvdA) zegt dat de PvdA het eens is met het voorstel. Hij is het eens met de VVD dat handhaving nodig blijft. Mevrouw Corten (STIP) vindt het belangrijk om ondernemers mee te nemen en daarom is het goed dat er beleid wordt opgesteld om tegemoet te komen aan de gedane investeringen. Zij sluit zich aan bij de vraag over de bezorgauto s. Taxibedrijven krijgen ook een ontheffing en een zorg is dat taxi s door de binnenstad gaan afsnijden. De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) is het over het algemeen eens met het weren van allerlei uitstootgevende brommers en snorfietsen. Hij vindt alleen dat er één lijn getrokken zou moeten worden met betrekking tot de ontheffingen van bewoners en bedrijven binnen het autoluwplusgebied en daarbuiten. Mevrouw Gooijer (CU) hoort terug dat het eigenlijk een verkeerde oplossing is voor een bestaand probleem. Er wordt vooral een milieueffect bereikt, maar dit is niet alleen goed voor de binnenstad. Wat wordt gedaan aan het brommerbezit in de rest van de stad? Zij ziet net als de VVD het belang van handhaving. Wethouder Harpe stelt dat het in feite om een collegebevoegdheid gaat, maar gezien het onderwerp haalt hij op wat de raad ervan vindt. Naar aanleiding hiervan wordt het voorstel eventueel aangepast en vervolgens stelt het college de beleidsregel definitief vast. Eerder is aandacht besteed aan de scheurbrommers en deze aandacht zal er blijven. Met de bezorgdiensten is gesproken en zij hebben laten weten dat er vooral beboet moet worden omdat met bezorgers is afgesproken dat scheuren niet is toegestaan. Bovendien staat in de ontheffingsbepalingen dat de gemeente te allen tijde de mogelijkheid heeft om ontheffingen in te trekken. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

14 Er wordt steeds meer gebruikgemaakt van de bezorgfiets en hopelijk zet deze ontwikkeling door. De angst voor bezorgauto s deelt de wethouder niet, omdat het niet erg aantrekkelijk is om kleine gerechten in de binnenstad met de auto te bezorgen. Een onderscheid maken tussen twee- en viertakt maakt zaken nodeloos ingewikkeld. Ze zijn beide vervuilend en met beide kan worden gescheurd. Een halfjaar nadat de regeling is vastgesteld, worden geen ontheffingen meer verstrekt voor bezorgscooters met een verbrandingsmotor. De ontheffingen van taxi s zijn eerder besproken. Buiten het autoluwplusgebied gevestigde bedrijven bezorgen ook veel buiten de binnenstad. Bedrijven in de binnenstad bezorgen met name in dit gebied. De wethouder wil het probleem eerst aanpakken waar dit het grootst is en dat is in dit gebied. Mevrouw Norbruis (GL) stelt dat er wel degelijk bezorgauto s in de binnenstad rijden. Zij vraagt welke maatregelen de wethouder neemt als dit aantal zal toenemen. Wethouder Harpe zegt dat het hier in eerste instantie over de scheurbrommers gaat. Hij schat in dat de maatregelen niet zullen leiden tot een toename van bezorgauto s. Als dit wel het geval zal zijn, wordt op dat moment bekeken wat hieraan gedaan kan worden. Advies/conclusie commissie De voorzitter concludeert dat dit onderwerp voldoende is besproken. 13. Rondvraag De heer Brehm (PvdA) stelt dat de verkeerssituatie bij het station niet veilig lijkt gezien het feit dat er afgelopen weekend weer iemand in het water is beland. Dit geldt ook voor de uitrit vanuit de Havenstraat richting Bolwerk. De vraag is hoe deze situaties verbeterd kunnen worden. Wethouder Harpe wijst erop dat het incident van het afgelopen weekend aan de andere kant van de gracht was waar geen fietspad is en waar de looproute naar de gracht is afgebakend. Na overweging is besloten dat dit incident geen aanleiding geeft tot maatregelen. Wel zullen er maatregelen worden genomen als er steigers worden geplaatst. De situatie bij de Havenstraat kent hij niet. Als de heer Brehm deze vraag met een foto per stelt, zal hij hier schriftelijk op terugkomen. Naar aanleiding van de rondvraag van Onafhankelijk Delft stelt wethouder Harpe dat deze vraag per heel laat is ingediend en dat Onafhankelijk Delft ook niet meer aanwezig is. Hij denkt bovendien dat de vragen van de heer De Wit zijn beantwoord met het antwoord op de vraag van de heer Brehm. Wethouder Harpe gaat in op de vragen over de parkeersituatie bij de Buitenwatersloot. Het bestuur is geïnformeerd dat de oplossing niet voor 1 februari gereed zal zijn. De eerste 600 uur kan, zoals elke vereniging, worden gebruikt voor mensen met een groot instrument of voor mensen die minder goed ter been zijn. Een voorstel voor een structurele oplossing zal zo snel mogelijk aan de raad worden voorgelegd. De heer Meuleman (Stadsbelangen Delft) vraagt of de wethouder een termijn kan geven voor de structurele oplossing. Wethouder Harpe denkt nog een paar maanden nodig te hebben en hij zal zijn best doen om het zo snel mogelijk op te lossen. De raad kan eventueel een versnellingsverzoek doen. In dit laatste geval zal het tweede kwartaal waarschijnlijk lukken. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15

15 De heer Van Koppen (Fractie Van Koppen) memoreert dat de wethouder eerder heeft gezegd dat het project bij het Mijnbouwplein in februari of maart gestart moet worden om geen vertraging op te lopen. In de voortgangsrapportage van tramlijn 19 ziet hij dat de werkzaamheden en afsluiting een paar maanden later zullen beginnen. Hij vraagt of de werkzaamheden uitgesteld kunnen worden tot de resultaten van de workshops over het fietsverkeer en dergelijke waaraan bewoners deelnemen er zijn. Wethouder Harpe meent dat de eerste workshops deze week zijn. Als aanpassingen nog binnen het tijdpad passen, worden ze gedaan. Als dit niet binnen de planning lukt, wordt bekeken wanneer het wel mogelijk is. 14. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om uur. Concept-besluitenlijst commissie R&V overlegvergadering 23 januari / 15