De laatste stelling van Fermat

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De laatste stelling van Fermat"

Transcriptie

1 Hoofdstuk 13 De laatste stelling van Fermat 13.1 Pythagoreïsche drietallen Sinds de oudheid weet men dat er rechthoekige driehoeken zijn waarvan alle zijden geheel zijn. Hiertoe moeten we natuurlijke getallen a, b, c vinden, de zijden van de driehoek, zó dat a 2 + b 2 = c 2. Bekende voorbeelden zijn = 5 2 en = Het is heel gemakkelijk om oneindig veel van deze drietallen te maken. Beschouw namelijk de identiteit (s 2 t 2 ) 2 + (2st) 2 = (s 2 + t 2 ) 2. Wat we ook voor s, t invullen, de gelijkheid is altijd waar. De keuze s = 2, t = 1 geeft = 5 2, de keuze s = 3, t = 2 geeft = Door s, t wat groter te nemen kunnen we ook spectaculair grote drietallen a, b, c maken. Bijvoorbeeld s = 108, t = 67 geeft = Het aardige is dat we met deze constructie ook alle a, b, c kunnen vinden die voldoen aan a 2 + b 2 = c 2 met de eis dat ggd(a, b, c) = 1. Definitie Een drietal a, b, c N heet een Pythagoreïsch drietal als ggd(a, b, c) = 1 en a 2 + b 2 = c 2. Merk op dat elke gehele oplossing van a 2 + b 2 = c 2 terug te voeren is tot een Pythagoreïsch drietal door gewoon de ggd van a, b, c uit deze getallen weg te delen. Stel dat we een Pythagoreïsch drietal a, b, c hebben. Wegens ggd(a, b, c) = 1 kunnen a, b niet beide even zijn. Ze kunnen ook niet beide oneven zijn, want dan zou gelden c (mod 4) hetgeen onmogelijk is voor een kwadraat. Laten we dus aannemen dat a oneven is en b even. Breng nu a 2 naar rechts en deel door 4, ( b 2 ) 2 = c a c + a 2

2 116 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT Zij d = ggd((c a)/2, (c+a)/2). Dan deelt d ook som en verschil van deze getallen. Dus d c en d a. Omdat ggd(a, b, c) = 1 volgt hieruit dat d = 1 en (c a)/2 en (c + a)/2 zijn relatief priem. Hun product is een kwadraat. Dat betekent dat beide getallen afzonderlijk een kwadraat zijn. Stel (c a)/2 = t 2, (c + a)/2 = s 2. Hieruit volgt c = s 2 + t 2 en a = s 2 t 2. Verder volgt uit (b/2) 2 = (st) 2 dat b = 2st. Bovendien zien we dat wegens ggd(a, b, c) = 1 de getallen s, t relatief priem zijn en verschillend modulo 2. We hebben nu de volgende stelling aangetoond. Stelling Zij a, b, c een Pythagoreïsch drietal met a oneven en b even. Dan zijn er natuurlijke getallen s, t zó dat a = s 2 t 2, b = 2st, c = s 2 + t 2. Bovendien zijn s, t relatief priem en ongelijk modulo 2. Er is ook een meetkundige manier om deze stelling af te leiden. Deel beide zijden van a 2 + b 2 = c 2 door c 2. We vinden (a/c) 2 + (b/c) 2 = 1 en daarmee twee breuken waarvan de som van de kwadraten 1 is. Het vinden van Pythagoreïsche drietallen komt nu neer op het vinden van rationale getallen x, y Q zó dat x 2 + y 2 = 1. Anders gezegd, we zoeken rationale punten op de cirkel x 2 + y 2 = 1. Dit is een belangrijk moment, belangrijker dan men misschien realiseert. We kunnen nu meetkundige methoden gaan gebruiken om problemen van getaltheoretische aard op te lossen. Het probleem van de Pythagoreïsche drietallen is hierin een bescheiden begin, maar in de loop der tijd is de meetkunde een cruciale rol gaan spelen in het deel van de getaltheorie dat als diophantische vergelijkingen bekend staat. Hoe bepalen we nu de rationale punten op de cirkel x 2 +y 2 = 1? Beschouw het volgende plaatje. y=t(1-x) y Q t P=(1,0) x waarin een willekeurige rechte lijn door het punt P = (1, 0) getrokken hebben. Deze wordt gegeven door een vergelijking van de vorm y = t(1 x). Deze lijn snijdt de cirkel x 2 + y 2 = 1 in twee punten. Eliminatie van y uit de vergelijkingen geeft immers x 2 + t 2 (x 1) 2 = 1. Dit is een kwadratische vergelijking met

3 13.2. OUDE GESCHIEDENIS 117 oplossingen x = 1 en x = (t 2 1)/(t 2 + 1). Hiermee corresponderen de waarden y = 0 en y = 2t/(t 2 + 1). De snijpunten zijn dus P = (1, 0) en Q = ( ) t 2 1 t 2 + 1, 2t. t Als we nu t Q kiezen, dan is Q een punt met rationale coördinaten. Omgekeerd, als we een rationaal punt Q = (p, q) op de cirkel kiezen, dan heeft de lijn door P en Q een t-waarde die ook rationaal is, namelijk t = q/(1 p). Conclusie, er bestaat een 1-1-duidig verband tussen de twee verzamelingen gegeven door {t Q} en {x, y Q x 2 + y 2 = 1, (x, y) (1, 0)} t = y ( ) t 2 1, (x, y) = 1 x t 2 + 1, 2t. t Op deze manier hebben we alle rationale punten op x 2 + y 2 = 1 te pakken Oude geschiedenis Kijkend naar pythagoreïsche drietallen kan men zich ook afvragen of er ook twee derde machten zijn waarvan de som weer een derde macht is, of twee vierde machten waarvan de som een vierde macht is, etcetera. Dit is precies wat Fermat zich afvroeg en hij formuleerde de volgende stelling. Vermoeden (Fermat, ongeveer 1638) Zij n Z 3. Dan zijn er geen positieve gehele getallen x, y, z zó dat x n + y n = z n. Het verdere verhaal is al vele malen verteld. In de kantlijn van Bachet s vertaling van het werk van de Griekse wiskundige Diophantus schreef Fermat dat hij een wonderbaarlijk bewijs voor deze stelling had, maar dat de kantlijn te smal was om deze helemaal te bevatten. Het is zeer onwaarschijnlijk dat Fermat een correct bewijs had. Na Fermat hebben vele duizenden wiskundigen, zowel amateurs als professionals, zich met dit probleem beziggehouden zonder het volledige probleem op te lossen. Pas in 1994 presenteerde Andrew Wiles een volledig bewijs dat als correct werd aanvaard. Echter, Wiles uiteindelijke artikel beslaat een gehele aflevering van de Annals of Mathematics en is gevuld met de meest geavanceerde wiskunde van deze tijd. Het vermoeden van Fermat is door de jaren ook vaak aangegeven als de laatste stelling van Fermat, hoewel het een stelling zonder bewijs was. Wat we zeker weten is dat Fermat een bewijs gaf van zijn vermoeden (of stelling ) voor het geval dat n = 4. Het is een gevolg van de volgende stelling.

4 118 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT Stelling (Fermat) De vergelijking x 4 + y 4 = z 2 heeft geen oplossing in x, y, z N. Om deze stelling te bewijzen maakte Fermat gebruik van het principe van dalende inductie. Dit bestaat eruit dat we aannemen dat er een oplossing bestaat en er vervolgens een kleinere oplossing mee creëren. Dit principe wordt ook tegenwoordig nog, in het jasje van zogenaamde Galois cohomologie, veel gebruikt. Stel dus dat onze vergelijking een oplossing heeft en kies een oplossing met minimale z. Noem deze x 0, y 0, z 0. We mogen aannemen dat ggd(x 0, y 0 ) = 1, anders zouden we gemeenschappelijke delers uit x 0, y 0 kunnen wegdelen. Bovendien mogen we volgens voorgaande paragraaf aannemen dat y 0 even is. Toepassing van Stelling geeft dat er r, s N zijn zó dat ggd(r, s) = 1 x 2 0 = r 2 s 2, y 2 0 = 2rs, z 0 = r 2 + s 2. Uit x s 2 = r 2 volgt wederom met gebruikmaking van Stelling dat er ρ, σ N zijn, zó dat ggd(ρ, σ) = 1, x 0 = ρ 2 σ 2, s = 2ρσ, r = ρ 2 + σ 2. Samen met y0 2 = 2rs geeft dit (y 0 /2) 2 = ρσ(ρ 2 +σ 2 ). Omdat de factoren ρ, σ, ρ 2 + σ 2 paarswijs relatief priem zijn en hun product een kwadraat, volgt dat elk van deze factoren een kwadraat is. Dus er zijn u, v, w N zó dat ρ = u 2, σ = v 2, σ 2 + ρ 2 = w 2. Eliminatie van ρ, σ uit deze vergelijkingen levert w 2 = u 4 + v 4. Merk nu op dat w = ρ 2 + σ 2 = r < y 0 < z 0. We hebben met u, v, w een oplossing van x 4 + y 4 = z 2 gevonden met een z-coördinaat die kleiner is dan z 0. Dit is in tegenspraak met de minimaliteit van z 0. Conclusie, er kunnen geen oplossingen zijn. Na Fermat was de vooruitgang erg langzaam. In 1753 bewees Euler het geval n = 3, hoewel Euler s bewijs nog een omissie bevatte die door Gauss gerepareerd werd. Het is trouwens voldoende om ons te beperken tot het geval dat de exponent een priemgetal is. Bijvoorbeeld x 6 + y 6 = z 6 is onoplosbaar omdat zesde machten tevens derde machten zijn, en er voor n = 3 geen oplossingen zijn. Elk getal 3 is deelbaar door een oneven priemgetal of door 4. Het geval n = 4 hadden we al afgehandeld, dus kunnen we ons beperken tot n oneven priem. Het geval n = 5 werd afgehandeld door Dirichlet en n = 7 door Lamé in Een fundamentele vooruitgang werd geboekt door E.Kummer met de volgende opmerkelijke stelling. Stelling (Kummer, 1847) Zij B 0, B 1, B 2,... de rij Bernoulli-getallen. Als het oneven priemgetal p niet de teller van de getallen B 2, B 4,..., B p 3 deelt, dan heeft x p + y p = z p geen oplossingen in x, y, z N. Tussen haakjes, het n-de Bernoulli-getal krijgen we door de functie x/(e x 1) n-maal te differentiëren en daar x = 0 in te vullen. Het is niet moeilijk in te zien dat B n = 0 als n oneven is en groter dan 1. Hier is een kleine lijst met waarden,

5 13.3. RECENTE GESCHIEDENIS 119 B 2 = 1/6 B 4 = 1/30 B 6 = 1/42 B 8 = 1/30 B 10 = 5/66 B 12 = 691/2730 B 14 = 7/6 B 16 = 3617/510 B 18 = 43867/798 B 20 = /330 Wat deze Bernoulli-getallen in vredesnaam te maken kunnen hebben met de onoplosbaarheid van x p + y p = z p is een lang verhaal dat in verschillende, voor beginners zeer lastige, boeken beschreven is zie Edwards [Edw] en Ribenboim [Rib2]. Als de lezer niet gecharmeerd is van Bernoulli-getallen hebben we ook een andere methode om Kummer s criterium te verifieren. Als k even is en p 3 dan is de teller van B k deelbaar door p precies dan als 1 k + 2 k + + (p 1) k deelbaar is door p 2. Met Kummer s criterium kunnen we nu al heel snel zien dat het Fermat vermoeden waar is voor 2 < n < 29. Gebruikmakend van de computer en van verfijningen op Kummer s criterium werd de juistheid van Fermat s vermoeden geverifieerd voor alle n met 2 < n < Hoewel Fermat s vermoeden hiermee nog steeds niet was aangetoond heeft het werk van Kummer geleid tot een nieuwe tak in de getaltheorie, namelijk de algebraïsche getaltheorie. Omdat dit boek slechts de elementaire aspecten behandelt zullen we weinig van de algebraïsche getaltheorie merken. Echter, in een diepgaander studie is deze tak van de getaltheorie van cruciaal belang Recente geschiedenis In 1985 was er sprake van een geruchtenstroom in de wereld van de getaltheorie. Er zou een belangrijke vooruitgang zijn geboekt in pogingen om Fermat s vermoeden te bewijzen. Het idee was afkomstig van G.Frey en eigenlijk heel simpel, als je er tenminste aan denkt. Het maakt gebruik van elliptische krommen. Een elliptische kromme is een algebraïsche kromme gegeven door een vergelijking van de vorm y 2 = f(x) waarin een f(x) een derde graads polynoom is van de vorm x 3 + ax 2 + bx + c voor zekere gehele a, b, c. De discriminant van f is het gehele getal D(f) = (α β) 2 (α γ) 2 (β γ) 2 waarin α, β, γ de nulpunten van f zijn. Dit is analoog aan de discriminant van een kwadratisch polynoom g(x) = x 2 + bx + c waarvan de discriminant gelijk is aan (α β) 2 waarin α, β de nulpunten van g zijn. De discriminant is nul precies dan als f dubbele nulpunten heeft. Voor een elliptische kromme eisen we dat D(f) 0. Verder geldt dat D(f) een geheel getal is. Bij zo n elliptische kromme hebben we zogenaamde priemgetallen van slechte reductie. Dat zijn de priemdelers van D(f). Modulo zo n priemgetal heeft het polynoom f een dubbel nulpunt. Het product van deze priemgetallen noemen we de conductor van onze kromme. Notatie N(f). Dit is niet helemaal juist, want sommige priemen van

6 120 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT slechte reductie kunnen ook in hogere machten in de conductor voorkomen. We laten dit echter voor wat het is, het verhaal is al ingewikkeld genoeg. Merk allereerst op dat N(f) D(f). Echter, jarenlange ervaring met elliptische krommen deed veel mensen vermoeden dat er ook een ongelijkheid de andere kant uit bestaat, namelijk D(f) N(f) 6. Deze bewering is tot op heden nog niet bewezen, maar de talrijke voorbeelden lijken het wel te bevestigen. Nu het argument van Frey. Stel we hebben een gelijkheid a p + b p = c p met a, b, c N en p oneven priem. Hiermee maken we de volgende elliptische kromme, y 2 = x(x a p )(x + b p ). De discriminant hiervan is D = (a p b p (a p + b p )) 2 = (abc) 2p. De conductor N bestaat uit het product van de priemdelers van abc en dus N abc. Als D N 6 zou gelden, dan volgt (abc) 2p N 6 (abc) 6. Dus 2p 6 en we concluderen dat p = 3. Hiervoor weten we sinds Euler s tijd dat het Fermat vermoeden waar is. De lezer zou hier zeer terecht kunnen tegensputteren dat we slechts het ene moeilijke probleem, het Fermat vermoeden,teruggebracht hebben tot een zo mogelijk nog moeilijker probleem, namelijk D(f) N(f) 6. Dus vanwaar alle opwinding? Vlak na het bekend worden van Frey s argument was het inderdaad helemaal niet duidelijk hoe nu verder te gaan. Het enige lichtpuntje was dat men met diepe methoden uit de theorie der modulaire vormen kon laten zien dat D(f) N(f) 6 als N(f) een priemgetal is. Een ander, misschien belangrijker, aspect was dat het vermoeden van Fermat een nogal negativistische uitspraak is. Het zegt dat er géén x, y, z N bestaan zó dat x n + y n = z n als n > 2. Maar hoe controleer je of iets niet bestaat? Het enige dat je kunt doen is een tamelijk gecompliceerd bewijs ervan geven. De uitspraak D(f) N(f) 6 is daarentegen een positivistische. Neem maar een willekeurig polynoom f. Een willekeurige persoon kan de juistheid van de ongelijkheid controleren. Doen we dit voor veel polynomen f en blijkt de ongelijkheid steeds weer te gelden, dan worden we in ons vermoeden gesterkt. In 1986 kreeg het verhaal een vervolg. Het bleek dat een bewijs van D(f) N(f) 6 toch teveel gevraagd was. Echter, Frey s idee had de weg geopend, en elliptische krommen bleken de sleutel te zijn. Geïnspireerd door ideeën van J.- P. Serre toonde Ken Ribet aan dat de juistheid van het Fermatvermoeden een gevolg is van het Shimura-Taniyama-Weil vermoeden, af te korten met STWvermoeden. Uitleggen wat het STW-vermoeden precies behelst zou te ver buiten het bestek van dit boek voeren. Voor een onderhoudende introductie wil ik verwijzen naar het boek van Alf van der Poorten [Poo]. We kunnen hier wel wat kreten laten vallen. Het STW-vermoeden zegt dat elke elliptische kromme gedefinieerd over Q, zoals boven, een modulaire elliptische kromme is. Modulaire elliptische krommen zijn algebraïsche krommen met een rijke extra structuur. In de zestiger jaren bleken tot verbazing van onderzoekers als Taniyama, Shimura en Weil elliptische krommen steeds weer modulair te zijn. Dit verschijnsel bleek zo

7 13.3. RECENTE GESCHIEDENIS 121 hardnekkig aanwezig te zijn dat men er tenslotte een vermoeden over geformuleerd heeft. Hier is sprake van een echte ontdekking, men observeerde verschijnselen waarvan het achterliggende mechanisme nog volkomen onduidelijk was. In dit geval kunnen we zonder overdrijving zeggen dat het tot de mooiste ontdekkingen in de getaltheorie behoort. Net als bij de ongelijkheid D(f) N(f) 6 treedt hier het prettige verschijnsel op dat men, zij het met enige moeite, voor een gegeven elliptische kromme kan verifiëren dat deze modulair is. In oktober 1994 was dit allemaal niet meer nodig. Andrew Wiles toonde aan dat het STW-vermoeden waar is voor iedere semi-stabiele elliptische kromme. Dit is nog niet helemaal het STW-vermoeden, maar wel bijna. In ieder geval was het genoeg om het Fermat vermoeden te bewijzen. De maand oktober 1994 was het eind van een lange periode van spanning. Reeds in juni 1993 had Wiles in een serie lezingen aan het Newton Institute te Cambridge de ideeën weergegeven die de kern van zijn bewijs vormden. De details bleven voorlopig nog geheim en een zestal experts heeft zich in de daaropvolgende maanden gebogen over Wiles manuscript. Fouten werden verbeterd en omissies ingevuld. Totdat eind 1993 een gat werd ontdekt dat zich niet zo gemakkelijk liet opvullen. Om iets te voelen van de sfeer die met dergelijke ontwikkelingen gepaard gaat volgt hier de tekst die Wiles begin december 1993 op de sci.math news group op het web zette. In view of the speculation on the status of my work on the Taniyama- Shimura Conjecture and Fermat s Last Theorem I will give a brief account of the situation. During the review process a number of problems emerged, most of which have been resolved, but one in particular I have not yet settled. The key reduction of (most cases of) the Taniyama-Shimura Conjecture to the calculation of the Selmer group is correct. However the final calculation of a precise upper bound for the Selmer group in the semistable case (of the symmetric square representation associated to a modular form) is not yet complete as it stands. I believe I will be able to finish this in the near future using the ideas explained in my Cambridge lectures. The fact that a lot of work remains to be done in the manuscript makes it still unsuitable for release as a preprint. In my course in Princeton beginning in February I will give a full account of this work Het bleek dat dit optimistische geluid iets te vroeg was. Een lange stilte volgde waarin Wiles onder grote spanning zijn methode van aanpak evalueerde en herzag. De stilte duurde zelfs zo lang dat mensen begonnen te twijfelen of het ooit nog goed zou komen. Tot grote opluchting van de wiskundige wereld, en uiteraard Wiles zelf, lukte het. Met enige hulp van Wiles ex-student Richard Taylor werd de oplossing gevonden en is Fermat s vermoeden nu een echte stelling. Hier is de aankondiging van Karl Rubin, één van de referees, op 25 oktober As of this morning, two manuscripts have been released

8 122 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT Modular elliptic curves and Fermat s Last Theorem by Andrew Wiles Ring theoretic properties of certain Hecke algebras by Richard Taylor and Andrew Wiles. The first one (long) announces a proof of, among other things, Fermat s Last Theorem, relying on the second (short) one for a crucial step. As most of you know, the argument described by Wiles in his Cambridge lectures turned out to have a serious gap, namely the construction of an Euler system. After trying unsuccessfully to repair that construction, Wiles went back to another approach which he had tried earlier but abandoned in favor of the Euler system idea. He was able to complete his proof, under the assumption that certain Hecke algebras are local complete intersections. This and the rest of the ideas described in Wiles Cambridge lectures are written up in the first manuscript. Jointly, Taylor and Wiles establish the necessary property of the Hecke algebras in the second paper. The overall outline of the argument is similar to the one Wiles described in Cambridge. The new approach turns out to be significantly simpler and shorter than the original one, because of the removal of the Euler system. (In fact, after seeing these manuscripts Faltings has apparently come up with a further significant simplification of that part of the argument). Kort na deze datum verscheen een aantal boeken over de laatste stelling van Fermat. Allereerst Fermat s Last Theorem van Simon Singh [?], een prachtig boek dat geschreven is voor een breed lezerspubliek, ook niet-wiskundigen. Daarnaast is het voor wiskundigen zeer vermakelijke Notes on Fermat s Last Theorem van A.J.van der Poorten [Poo] Een schitterende inleiding tot de wiskundige achtergronden van het bewijs van Wiles. Hier wordt echter wat meer wiskundige ervaring van de lezer vereist. Bovenstaande citaten heb ik uit Van der Poorten s boek gehaald. Verder is recent het boek [Rib3] van Ribenboim verschenen Euler s generalisatie Geïnspireerd door Fermat s werk en zijn eigen bewijs van het Fermat vermoeden voor n = 3 bracht Euler het volgende vermoeden naar voren. Vermoeden (Euler) Zij n 3. Dan kan een n-de macht geen som van hooguit n 1 kleinere n-de machten zijn. Voor het geval n = 3 is dit vermoeden uiteraard waar. Deze vraag voor n > 3 heeft lang open gestaan, totdat Lander en Parkin (1966) er met behulp van de computer er slaagden een tegenvoorbeeld te vinden = (13.1)

9 13.5. DE SUPER FERMAT VERGELIJKING 123 In 2004 werd er nog een tweede dergelijk voorbeeld gevonden door J.Frye (met de computer), = Het zou heel goed kunnen dat er oneindig veel van dergelijke tegenvoorbeelden voor het geval n = 5 bestaan, maar voorlopig is dat niet bekend en zijn ze buitengewoon lastig te vinden. Voor het geval n = 4 zijn er daarentegen oneindig veel tegenvoorbeelden. De kleinste is = Dit werd aangetoond door Noam Elkies in 1988 toen hij nog een jonge Harvard student was en onafhankelijk van hem, in precies dezelfde periode, door Don Zagier. Om enigszins een gevoel te geven hoe subtiel dergelijke vondsten liggen, Euler kende in 1772 al de identiteit waarin (p + q) 4 + (r s) 4 = (r + s) 4 + (p q) 4 p = v(u 2 + v 2 )(u 4 18u 2 v 2 + v 4 ) q = 2u(u u 4 v 2 + u 2 v 4 + 4v 6 ) r = 2v(4u 6 + u 4 v u 2 v 4 + v 6 ) s = u(u 2 + v 2 )(u 4 18u 2 v 2 + v 4 ) Door gehele waarden voor u, v in te vullen kunnen we oneindig veel oplossingen van x 4 + y 4 = u 4 + v 4 vinden met ggd(x, y, u, v) = 1. De keuze u = 1, v = 2 levert bijvoorbeeld de oplossing = Een dergelijke polynomiale identiteit heeft men voor x 4 + y 4 + z 4 = u 4 nooit kunnen vinden. We hebben tot 1988 moeten wachten voordat, op een andere manier, ontdekt werd dat deze vergelijking niet-triviale oplossingen heeft De super Fermat vergelijking Men kan zich afvragen waarom Fermat niet naar de volgende vergelijking heeft gekeken. Kies p, q, r Z 2 en beschouw de vergelijking x p + y q = z r ggd(x, y, z) = 1, x, y, z Z. (13.2) Met andere woorden we generaliseren Fermat s vergelijking door de exponenten niet meer hetzelfde te nemen! Op voorstel van Zagier noemen we deze vergelijking de super Fermat vergelijking. De conditie ggd(x, y, z) = 1 staat erbij om de

10 124 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT vergelijking interessant te houden. Zou deze conditie er niet bij staan dan kunnen we bijvoorbeeld op de volgende manier oneindig veel oplossingen van x 2 +y 3 = y 7 maken. Kies a, b, c N zó dat a + b = c. Vermenigvuldig met a 21 b 14 c 6 en we vinden, (a 11 b 7 c 3 ) 2 + (a 7 b 5 c 2 ) 3 = (a 3 b 2 c) 7. Een erg goedkope manier om oplossingen te maken! Bij de Fermatvergelijking konden we door eventuele gemeenschappelijke delers van x, y, z weg te delen een nieuwe oplossing met ggd(x, y, z) = 1 maken. Bij de super Fermat vergelijking gaat dit echter niet omdat de exponenten in de vergelijking verschillend zijn. Daarom moeten we deze conditie van te voren aan oplossingen opleggen. Wat is er bekend over vergelijking ((13.2)? Onafhankelijk van de ontwikkelingen rond Fermat s vermoeden bewezen Darmon en Granville de volgende stelling. Stelling (Darmon, Granville, 1993). Zij A, B, C N en p, q, r Z 2. Stel dat 1/p + 1/q + 1/r < 1. Dan heeft de vergelijking Ax p + By q = Cz r hoogstens eindig veel oplossingen x, y, z Z met ggd(x, y, z) = 1. Het bewijs van deze stelling berust op een beroemde stelling van Faltings uit 1983, die het zogenaamde Mordell vermoeden bewijst. Hierover zeggen we in Hoofdstuk 16 iets meer. In het bijzonder heeft de super Fermat vergelijking eindig veel oplossingen als 1/p + 1/q + 1/r < 1. Het blijkt zelfs dat er tamelijk weinig oplossingen zijn in dit geval. De enige bekende zijn, 1 k = 3 2, = 2 9, = = 3 4, = 122 2, = = 65 7, = = , = De kleinere oplossingen waren reeds lang bekend. De laatste vijf grote oplossingen kwamen echter tevoorschijn bij de voorbereiding van een grootscheepse Fermatdag in Utrecht in Voor de grap had ik geprobeerd eens wat grote oplossingen te vinden en tot mijn niet geringe verbazing kwamen er vier uit mijn computer gerold. Don Zagier s computer produceerde vervolgens de laatste oplossing. Men heeft op de computer nog veel verder gezocht naar oplossingen maar niet meer kunnen vinden. Misschien zijn dit wel de enige oplossingen in het geval dat 1/p + 1/q + 1/r < 1. Merk bovendien op dat in alle oplossingen een exponent twee voorkomt. Dit heeft bij Tijdeman, Zagier en ongetwijfeld vele anderen geleid tot de volgende vraag.

11 13.5. DE SUPER FERMAT VERGELIJKING 125 Vraag Zij p, q, r Z 3. Heeft de vergelijking x p + y q = z r oplossingen x, y, z Z met ggd(x, y, z) = 1 en xyz 0? Men vermoedt van niet, maar het bewijsmateriaal is te mager om dit echt als een vermoeden te formuleren. De Amerikaanse bankier Beal heeft zelfs 1 miljoen dollar uitgeloofd voor de oplossing van dit probleem. Ik denk echter dat er makkelijker manieren zijn om een miljoen te verdienen. Met de technieken door Wiles ontwikkeld is het mogelijk om een aantal vergelijkingen van het super Fermat type aan te pakken. Zo is de volgende stelling het resultaat van diverse wiskundigen in verschillende publicaties. Stelling (Darmon, Merel, Poonen, Kraus, 1997) De vergelijking x p + y q = z r heeft geen oplossingen x, y, z Z met ggd(x, y, z) = 1 en xyz 0 in de volgende gevallen, (p, q, r) = (n, n, 2), (n, 4, 4), (3, 3, l) waarin n 4 en l een oneven priemgetal is met l < Vervolgens bekijken we het geval dat 1/p+1/q +1/r = 1. Deze gelijkheid kunnen we oplossen. Laten we even voor het gemak aannemen dat p q r en stel om te beginnen p = 2. Dan geldt 1/q + 1/r = 1/2. We kunnen niet q = 2 hebben, want dan houden we over 1/r = 0. Bij q = 3 vinden we r = 6 en bij q = 4 vinden we r = 4. Er kan niet gelden q > 4 want dan zou ook r > 4 en dus 1/q + 1/r < 1/2. Stel nu p = 3 en dus 1/q + 1/r = 2/3. Op analoge manier als daarnet zien we dat q = r = 3. Het geval p > 3 kan niet, want dan q, r > 3 en dus 1/p+1/q+1/r < 1. We hebben nu de vergelijkingen x 2 + y 3 = z 6, x 2 + y 6 = z 3, x 3 + y 6 = z 2 x 2 + y 4 = z 4, x 4 + y 4 = z 2, x 3 + y 3 = z 3 Van de laatste twee vergelijkingen hebben we al gezien dat ze geen oplossingen hebben. De oplossing van de andere vergelijkingen vergt enige moeite en het blijkt dat de oplossing = 3 2 de enige is met x, y, z N. Tenslotte bekijken we het geval dat 1/p + 1/q + 1/r > 1. Net als in het voorgaande geval kunnen we zeggen voor welke p, q, r dit optreedt en we vinden dat de verzameling {p, q, r} gelijk is aan één van de volgende: {2, 2, k} met k Z 2 willekeurig of {2, 3, 3}, {2, 3, 4}, {2, 3, 5}. Het geval p = q = r = 2 van de pythagoreïsche drietallen valt hieronder we en weten dat de oplossingen gegeven worden door de parametrisatie x = s 2 t 2, y = 2st, z = s 2 + t 2. Soortgelijke parametrisaties treden ook op bij de overige gevallen. Alleen blijkt dat we meer dan één parametrisatie nodig hebben om alle oplossingen van een gegeven vergelijking te vinden. In 1993 liet Don Zagier zien dat de gehele oplossingen van x 3 + y 3 = z 2 met ggd(x, y, z) = 1 volgen door in de volgende parametrisaties geschikte gehele waarden van s, t te kiezen.

12 126 HOOFDSTUK 13. DE LAATSTE STELLING VAN FERMAT x y z I s 4 + 6s 2 t 2 3t 4 s 4 + 6s 2 t 2 + 3t 4 ±6st(s 4 + 3t 4 ) II (s 4 + 6s 2 t 2 3t 4 )/4 ( s 4 + 6s 2 t 2 + 3t 4 )/4 ±3st(s 4 + 3t 4 )/4 III s 4 + 8st 3 4s 3 t + 4t 4 ±(s 6 20s 3 t 3 8t 6 ) Ter vermaak kan de lezer controleren dat de polynomen in geval I inderdaad voldoen aan de vergelijking x 3 + y 3 = z 2. Voor de vergelijkingen x 4 + y 3 = z 2 en x 4 + y 2 = z 3 vond Zagier de volledige oplossing met soortgelijke parametrisaties. Het enige onopgeloste geval is x 5 + y 3 = z 2. De schrijver van dit slaagde er rond 1998 in te laten zien dat de oplossingsverzameling ook in dit geval gegeven kan worden door een eindig stel parametrisaties. In 2004 slaagde een Utrechtse promovendus, Johnny Edwards, erin alle benodigde parametrisaties te bepalen. Het blijken er 27 te zijn. Ter illustratie laten we hier één zo n parametrisatie zien, x = 12u 11 v u 6 v uv 11 y = u u 15 v u 10 v u 5 v v 20 z = u u 25 v u 20 v u 10 v u 5 v v 30 De keuze u = 1, v = 4 geeft bijvoorbeeld de oplossing x = y = z = voor x 5 + y 3 = z 2 met ggd(x, y, z) = 1.

7.1 Het aantal inverteerbare restklassen

7.1 Het aantal inverteerbare restklassen Hoofdstuk 7 Congruenties in actie 7.1 Het aantal inverteerbare restklassen We pakken hier de vraag op waarmee we in het vorige hoofdstuk geëindigd zijn, namelijk hoeveel inverteerbare restklassen modulo

Nadere informatie

Oplossingen van vergelijkingen in rationale getallen

Oplossingen van vergelijkingen in rationale getallen Hoofdstuk VIII Oplossingen van vergelijkingen in rationale getallen Don Zagier Het gebied van de diophantische vergelijkingen, genoemd naar de grote Griekse wiskundige Diophantus, is een van de oudste

Nadere informatie

Diophantische vergelijkingen

Diophantische vergelijkingen Diophantische vergelijkingen 1 Wat zijn Diophantische vergelijkingen? Een Diophantische vergelijking is een veeltermvergelijking waarbij zowel de coëfficiënten als de oplossingen gehele getallen moeten

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Congruentierekening. 6.1 Congruenties

Hoofdstuk 6. Congruentierekening. 6.1 Congruenties Hoofdstuk 6 Congruentierekening 6.1 Congruenties We hebben waarschijnlijk allemaal wel eens opgemerkt dat bij vermenigvuldigen van twee getallen de laatste cijfers als het ware meevermenigvuldigen. Stel

Nadere informatie

Bijzondere kettingbreuken

Bijzondere kettingbreuken Hoofdstuk 15 Bijzondere kettingbreuken 15.1 Kwadratische getallen In het vorige hoofdstuk hebben we gezien dat 2 = 1, 2, 2, 2, 2, 2, 2,.... Men kan zich afvragen waarom we vanaf zeker moment alleen maar

Nadere informatie

Diophantische vergelijkingen

Diophantische vergelijkingen Diophantische vergelijkingen een onmogelijke uitdaging Frits Beukers Vakantiecursus 2010 Diophantische vergelijkingen Vakantiecursus 2010 1 / 34 Eerste voorbeeld Bedenk twee gehele getallen x en y zó dat

Nadere informatie

1 Delers 1. 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12

1 Delers 1. 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12 Katern 2 Getaltheorie Inhoudsopgave 1 Delers 1 2 Deelbaarheid door 2, 3, 5, 9 en 11 6 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12 1 Delers In Katern 1 heb je geleerd wat een deler van een getal

Nadere informatie

Hoofdstuk 18. Het abc-vermoeden Introductie

Hoofdstuk 18. Het abc-vermoeden Introductie Hoofdstuk 18 Het abc-vermoeden 18.1 Introductie In de gehele getallen zijn optelling en vermenigvuldiging de belangrijkste bewerkingen. Als we echter uitsluitend naar de optelstructuur van de gehele getallen

Nadere informatie

Getaltheorie II. ax + by = c, a, b, c Z (1)

Getaltheorie II. ax + by = c, a, b, c Z (1) Lesbrief 2 Getaltheorie II 1 Lineaire vergelijkingen Een vergelijking van de vorm ax + by = c, a, b, c Z (1) heet een lineaire vergelijking. In de getaltheorie gaat het er slechts om gehele oplossingen

Nadere informatie

Getaltheorie I. c = c 1 = 1 c (1)

Getaltheorie I. c = c 1 = 1 c (1) Lesbrief 1 Getaltheorie I De getaltheorie houdt zich bezig met het onderzoek van eigenschappen van gehele getallen, en meer in het bijzonder, van natuurlijke getallen. In de getaltheorie is het gebruikelijk

Nadere informatie

Eigenschap (Principe van welordening) Elke niet-lege deelverzameling V N bevat een kleinste element.

Eigenschap (Principe van welordening) Elke niet-lege deelverzameling V N bevat een kleinste element. Hoofdstuk 2 De regels van het spel 2.1 De gehele getallen Grof gezegd kunnen we de (elementaire) getaltheorie omschrijven als de wiskunde van de getallen 1, 2, 3, 4,... die we ook de natuurlijke getallen

Nadere informatie

Hoofdstuk 16. De vergelijking van Pell De oplossing. Stel dat N N geen kwadraat is. Beschouw de vergelijking. x 2 Ny 2 = 1

Hoofdstuk 16. De vergelijking van Pell De oplossing. Stel dat N N geen kwadraat is. Beschouw de vergelijking. x 2 Ny 2 = 1 Hoofdstuk 16 De vergelijking van Pell 16.1 De oplossing Stel dat N N geen kwadraat is. Beschouw de vergelijking x Ny = 1 in de onbekenden x, y Z 0. We noemen dit soort vergelijking de vergelijking van

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 12 juni 2010

Uitwerkingen toets 12 juni 2010 Uitwerkingen toets 12 juni 2010 Opgave 1. Bekijk rijen a 1, a 2, a 3,... van positieve gehele getallen. Bepaal de kleinst mogelijke waarde van a 2010 als gegeven is: (i) a n < a n+1 voor alle n 1, (ii)

Nadere informatie

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen.

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. II.2 Gehele getallen We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. Axioma s voor Z De gegevens zijn: (a) een verzameling Z; (b) elementen 0 en 1 in Z; (c) een afbeelding +: Z Z Z, de optelling;

Nadere informatie

Diophantische vergelijkingen

Diophantische vergelijkingen Hoofdstuk 17 Diophantische vergelijkingen 17.1 Inleiding Een diophantische vergelijking is een vergelijking van de vorm F ( 1, 2,..., r ) = 0 waarin F een polnoom met gehele coëfficienten is en waarin

Nadere informatie

Uitwerking Puzzel 93-1, Doelloos

Uitwerking Puzzel 93-1, Doelloos Uitwerking Puzzel 93-1, Doelloos Wobien Doyer Lieke de Rooij Volgens de titel is deze puzzel zonder doel, dus zonder bekende toepassing. Het doel is echter nul en dat is zeker in de wiskunde niet niks.

Nadere informatie

De stelling van Pythagoras en de laatste stelling van Fermat

De stelling van Pythagoras en de laatste stelling van Fermat De stelling van Pythagoras en de laatste stelling van Fermat In de eerste lezing van deze cyclus heeft Professor Icke het belang van wiskundige formules benadrukt. Formules zijn echter niet het wezen van

Nadere informatie

Opmerking. TI1300 Redeneren en Logica. Met voorbeelden kun je niks bewijzen. Directe en indirecte bewijzen

Opmerking. TI1300 Redeneren en Logica. Met voorbeelden kun je niks bewijzen. Directe en indirecte bewijzen Opmerking TI1300 Redeneren en Logica College 2: Bewijstechnieken Tomas Klos Algoritmiek Groep Voor alle duidelijkheid: Het is verre van triviaal om definities te leren hanteren, beweringen op te lossen,

Nadere informatie

RSA. F.A. Grootjen. 8 maart 2002

RSA. F.A. Grootjen. 8 maart 2002 RSA F.A. Grootjen 8 maart 2002 1 Delers Eerst wat terminologie over gehele getallen. We zeggen a deelt b (of a is een deler van b) als b = qa voor een of ander geheel getal q. In plaats van a deelt b schrijven

Nadere informatie

Opgeloste en onopgeloste mysteries in de getaltheorie

Opgeloste en onopgeloste mysteries in de getaltheorie Opgeloste en onopgeloste mysteries in de getaltheorie Jan De Beule, Tom De Medts en Jeroen Demeyer Voorwoord 1 Voorwoord Beste leerling, Deze nota s zijn bedoeld als begeleiding bij 6 lesuren Opgeloste

Nadere informatie

Hoofdstuk 12. Sommen van kwadraten. 12.1 Sommen van twee kwadraten

Hoofdstuk 12. Sommen van kwadraten. 12.1 Sommen van twee kwadraten Hoofdstuk 12 Sommen van kwadraten 12.1 Sommen van twee kwadraten In Hoofdstuk 11 hebben we gezien dat als p een oneven priemdeler van a 2 + b 2 is, en p deelt niet zowel a als b, dan is p gelijk aan 1

Nadere informatie

Moduliruimten van krommen en hun cohomologie

Moduliruimten van krommen en hun cohomologie Moduliruimten van krommen en hun cohomologie Carel Faber 30 maart 2015 Inhoudsopgave Inleiding Krommen Families van krommen De universele kromme en de moduliruimte Cohomologie Punten tellen Modulaire vormen

Nadere informatie

More points, lines, and planes

More points, lines, and planes More points, lines, and planes Make your own pictures! 1. Lengtes en hoeken In het vorige college hebben we het inwendig product (inproduct) gedefinieerd. Aan de hand daarvan hebben we ook de norm (lengte)

Nadere informatie

Elliptische krommen en hun topologische aspecten

Elliptische krommen en hun topologische aspecten Elliptische krommen en hun topologische aspecten René Pannekoek 25 januari 2011 Dit is een korte introductie tot elliptische krommen voor het bachelorseminarium van de Universiteit Leiden. De bespreking

Nadere informatie

Spookgetallen. Jan van de Craats en Janina Müttel

Spookgetallen. Jan van de Craats en Janina Müttel Spookgetallen Jan van de Craats en Janina Müttel leadtekst In de serie Open Problemen deze keer drie beroemde onopgeloste raadsels. Je kunt er geen miljoen dollar mee winnen, maar wel onsterfelijke roem.

Nadere informatie

De Laatste Stelling van Fermat

De Laatste Stelling van Fermat De Laatste Stelling van Fermat Een introductie tot groepen, ringen, lichamen en idealen Lars van den Berg, Merlijn Koek, Serop Lazarian Onder begeleiding van prof. dr. J.P. Hogendijk 20 november 2011 Voorwoord

Nadere informatie

Oefening 4.3. Zoek een positief natuurlijk getal zodanig dat de helft een kwadraat is, een derde is een derdemacht en een vijfde is een vijfdemacht.

Oefening 4.3. Zoek een positief natuurlijk getal zodanig dat de helft een kwadraat is, een derde is een derdemacht en een vijfde is een vijfdemacht. 4 Modulair rekenen Oefening 4.1. Merk op dat 2 5 9 2 = 2592. Bestaat er een ander getal van de vorm 25ab dat gelijk is aan 2 5 a b? (Met 25ab bedoelen we een getal waarvan a het cijfer voor de tientallen

Nadere informatie

Inleiding tot de Problem Solving - deel 1: Combinatoriek en getaltheorie

Inleiding tot de Problem Solving - deel 1: Combinatoriek en getaltheorie Inleiding tot de Problem Solving - deel 1: Combinatoriek en getaltheorie Jan Vonk 1 oktober 2008 1 Combinatoriek Inleiding Een gebied dat vandaag de dag haast niet onderschat kan worden binnen de wiskunde

Nadere informatie

Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. µkw uitwerkingen. 12 juni 2015

Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. µkw uitwerkingen. 12 juni 2015 Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. Elk vraagstuk is maximaal 10 punten waard. Begin elke opgave op een nieuw vel papier. µkw uitwerkingen 12 juni 2015 Vraagstuk 1. We kunnen

Nadere informatie

Oefening 4.3. Zoek een positief natuurlijk getal zodanig dat de helft een kwadraat is, een derde is een derdemacht en een vijfde is een vijfdemacht.

Oefening 4.3. Zoek een positief natuurlijk getal zodanig dat de helft een kwadraat is, een derde is een derdemacht en een vijfde is een vijfdemacht. 4 Modulair rekenen Oefening 4.1. Merk op dat 2 5 9 2 2592. Bestaat er een ander getal van de vorm 25ab dat gelijk is aan 2 5 a b? (Met 25ab bedoelen we een getal waarvan a het cijfer voor de tientallen

Nadere informatie

1 Kettingbreuken van rationale getallen

1 Kettingbreuken van rationale getallen Kettingbreuken van rationale getallen Laten we eens starten met een breuk bijvoorbeeld 37/3 Laten we hier ons kettingbreuk algoritme op los, We concluderen hieruit dat 37 3 3 + 3 + + 37 3 + + + hetgeen

Nadere informatie

Wanneer zijn veelvouden van proniks proniks?

Wanneer zijn veelvouden van proniks proniks? 1 Uitwerking puzzel 92-1 Wanneer zijn veelvouden van proniks proniks? Harm Bakker noemde het: pro-niks voor-niks De puzzel was voor een groot deel afkomstig van Frits Göbel. Een pronik is een getal dat

Nadere informatie

Geldwisselprobleem van Frobenius

Geldwisselprobleem van Frobenius Geldwisselprobleem van Frobenius Karin van de Meeberg en Dieuwertje Ewalts 12 december 2001 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Afspraken 3 3 Is er wel zo n g? 3 4 Eén waarde 4 5 Twee waarden 4 6 Lampenalgoritme

Nadere informatie

Getallen, 2e druk, extra opgaven

Getallen, 2e druk, extra opgaven Getallen, 2e druk, extra opgaven Frans Keune november 2010 De tweede druk bevat 74 nieuwe opgaven. De nummering van de opgaven van de eerste druk is in de tweede druk dezelfde: nieuwe opgaven staan in

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 9 juni 2012

Uitwerkingen toets 9 juni 2012 Uitwerkingen toets 9 juni 0 Opgave. Voor positieve gehele getallen a en b definiëren we a b = a b ggd(a, b). Bewijs dat voor elk geheel getal n > geldt: n is een priemmacht (d.w.z. dat n te schrijven is

Nadere informatie

Het probleem van Hilbert

Het probleem van Hilbert René Pannekoek Imperial College (Londen) 31 januari 2014 Motto Leopold Kronecker (1823-1891) Motto Leopold Kronecker (1823-1891): Die ganzen Zahlen hat der liebe Gott gemacht, alles andere ist Menschenwerk.

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/887/25833 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Palenstijn, Willem Jan Title: Radicals in Arithmetic Issue Date: 204-05-22 Samenvatting

Nadere informatie

Uitwerkingen tentamen Algebra 3 8 juni 2017, 14:00 17:00

Uitwerkingen tentamen Algebra 3 8 juni 2017, 14:00 17:00 Uitwerkingen tentamen Algebra 3 8 juni 207, 4:00 7:00 Je mocht zoals gezegd niet zonder uitleg naar opgaven verwijzen. Sommige berekeningen zijn hier weggelaten. Die moest je op je tentamen wel laten zien.

Nadere informatie

OPLOSSINGEN VAN DE OEFENINGEN

OPLOSSINGEN VAN DE OEFENINGEN OPLOSSINGEN VAN DE OEFENINGEN 1.3.1. Er zijn 42 mogelijke vercijferingen. 2.3.4. De uitkomsten zijn 0, 4 en 4 1 = 4. 2.3.6. Omdat 10 = 1 in Z 9 vinden we dat x = c 0 +... + c m = c 0 +... + c m. Het getal

Nadere informatie

Meetkunde en getaltheorie in de laatste stelling van Fermat

Meetkunde en getaltheorie in de laatste stelling van Fermat Hoofdstuk VII Meetkunde en getaltheorie in de laatste stelling van Fermat Peter Stevenhagen Inleiding De laatste stelling van Fermat zegt dat voor ieder geheel getal n groter dan de vergelijking a n +

Nadere informatie

Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek

Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek Sam van Gool 22 juni 2007 Bachelorscriptie Begeleiding: prof. dr. T. H. Koornwinder KdV Instituut voor wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen,

Nadere informatie

E.T.G. Schlebusch. Het Hasse-principe. Bachelorscriptie, 20 juni Scriptiebegeleider: dr. R.M. van Luijk

E.T.G. Schlebusch. Het Hasse-principe. Bachelorscriptie, 20 juni Scriptiebegeleider: dr. R.M. van Luijk E.T.G. Schlebusch Het Hasse-principe Bachelorscriptie, 20 juni 2012 Scriptiebegeleider: dr. R.M. van Luijk Mathematisch Instituut, Universiteit Leiden Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Het lichaam van p-adische

Nadere informatie

III.2 De ordening op R en ongelijkheden

III.2 De ordening op R en ongelijkheden III.2 De ordening op R en ongelijkheden In de vorige paragraaf hebben we axioma s gegeven voor de optelling en vermenigvuldiging in R, maar om R vast te leggen moeten we ook ongelijkheden in R beschouwen.

Nadere informatie

Oplossing van opgave 6 en van de kerstbonusopgave.

Oplossing van opgave 6 en van de kerstbonusopgave. Oplossing van opgave 6 en van de kerstbonusopgave. Opgave 6 Lesbrief, opgave 4.5 De getallen m en n zijn verschillende positieve gehele getallen zo, dat de laatste drie cijfers van 1978 m en 1978 n overeenstemmen.

Nadere informatie

Stratifications on moduli spaces of abelian varieties and Deligne-Lusztig varieties

Stratifications on moduli spaces of abelian varieties and Deligne-Lusztig varieties UvA-DARE (Digital Academic Repository) Stratifications on moduli spaces of abelian varieties and Deligne-Lusztig varieties Hoeve, M.C. Link to publication Citation for published version (APA): Hoeve, M.

Nadere informatie

2 n 1. OPGAVEN 1 Hoeveel cijfers heeft het grootste bekende Mersenne-priemgetal? Met dit getal vult men 320 krantenpagina s.

2 n 1. OPGAVEN 1 Hoeveel cijfers heeft het grootste bekende Mersenne-priemgetal? Met dit getal vult men 320 krantenpagina s. Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal is een natuurlijk getal groter dan 1 dat slechts deelbaar is door 1 en door zichzelf. Om technische redenen wordt

Nadere informatie

Priemontbinding en ggd s

Priemontbinding en ggd s Hoofdstuk 3 Priemontbinding en ggd s 3.1 Priemgetallen Een getal > 1 dat alleen 1 en zichzelf als positieve deler heeft noemen we een priemgetal. De rij priemgetallen begint als volgt, 2, 3, 5, 7, 11,

Nadere informatie

tripels van Pythagoras Jaap Top

tripels van Pythagoras Jaap Top tripels van Pythagoras Jaap Top BI-RuG & DIAMANT 9 en 10 en 11 april 2019 (collegecarrousel, Groningen) 1 Over natuurlijke getallen en Pythagoras: c b a a 2 + b 2 = c 2 2 Oplossingen in natuurlijke getallen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20310 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Jansen, Bas Title: Mersenne primes and class field theory Date: 2012-12-18 Samenvatting

Nadere informatie

Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge. Roland van der Veen

Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge. Roland van der Veen Worteltrekken modulo een priemgetal: van klok tot cutting edge Roland van der Veen Modulorekenen Twee getallen a en b zijn gelijk modulo p als ze een veelvoud van p verschillen. Notatie: a = b mod p Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Heron driehoek. 1 Wat is een Heron driehoek? De naam Heron ( Heroon) is bekend van de formule

Heron driehoek. 1 Wat is een Heron driehoek? De naam Heron ( Heroon) is bekend van de formule Heron driehoek 1 Wat is een Heron driehoek? De naam Heron ( Heroon) is bekend van de formule = s(s a)(s b)(s c) met s = a + b + c 2 die gebruikt wordt om de oppervlakte van een driehoek te berekenen in

Nadere informatie

Diophantische vergelijkingen Een onmogelijke uitdaging

Diophantische vergelijkingen Een onmogelijke uitdaging Diophantische vergelijkingen Een onmogelijke uitdaging Frits Beukers 8 juni 2010 1 Wat is het probleem? Wetende, mijn beste vriend Dionysius, dat jij ernaar verlangt om problemen in de getallen te onderzoeken,

Nadere informatie

Selectietoets vrijdag 9 maart 2018

Selectietoets vrijdag 9 maart 2018 Selectietoets vrijdag 9 maart 2018 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. We hebben 1000 ballen in 40 verschillende kleuren, waarbij er van elke kleur precies 25 ballen zijn. Bepaal

Nadere informatie

Polynomen. + 5x + 5 \ 3 x 1 = S(x) 2x x. 3x x 3x 2 + 2

Polynomen. + 5x + 5 \ 3 x 1 = S(x) 2x x. 3x x 3x 2 + 2 Lesbrief 3 Polynomen 1 Polynomen van één variabele Elke functie van de vorm P () = a n n + a n 1 n 1 + + a 1 + a 0, (a n 0), heet een polynoom of veelterm in de variabele. Het getal n heet de graad van

Nadere informatie

3.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

3.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x. 3.0 Voorkennis y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x. y = -4x + 8 kan herschreven worden als y + 4x = 8 Dit is een lineaire vergelijking met twee variabelen. Als je

Nadere informatie

Getallenleer Inleiding op codeertheorie. Cursus voor de vrije ruimte

Getallenleer Inleiding op codeertheorie. Cursus voor de vrije ruimte Getallenleer Inleiding op codeertheorie Liliane Van Maldeghem Hendrik Van Maldeghem Cursus voor de vrije ruimte 2 Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 18 maart 2011

Uitwerkingen toets 18 maart 2011 Uitwerkingen toets 8 maart 20 Opgave. Alle positieve gehele getallen worden rood of groen gekleurd, zodat aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: Er zijn zowel rode als groene getallen. De som van drie

Nadere informatie

IMO-selectietoets I woensdag 5 juni 2013

IMO-selectietoets I woensdag 5 juni 2013 IMO-selectietoets I woensdag 5 juni 201 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. Vind alle viertallen (a, b, c, d) van reële getallen waarvoor geldt ab + c + d =, bc + d + a = 5, cd

Nadere informatie

Irrationaliteit en transcendentie

Irrationaliteit en transcendentie Hoofdstuk 9 Irrationaliteit en transcendentie 9. Irrationale getallen In dit hoofdstuk zullen we aannemen dat de lezer weet wat reële getallen zijn, hoewel dat misschien niet helemaal gerechtvaardigd is.

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Module 1 Algebraïsch rekenen (versie 22 augustus 2011)

Zomercursus Wiskunde. Module 1 Algebraïsch rekenen (versie 22 augustus 2011) Katholieke Universiteit Leuven September 011 Module 1 Algebraïsch rekenen (versie augustus 011) Inhoudsopgave 1 Rekenen met haakjes 1.1 Uitwerken van haakjes en ontbinden in factoren............. 1. De

Nadere informatie

Uitgewerkte oefeningen

Uitgewerkte oefeningen Uitgewerkte oefeningen Algebra Oefening 1 Gegeven is de ongelijkheid: 4 x. Welke waarden voor x voldoen aan deze ongelijkheid? A) x B) x [ ] 4 C) x, [ ] D) x, Oplossing We werken de ongelijkheid uit: 4

Nadere informatie

Getaltheorie groep 3: Primitieve wortels

Getaltheorie groep 3: Primitieve wortels Getaltheorie groep 3: Primitieve wortels Trainingsweek juni 2008 Inleiding Voor a relatief priem met m hebben we de orde van a modulo m gedefinieerd als ord m (a) = min { n Z + a n 1 (mod m) }. De verzameling

Nadere informatie

Rationale punten op elliptische krommen

Rationale punten op elliptische krommen Rationale punten op elliptische krommen Anne Barten 6 juli 2015 Bachelorscriptie Begeleiding: dr. S. R. Dahmen Korteweg-de Vries Instituut voor Wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

Nadere informatie

Getaltheorie door de eeuwen heen. Jaap Top

Getaltheorie door de eeuwen heen. Jaap Top Getaltheorie door de eeuwen heen Jaap Top IWI-RuG & DIAMANT j.top@rug.nl 7 april 2009 (HOVO, Groningen) 1 In de biografie Gauss zum Gedächtnis (1862, door de Duitse geoloog Wolfgang Sartorius von Waltershausen)

Nadere informatie

Universiteit Gent. Academiejaar Discrete Wiskunde. 1ste kandidatuur Informatica. Collegenota s. Prof. Dr.

Universiteit Gent. Academiejaar Discrete Wiskunde. 1ste kandidatuur Informatica. Collegenota s. Prof. Dr. Universiteit Gent Academiejaar 2001 2002 Discrete Wiskunde 1ste kandidatuur Informatica Collegenota s Prof. Dr. Frank De Clerck Herhalingsoefeningen 1. Bepaal het quotiënt en de rest van de deling van

Nadere informatie

Lineaire algebra I (wiskundigen)

Lineaire algebra I (wiskundigen) Lineaire algebra I (wiskundigen) Toets, donderdag 22 oktober, 2009 Oplossingen (1) Zij V het vlak in R 3 door de punten P 1 = (1, 2, 1), P 2 = (0, 1, 1) en P 3 = ( 1, 1, 3). (a) Geef een parametrisatie

Nadere informatie

IMO-selectietoets III zaterdag 3 juni 2017

IMO-selectietoets III zaterdag 3 juni 2017 IMO-selectietoets III zaterdag 3 juni 017 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. Gegeven is cirkel ω met middellijn AK. Punt M ligt binnen de cirkel, niet op lijn AK. De lijn AM snijdt

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/62814 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Martindale, C.R. Title: Isogeny graphs, modular polynomials, and applications

Nadere informatie

Alle opgaven tellen even zwaar, 10 punten per opgave.

Alle opgaven tellen even zwaar, 10 punten per opgave. WAT IS WISKUNDE (English version on the other side) Maandag 5 november 2012, 13.30 1.30 uur Gebruik voor iedere opgave een apart vel. Schrijf je naam en studentnummer op elk vel. Alle opgaven tellen even

Nadere informatie

Congruente getallen. Frans Oort. Kaleidoscoop voordracht Utrecht, 10 februari 2009

Congruente getallen. Frans Oort. Kaleidoscoop voordracht Utrecht, 10 februari 2009 Congruente getallen Frans Oort Kaleidoscoop voordracht Utrecht, 10 februari 2009 Inleiding In deze voordracht bestuderen we het probleem van de Congruente Getallen, dat in een 10-de eeuws Arabisch manuscript

Nadere informatie

Selectietoets vrijdag 18 maart 2016

Selectietoets vrijdag 18 maart 2016 Selectietoets vrijdag 18 maart 016 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. Voor een positief geheel getal n dat geen tweemacht is, definiëren we t(n) als de grootste oneven deler van

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008 Katholieke Universiteit Leuven September 008 Algebraïsch rekenen (versie 7 juni 008) Inleiding In deze module worden een aantal basisrekentechnieken herhaald. De nadruk ligt vooral op het symbolisch rekenen.

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Equivalentierelaties. 3.1 Modulo Rekenen

Hoofdstuk 3. Equivalentierelaties. 3.1 Modulo Rekenen Hoofdstuk 3 Equivalentierelaties SCHAUM 2.8: Equivalence Relations Twee belangrijke voorbeelden van equivalentierelaties in de informatica: resten (modulo rekenen) en cardinaliteit (aftelbaarheid). 3.1

Nadere informatie

Het vermoeden van Birch en Swinnerton-Dyer

Het vermoeden van Birch en Swinnerton-Dyer 1 Jaap Top Het vermoeden van Birch en Swinnerton-Dyer NAW 5/14 nr. 4 december 2013 267 Jaap Top Johann Bernoulli Instituut voor Wiskunde en Informatica Rijksuniversiteit Groningen j.top@rug.nl Vakantiecursus

Nadere informatie

1.5.1 Natuurlijke, gehele en rationale getallen

1.5.1 Natuurlijke, gehele en rationale getallen 46 Getallen 1.5 Getaltheorie 1.5.1 Natuurlijke, gehele en rationale getallen De getallen 0,1,2,3,4,... enz. worden de natuurlijke getallen genoemd (de heleverzamelingvanaldezegetallenbijelkaarnoterenwemethetteken:

Nadere informatie

Kettingbreuken. 20 april 2010 1 K + 1 E + 1 T + 1 T + 1 I + 1 N + 1 G + 1 B + 1 R + 1 E + 1 U + 1 K + E + 1 N 1 2 + 1 0 + 1 A + 1 P + 1 R + 1 I + 1

Kettingbreuken. 20 april 2010 1 K + 1 E + 1 T + 1 T + 1 I + 1 N + 1 G + 1 B + 1 R + 1 E + 1 U + 1 K + E + 1 N 1 2 + 1 0 + 1 A + 1 P + 1 R + 1 I + 1 Kettingbreuken Frédéric Guffens 0 april 00 K + E + T + T + I + N + G + B + R + E + U + K + E + N 0 + A + P + R + I + L + 0 + + 0 Wat zijn Kettingbreuken? Een kettingbreuk is een wiskundige uitdrukking

Nadere informatie

Algoritmen abstract bezien

Algoritmen abstract bezien Algoritmen abstract bezien Jaap van Oosten Department Wiskunde, Universiteit Utrecht Gastcollege bij Programmeren in de Wiskunde, 6 april 2017 Een algoritme is een rekenvoorschrift dat op elk moment van

Nadere informatie

Ringen en Galoistheorie, 1e deel, 19 april 2012

Ringen en Galoistheorie, 1e deel, 19 april 2012 Ringen en Galoistheorie, 1e deel, 19 april 2012 Bij dit tentamen mag het dictaat niet gebruikt worden. Schrijf op elk vel je naam, studnr en naam practicumleider. Laat bij elke opgave zien hoe je aan je

Nadere informatie

Diophantische vergelijkingen in het kerstpakket

Diophantische vergelijkingen in het kerstpakket Diophantische vergelijkingen in het kerstpakket Benne de Weger b.m.m.d.weger@tue.nl Faculteit Wiskunde en Informatica Technische Universiteit Eindhoven versie.0, 3 december 00 De TU/e viert een feestje

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 8 juni 2011

Uitwerkingen toets 8 juni 2011 Uitwerkingen toets 8 juni 0 Opgave. Vind alle paren (x, y) van gehele getallen die voldoen aan x + y + 3 3 456 x y. Oplossing. Omdat links een geheel getal staat, moet rechts ook een geheel getal staan.

Nadere informatie

Hoe je het cryptosysteem RSA soms kunt kraken. Benne de Weger

Hoe je het cryptosysteem RSA soms kunt kraken. Benne de Weger Hoe je het cryptosysteem RSA soms kunt kraken Benne de Weger 28 aug. / 4 sept. RSA 1/38 asymmetrisch cryptosysteem versleutelen met de publieke sleutel ontsleutelen met de bijbehorende privé-sleutel gebaseerd

Nadere informatie

PRIJEN en PRIPRIJEN Werkblad Rationale rechthoekige driehoeken

PRIJEN en PRIPRIJEN Werkblad Rationale rechthoekige driehoeken PRIJEN en PRIPRIJEN Werkblad Rationale rechthoekige driehoeken Vooraf De vragen en opdrachten in dit werkblad die vooraf gegaan worden door, moeten schriftelijk worden beantwoord. Daarbij moet altijd duidelijk

Nadere informatie

Een Stelling over Priemgetallen Bewezen op een Schaakbord Seminar Combinatorial Algorithms (voorjaar 2010)

Een Stelling over Priemgetallen Bewezen op een Schaakbord Seminar Combinatorial Algorithms (voorjaar 2010) Een Stelling over Priemgetallen Bewezen op een Schaakbord Seminar Combinatorial Algorithms (voorjaar 2010) Johan de Ruiter, johan.de.ruiter@gmail.com 27 april 2010 1 De stelling van Fermat over de som

Nadere informatie

De Riemann-hypothese

De Riemann-hypothese De Riemann-hypothese Lars van den Berg 3 september 202 Laat ik je gelijk enthousiast maken om dit stukje te lezen: wie de Riemannhypothese oplost wint een miljoen. Wel zijn er waarschijnlijk eenvoudigere

Nadere informatie

6 Ringen, lichamen, velden

6 Ringen, lichamen, velden 6 Ringen, lichamen, velden 6.1 Polynomen over F p : irreducibiliteit en factorisatie Oefening 6.1. Bewijs dat x 2 + 2x + 2 irreducibel is in Z 3 [x]. Oplossing 6.1 Aangezien de veelterm van graad 3 is,

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Tentamen Analyse 6 januari 203, duur 3 uur. Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

OVER IRRATIONALE GETALLEN EN MACHTEN VAN π

OVER IRRATIONALE GETALLEN EN MACHTEN VAN π OVER IRRATIONALE GETALLEN EN MACHTEN VAN π KOEN DE NAEGHEL Samenvatting. In deze nota buigen we ons over de vraag of een macht van π een irrationaal getal is. De aangereikte opbouw en bewijsmethoden zijn

Nadere informatie

VWO finales. versie 1. 28 oktober 2012

VWO finales. versie 1. 28 oktober 2012 VWO finales versie 1 28 oktober 2012 1 1 inleiding De finale van de VWO en de meeste internationale olympiades bestaan uit het bewijzen van vragen. Dit is iets wat men niet meer leert op school en waarbij

Nadere informatie

Over de construeerbaarheid van gehele hoeken

Over de construeerbaarheid van gehele hoeken Over de construeerbaarheid van gehele hoeken Dick Klingens maart 00. Inleiding In de getallentheorie worden algebraïsche getallen gedefinieerd via rationale veeltermen f van de n-de graad in één onbekende:

Nadere informatie

Enkele valkuilen om te vermijden

Enkele valkuilen om te vermijden Enkele valkuilen om te vermijden Dit document is bedoeld om per onderwerp enkele nuttige strategieën voor opgaven te geven. Ook wordt er op een aantal veelgemaakte fouten gewezen. Het is géén volledige

Nadere informatie

Kwaliteit van ABC-drietallen

Kwaliteit van ABC-drietallen H.E. Reijngoud Kwaliteit van ABC-drietallen Bachelorscriptie, juni 00 Scriptiebegeleider: Dr. B. de Smit Mathematisch Instituut, Universiteit Leiden Inhoudsopgave Het ABC-vermoeden 3 ABC-drietallen maken

Nadere informatie

Volledige inductie. Hoofdstuk 7. Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen.

Volledige inductie. Hoofdstuk 7. Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen. Hoofdstuk 7 Volledige inductie Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen we het volgende: (i) 0 V (ii) k N k V k + 1 V Dan is V = N. Men ziet dit als

Nadere informatie

1.1 Tweedegraadsvergelijkingen [1]

1.1 Tweedegraadsvergelijkingen [1] 1.1 Tweedegraadsvergelijkingen [1] Er zijn vier soorten tweedegraadsvergelijkingen: 1. ax 2 + bx = 0 (Haal de x buiten de haakjes) Voorbeeld 1: 3x 2 + 6x = 0 3x(x + 2) = 0 3x = 0 x + 2 = 0 x = 0 x = -2

Nadere informatie

Selectietoets vrijdag 10 maart 2017

Selectietoets vrijdag 10 maart 2017 Selectietoets vrijdag 10 maart 2017 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. Zij n een even positief geheel getal. Een rijtje van n reële getallen noemen we volledig als voor elke gehele

Nadere informatie

Deeltentamen I, Ringen en Galoistheorie, 16-4-2009, 9-12 uur

Deeltentamen I, Ringen en Galoistheorie, 16-4-2009, 9-12 uur Deeltentamen I, Ringen en Galoistheorie, 16-4-2009, 9-12 uur Geef een goede onderbouwing van je antwoorden. Succes! 1. (a) (10 pt) Ontbindt het polynoom X 3 3X+3 in irreducibele factoren in Q[X] en in

Nadere informatie

Algebra. Oefeningen op hoofdstuk Groepentheorie Cayleytabellen van groepen van orde Cyclische groepen

Algebra. Oefeningen op hoofdstuk Groepentheorie Cayleytabellen van groepen van orde Cyclische groepen Oefeningen op hoofdstuk 5 Algebra 5.2 Groepentheorie 5.2.1 Cayleytabellen van groepen van orde 8 Oefening 5.1. Stel de Cayleytabel op voor de groep van de symmetrieën van een vierkant. Bewijs dat deze

Nadere informatie

Dan komt er informatie over de aantallen koeien. Over de witte koeien zien we in regels dit w = ( 1 / / 4

Dan komt er informatie over de aantallen koeien. Over de witte koeien zien we in regels dit w = ( 1 / / 4 Dan komt er informatie over de aantallen koeien. Over de witte koeien zien we in regels 7 9 dit w = ( / 3 + / 4 )(Z + z), in regels 0 staat over de zwarte koeien dit z = ( / 4 + / 5 )(* + g), over de gevlekte

Nadere informatie

In Katern 2 hebben we de volgende rekenregel bewezen, als onderdeel van rekenregel 4:

In Katern 2 hebben we de volgende rekenregel bewezen, als onderdeel van rekenregel 4: Katern 4 Bewijsmethoden Inhoudsopgave 1 Bewijs uit het ongerijmde 1 2 Extremenprincipe 4 3 Ladenprincipe 8 1 Bewijs uit het ongerijmde In Katern 2 hebben we de volgende rekenregel bewezen, als onderdeel

Nadere informatie

Open priemproblemen. Jan van de Craats

Open priemproblemen. Jan van de Craats Open priemproblemen Jan van de Craats Misschien denk je dat over priemgetallen, de bouwstenen van het rekenen, wel zo ongeveer alles bekend is. Dat er op dat terrein geen onopgeloste vraagstukken meer

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Tentamen Bewijzen en Technieken 1 7 januari 211, duur 3 uur. Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe.

Nadere informatie