Bos en Lommer School en werk van de 18-jarigen in Ineke van der Veen Annemiek Veen Pjotr Koopman

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bos en Lommer School en werk van de 18-jarigen in 2004. Ineke van der Veen Annemiek Veen Pjotr Koopman"

Transcriptie

1 Bos en Lommer School en werk van de 18-jarigen in 2004 Ineke van der Veen Annemiek Veen Pjotr Koopman

2 CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, I. van der, Veen, A., Koopman, P. Bos en Lommer. School en werk van de 18-jarigen in Ineke van der Veen, Annemiek Veen, Pjotr Koopman. Amsterdam: SCO- Kohnstamm Instituut van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen, Universiteit van Amsterdam (SCO-rapport nummer 743, projectnummer 44497). ISBN Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, or otherwise, without the prior written permission of the publisher. Uitgave en verspreiding: SCO-Kohnstamm Instituut Wibautstraat 4, Postbus 94208, 1090 GE Amsterdam Tel.: Copyright SCO-Kohnstamm Instituut, 2005

3 Inhoud 1 Achtergrond van het onderzoek Inleiding Opzet van het onderzoek en gegevensbestand Resultaten Jongeren en hun activiteiten School en opleiding Werk Cursussen en bedrijfsopleidingen Toekomstverwachtingen Onderwijsposities Feitelijke onderwijspositie schoolgaande jongeren Schoolverlaters Hoogste onderwijspositie Conclusies...33 Bronnen...41 Bijlagen...43

4

5 1 Achtergrond van het onderzoek 1.1 Inleiding Sinds de start van het project Capabel in stadsdeel Bos en Lommer wordt vierjaarlijks een onderzoek uitgevoerd naar de opleidings- en arbeidssituatie van 18-jarigen in dit Amsterdamse stadsdeel. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van het evaluatieonderzoek naar het project Capabel in Bos en Lommer. De in dit rapport beschreven onderzoeksresultaten hebben betrekking op de vierde meting. Eerdere metingen vonden plaats in 1992, 1996 en 2000 (Robijns, Koopman en Van Erp, 1992; Robijns, Koopman en Van Erp, 1996; Veen, Beekhoven & Van Eck, 2002). Voordat we ingaan op de resultaten van deze vierde meting, zullen we kort iets vertellen over het project Capabel en het hieraan gekoppelde evaluatieonderzoek. Het project Capabel Capabel is een project dat vanaf 1991 uitgevoerd wordt in het Amsterdams stadsdeel Bos en Lommer. Doel van het project is jongeren met een bedreigd toekomstperspectief in de leeftijd van 0-18 jaar zo goed mogelijk toegerust aan onderwijs en samenleving te laten deelnemen. Gezien de bevolkingssamenstelling van het stadsdeel richt het project zich specifiek op allochtone jongeren. Capabel werkt op een indirecte en voorwaardenscheppende manier aan het bereiken van de doelstellingen (zie pagina 2). Het project richt zich op het initiëren en coördineren van een breed spectrum van activiteiten. Capabel voert deze activiteiten niet allemaal zelf uit, maar zorgt ervoor dat de daartoe meest geëigende organisaties, projecten en personen gestimuleerd worden om samen te werken en hun aanpakken onderling af te stemmen. Zo wordt zorggedragen voor een coherent netwerk in het stadsdeel Bos en Lommer dat de ontwikkeling van de doelgroep bevordert. Het project is longitudinaal opgezet en zal een periode van 18 jaar bestrijken. In projectperiodes van telkens vier jaar staan verschillende (leeftijds)groepen centraal. Geprobeerd wordt om per leeftijdsgroep op de doelgroep toegespitste activiteiten te organiseren die de ontwikkeling van de kinderen en jongeren 1

6 Bos en Lommer bevorderen, zodat er op den duur een traject van opeenvolgende activiteiten en voorzieningen ontstaat. In de eerste projectperiode lag het accent op de 0-4 à 6 jarigen en hun ouders, vervolgens op de leeftijdsgroep leerlingen in het basisonderwijs. Recentelijk is de aandacht naar het voortgezet onderwijs verschoven. De algemene projectdoelstelling is als volgt geconcretiseerd. Het project streeft na dat: zo min mogelijk kinderen met een achterstand aan het basisonderwijs beginnen; een eventueel bestaande achterstand op de basisschool zoveel mogelijk wordt ingelopen; zodoende een meer evenredige verdeling (dat wil zeggen een verdeling onafhankelijk van sociaal-economisch milieu en etnische afkomst) van leerlingen over de verschillende typen voortgezet onderwijs ontstaat; zo min mogelijk jongeren voortijdig uitvallen uit het voortgezet onderwijs; zodoende een meer evenredige verdeling van typen voortgezet onderwijs diploma s over de leerling-groepen ontstaat; uiteindelijk een meer evenredige verdeling van (perspectiefbiedende) posities op de arbeidsmarkt wordt bevorderd. Capabel wordt gesubsidieerd door het Ministerie van VWS, de gemeente Amsterdam en het stadsdeel Bos en Lommer. Het Ministerie financiert het aan het project gekoppelde evaluatieonderzoek dat wordt verricht door het SCO- Kohnstamm Instituut. Inmiddels zijn er verschillende publicaties over het project verschenen. Voor een overzicht hiervan verwijzen we naar de literatuurbijlage (bijlage D). Het evaluatieonderzoek naar Capabel De resultaten van Capabel worden in kaart gebracht door een evaluatieonderzoek. De bedoeling van dit onderzoek is om zo goed mogelijk vast te stellen of de doelen die het project nastreeft, gehaald worden en, zo mogelijk, aan welke (combinatie van) projectonderdelen eventuele effecten kunnen worden toegeschreven. 2

7 Achtergrond van het onderzoek Om te kunnen vaststellen of resultaten geboekt worden in de richting van de bovengenoemde projectdoelstellingen, is specifiek voor Capabel een volgsysteem opgezet waarmee de ontwikkeling van de kinderen uit de doelgroep in kaart gebracht kan worden. In dit systeem worden de volgende drie typen gegevens op individueel niveau ondergebracht: achtergrondgegevens van de 0-18 jarigen in Bos en Lommer (gegevens afkomstig uit het bevolkingregister zoals sekse, etnische achtergrond, leeftijd etc.); criteriumvariabelen die de ontwikkeling van de 0-18 jarigen indiceren (bijvoorbeeld resultaten in de basis en voortgezet onderwijs, arbeidsmarktsituatie etc.); gegevens over deelname van de doelgroepen aan maatregelen en activiteiten. Op basis van dit volgsysteem kunnen verschillende vragen voor opeenvolgende jaargroepen of generaties worden beantwoord. De criteriumvariabelen kunnen daarbij benut worden om vast te stellen of er sprake is van achterstand en of vermindering daarvan in de loop van het project geconstateerd kan worden. De deelname- en achtergrondgegevens kunnen vervolgens uitwijzen voor welke groepen kinderen dit specifiek geldt en welke relaties gelegd kunnen worden met deelname aan de activiteiten die in het kader van Capabel ondernomen zijn. Bij de start van het evaluatieonderzoek is in overleg met de gemeentelijke privacycommissie een reglement vastgesteld waarin het beheer van het volgsysteem en de te volgen procedures tot in detail zijn voorgeschreven. Dat betekent onder meer dat het volgsysteem uitsluitend de achtergrondgegevens bevat van die kinderen en jongeren van wie de ouders (of zijzelf) daartegen geen bezwaar aantekenden. In de afgelopen jaren is het aandeel ouders van kinderen in de leeftijd van 0 tot 18 jaar dat medewerking verleent jaarlijks gestegen. Het lijkt zich momenteel te stabiliseren op 86% (Veen, Van der Veen & Koopman, 2003). Het percentage weigeraars in de oudere leeftijdsgroepen is iets hoger dan in de jongere leeftijdsgroepen. De vierde meting: de onderwijs- en arbeidsmarktsituatie van de 18-jarigen in 2004 Het onderzoek waarover in dit rapport verslag wordt gedaan, is een regulier onderdeel van de evaluatie van Capabel. Het is gericht op een specifiek cluster criteriumvariabelen. Middels vierjaarlijkse metingen wordt de opleidings- en 3

8 Bos en Lommer arbeidsmarktsituatie van 18-jarigen in kaart gebracht. Deze gegevens betreffen dus als het ware het uitstroomniveau van Capabel. De drie 18-jarigen onderzoeken die voorheen hebben plaatsgevonden in 1992, 1996 en 2000 hadden betrekking op jongeren die niet hebben kunnen deelnemen aan in het kader van Capabel opgezette activiteiten. Zij liepen immers al vooruit op het traject, dat wil zeggen: op het moment dat het accent binnen Capabel kwam te liggen op de eerste fase van het voortgezet onderwijs, waren zij al een eind gevorderd met hun schoolloopbaan in deze onderwijssector. Dat was niet erg: door resultaten op de verschillende metingen met elkaar te vergelijken, werd nagegaan of er over de jaren heen verschuivingen optraden bij de doelgroep van Capabel in de opleidings- en arbeidssituatie. De achtereenvolgende metingen lieten ons, met andere woorden, zien in hoeverre de jongeren in Bos en Lommer op de goede weg zijn als het gaat om de te bereiken doelstellingen. Uiteraard is dit nog steeds het belangrijkste doel. Echter: voor het eerst is er nu sprake van een 18-jarigen onderzoek waar jongeren wél aan Capabel-activiteiten hebben kunnen deelnemen, zij het op zeer kleine schaal. In totaal 22 jongeren die zijn benaderd om deel te nemen aan het 18-jarigen onderzoek hebben deelgenomen aan activiteiten die in het kader van Capabel zijn georganiseerd. 8 van deze 22 jongeren hebben deelgenomen aan het onderzoek. Al deze 8 jongeren hebben deelgenomen aan de circusactiviteit Elleboog. De meeste 18-jarigen die in dit rapport onderwerp van onderzoek zijn, zaten in het schooljaar 1990/1991 of 1991/1992 in groep 1. Deze groep ging dus -als zij geen vertraging hebben opgelopen- vanaf het schooljaar 1998/1999 of 1999/2000 voor het eerst naar het voortgezet onderwijs. In dit onderzoek zijn ook 18-jarige jongeren benaderd die nog maar kort in Bos en Lommer woonden. Voor twee derde van de jongeren geldt dat zij 1 of meerdere jaren basisonderwijs in het stadsdeel hebben gevolgd. Voor een derde geldt dus dat zij pas na de basisschoolperiode in Bos en Lommer zijn komen wonen. Hoewel een heel klein deel van de jongeren dus al wel aan enkele activiteiten heeft kunnen deelnemen, geldt dat voor een groot deel van de jongeren niet. Een rechtstreekse relatie tussen Capabel en de opleidings- en arbeidsmarktsituatie van de 18-jarigen in Bos en Lommer kan in deze rapportage (nog) niet worden gelegd. 4

9 Achtergrond van het onderzoek Dat neemt niet weg dat deze generatie jongeren ook heeft kunnen profiteren van de spin-off van het project Capabel. Zo hebben we aanwijzingen dat, als gevolg van het project de samenwerking tussen organisaties, projecten en personen in het stadsdeel is toegenomen (zie de conclusies naar aanleiding van onze interviews met ouders, welzijnsinstellingen en scholen in de rapportage over , waar ontstane samenwerking door verschillende partners als belangrijke opbrengst van Capabel wordt gezien; Van Erp, Veen en Koopman, 1998). Ook lijkt er, mede door Capabel, sprake van toenemende kennis over en een groeiend bewustzijn van de behoeften en problemen van de doelgroep. Het is heel aannemelijk dat van deze opbrengsten alle leeftijdsgroepen profiteren en niet alleen de deelnemers aan de Capabelactiviteiten. In de volgende hoofdstukken presenteren we de verzamelde gegevens. We maken daarbij telkens een vergelijking met de gegevens uit de eerdere metingen, die twaalf, acht en vier jaar geleden werden uitgevoerd. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de onderzoeksopzet en de wijze waarop de gegevens zijn verzameld. Vervolgens komen in hoofdstuk 3 de onderzoeksresultaten aan de orde voor wat betreft onderwijsdeelname en het hebben van werk. In hoofdstuk 4 gaan we specifiek in op de onderwijspositie van de jongeren. Hoofdstuk 5 bevat een samenvatting en conclusies. 5

10 Bos en Lommer 6

11 2 Opzet van het onderzoek en gegevensbestand In dit hoofdstuk wordt weergegeven hoe het onderzoek is opgezet en hoe de respons was in vergelijking met de eerste, tweede en derde meting van onderwijs en arbeidsmarktpositie van de 18 jarigen in de wijk Bos en Lommer. Onderzoeksopzet Het onderzoek werd uitgevoerd in het najaar van Het doel was het in kaart brengen van de onderwijs- en arbeidsmarktpositie van 18 jarigen in Bos en Lommer. Specifiek gaat het om de verdeling van jongeren over typen voortgezet onderwijs, eventuele schooluitval en de posities op de arbeidsmarkt. Voor deze vierde meting is de vragenlijst die in de derde meting is gebruikt, geactualiseerd. Over de volgende punten is informatie verzameld: werk (heb je betaald werk, hoeveel uur en welk soort werk) school (zit je op school, welk schooltype, welk leerjaar) cursus of bedrijfsopleiding schoolloopbaan (op welke scholen heb je gezeten, welke diploma s zijn behaald) toekomst (wat verwacht je op het gebied van opleidingen en werk). De groep 18-jarigen is gedefinieerd als iedereen geboren tussen 1 september 1985 en 1 december Het gaat in totaal om 276 jongeren. Op het moment van invullen van de vragenlijst was een aantal jongeren al 19 jaar oud. Gemiddeld waren de jongeren zes maanden ouder dan achttien jaar. Om de respons te verhogen zijn de volgende maatregelen getroffen: De vragenlijst ging vergezeld van een brief aan de jongeren zelf waarin uitvoerig is stilgestaan bij het belang van het onderzoek en waarin werd aangekondigd dat er onder de respondenten prijzen verloot zouden worden (20 bonnen naar keuze: vvv-, cd- of boekenbon). Na de vragenlijst volgde een rappel, vervolgens werd jongeren telefonisch verzocht de lijst in te vullen en tot slot is een aantal jongeren thuis bezocht om ter plekke de lijst in te vullen. In totaal zijn 148 vragenlijsten ingevuld, een respons 7

12 Bos en Lommer van 54%. Deze uiteindelijke respons is als volgt tot stand gekomen; 99 jongeren stuurden de vragenlijst meteen terug of na een schriftelijke rappel, 13 jongeren zijn telefonisch geïnterviewd en 36 jongeren hebben meegedaan toen er iemand bij hen langs kwam met het verzoek daartoe. In een twintigtal gevallen bleek het adres niet meer te kloppen. Tien jongeren weigerden om mee te werken. Dat betekent dat behalve de foute adressen en weigeringen, er een vrij grote groep niet per post, per telefoon en of bij huisbezoek bereikt is. Mogelijk was ook hier de achterliggende reden dat daar de jongeren niet meer op de opgegeven adressen aanwezig waren. Zeven van de 148 jongeren stuurden de vragenlijst terug zonder respondentnummer. Deze jongeren konden we dus helaas niet identificeren in het volgsysteem waardoor we hun achtergrondkenmerken niet aan de vragenlijstgegevens kunnen koppelen. Er is geen significant verschil tussen jongens en meisjes in de wijze waarop gerespondeerd werd (d.w.z.: direct of na rappel/bezoek) en ook niet tussen etnische groepen 1. Het totaalbeeld laat duidelijk zien dat het thuis bezoeken van jongeren de respons heeft verhoogd, het zorgde voor 24% van de totale respons. In Figuur 2.1 is het responspercentage van de verschillende etnische groepen weergeven. Als we de groep uitsplitsen, wordt duidelijk dat het voor sommige etnische groepen om erg kleine aantallen respondenten gaat (per groep weergegeven tussen haakjes). Er zijn twee grote etnische groepen, de Marokkaanse en Turkse jongeren, drie wat kleinere: de Overig Nederlandse, Surinaamse en de jongeren uit overige niet-geïndustrialiseerde landen; in de andere etnische groepen gaat het om enkele jongeren. In de in deze rapportage gepresenteerde tabellen zullen we jongeren uit overige niet geïndustrialiseerde landen afkorten met de term oni ; jongeren uit overige wel geïndustrialiseerde landen worden aangeduid als owi. De verschillen in responspercentages tussen de etnische groepen zijn niet significant. Wel hebben meisjes significant wat vaker gerespondeerd dan jongens. 1 8 Voor de indeling in etnische groepen is gebruikt gemaakt van de indeling in 8 bevolkingsgroepen die de gemeente onderscheidt. Zie voor een overzicht bijlage C.

13 Opzet van het onderzoek en gegevensbestand Figuur 2.1 Responspercentage per etnische groep, met absolute aantallen respondenten per groep tussen haakjes Surinaams (11) Antilliaans (3) Turks (42) Marokkaans (56) Zuid-Europees (1) Oni landen (15) Owi landen (2) Nederland (11) Totaal (141) Representativiteit en vergelijking van respons met die van eerdere metingen Het responspercentage van 54% is lager dan in 2000 (toen was het 60%) en aanzienlijk lager dan dat in 1992 en 1996 (80% in beide metingen). Het kan dus zo zijn dat met name succesvolle jongeren hebben gereageerd en dat de resultaten in dit rapport een vertekend (te rooskleurig) beeld geven. Voor het eerst kunnen we dit binnen een 18-jarigen onderzoek deels nagaan. Voor het eerst beschikken we namelijk over adviezen voor voortgezet onderwijs van een deel (43%) van de 18-jarigen. Deze adviezen worden verzameld binnen het evaluatieonderzoek van Capabel. We kunnen de adviezen van jongeren die zijn benaderd voor deelname aan het 18-jarigen onderzoek en ook hebben deelgenomen vergelijken met de adviezen van jongeren die zijn benaderd om deel te nemen, maar dat niet hebben gedaan. De adviezen blijken niet significant te verschillen tussen beide groepen. De groep deelnemers lijkt dus representatief te zijn voor alle 18-jarigen in het stadsdeel. 9

14 Bos en Lommer Vergelijken we de verdeling van respons over etnische groepen met die bij de eerste drie metingen, dan valt het volgende op. Het responspercentage van de Overig Nederlandse jongeren is na een daling, weer toegenomen: het begon op 86% in 1992, in 1996 was het 71%, in % en dit jaar respondeerde 50% van de Nederlanders. Ook voor de Surinaamse groep is er een licht herstel te zien in het responspercentage na een (sterke) daling: het responspercentage was in %, in %, in 2000 slechts 30% en in %. Voor Marokkaanse en Turkse jongeren en jongeren uit de andere drie groepen (jongeren uit Zuid Europese landen, uit overige niet geïndustrialiseerde landen en uit overige wel geïndustrialiseerde landen) is er een behoorlijke daling. Voorheen waren was er bij de groep Turkse jongeren geen sprake van sterke verschuivingen (73% in 1992, 81% in 1996, 76% in 2000), maar in deze meting zakte het responspercentage naar 58%. In 2000 was het de eerste keer dat er een Antilliaanse jongere meedeed, deze keer deden er drie mee. 10

15 3 Resultaten In dit hoofdstuk zullen we eerst een beeld schetsen van de activiteiten die de jongeren ondernemen. Vervolgens komen opleiding en werk aan de orde. Tot slot is er aandacht voor toekomstverwachtingen van jongeren. Per onderwerp beginnen we steeds met een beschrijving van de resultaten voor de in 2000 geënquêteerde jongeren. Vervolgens zullen we steeds in een aparte paragraaf een vergelijking maken met de in 1992, 1996 en 2000 onderzochte jongeren. 3.1 Jongeren en hun activiteiten Jongeren en hun activiteiten in 2004/2005 De meeste jongeren zitten op school (89%). 57% van hen werkt naast school. Van de jongeren heeft 6% alleen een baan en 5% gaat niet naar school en heeft geen werk. De meeste van deze laatstgenoemde groep jongeren (5 meisjes, 3 jongens) lieten de vraag waaraan zij hun tijd besteden open. Voor de verdeling van activiteiten naar sekse en etniciteit, zie Tabel 3.1. Er zijn wel wat verschillen tussen etnische groepen, maar het gaat niet om grote verschillen. 11

16 Bos en Lommer Tabel 3.1 Activiteiten van jongeren in percentages, naar etniciteit en sekse alleen school school + werken alleen werk geen bezigheden n totaal = 100% Zuid Europees meisje Antilliaans jongen meisje Overig wel geïnd. jongen meisje Overig Nederlands jongen meisje Surinaams jongen meisje Overig niet geïnd. jongen meisje Marokkaans jongen meisje Turks jongen meisje Totaal jongen meisje Een groter deel van de Marokkaanse dan van de Turkse jongeren combineert school met werk. Marokkaanse meisjes combineren school wat vaker met werk dan Marokkaanse jongens, hetzelfde verschil zien we bij de Turkse jongeren Activiteiten vergeleken met eerdere metingen Het percentage jongeren dat naar school gaat, is gestegen van 68% in 1992, naar 72% in 1996 naar 80% in 2000 naar 89% nu. Een consequente stijging. Het aantal jongeren dat niet werkt en ook niet naar school gaat, is nu net als in % (bij de eerste meting was het 18%, bij de tweede meting 11%). Jongeren die alleen werken vormen nu nog maar 6%, in 1992 was dat 11%, in % en in 2000 was dat 15%. In bijlage A, Tabel 1 wordt de situatie van jongeren vergeleken met eerdere metingen, waarbij onderscheid wordt gemaakt naar etnische herkomst en sekse. Op basis van de gegevens in 2000 concludeerden we dat er door jongeren minder alleen naar school werd gegaan doordat meer jongeren naast school werken. In 2004 is het aandeel jongeren dat school en werk combineert afgenomen, meer 12

17 Resultaten jongeren gaan nu alleen naar school. Dit zou te maken kunnen hebben met de economische situatie in Nederland die in 2000 gunstiger was dan in De vorige keer constateerden we tevens dat weinig Turkse meisjes school en werk combineren. Dat is veranderd: de meisjes werken nu meer naast hun school dan de jongens. Voor de meeste groepen is er niet echt een trend in de tijd te zien; de percentages fluctueren per bevolkingsgroep. 3.2 School en opleiding School en opleiding in 2004/2005 Welke opleiding volgen jongeren in Bos en Lommer? In de vragenlijst hebben we de volgende categorieën onderscheiden; vso, vmbo-t, vmbo-overig, havo, vwo, mbo bol (beroepsopleidende leerweg) van 1 of 2 jaar, mbo bol van 3 of 4 jaar, mbo bbl (beroepsbegeleidende leerweg) of leerlingwezen van 1 of 2 jaar, mbo bbl of leerlingwezen van 3 of 4 jaar, hbo en wo. Voor het eerst hebben we nu te maken met de samenvoeging van het vbo en mavo naar het vmbo. Een andere verandering in het onderwijssysteem waar we ook in 2000 mee te maken hadden is dat het kmbo, het leerlingwezen en het mbo zijn overgegaan naar Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie (BVE). Hierin worden de beroepsopleidende leerweg (BOL) en de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) onderscheiden. Deze BOL en BBL verschillen in niveau en opleidingsduur. Er zijn vier niveaus en de opleidingsduur varieert in samenhang met het niveau van 1 tot 4 jaar. Omdat veel deelnemers niet op de hoogte zijn van het opleidingsniveau van hun opleiding, hebben we hier gevraagd naar de opleidingsduur als indicatie voor het niveau. Wij beschikken hier alleen over de indeling naar 1-2 jarig en 3-4 jarig. Van de schoolgaande jongeren volgt op het moment van afname 24% nog het voortgezet onderwijs (vso, vmbo, havo en vwo). In Bijlage A zijn in Tabel 1 de precieze cijfers terug te vinden. De meeste jongeren volgen een opleiding in de BVE. De meerderheid daarvan volgt de beroepsopleidende leerweg. Twaalf jongeren zijn in het hoger onderwijs terechtgekomen. Daarvan volgen er 11 een hbo-opleiding en 1 een universitaire studie. In Tabel 3.2 is de opleiding van jongeren uitgesplitst naar etniciteit en sekse. 13

18 Tabel 3.2 Opleiding schoolgaande jongeren, naar etniciteit en sekse. Gegeven zijn de (rij)percentages en in de laatste twee rijen en in de laatste kolom de aantallen respondenten (n) sekse vso vmbo overig vmbo-t havo vwo BBL 1/2 BBL 3/4 BOL 1/2 BOL 3/4 hbo wo n: 100%= Surinaams jongen meisje Antilliaans meisje Turks jongen meisje Marokkaans jongen meisje Oni landen jongen meisje Owi landen jongen meisje Overig Nederlands jongen meisje Totaal jongen meisje N: 100%= jongen meisje

19 Resultaten Te zien is dat relatief veel jongeren uit niet geïndustrialiseerde landen nog voortgezet onderwijs volgen. Voor alle groepen geldt dat veel jongeren in het BVE een beroepsopleidende opleiding volgen op niveau 3/ School en opleiding vergeleken met eerdere metingen Vergeleken met de vorige meting gaan er duidelijk minder jongeren naar het hoger onderwijs: in 2000 was dit 19%, nu 10%. Wel is het hoger dan in de eerste twee metingen: in 1992 was het 4% en in %. Er lijkt in 2000 dus sprake te zijn geweest van een uitschieter naar boven. In 1992 ging 2% van de schoolgaande 18-jarigen naar het voortgezet speciaal onderwijs (vso), in %, in % en nu 1%. Sinds 2000 vinden we dus niet of nauwelijks nog jongeren die naar dit schooltype gaan. Door de veranderingen in het onderwijssysteem is niet elke vergelijking even eenduidig. Het kmbo, het leerlingwezen en het mbo zijn zoals hierboven aangegeven overgegaan naar de BVE waarin BOL en BBL onderscheiden worden. Deze opleidingen kennen ieder 4 niveaus die wij hebben ingedeeld in twee groepen: niveau 1/2 en 3/4. Vergelijken we de deelname van jongeren aan het cluster leerlingwezen, kmbo en mbo-ers uit de generatie van 1996 met de jongeren die in 2000 en nu BBL of BOL volgen, dan is dat percentage omhoog gegaan, van 49% in 1996 naar 62% in 2000 en 66% nu. Zie ook Figuur 1 in Bijlage A. De deelname van jongeren aan het hbo is gestegen, de deelname aan het havo en vwo is gedaald. In de eerste twee metingen werden seksespecifieke verschillen gevonden bij de gevolgde opleiding. Meisjes kozen vaker voor het mbo of hbo en jongens kozen meer voor het vbo en het leerlingwezen. Sinds de vorige meting in 2000 zijn er geen significante verschillen tussen jongens en meisjes in deelname aan schooltypen. 15

20 Bos en Lommer 3.3 Werk Werk in 2004/2005 Ruim de helft (53%) van de jongeren werkt. De meeste jongeren die werken, doen dat naast hun opleiding. Voor een deel zijn dat bijbaantjes, voor een deel maakt het werk deel uit van de opleiding, met name in de beroepsbegeleidende leerweg en ook in de beroepsopleidende leerweg, waar leerlingen verplichte stageperioden hebben. De meerderheid werkt in de dienstverlenende sector (56%). Een groep van 10% werkt in de verzorgende sector en de overige jongeren werken in de technische en administratieve sector. Er zijn verschillen tussen jongens en meisjes; alleen meisjes werken in de verzorgende sector en de administratieve sector en er werken geen meisjes in de technische sector. Als we niet kijken naar het soort werk maar naar of jongeren wel of niet werken dan zien we in Tabel 3.3 dat alle (4) Surinaamse jongeren en jongeren uit overige wel geïndustrialiseerde landen (2) werken. 1 Tabel 3.3 (Rij)percentages jongeren dat wel of niet werkt per etnische groep Werken nee of ja nee ja n (100%) Surinaams Antilliaans Turks Marokkaans Zuid Europees Oni landen Owi landen Overig Nederlands Totaal We splitsen hier niet per sector uit hoeveel jongeren die in de sector werkzaam zijn school en werk combineren en hoeveel alleen werken. Het aandeel jongeren dat niet werkt is namelijk erg klein (9). 16

21 Resultaten Van de Surinaamse jongeren werkt ongeveer driekwart niet, van de Turkse jongeren de helft niet en van de Marokkaanse jongeren vier tiende niet. Van de jongeren uit de groep overige niet geïndustrialiseerde landen (15) werkt zes tiende niet. Aantal uren en aanstelling De meeste jongeren werken tussen de 9 en 20 uur per week. Meisjes werken vaker meer uren per week dan jongens (zie Tabel 3.4). Er zijn nauwelijks verschillen op dit punt tussen de verschillende etnische groepen. Tabel 3.4 Aantal uren dat jongens en meisjes werken per week jongens meisjes totaal % n % n % n ja, ik werk uur per week ja, ik werk uur per week ja, ik werk 9-20 uur per week ja, ik werk minder dan 9 uur p/w geen werk Totaal Het aantal uren dat jongeren werken, wordt sterk bepaald door de opleiding die ze volgen. Daarom is in Tabel 3.5 het aantal uren werk uitgesplitst naar: jongeren die een opleiding volgen waar werken geen onderdeel van uitmaakt, jongeren die geen opleiding volgen maar alleen werken en jongeren die BOL of BBL opleiding volgen en dus als onderdeel van hun opleiding werkervaring opdoen. Tabel 3.5 Soorten aanstelling voor schoolgaande en niet schoolgaande jongeren school (niet BOL en BBL) en werk alleen werk BOL BBL % n % n % n % n Ik werk uur per week Ik werk uur per week Ik werk 9-20 uur per week ik werk < 9 uur per week Totaal

22 Bos en Lommer Van de eerstgenoemde groep werkt meer dan de helft minder dan 9 uur per week. Bijna een derde werkt tussen de 9 en 20 uur per week. Zoals te verwachten was werken jongeren op het BOL en BBL meer uren dan de andere schoolgaande jongeren. Manieren van werk zoeken De jongeren hebben diverse strategieën gehanteerd om werk te vinden. In Tabel 3.6 is weergegeven op welke manier zij hun werk hebben verkregen. Er kon meer dan één strategie worden aangekruist. Tabel 3.6 Strategieën die jongeren gebruikten om werk te vinden (n totaal = 83) % n Vrienden/kennissen/ouders 41.0% 34 Zelf contact zoeken met bedrijf 18.1% 15 Zaterdag-/vakantiebaan 8.4% 7 Uitzendbureau 7.2% 6 Stage 7.2% 6 Advertentie 3.6% 3 Internet 2.4% 2 Arbeidsbureau 1.2% 1 Banenmarkt 1.2% 1 Andere strategie 13.3% 11 De meeste jongeren schakelen hun netwerk in om een baantje te vinden. De open sollicitatie (zelf contact leggen) wordt verder ook veel gebruikt. Deze laatstgenoemde strategie wordt vaker door meisjes dan door jongens gebruikt. Er zijn geen verschillen tussen etnische groepen in de strategie die is gehanteerd Werksituatie vergeleken met eerdere metingen Meer jongeren (53%) hebben vergeleken met 1992 (35%) en 1996 (40%) een betaalde baan. In 2000 was het aandeel jongeren met een baan duidelijk hoger: 67%. Vergeleken met de generaties jongeren uit 1992, 1996 en 2000 is het aantal uren dat wordt gewerkt nu lager. Het aandeel van de werkende jongeren dat tussen de 18

23 Resultaten 33 en 40 uren werkt is afgenomen van 28% in 1992 naar 11% in Dit is een logisch gevolg van de gestegen onderwijsdeelname. In de metingen in 1992 en 1996 besteedden jongens meer tijd aan werk dan meisjes. In 2000 was er geen significant verschil tussen het aantal uren dat jongens en meisjes werken. Nu werken meisjes wat meer uren dan jongens. De manier waarop jongeren hun baan vinden is nagenoeg gelijk aan die in de metingen in 1996 en Vrienden en kennissen zijn het belangrijkst, gevolgd door zelf contact leggen. 3.4 Cursussen en bedrijfsopleidingen Deelname aan cursussen en/of bedrijfsopleidingen in 2004/2005 Aan jongeren die aangaven niet op school te zitten, werd gevraagd of zij een cursus of bedrijfsopleiding volgden met als doel het krijgen van een (betere) baan. 27 jongeren (19%) hebben hier ingevuld dat zij een cursus volgen. Al deze jongeren zitten wél op school (en vulden deze vraag eigenlijk ten onrechte in). Uit de antwoorden blijkt hoe zij de vraag interpreteren: de meeste jongeren gebruiken de vraag om preciezer te specificeren waar hun huidige school voor opleidt (meestal mbo), drie jongeren lijken naast hun school een cursus te volgen (bijv. een cursus Arabisch). Twee van deze drie jongeren volgt een cursus op het bedrijf waar zij werken, één jongere volgt een cursus in het buurthuis. Op één jongere na zeggen alle jongeren met de gevolgde cursus een diploma of certificaat te kunnen halen Cursus en/of bedrijfsopleidingen vergeleken met eerdere metingen Deze meting geven 27 jongeren (19%) aan dat ze een cursus volgen. Dat zijn er meer dan in 1992 (11%), 1996 (18%) en 2000 (6%). 19

24 Bos en Lommer 3.5 Toekomstverwachtingen Toekomstverwachtingen over diploma s en werk Bij jongeren is geïnformeerd naar hun toekomstverwachtingen. De eerste twee vragen hadden betrekking op onderwijs; verwachten zij op school te zitten als zij (ongeveer) 22 jaar oud zijn, en verwachten zij over 4 jaar meer diploma s te hebben dan zij hebben op het moment van afname. Deze vragen zijn bekeken voor jongeren die wel en niet op school zitten. Voor niet schoolgaande jongeren blijkt het niet vanzelfsprekend te zijn dat zij in de toekomst geen onderwijs meer zullen volgen. Bijna 60 procent van de niet schoolgaande jongeren en twee derde van schoolgaande jongeren ziet onderwijs volgen over 4 jaar nog als een mogelijkheid. Deze antwoorden zijn weergegeven in de Tabellen 3.7 en 3.8. Tabel 3.7 Toekomstverwachtingen over school Verwacht je over 4 jaar op school te zitten? schoolgaand niet schoolgaand % n % n nee, zeker niet nee, dat denk ik niet dat weet ik niet ja, dat denk ik wel ja, zeker wel Totaal Tabel 3.8 Toekomstverwachtingen over diploma s Verwacht je over 4 jaar meer diploma s te hebben? 20 schoolgaand niet schoolgaand % n % n nee, zeker niet nee, dat denk ik niet dat weet ik niet ja, dat denk ik wel ja, zeker wel Totaal

25 Resultaten Van de jongeren die nog op school zitten, verwacht ruim 85% over vier jaar een diploma te hebben. Te zien is ook dat veel niet schoolgaande jongeren wel denken in de toekomst nog diploma s en/of certificaten te behalen. Een behoorlijk positieve instelling die er op lijkt te wijzen dat jongeren op hun 18 e nog niet definitief beslist hebben over hun gewenste opleidingsniveau. Ze sluiten zeker niet uit dat ze in toekomst nog diploma s of certificaten halen. Tabel 3.9 betreft de vraag of jongeren verwachten over 4 jaar een baan te hebben. De schoolgaande jongeren hebben daar redelijk veel vertrouwen in. Bij de jongeren die daarover twijfelen kan sprake zijn van pessimisme over hun kans op werk, maar het kan ook zijn dat zij denken over vier jaar nog bezig te zijn met hun opleiding. Tabel. 3.9 Toekomstverwachtingen over werk Verwacht je over 4 jaar een baan te hebben? schoolgaand niet schoolgaand % n % n nee, zeker niet nee, dat denk ik niet dat weet ik niet ja, dat denk ik wel ja, zeker wel Totaal De meeste jongeren die niet meer naar school gaan, en dus veelal werken, verwachten nog steeds werkzaam te zijn over vier jaar. 21

26 Bos en Lommer Tabel 3.10 Toekomstverwachtingen over kwaliteit baan Verwacht je over 4 jaar een betere baan te hebben dan nu? Schoolgaand niet schoolgaand % N % n nee, zeker niet nee, dat denk ik niet dat weet ik niet ja, dat denk ik wel ja, zeker wel Totaal De meerderheid van de jongeren denkt over vier jaar een betere baan te hebben. Het aandeel schoolgaande jongeren dat dit denkt is hoger (86%) dan het aandeel niet schoolgaande jongeren dat dit verwacht (55%). De antwoorden op de vragen over toekomstverwachtingen werden gegeven op een 5-puntsschaal. Een hoge score betekent een positieve toekomstverwachting betreffende het gebied waar de vraag naar verwijst. We kunnen nu de gemiddelde scores per vraag bekijken en deze vergelijken voor jongens en meisjes en voor de verschillende etnische groepen. Dit is te zien in Tabel Daarbij moet de lezer niet uit het oog verliezen dat in deze tabel de aantallen respondenten waarover de gemiddelden berekend zijn, soms erg klein zijn. Eigenlijk zijn alleen bij de Surinaamse, Turkse, Marokkaanse jongeren en de groep uit overige niet geïndustrialiseerde landen de gemiddelden gebaseerd op een voldoende aantal respondenten. De verschillen tussen etnische groepen zijn niet significant. Meisjes verwachten over vier jaar in sterkere mate een betere baan te hebben dan jongens. 22

27 Resultaten Tabel 3.11 Gemiddelde score op toekomstverwachtingen, 1 is zeer negatief, 5 is zeer positief De vragen die gesteld worden in tabel 3.11: A: Verwacht je over 4 jaar op school te zitten? B: Verwacht je over 4 jaar meer diploma s te hebben dan nu? C: Verwacht je over 4 jaar een baan te hebben? D: Verwacht je over 4 jaar een betere baan te hebben dan nu? A B C D n max Zuid-Europees meisje Antilliaans jongen meisje Owi landen jongen meisje Overig Nederlands jongen meisje Surinaams jongen meisje Oni landen jongen meisje Turks jongen meisje Marokkaans jongen meisje Totaal jongen meisje totaal Toekomstverwachtingen vergeleken met eerdere metingen In Tabel 3.12 vergelijken we de scores op de toekomstverwachtingen van jongens en meisjes binnen de etnische groepen met de scores in 1992, 1996 en 2000 dan zijn er geen duidelijke consequente trends te onderscheiden. 23

28 Bos en Lommer Tabel 3.12 Gemiddelde score op toekomstverwachtingen voor de vier metingen, 1 is zeer negatief, 5 is zeer positief De vragen die gesteld worden in Tabel 3.12: A: Verwacht je over 4 jaar op school te zitten? B: Verwacht je over 4 jaar meer diploma s te hebben dan nu? C: Verwacht je over 4 jaar een baan te hebben? D: Verwacht je over 4 jaar een betere baan te hebben dan nu? A B C D 1992 jongen meisje totaal De verwachting over vier jaar nog op school te zitten is in deze meting hoger dan in de voorgaande drie metingen. Ook is de verwachting om over vier jaar meer diploma s te hebben deze meting het hoogst. Dit geldt ook voor de verwachting van de meisjes om over vier jaar een betere baan te hebben. In de verwachtingen over het hebben van een baan over vier jaar zit geen duidelijke ontwikkeling. 24

29 4 Onderwijsposities In dit hoofdstuk gaan we eerst in op de onderwijsposities van de schoolgaande jongeren. Dan gaat het dus om hun huidige onderwijspositie (we noemen dit hun feitelijke onderwijspositie, afgekort als FOP). Vervolgens gaan we in op de groep jongeren die niet meer naar school gaat; wat is hun hoogst behaalde diploma en, indien ze geen diploma s hebben, wat is hun hoogst bereikte onderwijspositie (hoogst bereikte onderwijspositie, afgekort als HOP). Net als in de eerste drie metingen is de onderwijspositie van jongeren gescoord op de Formele Evaluatie Schaal, de FES. Deze schaal is opgenomen en toegelicht in bijlage B. De Formele Evaluatie Schaal vormt dus het uitgangspunt bij zowel het berekenen van de FOP als de HOP, maar bij de FOP gaat het om de huidige positie van schoolgaande jongeren, bij de HOP om de hoogst bereikte onderwijspositie van alle jongeren. In deze paragraaf vergelijken we de onderwijspositie van de 18-jarigen met die in de voorgaande metingen. Door de veranderingen in het onderwijssysteem is deze vergelijking echter niet heel precies, we zullen daarom voorzichtig zijn met vergelijken. Met het verdwijnen van het kmbo, leerlingwezen en traditionele mbo en het daarvoor in de plaats komen van het Beroepsgerichte Volwassenen Educatie is er sinds de vorige meting een nieuwe toekenning van punten gemaakt. Dit is ook gedaan naar aanleiding van de invoering van het vmbo. Wat dit laatste betreft beschikken we niet over even nauwkeurige informatie als in de voorgaande metingen, aangezien we binnen het vmbo alleen onderscheid maken tussen vmbo-theoretisch en vmbo-overig. 4.1 Feitelijke onderwijspositie schoolgaande jongeren Onderwijspositie schoolgaande jongeren 2004/2005 We kijken eerst naar sekseverschillen in feitelijke onderwijspositie van de schoolgaande jongeren. Hieruit blijkt dat de jongens gemiddeld 58 punten hebben en de meisjes 62. De score van de meisjes is dus hoger dan die van jongens, maar, 25

30 Bos en Lommer zo blijkt, niet significant hoger. De behaalde scores van rond de 60 komen overeen met een positie in havo-4, vwo-3, BOL- of BBL-2 of een vmbo-tdiploma. De spreiding van de scores is groot, dat betekent dat sommige jongeren heel laag scoren, andere heel hoog. De minimum score is 15, de maximum score 100. We kunnen de gemiddelde score per etnische groep niet zonder meer vergelijken, daarvoor zijn de aantallen scores per etnische groep te klein (zie ook Tabel 4.1). Vergelijken we de drie grootste groepen: Turkse jongeren (58 punten), Marokkaanse jongeren (61 punten) en jongeren uit niet geïndustrialiseerde landen (53 punten), dan blijken de scores niet significant te verschillen. Tabel 4.1 Feitelijke onderwijspositie per etnische groep Gemiddelde Standaardafwijking n Marokkaans Turks Oni landen Overig Nederlands Surinaams Antilliaans Owi landen Totaal Onderwijspositie van schoolgaande jongeren, vergeleken met eerdere metingen De gemiddelde feitelijke onderwijspositie van schoolgaande jongens is in deze vierde meting vergelijkbaar met die in de eerste twee metingen, in de vorige meting was deze hoger (in , in , in , in ). Bij meisjes is er geen consistent patroon: in 1992 haalden zij 67 punten, in punten, in punten en nu 62 punten. In de voorgaande metingen scoorden meisjes net als nu meer punten dan jongens. Bij een vergelijking van de gemiddelde feitelijke onderwijsscores in voorgaande metingen van de grootste etnische groepen (Turkse, Marokkaans jongeren en jongeren uit overige niet-geïndustrialiseerde landen) is geen duidelijke trend te zien. De Turkse en Marokkaanse jongeren hadden in alle vier de metingen een 26

31 Onderwijsposities score van rond of net onder de 60. De jongeren uit de overige nietgeïndustrialiseerde landen scoren deze meting het laagst: in 1992 was de feitelijke onderwijspositie 55, in , in en nu Schoolverlaters Schoolverlaters in 2004/2005 Er zijn jarigen die niet meer naar schoolgaan, dat is 11% van de responsgroep. 6 van deze jongeren (35%) geven aan een diploma te hebben behaald, 9 jongeren hebben geen diploma behaald en van twee jongeren is het onbekend of zij een diploma hebben. Twee van die 9 jongeren zonder diploma zeggen ook vroeger niet op school te hebben gezeten. Onder deze ongediplomeerde schoolverlaters zijn 4 jongens en 5 meisjes. Hun etnische herkomst is Turks (5), Surinaams (3), en Overig Nederlands (1). Vier van deze jongeren hebben betaald werk. Geen van deze jongeren volgt nog een cursus of (bedrijfs)opleiding. Van de 6 jongeren die wel een diploma hebben behaald, hebben er 2 een havo-diploma, twee een vmbo-diploma, 1 een diploma mbo BOL op niveau 3/4, en 1 een diploma mbo BBL op niveau 1/ Schoolverlaters vergeleken met eerdere metingen Het aantal voortijdig schoolverlaters is behoorlijk gedaald. In 1992 was 23% van de 18-jarigen ongediplomeerd en niet-schoolgaand, in 1996 was dat 17%, in % en nu 6%. Een hele duidelijk positieve ontwikkeling. 4.3 Hoogste onderwijspositie Hoogste onderwijspositie in 2004/2005 Tot slot van dit hoofdstuk integreren we de verschillende scores waarmee in het voorgaande de onderwijspositie van 18-jarigen in Bos en Lommer uiteengelegd is in een gecombineerde score voor de gehele generatie. Deze score geeft de hoogste onderwijspositie weer die door de jongeren behaald is. Voor niet schoolgaande jongeren wordt een score berekend waarbij uitgegaan wordt van het hoogst behaalde onderwijs niveau van die jongeren. 27

32 Bos en Lommer Net als bij de feitelijke onderwijspositie scoren meisjes gemiddeld hoger (63) dan jongens (60), ook dit keer is het verschil niet significant. Het gemiddelde voor alle jongeren is 60, deze score staat op de FES schaal gelijk met een diplomaniveau vmbo-t, of een positie in havo-4 of BBL- of BOL-2. In figuur 4.1 zijn de scores van verschillende etnische groepen weergegeven. Daarbij moet opnieuw worden vermeld dat het bij sommige etnische groepen om kleine aantallen gaat. De aantallen zijn weer gegeven tussen haakjes. Figuur 4.1 Gemiddelde hoogste onderwijspositie per etnische groep, aantal respondenten per groep tussen haakjes Marokkaans (53) Turks (38) Oni landen (14) Surinaams (10) Overig Nederlands (10) Antilliaans (3) Owi landen (2) Zuid Europees (1) Totaal (131) Het beeld is vergelijkbaar met dat van de feitelijke onderwijsposities (wanneer we ons beperken tot drie grootste groepen): de Marokkaanse jongeren scoren het hoogst, de Turkse jongeren lager en de jongeren uit overige niet 28

33 Onderwijsposities geïndustrialiseerde landen weer iets lager. Wel zijn de scores bij de hoogste onderwijspositie in de meeste gevallen wat hoger. Er is geen sprake van significante verschillen tussen de etnische groepen. In Tabel 4.1 is de score uitgesplitst naar etniciteit en sekse. Tabel 4.1 Gemiddelde hoogste onderwijspositie per etnische groep en sekse jongen meisje HOP n HOP n Surinaams Antilliaans Turks Marokkaans Zuid Europees Oni landen Owi landen Overig Nederlands Totaal Kijken we naar het verschil tussen jongens en meisjes bij de drie grootste etnische groepen (Turkse en Marokkaanse jongeren en jongeren uit overige nietgeïndustrialiseerde landen) dan zien we dat het verschil het grootst is bij de Marokkaanse jongeren. De meisjes scoren 6 punten hoger dan de jongens. Dit verschil komt overeen met ruim een half jaar onderwijs Hoogste onderwijspositie vergeleken met eerdere metingen We vergelijken de scores van de hoogste onderwijspositie met die in de drie eerdere metingen: 1992, 1996 en Evenals bij de feitelijke onderwijsposities is voorzichtigheid geboden, omdat het veranderde onderwijssysteem mogelijk van invloed is op de hoogte van de posities. De gemiddelde score van de hoogste onderwijspositie voor alle jongeren vertoonde van 1992 naar 2000 een stijgende lijn: van 53 punten in 1992, 59 punten in 1996 naar 62 punten in In deze meting zet deze stijging niet door: de hoogste onderwijspositie is nu ook 62 punten. In figuur 4.2 zijn de scores op de vier achtereenvolgende metingen weergegeven van de etnische groepen die in 29

34 Bos en Lommer alle metingen genoeg respondenten bevatten om enigszins redelijke vergelijkingen te kunnen maken: de Turkse en Marokkaanse jongeren. In de vorige meting lieten we ook de scores voor de groep overig Nederlandse jongeren zien. Aangezien deze groep nog iets verder in aantal is gedaald, laten we de ontwikkeling in scores van deze groep nu niet meer zien. We hebben de scores over de jaren heen vergelijkbaar gemaakt. 2 2 Daarvoor is per niveau het midden van de FES-schaal gekozen (zie bijlage B). Dit leidt tot de volgende indeling: lbo-vbo: (10+40)/2=25 mavo: (20+50)/2=35 havo: (30+70)/2=50 vwo: (40+90)/2=65 Over het algemeen wordt de vraag naar het bereikte onderwijsniveau van de 18- jarigen goed beantwoord, behalve in Toen zijn de vragen naar het laatste onderwijstype en leerjaar slechts door enkele van de 40 ongediplomeerde schoolverlaters ingevuld. Op goede gronden hebben we toen de ongediplomeerde schoolverlaters een onderwijsniveau van 10 punten toegekend (Robijns, Koopman en Van Erp, 1993, p. 39). 30

35 Figuur 4.2 Hoogste onderwijsposities in 1992, 1996, 2000 en 2004 voor Turkse en Marokkaanse jongens en meisjes Onderwijsposities Marokkaanse meisjes Turkse jongens Marokkaanse jongens Turkse meisjes Te zien is dat alle etnische groepen nu een hogere gemiddelde score hebben dan in Opvallende uitschieter is de groep Turkse meisjes, die in 1996 opvallend hoog scoren. Kijken we naar sekseverschillen dan zien we dat de Marokkaanse meisjes sinds 1996 duidelijk hoger scoren dan Marokkaanse jongens. Bij de Turkse jongeren liggen de scores van jongens en meisjes de laatste twee metingen dicht bij elkaar. 31

36 Bos en Lommer 32

37 5 Conclusies Ter afsluiting van deze rapportage vatten we de bevindingen van dit onderzoek naar de vierde onderzochte generatie 18-jarigen in Bos en Lommer nog eens samen tegen de achtergrond van de doelen die het project Capabel nastreeft. De algemene doelstelling van Capabel is jongeren met een bedreigd toekomstperspectief in de leeftijd van 0-18 jaar zo goed mogelijk toegerust aan onderwijs en samenleving te laten deelnemen. Gezien de bevolkingssamenstelling van het stadsdeel richt het project zich specifiek op allochtone jongeren. De doelstelling is toegespitst in een aantal subdoelstellingen waarvan de volgende relevant zijn voor de leeftijdsgroep waar dit onderzoek zich op heeft gericht, de achttienjarigen. Het streven naar een meer evenredige verdeling van onderwijsposities over de verschillende etnische groepen; Het voorkomen van voortijdige uitval uit het secundair onderwijs; Het streven naar een meer evenredige verdeling van diploma s voortgezet onderwijs over de leerlinggroepen; Het bevorderen van een meer evenredige verdeling van (perspectiefbiedende) posities op de arbeidsmarkt. Achtereenvolgens gaan we in op de bezigheden van 18-jarigen, vervolgens op verschillende aspecten van hun onderwijspositie en hun arbeidsmarktparticipatie. Ten slotte formuleren we op basis van de ervaringen bij de uitvoering van deze meting bij achttienjarigen enkele aanbevelingen voor de volgende onderzoeksronde. Activiteiten De meeste jongeren zijn nog schoolgaand (89%) en ruim de helft van hen combineert dat met een bijbaan. Het percentage jongeren dat nog een opleiding volgt, is gestegen ten opzichte van 1992, 1996 en Een groter deel van de Marokkaanse dan van de Turkse jongeren combineert school met werk. Marokkaanse meisjes combineren school wat vaker met werk dan Marokkaanse jongens, hetzelfde verschil vonden we bij de Turkse jongeren. In de voorgaande metingen constateerden we nog dat weinig Turkse meisjes school en werk 33

Opstap in Bos en Lommer

Opstap in Bos en Lommer Opstap in Bos en Lommer Samenvatting Ineke van der Veen (h.vanderveen@uva.nl) Annemiek Veen m.m.v. Pjotr Koopman SCO-Kohnstamm Instituut Eind jaren tachtig werd in Nederland het programma Opstap geïntroduceerd,

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Project Capabel 1991-2008

Project Capabel 1991-2008 Project Capabel 1991-2008 Evaluatieonderzoek project Capabel in Bos en Lommer ANNEMIEK VEEN INEKE VAN DER VEEN PJOTR KOOPMAN CIP-gegevens KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, A., van der Veen, I., Koopman,

Nadere informatie

Jongeren op de arbeidsmarkt

Jongeren op de arbeidsmarkt Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Opleidingsniveau stijgt

Opleidingsniveau stijgt Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma

Nadere informatie

Uit huis gaan van jongeren

Uit huis gaan van jongeren Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 De Leidse Monitor verzamelt informatie over de ontwikkeling van Leidse kinderen vanaf het moment dat zij en/of hun ouders deelnemen aan een voor- en vroegschools programma

Nadere informatie

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007 LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild School en werk 007 In 007 hebben.37 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen wat jongeren doen,

Nadere informatie

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Scolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Jaap Roeleveld Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam (email: jroeleveld@kohnstamm.uva.nl) Abstract Sinds de laatste wijziging van de gewichtenregeling,

Nadere informatie

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009 EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP - eindrapport - dr. Marga de Weerd Amsterdam, november 2009 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: +31 (0)20-5315315

Nadere informatie

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek drs. J.P.M. van der Hoeven Vierde druk Stenfert Kroese, Groningen/Houten Wolters-Noordhoff bv voert

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens,

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens, , Toelichting bij geleverde maatwerktabellen 2006/2007 en 2007/2008* Levering: 17 februari 2010 De maatwerktabel over voortijdig schoolverlaters 2006/2007 bevat gegevens over het voortgezet onderwijs (vo)

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee. Hulp bij het Huishouden

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee. Hulp bij het Huishouden 0 Rapport Cliëntervaringsonderzoek Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee Hulp bij het Huishouden Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Verslagjaar 2014 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Gemiddelde

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Inleiding In het kader van de Monitor en evaluatie Tweede Fase HAVO / VWO heeft het ITS voor het Ministerie van OCenW, directie voortgezet onderwijs, onderzoek gedaan in het

Nadere informatie

Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt

Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Tanja Traag Van alle jongeren die in 24 niet meer op school zaten, had 6 procent een startkwalificatie, wat inhoudt dat ze minimaal

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999- ROA Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit deze uitgave mag op enige manier worden verveelvoudigd zonder voorafgaande

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Opdrachtgevers & Netwerkpartners

Opdrachtgevers & Netwerkpartners Opdrachtgevers & Netwerkpartners van Synthese Mate van tevredenheid [Externe versie] Rapportage 2017 Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Februari 2018 2 2018 Praktikon Behoudens de in of krachtens

Nadere informatie

1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken

1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken 1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken 1.1 Opzet tabellenboek Dit tabellenboek geeft een uitgebreid overzicht van de uitkomsten van de Leefbaarheidsmonitor 2004. Het algemene rapport,

Nadere informatie

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag. Datum 13 juli 2010 Betreft Sardes Schoolkostenmonitor 2009-2010

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag. Datum 13 juli 2010 Betreft Sardes Schoolkostenmonitor 2009-2010 a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar

Houding van ouders ten aanzien van het rookgedrag van jongeren van jaar Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Houding van ouders ten aanzien van het

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Fase A. Jij de Baas. Gids voor de Starter. 2012 Stichting Entreprenasium. Versie 1.2: november 2012

Fase A. Jij de Baas. Gids voor de Starter. 2012 Stichting Entreprenasium. Versie 1.2: november 2012 N W O Fase A Z Jij de Baas Gids voor de Starter Versie 1.2: november 2012 2012 Stichting Entreprenasium Inleiding 2 School De school Inleiding 2 Doelen 3 Middelen 4 Invoering 5 Uitvoering 6 Jij de Baas:

Nadere informatie

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Onderwijs Het aandeel in de bevolking van 15 tot 64 jaar dat het onderwijs reeds heeft verlaten en hun onderwijscarrière

Nadere informatie

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Willem Huijnk - Wetenschappelijk onderzoeker

Nadere informatie

De stand van Mediation in Nederland

De stand van Mediation in Nederland De stand van Mediation in Nederland drs. R.J.M. Vogels Zoetermeer, 17 november 2011 In opdracht van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus.

Nadere informatie

Artikelen. Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in Ingrid Beckers en Birgit van Gils

Artikelen. Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in Ingrid Beckers en Birgit van Gils Minder dynamiek binnen de werkzame beroepsbevolking in 23 Ingrid Beckers en Birgit van Gils In 23 vonden ruim 9 duizend mensen een nieuwe baan. Dat is 13 procent van de werkzame beroepsbevolking. Het aandeel

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Tevredenheidsonderzoek 2012 Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Zoetermeer, maandag 4 februari 2013 In opdracht van Jobcoach organisatie Trace Daelzicht De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Tabak, cannabis en harddrugs

Tabak, cannabis en harddrugs JONGERENPEILING 0 ZUID-HOLLAND NOORD De jongerenpeiling heeft als doel om periodiek op systematische wijze ontwikkelingen in gezondheid en gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Dit is het eerste

Nadere informatie

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2014 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2014 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 214 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS Inhoud Inleiding... 1 Deel I Speciaal onderwijs... 2 1.1 Uitstroom vanuit het speciaal onderwijs... 2 1.2

Nadere informatie

Onderzoek als project

Onderzoek als project Onderzoek als project Onderzoek als project Met MS Project Ben Baarda Jan-Willem Godding Eerste druk Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Ontwerp omslag: Studio Frank & Lisa, Groningen Omslagillustratie:

Nadere informatie

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Tussenmeting 2015 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, oktober

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Villa Attent BV Nijverdal Zorg Thuis Verslagjaar 2017 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Bureau De Bok is CQ-geaccrediteerd door het CIIO 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten Jongeren en gezin Ontwikkeling van het aantal jongeren (2000-2011, index: 2000=100) Bron:CBS bevolkingsstatistiek, bewerking ABF Research In Houten is het aantal jongeren in

Nadere informatie

Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek

Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek [Geef tekst op] - Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Bestuur en Organisatie, redactie gemeentelijke media Projectnummer: 18324 Renske Hoedemaker Laure Michon

Nadere informatie

Bijlage. Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen

Bijlage. Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen Bijlage Behoeftepeilingen Haven- en Transportdagen Maasbracht en Nijmegen Behorend bij het rapport VMBO-opleiding Rijn- en binnenvaart in Nijmegen ; Onderzoek naar de behoefte aan een VMBO-opleiding Rijn-

Nadere informatie

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten Factsheets Voortijdig Schoolverlaten Februari 2007 Inleiding Deze factsheets behoren bij de brief kenmerk BVE/INI/2007/3891 en presenteren een weergave van de nu bekende feiten en getallen over de groep

Nadere informatie

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ] Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers

Nadere informatie

Grafentheorie voor bouwkundigen

Grafentheorie voor bouwkundigen Grafentheorie voor bouwkundigen Grafentheorie voor bouwkundigen A.J. van Zanten Delft University Press CIP-gegevens Koninklijke Bibliotheek, Den Haag Zanten, A.J. van Grafentheorie voor bouwkundigen /

Nadere informatie

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond Onder- en overadvisering in beeld 6/7-8/9 Gemeente Helmond November 9 Mevrouw drs. Marian Calis OCGH Advies Samenvatting Een goede aansluiting tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is in

Nadere informatie

FACTSHEET MTO Villa Attent BV, Nijverdal 7,9

FACTSHEET MTO Villa Attent BV, Nijverdal 7,9 Het onderzoek FACTSHEET MTO 2017 Villa Attent BV, Nijverdal Online, van 10 april t/m 22 mei Aantal benaderde medewerkers: 11 Aantal ingevulde vragenlijsten: 11 Respons: 100% Algemene waardering voor Villa

Nadere informatie

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).

Jeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015). Jeugd in Schildersbuurt De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 31.639 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling van de

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis Verslagjaar 2014. Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis Verslagjaar 2014. Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Zorgbureau Endless Almere Zorg Thuis Verslagjaar 2014 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Respons en benadering cliënten... 3 Resultaten

Nadere informatie

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1 Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1 Inleiding Hoeveel en welke studenten (autochtoon/allochtoon) schrijven zich in voor de pabo (lerarenopleiding basisonderwijs) en blijven na

Nadere informatie

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO ROA-R-2005/8 Robert de Vries Rolf van der Velden Researchcentrum

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave ijs arbeid dat a zorg onderwijs zekerheid t enschap rg welzijn obilit eit n beleids- Het ITSmaakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave CE

Nadere informatie

Ervaringen van vrijwilligers

Ervaringen van vrijwilligers Ervaringen van vrijwilligers Synthese [Externe versie] Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Augustus 2018 2018 Praktikon Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen

Nadere informatie

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 Utrecht, januari 2013 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Trends en wetenswaardigheden 8 1.1 Inleiding 8 1.2 Trends 8 1.3 Wetenswaardigheden 11 2 Wet-

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

AFM Consumentenmonitor najaar 2014 Beleggers

AFM Consumentenmonitor najaar 2014 Beleggers AFM Consumentenmonitor najaar 2014 Beleggers November 2014 GfK 2014 AFM Consumentenmonitor November 2014 1 Beleggingsportefeuille GfK 2014 AFM Consumentenmonitor November 2014 2 Zes op de tien beleggers

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Scholen in de Randstad sterk gekleurd

Scholen in de Randstad sterk gekleurd Scholen in de Randstad sterk gekleurd Marijke Hartgers Autochtone en niet-westers allochtone leerlingen zijn niet gelijk over de Nederlandse schoolvestigingen verdeeld. Dat komt vooral doordat niet-westerse

Nadere informatie

Vergelijking resultaten

Vergelijking resultaten Vergelijking resultaten 2016 2 e nameting Uitkomsten cliëntenraadpleging Careander Utrecht, december 2016 Geschreven door: Drs. Dominique van t Schip Postbus 8224 3503 RE Utrecht Telefoon: 030 293 76 64

Nadere informatie

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs?

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Wendy Jenje-Heijdel Na het examen in het voortgezet onderwijs staan leerlingen voor de keuze voor vervolgonderwijs. De meest gangbare routes lopen van

Nadere informatie

Ervaringen van vrijwilligers

Ervaringen van vrijwilligers Ervaringen van vrijwilligers Synthese [Externe versie] Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Augustus 2017 2017 Praktikon Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Comfortzorg Heerenveen. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Comfortzorg Heerenveen. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Heerenveen Verslagjaar 2015 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Respons en benadering cliënten... 3 Resultaten... 4 1. Gemiddelde

Nadere informatie

Jongerenenenquête SJeM

Jongerenenenquête SJeM Stichting Jeugdbelangen Malden Jongerenwerk gemeente Heumen / SWG Jongerenenenquête SJeM Onderzoeksrapport 2013-2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Verantwoording methode... 3 2.1. Onderzoeksinstrument...

Nadere informatie

Invloeden op de onderwijspositie van leerlingen bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs Fossen, M.W.E.B.

Invloeden op de onderwijspositie van leerlingen bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs Fossen, M.W.E.B. UvA-DARE (Digital Academic Repository) Invloeden op de onderwijspositie van leerlingen bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs Fossen, M.W.E.B. Link to publication Citation

Nadere informatie

Jeugd in Schildersbuurt-West. De buurt Schildersbuurt-West ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).

Jeugd in Schildersbuurt-West. De buurt Schildersbuurt-West ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015). Jeugd in Schildersbuurt-West De buurt Schildersbuurt-West ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 14.291 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling

Nadere informatie

Stapelaars in het voortgezet onderwijs

Stapelaars in het voortgezet onderwijs [Geef tekst op] Stapelaars in het voortgezet onderwijs Een analyse van de basisschooladviezen en schooltypen van de stapelaars. Onderzoek, Informatie en Statistiek Onderzoek, Informatie en Statistiek Stapelaars

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

JEUGD WERKLOOSHEID 1-METING Onderzoek naar de perceptie van jeugdwerkloosheid onder jongeren in opdracht van het Ministerie VWS - Jeugd en Gezin

JEUGD WERKLOOSHEID 1-METING Onderzoek naar de perceptie van jeugdwerkloosheid onder jongeren in opdracht van het Ministerie VWS - Jeugd en Gezin JEUGD WERKLOOSHEID 1-METING Onderzoek naar de perceptie van jeugdwerkloosheid onder jongeren in opdracht van het Ministerie VWS - Jeugd en Gezin FERNANDO MC DOUGAL MSC ODETTE VLEK MSC AMSTERDAM, AUGUSTUS

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Zoetermeer, vrijdag 13 november 2015 In opdracht van Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Trends in passend onderwijs

Trends in passend onderwijs DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...

Nadere informatie

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007 Aan de slag in beroep en bedrijf februari 2007 Branche Uitgevers 1 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn

Deelrapportage Apotheken door Cliënten Bekeken Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn E Inhoud 1. Inleiding en methode 1 1.1. Achtergrond 1 1.2. Doel van het kwaliteitstraject: meten en verbeteren

Nadere informatie

Uitval zonder diploma: Aanleiding, Kansen en Toekomstintenties

Uitval zonder diploma: Aanleiding, Kansen en Toekomstintenties ROA Titel Uitval zonder diploma: Aanleiding, Kansen en Toekomstintenties ROA Fact Sheet ROA-F-2018/18 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and the Labour Market

Nadere informatie

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 1 Onderzoek en Business Intelligence Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Minder jongeren zonder startkwalificatie van school

Minder jongeren zonder startkwalificatie van school Minder jongeren zonder startkwalificatie van school 09 Aantal voortijdig schoolverlaters gedaald Lissabondoelstelling om voortijdig schoolverlaten terug te dringen bijna gehaald Meer mannen dan vrouwen

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Effect publieksvoorlichting

Effect publieksvoorlichting Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak 2017-2018 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding...3 Aanleiding...3 Aanpak, perioden en meetmomenten...3 Samenvatting...4

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014 monitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 29 december 2014 1 Introductie In de periode 1 september 31

Nadere informatie

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, @ FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling, september 29 Samenvatting De werkloosheid onder de 1 tot 2 jarige Nederlanders is in het 2 e kwartaal van 29 met

Nadere informatie

Factsheet voortijdig schoolverlaten Regio Zuid-Holland Noord Schooljaar

Factsheet voortijdig schoolverlaten Regio Zuid-Holland Noord Schooljaar Factsheet voortijdig schoolverlaten Regio Zuid-Holland Noord Schooljaar 2015-2016 INHOUDSOPGAVE Samenvatting van de cijfers... 2 1 Inleiding... 3 2 Ontwikkeling aantal VSV ers... 4 2.1 VSV per onderwijsniveau...

Nadere informatie

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013 Maart 2014 Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt : een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt Harry Bierings en Robert de Vries Direct nadat zij school hadden verlaten, maar ook nog vier jaar daarna, hebben voortijdig naar verhouding vaak geen baan. Als

Nadere informatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein

Nadere informatie

Veranderingen in het marktaandeel Openbaar Onderwijs in Rotterdam. Ineke van der Veen Charles Felix

Veranderingen in het marktaandeel Openbaar Onderwijs in Rotterdam. Ineke van der Veen Charles Felix Veranderingen in het marktaandeel Openbaar Onderwijs in Rotterdam Ineke van der Veen Charles Felix CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veranderingen in het marktaandeel Openbaar Onderwijs in

Nadere informatie

STARTFLEX. Onderzoek naar ondernemerschap onder studenten in Amsterdam

STARTFLEX. Onderzoek naar ondernemerschap onder studenten in Amsterdam Onderzoek naar ondernemerschap onder studenten in Amsterdam Colofon ONDERZOEKER StartFlex B.V. CONSULTANCY Centre for applied research on economics & management (CAREM) ENQETEUR Alexander Sölkner EINDREDACTIE

Nadere informatie