COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

Transcriptie

1 COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS A.R. M70359 B.R Beslissing van 13 juli 2009 De Eerste Kamer van de Commissie, samengesteld uit: Mevrouw C. DELESIE, voorzitter, mevrouw N. VERBEEST en mevrouw M. PIERX., leden, bijgestaan door de heer P. VERHOEVEN, secretaris a.i., spreekt de volgende beslissing uit in de zaak van: de heer Geert X. geboren op../../1972 De Commissie nam kennis van de stukken, onder meer van: - het verzoekschrift van 11 april 2007, neergelegd op het secretariaat van de Commissie op 13 april 2007 waarbij de verzoeker toekenning heeft gevraagd van een hulp van ,87 euro; - de uitgevoerde onderzoeksverrichtingen; - het verslag opgemaakt door de verslaggeefster op 11 maart 2009 overeenkomstig artikelen 11 en 12 van het K.B. van 18 december 1986; - het door de afgevaardigde van de Minister van Justitie op 23 maart 2009 neergelegd advies; - de op 21 april 2009 door de verzoeker neergelegde schriftelijke reactie; - de regelmatige kennisgevingen aan de partijen van de procedurestukken en van de rechtsdag vastgesteld op 27 mei De Commissie hoorde in haar openbare zitting van 27 mei 2009: - de verslaggeefster in haar verslag over de feitelijke toedracht van de zaak en over de middelen van de partijen; - de verzoeker, in zijn middelen vertegenwoordigd door Mr. Yves V. - de afgevaardigde van de Minister van Justitie is niet verschenen noch iemand voor hem.

2 Beslissing inzake M p. 2 I. Feiten Uit het vonnis van de correctionele rechtbank te... van 16 april 2004 blijkt: Op dinsdag 2 december 2003 omstreeks 11.00u in de voormiddag vertrokken gedaagde Z. Edmond, zijn vriendin S. Viviane, het latere slachtoffer X. Geert en D. Sven op herbergbezoek in de stad... De voormiddag werd doorgebracht in café Autobus, de namiddag werd doorgebracht in café P. D.. In beide cafés werden door de beklaagde alcoholische dranken genuttigd, vooral in de namiddag nuttigde Z. Edmond behoorlijk wat alcoholische dranken, waardoor er ruzie ontstond tussen deze laatste en zijn vriendin S. Viviane. In de late namiddag omstreeks 17.00u verliet de dronken Z. Edmond het café om huiswaarts te keren. X. Geert vond wat later Z. Edmond, die betrokken was geraakt in een vechtpartij, liggend op de stoep van de woning waarin hij een klein appartement (kamer met aparte keuken) huurt. X. Geert en vermoedelijk ook D. Sven hebben Z. Edmond, die niet wakker was te krijgen, in bed gelegd. X. Geert, die tijdelijk inwoonde bij Z. Edmond, vertrok daarna terug naar Café P. D.. Omstreeks 21.00u verliet X. Geert het café en begaf zich huiswaarts, zijnde het kleine appartement van Z. Edmond. Onderweg kocht en gebruikte hij nog een halve gram cocaïne. Thuis klopte hij, aangezien hij geen sleutel bezat, op de voordeur maar kreeg geen antwoord. Hij dacht dat Z. Edmond niet thuis was. Nochtans bevond Z. Edmond zich in de woning, hij was met een mes brood aan het snijden. Via een buur begaf X. Geert zich op het binnenkoertje van het appartement van Z. Edmond. Aan de achterdeur gekomen, klopte hij aan en maakte zich bekend. Toen Z. Edmond de achterdeurdeur openmaakte, stak hij met een groot mes (keukenmes) naar de keel van X. Geert, die kon afweren met zijn arm ( ). Zowel X. Geert als de buurjongen riepen naar Z. Edmond dat het geen onbekende was en dat hij gewoon moest doen. Z. Edmond deed dan de deur verder open met het mes in de hand. X. Geert, die langs de voordeur wenste weg te lopen, diende deze eerst te ontgrendelen door twee keer de sleutel om te draaien. Op dat ogenblik kreeg hij nog drie messteken in de rug van Z. Edmond. X. Geert vluchtte richting café P. D., onderweg zag hij een politieman die de ordediensten verwittigde. II. Vervolging II.1. Bij vonnis van de Correctionele rechtbank te... van 16 april 2004 werd Edmond Z. veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaar wegens Te... op 2 december 2003 Gepoogd te hebben opzettelijk en met het oogmerk om te doden X. Geert te doden, waarbij het voornemen om de misdaad te plegen, zich geopenbaard heeft door uitwendige daden die een begin van uitvoering van die misdaad uitmaken en alleen ten gevolge van omstandigheden, van de wil van de dader onafhankelijk, zijn gestaakt of hun uitwerking hebben gemist. Op burgerrechtelijk vlak wordt hij veroordeeld om provisioneel euro aan Geert X. te betalen, te vermeerderen met de intresten. Dr. M. wordt aangesteld als geneesheerdeskundige. Dit vonnis verkreeg kracht van gewijsde.

3 Beslissing inzake M p. 3 III. Medische gevolgen Uit de gerechtelijk-geneeskundige bespreking op van Dr. C. De M., geneesheerdeskundige, blijkt: : betrokkene kreeg 3 messteken in de rug en 1 in de linker arm. R/ wondhechting. Hospitalisatie tot Nadien pijnstillers en antibiotica. Op :hechtingen verwijderd. Drie weken werkonbekwaam (tot ). Huidig klinisch onderzoek toont goede beweeglijkheid. Littekens zijn goed geheeld. Betrokkene meldt wel klachten en last. Neemt nog pijnstillende medicatie. Ondergetekende meent dat voor subjectieve klachten een beperkt blijvende invaliditeit kan orden toegekend, maar er is geen blijvende werkonbekwaamheid. Littekens vertegenwoordigen wel een esthetische schade. Ze zijn niet meer evolutief. DIAGNOSE : 4 snijsteekwonden: 3 in rug en 1 in linker arm SCHATTINGEN OP DATUM VANAF: Trapsgewijs opgaande of afnemende schaal: Tijdelijke invaliditeit = tijdelijke arbeidsongeschiktheid 100% van tot en met % van tot en met % van tot en met % van tot en met % van tot en met % van tot en met Consolidatie : geen blijvende werkongeschiktheid Blijvende invaliditeit: 2% voor subjectieve klachten Esthetische schade: 2/7 zeer licht IV. Begroting van de schade door de verzoeker De verzoeker verzocht initieel om een vergoeding van ,87 euro en hij raamde zijn schade als volgt: - medische kosten (opleg patiënt factuur ziekenhuis) 80,75 - vervoer ambulance 57,02 - materiële schade (kledij, administratie, verplaatsingen) 1.000,00 - esthetische schade 5.000,00 - morele en materiële schade (tijdelijke/blijvende invaliditeit en arbeidsongeschiktheid) ,00 In een schrijven van 28 januari 2009 begroot de verzoeker zijn schade als volgt Materiële schade 1.012,87 Medische kosten 80,25 Ziekenwagen 57,02

4 Beslissing inzake M p. 4 Kledijschade 625,00 Verplaatsingskosten 150,00 Administratiekosten 100,00 TWO moreel 3.182,25 100% van tot en met d à 37,5 150,00 16 d à 25,00 400,00 30% van tot en met d à 7,50 180,00 20% van tot en met d à 5,00 155,00 10% van tot en met d à 2,5 115,00 5% van tot en met d à 1,25 37,50 3% van tot en met d à 0,75 23, ,75 In casu past het dan ook met het bedrag van 1.060,75 EUR te vermenigvuldigen met een factor drie aangezien niet ernstig kan worden betwist dat de morele schade van een poging doodslag veel aanzienlijker is dan diegene die ontstaat ten van een onopzettelijk verkeersongeval. Zeker in een democratische en beschaafde maatschappij dient een burger er zich immers niet aan te verwachten dat hij door een medeburger op zeer brutale wijze wordt neergestoken. Economische verlies huishouden 707,83 BI -moreel 5.250,00 zijnde 1.750,00 EUR x 2%, te delen door twee (moreel) x 3 (zelfde redenering als voor de TWO) Esthetische schade 1.500,00 Rekening houdend met het aantal messteken en de plaats waar deze steken werden toegebracht kan, gelet op de blijvende esthetische ontsiering die hieruit voortvloeit, en mede in acht genomen de nog jonge leeftijd van de heer X. (31 jaar op het ogenblik van de feiten), de maximumvergoeding van de indicatieve tabel worden toegekend. Gerechtskosten 22,35 Kopij vonnis (2,50 EUR), attest kracht van gewijsde (17,10 EUR), kopij verslag (2,75 EUR) Rechtsplegingsvergoeding 1.100,00 V. Beoordeling door de Commissie Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd. Aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden werd voldaan. De kansen op verhaal tegenover de dader zijn quasi onbestaande. De wetgeving betreffende de financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd.

5 Beslissing inzake M p. 5 Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 31bis, 32, 33 en 33bis van de wet van 1 augustus 1985 nageleefd te worden. De verzoeker meent dat het past om de in de indicatieve tabel voorziene bedragen voor morele schade te vermenigvuldigen met een factor drie aangezien niet ernstig kan worden betwist dat de morele schade van een poging doodslag veel aanzienlijker is dan diegene die ontstaat ten van een onopzettelijk verkeersongeval. De Commissie volgt de redenering van de verzoeker waar deze stelt dat de morele schade ten gevolge van een opzettelijke daad ernstiger is dan deze ten gevolge van een onopzettelijke gewelddaad, maar zij meent in casu, rekening houdend met alle stukken van het dossier, niet te moeten ingaan op de vraag tot verhoging temeer daar zij geen schadevergoeding toekent, maar slecht een hulp die zij naar billijkheid raamt. Bijkomend vestigt zij de aandacht van de verzoeker erop dat uit samenlezing van artikel 32 (in casu 1) van de wet van 1 augustus 1985, dat de bestanddelen van de schade opsomt waarvoor de toekenning van een hulp verleend kan worden, én van artikel 33, 1 van de wet volgens hetwelk het bedrag van de hulp naar billijkheid bepaald wordt, volgt dat de Commissie, nadat zij vastgesteld heeft dat aan de toekenningsvoorwaarden is voldaan, een financiële hulp kan toekennen voor een lager bedrag dan dat van de werkelijk geleden schade, zoals die is vastgesteld door de hoven en rechtbanken. Wat de schadepost economisch verlies huishouden betreft, dient te worden opgemerkt dat deze post niet voorkomt in de limitatieve lijst van schadeposten, vermeld in artikel 32, 1, van de wet van 1 augustus 1985, waarvoor een financiële hulp kan worden toegekend. De Commissie kan er dan ook geen rekening mee houden bij de begroting van de hulp. Verder dient er volgens de vaste rechtspraak van de Commissie een onderscheid gemaakt te worden tussen de eigenlijke gerechtskosten enerzijds en rechtsplegingsvergoeding en de erelonen en kostenstaten van de advocaten anderzijds. Noch de rechtsplegingsvergoeding noch de erelonen van advocaten zijn opgenomen onder de post kosten voor de burgerlijke partijstelling en/of procedurekosten in de limitatieve lijst van artikel 32, 1 van de wet van 1 augustus De Commissie kan er dan ook geen rekening mee houden bij de begroting van de hulp. Rekening houdende enerzijds met de ernst van de feiten en met de door de verzoeker geleden schade en anderzijds met de door de wet uitgesloten schadeposten, meent de Commissie aan verzoeker naar billijkheid een globale hulp te kunnen toekennen zoals hierna bepaald. VI. Begroting van de hulp door de Commissie De Commissie meent de hulp naar billijkheid te kunnen begroten op 4.500,00 euro. * * *

6 Beslissing inzake M p. 6 OP DIE GRONDEN, De Commissie, Gelet op de artikelen 17 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken, de artikelen 31 tot 37bis van de wet van 1 augustus 1985, zoals gewijzigd door de wetten van 26 maart 2003, 22 april 2003 en de programmawet van 27 december 2004 en de artikelen 28 tot 34 van het K.B. van 18 december 1986, Verklaart het verzoek ontvankelijk en kent een hulp toe van 4.500,00 euro. Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 13 juli De secretaris a.i., De voorzitter, P. VERHOEVEN C. DELESIE