Projectmanagement methoden. Een overzicht en indicatie van toepasbaarheid



Vergelijkbare documenten
WEBINAR. PROJECTCONTROL En de rol van de controller/financial. Door: Rob Schapink. Leusden, 27 september 2017

DEEL I 5.5 PRINCE Definitie project Kern van PRINCE Historie Scope Uitgangspunten

DEEL I. 5.8 ProjectMatig Werken Definitie project Kern van de methode Historie Scope

DSDM (Dynamic System Development Method) is gebaseerd op een aantal principes. Welk van de onderstaande principes hoort niet bij DSDM?

Combineren PRINCE2 met PMW en Projectmatig Creëren

PLANET AGILE 17E BPUG SEMINAR

Literatuur Projectmatig Werken

Critical Chain Project Management (CCPM) Een korte introductie

Visie van het topmanagement, de gekozen strategie en de afstemming tussen de strategische doelstellingen en het projectportfolio. Alle projecten moete

De beste methode. Van Haren Publishing

Wat is de definitie van een project volgens de A4-projectmanagement methode?

Projectmatig betekent: op de wijze van een project. Je moet dus eerst weten wat een project is. Een eenvoudige definitie van project is:

Agile in Projecten minimalisme of strak pak? Richard Weber PMP

Les E-01 Projectmanagement

1Modelexamen 1. Modelexamen 1

voorbeeldexamen I-Tracks Project Participation Foundation (PPF) voorbeeldexamen PPF uitgave oktober 2007

WHITE PAPER. Projectmanagement

Managen van agile projecten

PRINCE2 in duizend woorden

Secretaris op maat! PRINCE2

PRINCE is overzichtelijker

Definitief 1.0 Handreiking voor toepassen van Agile Scrum binnen Overheidsdiensten april 2012

Global Project Performance

EXIN Projectmanagement Foundation

Hybride projectmanagement

Verandermanagement: Business as Usual

Lagant Management Consultants B.V. Presentatie NGI 26 augustus 2003

Professionaliseren projectmatig werken

PRINCE2 in duizend woorden. Andy Murray, hoofdauteur van PRINCE2 (2009) en Directeur van Outperform UK Ltd. AXELOS.com. The Stationery Office 2011

EXIN Projectmanagement Foundation

De kleine Prince 2. Gids voor projectmanagement. Mark van Onna Ans Koning. Zesde herziene druk. Review: Arthur Coppens

Global Project Performance

is maatwerk Afstemming op specifieke organisatie laat vaak te wensen over

PROJECT INITIATION DOCUMENT

Ervaringen met Critical Chain in grote ICT Projecten. Harry Barendse

EXIN Projectmanagement Foundation

Inhoud. Copyright protected. Use is for Single Users only via a VHP Approved License. For information and printed versions please see

Evo Evolutionary Project Management. Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van SYSQA B.V.

Gecontroleerde projectuitvoering in interactie met omgeving

De essentie van projectmatigwerken

Voortdurende gecontroleerde aanpassing aan de veranderende vraag.

MAATWERK OPLEIDINGEN 10 basisopleidingen 19 Modules Kies & Mix

PROJECTIE PROJECT OF PROGRAMMA? KIEZEN VOOR EEN GESCHIKT BESTURINGSMODEL DOEL EN INSPANNING DEFINITIE EN DISCUSSIE. Auteur:

Projectmanagement update

Entrepôt Data Warehouse Consultancy B.V. Opleidingenbrochure Versie juli 2011

opdracht geven, opdracht nemen een wereld van verschil

Global Project Performance

EXIN Projectmanagement Foundation

Technisch projectmedewerker

BPUG-bijeenkomst 3 juli 2013 PRINCE2 en IPMA bij leveranciersorganisaties

Tips & Tricks: Tip van de maand januari 2009

Projectmanagement De rol van een stuurgroep

Brochure PRINCE2 Practitioner Online

Factsheet Training Project Leadership Simulatie (PLS)

Brochure PRINCE2 Practitioner

Realisatiefase fase 5

Functieprofiel: Projectleider Functiecode: 0302

PROJECTMANAGEMENT 1 SITUATIE

Projectmanagement onderzoek. Meest succesvolle projectmanagement methodiek is PINO. 6 december 2006 Barry Derksen MSc MMC CISA CGEIT RI

Projectmanagementenquête 2007

Functieprofiel Projectleider Functieprofiel titel Functiecode 00

De brug tussen PRINCE2 en TMap

Prince2 audit. Kwaliteitsmaatregel met rendement

Brochure PRINCE2 Practitioner Online

Waarom kiest Agis Zorgverzekeringen voor projectmatig werken?

Global Project Performance

Ontwikkelmethoden en technieken DSDM POMT HC3

Kandidaat: EXAMEN: proefexamen Projectmatig Werken. Lees de volgende aanwijzingen goed door! Dit examen bestaat uit 40 meerkeuzevragen.

Global Project Performance

Inleiding ontwikkelmethoden

Tuning the PRINCE2 Makkelijker gezegd dan gedaan!

Realisatiefase fase 5

Wat maakt een project en/of programma succesvol?

PMW - Projectmatig Werken

afsluitende fase. Binnen deze fasen worden zeven hoofdprocessen onderkend (bezien vanuit de stuurgroep en de projectmanager). Het proces plannen uit

5.4 Project Management Body of Knowledge (PMBOK Guide )

Global Project Performance

PROJECTMATIG WERKEN. Luk Indesteege

Handout. Pagina 1. SYSQA B.V. Almere. Capability Maturity Model Integration (CMMI) Technische Universiteit Eindhoven SYSQA SYSQA.

Implementaties Infrastructuur (Lync, Wireless, DataCenters, Storage) Programma Manager (One IHC Bouw OTAP, Redundant Extern DC, LB, MPLS etc.

Brochure PRINCE2 Foundation

Projectmanagement. Hoofdstuk 1 en 2. Roel Grit. Het project Mensen en projecten

is maatwerk Afstemming op specifieke organisatie laat vaak te wensen over

Inhoud. 1. Even voorstellen. 2. Doel van deze sessie. 3. Veranderende omgeving bij de Nationale Politie. 4. Nationale Politie. 5. Portfoliomanagement

Managing Quality and Business Risks in Programmes. Mario van Os

Training IPMA PMO. Nóg sterker worden binnen het vak van PMO.

Projectmanagement BROK cursus. Daniel Gobits en Michelle Hendrikx

RAD Rapid application development. Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van SYSQA B.V.

Trefdag ZORG. Meer resultaten. door strategische inzet. van middelen

Projectmanagement Samengesteld door Leon Wetzel

DEEL I. 5.7 Projectmatig Creëren (PMC) Definitie project Kern van de methode Historie Scope. 5.7.

Workshop Projectmanagement Planning en capaciteitsmanagement

Managementrapportage [datum]

SUCCESVOL PROJECTMATIG WERKEN

Meer orde in de projecten chaos MoP een Best Practice voor Portfoliomanagement

Brochure PRINCE2 Foundation

Projectsabotage. Het verschijnsel dat projecten bewust worden ondermijnd. Deel 1 Ngi

Management. Analyse Sourcing Management

RESOURCES EN AFHANKELIJKHEDEN Ron Bouwman Eric Lacquet

Van doemaar naar succesvol projectmanagement, de &-&-& Paradox. Ir. Roel Wessels ESEF maart 2012

Transcriptie:

Projectmanagement methoden Een overzicht en indicatie van toepasbaarheid

Inhoudsopgave 1. Methoden; hulpmiddelen en geen doel 2. Watervalmethode 3. Incrementele methode 4. Critical Chain methode 5. Projectmatig creëren 6. Prince2 7. Programma management 8. Body Of Knowlegde (BOK) 9. ISO certificering 10. Nawoord en conclusie. Pagina 2

1. Methoden; hulpmiddellen en geen doel Projectmanagement is een "vak". Het managen van projecten is in de eerste plaats resultaatmanagement. Er is een concreet resultaat gedefinieerd en dat resultaat moet worden gerealiseerd. Dat resultaat is een eenmalig resultaat. Er is dus geen sprake van routinematig serieproductie. Ook onderscheid projectmanagement zich van improviserende voortbrenging. Er is sprake van een gepland en gemanaged productieproces. Net zoals een timmerman of elektricien heeft ook een projectmanager, naast zijn persoonlijke vakkennis en kwaliteiten, een gereedschapskist nodig voor het uitvoeren van zijn taak; de projectmanagement methode. Projectmanagementmethoden bestaan uit technieken (voor plannen en begroten), standaards en richtlijnen (documentatie en rapportage) en tools (planningsoftware, documentatietemplates). Het is belangrijk dat deze gereedschapskist goed gevuld is (wat kan een timmerman immers zonder de juiste hamer en spijkers?), maar een goede gereedschapskist maakt nog geen goede projectmanager (niet iedereen met een hamer en spijkers is immers ook een goede timmerman!). De laatste jaren is er steeds meer aandacht gekomen voor het gebruik van specifieke projectmanagementmethoden. Een methode kan hier opgevat worden als het geheel van afspraken, werkwijzen, procedures en hulpmiddelen op grond waarvan projecten worden opgestart, uitgevoerd en afgerond. Het gebruik van een projectmanagementmethode moet de kans op projectsucces vergroten en een hulpmiddel zijn bij: Duidelijkheid over de opdrachtgever. Een (goed) projectplan wat betreft opzet en inhoud. Een goede definiëring van het doel en het beoogde projectresultaat. Realistische planning van resources, activiteiten en middelen. Vasthouden van uitgangspunten en eisen dan wel beheerste wijzigingsprocedures als die toch tijdens het project moeten veranderen. Voldoende controle over voortgang (in tijd, geld en resultaat) waardoor tijdige bijsturing mogelijk is. Voldoende meet- en beslispunten waardoor er overzicht is. Kwaliteitscontrole waardoor opgeleverde producten voldoen aan de verwachtingen van gebruikers en het eindresultaat ook gebruikt wordt. In dit white paper worden enkele belangrijke methoden op het gebied van Projectmanagementmethoden besproken. 2. De watervalmethode Projectmanagement van het eerste uur hanteerden als voornaamste kenmerk een standaard fasering. Ieder project had een initiatiefase, definitiefase, ontwerpfase, (werk)voorbereidingsfase, realisatiefase en beheer- of nazorgfase. Fase na fase werden doorlopen waarbij de output van de ene fase de input vormde voor de andere fase. Vandaar de naam watervalmethode. Deze methoden zijn gebaseerd op de beheercyclus van kwaliteitsgoeroe Deming (plan-do-check-act) en leggen sterk Pagina 3

de nadruk op het faseren, beheersen en beslissen over tijd, geld en kwaliteit. Men spreekt ook wel over het beheersen van de MOSQUITO-aspecten: MOney, Safety, QUality, Information, Time & resources en Organization. Door de strakke fasering zijn er ook duidelijke meet- en beslispunten. Twijnstra & Gudde (oorspronkelijk een projectmanagementbureau voor de bouw) introduceerden deze methode als een van de eersten in Nederland, specifiek toegespitst op de bouwwereld. De ICTwereld volgde de eind jaren zeventig, begin jaren tachtig al snel. Een bekende methode uit die tijd is SDM (System Development Methodology) dat een defacto industriestandaard werd voor systeemontwikkeling. Grote bedrijven zoals de PTT (nu KPN) ontwikkelden de Twijnstra en Gudde methode door tot een professionele en effectieve gereedschapskist (Probaat) voor systeembouw. De watervalmethode vormt nog steeds de basis voor de meeste Projectmanagement methoden en is voor veel typen projecten nog steeds een goede aanpak. 3. Incrementele methode De watervalmethode had in de praktijk nogal wat nadelen, vooral zoals die binnen de ICT-wereld door SDM werd voorgeschreven. Het was een formele, min of meer bureaucratische methode dat veel papierwerk genereerde. Daarnaast moet eerst het gehele informatiesysteem ontworpen, gebouwd en getest worden voordat het in gebruik genomen kon worden. Tegen de tijd dat het zover was, waren de gebruikerswensen al weer veranderd en voldeed het systeem niet (meer) aan de verwachtingen. Als antwoord hierop werd begin jaren negentig de incrementele methode populair. Andere namen zijn bijvoorbeeld RAD (Rapid Application Development) of EVO (Evolutionaire systeemontwikkeling). Ook werd SDM getransformeerd tot een Dynamic System Development Methodology, DSDM dus. Al deze methoden hebben dezelfde kenmerken: een cyclisch proces met incrementele (stapsgewijze) oplevering, een klein projectteam met ontwikkelaars en gebruikers die nauw samenwerken, sterke betrokkenheid van gebruikers bij het ontwerp (via bijvoorbeeld prototyping), flexibiliteit in projectuitvoering en volgorde van op te leveren incrementen en projectbeheersing via timeboxing (hierbij staat de doorlooptijd vast en bepaalt dat, mede met het beschikbare budget, de maximaal te realiseren softwarefuncties). Binnen een increment wordt op kleinere schaal wel weer gebruik gemaakt van de standaard fasering uit de watervalmethode. De ervaringen met de incrementele methode zijn op het gebied van systeemontwikkeling in een niet te grote en niet te complexe omgeving zijn positief. 4. Critical Chain methode Dr. Goldratt constateerde dat veel projecten langer duurden (en meer kosten) dan oorspronkelijk gepland. Naar aanleiding hiervan ontwikkelde hij midden jaren negentig zijn methode met de naam Critical Chain Projectmanagement en Buffermanagement. Goldratt constateerde dat bij vrijwel iedere projectmanagementmethode op taakniveau een extra veiligheidsmarge werd ingebouwd, ter bescherming tegen allerlei onzekerheden. De praktijk wijst uit dat iedere projectmedewerker de aan hem of haar toegewezen tijd altijd opmaakt (Parkinson's Law: The Pursuit of Progress -London, John Murray, 1958). Het gevolg hiervan is dat de buffercapaciteit niet beschikbaar komt voor het doel waarvoor hij bedoeld is. Tegenvallers opvangen. Hierdoor komen projecten in de knel. Zeker als de Pagina 4

Wet van Murphy ook nog eens bewaarheid wordt: alles wat mis kan gaan, zal ook mis gaan en wel op het meest ongunstige moment in de meeste desastreuze vorm. De Criticial Chain methode richt zich op het project als geheel en niet op de afzonderlijke taken. De "taakbuffers" (veiligheidsmarges die worden ingebouwd in de taaktijd om deze te beschermen tegen onzekerheid) worden dan ook samengevoegd waardoor er een projectbuffer aan het eind van het project ontstaat. De totale veiligheidsmarge wordt en blijft op deze manier zichtbaar voor de projectmanager én opdrachtgever. Het bewaken van de projectbuffer is een overzichtelijke manier om de status van het project continu te bewaken. Een Critical Chain geeft de snelste tijd weer waarin een project afgerond kan worden, rekening houdend met zowel de taakafhankelijkheden als de beschikbaarheid van de juiste resources. Deze methode kijkt daarnaast niet alleen naar het kritieke pad, maar ook naar kritieke resources (afhankelijk van taak en projectmedewerker). De critical chain is dus een combinatie van het kritieke pad én kritieke resources. Om deze keten worden projectbuffers zodanig gedefinieerd zodat, als er wat gebeurt, de werkzaamheden op het kritieke pad zo min mogelijk last hebben en de geplande einddatum wordt gehaald. De Critical Chain methode kan als een aanvulling worden beschouwd op andere projectmanagement methoden. Varianten van deze methodiek worden gebruikt in Agile en DSDM projectmanagement. 5. Projectmatic creëren De hiervoor beschreven projectmanagement methoden leggen sterk de nadruk op de strakke beheersing van projecten en dan met name de aspecten tijd (time controle), geld (cost control) en kwaliteit (quality control). Daniel Ofman schreef in reactie hierop een boek Projectmatig Creëren. Hierin legt hij vooral de nadruk op het managen van chaos, energie, creativiteit en het scheppend vermogen van het projectteam ( als je het wilt, dan lukt het ook ). Dit vanuit de filosofie dat een eenzijdige focus op harde projectmanagement aspecten geen garantie is voor succes. Vanuit deze visie passen de mensen zich niet aan een bestaande projectstructuur, maar creëren de betrokkenen voor zichzelf een maatwerk projectstructuur. Projectmedewerkers worden daarbij volledig op hun creativiteit en commitment aangesproken waardoor de projectverantwoordelijkheid maximaal gedelegeerd kan worden. Deze methode is in de praktijk vooral een goede aanvulling op bestaande methodieken die een te sterke en eenzijdige nadruk leggen op de harde aspecten van projectmanagement. 6. Prince2 De bekendste en belangrijkste projectmanagement methode van dit moment en met name in de ICT is Prince (Projects In Controlled Environments). De methode is in 1989 opgesteld door het Britse Central Computer and Telecommunications Agency (CCTA. Nu OCG). In 1996 is een verbeterde versie uitgebracht met de naam Prince2. Prince2 is geschikt voor alle typen projecten, van klein tot groot. De methode is gebaseerd op praktijkervaringen met verschillende projectmanagementmethoden en praktijkvoorbeelden. Prince2 heeft duidelijke relaties met programma management en de ISO 9001 kwaliteitsnorm. Prince2 is een proces georiënteerde methode in tegenstelling tot bijvoorbeeld lineaire methoden als de Pagina 5

watervalmethode. Prince2 onderkent verschillende processen van Starting up a project (SU) tot Closing a Project (CP). Daarnaast kent men acht componenten van Organisatie tot Risicobeheer. Binnen Prince2 zijn ieder proces en iedere component uitgewerkt in activiteiten, tips, trucs, do s en dont s. Prince2 besteedt veel aandacht aan de business case (de economische rechtvaardiging van het project) en mogelijke veranderingen in de projectomgeving tijdens de projectuitvoering. Deze focus (mits ook consequent gehanteerd) zorgt ervoor dat er alleen energie gestopt wordt in projecten die bijdragen aan de doelstellingen van de organisatie en het zorgt er voor dat er snel bijgestuurd kan worden als de omstandigheden wijzigen. Prince2 is ook een productgerichte aanpak. Centraal staat de definitie van het eindresultaat en de decompositie daarvan in Management Products en Business Products. Deze sterke productfocus zorgt ervoor dat er een duidelijk beeld is van de producten die een project moet opleveren. Door duidelijke productbeschrijvingen worden risico s m.b.t. het gewenste eindresultaat of de op te leveren producten verminderd. Prince2 is in Nederland op dit moment de meest gebruikte en meest onderwezen projectmanagementmethode. Men kan zich middels examens laten certificeren als Prince kenner en practitioner. De tool beheersen wil echter niet zeggen dat men projectmanager is (een timmerman die met hamer en zaag kan omgaan is nog geen meubelbouwer). De methode doet het vooral goed bij de overheid en bij semi-overheid organisaties. Organisaties waar men gewend is aan veel papierwerk en wat stroperige voortgang. Hiermee is ook de keerzijde van Prince 2 aangeduid. Het wat bureaucratische karakter. 7. Programmamanagement Programmamanagement wordt soms, ten onrechte, gebruikt voor aanduiding van het management over van grote projecten of van meerdere projecten. Er is echter een groot verschil tussen programma s en projecten: Programma s richten zich op het behalen van organisatiedoelen op langere termijn Projecten zich richten op het opleveren van een concreet projectresultaat op korte(re) termijn. Programma s zijn in de regel ook groter en meer van strategische aard dan projecten. Programma s kunnen in de praktijk uit tientallen projecten bestaan die in samenhang bestuurd moeten worden. Er is ook een verschil tussen programmamanagers en projectmanagers. Aan beide type managers worden andere eisen gesteld. Programmamanagers richten zich vooral op het doorvoeren van de gewenste organisatieveranderingen (besluitvorming, cultuurverandering, business re-engineering, draagvlak) terwijl projectmanagers zicht vooral richten op het op te leveren resultaat en de projectbeheersing (projectafbakening en bewaken van tijd, geld en kwaliteit). Een programma wordt in de regel als volgt gedefinieerd: 1. Een programma dient om een organisatie te ondersteunen in een verandering die van strategisch belang is. 2. Een programma dient om strategische doelen te bereiken via een samenhangend geheel van projecten en lijnactiviteiten. 3. Het programmasucces wordt afgemeten aan gerealiseerde baten/bijdragen (meetbare verbeteringen van bestaande of nieuwe operaties en diensten). Pagina 6

Een programma omvat dus een unieke opgave, die tijdelijk en complex is en waar mensen doelgericht aan samenwerken met relatief beperkte middelen. Een programma-aanpak is een tussenvorm van enerzijds het werken in een permanente organisatie en anderzijds het werken in een project. In navolging van Prince2 is een best practice methode voor programmamanagement ontwikkeld. Managing Successful Programmes (MSP) eveneens van het Engelse OGC. 8. Body Of Knowlegde (BOK) Beroepsorganisaties in binnen- en buitenland hebben de kennis van projectmanagement gebundeld in de zogenaamde Body Of Knowledge (BOK). Zo is er de PM-BOK van het Amerikaanse Project Management Instituut (PMI). Bij de PM-BOK ligt de nadruk sterk op beheersing, de harde kant van projectmanagement. Men kan zich bij PMI certificeren als projectmanager door het afleggen van een met name theoretisch examen. IPMA, een meer op Europa georiënteerde beroepsvereniging, heeft een Competence Baseline opgesteld. IPMA Nederland heeft als afgeleide hiervan de Nederlandse Competence Baseline (NCB) laten verschenen. Ook bij IPMA kan men zich certificeren. Bij dit examen is er meer evenwicht tussen demonstratie van parate kennis en demonstratie van vaardigheid en daadwerkelijke ervaring. 9. ISO certificering Projectmanagementprocessen zoals die binnen een organisatie worden toegepast kunnen ook gecertificeerd worden. Dit kan via 9001/10006 (voor projectmanagement). Certificering leidt tot meer uniforme processen en procedures binnen een organisatie. Deze processen en procedures worden dan vastgelegd en beschreven in een kwaliteitshandboek. De toegevoegde waarde hiervan is veelal gering juist vanwege het incidentele en unieke karakter van projecten. 10. Nawoord en conclusie Dit whitepaper geeft een overzicht van de belangrijkste projectmethoden zonder de pretentie te bezitten hierin volledig te zijn. Er is een rijk arsenaal aan hulpmiddelen beschikbaar voor de projectmanager. Methoden hebben de neiging om bureaucratisch en star te worden en dat is juist strijdig met het doel van projectmanagement. Een goede projectmanager gebruikt datgene wat voor zijn doel en het afgesproken resultaat het meest passend is. Hierbij weet hij vaak elementen van diverse methoden te combineren. De meeste methoden behandelen geen management- en sociale vaardigheden als leiding geven, motiveren, coachen, gesprekstechnieken, onderhandelen en presentatietechnieken. Juist voor projectmanagers zijn cruciale vaardigheden die een voorwaarde zijn om van een project een succes te kunnen maken. At the end of the day is een portie gezond boerenverstand en inzicht van wat bij de persoon van deze projectmanager en deze projectomgeving past ook van onschatbare waarde. Dit white paper is een geactualiseerde bewerking van een ouder whitepaper dat op Internet circuleerde. Pagina 7