English Term English Definition Translated Term Translated Definition Aggregated risk The overall level of risk to the programme when all the risks are viewed as a totality rather than individually. This could include the outputs of particular scenarios or risk combinations. Geaggregeerd risico Het algehele risiconiveau van het programma waarbij alle risico s gezamenlijk worden bekeken in plaats van individueel. Hierin kunnen ook de uitkomsten van bepaalde scenario s worden meegenomen, of combinaties van risico s. Assurance All the systematic actions necessary to provide confidence that the target (system, process, organization, programme, project, outcome, benefit, capability, product output, deliverable) is appropriate. Appropriateness might be defined subjectively or objectively in different circumstances. The implication is that assurance will have a level of independence from that which is being assured. Borging Alle systematische acties die nodig zijn om vertrouwen te verschaffen dat het doel (systeem, proces, organisatie, programma, project, eindresultaat, benefit, capability, product) passend is. Geschiktheid kan onder verschillende omstandigheden subjectief of objectief worden gedefinieerd. Het gevolg is dat borging een zekere mate van onafhankelijkheid nodig heeft ten opzichte van dat wat wordt geborgd. Benefit The measurable improvement resulting from an outcome perceived as an advantage by one or more stakeholders. Benefit De meetbare verbetering die het gevolg is van een eindresultaat dat door een of meer stakeholders als een voordeel wordt beschouwd. 1
Centre of Excellence (COE) A coordinating function for all or part of P3RM ensuring change is delivered consistently and well, through standard processes and competent staff. It may provide standards, consistency of methods and processes, knowledge management, assurance and training. It may also provide strategic oversight, scrutiny and challenge across an organization s portfolio of programmes and projects. It may be a function within a wider scope of P3O or may be the only function of a P3O. This function provides a focal point for driving the implementation of improvements to increase the organization s capability and capacity in programme and project delivery. Centre of Excellence (COE) Een gecoördineerde functie voor alle of sommige onderdelen van P3RM, die ervoor zorgt dat de veranderingen consistent en goed worden doorgevoerd, via standaard processen en competente medewerkers. Het Centre of Excellence (COE) kan voorzien in standaarden, consistente methodes en processen, kennismanagement, borging en opleidingen. Het kan een strategisch overzicht verschaffen, zorgen voor kritisch onderzoek en nadere uitleg vragen over het programma- en projectenportfolio van de organisatie. het kan een functie binnen een breder bereik van een P3O zijn of de enige functie van een P3O. Het Centre of Excellence (COE) biedt een aanspreekpunt bij het aansturen van de implementatie van verbeteringen om de vaardigheid en capaciteit van de organisatie in het opleveren van programma s en projecten te vergroten. Chief Executive Officer (CEO) Describes the role in a commercial organization with the highest level of authority for the total management of the business. Chief Executive Officer (CEO) Beschrijft de rol binnen een commerciële organisatie op het hoogste leidinggevende niveau voor het allesomvattende management binnen het bedrijf. 2
Chief Financial Officer (CFO) Describes the role in a commercial organization with the highest level of authority for the management of the financial risks, planning and reporting for a business. This role will generally report to the CEO. Chief Financial Officer (CFO) Beschrijft de rol binnen een commerciële organisatie op het hoogste leidinggevende niveau voor het management van de financiële risico s, planning en verslaglegging binnen een bedrijf. Deze rol rapporteert meestal aan de CEO. Chief Information Officer (CIO) Describes the role in a commercial organization with the highest level of authority for the management of Information Technology for the business. This role will generally report to the CEO but may also report to the CFO in smaller organizations. Chief Information Officer (CIO) Beschrijft de rol binnen een commerciële organisatie op het hoogste leidinggevende niveau voor het management van Informatie Technologie van het bedrijf. Deze rol rapporteert meestal aan de CEO, maar in kleinere organisaties soms ook aan de CFO. Chief Operating Officer (COO) Describes the role in a commercial organization with the highest level of authority for the development, design, management, and improvement of the open systems that create and deliver the organization s products and/or services. This role will generally report to the CEO. Chief Operating Officer (COO) Beschrijft de rol binnen een commerciële organisatie op het hoogste leidinggevende niveau voor de ontwikkeling, het ontwerp, het management en de verbeteringen van de bedrijfsvoering die de producten en/of diensten van de organisatie maakt en oplevert. Deze rol rapporteert meestal aan de CEO. 3
Cost centre An accounting term used to describe a division, business unit or part of an organization that does not directly contribute to achieving profit for a company. It indirectly contributes to the organization by providing a service or support function to profit-making parts of the organization. Kostenplaats Een boekhoudkundige term die gebruikt wordt om een divisie, bedrijfsonderdeel of deel van een organisatie te beschrijven die niet direct bijdraagt aan het behalen van winst voor het bedrijf. Het draagt indirect bij aan de organisatie door een dienst of ondersteuningsfunctie te bieden aan de winstgenererende onderdelen van de organisatie. Dashboard See Management Dashboard. Dashboard Zie Management Dashboard. 4
Design Authority A role or function (permanent, temporary or virtual) that provides expert specialist advice or owns some corporate function, service, standard or strategy that will be affected, or a major programme outcome or change that needs to be controlled. This could be an IT or property infrastructure design, or a major service contract; it could also be a business process model or the programme or corporate Blueprint. The Design Authority provides expertise and guidance on a specific area to ensure there is appropriate alignment and control when changes are being planned and implemented. At a programme level this role may advise or own the Business Blueprint management on behalf of the programme manager. At the enterprise level, this role may manage the Enterprise Architecture of the organization. Design Authority Een rol of functie (permanent, tijdelijk of virtueel) die zorgt voor specialistische expertise of het eigenaarschap over een bepaalde bedrijfsfunctie, dienst, standaard of strategie die wordt geraakt, of een belangrijk programmaresultaat of verandering die beheerst moet worden. Hierbij kan het gaan om een IT ontwerp of een ontwerp van vastgoedinfrastructuur, of een groot servicecontract Het kan ook gaan om een business procesmodel of de blauwdruk van het programma of de organisatie. De Design Authority biedt expertise en geeft richting op een vastomlijnd gebied om zeker te stellen dat er adequate afstemming en beheersing is wanneer de veranderingen gepland en geïmplementeerd worden. Op programmaniveau kan deze rol adviseren over of eigenaarschap hebben van de bedrijfsblauwdruk namens de programmamanager. Op ondernemingsniveau kan deze rol de ondernemingsarchitectuur van de organisatie managen. Dis-benefit An outcome perceived as negative by one or more stakeholders. Dis-benefits are actual consequences of an activity, whereas a risk has some uncertainty about whether it will materialize. Dis-benefit Een eindresultaat dat door een of meer stakeholders als negatief wordt beschouwd. Een dis-benefits is een werkelijk gevolg van een activiteit, terwijl een risico, per definitie, enige mate van onzekerheid heeft of het op zal treden. 5
End Project Report A report given by the project manager to the Project Board that confirms the handover of all products and provides an updated Business Case and an assessment of how well the project has done against its Project Initiation Document. Projecteindrapport Een door de Project Manager aan de Project Board uitgebracht rapport dat de overdracht van alle producten bevestigt, en een geactualiseerde Business Case biedt plus een beoordeling hoe goed het project is verlopen ten opzichte van de oorspronkelijke Project Initiatie Documentatie. Enterprise Project (or P3RM) Management (EPM) A term usually referred to by software vendors in relation to software (i.e. EPM tools) that assists an organization manage across multiple projects and programme delivery using a common resource pool through to strategic analysis of investment through portfolio management. This term does not reflect the actual offerings of the tools in that they generally can support at portfolio, programme and project (P3RM) level. Enterprise Project (or P3RM) Management (EPM) Een term die meestal gebruikt wordt door softwareleveranciers met betrekking tot software (EPM tools), die een organisatie in staat stelt een veelheid projecten en programma s te managen door gebruik te maken van een gemeenschappelijke resourcepool, strategische analyse van investeringen en portfoliomanagement. Deze term slaat niet op de feitelijk aangeboden tools, in de zin van de ondersteuning die ze bieden op portfolio-, programma- en project- (P3RM) niveau. 6
Expert Reference Group A team of subject matter experts that can be used in a P3RM organization to provide input, advice and challenge to the role accountable for an output or outcome to ensure that it reflects the wider experience rather than an individual s perspective only. It is important to note that the role accountable for the output or outcome maintains the final decision and should not treat an Expert Reference Group as a committee. An Expert Reference Group may be drawn together at points in time or may be fully allocated to a project or programme. Klankbordgroep Een team van kennisspecialisten dat gebruikt kan worden binnen een P3RM organisatie om input en advies te leveren en om kritische vragen te stellen ten dienste van de verantwoordelijke rol voor een bepaalde output of eindresultaat, om zeker te stellen dat e.e.a. een gebaseerd is op een bredere ervaring dan die van een enkel individu. Let wel: de uiteindelijke beslissing ligt bij de verantwoordelijke rol voor de output of het eindresultaat; deze mag de klankbordgroep niet als een commissie behandelen. Een klankbordgroep kan op bepaalde momenten bij elkaar geroepen worden, maar kan ook volledig toegewezen zijn aan een project of een programma. Full-time equivalent (FTE) A technique used to measure human resource involvement in a project, programme or operational activities. It is required generally where human resources are allocated across multiple roles (e.g. 70% allocated to a project and 30% allocated to business operations). An FTE of 1 means that a person or the sum of all people s effort is 100% allocated to an activity, based on the number of working hours available, treatment of overtime and other parameters. Full-time equivalent (FTE) Een techniek die gebruikt wordt om het aantal mensuren te meten in een project, programma of operationele activiteiten. Het wordt meestal gebruikt wanneer de menskracht wordt verdeeld over verschillende rollen (bijvoorbeeld 70% voor projecten en 30% voor reguliere bedrijfsvoering). 1 FTE wil zeggen dat een persoon of de som van al zijn inspanningen 100% wordt toegewezen aan een activiteit, gebaseerd op het aantal beschikbare werkuren, de manier waarop met overuren wordt omgegaan en andere parameters. 7
Gated Review Structured reviews of a project, programme or portfolio as part of formal governance arrangements that are carried out at key decision points in the lifecycle to ensure that the decision to invest as per agreed Business Cases and plans remains valid. Gated Review Gestructureerde reviews van een project, programma of portfolio als onderdeel van formele governance afspraken die uitgevoerd worden op belangrijke beslismomenten binnen de levenscyclus, om zeker te stellen dat het investeringsbesluit conform de Business Case en de plannen gerechtvaardigd blijft. Omvat de structuren, verantwoordelijkheden en beleidskaders, standaarden en besluitvormingsprocedures binnen een organisatie met betrekking tot bedrijfsveranderingen, waarmee de belangrijkste strategische vragen doen we de juiste dingen, doen we de dingen op de juiste manier, doen we ze goed en halen we de benefits beantwoord kunnen worden. Governance (business change) Encompasses the structures, accountabilities and policies, standards and process for decision-making within an organization for business change to answer the key strategic questions of Are we doing the right things?, Are we doing them the right way?, Are we getting them done well? and Are we getting the benefits? Governance (bedrijfsveranderingen) 8
Health check A health check is a quality tool that provides a snapshot of the status of a project, programme or the portfolio. The purpose of a health check is to gain an objective assessment of how well the project, programme or portfolio is performing relative to its objectives and any relevant processes or standards. A health check differs from a Gated Review in that it is a tool used for assurance purposes by the P3O to inform specific actions or capability maturity development plans, whereas a Gated Review is part of formal governance arrangements. Health check Een Health check is een kwaliteitsmiddel dat een momentopname weergeeft van de status van een project, programma of het portfolio. Doel van een Health check is om een objectieve beoordeling te krijgen van hoe goed het project, programma of de portfolio het doet in vergelijking met de doelstellingen en de relevante processen of standaarden. Een Health check verschilt van een Gated Review; het is een middel dat voor borgingsdoeleinden wordt gebruikt door de P3O ter informatie van specifieke activiteiten of capability ontwikkelplannen - terwijl een Gated Review onderdeel is van de formele governance afspraken. Hub and Spoke A term to describe a system of organizational design for P3O where there is a centralized office (the hub) connected to a number of smaller decentralized offices (the spokes) each with a sub-set of the centralized office s business objectives, functions and services. All information and processes (connections) are arranged so that they move along spokes to the hub at the centre. A Hub and Spoke model provides the benefit of scalability for large organizations and supports business ownership by maintaining a level of decentralization. Hub en Spoke Een term die gebruikt wordt om een organisatorisch ontwerp voor P3O te omschrijven, waarbij er een centrale office is (het centrale knooppunt, de as) die verbonden is met een aantal kleinere decentrale offices (de sterpunten, spaken), elk met een subset van de doelstellingen, functies en diensten van het centrale office. Alle informatie en processen (verbindingen) zijn zo geregeld dat ze via de spaken naar het centrale knooppunt bewegen. Een Hub en Spoke model zorgt voor schaalbaarheid bij grote organisaties en ondersteunt het eigenaarschap van de business door een mate van decentralisatie te behouden. 9
Information Hub The centralized element of the Hub and Spoke model for P3O in terms of information flows (see Hub and Spoke definition). It supports highlight and exception-based reporting for projects, programmes and/or portfolios by amalgamating information with the process and information owned by the central office as the Information Hub. Informatie knooppunt Het centrale element van het Hub en Spoke model voor P3O in termen van informatiestromen (zie definitie van Hub en Spoke ). Het ondersteunt rapporteren op hoofdlijnen en bij afwijkingen voor projecten, programma s en/of portfolio s, doordat het informatie samenvoegt waarbij het proces en de informatie beheerd wordt door het centrale office als informatie knooppunt. Information Technology Infrastructure Library (ITIL) A set of guides on the management and provision of operational IT services. Information Technology Infrastructure Library (ITIL) Een set richtlijnen voor het management en de terbeschikkingstelling van operationele IT diensten. Informed customer An individual, team or group with functional responsibility within an organization for ensuring that spend on IS/IT or other procurement is directed to best effect, i.e. that the business is receiving value for money and continues to achieve the most beneficial outcome. The term is often used in relation to the outsourcing of IT/IS. Sometimes also called Intelligent customer. Geïnformeerde klant Een individu, team of groep met een functionele verantwoordelijkheid binnen een organisatie, die ervoor zorgt dat de uitgaven m.b.t. IS/IT of andere verwerving zo effectief mogelijk wordt aangestuurd, d.w.z. dat de business waar voor zijn geld krijgt en in staat blijft het meest gunstige eindresultaat te behalen. De term wordt veel gebruikt m.b.t. het uitbesteden van IT/IS. Soms wordt het ook intelligente klant genoemd. Key Performance Indicator (KPI) Metric (either financial or non-financial) that is used to set and measure progress towards strategic objectives for an organization. Key Performance Indicator (KPI) Meetwaarde (financieel of niet-financieel) die door een organisatie gebruikt wordt om de voortgang in vergelijking met de strategische doeleinden vast te stellen en te meten. 10
Management Board Generic term used to describe either project Management Boards, programme Management Boards or Portfolio management boards, or any combination based on the P3O context. Management Stuurgroep Algemene term die gebruikt wordt om een projectmanagement-, programmamanagement- of portfoliomanagementstuurgroep, of een combinatie hiervan, te omschrijven, binnen de P3O context. Management Dashboard A technique to represent vast amounts of decision-support information at an amalgamated level using tabular and graphic representation such as graphs and traffic lights. Management dashboard Een techniek waarmee grote hoeveelheden beslissingsondersteunende informatie wordt weergegeven op overkoepelend niveau, met gebruik van tabellen en grafische weergaven zoals grafieken en stoplichten. Managing Successful Programmes (MSP) An OGC publication/method representing proven programme management good practice in successfully delivering transformational change, drawn from the experiences of both public and private sector organizations. Managing Successful Programmes (MSP) Een publicatie/methode van de OGC die een in de praktijk bewezen goede toepassing van programmamanagement weergeeft voor het succesvol doorvoeren van transformationele veranderingen, gebaseerd op ervaringen van organisaties uit de publieke en van de private sector. 11
Mandate Information created externally to a project or programme that forms the terms of reference and is used to start up a PRINCE2 project or identify an MSP programme. A Mandate may be initiated through an unstructured approach, or it may be derived from strategic planning, business planning or portfolio management processes. Mandaat Extern vervaardigde informatie die de taakomschrijving van een project of programma bevat, die gebruikt wordt voor het opstarten van een PRINCE2 project of voor het identificeren van een MSP programma. Een mandaat kan geïnitieerd worden via een ongestructureerde benadering, maar het kan ook een afgeleide zijn van strategische planning, bedrijfsplanning of portfoliomanagement processen. Matrix management A type of organizational management in which human resources with similar skills are pooled together for the assignment of work to other parts of an organization. In this approach, there is a separation between line management and line of authority in that a person may report to several project, programme or business managers to undertake multiple work assignments at different times but have a line of authority to a different manager altogether. Matrixmanagement Een organisatiemanagement type waarbij menskracht van vergelijkbaar vaardigheidsniveau wordt samengevoegd om voor andere delen van de organisatie ingezet te worden. In deze benadering is er een scheiding tussen hiërarchische en functionele gezagsverhouding. Een persoon kan aan meerdere project-, programma- of businessmanagers rapporteren bij het uitvoeren van zijn taken, terwijl hij tegelijkertijd een andere hiërarchische leidinggevende heeft. Organization Portfolio Office A type of P3O model that is designed to centrally manage the investment process, strategic alignment, prioritization and selection, progress tracking and monitoring, optimization and benefits achieved by an organization s projects and programmes on behalf of its senior management. Organisatiebreed Portfolio Office Een type P3O model dat ontworpen is voor het centrale management van het investeringsproces, strategische aansluiting, prioriteitsstelling en selectie, voortgangsbewaking, verbetering en het behalen van benefits door de projecten en programma s van de organisatie, namens het senior management. 12
P3M3 OGC s Portfolio, Programme and Project Management Maturity Model. P3M3 OCG s Portfolio-, Programma- en Project Management Maturiteits Model. P3O Sponsor P3RM A senior manager with appropriate authority who champions the establishment and evolving operation of the P3O. They will ideally be a member of the main board. An acronym to describe portfolio, programme, project and risk management together. P3O Sponsor P3RM Een senior manager met het juiste gezag die voorvechter is van het opzetten en ontwikkelen van de P3O. Idealiter is dit een lid van de raad van bestuur. Een acroniem voor het totaal van Portfolio-, Programma-, Project- en Risicomanagement Peer review Specific review of a project or any of its products where personnel from within the organization and/or from other organizations carry out an independent assessment of the project. Peer reviews can be done at any point within a project but are often used at stage-end points. Peer review Specifieke review van een project of één van haar producten waarbij personeel van de eigen of van andere organisaties een onafhankelijke beoordeling uitvoeren. Peer reviews kunnen op elk moment binnen een project worden uitgevoerd maar meestal vindt dit plaats bij fase-overgangen. PESTLE Acronym for Political, Economic, Social, Technological, Legal and Environment and is a technique used generally in organizational change management to undertake an environmental scan at a strategic level. PESTLE Acroniem voor Political (politiek), Economical (economisch), Social (maatschappelijk), Technological (technologisch), Legal (juridisch) en Environment (milieu). Een techniek die meestal wordt gebruikt bij het managen van organisatieveranderingen om een omgevingsanalyse uit te voeren op strategisch niveau. 13
Pet project A project that is championed by an executive in an organization that may be aligned to an individual goal or goal for a specific part of the business, but not aligned to the strategic imperatives of the organization as a whole. Pet project Een project waarvan een opdrachtgever van de organisatie voorvechter is, en dat mogelijkerwijs in lijn is met een individuele doelstelling of een doelstelling van een bepaald bedrijfsonderdeel, maar niet strategisch van belang voor de totale organisatie. Portfolio, Programme and Project Offices (P3O) The decision enabling and support business model for all business change within an organization. This will include single or multiple physical or virtual structures, i.e. offices (permanent and/or temporary), providing a mix of central and localized functions and services, integration with governance arrangements and the wider business such as other corporate support functions. Portfolio, Programme and Project Offices (P3O) Het zakelijk model dat besluitvorming rond business veranderingen binnen een organisatie mogelijk maakt en ondersteunt. Dit kan een enkele maar ook meerdere fysieke of virtuele structuren omvatten, bijvoorbeeld offices (permanent en/of tijdelijk) om een mengeling van centrale en locale functies en diensten te bieden, integratie met governance afspraken en andere bedrijfsonderdelen zoals stafafdelingen. PRINCE2 A method that supports some selected aspects of project management. The acronym stands for PRojects IN Controlled Environments. PRINCE2 Een methode die een aantal geselecteerde aspecten van projectmanagement ondersteunt. Het acroniem staat voor Projects IN Controlled Environments. Programme Brief A statement that describes the specific objectives, required benefits, potential risks, outline costs, timescales and potentially options for delivery for a programme. Programmavoorstel Een opdrachtformulering die de specifieke doelstellingen, de benodigde benefits, mogelijke risico s, een kostenoverzicht, tijdschalen en mogelijk opties voor uitvoering van een programma beschrijft. 14
Project Brief A statement that describes the purpose, cost, time and performance requirements/constraints for a project. Projectvoorstel Een opdrachtformulering die het doel, de kosten, tijd en prestatie-eisen en beperkingen voor een project beschrijft. Project Executive The individual who is ultimately responsible for a project. Their role is to ensure that the project is focused throughout its lifecycle on achieving its objectives and delivering a product that will achieve the forecast benefits. Project Executive De persoon met eindverantwoordelijkheid voor een project, wiens rol het is om ervoor te zorgen dat het project zich gedurende haar levenscyclus richt op het bereiken van de doelstellingen en het opleveren van een product waarmee de verwachte benefits worden behaald. Project Initiation Document (PID) A logical document that brings together the key information needed to start a project on a sound basis and to convey that information to all concerned with the project. Project Initiatie Document (PID) Een logisch document waarin alle relevante informatie wordt samengebracht noodzakelijk om het project op een solide grondslag te starten en dat wordt gebruikt om iedereen te informeren die betrokken is bij het project. Resource An organization s physical or virtual entities (human or other) that are of limited availability and can be used to undertake operations or business change. Resource Iets dat fysiek of virtueel van belang is voor een organisatie (van menselijke of andere aard) met een beperkte beschikbaarheid, dat gebruikt kan worden voor de bedrijfsvoering of bedrijfsveranderingen. 15
Risk potential assessment (RPA) A standard set of high-level criteria against which the intrinsic characteristics and degree of difficulty of a proposed project are assessed. Used in the UK public sector to assess the criticality of projects and so determine the level of OGC Gateway Review required. Risk potential assessment (RPA) Een standaardverzameling criteria op hoog niveau op basis waarvan de intrinsieke kenmerken en moeilijkheidsgraad van een voorgesteld project worden beoordeeld. Het wordt gebruikt in de Britse publieke sector om de hachelijkheid van projecten te beoordelen en zo te bepalen welk niveau van OGC Gateway Review vereist is. Scale of risk A standard technique for estimating the probability and impact of a risk across an organization, portfolio, programme or project. This may be provided as part of a risk management standard (external) or a Risk Management Strategy or Policy. Risicoschaal Een standaardtechniek voor het inschatten van de waarschijnlijkheid en impact van een risico binnen een organisatie, portfolio, programma of project. Deze techniek kan worden voorgeschreven door een externe risicomanagementstandaard of een risicomanagementstrategie of -beleid. Senior Responsible Owner (SRO) The single individual with overall responsibility for ensuring that a project or programme meets its objectives and delivers the projected benefits. Senior Responsible Owner (SRO) Het individu met de eindverantwoordelijkheid om zeker te stellen dat een project of programma haar doelstellingen behaalt en de geraamde benefits oplevert. Swimlane A method for documenting business process flows that separates each process step into a row (or lane) of accountability for individual roles or groups. Swimlane Een methode voor het documenteren van bedrijfsprocessen, waarbij voor individuele rollen of groepen elke processtap in een rij / baan per verantwoordelijke wordt gezet. 16
SWOT Acronym for Strengths, Weaknesses, Opportunities and Threats. An analysis technique to determine favourable and unfavourable factors in relation to business change or current state. SWOT Acroniem voor Strengths, Weaknesses, Opportunities and Threats (Sterkten, Zwaktes, Kansen en Bedreigingen). Een analysetechniek om de gunstige en ongunstige factoren te bepalen in relatie tot bedrijfsveranderingen of de huidige situatie. Taxonomy A classification of things, or the principles underlying such a classification. The term may be applied to relationship schemes such as parent child hierarchies and network structures. A taxonomy might also be a simple organization of kinds of things into groups, or even an alphabetical list. Taxonomie Een classificatie van dingen, of de principes die daaraan ten grondslag liggen. De term kan worden gebruikt voor relationele verhoudingen zoals ouderkind hiërarchieën en netwerkstructuren. Een taxonomie kan ook een simpele groepering zijn van dingen, of zelfs een alfabetische lijst. Zero-based Cost Centre Similar to a cost centre, except that the division, business unit or part of the organization cross-charges other parts of the organization for some or all of its services or activities to achieve a spend of zero when its costs and income from cross-charging are added up. Zero-based Cost Centre Vergelijkbaar met een kostenplaats, met dien verstande dat voor alle diensten en activiteiten de kosten geheel worden doorberekend aan de andere delen van de organisatie zodat de kosten en inkomsten exact gelijk zijn. 17