RAADSVOORSTEL 09.0083 Inclusief erratum Rv. nr. : 09.0083 technisch erratum Naam programma +onderdeel: Economie en Toerisme; de Leeuwenhoek. Onderwerp: Stedenbouwkundig masterplan en exploitatieovereenkomst Leiden Bio Science Park - Leeuwenhoek. Aanleiding: Subsidiebeschikking van ministerraad voor aanleg ongelijkvloerse kruising Plesmanlaan en collegebesluiten over vaststellen stedenbouwkundig masterplan en exploitatieovereenkomst. Doel: Hoofddoelstelling is de ambitie om het Leiden Bio Science Park te laten doorgroeien tot een park dat wereldwijd toonaangevend is. Voor de herontwikkeling van het Leiden Bio Science Park de Leeuwenhoek staan voorts drie doelen centraal: het behoud en de versterken van het kenniscluster in Leiden door meer ruimte te creëren voor kennisintensieve bedrijvigheid. het ontwerpen en realiseren van een hoogwaardig stedelijk gebied met functiemenging, een goede wegeninfrastructuur, openbaar vervoer, groen en water. het clusteren en moderniseren van de universitaire huisvesting. Deze doelen worden middels de exploitatieovereenkomst en het stedenbouwkundig masterplan bereikt door: toename van het oppervlak life-science-bedrijven en wonen+stedelijke voorzieningen van respectievelijk 200.000 en 170.000 m2 bruto vloeroppervlak. reconstructie van wegen, groen en water conform het stedenbouwkundig masterplan. concentratie van universitaire gebouwen in het O+O gebouw (gerealiseerd in 2006) en in het deelgebied Gorlaeus. Kader: 1. De gemeenteraad heeft in december 2004 de kaders voor ontwikkeling van het Leiden Bio Science Park (toen nog genaamd de Leeuwenhoek) vastgesteld in een Programma van Eisen genaamd Leeuwenhoek, hoofdlijnen voor een stedelijk cluster (RV 04.0129). Nadien heeft de raad twee maal een voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld voor het uitwerken van dit programma van eisen in een stedenbouwkundig plan en een exploitatieovereenkomst met de universiteit. 2. In samenwerking met provincie, universiteit en buurgemeenten is in 2007 voor het plangebied Knoop Leiden West een strategisch masterplan en een samenwerkingsovereenkomst vastgesteld. In de samenwerkingsovereenkomst zijn afspraken gemaakt over onder meer: - het Kenniscluster Bio Life Science in Leiden en Oegstgeest; 1
- woningbouw, glastuinbouw, en regionaal groen in de gemeenten Oegstgeest, Katwijk en Teylingen; - de financiële bijdragen van universiteit voor infrastructuur/rgl en groen. De samenwerkingsovereenkomst is kaderstellend voor de op te stellen exploitatieovereen-komsten tussen de Universiteit en de gemeenten Leiden en Oegstgeest. Overwegingen: Het verheugd ons u te kunnen berichten dat met de universiteit overeenstemming is bereikt over de exploitatieovereenkomst en stedenbouwkundig masterplan voor het Leiden Bio Science Park. Vanaf 2002 is door universiteit en gemeente intensief samengewerkt aan een plan voor het Bio Science Park. In deze periode zijn enkele malen optimalisatiestudies uitgevoerd om het plan economisch uitvoerbaar te maken. Vaststellen van zowel deze overeenkomst en het masterplan door de gemeente zijn voorwaarden van het rijk bij de subsidiëring van de ongelijkvloerse kruising Plesmanlaan met een extra verkeersontsluiting het Bio Science Park. In de voortgangsbrief van april 2009 werd aangekondigd dat u in september de exploitatieovereenkomst voor wensen/bedenkingen zou worden aangeboden. Gezien het daarin opgenomen stedenbouwkundig masterplan wordt de exploitatieovereenkomst u nu voor instemming aangeboden. Een toelichting op het stedenbouwkundig masterplan en de exploitatieovereenkomst is bijgevoegd. Financiën: De kosten en risico s + kansen voor de gemeente Leiden voor de uitvoering van de exploitatieovereenkomst en het stedenbouwkundige masterplan worden in totaal geraamd op respectievelijk 5,8 miljoen en 2,4 miljoen. De gemeentelijke kosten worden veroorzaakt door reconstructie van bestaande wegen, nieuwe wegen/paden, herinrichting park Leeuwenhoek en nieuw bestemmingsplannen. Door vaststelling van deze overeenkomst en het bijbehorende stedenbouwkundig masterplan ontstaan de volgende risico s en kansen: Het risico van schadeclaim universiteit bij lagere verdiencapaciteit ten gevolge van trillingshinder en onvoldoende afstand van RijnGouwelijn tot gevoelige functies. Het risico van extra kosten voor inpassing RijnGouwelijn conform stedenbouwkundig masterplan. Het risico van extra verkeersmaatregelen als gevolg van recent uitgevoerd verkeersonderzoek. De kans van grondopbrengsten uit herbestemming en verkoop van gemeentelijke parkeergarage aan Einsteinweg 4. Voor de minimaal noodzakelijke kosten en de risico s+kansen zijn in het PRIL 2009 respectievelijk 1,55 miljoen en 2,4 miljoen opgenomen in de vereveningsreserve van het Perspectief 2009-2012. Om het totale masterplan te kunnen uitvoeren, zijn voor wegreconstructies aanvullende middelen nodig ad. 4,25 miljoen (prijspeil 2009). Vooralsnog zijn hiervoor geen middelen beschikbaar. Eerst zal bepaald worden welke wegreconstructies noodzakelijk zijn voor aanleg van RijnGouwelijn. De gemeente is juridisch niet verplicht het totale masterplan uit te voeren. In de exploitatieovereenkomst is opgenomen dat de gemeente onvoldoende financiële middelen heeft en zich inspant hiervoor alsnog de middelen te verwerven. Evaluatie: Niet van toepassing. 2
Bijgevoegde informatie: Notitie met toelichting op het stedenbouwkundig masterplan en de exploitatieovereenkomst. RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Leiden: Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders (raadsvoorstel 09.0083 van 2009), mede gezien het advies van de commissie BESLUIT: 1. Vast te stellen, als ontwikkelambitie voor de komende 20 jaar, het stedenbouwkundig masterplan de Hollandse Campus van mei 2009, met daarin onder meer opgenomen; - de Campus als stedenbouwkundig concept, - het beeldkwaliteitplan, - het programma, - de wegprofielen, - een beschrijving van de deelgebieden. 2. In te stemmen met de exploitatieovereenkomst Leiden Bio Science Park / de Leeuwenhoek van juli 2009 met daarin afspraken tussen gemeente en universiteit over onder meer; - de doelstelling en organisatievorm, - het beginsel van zelfrealisatie door universiteit, - de kostenverdeling, - het exploitatiegebied, - het stedenbouwkundig masterplan, - de bedrijvigheid - de openbare ruimte, - het parkeren, - de ontsluiting, - het beheer, - het toekomstig eigendom, - het duurzaam bouwen, - de beeldkwaliteit en supervisie, - de RijnGouwelijn en de exploitatiebijdragen. Gedaan in de openbare raadsvergadering van 12 november 2009, de Griffier, de Voorzitter, Dit voorstel is op 12 november 2009 ongewijzigd vastgesteld. 3
4
TECHNISCHE INFORMATIE Opsteller: H. van Middelaar Organisatieonderdeel: Projectmanagementbureau Telefoon: (8)5816 E-mail: H.van.Middelaar@leiden.nl Verantwoordelijk portefeuillehouder: Economie & Sport; M. Witteman Communicatie: Bijgevoegde informatie: ADVIES PRESIDIUM Doel: Behandelingsvoorstel: Opmerkingen/aandachtspunten: 5
Bijlage raadsvoorstel Leiden Bio Science Park- de Leeuwenhoek; toelichting op stedenbouwkundig masterplan en exploitatieovereenkomst. 1. stedenbouwkundig masterplan de Hollandse Campus Het stedenbouwkundig masterplan is een plan op hoofdlijnen dat in de toekomst op onderdelen nog nader uitgewerkt zal worden ten behoeve van de op te stellen bestemmingsplannen en uitvoeringsplannen. Het masterplan kent een hoge bebouwingsdichtheid en anticipeert zowel op de komst van de RijnGouwelijn als een reconstructie van het kruispunt Plesmanlaan Haagse Schouwweg - Ehrenfestweg. Belangrijke uitgangspunten voor dit plan zijn het masterplan Knoop Leiden West, de landschappelijke onderlegger en de gewenste functiemening. Deze hebben geresulteerd in een masterplan met een samenhangende visie op de openbare ruimte en de bebouwing. 1.1 Doelstelling uit Programma van Eisen. Door herstructurering van de universitaire gronden en infrastructuur is het mogelijk om meer ruimte te creëren voor kennisintensieve bedrijvigheid. In totaal ontstaat ruimte voor circa 200.000 m2 nieuwe Life Science bedrijvigheid en 170.000 m2 wonen en stedelijke voorzieningen. De gewenste functiemenging moet er voor zorgen dat het gebied een integraal onderdeel wordt van de stad, een gebied waar voor de Leidenaar iets te beleven is, ook op tijden dat er niet gewerkt wordt. Gedacht wordt aan sportvoorzieningen, aantrekkelijke, groene en sociaal veilige verbindingen voor wandelaars en fietsers, horeca, een hotel/congrescentrum en woningen. Een menging met wonen is op enkele plekken mogelijk met voldoende afstand tot de Life Science bedrijvigheid. De Universiteit heeft in 2006 al haar geneeskunde faculteit kunnen onderbrengen in het O+O gebouw van het LUMC waardoor het deelgebied Boerhaave vrijkomt voor onder meer woningbouw en studentenhuisvesting. Door het masterplan krijgt de universiteit ruimte om haar beta-cluster verder uit te bouwen en te moderniseren in het deelgebied Gorlaeus. 1.2 Ruimtelijke samenhang: openbare ruimte en groen. Op dit moment kent het gebied tussen A44 en station weinig samenhang en een onduidelijke structuur. Om meer samenhang en kwaliteit in het gebied te brengen en om het gebied een meer publiek karakter te geven is de inrichting van de openbare ruimte cruciaal. Als beeldmerk voor het Bio Science Park is gekozen voor de Hollandse Campus, waarin het landschap leidend is. Een structuur van poldersloten en bijbehorende bomen (wilg, abeel, els) bepaalt het beeld. De gebouwen staan ingepast in het landschap met de gevels georiënteerd op de straat. Parkeren wordt onder de gebouwen of aan de achterzijde van de gebouwen opgelost. De RijnGouwelijn loopt als een hartlijn door het gebied. Van noord naar zuid lopen dwars door het Bio Science Park twee belangrijke groene aders met elk een eigen karakteristiek: In de westelijke groene ader, die aansluit op het landgoed Endegeest, zijn de sportvelden gepland als een buffer tussen het universiteitsterrein en de bedrijven. Het sportterrein krijgt een grotendeels openbaar karakter. Deze ader loopt door in een groen plein langs de Plesmanlaan, met een halte voor de RijnGouwelijn en een goede langzaam verkeerverbinding richting Morskwartier. De oostelijke groene ader krijgt een meer parkachtig karakter. Het is onderdeel van een groene verbindingszone tussen Leidse Hout, Bos van Bosman en het Morskwartier. Dit parkachtige gebied heeft ook een belangrijke functie voor aanliggende bebouwing van Hogeschool, bedrijven, (studenten)woningen, LUMC, Naturalis en het Nederlands Centrum voor Biodiversiteit. 1.3 Verkeer. De belangrijkste ontsluitingsroutes voor het autoverkeer liggen aan de zijde van de Plesmanlaan: Bestaande toegangen zijn de Darwinweg en de Einsteinweg. Om de bereikbaarheid van het gebied op 6
de langere termijn te garanderen is een derde ontsluitingsweg nodig ter hoogte van de Ehrenfestweg. Mede hierdoor is het nodig de kruising Plesmanlaan Haagse Schouwweg te verbeteren en ongelijkvloers te maken. Ook regionale investeringen in de bereikbaarheid, zoals aanleg van de RijnGouwelijn en de Rijnlandroute zijn van belang om het Bio Science Park bereikbaar te houden. De Wassenaarseweg is een belangrijke schakel in de langzaam verkeer verbinding tussen de Binnenstad en de nieuwbouwwijk Valkenburg richting zee. Deze weg is ook van belang in de relatie tussen het Bio Science Park in Leiden ( de Leewenhoek ) en in Oegstgeest ( Nieuw Rijngeest Zuid ). In dat kader wordt momenteel onderzocht of de onderdoorgang in de A44 permanent kan worden opengesteld voor autoverkeer. De wegenstructuur in het Leiden Bio Science Park kent een 50 kilometer regime uitgezonderd twee smallere wegen met eenrichtingverkeer (JH Oortweg en Galileiweg) die een 30 km regime hebben. Fietsverkeer wordt zoveel mogelijk gecombineerd met autoverkeer, maar daarnaast zijn er vrij liggende fietsroutes als alternatief. 1.4 Water. Het stedenbouwkundig masterplan is in nauw overleg met het Hoogheemraadschap Rijnland tot stand gekomen. Het plan voorziet in voldoende watercompensatie, die nodig is als gevolg van de toename aan verharding. De realisatie van nieuw water zal voorafgaand aan of gelijktijdig met de bouwplannen in het gebied gerealiseerd worden. 1.5 Monumenten. In het deelgebied Boerhaave liggen nog gebouwen van de voormalige Cité Medicale, het oude ziekenhuiscomplex dat grotendeels tussen 1912 en 1923 is opgezet. De cultuurhistorische waarden van deze panden zijn onderzocht en als uitgangspunt gehanteerd voor het masterplan. Het Gortergebouw aan de Wassenaarseweg is op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Een aanvraag voor gemeentelijke monumentenstatus van de universiteitsgebouwen in Boerhaave is momenteel in behandeling. 1.6 Bebouwing. In het plangebied worden een aantal bouwvelden benoemd waarbinnen gebouwd kan worden. Belangrijk kenmerk is dat de gebouwen met de voorzijde naar de straat staan en dat het parkeren achter of tussen de gebouwen plaats vind. Conform de door de raad vastgestelde hoogbouwvisie kan in het Bio Science Park met uitzondering van delen van het Boerhaave gebied - in principe overal tot 40 meter hoog gebouwd worden. Op enkele plekken is ruimte voor hoogbouw tot 70 meter (Entreegebied en kop Albinusdreef). Het totale bouwvolume per gebied is echter begrensd, waardoor het niet mogelijk is dat alle gebouwen 40 meter hoog worden. Gezien de aard van de bedrijvigheid mag verwacht worden dat de gemiddelde bebouwingshoogte rond de 20 meter zal liggen. (Zie bijvoorbeeld de nieuwbouw van Hal Allergy). 1.7 Beeldkwaliteit en supervisie. Onderdeel van het masterplan is een hoofdstuk Beeldkwaliteit als uitwerking en onderdeel van de Welstandsnota zal dienen als toetsingskader voor de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (ARK). De ARK adviseerde in 2007 positief over het masterplan. Aanbevelingen van de ARK over de historische kwaliteit van deelgebied Boerhaave en reclame uitingen zijn verwerkt in het plan. Een aanbeveling over de toepassing van kunst in dit gebied dient nog nader uitgewerkt te worden. 1.8 Uitwerkingsplannen. Het stedenbouwkundig masterplan is een lange termijn visie met een horizon van circa 20 jaar. Voor verschillende deelgebieden zullen uitwerkingsplannen gemaakt worden kort voordat de plannen 7
juridisch vastgesteld worden in een bestemmingsplan. Voor het gebied Boerhaave werd al een uitwerkingsplan gemaakt die ter informatie is toegevoegd aan het bestemmingsplan Boerhaave/Sylvius. Ook de plannen voor infrastructuur kunnen op onderdelen nog aangepast worden aan nieuwe inzichten. Zo kan het definitief ontwerp van de RijnGouwelijn nog tot detailaanpassingen leiden en vind er nog nadere studie plaats naar verkeersafwikkeling op de toegangswegen Einsteinweg en Ehrenfestweg 2. Exploitatieovereenkomst. In de exploitatieovereenkomst zijn een aantal afspraken vastgelegd over de onderlinge samenwerkingsvorm, rolverdeling en verantwoordelijkheden. Daarnaast is deze overeenkomst noodzakelijk als uitwerking van de samenwerkingsovereenkomst Knoop Leiden West en de nieuw Wet ruimtelijke ordening. In de exploitatieovereenkomst zijn onder meer de volgende punten opgenomen. 2.1 De doelstelling en de organisatievorm. Doelstelling van de overeenkomst is dat universiteit en gemeente streven naar een voortvarende realisatie van de uitgangspunten zoals neergelegd in het stedenbouwkundig programma van eisen, het stedenbouwkundig plan en het voorontwerp bestemmingsplan. Deze overeenkomst is een nadere uitwerking van de samenwerkingsovereenkomst KLW. Partijen werken samen in een organisatie die in elk geval bestaat uit een stuurgroep en een projectgroep. De stuurgroep, waarin universiteit en gemeente gelijkelijk vertegenwoordigd zijn, neemt beslissingen ter uitvoering van deze overeenkomst. De wethouder E&S wordt door het college gemachtigd binnen de kaders van de overeenkomst besluiten te nemen. 2.2 Het beginsel van zelfrealisatie, het exploitatiegebied en de kostenverdeling. Binnen het exploitatiegebied is de universiteit, conform de overeenkomst Knoop Leiden West, verantwoordelijk voor de (zelf)realisatie van het masterplan op haar grondgebied. Gemeente en universiteit dragen ieder de uitvoeringskosten van werkzaamheden op eigen grondgebied. Het project RijnGouwelijn is een derde kostendrager. De herinrichting van de hoofdinfrastructuur kan alleen worden uitgevoerd in samenhang met aanleg van RGL. Gemeente en universiteit dragen ieder de eigen voorbereidingskosten, alleen de externe kosten voor stedenbouwkundig plan en bestemmingsplan worden gelijkelijk verdeeld. 2.3 Het stedenbouwkundig masterplan en bestemmingsplannen. Op basis van het masterplan worden voor het plangebied bestemmingsplannen opgesteld waarin de in het masterplan voorziene ontwikkeling wordt mogelijk gemaakt. 2.4 Bedrijvigheid. Het Bio Science Park gaat ruimte bieden aan zowel Life Science bedrijven als stedelijke voorzieningen. In de Knoop Leiden West zijn hierover al afspraken gemaakt over de drie categorieën Life Science bedrijven. Als uitwerking hiervan zijn voor categorie 3 bedrijven (kantoren) in overleg met de provincie nadere afspraken gemaakt. 2.4 Openbare ruimte, beheer en eigendom. De openbare ruimte wordt aangelegd conform masterplan en vastgestelde kwaliteitseisen. De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer van openbare wegen en groen. Daar waar wegen in eigendom zijn van universiteit zal de beheersverantwoordelijkheid van gemeente worden vastgelegd in een erfpachtovereenkomst. 8
2.5 Ontsluiting en parkeren. Gemeente en Universiteit onderkennen dat voor een goede ontsluiting het plangebied bij de Ehrenfestweg een extra aansluiting op de Plesmanlaan krijgt. Deze aansluiting kan gerealiseerd worden nadat de ongelijkvloerse kruising Plesmanlaan -Haagse Schouwweg planologisch is zeker gesteld. Afwijkend van het gemeentelijk beleid worden voor Life Science bedrijven specifieke parkeernormen volgens het stedenbouwkundig plan voor bedrijfscategorie 1, 2 en 3 zijn vastgesteld op respectievelijk 1:100, 1:80 en 1:60. Voor overige functies geld het gemeentelijk beleid volgens CROW normering. 2.6 Duurzaam bouwen. Van de woonvisie is het duurzaam bouwen beleid en het politiekeurmerk opgenomen in de overeenkomst. De oppervlaktenorm uit de woonvisie is in dit gebied losgelaten omdat er vooral studentenhuisvesting gerealiseerd zal worden. Gebouwen en infrastructuur worden volgens het regionaal beleid duurzaam bouwen (Dubo+) gerealiseerd. Er is tevens een gezamenlijke energievisie opgesteld. 2.7 Supervisie. Universiteit en gemeente hebben samen een supervisor aangesteld. De supervisor heeft een proactieve rol in het tot stand komen van de beeldkwaliteit volgens het stedenbouwkundig masterplan. Hij zorgt tevens voor een goede voorbereiding op behandeling in de ARK. 2.8 RijnGouwelijn en exploitatiebijdragen. Conform overeenkomst Knoop Leiden West stelt de universiteit grond in erfpacht ter beschikking voor aanleg van de RGL. De financiële bijdrage van universiteit aan gemeente voor aanleg van de RGL is verschuldigd op het moment van feitelijke realisatie. Tussen de geplande kantoren in deelgebied Kop van Leeuwenhoek en de RGL is een te geringe afstand geconstateerd waardoor de universiteit mogelijk schade bij uitgifte van grond. Komende periode wordt onderzoek gedaan naar mogelijke aanpassing van de plannen. 9
TECHNISCHE INFORMATIE Opsteller: H. van Middelaar Organisatieonderdeel: Projectmanagementbureau Telefoon: (8) 5816 E-mail: h.van.middelaar@leiden.nl Verantwoordelijk portefeuillehouder: Economie & Sport; M. Witteman Communicatie: 10
Bijgevoegde informatie: ADVIES PRESIDIUM Doel: Behandelingsvoorstel: Opmerkingen/aandachtspunten: 11
B&W.nr. 09.0780, d.d. 7 juli 2009 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Leiden Bio Science Park, vaststellen van exploitatieovereenkomst met de universiteit Burgemeester en wethouders besluiten Behoudens advies van de commissie 1) De exploitatieovereenkomst met de universiteit vast te stellen onder het voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad van het PRIL 2009 (In het Perspectief 2009-2012 en de Vereveningsreserve van het PRIL zijn voor het Leiden Bio Science Park de minimaal noodzakelijke investeringen en risico s+kansen opgenomen). In de exploitatieovereenkomst maken gemeente en universiteit onder meer afspraken over; de doelstelling en organisatievorm, het beginsel van zelfrealisatie door universiteit, de kostenverdeling, het exploitatiegebied, het stedenbouwkundig masterplan, de bedrijvigheid, de openbare ruimte, het parkeren, de ontsluiting, het beheer, het toekomstig eigendom, het duurzaam bouwen, de beeldkwaliteit en supervisie, de RijnGouwelijn en de exploitatiebijdragen. 2) De raad voor testellen in te stemmen met de exploitatieovereenkomst conform bijgevoegd raadsvoorstel. De burgemeester besluit Behoudens advies van de commissie De wethouder Economie & Sport, M. Witteman, te machten tot ondertekening van de exploitatieovereenkomst. Samenvatting Door het college van B&W en het college van Bestuur van de Universiteit is de Exploitatieovereenkomst Leiden Bio Science Park Leeuwenhoek vastgesteld. Doel van de overeenkomst is een voortvarende realisatie van het Leiden Bio Science Park zoals neergelegd in het Programma van Eisen en Stedenbouwkundig Masterplan. In de exploitatieovereenkomst maken gemeente en universiteit onder meer afspraken over; de doelstelling en organisatievorm, het beginsel van zelfrealisatie door universiteit, de kostenverdeling, het exploitatiegebied, het stedenbouwkundig masterplan, de bedrijvigheid, de openbare ruimte, het parkeren, de ontsluiting, het beheer, het toekomstig eigendom, het duurzaam bouwen, de beeldkwaliteit en supervisie, de RijnGouwelijn en de exploitatiebijdragen. De exploitatieovereenkomst is een uitwerking van de Samenwerkingsovereenkomst Knoop Leiden West. Ook het College van Bestuur van de Universiteit Leiden heeft ingestemd met de exploitatieovereenkomst. 12
13
B&W.nr. 09.0780, d.d. 7 juli 2009 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Leiden Bio Science Park, vaststellen van exploitatieovereenkomst met de universiteit Burgemeester en wethouders besluiten Behoudens advies van de commissie 3) De exploitatieovereenkomst met de universiteit vast te stellen onder het voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad van het PRIL 2009 (In het Perspectief 2009-2012 en de Vereveningsreserve van het PRIL zijn voor het Leiden Bio Science Park de minimaal noodzakelijke investeringen en risico s+kansen opgenomen). In de exploitatieovereenkomst maken gemeente en universiteit onder meer afspraken over; de doelstelling en organisatievorm, het beginsel van zelfrealisatie door universiteit, de kostenverdeling, het exploitatiegebied, het stedenbouwkundig masterplan, de bedrijvigheid, de openbare ruimte, het parkeren, de ontsluiting, het beheer, het toekomstig eigendom, het duurzaam bouwen, de beeldkwaliteit en supervisie, de RijnGouwelijn en de exploitatiebijdragen. 4) De raad voor te stellen in te stemmen met de exploitatieovereenkomst conform bijgevoegd raadsvoorstel. De burgemeester besluit Behoudens advies van de commissie De wethouder Economie & Sport, M. Witteman, te machten tot ondertekening van de exploitatieovereenkomst. Samenvatting Door het college van B&W en het college van Bestuur van de Universiteit is de Exploitatieovereenkomst Leiden Bio Science Park Leeuwenhoek vastgesteld. Doel van de overeenkomst is een voortvarende realisatie van het Leiden Bio Science Park zoals neergelegd in het Programma van Eisen en Stedenbouwkundig Masterplan. In de exploitatieovereenkomst maken gemeente en universiteit onder meer afspraken over; de doelstelling en organisatievorm, het beginsel van zelfrealisatie door universiteit, de kostenverdeling, het exploitatiegebied, het stedenbouwkundig masterplan, de bedrijvigheid, de openbare ruimte, het parkeren, de ontsluiting, het beheer, het toekomstig eigendom, het duurzaam bouwen, de beeldkwaliteit en supervisie, de RijnGouwelijn en de exploitatiebijdragen. De exploitatieovereenkomst is een uitwerking van de Samenwerkingsovereenkomst Knoop Leiden West. Ook het College van Bestuur van de Universiteit Leiden heeft ingestemd met de exploitatieovereenkomst. 14