x y C. von Schwartzenberg 1/22 = + = Zie de lijnen in de figuur hiernaast. Zie de grafiek van k in de figuur rechts hiernaast. 2b

Vergelijkbare documenten
Exponenten en Gemengde opgaven logaritmen

9.1 Vergelijkingen van lijnen[1]

Aantekening VWO 6 Wis D Hfst 9 : Lijnen en Cirkels. Het voordeel van de laatste is dat (a,0) en (0,b) de snijpunten met de assen zijn!!

sin( α + π) = sin( α) O (sin( x ) cos( x )) = sin ( x ) 2sin( x )cos( x ) + cos ( x ) = sin ( x ) + cos ( x ) 2sin( x )cos( x ) = 1 2sin( x )cos( x )

OEFENTOETS VWO B DEEL 3

8.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Bereken het snijpunt van 3x + 2y = 6 en -2x + y = 3

Uitwerkingen toets 8 juni 2011

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

11.1 De parabool [1]

dan liggen C en D op dezelfde cirkelboog AB (constante hoek) dus A, B, C en D liggen op één cirkel, dus ABCD is een koordenvierhoek

C. von Schwartzenberg 1/20. Toets voorkennis EXTRA: 3 Differentiëren op bladzijde 156 aan het einde van deze uitwerking.

Paragraaf 8.1 : Lijnen en Hoeken

10.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

x 3x x 7x x 2x x 5x x 4x G&R havo B deel 1 3 Vergelijkingen en ongelijkheden C. von Schwartzenberg 1/12 TOETS VOORKENNIS

Noordhoff Uitgevers bv

Vlakke meetkunde en geogebra

Paragraaf 14.1 : Vergelijkingen in de meetkunde

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d.

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

HOEKEN, AFSTANDEN en CIRKELS IN Klas 5N Wiskunde 6 perioden

Hoofdstuk 1 LIJNEN IN. Klas 5N Wiskunde 6 perioden

Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel.

Dan is de afstand A B = lengte van lijnstuk [A B]: AB = x x )² + ( y ²

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

Paragraaf 7.1 : Lijnen en Hoeken

n: x y = 0 x 0 2 x 0 1 x 0 1 x 0 4 y -6 0 y 1 0 y 0 1 y 2 0 p =. C. von Schwartzenberg 1/10

Extra oefeningen: de cirkel

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

x 0 2 y -1 0 x 0 1 y 2-1 y 3 4 y 0 2 G&R vwo A/C deel 1 2 Functies en grafieken C. von Schwartzenberg 1/15 1a 1b

Antwoordmodel - Vlakke figuren

Definitie van raaklijn aan cirkel: Stelling van raaklijn aan cirkel:

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten

m: y = 0, 5x + 21 snijden met de x -as ( y = 0) 0 = 0, 5x , 5x = 21 x = 42. Snijpunt met x -as: (42, 0).

x 2x x 4x x 1x x 8x x x 12 = 0 G&R vwo B deel 1 1 Vergelijkingen en ongelijkheden C. von Schwartzenberg 1/25

wiskunde B pilot vwo 2016-II

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen

Spelen met passer en liniaal - werkboek

3 Hoeken en afstanden

3 Hoeken en afstanden

= cos245 en y P = sin245.

9.0 Voorkennis [1] Definitie bissectrice: De bissectrice van een hoek is de lijn die de hoek middendoor deelt. Willem-Jan van der Zanden

Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk

Antwoorden Wiskunde B Hoofdstuk 1 boek 2

Uitwerkingen Hoofdstuk 25 deel vwob1,2 6. Meetkundige plaatsen.

Elementaire Meetkunde aanvullingen en errata

80 is het vaste bedrag. (moet je betalen onafhankelijk van het aantal km)

EEN OUDE STELLING UIT DE MEETKUNDE

Vraag Antwoord Scores ( ) ( ) Voor de waterhoogte h geldt: ( 2h+ 3h 2h

De constructie van een raaklijn aan een cirkel is, op basis van deze stelling, niet zo erg moeilijk meer.

1 Het midden van een lijnstuk

opdrachten bij hoofdstuk 7 Lijnen cirkels als PDF

Cabri-werkblad. Apollonius-cirkels

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.

Vlakke Meetkunde Meetkundige plaatsen en krommen. Cursus voor de vrije ruimte

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

Hoofdstuk 8 : De Cirkel

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

OAB. A 0,2q gaat. x q m q mx. l x y b x b y. c x c y. c x y c c. x b y b bx 2. x c y c cx. a y q en b x q m.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde B vwo 2016-I

Blok 6B - Vaardigheden

Noordhoff Uitgevers bv

Oefeningen analytische meetkunde

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5

Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek

Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales

Vlakke Meetkunde Ruimtemeetkunde. Meetkunde. 1 december Meetkunde

Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 16 januari 2015

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Vraag Antwoord Scores. 1 (dus de oppervlakte. van V en de oppervlakte van driehoek OAB zijn gelijk ) 1

Een sangaku (en niet alleen) als het regent

IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 2014

Inversie. r 2 P Q. P Q =

Figuren en invulbewijzen

Neem [pr]=[ps] en beschrijf uit r en s twee cirkelbogen met dezelfde straal, die elkaar in c snijden. [cp] is de loodlijn op [ab].

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Hoofdstuk 6 Driehoeken en cirkels uitwerkingen

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Uitwerkingen toets 9 juni 2010

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereiding : examen meetkunde juni - oplossingen Naam:. Klas:...

Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Voorkennis Stelling van

Selectietoets vrijdag 9 maart 2018

Examen havo wiskunde B 2016-I (oefenexamen)

Uitwerkingen Mei Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Analytische meetkunde

Eindexamen wiskunde B vwo II

Hoofdstuk 5 : De driehoek

Transcriptie:

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / a k: = x gaat door (0, ) ( 0 = ) en (, ) ( = ) l : x = 6 gaat door (0, ) (0 = 6) en (, 0) ( 0 = 6) Zie de lijnen in de figuur hiernaast b = x x = of x = of x = 6 of c x = 6 = x 6 = x l k a k: x = gaat door (0, ) (0 = ) en (, 0) ( 0 = ) Zie de grafiek van k in de figuur rechts hiernaast b k: x = gaat door A(8, ) ( 8 = = ) k: x = gaat niet door B(, ) ( = ) k: x = gaat door C ( 6, 7 ) ( 6 7 = 8 0 = ) k: x gaat door D( p, = p) ( p ( p) = 6p 6p = ) c x = q en = q invullen in x = q ( q ) = q q = 7q = 8 q = 8 = 7 7 d l : x = c door (, 6) 6 = c = c = c Dus l : x = e m: x = c door ( p, p) p p = c p 8p = c p = c Dus m: x = p k a k: x = snijden met de x -as ( = 0) x 0 = x = 6 snijpunt met de x -as is (6, 0) k: x = snijden met de -as ( x = 0) 0 = = snijpunt met de -as is (0, ) b x = x = x = 6 c k: x = snijden met de x -as ( = 0) x 0 = x = 6 = 6 (de 6 onder de x ) 6 6 k: x = snijden met de -as ( x = 0) 0 = = = (de onder de ) 6 a l : x = snijden met de -as ( 0) x 0 snijpunt met de -as is (, 0) a b = = a = a x a b l : x = snijden met de -as ( x = 0) 0 = = b snijpunt met de -as is (0, b) a b b a k: = ( x ) = x 8 = x rck = b k: = ( x ) gaat door (, ) want = ( ) (immers 0 = 0) c l : A = m( x xa) A = mx mxa = mx mxa A rc l = m l : A = m( x xa) gaat door A( xa, A) want A A = m( xa x A) (immers 0 = m 0) d B A B A m: A = ( x xa) gaat door A( xa, A) want A A = ( xa xa) (immers 0 = m 0) xb xa xb xa B A B A m: A = ( x xa) gaat door B( xb, B ) want x B A = ( x B xa xb x B x A ) A 6 7a 7b x = x = x = ❷ x = 7❸ x = x = in❷ = = 7 = 7 k: x of en : of x l x x = = = = ❸ x = x 6 = 6 x = ❷ x = ❷ = = in x = x = 0 8a k: = ( x ) x x en l : 0 0 ( x ) ( x ) x = = = = = 8b = x = x ❷ = = in = x x = x =

a G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / Jan mist de verticale lijn door (0, ), want er is bij = ax geen waarde van a die de lijn x = 0 (de -as) oplevert Harm mist de horizontale lijn door (0, ), want er is bij x p = geen waarde van p die de lijn = oplevert bc Je mist de verticale lijn x = door (, 0) 0a kp: = x p is een lijn met rck = door (0, p) 0b lp: = p( x 6) is een lijn door ( 6, ) met rc l = p 0c m p: px = 6 = px 6 = px is een lijn door (0, ) met rc m = p 0d n : x p = ( p 0) is een lijn door ( p, 0) en (0, p) p p a k p : px = 8 door (, ) p = 8 p = p = b k 8 p : px = 8 door (, 0) p 0 = 8 p = 8 p = c k 6 p : px = 8 evenwijdig met x = 0 k: px = 8 met p = p = 6 p = d k : 8 evenwijdig met x p px = = of x = 0 p = a b ( ) : x p p p p l door (, ) p = = = = p( p ) = ( p ) p p p p p p p p p p( p ) p p = p 6 p p p 6 = 0 ( p 6)( p ) = 0 p = 6 p = : x x ( )( x p p lp = = = p ) = x ( p ) met rc ( gegeven) p p p p p p l = = p p Dus = p = p p = p = p a k: x = 6 gaat door (0, ) (0 = 6) en (, 0) ( 0 = 6) l : x 6 = 8 gaat door (0, ) (0 6 = 8) en (, ) ( 6 = 8) Zie de lijnen in de figuur hiernaast b x = 6 x 6 = x 6 = 8❷ x 6 = 8❷ 0 = 6 (heeft geen oplossing) c = 6 l ❸ k k l a b k: = x gaat door (0, ) en (, ) ( = ) l : = x gaat door (0, ) en (, ) ( = ) Zie de lijnen in de figuur hiernaast Richting van k: naar rechts en omhoog Richting van l : naar rechts en omlaag Dus k en l staan loodrecht op elkaar a b 6 kp: x p = en lp: ( p ) x ( p ) = 6 evenwijdig (al dan niet samenvallend) geeft p = p( p ) = ( p ) p p = p p p = 0 ( p 6)( p ) = 0 p = 6 p = p p k p: x p = p = x = x rc k = p p p p p 6 p lp: ( p ) x ( p ) = 6 ( p ) = ( p ) x 6 = x rc p p l = p p p ( p ) kp lp = = ( p ) = p( p ) p = p p p p p( p ) 7 6 7 6 p 7p = 0 met D = 7 = 6 p = p = p q = = p = q = ❷ Uitvolgt dan p = q ❸ q p q p q = q ❸ in ❷ = 6q = q q = q = in ❸ p = = q q

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / 7a 7b 8 rc 8 6 AB = rc = = m = midden van AB is 8 (, ) m: = ( x ) of m: = x = (, ) C even ver van A als van B wil zeggen: C op m Dus C is het snijpunt van l en m = x invullen in x = 6 geeft: x ( x ) = 6 x x 7 = 6 x = x = x = invullen in = x geeft: = = 7 = = 8 Dus C (, 8) Het middelpunt van de omgeschreven cirkel is het snijpunt van de middelloodlijnen van de zijden van OAB rc OA = = rc 8 mll = mll OA: = ( x ) of mll OA: = x 7 midden van OA is (, ) rcob = 6 = rc mll = mll : ( ) of mll : OB = x midden van is (, ) OB = x ❷ OB in ❷ geeft: x 7 = x x = (keer ) x = x = ❸ ❸ in geeft: = 7 = 6 87 = Dus het middelpunt van de omgescgreven cirkel van OAB is M(, ) a B op = x 0 Stel nu xb = p dan B = p 0, dus B( p, p 0) b B 0 p 0 B A p 0 p 8 rc OB en rc xb 0 p AB xb x A p 6 p 6 c OBA = 0 rcob rcab = p 0 p 8 = 0 C ligt op de lijn = x C ( p, p ) p p 6 (met p > 0 omdat C boven de x -as ligt) ( p 0)( p 8) = p p p 0 p p( p 6) rc AC = = en rc = = p p BC p 0 p 0 ( p 0)( p 8) = p( p 6) ACB = 0 rc AC rcbc = = x p p 0p 80 = p 6p p p = (met p 0) 0p 60p 80 = 0 p p 0 ( p 0) = p C ( p, p ) p 6p 8 = 0 p 0 = p ( p )( p ) = 0 p = A p = p = p = 7 d p = geeft B(, ) en p = geeft B(, ) Dit geeft C (7, ) B AB = (7 ) ( ) = 6 = 6 = = = = a b d ( A, B ) = ( ) ( ) = 8 6 = 6 6 = 00 = 0 P ( x, ) op m d ( P, A) = d ( P, B) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) x 6x 8 6 = x 0x 6x = Dus m : x = a P ( x, ) op mll m d ( P, A) = d ( P, C ) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) x x = x x 0 x = Dus m : x = 6 x = 6 b x = ❷ = = in❷ x = x = Dus S(, ) c S is het middelpunt van de omgeschreven cirkel van driehoek ABC P ( x, ) op mll n d ( P, B) = d ( P, C ) ( x 7) ( ) = ( x ) ( ) ( x 7) ( ) = ( x ) ( ) x x = x x 0 x = Dus n : x =

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / a b c d 6a 6b 6c P ( x, ) op m d ( P, A) = d ( P, B) P ( x, ) op n d ( P, A) = d ( P, C ) ( x ) ( ) = ( x 7) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) ( x ) ( ) = ( x 7) ( ) x x 6 = x x 6x 8 = 0 Dus m : x = ( x ) ( ) = ( x ) ( ) x x 6 = x x 8 6 Dus n : x = 0 x = x = 0❷ = = in x = x = x = Dus het middelpunt van de omcirkel is M(, ) De straal r van de omcirkel van driehoek ABC is d ( M, A) = ( ) ( ) = = 6 = = Alle punten met afstand tot M liggen op de cirkel met middelpunt M en straal Dus d ( P, M) = ( x ) ( ) = ( x ) ( ) = ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = r door (0, 0) ( x ) ( ) = r 6 = r r = 7 Dus ( x ) ( ) = 7 ( x ) ( ) = is een vergelijking van de cirkel met middelpunt M(, ) en straal r = ( x ) ( ) = r door (, ) ( ) ( ) = r = r r = 6 Dus ( x ) ( ) = 6 ( x ) ( ) = r (maak een schets) door (, 0) r = Dus ( x ) ( ) = B( x, ) op de middelloodl m van PQ d ( B, P ) = d ( B, Q) B( x, ) op de middelloodl n van PR d ( B, P ) = d ( B, R ) ( x ) ( ) = ( x 7) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( 6) ( x ) ( ) = ( x 7) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( 6) x x = x x x x = x 6x 6 x = 8 Dus m: x = x 8 = 0 Dus n : x = 0 ❷ Nu in ❷ = 0 = 6 = M = B(, ) en r = d ( B, P ) = ( ) ( ) = = 0 Dit geeft ( x ) ( ) = 0 7a A(, 0) en B(0, ) AB = ( 0) (0 ) = 6 = 0 = = = 7b OA OB = O ( OAB) AB OC = O ( OAB) OA OB = AB OC = OC OC = = = = = 8 l k x = c xp P xp P = c❷ Nu ❷ in l : x = P ( xp, P ) op l Neem bijvoorbeeld k: x = of k: x = l k l : x = c 0 = c = c P (0, ) op l Dus l : x = d ( P, k ) = d ( O, k ) d ( O, B) = = = 6 0 6 De formule geeft d ( P, k ) = = = = 6 De gegeven formule klopt dus bij dit voorbeeld A O P k 0 P ( x, ) op een bissectrice van k en l geeft d ( P, k ) = d ( P, l ) x x 6 = x = x 6 x = x 6 x = (x 6) x = 6 x = x 6 x = 6 7x 7 = 8 Dus m: x = 6 en n: 7x 7 = 8 l

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / a P (0, ) ligt op k : x = (want 0 = ) 0 8 0 8 0 d ( k, l ) = d ( P, l ) = = = = 0 = b P ( x, ) op de middenparallel van k en l geeft d ( P, k ) = d ( P, l ) x x 8 = x = x 8 x = x 8 x = (x 8) 0 = 0 x = x 8 geen opl 6x 8 = Dus m: x = MAKKELIJKER: De middenparallel van k: x = en l : x = 8 is m: x = 8, dus m: x = a P ( x, ) op afstand van k geeft d ( P, k ) = x x = = x = 0 x = 0 x = 0 x = x = Dus l : x = en m: x = b P ( x, ) op afstand van k geeft d ( P, k ) = x x = = x = x = x = x = 7 x = P op de x -as ( = 0) geeft de punten (, 0) en (, 0) a : x C (,) AB = of x = 6 8 6 d ( C, AB) = = = 6 b rc 0 BC = = en rc 6 BC rcad = rc AD = A(0, 8) = x 8 Dus AD: 8 = ( x 0) of = x 8 ( 6) BC : 0 = ( x 6) ofwel = x 7 D AD en BC snijden geeft x 8 = x 7 ( ) x 80 = x 86 6x = x = en = 8 = 7 6 6 6 B(6, 0) Dus D(, 7 ) 6 6 8x = 8 c P ( x, ) op een bissectrice van hoek B geeft d ( P, BA) = d ( P, BC ) C (,) BA: x = en BC : = x 7 ofwel x = 7 x x 7 d ( P, BA) = d ( P, BC ) = E ( ) ( ) A(0, 8) x x 7 x x 7 = = 6 x = x 7 (x ) = (x 7) (x ) = (x 7) x = 60x 60 x = 60x 60 8x 6 = 8 x = 67 x 8 = 6 (snijdt lijnstuk AC niet) 8x = 8 (deze zoeken we) x 8 = 6 AC : 8 = 8 ( x 0) ofwel AC : = x 8 0 B(6, 0) AC snijden met 8x = 8 geeft 8x x 8 = 8 x = 0 x = 0 = 0 en = 0 8 = Dus E ( 0, ) a Vanuit A 6 naar rechts en omhoog heeft dezelfde richting als de richting van A naar B b Vanuit A 600 naar rechts en 00 omhoog heeft dezelfde richting als de richting van A naar B Dus ja Vanuit A 0 naar links en 0 omlaag heeft ook dezelfde richting als de richting van A naar B Dus ja a b r k = : n k = k x = c Het punt (, ) ligt op k = c c = 7 Dus k: x = 7 r l = : n l = = l x = c Het punt (0, ) ligt op l 0 = c c = 6 Dus l : x = 6

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 6/ 6a 6b k: x = n k = r k Het punt (0, ) ligt op k k: x λ λ = = = l : x 7 = 0 n 7 l = 7 r l Het punt (0, 0) ligt op l l : x 7 λ λ = = = 7a 7b k: x = λ = 7 λ r k = nk = l k n l = l : x = c 7 = c = = c Dus l : x = P (, 7) op l 7 m evenwijdig met n: 7x = met nn = r m = rn = 7 x P (, 7) op m m: = λ 7 7 8 k: x = snijden met m: x = λ = λ λ ( λ) = λ = λ = λ = λ = invullen in de parametervoorstelling van m geeft x = = = = snijpunt (, ) l : x = λ = λ rl = nl = l : x = c = c = 8 = c Dus l : x = 8 (, ) op l x 7 x 8 x P ( x, ) op een bissectrice van k en l geeft d ( P, k ) = d ( P, l ) = 7 x = 8 0 0 x 7 = x 8 x 7 = x 8 x 7 = x 8 x = x = ❸ x = x = x = ❷ x = ❷ 7 = = in x = x = x = 7 7 7 x = ❹ x = ❷ = in❷ x = x = x = De snijpunten zijn (, ) en (, ) 7 0a Vanuit A(0, ) naar P (, 0) ga je naar rechts en omlaag PQ AP en PQ = AP vanuit P (, 0) ga je naar rechts en omhoog Dus Q(, ) 0b Vanuit A(0, ) naar P (, 0) ga je naar rechts en omlaag PQ AP en PQ = AP vanuit P (, 0) ga je naar rechts en omhoog Dus Q(6, ) 0c Vanuit A(0, ) naar P (8, 0) ga je 8 naar rechts en omlaag PQ AP en PQ = AP vanuit P (8, 0) ga je naar rechts en omhoog Dus Q(0, ) 0d x De lijn door (, ) en (6, ) heeft als parametervoorstelling = λ x 0 Het punt (0, ) ligt op = λ, want = Q ' Q Stel P (0, λ) O = Q ' = 0 A P = 0 A P PQ ' Q AOP (hh) = P P = 0 PQ ' Q AOP en PQ = AP PQ ' = OA = 6 = en QQ ' = OP = λ 0 Dus Q( λ, λ) Q ligt op de lijn met s = en r n = = Een vergelijking van de lijn is x = 8 (want 0 = 8) P λ O A

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 7/ Stel P (6 λ, 0), dan is Q(0, λ) Het midden M van PQ is dan ( 6 λ 0, 0 λ) = ( λ, λ) M ligt op de lijn met s = en r n Dus een vergelijking van de lijn is x = = = (want = ) Stel P ( λ, 0) OP = λ en OQ = λ 6 x = λ x Q = λ = λ en 0 Q( x, x ) OQ = x ( x ) = x x = x = x λ λ 0 0 λ Het midden M van PQ is dan (, ) ( λ, Q = x Q = λ = λ = λ 0 0 = λ) 0 0 M ligt op lijn met s = en r n Dus e 0 = = en vergelijking van de lijn: x = 0 (want 0 0 = 0) Stel P ( λ, λ) P ' = Q ' = 0 P A = 0 A P AP ' P PQ ' Q (hh) = P P = 0 PQ ' Q AOP en PQ = AP PQ ' = ( λ) en QQ ' = λ x ' ' 8 8 en ' ' Q = P Q = λ λ = λ Q = OP Q Q = λ λ = λ 8 Dus Q op een lijn met s = en r 0 = n = (want 8 0 Een vergelijking van de lijn is x = 0 = = ) P ' A P Q Q ' = x ( x ) ( ) = (haakjes wegwerken) x 6x = (op nul herleiden) x 6x = 0 6 x b = 0 x ( b) b = 0 x ( b) = b Dit stelt een cirkel voor als b 0 b b b Dus b b 7a 7b 7c 0 0 a 0 b 0 = 0 klopt x ax b = 0 door A(0, 0) 00 0 0a 0b = 0 0a = 00 a = 0 x ax b = 0 door B(, 6) 6 6 a 6b = 0 a 6b = a b = 6 a = 0 0 b = 6 b = 6 b = a b = 6 Dus x 0x = 0 ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = 6 Dus een cirkel met M (, ) (en r = 6) x ax b = 0 met a = b ( a > 0 en b > 0) x bx b = 0 ( x b) b ( b) b = 0 ( x b) ( ) = b ( = = r ) b = b = b = b = ( < 0 dus voldoet niet) b = (voldoet) Dus M( b, b) = M(, ) 8a 8b x ax 6 = 0 ( x a) a ( ) 6 6 = 0 ( x a) ( ) = a Dit stelt een cirkel voor als a a 00 a a Dus a a a 0 a 0 a Dit geldt voor elke waarde van a Dus x ax 6 = 0 stelt voor elke a een cirkel voor 8c ( a, ) op k geeft a = 0 a = 0 a = a = 6

a 0a a b c d G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 8/ x x 6 = 0 ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = 7 Dus M(, ) en r = 7 AM = = < 7 A ligt binnen de cirkel 8 6 8 6 = = = = 0 0 = x = 8 ( ) = en = x = 8 ( ) = x x = 0 ( x ) = 0 ( x ) ( 0) = M(, 0) 0 0 0 = 0 klopt Dus O(0, 0) ligt op de cirkel Substitutie van = ax in x x = 0 geeft x x ( ax ) = 0 x x a x = 0 ( a ) x x = 0 ( ) x ( a ) x = 0 x = 0 x = a x = 0 = a 0 = 0 (snijpunt O ) en x = = a = a (snijpunt A) a a a a = geeft x 6 A = = = = = ( ) en 8 ( 6, 8 A = = = = = A ) ( ) a 0 = a( x ) geeft = ax a b c d Substitutie van = ax a in x = geeft x ( ax a) = x a x a x a = ( a ) x a x a = 0 met D = ( a ) ( a ) ( a ) = a ( a ) = ( ) a a x = = = x = a = a = a ( a ) ( a ) ( a ) a a x = = 0 en x = a = a a a = a a a a = a a a a = a a a a a a a b x = x = invullen in ( x ) ( ) = 0 ( ) ( ) = 0 ( ) ( ) = 0 0b = 0 8 = 0 met D = ( 8) = 6 a a S a a = geeft het snijpunt S met x S = = = = en = = = = a Er geldt: ( ) ( ) = ofwel = Je krijgt het Pthagoreïsch drietal (,, ) 6 a 7 S 7 6 a 6 P ( λ, 6 λ) op k PM = ( λ ) (6 λ ) = ( λ ) ( λ) PM < 7 ( λ ) ( λ) < 7 λ λ 6λ λ < 7 λ λ < 0 λ λ < 0 ( λ )( λ ) < 0 < λ < 6x = = x invullen geeft x ( x ) 8x ( x ) 0 = 0 x x x 68 8x x 0 = 0 6 x x = 0 6 x 7x = 0 D = ( 7) = 086 D = 0 x = 7 0 = x = 7 0 = 0 0 x = = = 7 en x = = = a = geeft x 6 6 A = = = = = a = geeft x a S = = = 6 = en = = = 6 = 8 a 6 7 7 7 7 8 Er geldt: ( ) ( ) = ofwel 8 = 7 Je krijgt het Pthagoreïsch drietal (, 8, 7) 7 7 = ofwel ( ) ( ) = Dus a = a = (**) a a a = a = a 8a = 8 a = a = (voldoet niet aan **) a = (voldoet) a e f ( ) ( ) 6 6 6 6 en 6 8 A = = = = = De snijpunten zijn A( 6, 8) en O (0, 0) x 0 0 P = geeft = a 0a 0 = 0a = a = = 0 a = a = Verder geldt: (omdat P onder de x -as) a P < < < a Dus a = voldoet en a = voldoet niet Een vergelijking van de lijn is = x 0 0 a 0 (omdat a > 0)

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / e 708 = ofwel ( 708 ) ( ) = Dus a = 708 a = (**) a a a 708 = 708a 708 = a 6a = a = a = ± a 6 Dus a = (de andere oplossing voldoet niet aan **) a Substitutie van = x in x = 0 geeft x (x ) = 0 x x 0x = 0 x 0x = 0 x x = 0 ( x )( x ) = 0 x = x = x = = = en x = = = b Substitutie van = x in x = 0 geeft x (x ) = 0 x x 0 x 0 = 0 x 0 x 0 = 0 x x 8 = 0 D = ( ) 8 = = 0 Omdat D = 0 is er één oplossing De lijn en de cirkel hebben één punt gemeenschappelijk, dus de lijn raakt de cirkel a m: 0 = ( x 0) m: = x b Stel l : 0 = a( x 0) ofwel = ax 0 a Substitutie van = x in x = 0 geeft Substitutie in x = 0 geeft x ( x ) = 0 x ( ax 0 a) = 0 x x = 0 x a x 0a x 00a = 0 0 ( a ) x 0a x 00a 0 = 0 x = 0 Raken, dus D = 0 x = D = ( 0 a ) ( a ) (00a 0) x = x = = 00a (00a 0a 00a 0) x = = = en = 00a 00a 60a 0 = 60a 0 x = = = D = 0 60a = 0 a = a = ± De raakpunten zijn A(, ) en B(, ) k m door A(, ) k: = x 0 Dus l 0 0 : = x en l : = x k m door B(, ) k: = x 0 x Raaklijn in (raakpunt) (, ) aan met A A x k A x A A A x = r roa = n A OA r k x n = = A k = A k: xa x A = c x door (, ) A A c A x A = A c = r De raaklijn is dus xa x A = r A( xa, A) op x = r xa A = r 6a k: x = 6b 6d Van de cirkel is M(0, 0) en r = Stel l : = x b, dus l : x b = 0 Raken, dus d ( M, l ) = r 0 0 b b = = ( ) ( ) b = = 6 = b = 6 b = 6 Dus l : = x 6 en l : = x 6 Stel n: = a( x ), dus ax a = 0 Raken, dus d ( M, n) = r 0 0 a a = = a ( ) a a = a (kwadrateren) 6c Stel m: 0 = a( x ), dus m: ax a = 0 Raken, dus d ( M, m) = r a 0 0 a = = a ( ) a a = a (kwadrateren) 6 a = a a = a = a = a = Dus m : = ( x ) en m : = ( x ) a 0a = a a 0a = 0 6a a 6 = 0 D = 6 6 = 6 D = a = = 8 = a = = 8 = Dus n : = ( x ) en n : = ( x )

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 0/ 7a k: x = 7 7c 7b Van de cirkel is M(0, 0) en r = 7 m loodrecht op l : x = dus m: x = c Raken, dus d ( M, m) = r 0 0 c c = 7 = 7 7 c = c = 7 c = 7 c = 7 Dus m: x = 7 en m: x = 7 Stel n: 7 = a( x 0), dus ax 7 = 0 Raken, dus d ( M, n) = r 0 0 7 7 = 7 = 7 a ( ) a 7 = 7a 7 (kwadrateren) 7 7 = 7a 7 7 = a a = 6 a = a = Dus n: x 7 = 0 en n: x 7 = 0 8a 8b 8c Voor k geldt k: xa x A = r, dus x = Voor l geldt l : xb x B = r, dus x = x = x = 0 x = ❷ x = ❷ = = in x 0 = x = x = Dus P (, ) r AB = nab = Controle: AB: x = c = c c = Dus AB: x = door A(, ) ❸ m: xp x P = r m: x = m: x = Dus lijn m is lijn AB Een voorkeur is persoonlijk Zorg dat je beide methoden beheerst 60a 60b 60c 6a 6b translatie ( xm, M ) c: ( x xm ) ( M ) = r ( x xm xm ) ( M M ) = r dus c: x = r translatie ( xm, M ) P ( xp, P ) P '( xp xm, P M ) Poollijn van P ' ten opzichte van c is k: ( xp xm ) x ( P M ) = r translatie ( xm, M ) k: ( xp xm ) x ( P M ) = r l : ( xp xm ) ( x xm ) ( P M ) ( M ) = r (poollijn van P ' ten opzichte van c ) (poollijn van P ten opzichte van c ) l : ( x x ) ( ) ( ) ( ) P xm P x M x x M P M M = r n l =, dus P r M = PM PM l De poollijn van A(, 8) tov c: x = 0 is x 8 = 0 x 8 = 0 x = 0 ❸ Nu ❸ invullen in ❷ (0 ) = 0 x = 0❷ x = 0❷ 00 0 = 0 0 60 = 0 8 = 0 ( )( 6) = 0 = = 6 = in❸ x = 0 = 6 met raaklijn in (6, ) de lijn 6x = 0 of x = 0 = 6 in x = 0 6 = met raaklijn in (, 6) de lijn x 6 = 0 of x = 0 ❸ x x = 0 ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = De poollijn van B(, ) tov c: ( x ) ( ) = is ( )( x ) ( )( ) = x = x = 6 Nu ❸ invullen in ❷ ( 6) ( 6) = 0 x = 6 x = 6❸ 6 6 = 0 x x = 0❷ x x = 0❷ 0 0 60 = 0 6 = 0 ( )( ) = 0 = = ❸ = in x = 6 = 0 met raaklijn in (poollijn van) (0, ) de lijn (0 )( x ) ( )( ) = dus x = of x = = in❸ x = 6 = met raaklijn in (poollijn van) (, ) de lijn ( )( x ) ( )( ) = dus x =

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / 6a k: = x x = x = 0 6b De poollijn van P ( xp, P ) tov c: x = 0 is xp x P = 0 Als k: x = 0 de poollijn is van P tov c: x = 0, dan is P (, ) 6c Poollijn l : = x x = x = 0 Dus pool Q(, ) 6a 6b 6c 6a 6b De poollijn van A( r, 0) tov c: x = r is rx 0 = r Dus rx = r x = r x = r Nu in ( ) ❷ r = r r = r = r = ± r = ± r x = r ❷ De raaklijn in ( r, r ) is de lijn rx r = r ofwel x = r De raaklijn in ( r, r ) is de lijn rx r = r ofwel x = r De poollijn van B(0, r) tov c: x = r is 0x r = r Dus r = r = r = r Nu in ( ) ❷ x r = r x r = r x = r x = ± r = ± r 6 6 6 x = r ❷ De raaklijn in ( r, r) is de lijn rx r = r ofwel x = r De raaklijn in ( r, r) is de lijn rx r = r ofwel x = r De poollijn van C ( r, r) tov c: x = r is rx r = r Dus x = r x = r Nu in ❷ ( r ) = r r r = r r = 0 ( r) = 0 x r = ❷ = 0 in x = r 0 = r en de raaklijn in ( r, 0) is de lijn rx 0 = r ofwel x = r = r in x = r r = r en de raaklijn in ( r, r) is de lijn rx r = r ofwel x = r x 8x 6 0 = 0 Nu in ❷ ( ) ( ) = ( x ) 6 ( ) 0 = 0 6 = 6 ( x ) ( ) = 7 = 0 6 De poollijn van O(0, 0) tov c: ( x ) ( ) = is 0 80 = 0 (0 )( x ) (0 )( ) = x 6 = 6 = 0 x = 0 D = ( ) 6 = 6 D = 6 x = 0 = 6 = in x = = = x = 0 6 = = in x = = = 0 ( x ) ( ) = ❷ Raaklijn in (, ) (door pool O ) is ( )( x ) ( )( ) = x 8 = x = 0 Raaklijn in (, ) (door pool O ) is ( )( x ) ( )( ) = x 8 6 = x = 0 De poollijn van A(, 0) tov c: ( x ) ( ) = is Nu in ❷ ( ) ( ) = ( )( x ) (0 )( ) = 6 6 = x = 0 0 0 = 0 x = 8 x = 8 = 0 x = 8 ( )( ) = 0 = in x = 8 = ( x ) ( ) = ❷ = in x = 8 = Raaklijn in (, ) is ( )( x ) ( )( ) = x 8 = x = 6 x = 6 Raaklijn in (, ) is ( )( x ) ( )( ) = x 6 = x = 6a 6b x 0x = 0 De poollijn van A( 6, ) tov c: ( x ) ( ) = is ( x ) ( ) = 0 ( 6 )( x ) ( )( ) = x = ( x ) ( ) = x = 6 ofwel poollijn p: x = 6 De raaklijn k in (poollijn van) B(8, 6) is (8 )( x ) (6 )( ) = x 8 = k: x = 8

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / k: x = 8 snijdt de -as ( x = 0) in C (0, ) De poollijn van C (0, ) is (0 )( x ) ( )( ) = x 0 0 = p: x = 0 x = Nu in ❷ ( ) ( ) = ( x ) ( ) = ❷ 6 8 = 0 60 = 0 8 = 0 ( 6)( ) = 0 = 6 in geeft x = 6 = 8 wat hoort bij B(8, 6) en = in geeft x = = 0 Dus D(, 0) 66a 66b 66c x 6x = 0 ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = Dus M (, ) (en r = ) PM = ( ) ( ) = 6 = = PM r = ( ) = = 0 6 = 0 De uitkomsten zijn gelijk 66d x ax b c = 0 ( x a) a ( b) b c = 0 ( x a) ( b) = a b c Dus M( a, b) (en r = a b c ) PM r = ( ( xp a) ( ) ) ( ) P b a b c = ( xp a) ( ) P b a b c x = P axp a P bp b a b c = xp P axp bp c 67a 67b 68 Voor r van c geldt: r = ( ) 8 0 = 8 8 0 = Dus c: ( x ) ( ) = Voor r van c geldt: r = (6 ) ( ) = = 7 Dus c: ( x 6) ( ) = 7 c: x 8x = 0 c: ( x ) 6 ( ) = 0 c: ( x ) ( ) = M(, ) en r = Voor r van de cirkel c met middelpunt M(, ) die c loodrecht snijdt, geldt: r = 8 = 6 = r = Dus cirkel c is cirkel c cirkel c en cirkel c snijden elkaar loodrecht 6a P op de x -as ( = 0) stel P ( λ, 0) P ( λ, 0) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c: ( λ ) (0 ) 0 = ( λ 7) (0 ) λ λ 0 = λ λ 6λ = λ = Dus P (, 0) 6b P op x = 6 stel P ( λ, 6 λ) P ( λ, 6 λ) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c : λ (6 λ) 8 = λ (6 λ) λ λ 6 λ λ 8 = λ 6 λ λ λ λ = λ = Dus P (, ) 70a 70b 70c c: x x 8 0 = 0 c: ( x ) ( ) 0 = 0 c: ( x ) ( ) = M(, ) Voor r van de cirkel c met middelpunt M(, ) die c loodrecht snijdt, geldt: r = ( ) ( ) 6 = 6 8 = Dus c: ( x ) ( ) = c: x 6x = 0 c: ( x ) ( ) = 0 c: ( x ) ( ) = M(, ) De lijn door M (, ) en M(, ) heeft als vergelijking: = ( x ) ofwel = ( x ) ofwel = x P op = x stel P ( λ, λ ) P ( λ, λ ) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c: λ ( λ ) 6λ ( λ ) = λ ( λ ) λ 8( λ ) 0 6λ λ = λ 8λ 6 0 0λ = λ = = Dus P (, ) 0 P ( x, ) heeft macht 0 tov c x 6x = 0

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / 7 Stel c: ( x xm ) ( M ) = r en c: ( x xm ) ( M ) = r met r r P ( xp, P ) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c: ( xp xm ) ( P M ) r = ( xp xm ) ( P M ) r r = r r = r in tegenspraak met de veronderstelling 7a P ( xp, P ) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c: xp P = xp P 8xP 8P 0 8xP 8P = xp P = 7 7b Uit x 7 volgt dat op de lijn 7 ofwel 7 P P = P x = = x ligt 7c P ( xp, P ) heeft gelijke machten ten opzichte van c en c: xp P axp bp c = xp P pxp qp r axp bp c = pxp qp r axp pxp bp qp c r = 0 ( a p) xp ( b q) P c r = 0 Dus P op de lijn ( a p) x ( b q) c r = 0 7 De machtlijn k van c en c is k: x = en de raaklijn in A(, ) aan c is l : x = x = x = x = ❷ x = 0❸ 8 = = in❷ x = x = 8 60 Dus M(, ) en r = ( ) ( ) = Dit geeft c 8 8 6 : ( x ) ( ) = 60 8 6 7 De machtlijn k van c en c is k: 8x 6 = 0 ofwel x = x = invullen in c : x = geeft ( ) = = 6 = 0 6 60 0 = 0 = 0 met D = ( ) = 80 = 6 D = 8 = 8 = in x = = = Dit geeft het snijpunt (, ) 0 = 8 = in x = = = = Dit geeft het snijpunt (, ) 0 0 0 a p 7 De machtlijn van en is : ( ) ( ) 0 ofwel c r a p k c c k a p x b q c r = = x met rc k = b q b q b q c: x ax b c = 0 en c: x px q r = 0 c: ( x a) a ( b) b c = 0 c : ( x p) p ( q) q c = 0 c : ( x a) ( b) = a b c c : ( x p) ( q) = p q r Dus M( a, b) (en r = a b c ) Dus M (en ( p, q) r = p q r ) q b q b b q De lijn door M en M heeft richtingscoëfficiënt rc M M = = = p a p a a p a p b q Nu is rck rcm Hieruit volgt dat M = = k M M b q a p 76 De machtlijn k van c en c is k: x 6 = 0 ofwel = x Stel P ( λ, λ ) heeft macht 6 tov c (en c) : λ ( λ ) = 6 λ λ 0λ = 6 λ 0λ = 0 λ λ = 0 ( λ )( λ ) = 0 λ = λ = Dus A(, ) en B(, )

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / 77a c: ( x ) ( ) = c: ( x 8) ( ) = 8 c: x x = c: x 6x 6 = 8 c: x x = 0 c: x 6x 60 = 0 De machtlijn k van c en c is k: x 6 60 = 0 ofwel = x 0 77b Stel P ( λ, λ 0) heeft macht 8 tov c (en c) : ( λ ) (λ ) = 8 λ λ λ λ 8 = 0 λ 8λ = 0 met D = ( 8) = 6 D = 8 x = λ = 8 8 =, 6 =, 6 0 =, Dit geeft het snijpunt A(, 6;, ) 0 x = λ = 8 8 = in = 0 = Dit geeft het snijpunt B(, ) 0 77c P ( λ, λ 0) heeft gelijke machten (dus P moet op de machtlijn liggen) tov c (en c) : De macht van P tov c is ( λ ) (λ ) = λ λ λ λ = λ 8λ 0 d = λ 8λ 0 is minimaal als = 0 0λ 8 = 0 0λ = 8 λ =, 8 dλ Dus P (, 8; 0, ) 78a AB = BC = ABM = C = 0 ABM BCN (ZHZ) BM = CN = ABM BCN AMB = BNC BSM BCN (hh) SBM = NBC 78b AM = AB BM = = 6 = 0 AM = 0 = = SM BM SM BSM BCN (zie 78a) = = SM = SM = = = = = CN BN 78c AS = AM SM = = 8 Dus AS : SM = 8 : = ( ) : = : 7 Bij een vergroting met factor k ( k > 0) worden alle lengtes met k vermenigvuldigd, dus blijft DS = AD 80 Zie de figuur hiernaast P is het snijpunt van AM en BN D N C AM: = x en BN : = x Q Los op x = x x = x = 6 x = 6 P ( 6, ) R Q is het snijpunt van AN en DP R is het snijpunt van AC en DP M AN : = x en AC : = x en DP: = 6 x P 6 DP: = x = 0 x 6 Los op x = 6 x 0 6 6 B Los op x = 6 A x x = 6 6 x = Midden tussen P ( 6, ) en Q( 6, 6) ligt x = 6 = = 6 6 x 6 6 x = 7 (, ) = ( 8, 6) R( 6, 8) x = = 6 Q( 6, 6 6 8 7 7 ) Dus R(, ) 7 7 Dus R is niet het midden van PQ 8a H ligt op OC xh = 0 8b Voor de middelloodlijn m van AB geldt m: x = a b H ligt op de hoogtelijn h door B Voor de middelloodlijn m van AC geldt rc a m = c Omdat h AC is rch rcac = met rc c rc c rc a m gaat door het midden ( a, c ) van AC AC = h = h = a a c h: = a m x p : c = a x c q c 0 = a b p p ab door B( b, 0) c = = a a q q = c a = c a c door ( a, c ) c c c x 0 ab Dus (0, ab H = H = H ) x a b a a b c a Dus ( a b, ab c ) c c M = M = c M c c 8c De zwaartelijn z 0 gaat door C (0, c) geldt ( a b, 0) van AB z : c = c ( x 0) = c x c 0 a b a b c 0 a b De zwaartelijn z gaat door B( b, 0) geldt ( a, c ) van AC z : 0 = ( x b) = c ( x b) a b ( ) ( ) ( ) Los op c bc c c c bc c a b c a b x = x c x = c x = ac bc bc a b a b a b a b a b a b ( a b)( a b) a b

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / 8d ac bc ac bc x = ac bc ( a b)( a b) a b ac bc x = ac bc ( a b)( a b) a b ( ac bc) x = ac bc ( a b)( a b) a b ac bc ( a b) ( a b) x = = a b a b ( ac bc) x a b in c a b = = c = c c = c = c Dus Z ( a b, c ) a b xa xb xc A B C Algemeen geldt: het zwaartepunt van ABC is Z (, ) We weten: M( a b, ab c ), H (0, ab ) en Z ( a b, c ) c c c ab c a b 0 HZ : ab = ( x 0) ab = c ab x = c ab x ab c c c( a b) c( a b) c Nu nog controleren of M( a b, ab c ) hierop ligt c? ab c c ab a b?? = ab ab c = c ab ab ab c = c ab klopt c c ( a b) c c c c c c 8 Zie Theorie B op blz 8a Assenstel met A( d, 0) en B( d, 0) (gebruik de figuur uit het voorbeeld op blz in het boek) P op de cirkel ( x d ) = r en op de cirkel ( x d ) = ( kr ) x dx d = r x dx d = k r dx = r k r = ( k ) r r = dx in k De cirkel x dx d = dx ofwel x d ( d ) x d = 0 k k 8b Assenstel met A( d, 0) en B( d, 0) P op de cirkel ( x d ) = r en op de cirkel ( x d ) = r x dx d = r x dx d = r dx = 0 ( d 0) x = 0 (de -as en geen cirkel) Dus de punten P liggen op de middelloodlijn van AB 8a 8b 8c C ligt op m: x = en op = ax Dus C (, a) D ligt op c: ( x ) = en op = ax ( x ) a x = x x a x = ( a ) x x = 0 ( ) x ( a ) x = 0 x = 0 met = 0 A(0, 0) x = met = a Dus D(, a ) a a a a ( a ) Er geldt x ofwel a C xe = xd xc xe = xc xd = = = a a a a ( ) Ook geldt ofwel a a a a a Dus ( a, a C E = D C E = C D = a = = E ) a a a a a a a 0 a a a a a ( a ) a BE : 0 = ( x ) = ( x ) = ( x ) = a x a BE snijdt m in F xf = en F = a a = a Dus F (, a ) We weten nu M(, 0), C (, a), F (, a ) en B(, 0) MC = a, MF = a en MB = Er geldt: MC = a en MF MB = a = a Dus MC = MF MB

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 6/ Diagnostische toets Da ( x, ) = (, ) voldoet aan px = p p = p p = p p = 6 p = Db Dc Dd px = p evenwijdig met p x = 0 (zet x, en = netjes onder elkaar) = p = px = p evenwijdig met x x = ofwel p = p = p = x = 60 px = p of = px p evenwijdig met x -as ( = 0) of = 0x p = 0 p = 0 Da x p = 6 evenwijdig met p px ( p 6) = p = p = p 8 p p 8 = 0 ( p 6)( p ) = 0 p = 6 p = p p 6 Db kp: x p = 6 lp: px ( p 6) = p Dc kp: x p = 6 kp: p = x 6 lp: ( p 6) = px p p = 6 x = 0 (de -as) 6 p p kp: = x lp: = x lp: px ( p 6) = p p p p 6 p 6 ( p 6) = p ❷ x = 0 (de -as) kp lp rck rc p l = 6 p p = 6 = ❸ p p = p p 6 ( p 6) = p ❷ ( p 6) = p ❷ p = ❸ in ❷ geeft: ( p 6) 6 = p ( p 0) p p( p 6) p = p( p 6) ( p 6) 6 = p( p ) ( p 0) p = p 6p 6p 6 = p p ( p 0) p p = 0 p p 6 = 0 ( p 0) p( p ) = 0 D = ( ) 6 = 60 D = 60 = 6 0 = 0 p = 0 p = 0 0 p = = 0 p = = 0 Da Db Cirkel met middelpunt A(, ) geeft ( x ) ( ) = r Deze cirkel gaat door B(, ) ( ) ( ) = r r = 6 = 6 = 0 De vergelijking van de cirkel met middelpunt A(, ) door B(, ) is ( x ) ( ) = 0 M op mll m van A en B d ( M, A) = d ( M, B) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) ( x ) ( ) = ( x ) ( ) x x = x 8x 6 0 x = 6 Dus m: x = De straal r = d ( M, A) = MA = ( ) ( ) = = = 0 M op mll n van A en C d ( M, A) = d ( M, C ) ( x ) ( ) = ( x 6) ( ) ( x ) ( ) = ( x 6) ( ) x x = x x 6 6 8x 8 = 0 Dus n: x = x = x = ❷ = = in x = x = Dus het middelpunt M van de omcirkel van ABC is M(, ) Dc ( ) ❷ Het midden van lijnstuk AB is N, = N (, ) De straal r = d ( N, A) = NA = ( ) ( ) = = = 0 De vergelijking van de cirkel met middelpunt N (, ) en straal r = NA is ( x ) ( ) = 0 Da Db P ( x, ) op een bissectrice van k en l geeft d ( P, k ) = d ( P, l ) x 6 x 0 = x 6 = x 0 x 6 = x 0 x 6 = ( x 0) x = x 6 = x 0 Dus m: x = en n: x = 6 P (0, ) (punten op de -as) op afstand van k geeft d ( P, k ) = 0 6 = 6 = 6 = ± = 6 ± = ± Dit geeft de punten (0, ) en (0, )

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 7/ Da De vergelijking van BC is x = Dus d ( A, BC ) = x A = = Db AB: = ( x ) ofwel = ( x ) ofwel = x ofwel x = 0 ofwel x = 0 P ( x, 0) (punten op de x -as) met d ( P, AB) = d ( P, BC ) x 0 x = x = x x = ( x ) x = ( x ) x = x x = x ( ) x = ( ) x = 0 0 0 0 x = = = = = x = = = = = Dit geeft de punten (, 0) en (, 0) D6a D6b D7 D8a D8b x 6 k: x = gaat door (6, 0) en heeft n = r Dus λ 0 = = l : x = λ = λ gaat door (, ) en heeft r = n Dus l : x 7 ( ) = = Stel P ( λ, 0) OP = λ en OQ = λ x = λ x Q = λ = λ en Q( x, x ) OQ = x ( x ) = x x = x = x 6 6 λ λ 0 λ Q = x Het midden M van PQ is dan (, ) ( Q = λ = λ = λ = λ, λ) 0 0 0 M ligt op lijn met s = en r n Dus 0 = = een vergelijking van de lijn: x = 0 (want 0 0 = 0) x ax = 0 a 0 ( x a) a ( ) = 0 a ( x a) ( ) = a a 6 Dit stelt een cirkel voor als a 6 Dus a 6 a 6 ( x a) ( ) = a, dus middelpunt M( a, ) l : x = a = a 6 = a = a = M( a, ) op l Als M op l ligt, dan is a = en dat kan niet omdat x ax = 0 alleen een cirkel voorstelt voor a 6 a 6 (zie D8a) Da k: x = 0 of k: x = 0 Dc Db Dd Van de cirkel is M(0, 0) en r = 0 Stel l : = x b, dus l : x b = 0 Raken, dus d ( M, l ) = r 0 0 b b = 0 = 0 ( ) 0 b = 0 b = 0 b = 0 Dus l : = x 0 en l : = x 0 Van de cirkel is M(0, 0) en r = 0 p loodrecht op m: x = 0 dus p: x = c Raken, dus d ( M, p) = r 0 0 c c = 0 = 0 ( ) 0 c = c = 0 c = 0 c = 0 Dus p: x = 0 en p: x = 0 Stel n: = a( x ), dus ax a = 0 Raken, dus d ( M, n) = r 0 0 a a = 0 = 0 a ( ) a a = 0a 0 (kwadrateren) 6a 6a = 0a 0 6a 6a 6 = 0 a 8a = 0 D = ( 8) = 6 6 = 00 D = 0 a = 8 0 = = a = 8 0 = 8 = 6 6 6 6 Dus n 0 : x = 0 en n : x 0 = 0 D0a x 6x = 0 ( x ) ( ) = 0 ( x ) ( ) = De poollijn p van (, ) ten opzichte van de cirkel is p: ( )( x ) ( )( ) = p: 6x 8 = p: 6x =

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 8/ D0b De poollijn p van (, ) ten opzichte van de cirkel is p: ( )( x ) ( )( ) = uitgeschreven p: x 0 = of p: x = 0 = x x 6x = 0❷ in❷ 0 = 0 6 6 = 0 ( ) = 0 = 0 = = 0 x = 0 De raaklijn in (0, 0) is (0 )( x ) (0 )( ) = x =, dus x = 0 = x = De raaklijn in (, ) is ( )( x ) ( )( ) = x 6 6 =, dus x = Da Db Voor r van c geldt: r = ( ) ( ) 6 8 = 6 = Dus c: ( x ) ( ) = ( λ) ( λ) 6( λ) 8( λ) = λ λ 6 8λ λ 8 λ 8λ = λ = 0 λ = λ = λ = De punten zijn (, = ) en (, = ) D De machtlijn van c en c is m: x x = ( x ) ( ) m: x x = x 8x 6 m: x 6 = 0 ofwel x = (de machtlijn gaat door de snijpunten van de cirkels) x = Nu in ❷ ( ) ( ) = 0 x x = 0❷ 8 6 6 = 0 = 0 ( ) = 0 = 0 = = 0 x = en = x = De snijpunten zijn (, 0) en (, ) D Noem het raakpunt P ( x, ) P ( x, ) OP MP rcop rcmp = = x x 0 = O x 0x = x 0x x 0x = 0 ( x ) = 0 ( x ) = Alle punten liggen op een cirkel met M(, 0) en r = M 0

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / Ga Gb Ge Ga Gb Gemengde opgaven Lijnen en cirkels kp lp rck = rc p l Gc Snijden met de x -as ( = 0) geeft p p p kp: ( p ) x = en lp: ( p ) x = 6 = p p ofwel kp: px x = en lp: px x = 6 ( p )( p ) = ( p )( p ) px x = p 6p = p 6p 8 6 p = px x = ❷ p = = x = x = in geeft p = p = 6 p = 6 p = 6 = kp lp rck rc p l = Gd Snijden met de -as ( x = 0) geeft p p p kp: ( p ) = en lp: ( p ) = 6 = p p ofwel kp: p = en lp: p = 6 ( p )( p ) = ( p )( p ) p = p p = ( p p 0) p = 6❷ p p = p p 0 7 = = in ❷ geeft p = p = 7 7 p = 6 p = p = p = = p = 7 p = 7 7 7 7 7 p p p p p k p en mp, q vallen samen als = = dus = en = p p q p p p q p p p = en = ❷ p p p q ( p )( p ) = ( p )( p ) in ❷ geeft q q p 6p = p 6p 8 = q = q = q = = p = Dus p = en q = p = = Stel P ( x, ) x x x d ( P, l ) = = = d ( P, A) = ( x ) ( ) x d ( P, A) = ( x ) ( ) = d ( P, l ) = = x = (kwadrateren geeft) ( x ) ( ) = x = x = x = = x x = = x ( ) ( ) x = ( x ) ( ) = ❷ ( x ) ( ) = ( x ) ( ) = in ❷ geeft ( x ) ( x ) = ❸ in ❷ geeft ( x ) ( x 7) = x x x 78 x 6 = x x x x 6 = 6 6 6 6 6 6 x x 67 = 0 x 8 x = 0 6 6 6 6 6 6 x x 67 = 0 x 8x = 0 D = 686 D = D < 0 hier geen oplossingen x = = = 67 x = = 0 = 0 0 0 0 in = in = 8 = 7 Dus de punten zijn: ( 67, ) en (, 7) Stel P ( x, ) Gc Stel P ( x, ) d ( P, l ) = d ( P, A) met = geeft d ( P, l ) = d ( P, A) geeft x x = ( x ) ( ) = ( x ) ( ) x = ( x ) x = ( x ) ( ) x = x (x ) = (( x ) ( ) ) x = x 0 x = x 0 x x 6 = ( x x 6 ) x = 8x = x x 6 = x 00x 00 0 x = x = 6x x 00x 0 = 0 Dus de punten zijn: (, ) en (, ) P op de kromme: 6x x 00x 0 = 0 ❸ ❷

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg 0/ Ga Gb Gc Gd Ge Gf Ga Gb Gc c: x 8x = 0 c: x 6x = De machtlijn van c en c is x 8x = x 6x dus x = x = x = geeft 8 0 x x = x 8x = 0❷ in ❷ geeft ( ) 8( ) = 0 8 0 = 0 0 = 0 met D = 0 < 0 er zijn geen reële oplossingen De machtlijn van c en c en cirkel c hebben geen punten gemeenschappelijk c en c ook geen punten gemeen c: x 8x = 0 ( x ) 6 ( ) = 0 ( x ) ( ) = 6 c is de cirkel met M(, ) en c is de cirkel met M(, ) M M de cirkels zijn niet concentrisch d ( M, A) = ( ) ( ) = = > r A ligt buiten c De macht A(, ) van ten opzichte van c is ( ) ( ) = = M = M(, ) (gegeven) en voor r van c geldt: r = ( ) ( ) = ( r de macht is van M tov van c) Dus c : ( x ) ( ) = M c c x 0 8 0 = 0 B(0, ) op c Raaklijn in B(0, ) aan c: (0 )( x ) ( )( ) = 6 x = 6 x = 0 x = 0 invullen in x = geeft 0 = = = Dus M (0, ) en r = 0 ( ) 8 0 = 0 = 0 Dus c : x ( ) = 0 ligt op de machtlijn van en Deze machtlijn is: = ( x 8x = ( x ) ( ) ) c: ( x ) ( ) = De poollijn van Q(, ) tov de cirkel is: ( )( x ) ( )( ) = x 7 00 = x = 0 = x ❷ in ❷ geeft ( x ) ( x ) = ( x ) ( x ) = x 6x x x = x 0x = 0 x x 6 = 0 ( x 6)( x ) = 0 x = 6 x = in A(6, 8) en B(, ) (hiernaast verder) Het middelpunt van de omcirkel van ABQ is het snijpunt van de middelloodlijnen van ABQ 6 8 7 Het midden van AB is (, ) = (, ) en r 7 AB = 7 = Middelloodlijn van AB: x = c door (, ) x = = 7 6 7 8 Het midden van AQ is (, ) en r 7 AQ = = De mll van AQ is x = c door ( 6, 7) x = 7 x = 7❸ = 7 x❺ x 7 x 7 = ❹ = ❹ ❺ in ❹ x x = 7 7 x = x = in ❸ = Het middelpunt van de omgeschreven cirkel van ABQ is N (, ) en de straal van de omgeschreven cirkel is d ( N, A) = d ( N, B) r = ( ) ( ) = 0 = 6 = 6 8 Het midden van AB is (, ) = (, ) en r = d ( A, B) = ( 6) ( 8) = 7 7 = 7 = 7 7 7 r = d ( A, B) = Dus c : ( x ) ( ) = ( ) ofwel c : ( x ) ( ) = De machtlijn van c en c is: x = (( x ) ( ) = ( x ) ( ) ) De raaklijn in P (7, 7) aan c: (7 )( x ) (7 )( ) = x = x = x = x = 8❸ x = ❷ x = ❷ 7 = 7 = 7 in x = Dus M(, 7) 7 7 7 7 7 6 8 6 6 00 7 Verder is r = MP = (7 ) (7 ) = ( ) ( ) = = c 00 7 7 7 7 : ( x ) ( ) = 7 7 Ga De gevraagde punten liggen op de middelloodlijn m van AB, dat is de lijn door de middelpunten van c en c c: x 6x = 0 ofwel ( x ) ( 7) = 0 M(, 7) c: ( x ) ( ) = M(, ) De lijn door M 7 6 en M: = ( x ) = ( x ) = ( x ) = x = x

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / Nu de lijn MM: = x snijden met c: x 6x = 0 ❷ in x ( x ) 6x ( x ) = 0 x x x 6x x 8 = 0 ❷ 60 ± 0 0x 60x = 0 met D = 60 0 = 60 D = 60 = 6 0 = 0 x = 0 60 0 x = = 7 0 in geeft = ( 7 0) = 7 0 ( 7 0, 7 0) en 0 0 0 0 0 0 60 0 x = = 7 0 in geeft = ( 7 0) = 7 0 ( 7 0, 7 0) 0 0 0 0 0 0 Gb De gevraagde punten liggen op de poollijn van P tov c: ( )( x ) (0 7)( 7) = 0 6 Nu de poollijn x 7 = 6 ofwel = x snijden met c 7 7 : x 6x = 0 ❷ 6 in ❷ x ( x ) 6x ( x 6) = 0 7 7 7 7 x x 86 x 6 6x 68 x 0 = 0 7 7 x x 6 = 0 x x 6 = 0 met D = 6 = 8 76 D = 8 76 = 76 x = ± 76 86 x = 76 = in geeft = 0 raakpunt (, 0) en 86 x = 76 = 7 in geeft = 06 raakpunt ( 7, 06) 86 Gc De machtlijn van c en c: x 6 = 0 ofwel x = ( x 6x = ( x ) ( ) ) Stel een punt P op de machtlijn (λ, λ), dan moet de macht van P tov ( c en) c 8 zijn: (λ ) ( λ ) = 8 (λ ) ( λ ) = 8 λ 8λ λ λ = 8 0λ 0λ 80 = 0 λ λ 8 = 0 ( λ )( λ ) = 0 λ= λ = λ = in C (8, ) en λ = in D( 0, ) G6a G6b G6c G7a AM = OA OM = a m (Pthagoras in OAM met O = 0 ) met CM = AM = r CM = AM = a m PM = OP OM = p m (Pthagoras in OPM met O = 0 ) PM = PC CM (Pthagoras in PCM met C = 0 ) PC = PM CM = p m ( a m ) = p a PA = p a en PB = p a = p a PA PB = ( p a)( p a) = p a (zie ook G6a) Dus PA PB = PC De macht van P (, 0) tov de cirkel x = 0 is 0 0 = 0 = B Volgens de machtstelling geldt: PA PB =, dus PA ( PA ) = PA PA = 0 A ± D = ( ) = 0 60 = 80 D = 80 = PA = P 6 PA = = (voldoet) PA 0 0 = = (vold niet) PA = A op de cirkel met M = P en r = (gegeven: A ook op cirkel x = 0) x = 0 x = 0 ( x ) = ( ) x 0x = 0x = 0x = 0 x = in = 0 = = ± De twee punten A zijn A(, ) en A(, ) B op de cirkel met middelpunt P en r = (gegeven: B ook op cirkel x = 0) x = 0 x = 0 ( x ) = ( ) x 0x = 0x = 0x = 0 x = in = 0 = = ± Dus A(, ) met daarbij B(, ) of de mogelijkheid: A(, ) met daarbij B(, ) 0 Zwaartelijn z door A( a, 0) en het midden D( b, ) van BC is 0 = ( x a) ofwel = ( x a) a b a 0 Zwaartelijn z door B( b, 0) en het midden ( a, ) van AC is 0 = ( x b) ofwel = ( x b) ❷ b a b Zwaartelijn z 0 6 door C (0, ) en midden ( a b, 0) van AB is 0 = ( x a b ) ofwel = ( x a b ) ❸ a b 0 a b in ❷ ( x a) = ( x b) x a = x b b a a b b a b a a b a b a b ( a b) ( b a) a( a b) b( b a) ( ) x = x = b a a b b a a b ( b a)( a b) ( b a)( a b) b a

G&R vwo D deel C von Schwartzenberg / a( a b) b( b a) a( a b) b( b a) a ab b ab a b ( a b)( a b) x = = = = = = a b in ( a b) ( b a) ( a b) ( b a) a b b a a b ( a b) = ( a b a) = ( a b a ) = a b a = b a = Dus Z ( a b, ) is snijpunt van z b a b a en z b a b a 6 6 ( a b) ( a b) Z ( a b, ) voldoet ook aan, immers ( a b a b ❸ ) = ( ) = 6 a b = klopt a b a b 6 6 a b 6 Dus z, z en z snijden elkaar in Z ( a b, ) de (drie) zwaartelijnen van een driehoek gaan door één punt d ( A, Z ) = a a b 0 = a a b = a b = a ab b = a ab b G7b ( ) ( ) ( ) ( ) b a b b b a ( ) ( ) ( ) ( ) ( a b) d ( D, Z ) = = = = b ab a = a ab b 6 6 6 6 6 Hier staat te lezen dat: d ( A, Z ) = d ( D, Z ) AZ = DZ AZ : ZD = : G8 Stel P (0, λ) en noem Q het punt (0, 0) Pthagoras: PQ AQ = AP (0 λ) AQ = 0 AQ = 00 (0 λ) Dus A( 00 (0 λ), 0) 00 (0 λ) 0 Het midden M van AP is het punt M(, 0 λ) 00 (0 λ) x = en = λ x = 00 (0 λ) en λ = 0❷ ❷ in x = 00 (0 0) (kwadrateren) x = ( 00 (0 )) = ( 00 (00 80 )) = ( 00 00 80 )) = 7 0 x 0 7 = 0 x ( 0) 00 7 = 0 x ( 0) = Dus M ligt op de cirkel met middelpunt (0, 0) en straal r = G x 0 Het midden van is het punt ( P, P Q AP Q ) x Q = x en en P Q = P xp = xq P = Q Voor P (op de eenheidscirkel) geldt: xp P = ❸ Nu en ❷ in ❸ (xq ) ( Q ) = ( xq ) Q = (delen door ) ( x Q ) Q = Dus Q ligt op de cirkel met middelpunt (, 0) en straal r = ❷ G0 rc l = m en l door A(0, ) l : = mx l snijdt de x -as ( = 0) in P P (, 0) m k l en k door A(0, ) k: = x m p x -as en p door P (, 0) p: x = m m k en p snijden elkaar in S, dus voor S geldt: = x m = x x = x x = = x m m Dus alle punten S liggen op de parabool = x Ga Gb d ( P, A) = d ( P, B) ( x 6) ( ) = ( x ) ( ) (kwadrateren) (( x 6) ( ) ) = ( x ) ( ) ( x x 6 ) = x x x 8x 8 = x x x x = 0 x 8x = 0 ( x ) 6 ( ) = 0 ( x ) ( ) = 0 De punten P liggen op de cirkel met middelpunt (, ) en straal r = 0 = d ( P, C ) = ( x ) ( ) = (kwadrateren) ( x ) ( ) = 6 x x = 6 x x = 8 x 8x = 0 (zie Ga) x 8 = 8 x = x = = x in x 8 x ( x ) ( x ) = 0 x 8x x x 6x = 0 x x = 0 x 0x = 0 met D = ( 0) = 0 0 ± 0 x = = 0 ± x = = x = = 6 6 6 6 6 x = in geeft = en x = 6 in geeft = De punten zijn (, ) en ( 6, )