14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:"

Transcriptie

1 14.0 Voorkennis Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel: a b c sin sin sin Voorbeeld 1: Gegeven is ΔABC met c = 1, α = 54 en β = 6 Bereken a in twee decimalen nauwkeurig. a c sin sin a 1 sin54 sin64 asin64 1sin54 1sin54 a sin64 a 10,80 Reken pas in de laatste stap de sinussen uit. Dit voorkomt tussentijds afronden. 1

2 14.0 Voorkennis Voorbeeld : Gegeven is ABC met a = 4,46 b = 4,84 en c = 4,96. Bereken A in graden nauwkeurig. a = b + c bc cos α 4,46 = 4,84 + 4,96 4,84 4,96 cos α 19,8916 = 48,07 48,018 cosα 48,018 cos α = 8,1356 cos α = 0,586 α 54 In elke ABC geldt de cosinusregel: a = b + c bc cos α b = a + c ac cos β c = a + b ab cos γ Met behulp van de cosinusregel is het dus mogelijk de grootte van de hoeken van een driehoek uit te rekenen als je alleen de lengtes van de zijden weet.

3 14.0 Voorkennis De zijden van een gelijkbenige rechthoekige driehoek verhouden zich als 1 : 1 :. De zijden van een rechthoekige driehoek waarvan de scherpen hoeken 30 en 60 zijn, verhouden zich als 1 : : 3. 3

4 14.0 Voorkennis Voorbeeld 3: Gegeven is een rechthoekige ABC met AC = 1 en A = 45. Bereken exact AB Er geldt nu: AB BC AC 1 1 x y 1 Met behulp van deze verhoudingstabel kun je AB berekenen: AB AC 1 x 1 x x 6 Let op: Als er in de noemer enkel een wortelteken komt te staan, moet je dit wegwerken. 4

5 14.0 Voorkennis Definitie = Een afspraak, die dus niet bewezen hoeft te worden. Voorbeeld definitie: Een gelijkbenige driehoek is een driehoek met twee gelijke zijden; Een gestrekte hoek is een hoek van 180 graden. Een parallellogram is een vierhoek waarvan beide paren overstaande zijden evenwijdig zijn; Een ruit is een vierhoek met vier gelijke zijden. Stelling = Een eigenschap, die bewezen moet worden. Voor het bewijs kun je alle bekende definities en eerder bewezen stellingen gebruiken. 5

6 14.0 Voorkennis Stelling van Thales: Als ABC rechthoekig is in B, dan ligt B op de cirkel met middellijn AC. Omgekeerde stelling van Thales: Als van ABC de zijde AC middellijn van een cirkel is en punt B op die cirkel ligt, dan is de rechthoekig in C. 6

7 14.0 Voorkennis Definitie van raaklijn aan cirkel: Een raaklijn aan een cirkel is een lijn die precies één punt gemeenschappelijk heeft met de cirkel. Stelling van raaklijn aan cirkel: Een raaklijn aan een cirkel staat loodrecht op de straal naar het raakpunt. Definitie van afstand punt tot lijn: De afstand (kortste verbinding) van een punt tot een lijn is de lengte van het loodlijnstuk neergelaten vanuit dat punt op die lijn. 7

8 14.0 Voorkennis Stelling raaklijn in gemeenschappelijk raakpunt: De raaklijn in het gemeenschappelijke raakpunt van twee elkaar rakende cirkels staat loodrecht op de verbindingslijn van de middelpunten. Stelling afstand punt tot raakpunten: Als vanuit een punt twee raaklijnen aan een cirkel getrokken worden, dan zijn de afstanden van dat punt tot de twee raakpunten gelijk. 8

9 14.0 Voorkennis Voorbeeld 4: De zijden AB en DE zijn evenwijdig. Bereken DE. Stap 1: Laat zien dat de twee driehoeken in de figuur gelijkvormig zijn. ABC heeft drie hoeken: A, B en C. DEC heeft drie hoeken: D, E en C. B = E (F-hoeken) A = D (F-hoeken) Twee driehoeken zijn gelijkvormig als ze twee paar gelijke hoeken hebben. Er geldt nu: ABC DEC. [Let op de juiste volgorde van de letters] 9

10 14.0 Voorkennis Voorbeeld 4: De zijden AB en DE zijn evenwijdig. Bereken DE. Stap : Maak een algemene verhoudingstabel: ABC AB BC AC DEC DE EC DC Stap 3: Maak een verhoudingstabel met de bekende waarden: (3+5) DE

11 14.0 Voorkennis Voorbeeld 4: De zijden AB en DE zijn evenwijdig. Bereken DE. Stap 4: Bereken DE: 145 DE

12 14.0 Voorkennis De lijn k door de punten A(, 0) en B(0, -5) kan op een vijftal manier genoteerd worden: 1. Assenvergelijking: x y k : 1 5. Lineaire vergelijking: k : 5x y Lineaire vergelijking van de vorm y = ax+b: k : y x 5 1 1

13 14.0 Voorkennis De lijn k door de punten A(, 0) en B(0, -5) kan op een vijftal manier genoteerd worden: 4. Parametervoorstelling: Stel x = t. Invullen geeft y = ½ t 5= 5t 5 Hieruit volgt: k: x(t) = t en y(t) = 5t Vectorvoorstelling: De richtingsvector van k is gelijk aan: b 0 a Hieruit ontstaat de vectorvoorstelling: k : x y

14 14.0 Voorkennis Voorbeeld 5: x 4 Gegeven is de lijn k : y 3 5 Stel de vergelijking op van k in de vorm ax + by = c r k 4 5 geeft n k 5 4 k: 5x 4y = c Het punt (, 3) ligt op de lijn k. Invullen hiervan geeft: c = = -. De gevraagde vergelijking is dus k: 5x 4y = 14

15 Voorbeeld 6: Getekend is de lijn k: y = ½x 1. De richtingshoek α van de lijn k is te berekenen met: tan(α) = ½ tan -1 (½) 6,6 (= α) 14.0 Voorkennis Voorbeeld 7: Getekend is de lijn l: y = De richtingshoek β van de lijn l is te berekenen met: tan(β) = -⅔ tan -1 (-⅔) -33,7 (= β) x

16 14.0 Voorkennis Algemeen: De hoek φ tussen de twee snijdende lijnen kan als volgt berekend worden: rk rl cos( ( k, l)) cos( ( rk, rl)) r r k l Voorbeeld 8: Gegeven zijn de lijnen Bereken ( kl, ) x 1 k : y cos( ( kl, )) Hieruit volgt ( kl, ) 74,7 en x 1 3 l : y

17 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [1] Voorbeeld 1: Gegeven is de ABC met AB = 10 en A = 30 en B = 45. Bereken exact de oppervlakte van ΔABC. Stap 1: Opp(ΔABC)= 0,5 AB CD= 0,5 10 CD = 5CD Stap : ΔBCD is gelijkzijdig. Er geldt: BD = CD = x. Stap 3: De zijden van een rechthoekige driehoek waarvan de scherpen hoeken 30 en 60 zijn, verhouden zich als 1 : : 3. ACD is zo n driehoek. Hieruit volgt dat als de lengte van CD gelijk is aan x, de lengte van AD gelijk is aan x 3. 17

18 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [1] Voorbeeld 1: Gegeven is de ABC met AB = 10 en A = 30 en B = 45. Bereken de oppervlakte van ΔABC. Stap 4: Bereken de waarde van x: AD DB 10 x 3 x 10 x(1 3) x 1 3 Stap 5: Bereken de oppervlakte van ΔABC: Opp( ABC ) 10CD 10 ( )

19 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [1] Voorbeeld 1: Gegeven is de ABC met AB = 10 en A = 30 en B = 45. Bereken de oppervlakte van ΔABC. Stap 6: Werk de wortel uit de noemer weg: 50 Opp( ABC ) (1 3) 1 3 5(1 3)

20 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [] Voorbeeld : Gegeven is de ABC (gelijkbenig) met AC = BC en AB = CD. De omgeschreven cirkel Van de driehoek is getekend. De straal van deze cirkel is 6. Bereken de lengte van AB. AD = x, AB = CD = x, DM = x 6 AD DM AM x (x 6) 6 x x x x 4x0 x(5x4) 0 x 0 5x 4 x 0 x 4,8 AD = 4,8 en AB = 9,6 Let op: Je kunt verschillende lijnstukken voor x nemen. Pak steeds het lijnstuk dat zorgt voor een eenvoudige berekening. 0

21 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [3] Hiernaast is ABC met hoogtelijn AS Getekend. Opp( ABC) = ½ BC AS Er geldt ook: sin( C) overstaande rechthoekzijde schuine zijde AS AC dus AS AC sin( C ) Hieruit volgt: Opp( ABC) = ½ BC AS = ½ BC AC sin( C) Let op: Deze formule is afhankelijk van de naamgeving van de hoekpunten van de driehoek!!! Je hebt nu dus niet de lengte van hoogtelijn AS nodig om de oppervlakte van de driehoek te berekenen. 1

22 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [3] Herhaling: sin( A) sin( A)cos( A) cos( A) cos ( A) sin ( A) cos( A) cos ( A) 1 cos( A) 1 sin ( A) sin ( A) cos ( A) 1 Voorbeeld: Gegeven is de cirkel c 1 met straal r en de cirkel c met straal r. De cirkels raken elkaar in het punt B. De gemeenschappelijke raaklijnen k en l snijden elkaar in het punt A. Bereken exact sin( (k, l)) Er geldt: sin( (k, l)) = sin(α) = sin(α)cos(α) sin(α) = sin( MAC) = MC AM

23 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [3] Voorbeeld: Stap 1: Bereken sin(α) AM = x Vanwege de gelijkvormigheid van AMC en AND geldt er: AM MC AN ND x r x 3r r x 1 x 3r x x 3r x AM 3r 1 sin( ) sin( MC r MAC) AM 3r 3 3

24 14.1 Vergelijkingen bij meetkundige figuren [3] Voorbeeld: Stap : Bereken cos(α) sin (α) + cos (α) = 1 en sin(α) = ⅓ 1 3 cos ( ) 1 cos ( ) cos( ) cos( ) Stap 3: Bereken de gevraagde hoek. sin( (k, l)) = sin(α) = sin(α)cos(α) 1 4 =

25 14. Lijnen en cirkels [1] Hiernaast is de lijn k : ax + by = c getekend. l is een hulplijn evenwijdig aan lijn k door het punt P. Dus l : ax + by = ax p + by p. d(p, k) = d(l, k) = d(o, l) d(o, k) De afstand van punt P(x p, y p ) tot de lijn k: ax + by = c is d(p, k) = ax by c p a p b Het is mogelijk om de vergelijkingen van de bissectrices van twee lijnen op te stellen. Let op dat een tweetal lijnen, die elkaar snijden steeds twee bissectrices hebben, die loodrecht op elkaar staan (bissectricepaar) 5

26 14. Lijnen en cirkels [1] Voorbeeld: Gegeven is de driehoek ABC met A(1, 0), B(8, 4) en C(4, 6). De bissectrice k van ACB snijdt de middelloodlijn l van zijde AC in het punt S. Bereken de coördinaten van S. Stap 1: Stel de vergelijkingen op van AC en BC rac c a n AC 1 en AC: x y = rbc c b n AC en BC: x + y = 16 6

27 14. Lijnen en cirkels [1] Voorbeeld: Gegeven is de driehoek ABC met A(1, 0), B(8, 4) en C(4, 6). De bissectrice k van ACB snijdt de middelloodlijn l van zijde AC in het punt S. Bereken de coördinaten van S. Stap : Stel de formule op van de lijn k. Uit d(p, AC) = d(p, BC) volgt x y x y x y x y 16 x y x y 16 x y x y 16 x 3y 14 3x y 18 Let op: Gebruik de rechtse uitkomst. De linkse uitkomst leidt niet tot snijpunt S. 7

28 14. Lijnen en cirkels [1] Voorbeeld: Gegeven is de driehoek ABC met A(1, 0), B(8, 4) en C(4, 6). De bissectrice k van ACB snijdt de middelloodlijn l van zijde AC in het punt S. Bereken de coördinaten van S. Stap 3: Stel de formule op van de lijn l. n l r AC 1 Hieruit volgt l : x + y = c Invullen van M(½, 3) geeft l : x + y = 8½ 8

29 14. Lijnen en cirkels [1] Voorbeeld: Gegeven is de driehoek ABC met A(1, 0), B(8, 4) en C(4, 6). De bissectrice k van ACB snijdt de middelloodlijn l van zijde AC in het punt S. Bereken de coördinaten van S. Stap 4: Bepaal het snijpunt S van k en l. 3x y 18 1 x y 8 1 6xy 36 1 x y 8 5x 7 x Invullen van x = 5½ in één van de formules geeft y = 1½. S(5½, 1½) 9

30 14. Lijnen en cirkels [] Algemeen: Bij het oplossen van raakproblemen bij cirkels gebruik je de eigenschappen dat een raaklijn loodrecht staat op de cirkel naar het raaklijn EN dat de afstand van het middelpunt van de cirkel tot de raaklijn gelijk is aan de lengte van de straal. Situatie 1: Stel een vergelijking op van de lijn k als gegeven is: een cirkel EN een punt op de cirkel waar k de cirkel raakt. Situatie : Stel een vergelijking op van de cirkel c als gegeven is: het middelpunt van c EN een lijn waaraan c raakt. Situatie 3: Stel een vergelijking op van de lijn k als gegeven is: een cirkel waaraan k raakt EN de richting van k. Situatie 4: Stel een vergelijking op van de lijn k als gegeven is: een cirkel waaraan k raakt EN een punt buiten de cirkel op k. 30

31 14. Lijnen en cirkels [] Voorbeeld: Gegeven zijn de snijdende cirkels c 1 : (x 3) + (y 1) = 5 en c : (x 6) + y = 0 De lijnen k 1 en k zijn de gemeenschappelijke richtlijnen van de cirkels. Stel van k 1 en van k een vergelijking op. Stap 1: Geef aan met welke cirkels je te maken hebt. c 1 heeft middelpunt M(3, 1) en straat 5 c heeft middelpunt N(6, 0) en straal 0 = 5 Voor de lijn k geldt: k: y = ax + b k: ax y + b = 0 31

32 14. Lijnen en cirkels [] Voorbeeld: Gegeven zijn de snijdende cirkels c 1 : (x 3) + (y 1) = 5 en c : (x 6) + y = 0 De lijnen k 1 en k zijn de gemeenschappelijke richtlijnen van de cirkels. Stel van k 1 en van k een vergelijking op. Stap 3: Stel een uitdrukking op voor b. 3a 1 b 6a b 1 3a 1 b 3a b 3a 1 b 3a b b 1 6a 1 b b b 4a

33 Voorbeeld: 14. Lijnen en cirkels [] Stap 4: Stel een uitdrukking op voor a. 3a 1 b 5a 5 3a1 5a 5 9a 6a 1 5a 5 4a 6a 4 0 a 3a 0 D a a 4 4 Hieruit volgen: k 1 : y = -x + en k : y = ½x

34 14.3 Zwaartepunten [1] Het zwaartepunt van een massieve homogene vorm kan als volgt bepaald worden: 1. Verdeel de vorm in twee figuren waarvan je de zwaartepunten kunt bepalen;. Teken de steunlijn door de beide zwaartepunten; 3. Verdeel de vorm in twee andere figuren, bepaal het zwaartepunt en teken de steunlijn. 4. Het snijpunt van beide steunlijnen is het zwaartepunt van de vorm. 34

35 14.3 Zwaartepunten [1] Een figuur die je kunt gebruiken is de driehoek. In een driehoek bepaal je het zwaartepunt met behulp van zwaartelijnen. Een zwaartelijn is een lijn door een hoekpunt die de tegenoverliggende zijde loodrecht snijdt. 35

36 14.3 Zwaartepunten [] Hefboomwet: Er is ten opzichte van het zwaartepunt evenwicht van momenten en daaruit volgt m 1 x = m y. Voorbeeld 1: Bereken de plaats van het zwaartepunt Z. AZ = x BZ = 15 x 5 x = 7 (15 x) 5x = 105 7x 1x = 105 x = 8,75 36

37 14.3 Zwaartepunten [] Voorbeeld : Bereken de plaats van het zwaartepunt Z. AZ = z - 10 BZ = 5 z 5 (z 10) = 7 (5 z) 5z 50 = 175 7z 1z = 5 z = 18,75 Momentenstelling: De plaats van het zwaartepunt van de massa s m 1, m,, m n op de getallenlijn met de afstanden a 1, a,, a n tot 0 is te berekenen met 1 z ( m1 a1 m a... mn an ) M M m m... m 1 n Een massieve homogene massa kun je opvatten als een puntmassa in het zwaartepunt. 37

38 14.3 Zwaartepunten [] Voorbeeld 3: Bereken de plaats van het zwaartepunt Z. De vorm is opgebouwd uit massieve homegene vierkanten. Het zwaartepunt ligt op de symmetrieas. Voor massa m 1 geldt: m 1 = 3 3 = 9. Voor massa m geldt: m = 1 1 = z (91 13 ) 17 1, Het zwaartepunt ligt 1,7 boven 0. 38

39 14.3 Zwaartepunten [] Voorbeeld 4: Bereken de plaats van het zwaartepunt Z. De vorm is opgebouwd uit twee keer vier even zware puntmassa s die op de hoekpunten va vierkanten liggen. Het zwaartepunt ligt op de symmetrieas. Voor massa m 1 geldt: m 1 = 4 1 = 4. Voor massa m geldt: m = 4 1 = z (41 43 ) 0, Het zwaartepunt ligt,5 boven 0. 39

40 14.3 Zwaartepunten [3] Momentenstelling (met vectoren): De plaats van het zwaartepunt Z van de massa s m 1, m,, m n in de punten A 1, A,, A n geldt: met M m1 m... mn 1 z ( m1 a1 m a... mn an ) M Voorbeeld: Gegeven is een massieve, homogene vorm. Teken de plaats van het zwaartepunt met behulp van vectoren. 40

41 14.3 Zwaartepunten [3] Voorbeeld: Gegeven is een massieve, homogene vorm. Teken de plaats van het zwaartepunt met behulp van vectoren. Stap 1: Splits de vorm op in een aantal stukken en teken een assenstelsel. Stap : Bepaal de massa s A heeft massa 5. B heeft massa 3. C heeft massa. De totale massa is = 10 41

42 14.3 Zwaartepunten [3] Voorbeeld: Gegeven is een massieve, homogene vorm. Teken de plaats van het zwaartepunt met behulp van vectoren. Stap 3: Bepaal de plaats van het zwaartepunt z (5 a 3b c) , ,7 4

43 14.4 Bewegingsvergelijkingen onderzoeken [1] In het plaatje hiernaast is de vector rt () getekend, die vanuit O het punt P aanwijst. Dit is de plaatsvector van P. xt () Bij de plaatsvector rt () yt () van een punt P hoort de snelheidsvector x'( t) vt (). De snelheidsvector is een y'( t) richtingsvector van de raaklijn aan de baan op het tijdstip t. De lengte van de snelheidsvector is de baansnelheid van P op het tijdstip t. De baansnelheid van P is te berekenen met: v( t) ( x'( t)) ( y'( t)) 43

44 14.4 Bewegingsvergelijkingen onderzoeken [1] In het plaatje hiernaast zijn de snelheidsvector vt () en de versnellingsvector at () op tijdstip t getekend. De lengte van de vector a ( n t ) heeft te maken met de kromming van de baan. De lengte van de vector a ( b t ) geeft de grootte van de baanversnelling van punt P. xt () Bij de plaatsvector rt () yt () van een punt P hoort de snelheidsvector en de versnellingsvector x''( t) at () y''( t) x'( t) vt () y'( t) en de baanversnelling v( t) a( t ) ab( t) vt ( ) 44

45 14.4 Bewegingsvergelijkingen onderzoeken [1] Voorbeeld 1: De bewegingsvergelijkingen van een punt P zijn gegeven door Druk de baanversnelling a ( b t ) uit in t. t 1 t Er geldt: r( t) en vt ( ) en t t 4 t t 3 5 v( t) a( t) t 3t 3t 6t 4t ab( t) vt ( ) ( t) ( t ) 4t t 4t 4 at ( ) 3t x( t) t y( t) t t 4 45

46 14.4 Bewegingsvergelijkingen onderzoeken [1] Voorbeeld : De baan van het punt P is gegeven door 3 1 x( t) 3 t 3t 5t 6 y( t) t 4t 1 Bij punt A geldt t = 4. Stel een vergelijking op van de lijn k die de baan raakt in A t 3t 5t 6 t 6t 5 r( t) v( t) t 4t 1 t v(4) n k

47 14.4 Bewegingsvergelijkingen onderzoeken [1] Voorbeeld : De baan van het punt P is gegeven door 3 1 x( t) 3 t 3t 5t 6 y( t) t 4t 1 Bij punt A geldt t = 4. Stel een vergelijking op van de lijn k die de baan raakt in A. k: 4x + 3y = c t = 4 geeft het punt (-⅔, -1) Dit invullen geeft c = -5⅔ Hieruit volgt: k: 4x + 3y = -5⅔ 47

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden 4.0 Voorkennis Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.0 Voorkennis Voorbeeld 3: 3 3 6 3 6 6 6 6 6 1 2 6 Let op: In

Nadere informatie

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden 4.0 Voorkennis Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.0 Voorkennis Voorbeeld 3: 3 3 6 3 6 6 6 6 6 1 2 6 Let op: In

Nadere informatie

10.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

10.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x. 10.0 Voorkennis y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x. Algemeen: Van de lijn y = ax + b is de richtingscoëfficiënt a en het snijpunt met de y-as (0, b) y = -4x + 8 kan

Nadere informatie

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen Les 0 (Extra) Aant. Voorkennis: Hoeken en afstanden Theorie A: Sinus, Cosinus en tangens O RHZ tan A = A RHZ O RHZ sin A = SZ A RHZ cos A = SZ Afspraak: Graden afronden

Nadere informatie

Samenvatting VWO wiskunde B H04 Meetkunde

Samenvatting VWO wiskunde B H04 Meetkunde Samenvatting VWO wiskunde B H04 Meetkunde Getal & Ruimte editie 11 Goniometrie in rechthoekige driehoeken Stap 1: Zoek de rechthoekige driehoeken Figuur 1: Ga na dat in dit voorbeeld alleen ADC en DBC

Nadere informatie

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande hoeken,

Nadere informatie

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden

Nadere informatie

9.1 Vergelijkingen van lijnen[1]

9.1 Vergelijkingen van lijnen[1] 9.1 Vergelijkingen van lijnen[1] y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x. Algemeen: Van de lijn y = ax + b is de richtingscoëfficiënt a en het snijpunt met de y-as (0,

Nadere informatie

4.1 Rekenen met wortels [1]

4.1 Rekenen met wortels [1] 4.1 Rekenen met wortels [1] Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B 3) A 2 A Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.1 Rekenen met wortels [1] Voorbeeld 3:

Nadere informatie

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde Overzicht eigenschappen en formules meetkunde xioma s Rechten en hoeken 3 riehoeken 4 Vierhoeken 5 e cirkel 6 Veelhoeken 7 nalytische meetkunde Op de volgende bladzijden vind je de eigenschappen en formules

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2016-I

wiskunde B vwo 2016-I wiskunde vwo 06-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte

Nadere informatie

OEFENTOETS VWO B DEEL 3

OEFENTOETS VWO B DEEL 3 OEFENTOETS VWO B DEEL 3 HOOFDSTUK 0 MEETKUNDE MET VECTOREN OPGAVE Gegeven zijn de vectoren a, b en c die vanuit O de hoekpunten van driehoek ABC aanwijzen. Het punt P is het midden van AB, het punt Q is

Nadere informatie

8.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Bereken het snijpunt van 3x + 2y = 6 en -2x + y = 3

8.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Bereken het snijpunt van 3x + 2y = 6 en -2x + y = 3 8.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Bereken het snijpunt van 3x + 2y = 6 en -2x + y = 3 2x y 3 3 3x 2 y 6 2 Het vermenigvuldigen van de vergelijkingen zorgt ervoor dat in de volgende stap de x-en tegen elkaar

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 06 tijdvak woensdag 8 mei 3:30-6:30 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. it eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 77 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 06 tijdvak woensdag 8 mei 3:30-6:30 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. it eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 77 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1] 12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1] Stelling van de constante hoek: Voor de punten C en D op dezelfde cirkelboog AB geldt: ACB = ADB. Omgekeerde stelling van de constante hoek: Als punt D aan dezelfde

Nadere informatie

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Meetkunde, Moderne Wiskunde, pagina 1/10 Rechthoekige driehoek In een rechthoekige driehoek is een van de hoeken in 90.

Nadere informatie

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden 8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] 1 8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Twee evenwijdige lijnen worden gesneden door een derde lijn. De twee rode hoeken (F-hoeken) zijn gelijk.

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie Euclides van Alexandrië (ca. 265-200 v.chr.) Thales van Milete (ca. 624 v.chr. - 547 v.chr.) INHOUDSOPGAVE Algemene begrippen..blz. 1-3 - Stelling en bewijs

Nadere informatie

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1] 2.1 Cirkel en middelloodlijn [1] Hiernaast staat de cirkel met middelpunt M en straal 2½ cm In het kort: (M, 2½ cm) Op de zwarte cirkel liggen alle punten P met PM = 2½ cm In het rode binnengebied liggen

Nadere informatie

Paragraaf 4.1 : Gelijkvormigheid

Paragraaf 4.1 : Gelijkvormigheid Hoofdstuk 4 Meetkunde (V4 Wis B) Pagina 1 van 8 Paragraaf 4.1 : Gelijkvormigheid Les 1 : Gelijkvormigheid Definities sin( A) = Overstaande Schuine cos( A) = Aanliggende Schuine = O S = A S tan( A) = Overstaande

Nadere informatie

Paragraaf 14.1 : Vergelijkingen in de meetkunde

Paragraaf 14.1 : Vergelijkingen in de meetkunde Hoofdstuk 14 Meetkunde Toepassen (V6 Wis B) Pagina 1 van 1 Paragraaf 14.1 : Vergelijkingen in de meetkunde Les 1 : Vergelijkingen maken bij meetkundige figuren Herhaling (1) Bijzondere rechthoekige driehoeken

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I Eindexamen vwo wiskunde B 04-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Overzicht meetkunde. Driehoeksmeetkunde. Stelling van Pythagoras.

Overzicht meetkunde. Driehoeksmeetkunde. Stelling van Pythagoras. Stelling van Thales. In een rechthoekige driehoek geldt: het midden van de schuine zijde is het middelpunt van de omgeschreven cirkel. Omgekeerde stelling van Thales. Als het middelpunt van de omgeschreven

Nadere informatie

Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Voorkennis Stelling van

Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Voorkennis Stelling van Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Stelling van Kan alleen bij rechthoekige driehoeken pythagoras a 2 + b 2 =

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2015-II

wiskunde B vwo 2015-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is. 3 Lijnen en hoeken Verkennen Lijnen en hoeken Inleiding Verkennen Bekijk de applet en zie hoe de plaatsvector v ur van elk punt A op de lijn kan ur r ontstaan als som van twee vectoren: p + t r. Beantwoord

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 LIJNEN IN. Klas 5N Wiskunde 6 perioden

Hoofdstuk 1 LIJNEN IN. Klas 5N Wiskunde 6 perioden Hoofdstuk LIJNEN IN Klas N Wiskunde 6 perioden . DE VECTORVOORSTELLING VAN EEN LIJN VOORBEELD. Gegeven zijn de punten P (, ) en Q (, 8 ). Gevraagd: de vectorvoorstelling van de lijn k door P en Q. Methode:

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2010 tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 18 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VWO 07 tijdvak woensdag juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 4 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 7 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 04 tijdvak dinsdag 0 mei 3.30 uur - 6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5 CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 16 januari 2015 Tijd: 13.30 16.30 uur Aantal opgaven: 5 Lees onderstaande aanwijzingen s.v.p. goed door voordat u met het tentamen begint.

Nadere informatie

Atheneum Wispelberg - Wispelbergstraat 2-9000 Gent Bijlage - Leerfiche (3 e jaar 5u wiskunde): Meetkunde overzicht

Atheneum Wispelberg - Wispelbergstraat 2-9000 Gent Bijlage - Leerfiche (3 e jaar 5u wiskunde): Meetkunde overzicht Hoofdstuk 1 : Hoeken -1 - Complementaire hoeken ( boek pag 7) Twee hoeken zijn complementair als... van hun hoekgrootten... is. Supplementaire hoeken ( boek pag 7) Twee hoeken noemen we supplementair als...

Nadere informatie

Voorbereidende sessie toelatingsexamen

Voorbereidende sessie toelatingsexamen 1/7 Voorbereidende sessie toelatingsexamen Wiskunde 2 - Algebra en meetkunde Dr. Koen De Naeghel 1 KU Leuven Kulak, woensdag 25 april 2018 1 Presentatie en opgeloste oefeningen zijn digitaal beschikbaar

Nadere informatie

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden.

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden. 7.0 Voorkennis Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden. Voorbeeld definitie: Een gestrekte hoek is een hoek van 180 ; Een rechte hoek is een hoek van 90 ; Een parallellogram is een vierhoek

Nadere informatie

8.0 Voorkennis. a De pijlen van O(0, 0) naar A(4, 2) en van A(4, 2) naar B(2, 3) zijn vectoren.

8.0 Voorkennis. a De pijlen van O(0, 0) naar A(4, 2) en van A(4, 2) naar B(2, 3) zijn vectoren. 8.0 Voorkennis De pijlen van O(0, 0) naar A(4, 2) en van A(4, 2) naar B(2, 3) zijn vectoren. 4 OA a 2 en AB 2 1 Het bovenste kengetal geeft aan hoeveel de vector naar links of rechts gaat. Het onderste

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 017 tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 14 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 69 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

Dan is de afstand A B = lengte van lijnstuk [A B]: AB = x x )² + ( y ²

Dan is de afstand A B = lengte van lijnstuk [A B]: AB = x x )² + ( y ² 1 Herhaling 1.1 Het vlak, punten, afstand, midden Opdracht: Teken in het vlak de punten: A ( 1, 2) B(3,6) C( 5,7) Bepaal de coördinaat van het midden van (lijnstuk) [A B]: M [B C ]: N Bepaal de afstand

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VWO 0 tijdvak woensdag 8 mei 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 8 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 203 tijdvak woensdag 22 mei 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 9 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2017-II

wiskunde B vwo 2017-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Vl. M. Nadruk verboden 1

Vl. M. Nadruk verboden 1 Vl. M. Nadruk verboden 1 Opgaven 1. Hoeveel graden, minuten en seconden zijn gelijk aan rechte hoek? van een rechte hoek resp van een 2. Als = 25 13 36, = 37 40 56, = 80 12 8 en = 12 36 25, hoe groot is

Nadere informatie

Paragraaf 7.1 : Lijnen en Hoeken

Paragraaf 7.1 : Lijnen en Hoeken Hoofdstuk 7 Lijnen en cirkels (V5 Wis B) Pagina 1 van 11 Paragraaf 7.1 : Lijnen en Hoeken Les 1 Lijnen Definities Je kunt een lijn op verschillende manieren bepalen / opschrijven : (1) RC - manier y =

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 018 tijdvak 1ti maandag 14 mei 13.30-16.30 uur oud programma wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Nadere informatie

9.0 Voorkennis [1] Definitie bissectrice: De bissectrice van een hoek is de lijn die de hoek middendoor deelt. Willem-Jan van der Zanden

9.0 Voorkennis [1] Definitie bissectrice: De bissectrice van een hoek is de lijn die de hoek middendoor deelt. Willem-Jan van der Zanden 9.0 Voorkennis [1] Definitie middelloodlijn: De middelloodlijn van een lijnstuk is de lijn door het midden van dat lijnstuk die loodrecht op dat lijnstuk staat. Definitie bissectrice: De bissectrice van

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 05 tijdvak donderdag 8 juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen

Nadere informatie

Paragraaf 8.1 : Lijnen en Hoeken

Paragraaf 8.1 : Lijnen en Hoeken Hoofdstuk 8 Meetkunde met coördinaten (V5 Wis B) Pagina 1 van 11 Paragraaf 8.1 : Lijnen en Hoeken Les 1 Lijnen Definities Je kunt een lijn op verschillende manieren bepalen / opschrijven : (1) RC - manier

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 6 januari 04 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een

Nadere informatie

stap voor stap; zonder GR-functies; tussen- en eindantwoorden mogen benaderd worden genoteerd (wel doorrekenen met exacte antwoorden).

stap voor stap; zonder GR-functies; tussen- en eindantwoorden mogen benaderd worden genoteerd (wel doorrekenen met exacte antwoorden). Samenvatting door Sterre 1437 woorden 5 mei 2018 7.8 3 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde B Getal en ruimte Vocabulair Algebraïsch stap voor stap; zonder GR-functies; tussen- en eindantwoorden mogen

Nadere informatie

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig Vlakke Meetkunde Les 1 Congruentie en gelijkvormig (Deze les sluit aan bij het paragraaf 1 van Vlakke Meetkunde van de Wageningse Methode. Vlakke Meetkunde kun je downloaden vanaf de site van de Open Universiteit.

Nadere informatie

Antwoordmodel - Vlakke figuren

Antwoordmodel - Vlakke figuren Antwoordmodel - Vlakke figuren Vraag 1 Verbind de termen met de juiste definities. Middelloodlijn Gaat door het midden van een lijnstuk en staat er loodrecht op. Bissectrice Deelt een hoek middendoor.

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B vwo II

Eindexamen wiskunde B vwo II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

HOEKEN, AFSTANDEN en CIRKELS IN Klas 5N Wiskunde 6 perioden

HOEKEN, AFSTANDEN en CIRKELS IN Klas 5N Wiskunde 6 perioden HOEKEN, AFSTANDEN en CIRKELS IN Klas 5N Wiskunde 6 erioden INHOUD. Het inroduct van vectoren... 3. De normaalvector van een lijn... 3. DE AFSTAND VAN TWEE PUNTEN.... 5. De afstand van een unt tot een lijn...

Nadere informatie

Paragraaf 10.1 : Vectoren en lijnen

Paragraaf 10.1 : Vectoren en lijnen Hoofdstuk 10 Meetkunde met Vectoren (V5 Wis B) Pagina 1 van 13 Paragraaf 10.1 : Vectoren en lijnen Les 1 : Vectoren tekenen Definities Vector x = ( a ) wil zeggen a naar rechts en b omhoog. b Je kunt vectoren

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2017-I

wiskunde B vwo 2017-I wiskunde vwo 017-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek,

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 0 tijdvak woensdag juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 8 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 08 tijdvak woensdag 0 juni 3.30-6.30 uur oud programma wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 5 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen) Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen) Beschouw de 4 termen: x y, x, 6, 9x Voor welke waarden van x en y vormen deze termen een rekenkundige rij? x 9x x, 6, 9 x : RR 6 0x x 0,9 0,9 y ;,9 ; 6 ; 8,,

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

15.0 Voorkennis. Herhaling rekenregels voor differentiëren: (somregel) (productregel) (quotiëntregel) n( x) ( n( x))

15.0 Voorkennis. Herhaling rekenregels voor differentiëren: (somregel) (productregel) (quotiëntregel) n( x) ( n( x)) 5.0 Voorkennis Herhaling rekenregels voor differentiëren: f ( x) a f '( x) 0 n f ( x) ax f '( x) nax n f ( x) c g( x) f '( x) c g'( x) f ( x) g( x) h( x) f '( x) g'( x) h'( x) p( x) f ( x) g( x) p'( x)

Nadere informatie

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 0 tijdvak woensdag 9 juni.0-6.0 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 8 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 78 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

3 Hoeken en afstanden

3 Hoeken en afstanden Domein Meetkunde havo B 3 Hoeken en afstanden Inhoud 3.1 Cirkels en hun middelpunt 3.2 Snijden en raken 3.3 Raaklijnen en hoeken 3.4 Afstanden berekenen 3.5 Overzicht In opdracht van: Commissie Toekomst

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 04 tijdvak woensdag 8 juni.0-6.0 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde ewijzen in de vlakke meetkunde bladzijde 54 a ' b Gegeven: e gelijkzijdige driehoek met zijn omgeschreven cirkel. unt ligt op de kortste boog en ligt op het verlengde van zo, dat =. riehoek is gelijkzijdig.

Nadere informatie

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax 00-I De parabool met vergelijking y = 4x x en de x-as sluiten een vlakdeel V in. De lijn y = ax (met 0 a < 4) snijdt de parabool in de oorsprong en in punt. Zie de figuur. y= 4x x y= ax heeft de coördinaten

Nadere informatie

Vlakke meetkunde en geogebra

Vlakke meetkunde en geogebra Vlakke meetkunde en geogebra Open de geogebra-app. Kies het algebra- en tekenvenster. Aan de linkerkant zie je het algebravenster en rechts daarvan het tekenvenster met een x-as en een y-as. Om een rooster

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 : De driehoek

Hoofdstuk 5 : De driehoek Hoofdstuk 5 : De driehoek - 89 1. Congruente figuren Figuren die elkaar volkomen kunnen bedekken noemen we congruente figuren. Congruente figuren hebben dezelfde vorm (~ ) en dezelfde grootte (=). Als

Nadere informatie

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d.

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d. 17 Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d. 18 Vermoeden: De drie hoogtelijnen gaan door 1 punt 34. a. De drie middelloodlijnen van een

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II Eindeamen vwo wiskunde 04-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 3 januari Tijd: 9. -. uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een berekening

Nadere informatie

werkschrift driehoeken

werkschrift driehoeken werkschrift driehoeken 1 hoeken 11 Rangschik de hoeken van klein naar groot. 14 b Teken een lijn l met daarop een punt A. Teken met je geodriehoek een lijn die l loodrecht snijdt in A. c Kies een punt

Nadere informatie

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen) Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen). Jozef Hoekmeters bevindt zich op de top van een berg die hoog uit zee rijst (zie figuur ). Aan de overkant van het water ziet hij een appartementsgebouw vlakbij

Nadere informatie

wiskunde B bezem vwo 2018-I

wiskunde B bezem vwo 2018-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten januari 2008 De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten Inleiding Eén van de bekendste meetkundige plaatsen is de middelloodlijn van een lijnstuk. Deze lijn bestaat uit alle punten die gelijke afstand

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 3 juni 4 Tijd: 4. - 7. uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een redenering,

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 8 juli 04 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een

Nadere informatie

Wiskunde oefentoets hoofdstuk 10: Meetkundige berekeningen

Wiskunde oefentoets hoofdstuk 10: Meetkundige berekeningen Wiskunde oefentoets hoofdstuk 0: Meetkundige berekeningen Iedere antwoord dient gemotiveerd te worden, anders worden er geen punten toegekend. Gebruik van grafische rekenmachine is toegestaan. Succes!

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 015 tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 17 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP OEFENINGEN 1 Kleur de figuren die congruent zijn met elkaar in dezelfde kleur. 2 Gegeven: PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP Gevraagd: Zijn de driehoeken congruent? Verklaar. 3 Gegeven: Gevraagd: Is

Nadere informatie

1 Het midden van een lijnstuk

1 Het midden van een lijnstuk Inleiding Deze basisconstructies worden aan de leerlingen gegeven in de vorm van werkbladen voor zelfstandig werken. Met behulp van een beginschets van de gegevens en de constructiebeschrijving maken de

Nadere informatie

Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel.

Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel. Raaklijnen Verkennen Raaklijnen Inleiding Verkennen Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel. Uitleg Raaklijnen Uitleg Opgave 1 Bekijk de Uitleg. a) Wat is de vergelijking

Nadere informatie

Opgaven bij Analytische meetkunde in een nieuw jasje

Opgaven bij Analytische meetkunde in een nieuw jasje Opgaven bij Analytische meetkunde in een nieuw jasje Opgave 1. Gegeven de lijnen m en n met vectorvoorstellingen 6 8 x = 7 + µ 0. Bepaal de afstand tussen m en n. 16 0 4 x = 2 + λ 1 en Opgave 2. Bewijs

Nadere informatie

wiskunde B bezem vwo 2018-II

wiskunde B bezem vwo 2018-II wiskunde bezem vwo 08-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk

Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk Basisconstructie 1 Het lijnstuk AB Neem vanuit A een afstand tussen de benen van de passer die wat groter is dan van A tot het geschatte midden

Nadere informatie

1 Introductie. 2 Oppervlakteformules

1 Introductie. 2 Oppervlakteformules Introductie We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor het gemak laten we de absoluutstrepen weg. De lengte van een lijnstuk XY wordt dus ook weergegeven met XY. Verder zullen we de volgende notatie

Nadere informatie

Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Analytische Meetkunde

Analytische Meetkunde Analytische Meetkunde Meetkunde met Geogebra en vergelijkingen van lijnen 2 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie... 4 Meetkunde met Geogebra... 6 Stelling van Thales...... 7 3 Achtergrondinformatie Auteurs

Nadere informatie

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden Lesbrief 6 Meetkunde 1 Hoektransversalen in een driehoek ABC is een driehoek. Een lijn l door een hoekpunt A van de driehoek heet een hoektransversaal van A. We zullen onderzoeken onder welke voorwaarden

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: juli 00 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een berekening

Nadere informatie

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1]

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1] 7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1] Zwaartelijn: Een zwaartelijn in een driehoek is een lijn die gaat door een hoekpunt en het midden van de overstaande zijde. Een driehoek heeft drie zwaartelijnen. De drie

Nadere informatie

Driehoeken. Enkele speciale topics. Arne Smeets. Trainingsweekend Februari 2008

Driehoeken. Enkele speciale topics. Arne Smeets. Trainingsweekend Februari 2008 Driehoeken Enkele speciale topics Arne Smeets Trainingsweekend Februari 2008 Trilineaire en barycentrische coördinaten Definitie van trilineaire coördinaten Beschouw (in het vlak) een driehoek ABC en een

Nadere informatie

De constructie van een raaklijn aan een cirkel is, op basis van deze stelling, niet zo erg moeilijk meer.

De constructie van een raaklijn aan een cirkel is, op basis van deze stelling, niet zo erg moeilijk meer. Cabri-werkblad Raaklijnen Raaklijnen aan een cirkel Definitie Een raaklijn aan een cirkel is een rechte lijn die precies één punt (het raakpunt) met de cirkel gemeenschappelijk heeft. Stelling De raaklijn

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales

Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales - 127 1. Projectie op een rechte (boek pag 175) x en y zijn twee... rechten. We trekken door het punt A een evenwijdige rechte met de rechte y en noemen het

Nadere informatie

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2 Meetkundige Ongelijkheden Groep Trainingsweek Juni 009 1 Introductie We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor het gemak laten we de absoluutstrepen weg. De lengte van een lijnstuk XY wordt dus

Nadere informatie

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken).

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken). Inhoud 1. Sinus-functie 1 2. Cosinus-functie 3 3. Tangens-functie 5 4. Eigenschappen 4.1. Verband tussen goniometrische verhoudingen en goniometrische functies 8 4.2. Enkele eigenschappen van de sinus-functie

Nadere informatie

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12 Katern 3 Meetkunde Inhoudsopgave 1 Hoeken 2 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4 3 Driehoeken 8 4 Vierhoeken 12 5 Lijnen in een driehoek 15 Inleiding De vlakke meetkunde is de meetkunde die zich afspeelt

Nadere informatie

opdrachten bij hoofdstuk 7 Lijnen cirkels als PDF

opdrachten bij hoofdstuk 7 Lijnen cirkels als PDF lijnen en cirkels opdrachten bij hoofdstuk 7 Lijnen cirkels als PDF 0. voorkennis De vergelijking ax+by=c Stelsels lineaire vergelijkingen De algemene vorm van een lineaire vergelijkingen met de variabele

Nadere informatie

De arbelos. 1 Definitie

De arbelos. 1 Definitie De arbelos 1 Definitie De arbelos is een meetkundige figuur die bestaat uit drie aan elkaar rakende halve cirkels. De raakpunten liggen op een lijn. In onderstaande tekening is de arbelos de paarse figuur.

Nadere informatie

De vergelijking van Antoine

De vergelijking van Antoine De vergelijking van Antoine Als een vloeistof een gesloten ruimte niet geheel opvult, dan verdampt een deel van de vloeistof. De damp oefent druk uit op de wanden van de gesloten ruimte: de dampdruk. De

Nadere informatie