William-Duquet-lezing 23 april 2010

Vergelijkbare documenten
Klinisch redeneren moeilijker dan het lijkt! Em. prof. dr. Rob Oostendorp Drs. Geert Rutten Dr. Janneke Harting Prof. dr. Ria Nijhuis van der Sanden

Paramedisch OnderzoekCentrum

Paramedisch OnderzoekCentrum

MULTIDISCIPLINAIRE VISIE op DIAGNOSTIEK en BEHANDELING van het LUMBOSACRAAL RADICULAIR SYNDROOM

Paramedisch OnderzoekCentrum

HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE

Paramedisch OnderzoekCentrum

Beroepsprofiel FT, KNGF 2005 Competentieprofiel, SROF Wat doen we ermee? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

Themamiddag ter gelegenheid van de instelling van het lectoraat van dr. Frits Oosterveld 21 maart 2002 Saxion Hogeschool Enschede

OVER DE HORIZON van de PARAMEDISCHE ZORG

Kwaliteitsindicatoren in de paramedische zorg

Centre for. Care Research (WOK, KWAZO) (CEBP) Universiteit Maastricht. Centre for Evidence Based Physiotherapy

Onderscheid door Kwaliteit

WAT NEMEN WE MEE NAAR HUIS

Peer review EBM. Ontwikkeld door WVVK in opdracht van Pro-Q-Kine

Paramedisch OnderzoeksCentrum

DIRECTE TOEGANKELIJKHEID MANUELE THERAPIE VANUIT WETENSCHAPPELIJK PERSPECTIEF

Kennemer Gasthuis, Haarlem

Bewegingsvrijheid in het dagelijkse functioneren als uitgangspunt voor een meetinstrument voor patiënten met schouderklachten

LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT:

Position Paper #Not4Sissies

Arbocuratieve fysiotherapie: een effectieve beweging?

Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag?

EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

Paramedisch OnderzoekCentrum

Richtlijnen in de fysiotherapie: een internationaal perspectief

Paramedisch OnderzoekCentrum

Inleiding Methodologie Master MBRT Hogeschool INHOLLAND 27 november Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

De indeling van de sector Gezondheidszorg

Niet zo maar een praktijk! Prof. dr. Rob Oostendorp Oud-medewerker ( ) Praktijk voor Fysiotherapie en Manuele Therapie Heeswijk-Dinther

Paramedisch OnderzoekCentrum

De rol en positie van passief segmentaal bewegingsonderzoek binnen het klinisch redeneren

Beoordelingskader voor de kwaliteit van verslaglegging door fysiotherapeuten

Patient-Reported Outcome Measures in de fysiotherapiepraktijk. De presentatie op hoofdlijnen. Patiënt Reported Outcome (PRO) Het wat en hoe

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

Marike van der Schaaf Juultje Sommers. Evidence statement voor fysiotherapie op de intensive care

DE MEERWAARDE VAN VERPLEEG EN VROEDKUNDIG ONDERZOEK VOOR DE PRAKTIJK

FYSIOTHERAPIE, OP Z N KOP?

Systematische review als middel tot synthese van bestaande kennis

TUSSEN PRAKTRIJK EN WETENSCHAP: dé uitdaging voor de paramedische zorg. Inaugurele rede prof. dr. Rob A.B. Oostendorp 12 januari 2001

Persoonsgerichte zorg in richtlijnen: contradictie of paradox? Trudy van der Weijden 16 juni 2017

L.s, MVG, Huub Vossen, NVMT. De intreerede is opgenomen en te bekijken op website van de HAN:

Opleiden voor Public Health. Prof dr Gerhard Zielhuis Epidemiologie, UMC St Radboud

Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet

Registratie eisen Epidemioloog A en B

Rapport ad hoc-commissie Wetenschappelijke Integriteit Tilburg University

Welkom op de implementatie cursus KNGF-richtlijn Manuele Therapie bij Lage-rugpijn

SYMPOSIUM voor FYSIOTHERAPEUTEN Elk z n rol

TOEKOMSTVISIE FYSIOTHERAPIE CIVIEL

Verzekeringsgeneeskunde en Wetenschap

19/03/2012. Integratie van ICF in het kinesitherapeutisch. dossier en klinisch redeneren INHOUD

Biopsychosociaal model

Inhoud. Marieke Schuurmans. Lia van Straalen en Mariël Kanne. 1 De verpleegkundige van de toekomst... 1

Implementatie van richtlijnen. Dr. Hester Vermeulen Afdeling Chirurgie, Academisch Medisch Centrum Amsterdam Amsterdam School of Health Professions

Inleiding Klinimetrie Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn

Zorgpaden: Evidence Based or Wishful thinking?

Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

Programma. Slotbijeenkomst Rug-netwerk Kwaliteitsfysiotherapie Noord Holland Noord. PROMs pilot het Rug-netwerk

Lieke van der Scheer, Department of Philosophy Lieke van der Scheer ISOQOL

Van Logopedische praktijk naar Logopediewetenschap! Prof dr Ellen Gerrits Symposium promotie dr Joost Hurkmans 12 februari 2016

PARAMEDISCH CURSUSSEN & OPLEIDINGEN. Brochure

Verschuiving in fysiotherapie bij whiplash -patiënten: werkelijkheid of theorie?

C u r r i c u l u m v o l t i j d s e o p l e i d i n g

optimale meetinstrument?

KNGF-richtlijnen bij Lage-rugpijn: Fysiotherapie of Manuele therapie? Dr. Erik J.M. Hendriks Prof. Dr. Rob A.B. Oostendorp

Dr. Hilde Verbeek 15 april Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1

VAN DE ONTWIKKELING VAN KWALITEITSINDICATOREN TOT VERBETERING VAN ZORGKWALITEIT: EEN OVERZICHT

Visitatie: 6 indicatoren Feedbackformulier Kwaliteit praktijkvoering

AGAR trial: Adherence to Guidelines for use of Antibiotics in Respiratory infections

GEFELICITEERD! Evidence-based logopedie. Evidence-based logopedie: 10 jaar! Taakverdeling. Wat ben

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Kennis in Beweging. 30/10/14 MTP Fysiotherapie/KBC Haaglanden 1

KNGF-richtlijn Fysiotherapie en osteoporose: aansluiting bij bestaande richtlijnen?

Raamplan Artsopleiding 2009

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting

Handhygiëne in Nederlandse ziekenhuizen

Workshop Spiegeltherapie in de praktijk

Professionalisering in de fysiotherapie: resultaten na 15 jaar kwaliteitsbeleid

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Samenvatting eindrapportage. Ontwerp van een minimale dataset voor lage rugklachten en COPD in de fysiotherapie

Voorbereiding Eindwerk

Evidence Based Practise versus Practice Based Evidence

Registratie eisen Epidemioloog A en B

Multidisciplinaire Richtlijn ALS ergotherapie, fysiotherapie en logopedie: een update

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog

LOWER RESPIRATORY TRACT INFECTIONS IN ADULTS: A CLINICAL DIAGNOSTIC STUDY GENERAL PRACTICE

Klinische epidemiologie en statistiek

Richtlijnen: Minimaal vereiste - of optimale zorg? Stollen of uitdagen

Bij gebrek aan bewijs

Wanneer is ergotherapie bij Parkinson effectief?

Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease

Oproep tot het indienen van aanvragen promotieonderzoek voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk

Helpt het hulpmiddel?

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

Best Practice Peer review

Masterlijke fysiotherapie in het ziekenhuis

Chronische pijn als uitdaging: hedendaagse neurowetenschappelijke inzichten binnen de multidisciplinaire praktijk

Transcriptie:

William-Duquet-lezing 23 april 2010

Laatste ontmoeting met William tijdens mijn afscheid in De Vereeniging op 2 maart 2007

William bedankt!

Ter introductie: wie ben ik? 1942: geboren in Nijmegen 1965: fysiotherapie Sint Maartenskliniek 1972: manuele therapie Stichting Manuele Geneeskunde 1984: motorische revalidatie & kinesitherapie VUB 1988: academische promotie KUN (promotoren prof. dr. J.A. Bernards en prof. dr. J.P. Clarijs) 1989: hoogleraar MT VUB 1995: wetenschappelijk directeur NPi 1999: hoogleraar paramedische wetenschappen KUN / Radboud Universiteit Nijmegen 2007: emeritaat

Op weg naar het doctoraat Em. prof. dr. Rob A.B. Oostendorp 1989-2004 1999-2007

Wat te verwachten? In memoriam William Duquet Korte schets Radboud Universiteit Nijmegen Positionering paramedisch onderzoek Kenniscyclus met accent op kennisontwikkeling Uitgangspunten paramedisch onderzoek Voorbeeld uit onderzoekslijn Kwaliteit van zorg Overall plaatje Lessons learned voor doctorandi

Radboud Universiteit Nijmegen 1923: Katholieke Universiteit Nijmegen 2004: Radboud Universiteit Nijmegen 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Academische promoties Wetenschappelijke publicaties 213 214 226 241 262 260 4.242 4.710 4.927 5.049 5.288 5.349 9 Faculteiten Faculteit der Medische Wetenschappen samen met Academisch Ziekenhuis: Universitair Medisch Centrum (UMC) St Radboud

Wie is Radboud? De heilige Radboud (eigenlijk: Radbod) (nabij Namen, ca. 850 Ootmarsum 29 november 917) was bisschop van Utrecht van 899 tot 917. In Nederland is Radboud de patroon van de katholieke wetenschapsbeoefening. In 1905 werd de Sint- Radboudstichting opgericht met als doel de bevordering van het katholiek hoger onderwijs in Nederland en in het bijzonder de oprichting van een katholieke universiteit. In 1923 werd de Katholieke Universiteit Nijmegen geopend, in 1956 het bijbehorende Sint-Radboudziekenhuis (nu UMC St Radboud). Op 2004 heeft de universiteit de naam Radboud Universiteit Nijmegen aangenomen.

UMC St Radboud Taakstelling: zorg, onderwijs en onderzoek 6 Onderzoeksinstituten waaronder Nijmegen Centre for Evidence Based Practice (NCEBP) Paramedische zorg (fysiotherapie, logopedie en ergotherapie), onderwijs (in samenwerking met Hogeschool van Arnhem en Nijmegen) en onderzoek Paramedisch onderzoek ondergebracht in NCEBP

Onderzoeksinstituten UMC St Radboud Institute for Oncology Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences Nijmegen Institute for Infection, Inflammation and Immunity Institute for Genetic and Metabolic Disease Donders Centre for Neuroscience Nijmegen Centre for Evidence Based Practice

Algemene kenniscyclus Onderzoek: KENNIS- ONTWIKKELING Onderwijs: KENNIS- VERSPREIDING en -OVERDRACHT Zorg: KENNIS- TOEPASSING

Paramedische kenniscyclus Kennisontwikkeling:. Aansluiting bij multidisciplinaire onderzoeksthema s met eigen onderzoeksvraagstellingen (geen medische onderzoeksvragen!) Kennisverspreiding en overdracht:. Ba- en Ma-opleidingen Medische en Biomedische Wetenschappen. Medisch specialistische opleidingen. Ba- en Ma-opleidingen Paramedische Beroepen (HAN). Professionele na- en bijscholing (Nederlands Paramedisch Instituut [NPi]) Kennistoepassing. Patiëntenzorg klinisch (met overdracht naar revalidatiecentra, verpleeghuizen, perifere ziekenhuizen en eerste lijn). Patiëntenzorg eerste lijn

Les 1. Iedere paramedische onderzoeker is opgenomen in de kenniscyclus in wisselende verhoudingen.

Uitgangspunten Paramedische onderzoeksthema s Paramedisch onderzoek is complementair aan medisch onderzoek dat is gericht op etiologie, diagnostiek en behandeling van ziekten. Paramedisch onderzoek richt zich op de zorg voor gevolgen van de ziekte. Het gaat hierbij om de gevolgen van ziekte voor iemands functioneren, activiteiten en participatie inclusief contextuele factoren zoals omschreven in de International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF).

Integratiemodel [Rundell et al., 2009] 1. ICF 2. Klinisch redeneren 3. EBP

Basisvraagstellingen voor paramedisch onderzoek Welke paramedische interventies zijn effectief, klinisch relevant, veilig en efficiënt? Doeltreffendheid, doelmatigheid en veiligheid van zorg Hoe wordt evidence based practice (EBP) onder paramedici effectief bevorderd? Genereren van wetenschappelijke evidentie Ontwikkelen, implementeren en evalueren van richtlijnen Toetsen van EBP aan de hand van kwaliteitsindicatoren Welke (verondersteld) onderliggende mechanismen worden therapeutisch beïnvloed? Ontwikkelen van leertheoretische modellen in relatie tot bewegen Toetsen van fysiologische theorieën die veelvuldig worden toegepast (bijvoorbeeld circulatiestoornissen bij CRPS)

Les 2. Ieder doctoraatsonderzoek moet passen binnen één of twee basisvraagstellingen.

Les 3. Paramedisch onderzoek heeft eigen vraagstellingen en paramedische onderzoekers zijn geen waterdragers van gegevens voor medisch onderzoek. De paramedicus is de doctorandus.

Kennisontwikkeling: samenwerking Thema 1: Kenniscentrum Longziekten, HAN (Lectoraat Arbeid & Gezondheid), afd. Neurologie, afd. Kindergeneeskunde, afd. Medische Psychologie, afd. Neurochirurgie, afd. Heelkunde, afd. Orthopedie, afd. MTA, afd. Biostatistiek en Epidemiologie, afd. Gynecologie, afd. Urologie, afd. Klinische Geriatrie, afd. Revalidatiegeneeskunde, Eerstelijn FT, ET, Log Thema 2: afd. Gezondheidsvoorlichting, Klinische netwerken (bijv. ParkNet), Eerstelijn FT, ET, Log, afd. Huisartsgeneeskunde, Thema 3: afd. Fysiologie, Centrum voor Cognitie

Samenstelling doctoraatsteam PhD-Onderzoeker (promovendus) op basis van een officiële sollicitatieprocedure Onderzoeksassistent Ondersteuning: secretarieel, statistisch, methodologisch, ICT Copromotor(en): gepromoveerd senior onderzoeker(s) voor dagelijkse begeleiding Promotoren: paramedisch hoogleraar en medisch hoogleraar voor supervisie

Iedere PhD-student heeft: Promotiereglement (laatste versie) Opleidings- en begeleidingsplan in samenspraak met (co-)promotoren (extern beoordeeld) Tijdschema voor het onderzoek (veel onderzoek wordt gesubsidieerd voor een bepaalde periode) Afbakening van het onderzoek binnen de 3 basisvraagstellingen Opzet van het proefschrift Publicatieplan met auteursvolgorde (beter vooraf dan achteraf)

Iedere PhD-student is: Lid van het PhD Council NCEBP The PhD Council is formed by several members from various NCEBP research themes. The main objective of the Council is to represent the interests of PhD students within NCEBP and act as a liaison between the NCEBP management team and its PhD students. Participatie in Promovendi-overleg Nijmegen (PON) met afvaardiging in Promovendi Netwerk Nederland (PNN) Zoek steun bij elkaar (wel en wee!)

Proefschrift en het verkrijgen van de graad van doctor Algemene inleiding Minimaal 5 artikelen in peer-reviewed journals waarvan minimaal 3 artikelen zijn gepubliceerd en de rest ter publicatie aangeboden (denk aan impact factoren) Algemene discussie Beoordeling door manuscriptcommissie (meestal 5 leden) Na goedkeuring toelating tot de openbare verdediging met bevraging door de promotiecommissie (meestal 7 leden)

Les 4. Doctoreren is geen 9 tot 5 baan maar vraagt meer tijd dan 8 uur per dag (gemiddelde werkdag). Doctoreren kent hoogte- en dieptepunten. Maak structurele afspraken voor begeleiding en supervisie.

Voorbeeld uit onderzoekslijn Kwaliteit van zorg Hoe wordt evidence based practice (EBP) onder paramedici effectief bevorderd?

Korte inleiding op dit thema

Waarom? Uiteenlopende doelen van kwaliteitsverbetering: Intern: verantwoording afleggen aan jezelf en beroepsgroep vaststellen waar verbetering mogelijk of nodig is verbetering initiëren en vaststellen van verandering door zorgverleners zelf (zelfregulatie) Extern: verantwoording afleggen naar samenleving patiënten: meer keuzemogelijkheid, vergelijken zorgverleners (public reports) inspectie: veilige zorg, zorg voldoet aan minimumeisen verzekeraars: contract, prijs-kwaliteitsafspraken overheid: staat van zorg op hoofdlijnen akkoord

25 jaar kwaliteitsbeleid KNGF Beroepsprofiel / -competenties Fysiotherapeutisch methodisch handelen Classicificaties Verslaglegging / elektronische patiëntdossiers (EPD) Inhoudelijke en procedurele richtlijnen: ontwikkeling, implementatie en evaluatie Toch.de kwaliteit van de spreekkamerwerkelijkheid is weinig transparant; deur zit grotendeels op slot!!! Is het handelen van de FT in de spreekkamer meetbaar? [Oostendorp, 2007; 2009; 2010; Guthrie et al, 2007; Lester & Roland, 2007]

Kwaliteit fysiotherapeutisch handelen meetbaar? Kwaliteitsindicatoren A measurable element of practice performance for which there is evidence or consensus that it can be used to assess the quality, hence change the quality, of care provided [Lawrence & Olesen, 1997] Type indicatoren: Structuur, proces, uitkomst Uitgedrukt in percentages: patiënten bij wie

Relatie tussen structuur-, proces- en uitkomstindicatoren structuur proces uitkomst patiënt handelen: gezondheidstoestand diagnostiek behandeling

Indicatoren Fysiotherapie afgeleid van het methodisch handelen Percentage patiënten : 1. bij wie methodisch is gehandeld in screeningsproces 2. bij wie methodisch is gehandeld in diagnostisch proces 3. bij wie behandeldoelen zijn geformuleerd 4. bij wie methodisch is gehandeld in therapeutisch proces 5. bij wie behandelresultaat subjectief is vastgesteld 6. bij wie behandelresultaat objectief is vastgesteld op basis van vooren nametingen 7. bij wie het aantal behandelingen en de behandelperiode is vastgesteld 8. bij wie afstemming met patiënt is over het fysiotherapeutisch behandelplan

Ontwikkelen, implementeren en evalueren van richtlijnen sleutelrol in kwaliteitsbeleid fysiotherapie 5 promovendi 1e auteur van een richtlijn.

De afbeelding kan momenteel niet worden weergegeven. Systematic reviews and meta-analyses Randomised controlled trials Cohort, case control studies Uncontrolled studies Expert opinion De afbeelding kan momenteel niet worden weergegeven. quality assessment quality assessment quality assessment quality assessment Conclusion including level of evidence Considered judgement - clinical relevance - patient safety - patient preferences - availability of services - organization of care - impact on costs - legal consequences recommendation (evidence plus experience and preference) Development of Evidence-based Guidelines

KNGF-richtlijnen 18 evidence-based guidelines waarvan: 3 procedurele richtlijnen (o.a. KNGF-richtlijn Fysiotherapeutische Verslaglegging [Heerkens e.a., 2007]) 15 inhoudelijke richtlijnen (o.a. KNGF-richtlijn Lagerugpijn [Bekkering e.a. 2003; Heijmans e.a. 2005; Rutten e.a.,revisie in voorbereiding, 2010] en KNGF-richtlijn Nekpijn [Beekman e.a., in voorbereiding, 2010]

Clinical guidelines: systematische opbouw op basis van: Classificaties (International Classification of Functioning, Disability and Health [WHO, 2001]) en ICF Core Sets [Cieza et al., 2004; Stucki et al., 2005] Fasen van fysiotherapeutisch methodisch handelen [Hendriks et al., 2005; Oostendorp et al. 2003]: Diagnostische fase Therapeutische fase Meetinstrumenten (Klinimetrie) Methodologische kwaliteit Minimal clinically important change (MCIC) [Tood et al., 1996; Ehrich et al., 2000; Pool et al., 2007; Cleland et al., 2007] Kwaliteitsindicatoren geformuleerd op basis van de aanbevelingen in de richtlijnen; sterkte van aanbevelingen afhankelijk van niveau van wetenschappelijk bewijs (niveau 1 t/m 4)

Indeling van literatuur naar diagnostiek, behandeling en prognose [ Van Tulder et al., 2002; Koes et al., 2005; CBO, 2006]

Niveau van aanbevelingen op basis niveau van aangetoonde effectiviteit [CBO, 2006] 1. ten minste één systematische review (A1) of twee onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau A2 (het is aangetoond dat..) 2. één onderzoek van niveau A2 of ten minste twee onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau B (het is waarschijnlijk dat ) 3. ten minste één onderzoek van niveau B of C (er zijn aanwijzingen dat ) 4. mening van deskundigen, bijvoorbeeld de werkgroepleden (de werkgroep is van mening dat.)

KNGF-richtlijn Nekpijn (Beekman, in voorbereiding) 30 aanbevelingen waarvan: 5 (17%) niveau 1 8 (27%) niveau 2 7 (23%) niveau 3 10 (33%) niveau 4 Vergelijkbaar met Guidelines in context of evidence [Ketola e.a., 2007; 64 richtlijnen in Finland]

Les 5. Iedere doctorandus is in staat een systematisch review uit te voeren volgens de internationaal geldende regels.

Doel onderzoek Ontwikkelen van proces- en uitkomstindicatoren voor de kwaliteit van het fysiotherapeutisch handelen bij patiënten met aspecifieke nekpijn Vaststellen van de mate van adherence met de aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling van patiënten met aspecifieke nekpijn Vaststellen van het verband tussen proces- en uitkomstindicatoren

Ontwikkeling kwaliteitsindicatoren Aspecifieke NekPijn (ANP) (Beekman, in voorbereiding) Indicatoren op basis van aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling aspecifieke nekpijn Diagnostisch en therapeutisch proces - Fysiotherapie: 30 Uitkomstindicatoren - Pijn (VAS) - Functioneren (PSK, NDI) - Global Perceived Effect (GPE) - Aantal zittingen / behandelingen Algoritmen opgesteld op basis van procedureel klinisch redeneren Feedback op handelen Waarderingsysteem in percentages* * 0 15%: verwaarloosbaar; 16 25%: gering; 26 35%: zwak; 36 45%: ruim onvoldoende; 46 55%: onvoldoende; 56 65% voldoende; 66 75%: ruim voldoende; 76 85%: goed; 86-95%: zeer goed; 96 100%: uitstekend

Registratie: fasen methodisch handelen Web-based registratieformulier (Verwijzing) Anamnese Onderzoeksdoelstellingen Onderzoek Analyse en conclusies Behandelplan Behandeling Evaluatie en afsluiting Feedback op handelen (praktijkniveau) ten opzichte van totaal aantal deelnemende praktijken Verslag uit registratiesysteem

Resultaten overall adherence [Rutten et al., submitted; Beekman et al., submitted] Overall adherence ANP 62,2% (SD 12,9); LRP: 65,7% (SD 9,0) Grote verschillen per fase van het methodisch handelen (klinisch redeneren) Uitkomstindicatoren: statistisch significant en > minimale klinisch relevante verschillen Verband tussen adherence aan de richtlijn en het aantal behandelingen en de behandelperiode (weken). Hoe hoger de adherence hoe minder aantal behandelingen en hoe korter de behandelperiode (doelmatigheid).

Conclusie Gemiddelde adherence aan richtlijn Aspecifieke nekpijn voldoende Groot verschil in adherence tussen diagnostische en therapeutische fasen van het handelen Uitkomstindicatoren statistisch en klinisch relevant Doelmatigheid van handelen in de spreekkamer (hoe hoger adherence hoe minder aantal behandelingen en hoe korter de behandelperiode) Set van kwaliteitsindicatoren voor adherence aan richtlijnen is een goed instrument voor het meten van de kwaliteit van de fysiotherapie in de spreekkamer

Les 6. Doctoreer op artikelen in peer reviewed journals met zo hoog mogelijke impact factor. Zorg ervoor dat de artikelen (ook na het behalen van het doctoraat) worden gepubliceerd. Extra inspanning!

Het overall plaatje! Financiering per thema en functie Aanstellingen (promovendi in dienstverband en buitenpromovendi) Externe financiering (ZonMw, NWO, collectebusfondsen) Consequentie: veel subsidieaanvragen met even zovele deadlines Aantal promovendi (2000-2009) Wetenschappelijke output

Les 7. Het grootste gedeelte van het paramedisch onderzoek wordt extern gefinancierd. Zorg ervoor dat de financiën voor het gehele promotietraject zijn geregeld (of een garantie is afgegeven).

Leerstoel overgedragen aan prof. dr. Ria Nijhuis - van der Sanden met ingang van 1 februari 2009

Dank voor jullie aandacht en veel succes met jullie doctoraatonderzoeken.