DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Vergelijkbare documenten
DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. J.S. Reid, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. E.G.J.M. van Beurden en C.T.M.W.P van Beurden-Kouwenberg

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-46 Datum uitspraak : 4 december 2015 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. de heer J.B. van der Meulen en mevrouw M.J. Van der Meulen-Van Wijk te Krimpen aan de IJssel verder te noemen: Van der Meulen,

Zaaknummer : S21-78 Datum uitspraak : 23 mei 2017 Plaats uitspraak : Zeist

gegeven door mr J.S. Reid, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de Rijdende Rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-70 Datum uitspraak : 18 januari 2017 Plaats uitspraak : Zeist

DE RIJDENDE RECHTER Zaaknummer: S17b-06 Datum uitspraak: 22 oktober 2010 Plaats uitspraak: Zaandam

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. verder te noemen Boersma c.s., dan wel Boersma, Draafsel, Kuijper en/of Kraan,

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. verder te noemen Gemeente Enkhuizen, vertegenwoordigd door F.J. Petersen en de heer mr. M. Schaper.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. verder te noemen WSV De Merwede, vertegenwoordigd door C.T. Koot en H.L. van der Beem,

Zaaknummer: S Datum uitspraak: 4 september 2018 Plaats uitspraak: Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Het Bindend Advies. gegeven door mr. J.S. Reid, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. Vereniging van Eigenaars Flatgebouw Merellaan 617 tot en met 723 (oneven nummers) te Maassluis,

Zaaknummer : S21-47 Datum uitspraak : 12 februari 2016 Plaats uitspraak : Zeist. Bindend Advies. in het geschil tussen:

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-77 Datum uitspraak : 16 maart 2017 Plaats uitspraak : Zeist

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER Zaaknummer: S18-05 Datum uitspraak: 28 april 2011 Plaats uitspraak: Zaandam

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies

Zaaknummer : S21-75 Datum uitspraak : 16 maart 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. de heer H. Vlek te: Hallum verder te noemen Vlek die tevens voor zichzelf in de procedure is verschenen,

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

gegeven door mr J.S. Reid, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER Zaaknummer: S18-06 Datum uitspraak: 14 juli 2011 Plaats uitspraak: Zaandam

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-87 Datum uitspraak : 3 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Zaaknummer : S21-81 Datum uitspraak : 2 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S Datum uitspraak : 15 mei 2018 Plaats uitspraak : Zeist

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-69 Datum uitspraak : 17 januari 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies

gegeven door mr J.S. Reid, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-89 Datum uitspraak : 3 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-61 Datum uitspraak : 21 september 2016 Plaats uitspraak : Zeist

Zaaknummer :S21-99 Datum uitspraak :15 mei 2018 Plaats uitspraak :Zeist

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-85 Datum uitspraak : 2 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Zaaknummer : S21-82 Datum uitspraak : 23 mei 2017 Plaats uitspraak : Zeist

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Zaaknummer : S21-48 Datum uitspraak : 30 maart 2016 Plaats uitspraak : Zeist

Bindend Advies. gegeven door mr. F.M. Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

Transcriptie:

Zaaknummer: S20-17 Datum uitspraak: 5 maart 2013 Plaats uitspraak: Zaandam DE RIJDENDE RECHTER Bindend Advies in het geschil tussen: A.R. de Boer te Nijemirdum verder te noemen: De Boer, tegen: E.P.Veenstra te Nijemirdum verder te noemen: Veenstra, gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter. De procedure. Partijen zijn schriftelijk overeengekomen dit geschil door middel van een bindend advies op basis van het bindend advies reglement "De Rijdende Rechter", editie november 2009, te laten beslechten. De vordering van De Boer is opgenomen in de bindend advies overeenkomst. Daarin is ook een tegenvordering van Veenstra opgenomen. De rijdende rechter heeft kennis genomen van alle door partijen overgelegde stukken.

Het geschil is behandeld op de hoorzitting van 25 januari 2013, welke is gehouden te Sloten. Partijen zijn behoorlijk opgeroepen voor de hoorzitting. Voorafgaande daaraan heeft de rijdende rechter zich begeven naar de in deze procedure bedoelde percelen en heeft hij deze in het bijzijn van partijen bezichtigd. De relevante kadastrale erfgrens is opgemeten door het kadaster. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld op- en aanmerkingen te maken. Partijen zijn op de hoorzitting verschenen en hebben hun standpunten toegelicht. Namens het kadaster heeft de heer Hans Flaman mondeling verslag uitgebracht. Hierna is de uitspraak bepaald op vandaag. Vaststaande feiten. In deze procedure mag van de volgende feiten worden uitgegaan, omdat deze voldoende zijn komen vast te staan. 1. De Boer is sinds 1 juni 2005 eigenaar van het woonhuis met garage, ondergrond, erf en verder aan- en bijbehoren, plaatselijk bekend Wissebuurt 9, 8566JM Nijemirdum, kadastraal bekend als gemeente Balk, sectie M, nummers 1865, 1868 en 1869. De vorige eigenaar, T. de Jong, had de eigendom daarvan verkregen op 6 oktober 1997. 2. Veenstra is sinds 16 december 2009 eigenaar van het woonhuis met ondergrond, erf, tuin en verder aan- en bijbehoren, plaatselijk bekend Wissebuurt 11, 8566JM Nijemirdum, kadastraal bekend als gemeente Balk, sectie M, nummer 1025. De vorige eigenaar, G. Otter, had de eigendom daarvan verkregen op 25 maart 1992. 3. In de jaren zeventig van de vorige eeuw is een coniferenhaag geplant tussen beide percelen. Op een luchtfoto uit 1988 is die haag nog volledig, in de volle lengte, aanwezig. Op een luchtfoto van 1992 is die haag nog steeds aanwezig, zij het dat het voorste deel sterk is in- en teruggesnoeid. De teruggesnoeide haag, die vanaf de straat gezien wat schuin staat, komt aan de straatkant uit ter hoogte van een wit paaltje, dat thans nog steeds aanwezig is.

4. Op enig ogenblik na 1992 is de achterzijde van de hiervoor bedoelde haag, ter hoogte van de toenmalige schuur/garage van perceel nummer 9, vervangen door schuttingwerk. Op een foto uit maart 2009, toen De Boer was begonnen met de bouw van een garage op de plaats van de inmiddels afgebroken oude schuur/garage, is een tweetal schuttingen te zien. Thans staat er nog één schutting, aan de kant van De Boer geschraagd door een metalen hekwerk. 5. De hiervoor bedoelde coniferenhaag en de daarna geplaatste schuttingen zijn nooit op de kadastrale erfgrens geplaatst. Waar de kadastrale erfgrens vanaf de straatkant bezien schuin verliep, volgde de coniferenhaag en de later geplaatste schuttingen vanaf de straatkant bezien een meer haakse lijn. Het effect daarvan was, dat aan de voorzijde een taartpunt van de grond van perceel nummer 11 aan de kant van nummer 9 kwam te liggen en aan de achterzijde net andersom. 6. Nadat Veenstra eigenaar was geworden van perceel nummer 11, heeft hij met instemming van De Boer het aan de voorkant overgebleven deel van de oorspronkelijke coniferenhaag verwijderd. Korte tijd is sprake geweest van de aanleg van een gezamenlijke oprit naar de percelen nummer 9 en 11, maar dat plan is niet uitgevoerd vanwege het daarna opgekomen, in deze procedure bedoelde, grensconflict. 7. De Boer heeft eigenmachtig een rood hekwerk aangebracht op de plek waar eerst de coniferenhaag stond. Dat hekwerk sluit aan op de overgebleven schutting, met het daartegen aangebrachte draadhekwerk. Daartegen zijn ook klimopscheuten geplant. 8. Veenstra moest medio 2012 zijn rioolbuis richting straatkant vervangen. Deze lag, gezien vanaf de plek van de inmiddels weggehaalde coniferenhaag, aan de kant van perceel nummer 9. Daarvoor heeft Veenstra een deel van de daarop door De Boer aangebrachte bestrating opengebroken en daar graafwerkzaamheden verricht. De opgebroken bestrating heeft hij op twee hopen op de grond van De Boer gedeponeerd. Ook is de klimop verwijderd. Nadat de rioolwerkzaamheden waren voltooid, heeft Veenstra geweigerd de voor de werkzaamheden bestaande situatie te herstellen. De vorderingen. Partijen wensen eerst en vooral dat de rijdende rechter de grens vaststelt waar de juridische grens loopt tussen hun beider percelen.

De Boer meent dat deze door verjaring gelijk is gaan lopen met de al meer dan 20 jaren aangehouden feitelijke erfgrens. In het verlengde daarvan vordert De Boer dat Veenstra wordt verplicht de bestrating en de klimop die hij heeft verwijderd weer terug te plaatsen. Daarnaast vordert De Boer een schadevergoeding van 700,-- wegens het al die tijd niet kunnen gebruiken van zijn oprit. Veenstra is van mening is dat deze grens gelijk loopt met de kadastrale erfgrens. In het verlengde daarvan vordert Veenstra dat De Boer wordt verplicht mee te werken aan het op gemeenschappelijke kosten oprichten van een mooie, gemeenschappelijke schutting op die grens. Standpunten van partijen. Het standpunt van De Boer komt kort samengevat en voor zover thans van belang op het volgende neer. De Boer erkent dat de tot voor kort aangehouden feitelijke erfgrens afwijkt van de kadastrale erfgrens. Toch meent hij, dat de kadastrale erfgrens niet overeenkomt met de werkelijke eigendomsverhoudingen. Volgens De Boer hebben de voormalige eigenaren van beide betrokken percelen in 1977 twee stukjes grond geruild. Waar het op neerkwam is dat nummer 9 aan de voorzijde een taartpunt grond van 1 meter breed en 15 meter lang kreeg toebedeeld en dat nummer 11 daarvoor aan de achterzijde een soortgelijke taartpunt grond terugkreeg. De toen geschapen nieuwe erfgrens, die fysiek werd vastgelegd in de schutting en de coniferenhaag, is daarna meer dan 20 jaar gehandhaafd, waardoor de nieuwe situatie in elk geval door verjaring is gelegaliseerd. Veenstra wil na de problemen met zijn riool kennelijk de oude, kadastrale erfgrens aanhouden. De Boer kan niet akkoord gaan met het afdwingen daarvan. Veenstra moet de oude situatie herstellen en respecteren. Daarnaast moet Veenstra een schadevergoeding betalen van 700,-- omdat De Boer door zijn onrechtmatig gedrag al lange tijd geen gebruik meer kan maken van zijn oprit. Het standpunt van Veenstra komt kort samengevat en voor zover thans van belang op het volgende neer. Veenstra houdt vast aan en verlaat zich op de kadastrale erfgrens. Van een ruil is

geen sprake geweest. Daarvan is ook nooit enig bewijs geleverd. Dat kan ook moeilijk, nu zijn riool onder de door De Boer geclaimde taartpunt grond ligt. Hoe dan ook, het stukje grond in geschil is van Veenstra en hij heeft ook belang bij het behoud daarvan, omdat hij via dat stukje grond veel makkelijker met zijn auto met aanhanger de draai kan maken. De vroegere coniferenhaag is door hem in goed overleg tussen partijen verwijderd, waarna De Boer daarvoor in de plaats een lelijk rood hek heeft neergezet. Daarvoor in de plaats wil Veenstra een mooie gemeenschappelijke schutting op de kadastrale en ook juridisch juiste, erfgrens hebben, dit uiteraard op kosten van beide partijen. De kadastrale erfgrens. De kadastrale erfgrens is opgemeten door het kadaster. Daaruit blijkt inderdaad dat deze afwijkt van de loop van de vroegere coniferenhaag en van de feitelijke erfgrens zoals die op dit ogenblik door De Boer wordt geclaimd. Van enige ruil(verkaveling), waarbij de juridische erfgrens tussen beide percelen opnieuw is bepaald, blijkt volgens de woordvoerder van het kadaster, niets uit de registers. Beoordeling van het geschil. De juridische erfgrens. Voorop gesteld moet worden dat van een ruil, zoals door De Boer bedoeld, niet is gebleken. Tijdens de hoorzitting heeft hij zijn standpunt in die zin dan ook aldus aangepast, dat hij heeft aangegeven slechts te vermoeden dat er is geruild. Daaraan moet dan ook worden voorbij gegaan. In beginsel mag worden aangenomen, dat de kadastrale erfgrens tussen twee percelen ook de werkelijke eigendomsverhoudingen weergeeft. In beginsel, want de werkelijke (juridische) erfgrens kan door verjaring gaan afwijken van de kadastrale grens. De korte verjaringstermijn van 10 jaren, bedoeld voor de bezitter te goeder trouw (artikel 3.99 van het Burgerlijk Wetboek), kan hier al geen uitkomst bieden, omdat De Boer pas in 2005 eigenaar is geworden van zijn grond en toen wist of

kon weten dat de door hem aangetroffen situatie niet overeenkwam met de kadastrale situatie, zodat hij niet te goeder trouw was. Voor eigendomsverkrijging door verloop van de lange verjaringstermijn van 20 jaren, waarvoor geen goede trouw is vereist (artikelen 3.105, 314 lid 2 en 306 van het Burgerlijk Wetboek), is in dit geval nodig dat komt vast te staan, dat De Boer en/of zijn rechtsvoorgangers het betwiste stukje grond meer dan 20 jaren lang juridisch in bezit hebben gehad. Gelet op het verstrekkende gevolg van verjaring, te weten het verlies van eigendom, moeten aan het bewijs van een dergelijk bezit zeer zware eisen worden gesteld. Naar het oordeel van de rijdende rechter is dat bewijs niet geleverd. Om te beginnen is in de loop van de jaren meerdere malen een verandering aangebracht in de feitelijke situatie, meer in het bijzonder aan de achterzijde, waar de coniferenhaag is vervangen door schuttingen, die ook niet altijd op dezelfde plek zijn blijven staan. Een flexibele feitelijke situatie is naar zijn aard moeilijk verenigbaar met eigendomsverkrijging door verjaring. Voor wat betreft de coniferenhaag, waarvan overigens niet is komen vast te staan door wie deze is geplant, heeft bovendien te gelden, dat beplantingen als deze, anders dan bijvoorbeeld in de regel met hekwerken het geval is, niet noodzakelijk een erfgrens hoeven aan te duiden. Veel van dergelijke hagen worden in de praktijk immers geheel of gedeeltelijk op eigen grond geplant. Het is in deze zaak daarnaast heel wel mogelijk, dat men bij het planten van de haag in onderling overleg maar heeft gedaan wat men toen praktisch vond. Elkaar in zo n situatie over en weer wat gunnen, leidt normaal gesproken echter niet tot bezit. Daar komt nog bij, dat de betreffende coniferenhaag inmiddels is gerooid. Dat betekent dat slechts bij benadering zal kunnen worden aangegeven waar deze precies geplant heeft gestaan, waarna met toepassing van artikel 5.36 van het Burgerlijk Wetboek pas een erfgrens zou kunnen worden gereconstrueerd. Waar het in de kern op neerkomt is, dat in deze zaak teveel onduidelijkheden bestaan om te mogen besluiten tot voldoende bewijs van bezit en de daaraan gekoppelde eigendomsverkrijging door verjaring. Het komt de rijdende rechter onder deze omstandigheden in elk geval redelijk voor, om vast te houden aan de enige grens die wel voldoende vaststaat, te weten de kadastrale grens. Daardoor wordt niemand werkelijk benadeeld of onredelijk

bevoordeeld. Wat De Boer aan de voorzijde kwijt raakt krijgt hij er aan de achterzijde grosso modo weer bij. Hij kan nog steeds zijn garage bereiken. Veenstra op zijn beurt heeft er alle belang bij, dat zijn riool op eigen grond ligt en zal ook zeker voordeel hebben van een makkelijker toegang aan de voorzijde. Uit het voorgaande vloeit voort, dat voor recht moet worden verklaard dat de juridische grens tussen de percelen van partijen overeenkomt met de kadastrale erfgrens. De schutting. Volgens het bepaalde in artikel 5.49 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek mag Veenstra eisen dat De Boer eraan meewerkt dat op de hiervoor als juridisch juist aangemerkte, kadastrale erfgrens, een schutting wordt geplaatst. De wet gaat uit van een hoogte van 2 meter, maar in de praktijk is in voortuinen volgens plaatselijke publiekrechtelijke regelgeving een lagere maximale hoogte toegestaan. De rijdende rechter oordeelt met inachtneming daarvan ook dat onderdeel van de vordering van Veenstra toewijsbaar. Zoals tijdens de hoorzitting is gebleken is een schutting die overeenkomt met een aan de andere kant door De Boer opgetrokken schutting voor beide partijen aanvaardbaar. Laatstgenoemd wetsartikel gaat ervan uit, dat een dergelijke schutting door beide buren moet worden betaald. Er bestaat geen goede grond om daarvan in dit geval af te wijken. Dat De Boer daar geen belang bij zegt te hebben, doet niet ter zake. Het staat partijen overigens vrij om, in afwijking van de in deze zaak te nemen beslissing, alsnog te kiezen voor een gezamenlijke oprit. De bestrating, de klimop en de door De Boer gevorderde schadevergoeding. Uit het voorgaande vloeit voort, dat het door De Boer ondervonden ongemak, doordat hij zijn oprit niet meer (goed) kan gebruiken, niet aan Veenstra mag worden verweten. Van een daarvoor te betalen schadevergoeding kan dus geen sprake zijn. Ook voor het terugplaatsen van bestrating en klimop bestaat geen reden, nu dat onverenigbaar is met de hiervoor gegeven beslissing over de loop van de juridische erfgrens

Op grond van het voorgaande ben ik van oordeel, dat als volgt moet worden beslist. B E S L I S S I N G Voor wat betreft de vordering en de tegenvordering. Voor recht wordt verklaard dat de kadastrale erfgrens tussen de in deze procedure bedoelde percelen overeenkomt met de juridische eigendomsverhoudingen. Partijen zijn ten opzichte van elkaar verplicht om mee te werken aan het op gezamenlijke kosten (50/50%) oprichten van een schutting op deze grens die voldoet aan de daaraan te stellen publiekrechtelijke voorschriften, tot een maximum van 2 meter hoogte. Indien geen andere afspraken worden gemaakt, zal deze schutting overeenkomen met de hiervoor bedoelde, al door De Boer opgerichte schutting, partijen bekend. Het over en weer mogelijk meer of anders gevorderde wordt afgewezen. Dit bindend advies is gegeven door mr. F.M. Visser als rijdende rechter en uitgesproken te Zaandam op 5 maart 2013. Bindend Adviseur Secretaris mr F.M. Visser mr C.M. Sharif