Hyperkaliëmie bij profylactische behandeling met LMWH

Vergelijkbare documenten
Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties?

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010

Tromboseprofylaxe bij niet-chirurgische gehospitaliseerde patiënten. Dr. Marieke J.H.A. Kruip Internist-hematoloog Erasmus MC

De beantwoordbare vraag (PICO)

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Samenwerkende Academische Netwerken Ouderenzorg (SANO)

Nierinsufficiëntie bij DM en CVRM

Routinematige controle leucocytenaantal bij thyreostatica. Madelon de Rooij 5 augustus 2014


Perifere zenuw blokkade bij een patiënt at risk voor compartiment syndroom? Lucie van Genugten 3 e jaars AIOS Anesthesiologie 7 November 2014

Nierfunctie: triamtereen 202

Handleiding Critically Appraised Topic (CAT) OLVG

Behandeling DVT/PE hoort NIET thuis in de eerste lijn

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts

Nierfunctie: benazepril 186

Methodologie & onderzoek

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

Voortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman. Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden

Workshop chronische nierschade. Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra

De 7 stappen van een CAT

CAT in het bakkie!! Workshop Quick & Dirty evidence zoeken

Nierfunctie: perindopril 174

Leerdoelen. Wees alert op nierproblemen bij probleeminventarisatie medicatie beoordeling. Begeleid beschermende maatregelen.

IBOM-2. Het effect van Medicatiereview en begeleiding van patiënten na verblijf in het ziekenhuis

Chronische nierschade. Nierschade volgens de richtlijn? Chronische nierschade volgens de richtlijn?

Langdurige behandeling van diep veneuze trombose bij patiënten met kanker (Longheva) Academisch Medisch Centrum, Amsterdam (AMC)

Antitrombotisch beleid. Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde

Samenvatting Samenvatting

HIT. MDO-onderwijs d.d Claire Slegers Fellow Intensive Care

Handleiding voor het maken van een CAT

Farmacotherapie in de acute fase van alcoholdetoxificatie. Critically Appraised Topic

Klinisch redeneren Hoe doe je dat?

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1

HANDLEIDING CAT. Handleiding voor het maken van een CAT

Samenvatting Vitamine K antagonisten zijn antistollingsmiddelen in tabletvorm. Ze worden voorgeschreven voor de behandeling en preventie van trombose.

Implementatie NHG standaard Chronische Nierschade Ketenzorg Arnhem 2018

NIERFUNCTIE STOORNISSEN juni 2015

Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit. Mariëtte de Rooij

Hot topics in de behandeling van VTE

Topics in Chronic Disease. Chronische Nierschade en de huisarts

Evidence Based Practice

Bloeddruk: hoe lager hoe beter?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline?

Belangenverklaring. L. Ottevanger. In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ)

Behandeling van oudere patiënt met epilepsie. C.L.P. Deckers SEIN Zwolle

Cardiovasculaire effecten van verstoord mineraal metabolisme bij chronische nierschade

Verpleegkundige dossierbesprekingen. Evidence-based practice voor de dagelijkse praktijk

DOELGROEPENONDERZOEK CHRONISCHE NIERSCHADE

Nierfunctie: furosemide 127

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Uw brief van Uw kenmerk Datum 21 januari 2013 Farma februari 2013

Waarom aandacht chronische nierschade (CNS)? CNS. Controle nieren: meer dan albumine en kreatinine. Dr. Wim JC de Grauw. MDRD vs kreatinine klaring

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Addendum. Nederlandse Samenvatting

WELKOM! Definitie EBP. Belangrijke vraag bij EBP. 3 Perspectieven EBP Wat is nu Evidence-Based Practice?

STRIP. Gemiddeld geneesmiddelengebruik. Medicatie review: STRIP. Optimaliseren van farmacotherapie Even STRIPPEN

Osteoporose profylaxe bij 80+

Peer review EBM. Ontwikkeld door WVVK in opdracht van Pro-Q-Kine

Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk

Nieuwe ontwikkelingen in de behandeling van cystenieren

Hoe maken we beter met pillen? dr Anne Leendertse, apotheker

Nierschade: erger voorkomen... Wybe Douwe Kloppenburg, nefroloog

Nederlandse samenvatting

De oudere patiënt met comorbiditeit

CVVH & Antistolling Directe trombine remmers. Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019

MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.

Een ernstige metformine intoxicatie

Propofol infusie syndroom. Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP

CRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie. Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie

Formulier Beoordeling Critical Appraisal of a Topic (CAT)

Chronische Nierschade in Nederland

Medicatie Risico bij Nierschade. Nictiz symposium 15 november 2016 Chris Hagen nefroloog

SAMENVATTING RICHTLIJN NEURAXISBLOKKADE EN ANTISTOLLING

Kaliumcontrole bij gebruik RAAS-remmer / diureticum

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT)

Bij gebrek aan bewijs

Schatting van de nierfunctie met de egfr implicaties voor de klinische praktijk. Iefke Drion 30 oktober 2014

Handleiding voor het maken van een CAT

Literatuuronderzoek. Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten?

Chronisch medicijngebruik. Casus

Leefregels en voorlichting bij chronische nierschade. Welkom bij workshop 3 leefregels en voorlichting bij chronische nierschade

Evidence WWW

Behandeling VTE: aandachtspunten vanuit de 2 e lijn

Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische Farmacoepidemiologie Universiteit Utrecht

Bijwerkingen op de nier. Patricia van den Bemt Lareb Bijwerkingendag

Behandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar

Herkennen van kans op mortaliteit en palliatieve zorgbehoeften bij dialyse patiënten d.m.v surprise question en 4 meter loop test

Chronische Nierschade

Hartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties

Critical Appraisal of a Topic De 7 stappen van de CAT Bachelor geneeskunde 3de jaar AWV

Charlotte Griffioen. Opioïd gebruik bij ouderen. Wetenschapsdag SANO in Maastricht 2016

Transcriptie:

Home no. 4 Augustus 2016 Eerdere edities Verenso.nl Hyperkaliëmie bij profylactische behandeling met LMWH Critical Appraisal of Topic Kitty Fräser-Scheffer kitty.scheffer@hotmail.com Moet bij postoperatieve patiënten die een hyperkaliëmie ontwikkelen onder profylactisch gebruik van low-molecular-weight-heparine (LMWH) de LMWH gestopt worden? Dat is de vraagstelling van deze CAT. Geadviseerd wordt om standaard 4-8 dagen na de start van de profylactische LMWH het serum kalium te controleren. In principe hoeft de LMWH niet gestaakt te worden, maar dit lijkt alleen te gelden als er geen klinische complicaties of symptomen zijn van een hyperkaliëmie. Casus Het betreft een 92-jarige man die na een heupoperatie komt revalideren op de GRZafdeling. Hij is een premorbide redelijk vitale man met milde nierfunctiestoornis (egfr van 52 ml/min/1.73m2) en hypertensie waarvoor hij het combinatiepreparaat valsartan/hydrochloorthiazide gebruikt. Bij een oriënterend bloedonderzoek blijkt bij herhaling hyperkaliëmie van 5.9 mmol/l te bestaan. In verband met de hyperkaliëmie wordt eerst met valsartan gestopt en vervolgens wordt, omdat de tensie laag blijft, ook de hydrochloorthiazide gestopt.

De pijnstilling (paracetamol en celecoxib) wordt afgebouwd en daarna gestopt. Naast calcium en vitamine D suppletie heeft de patiënt alleen nog nadroparine in profylactische dosering. In het dieet bestaan geen bijzonderheden. Toch blijft het kalium verhoogd, waarvoor na overleg met een nefroloog met resonium wordt gestart. Hyperkaliëmie is een veel voorkomende klinische conditie en wordt gedefinieerd als een serum kaliumconcentratie van meer dan 5,0 mmol/l. Als maat voor ernstige hyperkaliëmie wordt een grens van 6,0 mmol/l aangehouden. Bij constatering van ernstige hyperkaliëmie moet het laboratorium de arts waarschuwen. De incidentie hiervan onder ziekenhuispopulatie is 1 10%. Hyperkaliëmie verloopt vaak asymptomatisch, maar kan ook ernstige gevolgen hebben. Problemen die kunnen optreden zijn hartritmestoornissen, acute hartstilstand of spierverlamming. 1 De belangrijkste oorzaak voor hyperkaliëmie is iatrogeen, waarbij als primaire oorzaak medicatie voor 35-75% verantwoordelijk is voor deze elektrolytstoornis. Er zijn hier verschillende mechanismen bij betrokken en de lijst met medicijnen is behoorlijk uitgebreid. Heparine en LMWH vallen onder de medicatie die via verandering van aldosteron secretie het kalium beïnvloeden. 2 Vanwege deze informatie heb ik de casus overlegd met een nefroloog, maar hij achtte de kans heel klein dat het door de nadroparine kwam, mogelijk speelde nierinsufficiëntie hierin een rol. Zijn advies was om niet met de nadroparine te stoppen. Ik had naast deze expert opinion ook nog behoefte aan een wetenschappelijke onderbouwing. PICO en vraagstelling Moet bij postoperatieve patiënten die een hyperkaliëmie ontwikkelen (P) onder profylactisch gebruik van LMWH (I) de LMWH gestopt worden (O)? Een controlegroep is niet goed te definiëren aangezien het bewezen effectief is om profylactisch LMWH postoperatief te geven om het risico op trombose te verminderen. Er zal dus vanwege ethische bezwaren geen RCT verricht kunnen worden om deze vraag te beantwoorden.

Methode Eerst is screenend gekeken naar richtlijnen en vervolgens is er gezocht in de Cochrane database. Een search in de Cochrane database met de zoektermen ( hyperkalaemia and heparin ) leverde alleen een trial op uit 1989, geen review. Op 24 mei 2015 is een Pubmed search gedaan met de volgende zoekopdracht: ("heparin, low-molecularweight"[mesh Terms] OR ("heparin"[all Fields] AND "low-molecular-weight"[all Fields]) OR "low-molecular-weight heparin"[all Fields] OR ("low"[all Fields] AND "molecular"[all Fields] AND "weight"[all Fields] AND "heparin"[all Fields]) OR "low molecular weight heparin"[all Fields]) AND ("hyperkalaemia"[all Fields] OR "hyperkalemia"[mesh Terms] OR "hyperkalemia"[all Fields]). Deze search leverde 25 hits op. Van de Pubmed artikelen vielen op basis van de titel 17 artikelen direct af. Deze onderzoeken waren specifiek gericht op een bepaalde groep patiënten (met name dialyse patiënten). Vier artikelen vielen af na het lezen van het abstract: in drie onderzoeken werd alleen een therapeutische dosering LMWH gebruikt en één was een niet relevant case-report. Uiteindelijk bleken vier artikelen relevant voor het beantwoorden van de vraagstelling. De validiteit van de artikelen werd beoordeeld aan de hand van het beoordelingsformulier Beoordeling van de kwaliteit van een onderzoek over bijwerkingen of etiologie van de Dutch Cochrane Centre. Aan de artikelen werd een level of evidence (LOE) toegekend aan de hand van de tabel van de Oxford Centre for Evidence-based Medicine. Resultaten De belangrijkste resultaten van de onderzoeken alsmede de validiteit en level of evidence (LOE) kunt u terugvinden in onderstaande tabel. 1 Klinisch relevant wordt omschreven als symptomatisch, bijvoorbeeld hartritmestoornissen, acute hartstilstand of spierverlamming als complicatie.

Data extractie Het resultaat van het onderzoek van Abdel-Raheem et al 5 is statistisch niet significant door de kleine groepsgrootte. Ook worden alle patiënten met interfererende klinische condities of medicatie niet geïncludeerd. Het is daardoor niet toepasbaar en wordt daarom niet gebruikt in de verdere analyse voor deze CAT. De overige drie artikelen hebben als uitkomst dat er een significante verhoging is van het serum kalium bij patiënten die profylactisch een LMWH voorgeschreven kregen. Er is geen enkele patiënt met klinische symptomen van een hyperkaliëmie beschreven. Bij het onderzoek van Torres et al 3 zijn tien patiënten met een kalium > 5.1mmol/L onderzocht. Deze patiënten hadden een creatinineklaring van <68mL/min. Negen patiënten gebruikten een ACEremmer, AT1antagonist of aldosteron antagonist. Er waren maar twee patiënten (0,8%) met een kalium > 5.5 mmol/l. Deze twee patiënten gebruikten een ACE-remmer en hadden een chronische nierinsufficiëntie.

De LMWH is niet gestopt. Uit multivariate analyse blijkt dat de uitgangswaarde van het serum kalium en het gebruik van een ACE-remmer significant zijn als predictor van hyperkaliëmie. In het artikel van Gheno et al 4 zijn totaal 10 patiënten (2.4%) met een hyperkaliëmie ten gevolge van de LMWH (andere oorzaken uitgesloten). Een significant hoger risico op een hyperkaliëmie wordt gevonden bij patiënten met diabetes mellitus, nierinsufficiëntie of gebruik van medicatie dat interfereert met de kaliumexcretie. De patiënten in het artikel van Canova et al 6 worden in subgroepen ingedeeld. De hoogste stijging van het serum kalium (van 5.11 naar 5.70 mmol/l) is gemeten bij een patiënt uit de subgroep van patiënten met nierinsufficiëntie. Bij dit onderzoek is ook een kaliumbepaling gedaan, drie dagen na staken van de LMWH bij 11 van de 81 patiënten. Bij 8 van de 11 patiënten zakte het serum kalium. Conclusie De onderzoeksmethode en resultaten worden het beste beschreven in het artikel van Torres et al en Gheno et al 3,4 Het artikel van Canova 6 is erg minimaal in de beschrijving van de verschillende onderdelen van het onderzoek. De groep patiënten in het onderzoek van Abdel-Raheem et al 5 is klein en wordt ook nog voor een deel van de analyse naar 19 patiënten teruggebracht, waardoor dit onderzoek eigenlijk niet bruikbaar was. Uit de andere drie onderzoeken blijkt dat er een significante stijging is van het kalium na start van de LMWH en dat geen van de patiënten klinische complicaties van een hyperkaliëmie had. De artikelen zijn echter niet eenduidig in het wel of niet stoppen van de LMWH bij hyperkaliëmie. In het onderzoek van Torres et al 3 was het niet noodzakelijk om de LMWH te staken, maar het kalium werd ook niet verder vervolgd, dus is het niet duidelijk of het kalium bijvoorbeeld verder doorstijgt. In het artikel van Gheno et al 4 staat in de conclusie kort vermeld dat de heparine werd gestaakt bij hyperkaliëmie, maar niet of daarna het kalium weer daalt en of er consequenties waren van het stoppen van de LMWH. Positief aan het artikel van Canova et al 6 is dat er een kalium wordt bepaald bij enkele patiënten na het stoppen van de LMWH, maar helaas staat er niet beschreven waarom de LMWH gestopt werd, of dit routine was of vanwege een hyperkaliëmie.

Het meeste recente en meest valide onderzoek is van Torres et al 3 en daarom hecht ik het meeste waarde aan de conclusies van dat onderzoek. Geadviseerd wordt om standaard 4-8 dagen na start van de profylactische LMWH het serum kalium te controleren, in ieder geval bij de risicopatiënten: uitgangswaarde van het serum kalium > 4.6 mmol/l, behandeling met ACE-remmer, nierinsufficiëntie of diabetes mellitus. In principe hoeft de LMWH niet gestaakt te worden, maar dit lijkt alleen te gelden als er geen klinische complicaties of symptomen zijn van een hyperkaliëmie. Aanbeveling De profylactische behandeling met een LMWH zoals nadroparine is wetenschappelijk bewezen beschermend tegen veneuze trombose, maar kan nadelige effecten hebben zoals een hyperkaliëmie. Uit de CAT kan geconcludeerd worden dat de LMWH niet gestopt hoeft te worden bij een hyperkaliëmie zolang er geen symptomen of complicaties (ECG-afwijkingen of spierverlamming) optreden. Vanwege de potentiele gevaren van een hyperkaliëmie moet er wel monitoring plaatsvinden. Op basis van de kritische beoordeling van relevante literatuur is het advies om bij patiënten die een profylactische behandeling met een LMWH krijgen het serum kalium 4-8 dagen na het starten hiervan te controleren. Dit advies geldt als de volgende risicofactoren aanwezig zijn: uitgangswaarde van het serum kalium > 4.6 mmol/l, gebruik van medicatie die van invloed is op de kaliumexcretie, chronische nierinsufficiëntie en/of diabetes mellitus. De patiënt van deze casus is vlak na het starten met resonium met ontslag naar huis gegaan. De huisarts is zowel schriftelijk als telefonisch gevraagd om het kalium te monitoren. Auteur(s) Kitty A.M. Fräser-Scheffer, aios specialisme ouderengeneeskunde LUMC

Literatuur 1. Richtlijn elektrolytstoornissen van de Nederlandse internisten vereniging. http://internisten-apps.nl/elektrolytstoornissen/index.php/hyperkali%c3%abmie 2. Ben Salem C. et al. Drug-Induced Hyperkalemia. Drug Saf 2014; 37: 677-692. 3. Torres O.H. et al. Effect of Profylactic Treatment with Low-Molecular-Weight Heparin Bemiparin Sodium on Serum potassium Levels. Drugs Aging 2010; 27 (5): 399-406. 4. Gheno G. et al. Variations of serum potassium level and risk of hyperkalemia in inpatients receiving low-molecular-weight heparin. Eur J Clin Pharmacol 2003; 59: 373-377. 5. Abdel-Raheem M.M. et al. Effect of Low-Molecular-Weight Heparin on Potassium Homeostasis. Pathophysiol Haemost Thromb 2002; 32: 107 110. 6. Canova C.R. et al. Effect of low-molecular-weight heparin on serum potassium. Lancet 1997; 349: 1447-1448.