Nieuwe inzichten in de werking en toepassing van exposure. Marleen Rijkeboer & Erik ten Broeke

Vergelijkbare documenten
Te bang voor behandeling Marietta van Mastrigt Klinisch psycholoog/psychotherapeut OuderenPsychiatrie Parnassia

Nieuwe inzichten over exposure *

Exposure en inhibitie: Een nieuwe visie op werkzame principes en behandelaanpak. Dirk Hermans KU Leuven

De behandeling van angststoornissen: hoe te handelen bij co-morbiditeit? Dr. Marleen Rijkeboer

Symposium Angststoornissen en? Den Haag, 10 oktober Chantal Dommanschet Klinisch psycholoog psychotherapeut PsyQ Angststoornissen Den Haag

Is angstgeheugen uitwisbaar? Nieuwe inzichten in angstreducerende technieken

Virtual Reality. toepassingen bij psychose. Wim Veling

Drs. D. van der Veen, UMCG

Dr. D.C. Cath, GGZ Drenthe

Het effect van de FOCUS op exposure bij OCS CGT nonresponders

Over de behandeling van angst Doen we de goede dingen en doen we de dingen goed? Colin van der Heiden in Dth 2017, nummer 1

Workshop: (op)weg met angst VVKP Studiedag

Overzicht behandelprotocol 1

AFT. Affect Fobie Therapie. Dorien Philipszoon & Anouk Turksma NPI, Amsterdam

Optimisme kun je leren. Madelon Peters Elke Smeets Yvo Meevissen Marjolein Hanssen Jantine Boselie Faculty of Psychology and Neuroscience

Kikker is bang. Angststoornissen in DSM 5. Angst bij kinderen: een casus. Angststoornis Prevalentie 6/19/2015

Emotioneel redeneren kun je afleren!

Verslaving en comorbiditeit

Metacognitieve therapie voor de Gegeneraliseerde Angst Stoornis. Colin van der Heiden. Workshop NJC-VGCt Zwolle, 12 april 2013

GT diagnostiek Analyse van klassiek geconditioneerd gedrag Analyse van operant geconditioneerd gedrag DSM-IV Evidence based behandelingen

Workshop groepstherapie voor paniekstoornis. Marianne Hendrickx Hannelore Tandt 20 november 2015

Omgaan met (onbegrepen) lichamelijke klachten. Prof. dr. Sako Visser Universiteit van Amsterdam Pro Persona GGZ Dr. Michel Reinders GGZinGeest

HELP. Help mijn patiënt knapt niet op

Mathilde Descheemaeker Adriaan Spruyt Dirk Hermans

Is de therapeutische relatie in CGT voor CVS van belang voor het behandelresultaat?

Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme?

Wat kan ik wél doen bij angst of dwang in mijn gezin?

EXPOSURE BIJ KINDEREN EN JONGEREN. Eric Heyns

Wat zijn angststoornissen en hoe worden ze behandeld?

De Obsessief-Compulsieve stoornis: behandeling in de praktijk Universitair Ziekenhuis Gent

prof dr Else de Haan De Bascule/AMC/UvA Amsterdam 7 0tober 2010

Behandeling na seksueel trauma bij kinderen: STEPS, TF-CBT of EMDR?

Dit gevoel van onrust in een publieke ruimte wordt ook wel Agorafobie genoemd.

Challenging Emotional Memory M.G.N. Bos

Voorspellers van terugval bij angststoornissen. Najaarsconferentie Vgct 8 november 2012 Willemijn Scholten

PSYCHIATRIE & PSYCHOLOGIE. Zelfbeeldmodule BEHANDELING

Frustratietolerantie-training bij stotterende kleuters

E book Angst. Praktijk Meta Bosheuvel AS Best info@praktijkmeta.nl

ROM en resultaatgericht behandelen binnen CGt VGCT Prof. dr. Kees Korrelboom; klinisch psycholoog en psychotherapeut

psychologische hulp online

Veerkracht en PTSS-behandeling

ANGST. Dr. Miriam Lommen. Zit het in een klein hoekje? Assistant professor Klinische Psychologie en Experimentele Psychopathologie

COMET: wat is het en wanneer pas je het toe? Inleiding op het symposium. Dr. Kees Korrelboom, klinisch psycholoog-psychotherapeut

Gepaste zorg door doelgestuurd werken

Vroegtijdige interventies in de Belgische context: onderzoek en perspectieven

Nederlandse samenvatting (Dutch summary)

Fear Memory Uncovered: Prediction Error as the Key to Memory Plasticity D. Sevenster

Is cognitive gedragstherapie voor het chronisch vermoeidheidssyndroom ook effectief als groepstherapie?

Woord vooraf bij de tweede druk 1 1

Flashforward Protocol met Mental Video Check

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić

Laten zitten compensatiegedrag bij eetstoornissen

Nieuwe inzichten in de werking en toepassing van exposure, deel 2. Erik ten Broeke & Marleen Rijkeboer

Angst en Angststoornissen. 11 april 2018 Frieda Matthys

Dr. D.C. Cath, GGZ Drenthe/UMCG; C.N.W. Geraets MSc, UMCG

Individuele of Gezins CGT voor kinderen met angststoornissen. Denise Bodden, Universiteit Utrecht

Angststoornissen bij ouderen. Arjan Videler GGz Breburg SeneCure

Vereniging voor Gedrags- en Cognitieve therapieën. praktijktoetsen. cognitief gedragstherapeut in opleiding

Beter worden in je vak door deliberate practice. Anton Hafkenscheid

Aantrekkelijke interventies: Gaming voor mentale gezondheid (2) Marlou Poppelaars, promovenda

Sjef Berendsen. EMDR als vroeginterventie in de acute fase na een schokkende gebeurtenis.

Cognitieve gedragstherapie voor MSgerelateerde

CGT bij kinderen/jongeren met angst- en dwangstoornissen

Sociale angst. Faalangst. Project Pasta. Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten. Risicofactoren. Interventies. Sociale Angst bij Jongeren

Paniekstoornis met agorafobie

Traumagerichte CGt versus EMDR na stabilisatie voor de behandeling van PTSS na misbruik in de jeugd: pilot data. Paul Emmelkamp

Angst en de ziekte van Parkinson. te veel of te weinig controle. Annelien Duits Harriët Smeding.

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Virtual Reality bij psychose

Metacognitieve therapie voor de Gegeneraliseerde Angst Stoornis: Wat is het en werkt het? Colin van der Heiden PsyQ

Bio (EEG) feedback. Reflecties vanuit de klinische praktijk. Kannercyclus Dr. EWM (Lisette) Verhoeven

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Metacognitieve therapie voor Gegeneraliseerde Angst Stoornis. Colin van der Heiden. Workshop VGCt Najaarsconferentie 7 november 2012

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

PTSS - diagnostiek en behandeling. drs. Mirjam J. Nijdam psycholoog / onderzoeker Topzorgprogramma Psychotrauma AMC De Meren

Angststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol

De rol van sekse, hechting en autonomie in as-i en persoonlijkheidspathologie.

Narratieve Exposure Therapie

Cognitieve gedragstherapie een effectieve psychotherapie

De behandeling van paniekstoornis

In beweging. Een studie naar het effect van lichaamsbeweging en cognitieve coaching bij de behandeling van paniekstoornis

EMDR bij adolescenten

De toegevoegde waarde van D-cycloserine aan exposure therapie voor PTSS. Rianne de Kleine

Het Effect van Virtual Reality Exposure Therapie en de Overdracht op het Dagelijks Leven

VAN NACHTMERRIE TOT NACHTRUST: IMAGINATIE- EN RESCRIPTINGTHERAPIE VOOR NACHTMERRIES

Depressie en angst bij de ziekte van Parkinson Rianne van Gool Verpleegkundig specialist

Stoornissen Randomised Controlled Trial (RCT) Implementatie Begeleide zelfhulp inhoudelijk Conclusie

Het stimuleren van sociaalcommunicatieve vaardigheden bij jonge kinderen met een autismespectrumstoornis

Nederlandse Samenvatting

Stepped care behandeling voor paniekstoornis

Therapeutische waarde van specifieke persoonlijke herinneringen. Prof. dr. Filip Raes KU Leuven

Cognitive Bias Modification (CBM): "Computerspelletjes" tegen Angst, Depressie en Verslaving

Indeling lezing. Stoornissen Randomised Controlled Trial (RCT) Implementatie minimale interventie

Korte Eclectische Psychotherapie KEP voor PTSS

Baat het niet dan schaadt het niet: EMDR bij getraumatiseerde asielzoekers en vluchtelingen. Jackie June ter Heide, Trudy Mooren, Rolf Kleber

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Cognitieve Gedragstherapie en Mindfulness Based Stress Reduction Therapie voor Angst en Depressie klachten bij volwassenen met

Cognitieve gedragstherapie bij angststoornissen

FYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met ASPECIFIEK LAGE RUGPIJN. September 2011, blok 6, Gerard Koel.

TelePsy Handleiding Paniekmodule

Transcriptie:

Nieuwe inzichten in de werking en toepassing van exposure Marleen Rijkeboer & Erik ten Broeke

Het kan beter. Exposure is een effectieve behandeling van angststoornissen, maar Ongeveer de helft van de patiënten beleeft een terugval Therapeuten rapporteren problemen bij complexe casus Om return of fear tegen te gaan en bij complexe problematiek te kunnen variëren op het standaard protocol is belangrijk: kennis over hoe exposure werkt

De geschiedenis van exposure Het principe van de reciproke inhibitie Wolpe s systematische desensitisatie Counter-conditionering: - aanleren van een aan angst antagonistische respons (bv. ontspanning) - voorheen gevreesde situaties raken gekoppeld aan ontspanning Angstmonitoring is een belangrijke component, want ontspanning > angst Daardoor ook invoering van angsthierarchie

De geschiedenis van exposure Wat blijkt echter: Exposure + relaxatie = exposure - relaxatie; relaxatie voegt niets toe Flooding werkt ook (althans, bij mensen die dit durven aan te gaan) Bij flooding hoog niveau van angst; weerlegt noodzaak van reciproke inhibitie, waarbij laag niveau van angst en antagonistische respons belangrijk zijn

De geschiedenis van exposure Habituatie als verklaringsmechnisme Het kan eenvoudiger: Jaren 70 en 80 vorige eeuw: Marks, Gelder, Emmelkamp: exposure met responspreventie Rationale: Wennen ; angst zakt vanzelf, als je maar lang genoeg in de situatie blijft ; taboe op veiligheids- en vermijdingsgedrag

De geschiedenis van exposure Verklaring van habituatie is tautologisch: Angstdaling tijdens exposure werkt door habituatie Hoe weten we dat habituatie is opgetreden? Juist: door de angstdaling Habituatie is geen verklaring, maar ander woord voor angstdaling

De geschiedenis van exposure Desintegratie van angstnetwerken Emotional Processing Theory van Foa & Kozak (1986): Gebaseerd o.a. op theorie van Lang dat emoties zoals angst netwerken zijn van : stimuli (bv. honden) responsen (bv. angst, vermijding) betekenissen (bv. gevaar: ik kan worden gebeten). Elementen in netwerk activeren elkaar. Door exposure wordt disconfirmatieve info opgedaan, waardoor netwerk zijn coherentie verliest. Oude associaties in netwerk worden vervangen door nieuwe, realistischer associaties.

De geschiedenis van exposure Implicaties EPT voor uitvoering exposure (niet veel anders dan in habituatie-model): Noodzaak van sterke initiële angst (teken dat netwerk is geactiveerd) Noodzaak van prolonged exposure (in de gevreesde situatie blijven totdat de angst is gedaald) Angstmonitoring daarom een belangrijk onderdeel Taboe op vermijdings- en veiligheidsgedrag Angstreductie optimaliseren d.m.v. opstellen van een angsthiërarchie voor exposure

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Al in de jaren 80 van de vorige eeuw interessante studies door Rachman en collega s Rachman et al., 1986 14 patiënten met paniek met agorafobie RCT met 8 sessies graded exposure en instructie: - zolang mogelijk in situatie te blijven (No Escape) - bij angst >70 weg mogen gaan en pas bij angst <25 opnieuw situatie in mogen gaan (Escape) Metingen: pre, post en 3 mnd FU

Op hoog niveau van angst mógen ontsnappen, werkt even goed als verplicht in de situatie blijven

M.a.w.: in de situatie blijven tot angst voldoende is gedaald, is niet nodig voor effect Bovendien:

Als je mag ontsnappen, dan meer gevoel van controle en minder verwachte dreiging van gevaar

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Rachman et al., 1987 RCT: 40 studenten met een serieuze slangenfobie Mate van angst met BAT: benaderen van een slang in een glazen bak, dan met vinger in de bak bij de slang voor 5 sec, terwijl men naar de slang kijkt Twee condities: - graded exposure tot 100% angstdaling - graded exposure tot 50% angstdaling Na 4 weken weer BAT

100 % angstdaling tijdens exposure leidde tot meer terugval dan 50% angstdaling bij 4 weken FU

Blijkbaar hoeft angstdaling niet plaats te vinden tijdens exposure voor een goed effect van de behandeling 100% daling geeft wellicht verkeerd idee: je moet geen angst voelen bij het benaderen van een door de meesten als -op z n minst- ongemakkelijk ervaren object Veilig = geen angst?

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Baker et al., 2010 44 studenten met klinische hoogtevrees Naast vragenlijst hoogtevrees ook een BAT: op dak van 6 verdiepingen hoge parkeergarage over muurtje naar beneden kijken 2 exposure sessies op ander hoog gebouw Pre, post en 2 weken FU: vragenlijst voor hoogtevrees en SUDS/hartslag bij BAT Resultaten: mate van initiële angst en mate van habituatie tijdens exposure had geen relatie met uiteindelijke angst op zowel vragenlijst als SUDS bij BAT

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Culver et al., 2012 59 studenten met hoge mate van angst voor spreken in het openbaar Exposure d.m.v. spreekbeurten Pre, post en 1 week FU: Vragenlijsten en BAT: houden van een spreekbeurt over een vooraf onbekend onderwerp (SUD, hartslag en mate van volhouden) Metingen tijdens exposure: SUD

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald)

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Resultaten: Minder habituatie/angstdaling tijdens exposure faciliteerde langere spreekbeurten bij FU BAT Grotere variatie in subjectieve angst tijdens exposure faciliteerde meer extinctie van subjectieve angst bij FU BAT

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Meuret et al., 2012 34 patiënten met paniekstoornis met agorafobie CT/ademhalingstraining + exposure o.a. hartslag, ademhalingsfrequentie, PDSS, subjectieve angst Pre, post, 2 maanden FU Resultaten: mate van angst en angstdaling (zowel fysiologisch als subjectief) tijdens therapie wederom geen voorspeller van effect therapie

Nut van prolonged exposure (totdat de angst is gedaald) Mate van initiële angst en mate van habituatie tijdens exposure zijn geen goede voorspellers van extinctie Mensen lijken juist minder te profiteren van angstdaling tijdens exposure Wellicht helpt het om angstniveaus te variëren (heeft mogelijk te maken met wisselende interne contexten, waarover later meer) Korte exposure aan CS werkt net zo goed! Kortom: habituatie en desintegratie van angstnetwerk geen goede verklaringsmechanismen voor exposure

De geschiedenis van exposure Cognitief verklaringsmodel en de rol van contexten Bouton (1993; 2002; 2004): Extinctie van angst door exposure is gevolg van inhiberende nieuwe betekenis van de CS: CS US (acquisitie; sterk generaliserend effect) CS geen US (extinctie; sterk context afhankelijk) Men leert niet iets af, maar bij! Originele betekenis van CS blijft bestaan, maar nieuwe wordt meer toegankelijk. Exposure is verwachtingsleren.

Return of fear Grootste probleem na CGT: ongeveer 50% ervaart terugval Omdat originele CS-US relatie niet verdwijnt, bestaat kans op terugkeren van de angst (hoeft niet per se klinische terugval te zijn). De belangrijke rol van de context spontaan terugkeren, bv. door langere tijdspanne na exposure zonder actieve CS confrontatie; tijd als context (bv. Craske & Mystkowski, 2006): Terugkeren, door CS in andere context dan tijdens extinctie (bv. Mystkowksi et al., 2002, 2003, 2006; Vansteenwegen et al., 2005) Terugkeren, door meemaken angstige gebeurtenis (context), waardoor US wordt getriggerd en daarmee ook CS-US associatie (Dirikx et al., 2004, 2007)

Hoe kan inhiberend effect van alternatieve betekenis worden versterkt? CS - geen US geheugen moet worden versterkt, opdat het CS US geheugen minder toegankelijk wordt Extinctie leren is contextafhankelijk: tijdens exposure oefenen in veel verschillende contexten? Interne contexten: stemming, mate van arousal, het gebruik van middelen, etc. Externe contexten: gevreesde situtaties, therapiekamer, aanwezigheid therapeut, angsthiërarchie (?), etc.

Hoe kan inhiberend effect van alternatieve betekenis worden versterkt? Mystkowksi et al., 2003 43 studenten met ernstige spinnenfobie Context: drankje met cafeïne of placebo Na exposure 1 week FU meting: BAT (benaderen spin in open doos), voorafgegaan door hetzelfde of andere drankje Resultaten: meer vermijding bij FU BAT als lichamelijke conditie (= interne context) anders is dan tijdens extinctie

Hoe kan inhiberend effect van alternatieve betekenis worden versterkt? Shiban et al., 2013 30 spinnenfobici; 2 condities: 1 exposure context; 4 verschillende exposure contexten (virtual reality) test in nieuwe virtual reality context en BAT met echte spin Metingen: fysiologische maat, gerapporteerde angst en mate van daadwerkelijke vermijding

Meerdere contexten tijdens extinctie zorgt voor minder return of fear in nieuwe context, dan enkele context

Bevorderen van meerdere contexten tijdens exposure: de rol van de therapeut Gloster et al., 2011 369 patiënten met PD+A (met co-morbiditeit) RCT: 3 condities: EXP buiten+t; EXP buiten-t; Wachtlijst controle 12 sessies gedurende 6 wkn; 2 boostersessies en 6 maanden FU Metingen: aantal paniekaanvallen, agorafobische vermijding, algemeen welbevinden

De rol van de therapeut in exposure (mee naar buiten?) Sessie 1-3: psycho-educatie en gedragsanalyses Sessie 4-5: rationale en interoceptieve exposure Sessie 6-8: exposure agorafobische vermijding T+: T bereidt voor en gaat mee T-: T bespreekt oefening, mental rehearsal, bespreken mogelijke problemen; na sessie voert cl. exposure opdracht uit beide condities: nog 2 huiswerk exposures Sessie 9: bespreking progressie en anticipatie-angst Sessie 10-11: exposure aan 2 moeilijkste situaties Sessie 12 en 2 booster sessies: meer exposure en bespreking obstakels

De rol van de therapeut in exposure (mee naar buiten?) Beide actieve condities vertonen meer progressie dan wachtlijstconditie T+ conditie meer progressie dan T- conditie op agorafobische vermijding en algemeen welbevinden; ook groter percentage paniekvrij

De rol van de therapeut in exposure (mee naar buiten?)

Hoe kan inhiberend effect van alternatieve betekenis worden versterkt? Dus: bij extinctie in meerdere contexten, minder kans op return of fear in nieuwe context Actieve rol van therapeut lijkt oefenen van patiënt in meerdere condities tussen sessies te bevorderen Hoe zit het met de veel gebruikte angsthiërarchie? Is dat ook niet een soort context?

Hoe kan inhiberend effect van alternatieve betekenis worden versterkt? Kircanski et al., 2012 50 studenten met subklinische smetvrees 2 condities: angsthiërarchie (gecontroleerd afwerken van items) vs. random volgorde (moeilijke en makkelijke items door elkaar, met verschillende lengtes van exposure) Beide groepen werken evenveel items af en totale tijd van exposure is identiek Na 2 weken BAT (duur vasthouden besmet object, gerapporteerde angst, hartslag) Resultaten: Beide groepen laten gelijke effecten zien Maar grotere variatie in subjectieve angst tijdens extinctie voorspelt minder subjectieve angst bij BAT

Het effect van exposure op de angst is een bijproduct; het gaat om de verandering in de verwachting Maar hoe zit het met de angstmonitoring? Baat het niet, dan schaadt het niet?

Effect van angstmonitoring Divers onderzoek toont aan dat gerichtheid op lichamelijke symptomen, de beleving van deze symptomen juist versterkt (bv. Davey, 1988) Angstpatiënten hebben de neiging om gevaar af te leiden uit hun gevoel (symptomen van angst): If I feel anxious, there must be danger (bv. Arntz et al., 1995) Angstmonitoring kan dus verwachte angstdreiging doen toenemen