OBS De Tarthorst Schoolgids 2014-2015

Vergelijkbare documenten
Het Baken: Een school van de Vereniging voor Christelijk Primair Onderwijs.

6. Ondersteuning voor de leerlingen

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

2. Waar staat de school voor?

Piramide op Vlasgaard

Obs de Bouwsteen. Notitie actief burgerschap en sociale integratie OBS DE BOUWSTEEN. actief burgerschap en sociale integratie

Basisschool De Poolster straalt, vanuit deze gedachte werkt het team samen met de kinderen en ouders aan kwalitatief goed onderwijs op onze school.

Schoolondersteuningsprofiel

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter

1 Hier staan wij voor

Samenvatting Schoolondersteuningsprofiel. Naam School

Zorg voor onze kinderen

De groep 5 bestaat uit 14 leerlingen, zij vormen samen met 9 leerlingen van groep 4 de combinatiegroep 4/5.

Binnen deze driehoek geldt een aantal randvoorwaarden:

Externe benchmark Aantal scholen: 692 Benchmark cijfer scholen Hoogste cijfer scholen Laagste cijfer scholen Cijfers Ouders Mariaschool 2016

VVE protocol. IKC Juliana. Weth. Rebellaan KA Barneveld

AANNAMEBELEID Juni 2019

Informatie middenbouw Donderdag 29 september 2016: uur uur


3 De visie van de Prinses Julianaschool

Schoolondersteuningsprofiel

Intern begeleiders. Lisette Kummu-Bax. Marinka de Haan-Hendriksma

Protocol sociale/emotionele ontwikkeling

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Welkom op de Kogge. Ons onderwijs. Staat voor onderwijs dat meegroeit! Beste ouders/verzorgers, Informatieboekje kleuters groep 1/2

Als je meer wilt dan een goede dorpsschool..."

Schoolondersteuningsprofiel

Schoolondersteuningsprofiel CBS de ster Harkstede

Informatie groep 5 Daltonschool In Balans Schooljaar 2015/2016

Piramide in Kinderdagverblijf Oase

Identiteit van de Koos Meindertsschool

Visie op ouderbetrokkenheid

Ondersteuningsprofiel Gomarus College Magnolia Onderbouw VMBO/HV

Informatieboekje Groep 1-2

groep 1 en 2 informatieboekje

U kunt hieronder zien in welke periode welke toets wordt afgenomen.

...paspoort naar grenzeloos onderwijs...

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL SCHOOLJAAR

Informatieboekje. Groep 4. Juliana van Stolbergschool

Informatie bovenbouw Donderdag 29 september: uur

Informatieavond groep 5

Basisschool 't Maxend, Nistelrode, Ouders

Kleuterboekje De Hoeksteen. Vandaag peuter, morgen kleuter

Technisch lezen Methode: Lijn 3 - Alle letters kennen. - Van deze letters woorden kunnen maken. - Correct en vlot kunnen lezen van. woorden.

Protocol Doublure. Doublure protocol Basisschool De Zonnewijzer Diepenveen

KINDEREN DIE MEER KUNNEN

Onderwijsgemeenschap Titus Brandsma, Hengelo, Oudervragenlijst maart 2015 hoofdlocatie Titus Brandsma

Onderwijsgemeenschap Titus Brandsma, Hengelo, Oudervragenlijst maart 2015 locatie Alfrink

Actief burgerschap en sociale integratie

Ouderavond PCBS de Claercamp. Maart 2013

Informatie Groep

Ondersteuningsplan Samenwerkingsverband Passend Onderwijs IJmond Publieksversie voor scholen en ouders

3. De zorg voor de leerlingen Passend Onderwijs

Protocol Herfstleerlingen

Schoolondersteuningsprofiel: is onze school de passende plek voor uw kind?

De leerkrachten willen de kinderen het gevoel geven van veiligheid en geborgenheid.

Schoolondersteuningsprofiel. 23 Dr. Theun De Vriesskoalle

PESTPROTOCOL OBS DE DUIZENDPOOT

Hoe volgt en begeleidt Montessori-Zuid de leerlingen?

Protocol. overgang groep 1 2 groep 2 3 en verlengde kleuterperiode

Gedragsprotocol. Trots zijn op jezelf en op elkaar!

Hoofdstuk 3 De zorg voor de leerlingen

Ouderbrochure. samenwerkingsverband de Meierij PO

K.b.s. de Polhaar ISH:/nwkl./infoboek juni

Handleiding ouderportaal ParnasSys

Informatie avond. ouders groep 4 Ichthusschool schooljaar

Overgangsnormen die gelden van groep 1 naar groep 2 en vervolgens naar groep

Ondersteuningsprofiel Gomarus College HAVO/VWO

Informatieboekje. Groep 4. Juliana van Stolbergschool

o.a. Carnaval, cito groep 1 en 2, protocol (meer)begaafdheid

Groepsbrief. Aan de ouders van de kinderen uit groep 1 en 2

GROTE OUDER- EN LEERLINGENENQUETE 2010

Borgshof CS Farmsum

Beleid uitstroom leerlingen groep 8

Informatie groep 4 Taal Spelling Begrijpend lezen Rekenen Thuis oefenen is daarbij heel belangrijk!

Informatieboekje groep 3

Protocol gewenst gedrag

Peuteropvang Dolfijn

Informatieavond groep 4

Een kind heeft recht op een stevig fundament.

Schets van de Procesgang Handelingsgericht Arrangeren

CBS De Ark. Onderwijs Ondersteuningsprofiel

De overgang naar een vorm van voortgezet onderwijs is onze grootste taak dit schooljaar. Even kort de procedure:

Onderwijsgemeenschap Titus Brandsma, Hengelo, Ouder vragenlijst oktober 2014 De Akker

Informatieavond groep september 2016

Gemiddelde. Gemiddelde

[INFORMATIE VOOR OUDERS] Dit document bevat informatie voor groep 3C.

Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen.

Piramide. Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen

Inhoudsopgave: Even voorstellen 5. Waar staan we voor 7. Ons onderwijs 7. Boeiend onderwijs: 8. Kwaliteit bewaken 8

Zo gaat het in groep 8

1. De plus van SBO De Springplank: onze visie

Informatieavond groep 3-4

Verwijzen naar het voortgezet onderwijs.

- school de Ontmoeting Jenaplanschool voor basisonderwijs

Gedragsprotocol RKBS De Flamingo

Anti-pestprotocol. Signalen van pesterijen kunnen o.a. zijn:

Gemiddelde. Gemiddelde

4. De zorg voor kinderen.

CDBS Ichthus Baflo 1

Transcriptie:

OBS De Tarthorst 2014-2015 Adres: Tarthorst 4 6708 JA Wageningen 0317 415055 info@obsdetarthorst.nl www.obsdetarthorst.nl

INHOUDSOPGAVE 1. ONZE MISSIE... 1 2. INLEIDING... 1 3. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT... 2 4. ONDERWIJSORGANISATIE... 5 5. PIRAMIDE... 6 6. BAS... 8 7. DE VREEDZAME SCHOOL... 9 8. B-FIT... 10 9. DE ZORG VOOR KINDEREN... 10 10. DE VAKKEN... 15 11. HET ONDERWIJSPERSONEEL... 23 12. ONDERSTEUNEND PERSONEEL... 24 13. ONDERSTEUNENDE ORGANISATIES... 24 14. SCHOOL EN OUDERS... 25 15. OVERBLIJVEN... 28 16. AFSPRAKEN... 28 17. VOLLEDIGE INHOUDSOPGAVE... 33

1. ONZE MISSIE Aangenaam kennis maken Leuk dat je de moeite neemt om onze nieuwe eens rustig door te lezen. Neem er een kopje thee of koffie bij, zodat je deze gids, zeg maar deze reis door de school, goed in je op kunt nemen en straks, als je door de school loopt, zaken herkent en hopelijk beter begrijpt. Leeswijzer Dat we jou met je aanspreken, heeft te maken met de sfeer op school. We willen de afstand graag niet te groot maken! Je leest vaak: Aan de ouder(s) en/of verzorger(s) van, maar voor het vergroten van de leesbaarheid hebben we gekozen voor ouder. Terug naar de aanhef van deze openingspagina Aangenaam Kennis Maken. Deze titel is het motto van OBS De Tarthorst, onze missie! Deze zin heeft alles te maken met elkaar ontmoeten, respecteren en leren omgaan met elkaar, met elkaars verschillen en wat elkaar verbindt. Dat sociale aspect vinden we erg belangrijk! Aangenaam We streven er naar de kinderen, de ouders, de leerkrachten en alle bezoekers van onze school een aangenaam gevoel te laten ervaren in onze school. Kennis Uiteraard is ons streven er op gericht al onze kinderen die kennis te laten verwerven die ze aan kunnen en dan ook nog liefst op een wijze die voor elk kind afzonderlijk de meest geëigende is. Maken Naast het cognitieve (het leren van kennis en weetjes) vinden we ook het creatieve heel belangrijk. Het maken van artistieke producten, tekeningen, werkstukken bij handvaardigheid en techniek, gedichten, toneelstukken en welke andere creatieve processen zich dan ook kunnen aandienen. 2. INLEIDING Met deze schoolgids willen we jullie als ouder en overige geïnteresseerden, duidelijk maken welke visie we hebben op het onderwijs en de begeleiding van de kinderen, op welke manier we ons onderwijs hebben georganiseerd, op welke manier we de zorg voor de kinderen hebben geregeld en hoe we de kwaliteit van ons onderwijs willen blijven verbeteren. 1

Als je voor onze school hebt gekozen mag je verwachten dat wij zo goed mogelijk naleven wat we in deze schoolgids hebben beschreven en dat jij je kunt vinden in onze ideeën. Suggesties ter verbetering van onze schoolgids zijn altijd welkom. De naam De Tarthorst is genoemd naar een boerderij die ongeveer op de plaats van onze school heeft gestaan. De naam van die boerderij is weer afgeleid van een versterking van de Hertog van Gelre. De hertog had voortdurend ruzie met de bisschop van Utrecht. De versterking was een vooruitgeschoven post aan de rand van het hertogdom. Vanuit deze horst (adelaarsnest) werd de bisschop getart (uitgedaagd). Jaarkalender Aan het begin van elk schooljaar wordt de jaarkalender uitgereikt. Hierin staan, zoveel mogelijk, alle gegevens die voor dát schooljaar van belang kunnen zijn. Ook vind je hierin terug de laatste wijzigingen van de schoolgids, zodat je elk jaar weer op de hoogte wordt gebracht van de laatste ontwikkelingen. Nieuwsbrief Elke donderdag krijgt ieder gezin de wekelijkse Nieuwsbrief per e-mail, vol wetenswaardigheden over en rond OBS De Tarthorst en met eventuele wijzigingen in de Jaarkalender. Bij de ingangen liggen altijd wel een paar reserve-exemplaren klaar voor het geval dat..juist. NIEUWSBRIEF wekelijks informatieblad van Openbare Basisschool De Tarthorst 3. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT Identiteit OBS De Tarthorst is een openbare school. Een school waar iedereen welkom is, ongeacht godsdienst, levensovertuiging, cultuur, uiterlijk, huidskleur, samenlevingsvorm of welke achtergrond dan ook. We proberen een positief klimaat te creëren waarin iedereen een plek heeft en zich zo veel mogelijk thuis voelt. Leerkrachten, kinderen en ouders die respect hebben voor elkaar, voor andere mensen en andere meningen; de basis waarop we met elkaar, van elkaar en over elkaar kunnen leren. Aandacht voor levensbeschouwelijke en maatschappelijke normen en waarden, niet omdat dat mode is, maar vooral omdat kinderen vanuit hun natuur behoefte hebben aan duidelijkheid over wat goed of 2

beter is en vanuit die structuur zich veilig voelen en gewaardeerd weten. Visie Een aantal in het oog springende visiethema s op onze school zijn: Structuur Adaptief onderwijs Groei naar zelfstandigheid Aandacht voor cognitieve, creatieve, sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling Aandacht voor de wereld rondom ons De uitwerking hiervan vind je terug onder 5. PIRAMIDE (blz. 6), 6. BAS (blz. 8) en 7. DE VREEDZAME SCHOOL (blz. 9) en kom je verder als vanzelfsprekend in de tekst tegen; hier in ieder geval alvast een uitwerking van de eerste drie thema s. Thema 1: Structuur Om een goed pedagogisch klimaat te bewerkstelligen is het noodzakelijk een sfeer te creëren waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen. De basis hiervoor zijn duidelijke school- en klassenregels. We ontvangen de kinderen in een opgeruimde school met vrolijke kleuren. In de gangen zie je werkjes van de kinderen aan de muren en in vitrinekasten. In de hal van de onderbouw staat een thematafel. In de klas begroeten we elkaar en proberen we de kinderen het gevoel te geven dat we het fijn vinden dat ze er zijn. Omdat we structuur willen aanbieden aan de kinderen, hebben we in groep 1 en 2 gekozen voor de Piramidemethode. Per leerjaar komen een vast aantal thema s aan bod (herkenbaarheid). Elk dagdeel op school verloopt volgens een min of meer vast patroon met herkenbare regels, rituelen en liedjes. De kinderen zien op de pictogrammen de dagindeling en welke activiteiten er gaan plaatsvinden (veiligheid). De speel- en werkactiviteiten worden via een planbord duidelijk gemaakt (structuur en zelfstandigheid). In groep 3 gaan we door met dezelfde regels, rituelen en liedjes van Piramide. De structuur van de dag en het zelfstandig werken zie je vanaf eind groep 3 tot en met groep 8 terug in dag- en weektaken. Voor de hele school hebben we gekozen voor de methode BAS, zodat de rode lijn in ons onderwijs duidelijk is. Onder begeleiding van het Seminarium voor Orthopedagogiek volgen we de ontwikkeling van deze methode. Thema 2: Adaptief onderwijs Onder adaptief onderwijs wordt verstaan (Van Vugt, 2002): Leerkrachten moeten omgaan met de verschillen die er tussen leerlingen zijn: leerlingen leren op verschillende manieren en in een verschillend tempo. Leerkrachten moeten de instructie, de werkwijze, begeleiding en aanbod afstemmen op de verschillende onderwijsbehoeften en leerstijlen van leerlingen, zodat de leerlingen zelf actief zijn bij de verwerking van informatie en constructie van kennis. De leerkracht zorgt zelf voor de juiste hoeveelheid leertijd die elke leerling nodig heeft. Uitgangspunt is dat de leerkracht in zijn houding tegemoetkomt aan de drie basisvoorwaarden voor het leren van de kinderen: Competentie (geloof en plezier in eigen kunnen). Relatie (het gevoel dat anderen je waarderen). Autonomie (het gevoel dat je iets kunt zonder hulp). Adaptief onderwijs is een proces van gerichte sturing door de leerkracht met als doel sturing door de leerling zelf. 3

Hoe gaan we op onze school om met adaptief onderwijs? De lessen op onze school starten vanuit een klassikale instructie, waarbij de inbreng van de kinderen belangrijk is. Bij de verwerking van de opdrachten krijgen leerlingen die nog moeite met de stof hebben verlengde instructie aangeboden aan de instructietafel. Voor de snelle werkers zijn er extra opdrachten. De methodes voor lezen/taal en rekenen hanteren een systeem van regelmatig toetsen. Vanuit die resultaten wordt herhalings- of verdiepingsstof aangeboden. Dit is differentiëren op niveau. Thema 3: Groei naar zelfstandigheid Om ook het onderwijs aan te passen aan het tempo van kinderen starten we met zelfstandig werken. In groep 1 en 2 kunnen de kinderen na de werkles zelfstandig verder gaan met een werkje of spel naar keuze. Het zelfstandig werken wordt geoefend tijdens de werkles. Vanaf eind groep 3 t/m 5 werken de kinderen met dagtaken. In groep 6, 7 en 8 met weektaken. Door het zelfstandig werken in de groepen leren kinderen steeds meer hun eigen leerproces te sturen en zijn ze steeds meer verantwoordelijk voor hun eigen leerproces. Ze zijn bezig zonder hulp van de leerkracht (autonomie). Het is beter voor hun motivatie en creativiteit omdat ze zelf naar oplossingen zoeken. De kinderen kunnen op die manier hun eigenwaarde vergroten (competentie). Ze ervaren hun eigen grenzen en (on)mogelijkheden. Deze vorm van zelfstandig werken vindt plaats bij de verwerking. Bovendien werken de kinderen regelmatig met materialen uit de kieskast (blz. 9). Het pedagogisch klimaat De Vreedzame School is een integraal programma dat onze school een goede handreiking biedt voor onze pedagogische opdracht. Vandaar dat er een apart hoofdstuk aan is gewijd (blz. 9). Om een goed pedagogisch klimaat te bewerkstelligen is het noodzakelijk een sfeer te creëren waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen, naast het creëren van een sfeer waarin kinderen worden uitgedaagd zich zelfstandig en met verantwoordelijkheidsgevoel te ontwikkelen en te gedragen. De basis hiervoor zijn duidelijke regels en afspraken. Deze regels moeten een dusdanig zinvolle betekenis hebben voor de kinderen dat acceptatie van die regels vanzelfsprekend is (blz. 5 en 28). We vinden het belangrijk dat iedereen met plezier naar school toe gaat. Dat proberen we te realiseren door het kind het gevoel te geven dat het zich daar thuis voelt, zich veilig voelt en gerespecteerd weet. We proberen te zorgen voor een klimaat waarin het kind het plezierig vindt om er te zijn, om er te leren, te leven en te werken. Voorwaarde is natuurlijk dat de leerkrachten dat ook voorleven. Daarnaast willen de leerkrachten de kinderen structuur en houvast bieden, de kinderen laten ervaren dat ze vertrouwen hebben in hun goede wil en in hun diverse mogelijkheden. De leerkrachten proberen de kinderen zo goed mogelijk uit te dagen op cognitief en creatief gebied, zodat ieder kind op haar niveau aangesproken en gestimuleerd wordt. Zij stimuleren het respectvol met elkaar omgaan en nodigen hen uit om gevoelens te uiten. Een positieve grondhouding leert de kinderen kijken naar hun mogelijkheden in plaats van direct te reageren vanuit de moeilijkheden. Als die zich toch aandienen, wordt er samen gezocht naar oplossingen. Naast dit alles willen we de school zien als leef-, leer- en werkgemeenschap. We zijn allemaal niet alleen verantwoordelijk voor onszelf, maar ontwikkelen graag ook het besef voor een deel mede verantwoordelijk te zijn voor de ander en het geheel. We werken hieraan door regelmatig met alle kinderen en leerkrachten bij elkaar te komen in de aula, waarbij als vanzelfsprekend ook regelmatig ouders aanwezig zijn. Dat gebeurt bij vieringen van Onderbouw en Bovenbouw, gezamenlijke vieringen met alle kinderen van de school, samen zingen voor jarige leerkrachten, samenkomen aan het begin van het schooljaar, van het kalenderjaar en wat zich verder spontaan aandient. 4

Schoolregels We hebben duidelijke regels en afspraken, die leiden tot een gevoel van veiligheid en geborgenheid voor alle kinderen de ontwikkeling van zelfstandigheid van de kinderen vergroting van het verantwoordelijkheidsgevoel van de kinderen. We onderscheiden algemene schoolregels en klassenregels. Algemene schoolregels Drie regels die voor iedereen eenduidig zijn en die bij de drie ingangen van de school zichtbaar aan de wand hangen (zie blz. 28). Klassenregels Een nadere uitwerking van en aanvulling op de algemene regels, waarbij meer in detail wordt ingegaan op het gewenste gedrag in de klas en op de diverse werkvormen zowel in de klas als daarbuiten. De klassenregels worden zoveel mogelijk samen met de groep ontwikkeld, vastgesteld en geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Leerlingenraad In de groepen 3, 4, 5, 6, 7 en 8 wordt er ieder jaar een kind gekozen om zitting te nemen in deze Leerlingenraad. Deze raad wordt begeleid door de directeur. Zij komen om de zes weken bij elkaar en bespreken actuele zaken. De kinderen willen vaak ook onderwerpen bespreken die andere kinderen uit hun groep ter sprake hebben gebracht. 4. ONDERWIJSORGANISATIE Het bestuur Schoolbestuur PPO De Link vormt het bevoegd gezag van 11 openbare basisscholen in de Gemeenten Renkum, Rhenen en Wageningen. Met aandacht voor het eigen karakter van de scholen, werken we samen aan een vitaal en zichtbaar openbaar basisonderwijs in de regio. Het doel van PPO De Link is om voor de circa 2000 leerlingen kwalitatief goed onderwijs te verzorgen, met evenredige aandacht voor onderwijs en ontwikkeling. Naast vergroting van kennis en vaardigheden zien we het ook als onze taak om leerlingen besef bij te brengen van belangrijke waarden en normen, zoals tolerantie, samenwerking, respect en verantwoordelijkheid. Waar de scholen zorg dragen voor de onderwijskundige en pedagogische kwaliteit, zorgt PPO De Link voor goede randvoorwaarden op het gebied van personeel, huisvesting en financiën. Energie en evenwicht zijn de kenmerken van ons beleid. Vandaar het beeld van de gyroscoop. Verdere informatie over het bestuur kun je vinden op www.ppodelink.nl. Bestuursbureau Stichting PPO De Link is gevestigd op de Bantuinweg 45, 3911 MV in Rhenen. Telefoon 0317-313132. Algemeen directeur is mevrouw F. van Veen. 5

Ons schoolgebouw We hebben de beschikking over 8 klaslokalen, verdeeld over drie vleugels. Bij de hoofdingang vind je twee lokalen die speciaal zijn ingericht voor de kleuters en ook een extra grote afmeting hebben. Dan is er twee vleugels voor de groepen 3 t/m 8 en het overblijven. Centraal in de school ligt de aula. Deze wordt gebruikt voor o.a. vieringen, optredens, Tarttoneel, ouderavond en het overblijven. Verder is er een speelzaal voor het bewegingsonderwijs aan de kleuters, met een daarvoor speciaal aangepaste vloer. Er zijn twee kamers voor de Intern Begeleider, Tutor en administratieve medewerkster. Daarnaast vind je in de school een personeelskamer, een aantal magazijnen en een kantoor voor de directeur en de locatieverantwoordelijke. De groepen We spreken van de Onderbouw als we het hebben over de groepen 1 tot en met 4 en van de Bovenbouw bij de groepen 5 tot en met 8. De kleuters zitten in heterogene groepen 1/2 A en 1/2 B. We hebben hier bewust voor gekozen, omdat het onze filosofie is dat kinderen zo, heel veel van elkaar kunnen leren. Ze zijn dan, als ze binnenstromen nadat ze vier jaar zijn geworden, eerst jongste kleuter en het jaar daarop oudste kleuter. De oudsten helpen vaak de jongsten. Verdere informatie over het werken en spelen bij de kleuters vind je onder het kopje PIRAMIDE. In de groepen 3 tot en met 8 is de samenstelling homogeen of heterogeen, afhankelijk van de aantallen kinderen. De kinderen zitten in tafelgroepen en in elk lokaal staat een instructietafel waar kinderen, het liefst weer met een groepje bij elkaar, extra hulp kan worden aangeboden. Bij het vak rekenen werken we groepsoverstijgend. Kinderen gaan naar een hogere of lagere groep tijdens de instructie; op deze wijze proberen we kinderen zo goed mogelijk op hun eigen niveau te laten werken. De schooltijden De schooltijden zijn voor alle groepen als volgt: maandag, dinsdag en donderdag 8.30 uur 12.00 uur 13.15 uur 15.15 uur woensdag en vrijdag 8.30 uur 12.30 uur 5. PIRAMIDE De kinderen van groep 1 en 2 werken volgens de methode van Piramide. Piramide biedt de kinderen een veilige speel- en leeromgeving, waarin zij zich goed kunnen ontwikkelen en zich snel op hun gemak zullen voelen. In het Welkomstprogramma aan het begin van het schooljaar leren de kinderen alle regels en rituelen kennen. Ze zullen dan ook ontdekken dat alle spullen in het lokaal een vaste plek hebben en dat de dag volgens een vast programma verloopt. Dat alles geeft het kind een gevoel van veiligheid en houvast, waardoor het haast vanzelf gaat spelen en leren. Totaalprogramma Piramide is een totaalprogramma. Dat betekent dat er aandacht is voor alle ontwikkelingsgebieden van de kinderen. Er wordt niet alleen gelet op de taalontwikkeling 6

en rekenontwikkeling, maar ook of het prettig met anderen kan omgaan en plezier heeft in het spel. Misschien is je kind goed in tekenen, of wil het graag muziek maken. Er is ruimte om je als kind te ontwikkelen op alle mogelijke gebieden. Zelfstandig werken Kinderen willen niet alleen spelen, ze willen ook nieuwe dingen leren. Dat noemen we zelfstandig leren. De leerkracht zorgt voor een rijke leeromgeving, waar kinderen keuzes kunnen maken. Sommige kinderen willen graag leren lezen en willen graag hun naam schrijven. Zodra ze dat kunnen willen ze verder. De leerkracht zorgt dat dit mogelijk is. Ze helpt je kind als het niet verder kan. Thema s De groep is ongeveer twee weken bezig met een thema. Deze gaan over vertrouwde dingen, bijvoorbeeld Huis, Kleding en Lente. Het leuke is dat die onderwerpen elk jaar terugkomen, maar dan telkens op een hoger niveau. Bij het thema Huis gaat het bij peuters over het huis aan de buitenkant, in groep 1 over kamers in het huis en in groep 2 over verhuizen. Ook binnen de thema s is er aandacht voor alle aspecten van het kind, zowel de verstandelijke ontwikkeling als de creatieve, lichamelijk en de sociaal-emotionele. De verschillende thema s hebben een vaste volgorde binnen het schooljaar. De kinderen ervaren dat als plezierig; het geeft ze een vertrouwd gevoel van herkenning. De kinderen worden zo tevens uitgedaagd om nieuwe dingen te leren. Themabrief Bij ieder nieuw thema ontvangt je kind een brief met informatie over dat thema. Het is wel van belang dat je thuis met je kind activiteiten onderneemt die in de thema s aan de orde zijn. Bij het thema Kleding bijvoorbeeld, kun je s avonds bij het uitkleden aandacht besteden aan de kledingstukken, de kleuren, de grootte en dergelijke. Dat is niet alleen leuk, maar ook leerzaam. De kinderen mogen altijd spullen van thuis mee naar school nemen die betrekking hebben op het thema. Dit versterkt de relatie tussen thuis en school. Vaste dagindeling Een dag heeft een vast ritme. De kinderen hangen eerst hun jas aan de kapstok en begroeten de leerkracht. Je bent zelf van harte welkom op de spelinloop op maandag, woensdag en vrijdag. Dat maakt de overgang tussen thuis en school voor de kinderen vaak een stuk gemakkelijker. Op de dagritmekaarten die aan de lijn hangen, kunnen de kinderen precies zien wat ze die dag gaan doen. Op het planbord zien ze wat ze mogen doen bij de werkles en daarna kunnen ze zelfstandig iets kiezen. Natuurlijk zijn er ook vaste momenten voor een tussendoortje, fruit of een boterham, en voor buitenspelen. De overgang van de ene activiteit naar een andere wordt vaak aangegeven met een liedje: We gaan opruimen, we gaan opruimen.. De kinderen zingen mee en ruimen hun spullen op. Aan het eind van de dag nemen de leerkracht en de kinderen nog even de dag door: Wat hebben we allemaal gedaan, wat gaan we morgen doen? Tenslotte zingen we met elkaar een afscheidslied en dan is het tijd om naar huis te gaan. 7

6. BAS De ontwikkelingsvelden binnen het BAS-project. (BAS: Bouwen aan een Adaptieve School). Structuur Interactie Zelfstandige leerhouding Master Zelfbeoordeling Zelfstandig planning leren in open structuren Instructie en feedback Instructiemodellen Zelfinstructie Coöperatief leren Kinderen begeleiden kinderen Teamleren Kennis management Planningssysteem Jaarverslag en strategisch plan Weekplanning Attributie leerkracht en leerling Begeleid zelfstandig leren Kerndoelen en differentiatie Coöperatief leren in tafelgroepen Probleemoplossend vermogen schoolteam Intercollegiale toetsing rond planning Voorspelbaarheid in leerkrachtgedrag Responsiviteit Tijdsbewustzijn en taakplanning Effectieve instructie en methoden Tandemleren Vormen van samenwerken Leerlingvolgsysteem Instroom (jonge) kinderen Inrichting en aankleding school, klas en plein Basiscommunicatie en schriftelijke correctie Regels en routine Effectieve leertijd Groepsvorming en communicatie Teamvorming en communicatie Leerlingadministratie Onderzoek naar adaptief onderwijs heeft uitgangspunten aan het licht gebracht die de kwaliteit van onderwijs op maat positief beïnvloeden. De school is een lerende organisatie en voortdurend in ontwikkeling. Binnen BAS wordt vernieuwen van het onderwijs en de school opgevat als een proces. De gele bouwstenen weerspiegelen de gedeelde ambitie in het team, geven richting aan de ontwikkeling en maken succes haalbaar en zichtbaar. BAS biedt structuur en is gericht op preventie van leer- en gedragsproblemen. Het bouwt aan de verbetering van de fundamenten van het onderwijs (de blauwe bouwstenen). Binnen het BAS-project is er expliciete aandacht voor borging en implementatie. Er is een BAS-handboek ontwikkeld en opgesteld die een belangrijke rol speelt bij het onderhouden en actualiseren van ontwikkelingsvelden. De werkwijze ligt besloten in de formule: Ga op weg, het maakt de kans aan te komen aanmerkelijk groter! Het vergt van het team een voortdurende inspanningsverplichting en het levert zo ook héél veel op. Zelfstandig werken Het zelfstandig werken neemt op onze school een dermate belangrijke plaats in dat we er een apart stukje aan hebben gewijd. Hoe een begin wordt gemaakt met het zelfstandig leren werken in groep 1 en 2 kun je elders lezen op blz. 6. Er wordt zo een doorgaande lijn ontwikkeld voor de kinderen die uiteindelijk resulteert bij groep 8 in het werken met een weektaak en het leren omgaan met een schoolagenda. De kinderen krijgen de weektaak uitgedeeld op maandag en de leerkracht bespreekt deze met ze. Wijst ze op eventuele bijzonderheden waar ze rekening mee moeten houden in hun planning. Vervolgens gaan de kinderen hun planning maken. s Ochtends krijgen ze instructie voor een aantal vakken, zoals taal, rekenen en spelling. Daarna kunnen de kinderen aan het werk. Ze bepalen zelf waar ze mee starten. Het rekenen en taal kijken ze zelf na en verbeteren dit indien nodig. Wanneer ze 5 of meer fouten hebben moeten ze naar de leerkracht komen voor feedback. Op het moment dat de kinderen zelfstandig aan het werk zijn, loopt de leerkracht rond om vragen te beantwoorden of zit ze met enkele 8

kinderen aan de instructietafel voor verlengde instructie. Iedere dag geeft de leerkracht aan wat de instructie-momenten zijn, zodat zij daar rekening mee kunnen houden. s Woensdags wordt bij alle kinderen bekeken hoe de weektaak vordert en volgt er eventueel een individueel gesprekje als het niet volgens de planning verloopt. Als het nodig is helpt de leerkracht met de planning voor de rest van de week. Aan het einde van de week is er een klassikale evaluatie, waarbij gekeken wordt of de weektaak af is of waarom dat niet zo is. Op deze manier kunnen de kinderen van elkaar leren en kunnen ze ervaren hoe anderen hun werk plannen en hoe ze daar beter mee om kunnen (leren) gaan. Kieskast In het kader van adaptief onderwijs en zelfstandig werken, beschikt elke groep over een kieskast. Dit is een open kast in het lokaal, waarin zich allerlei leeropdrachten bevinden. Nadat de leerlingen hun taak hebben uitgevoerd, kan de kieskast als uitloopopdracht gebruikt worden. Tevens wordt er wekelijks door alle kinderen in de groep tegelijk met de kieskast gewerkt, zodat ieder kind de gelegenheid krijgt om een keuze te maken uit deze kast. Op deze manier is de kieskast voor iedereen en niet alleen voor de snelle leerling. Doordat de kinderen vaak moeten samenwerken bij het uitvoeren van de opdrachten, wordt dit aspect samen met het leren omgaan met elkaar spelenderwijs getraind. Takenbriefjes In het kader van zelfstandig werken en het bouwen aan een adaptieve school werkt onze school met planborden en takenbriefjes. Bij de kleutergroepen wordt er gebruik gemaakt van een planbord. Ook in groep 3 wordt er gewerkt met een planbord. In de laatste periode van het schooljaar wordt de dagtaak geïntroduceerd. De leerlingen van groep 4 werken tevens met een dagtaak. In groep 5 wordt er gewerkt met een weektaak. Hierop zijn de opdrachten echter nog wel per dag genoteerd. De leerlingen van deze groepen leren dus omgaan met plannen van opdrachten per dag. Leerlingen van groep 6, 7 en 8 werken geheel zelfstandig met behulp van een weektaak. Dit houdt in dat ze zelf het werk voor een hele week moeten plannen. Dit is ook een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Groepsmap In elke klas is een groepsmap aanwezig. Hierin komt regelmatig een bijdrage van de kinderen of de leerkracht, zodat in de loop van een schooljaar een overzicht ontstaat van allerlei zaken die in dat jaar aan de orde zijn geweest. Het vormt een onderdeel van de BAS-cel Groepsvorming en De sfeer in de groep en is mede bedoeld om de saamhorigheid van een groep te helpen bevorderen. 7. DE VREEDZAME SCHOOL Sinds het schooljaar 2009-2010 werken we met het programma De Vreedzame School. Dit programma is ontwikkeld door Eduniek (Schooladviescentrum Utrecht) en verder uitgewerkt met behulp van prof. Dr. Micha de Winter (hoogleraar Maatschappelijke Opvoedingsvraagstukken). Doelen van het programma op een positieve en zorgzame manier met elkaar om te gaan op een democratische manier beslissingen te nemen constructief conflicten op te lossen verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de gemeenschap open te staan voor verschillen tussen mensen 9

Het programma wil niet alleen kinderen bovenstaande sociale competenties leren, maar vooral ook een positief sociaal en moreel klimaat in de school creëren, waar een opvoedende en gedragsregulerende werking vanuit gaat. Pedagogische visie De Vreedzame School wil kinderen opvoeden tot verantwoordelijke en actieve leden van de gemeenschap met de klas en de school als oefenplaats. Kinderen leren dat zij deel uitmaken van de gemeenschap die de klas en school vormt en leren daar een bijdrage aan te leveren. Ze leren oog en oor te hebben voor anderen, zich verantwoordelijk te voelen voor het algemeen belang: initiatiefrijk, zorgzaam en betrokken. De Vreedzame School rust op een aantal pijlers: sociale verbondenheid en leerling-participatie zelf constructief conflicten oplossen constructief conflicten oplossen met behulp van leerlingmediatoren interactief onderwijzen sociaal-emotionele intelligentie actief burgerschap (zie blz. 21) Wilt u meer weten, kijk op www.devreedzameschool.nl Pesten Pesten wordt niet geaccepteerd! Onze aanpak is gebaseerd op de methode De Vreedzame School. Deze methode is erkend door het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) als goedgekeurd Anti- Pestprogramma. Ons beleid is er op gericht pesten zo veel mogelijk te voorkomen. We bouwen aan een positieve groepssfeer en zorgen ervoor dat kinderen aandacht hebben voor elkaar. Regelmatig nemen we een sociogram, kleine en grote thermometers af om te meten of de leerlingen zich veilig voelen. Als een leerling aangeeft gepest te worden of als de leerkrachten pestgedrag signaleren, richten we onze aanpak op de hele groep: de leerlingen die pesten, de leerling die gepest wordt of zich gepest voelt, de meelopers, de leerlingen die zich er buiten houden en de ouders. Het pestgedrag stoppen, werkt alleen wanneer je de hele groep erbij betrekt. 8. B-FIT We hebben een certificaat als B-Fit school gekregen. Het B-fitproject werd ondersteund vanuit de gemeente Wageningen, de provincie Gelderland en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Dit project is gericht op het verwerven en behouden van een actieve en gezonde leefstijl en wordt aangeboden via het onderwijs, waarbij alle kinderen van de klas (inclusief hun sociale omgeving) als deelnemers aan het project gezien worden. Bij ons op school zie je dit terug bij de gymlessen, spelactiviteiten in de pauze op het schoolplein, gezonde tussendoortjes en traktaties, een abonnement op fruit. 9. DE ZORG VOOR KINDEREN Opvang van nieuwe leerlingen De dag nadat een kind vier jaar is geworden, mag het naar de basisschool. Dat is nog niet verplicht, maar het is wel wenselijk en verstandig om dit toch na te volgen. De leerplicht begint nu nog op de dag nadat het kind 10

vijf jaar is geworden. Onze school kent geen termijnen waarbinnen een kind aangemeld moet worden. Voor de planning is het echter wel prettig als je dit ongeveer een half jaar voordat je kind vier jaar wordt doet. Als je als toekomstige ouder eerst nader kennis wilt maken dan vinden we dat heel plezierig. Je kunt dan een afspraak maken met de directeur van de school. In dit kennismakingsgesprek wordt onze visie over ons onderwijs en de omgangsregels met elkaar uitgelegd. We lopen samen door de school om te zien hoe een en ander reilt en zeilt en om de sfeer te proeven die op onze school heerst. Ook is er jaarlijks een Open Dag waarop je kunt kennismaken met diverse aspecten, leerlingen, ouders en leerkrachten van onze school. Als je onze visie over ons onderwijs en hoe we met elkaar omgaan deelt, vul je het Aanmeldingsformulier en de Oudervragenlijst in. Je krijgt ongeveer zes weken voor de dag dat je kind vier jaar wordt een uitnodigingskaart. Daarop staat aangegeven bij welke leerkracht je kind is geplaatst en kun je een afspraak gaan maken om je kind 5 dagdelen voor de verjaardag mee te laten draaien om alvast een beetje te kunnen wennen aan de groep, de leerkracht en de nieuwe omgeving. Toetsing In groep 1 en 2 worden de kinderen een aantal keer per jaar getoetst, volgens het Citoleerlingenvolgsysteem, op het gebied van taal en rekenen. Daarnaast worden twee maal per jaar de observatielijsten voor de sociaal-emotionele ontwikkeling ingevuld. Aan het eind van groep 1 starten we met het invullen van de formulieren van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie. Vanaf groep 3 wordt het rapport van de kinderen samengesteld uit observaties, de toetsen van de methoden en de Cito-toetsen. Natuurlijk spelen ook de diverse andere aspecten in de ontwikkeling van je kind een rol bij de totstandkoming van de gegevens op het rapport. Omdat we de Cito-toetsen vanaf het begin in groep 1 tot en met groep 8 afnemen, krijgen we een goed beeld van de ontwikkelingen van de kinderen gedurende hun hele schoolloopbaan. Aan het eind van groep 1 starten we met het invullen van de formulieren van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie omdat we het van belang vinden eventueel hieruit voortvloeiende problemen zo vroeg mogelijk te signaleren. Sociaal-emotionele ontwikkeling We toetsen de kinderen op hun sociaal-emotionele ontwikkeling; bij de kleuters met de Kleuterobservatielijst en vanaf groep 3 met Viseon van Cito. Daarnaast gebruiken we de kleine thermometer, de veiligheidsthermometer en het sociogram. We schrijven pedagogische groepsplannen. Leerlingenbespreking Leerlingenbesprekingen zijn bijeenkomsten van de leerkrachten onder leiding van de Intern Begeleider. Er worden afspraken gemaakt over wat het kind nodig heeft aan verdere begeleiding. In sommige gevallen is het wenselijk om de leerling te bespreken in het Ondersteuningsteam van het Samenwerkingsverband (SWV), het Zorg- en Adviesteam (ZAT) of om een externe deskundige in te schakelen. Dit gebeurt altijd in overleg met de ouders. Twee maal per jaar vindt er een groepsbespreking plaats met de Intern begeleider en de groepsleerkracht. Bij de overdracht van de ene leerkracht naar een andere, zoals bij de start van een nieuw schooljaar, worden alle kinderen besproken. Rapportage en oudergesprekken Groep 1 De ouders worden uitgenodigd voor een gesprek over de ontwikkeling van hun kind ongeveer drie maanden nadat het bij ons is begonnen. Rond de vijfde verjaardag van het 11

kind vult de leerkracht een zogenaamde praatbrief in en worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek. Groep 2 Het kind krijgt in februari zijn eerste rapport en in juni een tweede. De ouders worden uitgenodigd voor een gesprek en zij krijgen het rapport mee. Groep 3 en hoger Midden november worden alle ouders in de gelegenheid gesteld een gesprek met de leerkracht van hun kind te hebben. De kinderen krijgen twee maal per jaar een rapport, in januari en in juni. Na het eerste rapport worden de ouders uitgenodigd voor een tien-minutengesprek, waarbij in groep 8 ook de schoolkeuze wordt besproken. Na het verschijnen van het tweede rapport is er geen gesprek gepland, maar het staat de leerkracht en de ouder natuurlijk vrij om met elkaar een afspraak te maken. Dat geldt uiteraard voor het hele schooljaar. Speciale zorg Onderwijs op maat is een van de uitgangspunten van OBS De Tarthorst. Om dit te bereiken, observeren en toetsen we de kinderen regelmatig. Er wordt gewerkt met een vaste procedure van toetsen via een toetskalender. Na de toetsing volgt, voor die kinderen waar dat voor nodig is, diagnostisering, leerlingen/of groepsbespreking, aanpassing in het groepsplan of het schrijven van een individueel handelingsplan. De leerkracht kan hierbij begeleiding vragen aan de IB. Passend onderwijs Onze school en passend onderwijs Gelukkig gaat het met de meeste kinderen goed op school. Maar wat als een kind om welke reden dan ook meer ondersteuning nodig heeft? Dan gaat de leerkracht uiteraard in overleg met ouders, of andersom. Samen met de Intern begeleider wordt gezocht naar de meest passende onderwijsondersteuning, zodat een kind zich optimaal kan ontwikkelen. Onze school en/in het samenwerkingsverband Ons schoolbestuur werkt met andere schoolbesturen in de regio samen in het samenwerkingsverband primair onderwijs Rijn & Gelderse Vallei. In totaal 35 schoolbesturen zorgen er samen voor dat ieder kind in de gemeenten Barneveld, Ede, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Veenendaal en Wageningen kan rekenen op passend onderwijs. De samenwerkende schoolbesturen doen er alles aan om ervoor te zorgen dat ieder kind in de regio succesvol kan zijn op school. Passend onderwijs: hoe en wat Passend onderwijs is niets anders dan onderwijs bieden dat aansluit bij de ontwikkeling van kinderen. Ook als een kind extra ondersteuning of begeleiding nodig heeft. Bijvoorbeeld omdat het leren moeilijker gaat, omdat een kind meerbegaafd is en wellicht een uitdaging mist, of omdat extra begeleiding nodig is vanwege een beperking of gedragsproblemen. Vaak kan de leerkracht extra ondersteuning prima zelf bieden, met advies van onze Intern begeleider die onderwijsondersteuning coördineert op onze school. 12

Is meer nodig, dan kan onze school een beroep doen op de Steunpunt Consulent van het Regionaal Steunpunt in ons samenwerkingsverband. Is een kind bij ons of eventueel op een andere basisschool - echt niet op zijn plek, dan is er speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs dat passend onderwijs kan bieden. Hiervoor is een zogenoemde toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig, dat via ons samenwerkingsverband wordt afgegeven. Vinden ouders, school en twee deskundigen uit het samenwerkingsverband plaatsing in het speciaal (basis) onderwijs nodig en zijn alle betrokkenen het eens hierover, dan is dat voldoende. Zijn betrokkenen het niet eens met elkaar,, dan geeft de onafhankelijke deskundigencommissie advies. Het Samenwerkingsverband (SWV) toetst of het advies op de juiste wijze tot stand is gekomen. Is dat zo, dan wordt het advies overgenomen. Zijn ouders het niet eens met dit besluit, dan kunnen zij een beroep doen op de Geschillenregeling. In het SWV Rijn & Gelderse Vallei ondersteunen we drie niveaus van ondersteuning. Hoe dat precies zit en hoe passend onderwijs verder georganiseerd is in onze regio staat in het Ondersteuningsplan van ons samenwerkingsverband. Dat is te downloaden via www.swvrijnengeldersevallei.nl. Ondersteuningsteam op school Onze school heeft een ondersteuningsteam. Daarin zitten de leerkracht en de Intern begeleider, zo nodig aangevuld met de (school)maatschappelijk werker, de jeugdverpleegkundige en de Steunpunt Consulent. Soms kunnen ook andere externe deskundigen aanschuiven. Heeft een kind extra ondersteuning nodig, dan maakt dit ondersteuningsteam een arrangement op maat. Arrangement wil zeggen: een passend onderwijsaanbod met de juiste begeleiding. Vanaf het moment dat een kind extra ondersteuning nodig lijkt te hebben, vullen wij samen met ouders het zogenoemde Groeidocument Handelingsgericht Arrangeren in. Hierin staat wat de ondersteuningsbehoeften van een kind zijn en welk aanbod daarbij het beste past. Visie op passend onderwijs De basisvraag voor passend onderwijs in het SWV Rijn & Gelderse Vallei: wat heeft dit kind nu nodig om tot leren te komen en zich goed te ontwikkelen? Daarbij past een positieve grondhouding naar kinderen. Over wat elke school in ons Samenwerkingsverband minimaal moet bieden aan ondersteuning, hebben de schoolbesturen in onze regio afspraken gemaakt. Zij zien een sterke basisondersteuning letterlijk als dé basis voor passend onderwijs. Of: passend onderwijs gebeurt vooral in de eigen klas, bij de eigen leerkracht en op de eigen school. Ook zijn afspraken gemaakt waaraan extra onderwijsondersteuning moet voldoen: zo snel mogelijk, zo dicht mogelijk bij huis, op de meest adequate manier, door de meest aangewezen persoon of instelling, samen met ouders en (zo nodig) partners in (jeugd)zorg. Samen met als uitgangspunt één kind, één gezin, één plan. Op die manier ondersteunen we een kind optimaal in verschillende domeinen in zijn of haar leven: school, thuis en vrije tijd. Schoolondersteuningsprofiel biedt duidelijkheid Ouders kunnen zich voordat zij hun kind aanmelden bij een school goed oriënteren. Wat de school te bieden heeft op het gebied van (extra) onderwijsondersteuning staat beschreven in Schoolondersteuningsprofiel (SOP). Ook onze school heeft een dergelijk profiel gemaakt. Ouders kunnen dit inzien of bekijken op onze website. Net als andere scholen in ons samenwerkingsverband werkt ook onze school handelingsgericht. Wij kijken naar wat een kind wél kan en wat een kind nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. Dit wordt samen met ouders onderzocht. Ook kijken we naar de ondersteuningsbehoefte van de leerkracht: hoe kan hij/zij passend onderwijs vormgeven? 13

Ouders (en leerkrachten) denken mee Medezeggenschap hebben ouders (en onze medewerkers) óók. Zij zijn vertegenwoordigd in de Ondersteuningsplanraad (OPR) van ons Samenwerkingsverband. De OPR moet instemmen met het Ondersteuningsplan en is gesprekspartner van het bestuur van het samenwerkingsverband. Op www.swvrijnengeldersevallei staat meer informatie over de OPR, de leden en medezeggenschap. Wetgeving en zorgplicht De Wet passend onderwijs is sinds 1 augustus 2014 van kracht. Daarmee hebben schoolbesturen zorgplicht gekregen. Scholen zijn verantwoordelijk voor het vinden van een passende onderwijsplek voor ieder kind dat wordt aangemeld. Dat kan op de eigen school zijn, of op een andere school. Om dit goed te regelen werken regulier en speciaal (basis)onderwijs samen in ons Samenwerkingsverband. Samen zorgen de schoolbesturen ervoor dat voor ieder kind een passende onderwijsplek is. Alleen voor zéér specialistische onderwijsondersteuning kan het zijn dat een kind niet in onze regio terecht kan. Meer over de wet: www.passendonderwijs.nl. Informatie en contactgegevens online Op www.swvrijnengeldersevallei staat alle informatie over passend onderwijs in ons Samenwerkingsverband. Hier vind je het Ondersteuningsplan, contactgegevens van de Steunpunt Consulenten en de leden van de Ondersteuningsplanraad, het laatste nieuws (en nog veel meer). Ondersteuningsteam Het ondersteuningsteam bestaat minimaal uit de leerkracht, Intern begeleider en de ondersteuningsconsulent. Soms kunnen ook andere ketenpartners aanschuiven. De ouders zijn aanwezig bij het ondersteuningsteam. Er wordt een arrangement op maat gemaakt. Als er inzet van externe deskundigheid nodig is, schakelt de Intern begeleider het expertisepunt in. Zorg- en Adviesteam Samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg is verre van nieuw. Wij hebben op school het Zorg- en Adviesteam (ZAT) bestaande uit de Intern begeleider, de schoolarts en de schoolmaatschappelijk werker. Met passend onderwijs en de overgang van jeugdzorg naar de gemeenten, is het de bedoeling om deze samenwerking te verstevigen om een kind zo thuisnabij mogelijk passend onderwijs en passende (jeugd)zorg te bieden. Het doel is zo preventief mogelijk werken. Op dit moment werkt het Ondersteuningsteam en het ZAT nog los van elkaar. Het is de bedoeling dat zij in de toekomst in elkaar overgaan in het ondersteuningsteam. Met alle ontwikkelingen wordt het voor ons allemaal een spannend jaar. Samenwerking met ouders, ketenpartners en gemeenten staat hoog in ons vaandel. Overgang voortgezet onderwijs In september wordt op een klassenavond de procedure uitgelegd die wordt gevolgd om tot een advies te komen voor de school van voortgezet onderwijs. In de loop van dat achtste leerjaar wordt ook regelmatig met de kinderen gesproken over de verschillende soorten van voortgezet onderwijs, zodat zij zich langzamerhand een beeld kunnen gaan vormen van waar zij straks voor willen en kunnen kiezen. Elke leerling in groep 8 krijgt van de leerkracht, na overleg met de directeur, voor 1 maart een schooladvies. Hierin staat welk type voortgezet onderwijs het beste bij de leerling past. De school kijkt daarvoor o.a. naar leerprestaties, aanleg en ontwikkeling tijdens de hele basisschoolperiode. Naast dit schooladvies wordt de centrale eindtoets PO (Primair Onderwijs) tussen 15 april en 15 mei afgenomen als objectief tweede gegeven. 14

Vanaf 2015 mogen scholen voor voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen niet meer laten afhangen van het resultaat van de eindtoets. Het schooladvies is leidend bij de plaatsing van leerlingen in het voortgezet onderwijs (zie www.centraleeindtoetspo.nl). Sommige leerlingen hoeven de verplichte eindtoets niet te maken. Tot deze groep behoren kinderen die zeer moeilijk lerend zijn, meervoudig gehandicapt zijn of korter dan vier jaar in Nederland wonen en de Nederlandse taal niet voldoende beheersen. Uiteraard wordt de uiteindelijke schoolkeuze gemaakt door de ouders, maar het advies van de leerkracht zal niet aangepast worden als ouders graag een ander advies zouden willen. De aangemelde kinderen worden met de school voor voortgezet onderwijs doorgesproken en wij worden ook regelmatig op de hoogte gehouden van de vorderingen van onze oudleerlingen. Dit geeft ons de overtuiging dat onze adviezen over het algemeen juist zijn geweest. Eindopbrengsten Opbrengsten per jaar in procenten, gemiddelde opbrengsten (gem.) en bijbehorende standaarddeviatie (sd) advies 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 gem. sd PO 5,0 13,1 7,7 8,6 4,1 VMBO 11,0 21,5 25,0 37,5 41,5 21,7 23,1 25,9 10,4 MAVO 21,0 57,2 5,0 25,0 0,0 13,1 15,4 19,5 18,7 MAVO/HAVO 16,0 0,0 10,0 0,0 0,0 13,1 0,0 5,6 7,2 HAVO 26,0 7,1 30,0 37,5 8,5 21,7 38,5 24,2 12,7 HAVO/VWO 5,0 7,1 5,0 0,0 0,0 0,0 0,0 2,4 3,1 VWO 16,0 7,1 25,0 0,0 50,0 17,4 15,4 18,7 15,9 Deze opbrengstresultaten vertonen, net als de karakteristieken van de bijbehorende leerlingpopulaties, een natuurlijke fluctuatie van jaar tot jaar; de standaarddeviatie van de gemiddelden over deze jaren is dan ook relatief groot. Desalniettemin lijken de over de jaren gemiddelde opbrengsten niet significant af te wijken van landelijke opbrengsten, behalve dat het percentage met HAVO/VWO-adviezen vrij hoog is (45,3 %). 10. DE VAKKEN Onze school is sterk gericht op het beheersen van de basisvakken lezen, taal en rekenen, het stellen van duidelijke doelen, het hebben van hoge verwachtingen van leerlingenprestaties en het bijhouden van leervorderingen. We willen graag eruit halen wat erin zit. We schrijven groepsplannen voor de vakken taal, rekenen, spelling en begrijpend lezen, gekoppeld aan de doorlopende leerlijnen, tussen- en eindopbrengsten en wat de inspectie van ons verwacht. Lezen In groep 1 en 2 besteden we veel aandacht aan de voorwaarden die nodig zijn om tot lezen te komen. We stimuleren kinderen en de ontluikende geletterdheid wordt nauwkeurig in de gaten gehouden. Kinderen die aan lezen toe zijn worden gestimuleerd en krijgen materiaal aangeboden. Daardoor kunnen zij zichzelf verder ontwikkelen. Door 15

middel van Cito-toetsen taal voor kleuters wordt de ontwikkeling van elk kind nauwlettend in de gaten gehouden. Aan het eind van groep 2 worden de kinderen die al kunnen lezen getoetst om te kijken in welk AVI niveau ze in groep 3 verder kunnen gaan. Niet alle kinderen zijn al zover dat ze kunnen lezen bij de start in groep 3. Het accent op het leren lezen ligt in groep 3. Daarbij gebruiken we de taal/leesmethode Veilig Leren Lezen. Deze methode houdt rekening met de verschillen in niveau. Zo onderscheiden zij ZON-, MAAN- en STER-kinderen. ZON wil zeggen dat een kind verder is in zijn/haar leesontwikkeling, MAAN is de klassikale lijn en STER wil zeggen dat er extra hulp geboden moet worden. Alle kinderen zijn wel met hetzelfde thema bezig en kunnen tegelijk s morgens starten. De leesontwikkeling wordt nauwkeurig gevolgd en getoetst. In 2007 bleek o.a. dat de leesresultaten in groep 7 en 8 op groepsniveau achteruit gingen en dat structureel een paar kinderen de einddoelen van groep 6 niet behaalden. In 2008 is er met de uitkomsten van een leesonderzoek gestart met een verbeterplan voor het vak lezen met o.a. een leerlijn voorbereidend lezen in groep 1 en 2, een gedifferentieerde aanpak op het gebied van de instructie, begeleid of geheel zelfstandig lezen met de methode voor Voortgezet Technisch Lezen Estafette vanaf groep 3 t/m 8, uitbreiding leestijd, herhalend lezen, koorlezen, tempolezen, stillezen, voorlezen, lezen met een maatje, een leesdossier, het houden van boekbesprekingen, een schoolbibliotheek. De resultaten zijn verbeterd en het leesplezier is toegenomen. Ook wordt het lezen op onze school gestimuleerd door het vieren van de Kinderboekenweek, het houden van voorleeswedstrijden, het bezoeken van de bibliotheek. Als ondanks extra begeleiding het lezen toch moeizaam verloopt, volgen we het Protocol Leesproblemen en Dyslexie om de leerling zo goed mogelijk te begeleiden door het kiezen van de juiste interventies. Het is erg belangrijk om de ouders erbij te betrekken. Zij kunnen veel betekenen voor hun kind bij de leesontwikkeling. Begrijpend lezen is een zeer belangrijk onderdeel van de leesontwikkeling. In groep 1 en 2 valt het onder de leerlijn voor Begrijpend luisteren. In groep 3 wordt dat geoefend binnen de methode Veilig Leren Lezen, vanaf groep 4 starten we met de methode Speurneus, vanaf einde groep 4 gebruiken we Nieuwsbegrip. In het schooljaar 2012-2013 zijn we gestart met een verbeterplan om de opbrengsten op schoolniveau te verhogen. Taal In groep 1 en 2 besteden we veel aandacht aan de taalontwikkeling en woordenschat, immers, de kinderen hebben de hele dag te maken met taal; tijdens de kringactiviteiten, de speel- en werkactiviteiten, het spelen in de huishoek, het voorlezen, het zingen. De methode Piramide wordt gebruikt, maar daarnaast ook de screeningslijst volgens het Protocol Leesproblemen en Dyslexie en interactief voorlezen. Het taal- en woordenschatonderwijs in groep 3 is gekoppeld aan het leesonderwijs: letters worden woorden om te lezen, te schrijven en correct te spellen, woorden worden zinnen, van zinnen kun je verhalen maken, woorden hebben een betekenis enz. De methode heet Veilig Leren lezen. Afgelopen schooljaar hebben we diverse taalmethoden bestudeerd en uitgeprobeerd om een verantwoorde keuze te kunnen maken. We hebben gekozen voor een nieuwe methode Taal en Spelling op maat vanaf groep 4. In deze methode komen zowel het luisteren, spreken en schrijven aan de orde. Aan deze methode is ook een leerlijn spelling en woordenschat gekoppeld. Het onderdeel spelling en woordenschat wordt ieder halfjaar getoetst middels het leerlingvolgsysteem. 16

Rekenen In het schooljaar 2011-2012 is er een verbeterplan geschreven voor het vak rekenen om de opbrengsten te verhogen. We hebben een nieuwe methode Reken Zeker gekozen. We hebben de leerlijnen beschreven met de tussendoelen en einddoelen per groep. Op grond van observaties, methodegebonden toetsen en Cito toetsen schrijven we groepsplannen. De methode biedt de basisstof aan en voor de goede en snelle rekenaars is er extra stof en uitdaging. Voorbereidend rekenen begint in groep 1 en wordt verder uitgebreid in groep 2. In deze groepen wordt hier door middel van kringactiviteiten, cursorische activiteiten en werklessen aandacht aan besteed. Deze onderdelen worden om het half jaar getoetst met de Cito-toetsen rekenen. Naar aanleiding van de uitslag wordt bekeken welke leerlingen extra instructie nodig hebben en welke leerlingen verdieping aangeboden moeten krijgen. Het kan ook leiden tot extra aanpassingen voor de hele groep; meer tijd voor het automatiseren van de getallen, tafels, splitsen van getallen, oefenen redactiesommen, andere didactiek, enz. Vanaf groep 3 tot en met groep 8 wordt er gewerkt met de methode Reken Zeker. Deze methode kent leerkrachtgebonden lessen en zelfstandig werklessen. Na een leerkrachtgebonden les waarbij er veel interactie is tussen leerkracht en leerlingen kunnen de meeste leerlingen aan het werk. De leerlingen die nog behoefte hebben aan instructie krijgen verlengde instructie aan de instructietafel. Tijdens de zelfstandig werklessen loopt de leerkracht rond en geeft instructie naar behoefte. Reken Zeker is opgebouwd in blokken van 3 weken. Na ieder blok krijgen de leerlingen een toets. Naar aanleiding van deze toets bekijkt de leerkracht of de leerlingen verdieping of herhaling nodig hebben. Kinderen met hoge scores krijgen uitdaging met Speurwerk. Ook in de groepen 3 tot en met 8 worden de leerlingen ieder halfjaar getoetst door middel van een Cito-toets van het leerlingvolgsysteem. Schrijven De kinderen worden vanaf groep 1 en 2 motorisch voorbereid op het schrijfonderwijs via de methode Schrijfdans. Schrijfdans : Als je op zwemles gaat, leer je eerst de juiste bewegingen om je in het water drijvende te kunnen houden. Als je piano leert spelen, moet je veel arm- en vingerbewegingen doen. Dit geldt ook voor het schrijfproces. Daarom hebben wij op school voor de methode Schrijfdans gekozen. De kinderen maken bewegingen en vormen in de ruimte (dans) en op papier (schrijven) met behulp van muziek. Deze bewegingen worden symmetrisch uitgevoerd met beide handen. Dit is goed voor de ontwikkeling van oren, ogen en de beide hersenhelften. Bovendien is bewegen gezond en heel erg leuk! In groep 3 is het schrijfonderwijs gekoppeld aan de leesmethode Veilig Leren Lezen. De letter die geleerd wordt als boekenletter wordt meteen als schrijfletter aangeboden en geoefend. Zo leren kinderen tegelijkertijd snel lezen en schrijven. We gebruiken de schrijfmethode Pennenstreken. Bij deze methode hoort ook een voorbereidend gedeelte dat in groep 2 aan de orde komt. De kinderen oefenen het schrijven van de getallen. De kinderen beginnen om didactische en motorische redenen te schrijven met een potlood. Na ongeveer 6 tot 7 maanden schrijfonderwijs in groep 3, krijgen alle leerlingen een speciale ergonomisch gevormde pen die ze de rest van hun schooltijd blijven gebruiken. Mocht deze pen stuk gaan, kun je voor je kind op school een nieuw exemplaar kopen. De methode Pennenstreken loopt door tot in groep 6. Vanaf groep 7 mogen de leerlingen hun eigen handschrift hanteren. Daar worden wel duidelijke afspraken over gemaakt. 17