III.2 BELONINGSREGLEMENT 2000 Besluit van Burgemeester en wethouders van Voorst van 5 juni 2001, Laatstelijk gewijzigd bij besluit van 1 juli 2004 Begripsbepalingen Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: 1. ambtenaar degene op wie de vigerende bezoldigingsregeling van toepassing is; 2. bezoldigingsregeling de vigerende bezoldigingsregeling; 3. diensthoofd de gemeentesecretaris; 4. functieschaal de salarisschaal die is vastgesteld voor de door de ambtenaar te vervullen functie; 5. aanloopschaal de naast lagere salarisschaal van de functieschaal; 6. beoordeling de beoordeling die tot stand is gekomen volgens het Beoordelingsreglement 2000; 7. gratificatie een blijk van waardering uitgedrukt in een netto geldbedrag. Grondslag Artikel 2 1. Onverminderd de bepalingen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en de bezoldigingsregeling kunnen aan de ambtenaar, afhankelijk van de wijze van functioneren, een extra beloning worden toegekend, c.q. kan de toekenning van een periodieke verhoging waarop nog uitzicht bestaat, al dan niet tijdelijk achterwege worden gelaten. 2. De toe te kennen extra beloning kan bestaan uit structurele en incidentele beloningsvormen. Jaarlijkse Periodieke verhoging Artikel 3 Een periodieke verhoging binnen de voor de ambtenaar geldende salarisschaal wordt jaarlijks op de vastgestelde datum periodiek toegekend, tenzij de ambtenaar volgens de eindscore van: 1. twee achtereenvolgende beoordelingen niet geheel aan de gestelde eisen voldeed; 2. één beoordeling duidelijk beneden de gestelde eisen bleef. Beloningsreglement 2000 suppl.01012010 1
Inpassing in de functieschaal Artikel 4 1. De ambtenaar die volgens de eindscore van zijn beoordeling voldeed aan de gestelde eisen, wordt in de functieschaal ingepast. 2. De ambtenaar die is ingeschaald in de aanloopschaal en die volgens de eindscore van zijn beoordeling uitsteeg boven de gestelde eisen, kan eerder dan de daarvoor gestelde termijn in de functieschaal worden ingepast. 3. De 1 e beoordelaar dient een voorstel tot versnelde inpassing in de functieschaal ter goedkeuring in bij het diensthoofd, respectievelijk het college. Extra periodieke verhoging Artikel 5 1. De ambtenaar die volgens de eindscore van zijn beoordeling uitsteeg boven de gestelde eisen, en die het maximum van zijn salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan in aanmerking komen voor één extra periodieke verhoging. 2. De 1 e beoordelaar dient een voorstel voor één periodieke verhoging ter goedkeuring in bij het diensthoofd, respectievelijk het college. Toelage boven de functieschaal Artikel 6 (10% regeling) 1. De ambtenaar die volgens de eindscore van zijn beoordeling a. uitstijgt boven de gestelde eisen en b. minimaal drie jaren voorafgaand aan de beoordeling het maximum salaris van de voor hem geldende functieschaal heeft genoten en c. minimaal drie jaren op hetzelfde niveau werkzaam is, ontvangt een vaste toelage als bedoeld in de bezoldigingsregeling. 2. De vaste toelage kan oplopen tot maximaal 10% op het maximum van de functieschaal en wordt in drie jaarlijkse stappen toegekend. Na de eerste stap van 3,33% volgen de tweede stap naar 6,67% en de derde stap naar 10%, tenzij de ambtenaar volgens de eindscore van zijn beoordeling in het jaar voorafgaand aan de volgende stappen niet geheel aan de eisen voldeed, dan wel duidelijk beneden de eisen bleef. 3. De 1 e beoordelaar dient een voorstel voor de eerste toekenning van de vaste toelage ter goedkeuring in bij het diensthoofd, respectievelijk het college. Beloningsreglement 2000 suppl.01012010 2
Artikel 6a (maxtoelage) 1. De ambtenaar die a. 5, 10 of 15 jaar op het maximum van de voor hem geldende functieschaal staat en b. niet in het genot is van een vaste toelage als bedoeld in artikel 6 en c. niet valt onder een salaris garantieregeling en d. volgens de eindscore van een maximaal één jaar oude en vastgestelde beoordeling voldoet aan de eisen, ontvangt een maxtoelage als bedoeld in de Bezoldigingsregeling. 2. De toelage van 2, 4 of 6% gaat in per de 1 e januari nadat de ambtenaar 5, 10 of 15 jaar op het maximum van de voor hem geldende functieschaal heeft gestaan. 3. a. De toelage van 2% vervalt en de toelage van 4% en 6% wordt verminderd tot 2% en 4% als - uit twee opeenvolgende jaarlijkse beoordelingen, als bedoeld in het Beoordelingsreglement 2000, blijkt dat de ambtenaar de eindscore B heeft. - uit de tweede vastgestelde beoordeling blijkt dat de ambtenaar de in de eerst vastgestelde beoordeling aangegeven verbeterpunten niet heeft aangepakt; b. De vermindering als bedoeld in het vorige lid wordt met ingang van de peildatum, als bedoeld in lid 3c, volgend op die van de vastgestelde beoordeling toegepast c. De vermindering wordt met terugwerkende kracht hersteld als de ambtenaar aannemelijk maakt dat het niet benutten van de verbetermogelijkheden niet aan zijn schuld of nalatigheid is te wijten. d. Het college beslist op het voorstel van het diensthoofd en het diensthoofd beslist op het voorstel van de 1 e beoordelaar. 4. Indien uit een vastgestelde beoordeling blijkt dat een ambtenaar voldoet aan de voorwaarden voor een vaste toelage als bedoeld in artikel 6 wordt de leeftijdtoelage in de 10% regeling ingebouwd, in die zin dat het naast hogere percentage daarvan wordt toegekend. 5. Voor de ambtenaar die op 31 december 2009 in dienst was bij de gemeente Voorst geldt een overgangregeling, luidende: 1. De ambtenaar die a. op het maximum van de voor hem geldende functieschaal staat en b. niet in het genot is van een vaste toelage als bedoeld in artikel 6 en c. niet valt onder een salaris garantieregeling en d. de leeftijd van 52 jaar of ouder heeft bereikt en e. volgens de eindscore van een vastgestelde beoordeling na zijn 51 e verjaardag voldoet aan de eisen, ontvangt een leeftijdtoelage als bedoeld in de Bezoldigingsregeling. 2. a. De in het vorige lid bedoelde toelage bedraagt a.2% over het maximum van de voor de ambtenaar geldende functieschaal van zijn 52 e tot zijn 56 e verjaardag en b.6% over dat maximum vanaf zijn 56 e verjaardag b. De toelage en/of de verhoging van de toelage bij 56 jaar wordt voor het eerst toegekend met ingang van de eerste peildatum volgend op de 52 e en/of 56 e verjaardag van de ambtenaar. c. De peildata zijn 1 januari en 1 juli van enig jaar. 3. De toelage van 2% vervalt en de toelage van 6% wordt verminderd tot 2% als - uit twee opeenvolgende jaarlijkse beoordelingen, als bedoeld in het Beoordelingsreglement 2000, blijkt dat de ambtenaar de eindscore B heeft. - uit de tweede vastgestelde beoordeling blijkt dat de ambtenaar de in de eerst vastgestelde beoordeling aangegeven verbeterpunten niet heeft aangepakt; b. De vermindering als bedoeld in het vorige lid wordt met ingang van de Beloningsreglement 2000 suppl.01012010 3
peildatum, als bedoeld in lid 3c, volgend op die van de vastgestelde beoordeling toegepast c. De vermindering wordt met terugwerkende kracht hersteld als de ambtenaar aannemelijk maakt dat het niet benutten van de verbetermogelijkheden niet aan zijn schuld of nalatigheid is te wijten. d. Het college beslist op het voorstel van het diensthoofd en het diensthoofd beslist op het voorstel van de 1 e beoordelaar. 4. Indien uit een vastgestelde beoordeling blijkt dat een ambtenaar voldoet aan de voorwaarden voor een vaste toelage als bedoeld in artikel 6 wordt de leeftijdtoelage in de 10% regeling ingebouwd, in die zin dat het naast hogere percentage daarvan wordt toegekend Bijzondere beloning Artikel 7 1. Bijzondere beloningen zijn bedoeld voor eenmalige bijzondere prestaties en worden zo spoedig mogelijk nadat de bedoelde prestatie is verricht en zonder dat een beoordeling behoeft te worden opgemaakt, toegekend. 2. De vorm waarin een bijzondere beloning voor kleinere eenmalige bijzondere prestaties wordt toegekend is vrij, zolang die aangemerkt kan worden als een (vorm van een) schouderklopje. 3. Het afdelingshoofd of het diensthoofd kan voor bijzondere prestaties van enige omvang een gratificatie van maximaal 250,-- netto toekennen. 4. Het afdelingshoofd of het diensthoofd kan een bijzondere beloning toekennen aan de ambtenaar of een groep ambtenaren. Het afdelingshoofd of het diensthoofd legt een toekenning, inclusief een korte motivatie daarvan, schriftelijk vast. 5. Het afdelingshoofd of het diensthoofd verstrekt de ambtenaar of groep ambtenaren binnen een week na de toekenning van een bijzondere beloning een schriftelijke bevestiging. Een afschrift van die bevestiging zendt hij naar de afdeling Communicatie en Organisatieondersteuning. Tijdelijke toelage Artikel 8 1. De ambtenaar die volgens de eindscore van zijn beoordeling gedurende minimaal een half jaar uitsteeg boven de gestelde eisen kan in aanmerking komen voor een tijdelijke toelage als bedoeld in de bezoldigingsregeling. 2. Een tijdelijke toelage wordt ineens uitgekeerd en bedraagt een percentage van het voor de ambtenaar geldende bruto maandsalaris op de datum van toekenning en bedraagt niet meer dan één bruto maandsalaris. 3. De 1 e beoordelaar dient een voorstel voor toekenning van de tijdelijke toelage ter goedkeuring in bij het diensthoofd, respectievelijk het college. Hij voorziet zijn voorstel van een aanvullende motivatie over het toegekende percentage en zendt een afschrift naar de afdeling Communicatie en Organisatieondersteuning. Beloningsreglement 2000 suppl.01012010 4
Slotbepalingen Artikel 9 1. In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, beslist het bestuursorgaan. 2. Deze regeling kan worden aangehaald als "Beloningsreglement 2000" en treedt in werking met ingang van 18 juni 2001. 3. Met ingang van 18 juni 2001 vervalt het Beloningsreglement 1993. Beloningsreglement 2000 suppl.01012010 5