INHOUDSOPGAVE. I. Inleiding. II. Voorjaarsnota III. Uitgangspunten voor de begroting IV. Ontwikkelingen meerjarenperspectief 2014 Î 2017

Vergelijkbare documenten
INHOUDSOPGAVE. I. Inleiding. II. Voorjaarsnota III. Uitgangspunten voor de begroting Ontwikkelingen 2015 en volgende jaren

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Kaders begroting III Financiële beschouwing begroting 2014 en meerjarenraming 4

Bijlagen 1 Voorjaarsnota

Raadsvoorstel agendapunt

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Begroting Aanbieding Gemeenteraad 20 september 2013

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB RV

19 mei 2015 Corr.nr , FC Nummer 36/2015 Zaaknr

Gemeente Langedijk Kaderbrief Kaderbrief 2018

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP

2. Financieel kader gemeenschappelijke regelingen in de regio van Hollands-Midden

Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming 2016 Veiligheidsregio Brabant-Noord.

voorstel aan de raad Kadernota 2015 Aan de raad van de gemeente Werkendam 1. Inleiding

Voorjaarsnota Aanbieding Gemeenteraad 26 april 2013

Nieuw begrotingsresultaat

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Te berikken effekt De raadsvergadering waarin de programmabegroting 2013 wordt vastgesteld wordt niet belast met discussies over kaders.

VOORBLAD RAADSVOORSTEL. Presentatie aan de raad 16 mei 2013

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015.

Algemeen Bestuur SK Dagelijks Bestuur SK Betreft: Kadernota Begroting 2016 en Meerjarenraming Datum: 5 maart 2015

De taak van de commissie Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) is om een eenduidige toepassing van het BBV te bevorderen.

Budgettair perspectief

Raming algemene uitkering gemeentefonds is te optimistisch. De raad van de gemeente Meierijstad Postbus DA VEGHEL

Voorjaarsnota 2011 Aanbieding gemeenteraad 21 april 2011

Kaders Financieel gezond Brummen

Inhoudsopgave. 1 Inleiding... 5

Notitie Financieel Kader Schiermonnikoog

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

Tevens zijn in de kadernota nog twee onderdelen opgenomen waarvoor nog een besluit van de raad noodzakelijk is het betreft:

Programma 10. Financiën

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA B 3 16/479. Raad. Onderwerp: Kadernota 2017, Berap 2016-I en MPG

Kader Dit besluit vloeit over het algemeen voort uit de Financiële Verhoudingswet en heeft specifiek betrekking op het Gemeentefonds.

Toetsingskaders Gemeenschappelijke Regelingen

AB 4 JULI 2018 HIT/ 2018-AB Aan het Algemeen Bestuur. Datum : 14 juni 2018 Onderwerp : begroting 2019 en meerjarenraming

Informatienota KENNISNEMEN VAN: Neerijnen

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 11 december 2006 Agenda nr: 6 Onderwerp: Tweede algehele bijstelling begroting Aan de gemeenteraad,

Verzelfstandiging zwembad De Blinkerd

Statenvoorstel 44/18 A

Samenleving, Bestuur en Ruimte

De heer J. Franx, wethouder Programmabegroting

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 7. Doetinchem, 22 mei Bijstellen begroting rentekosten met ingang van begrotingsjaar 2014

Raadsvoorstel 2005/5989

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP AANLEIDING EN DOELSTELLING PROBLEEMSTELLING OPLOSSINGSRICHTINGEN

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Besluit Raad Nr. Datum 0 5 JUL 2016

Portefeuillehouder : W.C. Luijendijk Datum collegebesluit : 28 mei 2013 Corr. nr.:

Begroting Aanbieding Gemeenteraad 26 september 2014

: '15 : : Mw H.M. Lejeune- Koster

Gemeente Bladel MEDEDELING. Aan de raad. Economisch hart van de Kempen IllililllilllllUllllililliUlll. : R : Septembercirculaire 2017

Zuidplas. Raadsvoorstel. Aan de raad van de gemeente Zuidplas

Nota Reserves en Voorzieningen RMH

Raadsinformatiebrief 81

Onderwerp Bestuursrapportage 2016 en Begroting 2017

Inhoudsopgave blz. 3. Kadernota blz. 5. Algemene uitgangspunten.blz. 7. Raadsbesluit.blz. 9. Meerjarenperspectief.blz. 11

DIGITAAL AFSCHRIFT 2014_BW_00075

Algemene uitkering

Bijlage: 3 Bij welk oorspronkelijk stuk hoort de bijlage: 2009i00970 discussiememo p&c cyclus

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden.

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de Raad

Nieuwegein. Gemeenteraad. Raadsvoorstel Afdeling Financiën. 1 Onderwerp. Programmabegroting Gevraagd besluit

categotie/ agendanr

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost.

Financiële kadernota Samen kom je verder! Gemeente Leiderdorp

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerpbesluit pag. 5. Toelichting pag. 6

In de bijgevoegde analyse wordt weergegeven waardoor de verschillen ten opzichte van de meicirculaire zijn ontstaan.

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS

Voorstel raad en raadsbesluit

Economisch hart van de Kempen

i^v RAADSINFORMATIEBRIEF

Kadernota begroting

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Gemeente Westvoorne. 3. Niet over reserves beschikken als een voorstel niet voldoet aan de 3 O s.

OplegvelRaadsvoorstel inzake de financiele verwerking van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Memo Reg.nr.: O-FIN/2013/16 / RIS

J. Goossens raad november 2013

Jaap Maas raad juni 2013

[V Heerhugowaard Stad van kansen. Financiële stukken 2012, 2013 en 2014 Recreatieschap Geestmerambacht

Financiële positie. Financieel perspectief. Financiële uitgangspositie

Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii

AGENDAPUNT 3.3 ONTWERP. Onderwerp: Ontwerp begroting 2015 Nummer: Voorstel

Samenvatting Voorjaarsnota - decembercirculaire

1e Bestuursrapportage

Notitie financiële positie gemeente Pekela

Advies. Begroting 201G Gemeenschappel üke Regel i ng GGD Gelderland- Zuid. mesen. Gemeente Nijmegen. Gt.ir8ßH. Peggy van Gemert RA/AA

ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015

RAADSVOORSTEL. Inhoud Onderwerp : Toekomstvisie zwembad De Marke Indiener : d.d Reeds gestelde kaders : Raad d.d.

UITGANGSPUNTEN VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE BEGROTING 2016

Bijdrage aan behandeling programmabegroting 2014 ( )

Besluitenlijst college B&W Grave

AP II

1. Samenvatting In dit voorstel wordt ingegaan op de reactie van de provincie bij de ingediende begroting 2013.

Transcriptie:

PERSPECTIEFNOTA 2014 1

INHOUDSOPGAVE I. Inleiding II. Voorjaarsnota 2013 III. Uitgangspunten voor de begroting 2014 IV. Ontwikkelingen meerjarenperspectief 2014 Î 2017 4.1. Uitgangspositie 4.2. Personele lasten 4.3. Kapitaallasten 4.4. Algemene uitkering Gemeentefonds 4.5. Belastingen 4.6. Beheerplannen 4.7. Overigen 4.7.1. Schuldhulpverlening 4.7.2. Bibliotheek 4.7.3. Indexering overige goederen en diensten 4.7.4. ODMH (overdracht BWT-taken) 4.7.5. Verkiezingen 4.7.6. Startersleningen 4.8. Voornemens 4.8.1 Vastgoedbeleid en Îbeheer, inclusief accommodatiebeleid 4.8.2 Reserves en voorzieningen 4.9. Meerjarenperspectief 2014-2017 4. Samenvatting, conclusies en voorstel BIJLAGEN: 1. Bijlage 1: Meerjarenramingen 2013 Î 2017 2. Bijlage 2: Beheerplannen openbare ruimte 2

I. INLEIDING Voor u ligt de Perspectiefnota 2014. De Perspectiefnota geeft de ontwikkeling van het meerjarenperspectief weer op basis van het door u vastgestelde beleid, de voor 2014 en volgende jaren te hanteren (financiële) uitgangspunten en de overige op dit moment bekende ontwikkelingen met financiële consequenties. Alvorens dat perspectief te presenteren, treft u samengevat de Voorjaarsnota 2013 aan (hoofdstuk II). De Voorjaarsnota houdt een actualisatie in van de in november 2012 vastgestelde begroting 2013. Aansluitend zijn de uitgangspunten voor de opstelling van de begroting 2014 en meerjarenramingen 2014 Î 2017 op een rij gezet (hoofdstuk III). Daarbij wordt voortgebouwd op de uitgangspunten, zoals deze zijn gehanteerd bij de opstelling van de begroting 2013. In hoofdstuk IV volgen daarna de op dit moment bekend zijnde ontwikkelingen die relevant zijn voor het meerjarenperspectief. Tevens worden daarbij oplossingenrichtingen aangedragen om tot een versterking van het meerjarenperspectief 2014 Î 2017 te komen. Rekening houdend hiermee kunnen wij u in het najaar een sluitende begroting 2014 aanbieden, inclusief een sluitend meerjarenperspectief voor alle jaren daarna. In tegenstelling tot voorgaande jaren kan een en ander tot stand gebracht worden zonder een aanvullende ombuigingsronde. De notitie wordt afgesloten met een samenvatting en een concreet voorstel. II. VOORJAARSNOTA 2013 Uitgangspunt voor de samenstelling van de Voorjaarsnota 2013 vormt de in november 2012 vastgestelde begroting 2013 en de ontwikkeling van het meerjarenperspectief tot en met 2016. In dat kader zijn verwerkt de Septembercirculaire 2012, het MPG 2013 en de Jaarrekening 2012. Daarnaast zijn alle budgetten kritisch bezien en bijgesteld aan de hand van de laatste ontwikkelingen. Dit geeft het volgende beeld: 2013 2014 2015 2016 2017 Begroting 181.700 362.900 291.500 239.100 268.100 Mutaties -/- 114.400 171.700 390.900 623.500 1.076.900 ----------- ---------- ----------- ----------- ------------- Saldo 67.300 534.600 682.400 862.600 1.345.000 ====== ====== ====== ====== ======== Voor 2013 is sprake van een (meer dan) sluitende exploitatie. Een en ander neemt niet weg dat dit het resultaat is van een groot aantal plussen en minnen ten opzichte van de vastgestelde begroting. Dit is een direct gevolg van de snel opeenvolgende ontwikkelingen. Niet alleen op rijksniveau, maar ook binnen de invloedsfeer van de gemeente zelf. Door de budgetten nauwlettend te monitoren (uitvloeisel van realistisch begroten) kan tijdig ingespeeld worden op de actuele situatie en worden bijgestuurd, indien nodig. Het meerjarenperspectief ontwikkelt zich in positief opgaande lijn. Daarbij moet worden opgemerkt dat daarin nog niet zijn opgenomen de nieuwe ontwikkelingen die zich ingaande 2014 voordoen (hoofdstuk IV). 3

III. UITGANGSPUNTEN BEGROTING 2014 Voor de opstelling van de begroting 2014 en meerjarenramingen 2014 Î 2017 zijn de navolgende uitgangspunten gehanteerd: Sluitende begroting 2014 en meerjarenramingen 2014 Î 2017; Jgv"vqgrcuugp"xcp"fg"ogvjqfkgm"xcp"ÐtgcnkuvkuejÑ"dgitqvgp= Realisatie van de bestaande taakstellingen met doorwerking tot latere jaren die tot en met 2013 zijn vastgesteld; Doorrekening Algemene uitkering op basis van laatst verschenen circulaire (junicirculaire 2013); Een bedrag opnemen inzake een aanvullende korting van het rijk op de algemene uitkering uit het Gemeentefonds voor de jaren 2014 tot en met 2017 (gebaseerd op uitlatingen van het kabinet met betrekking tot de opstelling van de rijksbegroting 2014); Personeelskosten: uitgaande van de laatste overeengekomen cao (aflopend op 31 december 2012), inclusief indexering. Voor zover geen sprake is van een overeengekomen indexering in latere jaren van het meerjarenperspectief: uitgaan van een gemiddelde toename van 1% per jaar; Overige goederen en diensten: doorrekening inflatie op basis van besluitvorming, zoals deze heeft plaatsgevonden bij de vaststelling van de meerjarenramingen 2013 Î 2016 (begrotingsbehandeling november 2012): voor de jaarschijf 2017 komt het percentage op 2%; Toename belastingen, overige heffingen, huren en pachten: toename van 2% per jaar; Kostendekkende tarieven voor de beleidsterreinen riolering en afvalverwerking; De belastingverordeningen 2014, inclusief tarieven tegelijkertijd met de begroting 2014 aanbieden aan de Raad; Renteomslag: 4%; Voor de berekening van het financieringstekort wordt uitgegaan van een gemiddelde rentevoet van 2%; Toerekening rentekosten grondbedrijf op basis van besluitvorming, zoals deze heeft plaatsgevonden bij de vaststelling van de meerjarenramingen 2013 Î 2016 (begrotingsbehandeling november 2012): 4,5% 2014, 4,0% 2015 en volgende jaren; Toerekening personeelskosten grondbedrijf op basis van besluitvorming, zoals deze heeft plaatsgevonden bij de vaststelling van de meerjarenramingen 2013 Î 2016 *dgitqvkpiudgjcpfgnkpi"pqxgodgt"4234+<"ncigtg"vqgtgmgpkpi"xcp"ú"720222.-- in 2014, qrnqrgpf"vqv"ú"4720222.-- in 2015 en volgende jaren; Egalisatie begroting op basis van besluitvorming, zoals deze heeft plaatsgevonden bij de vaststelling van de meerjarenramingen 2013 Î 2016 (begrotingsbehandeling pqxgodgt"4234+<"fqvcvkg"xcp"ú"5220222.-- aan de algemene reserve in 2014 en 2016 gp"ggp"qpvvtgmmkpi"ccp"fg"cnigogpg"tgugtxg"xcp"ú"5220222.-- in 2015; Afdekken van de te verwachten verliezen in kader van grondexploitatie, zoals opgenomen in het MPG 2013 en op 16 april 2013 door uw raad is vastgesteld; 4

IV. ONTWIKKELINGEN 2014 EN VOLGENDE JAREN 4.1. Uitgangspositie Vertrekpunt voor de opstelling van de begroting 2014 en meerjarenramingen 2014 Î 2017 vormt het saldo van de Voorjaarsnota 2013: 2014 2015 2016 2017 Saldo VJN 534.600 682.400 862.600 1.345.000 ====== ====== ====== ======== In hoofdstuk III zijn de uitgangspunten voor de opstelling van de begroting 2014 en volgende jaren verwoord. Rekening houdend hiermee, alsmede met bijzondere ontwikkelingen ten aanzien van specifieke budgetten kan een beeld geschetst worden van de wijze waarop het meerjarenperspectief zich ontwikkelt. Het resultaat daarvan treft u aan in paragraaf 4.9. In bijlage 1 is de cijfermatige opbouw van het meerjarenperspectief 2014 Î 2017 opgenomen. Ten aanzien hiervan wordt het volgende toegelicht. 4.2. Personele lasten De personele kosten zijn overeenkomstig de uitgangspunten opgenomen in de meerjarenramingen: 1 % toename per jaar. Dit betekent dat door de toevoeging van de nieuwe jaarschijf 2017 de extra kosten ten opzichte van het jaar daarvoor moeten worden qrigpqogp0"vqvccn"ú"3:80222.--. 4.3. Kapitaallasten Het betreft hier een bijstelling van het bestaande MeerjarenInvesteringsProgramma. In overwegende mate hangt dit samen met een verschuiving van lasten tussen de jaarschijven ten aanzien van de realisatie. Ten opzichte van eerdere inschattingen komt de realisatie van de brede scholen Moordrecht en Moerkapelle op een eerder moment. Ten gevolge daarvan verschuiven de lasten naar voren. Voor 2014 is dat effect nagenoeg nihil, voor 2015 circa Ú"4220222.--. Tevens is de jaarschijf 2017 toegevoegd. Hier is Î op basis van op dit moment bekende gegevens Î ggp"dwfigv"vqgigmgpf"xcp"ú"6;20222.--. Het verdient aanbeveling om tijdens de behandeling van de begroting 2014 een separaat MeerjarenInvesteringsProgramma 2014 Î 2017 vast te stellen, zodat een afweging kan plaatsvinden ten aanzien van de aangedragen investeringen, met name voor de nieuwe jaarschijf 2017. 4.4. Algemene uitkering Gemeentefonds In de 1 e voortgangsrapportage 2013 zijn de ramingen inzake de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds opnieuw in ogenschouw genomen en berekend. Voor een bijstelling van de ontwikkeling van de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds zal bij de opstelling van de begroting 2014 gebruik worden gemaakt van de zogenaamde mei/junicirculaire van het ministerie van BZK. Vooralsnog bestaat er geen aanleiding om de cijfers van de 1 e voortgangsrapportage 2013 bij te stellen. 5

4.5. Belastingen De mutaties blijven hier beperkt tot de jaarschijf 2017. Op basis van de uitgangspunten worden de ramingen met 2% opgehoogd ten opzichte van het jaar daarvoor. 4.6. Beheerplannen Op 5 februari jl. bent u geïnformeerd over de stand van zaken met betrekking tot de beheerplannen Openbare Verlichting, Gemeentelijke Gebouwen, Watergangen. Sportparken en Civiele Kunstwerken. Daaruit is gebleken, dat er in de toekomst aanzienlijke tekorten gaan optreden. De omvang van het tekort is afhankelijk van de keuze van het igygpuvg"mycnkvgkvupkxgcw0"chigurtqmgp"ku"fcv"gt"xgtuejknngpfg"uegpctkqóu" wnngp"yqtden doorgerekend en de voorlopige resultaten worden gepresenteerd bij de Perspectiefnota. Een verdere uitwerking en definitieve keuzes zullen worden gemaakt bij de vaststelling van de begroting 2014 en volgende jaren. Bij het bepalen van het ambitieniveau is uitgegaan van de kwaliteitsniveaus A, B en C overeenkomend met respectievelijk goed, voldoende en matig. Een ambitieniveau onder niveau C is niet doelmatig omdat dat zou betekenen dat er sprake is van kapitaalvernietiging. De doorrekening van de beheerplannen heeft betrekking op een periode van 10 jaar (2015-2025) waarbij alle kwaliteitsniveaus per beheerplan zijn doorgerekend. Vooralsnog stellen wij voor Î gegeven de financiële situatie - om alle beheerplannen te gaan uitvoeren op niveau C en dit verder in financiële zin uit te werken. Rekening houdend hiermee zijn in het meerjarenperspectief de extra lasten die samenhangen met de uitvoering qr"pkxgcw"e"qrigpqogp0"jgv"iccv"jkgt"qr"ggp"gzvtc"dklftcig"xcp"igokffgnf"ú"4270222.-- per jaar, ingaande 2015. Indien daar aanleiding toe is, zal het college met voorstellen komen om op onderdelen niveau B toe te passen. Wij wijzen u er voor de volledigheid op dat dit nog na behandeling van de beheerplannen in uw Raad kan wijzigen ingeval u afhankelijk van politieke prioriteiten een onderscheid aanbrengt in kwaliteitsniveau tussen de verschillende beheerplannen. Daarnaast zal bij de verdere uitwerking van de beheerplannen bezien worden wat het financiële effect is van het voornemen van het Rijk om onderwijsgelden ingaande 2015 over te hevelen van de gemeente naar het onderwijsveld betreffende onderhoud van schoolgebouwen. Voor een uitgebreide toelichting op de uitwerking van de beheerplannen wordt u verwezen naar bijlage 2 behorende bij deze nota. 4.7. Overigen Hierboven zijn de ontwikkelingen ten aanzien van de vaste onderwerpen weergegeven. Daarnaast is nog sprake van een aantal onderwerpen die voor de opbouw van het meerjarenperspectief 2014 Î 2017 relevant zijn. In dat verband worden genoemd. 4.7.1. Schuldhulpverlening Met de in werking treden van de Wet Schuldhulpverlening is de schuldhulpverlening een wettelijke taak geworden. In dat verband is een schuldhulpverlener in eigen dienst gekomen en valt het budget uitbestede werkzaamheden in kader van schuldhulpverlening vrij (2014: Ú"450:22.--). 4.7.2. Bibliotheek De samenvoeging van de bibliotheekorganisaties brengt wellicht frictiekosten met zich mee. Met het bestuur vindt hierover overleg plaats. Tegen deze achtergrond is in het meerjarenperspectief hiervoor geen raming opgenomen. 6

4.7.3. Indexering overige goederen en diensten De lasten voor overige goederen en diensten worden in beginsel jaarlijks geïndexeerd. Hiermee is overeenkomstig de uitgangspunten voor de begroting in het meerjarenperspectief rekening mee gehouden. Voor de jaarschijf 2017 betekent dit een toename van het budget ogv"ú"4380222.-- ten opzichte van 2016. 4.7.4. ODMH (overdracht BWT-taken) Per 1 januari 2014 is de overdracht van BWT-taken aan ODMH voorzien. Uitgangspunt daarbij is dat de achterblijvende frictiekosten worden opgevangen. Besluitvorming vindt voor de zomer plaats. In de 2 e voortgangsrapportage 2013 zullen de hiermee samenhangende financiële consequenties worden verwerkt. 4.7.5. Verkiezingen Met verwijzing naar de evaluatie (jan 2013) is geconstateerd dat de bestaande budgetten niet toereikend zijn. De ramingen in het meerjarenperspectief zijn met in acht neming van de geplande verkiezingen in de diverse jaren hierop afgestemd, waarbij de kosten per uitkomen qr"ú"570222.-- per verkiezing. 4.7.6. Startersleningen In 2010 is het voorstel gedaan om in de gemeente een starterslening in te voeren. Doordat het Rijksbudget destijds niet toereikend was, is door uw Raad besloten om geen starterslening in te voeren voor de gehele gemeente. Het Rijk heeft inmiddels opnieuw een budget ter beschikking gesteld om startersleningen te kunnen verstrekken. Dit opent voor de gemeente de mogelijkheid om alsnog het fenomeen van starterslening voor de gehele gemeente door te voeren. Van elke lening die wordt verstrekt door de gemeente wordt dan de helft bekostigd vanuit het budget van het Rijk. Kp"jgv"qqturtqpmgnklmg"xqqtuvgn"xcp"4232" qw"jgv"vqvccn"iccp"qo"ú"8220222.-- waarvan de lasten (rente) in de begroting zou worden opgenomen. Oqogpvggn"ku"Ú"4890222.-- beschikbaar en omvat de reeds afgeloste delen van de eerder verstrekte startersleningen. Rgt"ucnfq"fkgpv"pqi"ggp"dgftci"xcp"Ú"5550222.-- te worden ccpigvtqmmgp0"fg"fcctogg"ucogpjcpigpfg"tgpvgncuvgp"dgftcigp"ú"350422.-- per jaar. Deze last is in het meerjarenperspectief structureel opgenomen ingaande 2014. 4.8. Voornemens In de voorliggende paragrafen is ingegaan op diverse onderwerpen die een direct budgettaire consequentie met zich brengen voor het meerjarenperspectief. Ten aanzien van twee onderwerpen is dat (nog) niet geval. Het verdient aanbeveling om beide onderwerpen nader uit te werken en de eventuele budgettaire gevolgen op een later moment te betrekken in het meerjarenperspectief. 4.8.1. Vastgoedbeleid en beheer, inclusief accommodatiebeleid Onlangs is een start gemaakt met het accommodatiebeleid. Het verdient aanbeveling om dit uit te breiden naar volledig vastgoedbeleid en Îbeheer. Door diverse functies nog beter op elkaar af te stemmen en samen te voegen, worden op termijn aanvullende kostenbesparingen voor mogelijk gehouden. In het meerjarenperspectief is in afwachting van een nadere uitwerking hiermee nog geen rekening gehouden. 7

4.8.2. Reserves en voorzieningen Evenals het meerjarenperspectief is de vermogenspositie (reserves en voorzieningen) voortdurend onderhevig aan opeenvolgende ontwikkelingen. In dat verband kunnen worden genoemd de recente afwaarderingen van gronden en de beheerplannen die thans in ontwikkeling zijn. Tegen die achtergrond is het aan te bevelen om periodiek de totale vermogenspositie te herzien en na te gaan in hoeverre deze nog aansluit (omvang en samenstelling) bij het beleid dat wordt gevoerd. In 2014 gaat een nieuwe bestuursperiode van start. In de aanloop daar naar toe zullen wij een herziene nota reserves en voorzieningen aan de Raad voorleggen (voorjaar 2014). 4.9. Meerjarenperspectief 2014-2017 Met in achtneming van de voorgaande hoofdstukken laat de ontwikkeling van het meerjarenperspectief zich al volgt samenvatten: 2014 2015 2016 2017 Saldo VJN 534.600 682.400 862.600 1.345.000 Mutaties -/- 59.900 -/- 418.300 -/- 311.600 -/- 869.500 ---------- ---------- ---------- ------------- Meerjarenperspectief 474.700 264.100 551.000.475.500 ====== ====== ====== ======== V. SAMENVATTING EN VOORSTEL Zowel de omgeving waarbinnen de gemeente moet opereren als de gemeentelijke organisatie zelf is volop in beweging. Dat vraagt om een nauwgezette monitoring van de budgetten en de ontwikkelingen die daarmee samenhangen. Dat wordt nog versterkt door het feit dat de ontwikkelingen een scala van zaken omvat en zich niet laat beperken tot één of een paar onderwerpen. De Voorjaarsnota 2013 is daar het voorbeeld van. Met inachtneming van alle mutaties 2013 kan worden vastgesteld dat het saldo 2013 xqqtcnupqi"wkvmqov"qr"chigtqpf"ú"890522.-- positief. Ten aanzien van de jaren 2014 Î 2017 is sprake van een sluitend meerjarenperspectief voor alle jaargangen. Het meerjarenperspectief 2014 Î 2017 geeft de financiële ruimte weer waarbinnen de exploitatie zich de komende bestuursperiode zal bewegen. In de aanloop naar de nieuwe bestuursperiode verdient het aanbeveling om ook de speelruimte binnen de vermogenspositie (reserves en voorzieningen) opnieuw te herijken. Tegen deze achtergrond laat het voorstel zich als volgt formuleren: 1. Kennisnemen van de Perspectiefnota en de ontwikkeling van het meerjarenperspectief 2014 Î 2017; 2. In te stemmen met de uitgangspunten voor de opstelling van de begroting 2014 zoals verwoord in hoofdstuk III van de Perspectiefnota; 3. In te stemmen met de opstelling van een separaat Meerjaren Investerings Programma 2014 Î 2017 ten behoeve van de begrotingsbehandeling 2014; 4. In te stemmen met de opstelling van een herziene nota Reserves en voorzieningen (voorjaar 2014); 5. In te stemmen met de verwerking van de extra financiële consequenties, die verbonden zijn aan de uitvoering van de nog niet vastgestelde beheerplannen Openbare Verlichting, Civiele Kunstwerken, Watergangen, Gemeentelijke Gebouwen en Sportparken op niveau C voor een dgftci"xcp"ú"4270222.-- per jaar; 8