Verslag van de vergadering van de Rekeningencommissie (RC) van 05 april 2012

Transcriptie

1 Gemeente Den Haag Rekeningencommissie RIS Verslag van de vergadering van de Rekeningencommissie (RC) van 05 april 2012 Aanwezig: de voorzitter de heer J.C. Sneller en de heren C.J. Pluimgraaff, M.D. Rietveld, I.D. Sepers, G.W. van Vulpen en M. Wörsdörfer, allen lid RC; mevrouw D. de Winter; secretariaat RC: de heren J.G. van Duijn en R.A. Vierbergen; bij agendapunt F: de heren E.A. de Groot, A.J.P. van Loon en G.L. Vleugels (accountants). Afwezig: de heer B.J. Brands (m.k.) en mevrouw M. van de Waal (z.k.). A. OPENING, MEDEDELINGEN EN VASTSTELLING AGENDA De voorzitter opent de vergadering om 13:30 uur en heet de aanwezigen welkom, in het bijzonder de heer Van Vulpen als nieuw lid van de commissie. De voorzitter licht het verslag toe van het werkbezoek dat hij aan de voorzitters van de rekeningencommissies van Amsterdam en Rotterdam heeft gebracht (RIS ). De werkwijze van de Amsterdamse rekeningencommissie komt overeen met die van Den Haag, de vergaderingen zijn echter besloten. De Commissie tot Onderzoek van de Rekening (COR) in Rotterdam besteedt in haar onderzoek naar de jaarrekening expliciet aandacht aan (bedrijfsmatige) doelmatigheid en onderzoekt daarnaast ook cyclisch onderdelen van begrotingen, hetgeen ter overweging van de RC is. De rapportage over het onderzoek naar Verbonden Partijen wordt geagendeerd voor 28 juni. Voor de evaluatie van de werkwijze van de RC neemt de secretaris contact op met de leden. Voor deze vergadering zijn geen oplegnotities meegezonden, de volgende vergaderingen zal dit wel gebeuren. Voorgesteld wordt de vergadering van de RC van 26 april te verplaatsen naar 25 april (aanvang: 13:30 uur). Noot van het secretariaat: inmiddels is een convocatie voor 25 april verzonden. B. VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN 26 JANUARI 2012 Het verslag van de vergadering van 26 januari 2012 (RIS ) wordt conform concept vastgesteld. Zoals besloten in de vorige vergadering wordt de brief van de wethouder Financiën over de prioriteiten van gemeentelijke diensten inzake het financieel beheer betrokken bij het komende onderzoek naar de jaarrekening. De Rekenkamer Den Haag (RkDH) heeft aangegeven de voortgang van het onderzoek naar de Centrale Treasury in de RC te willen bespreken. De RC wil eerst het hierover te verschijnen rapport afwachten, waarna duidelijk wordt of beleidsmatige dan wel beheersmatige aspecten de boventoon voeren.

2 Rekeningencommissie 2 C. WERKWIJZE REKENINGENCOMMISSIE ONDERZOEK JAARREKENING 2011 Voor het onderzoek naar de jaarrekening 2011 wordt voorgesteld dezelfde werkwijze te hanteren als voorgaande jaren. Dit jaar zijn hiervoor minder vergaderingen gepland, waardoor per vergadering meer dienstjaarrekeningen worden behandeld. De werkwijze wordt conform voorstel vastgesteld. D. ACTUALITEITEN ACCOUNTANCY De gemeenteaccountant, de heer Vierbergen, geeft een toelichting op enkele actuele ontwikkelingen. Er is sprake van negatieve beeldvorming over de accountantsberoepsgroep vanwege tekortschietende kwaliteit bij openbare accountants. Als voorbeelden noemt hij rapporten van de AFM, boetes van de AFM voor het onvoldoende naleven van basale accountantsregelgeving (de zogenaamde controlestandaarden), een recente grote claim bij een openbaar accountantskantoor en - zeer recent - ontoereikend uitgevoerde controles op rijkssubsidies (SISA). Bij de Raad van State ligt nu de nieuwe wet accountantsberoep voor, die in eerste aanleg vooral gericht was op samenvoeging van twee beroepsorganisaties (NIvRA en NOVAA). Naar aanleiding van bovengenoemde ontwikkelingen heeft de Tweede Kamer hierop amendementen ingediend zoals inzake een strikte scheiding van controle- en advieswerkzaamheden. Daarnaast wordt een verplichte kantoorwisseling na acht jaar voorgesteld. Dit richt zich op openbare accountantskantoren vooral bij controles van beursgenoteerde ondernemingen en financiële instellingen. Omdat niet iedereen het onderscheid kent tussen openbare versus andere accountants, waaronder overheidsaccountants en interne accountants, strekt deze negatieve beeldvorming zich helaas en ten onrechte uit over alle accountants. De amendementen hebben geen gevolg voor de GAD, maar als incidenten zich blijven voordoen kan een verdere aanscherping gevolgen hebben ingeval van verruiming naar de totale beroepsgroep. De NBA (beroepsorganisatie van accountants) is doende zich te herpakken en heeft onder meer een Plan van Aanpak opgesteld dat zich niet beperkt tot de openbare accountants maar zich richt op alle accountants. Nieuwe regelgeving van de NBA voor alle accountants leidt naar verwachting tot verhoogde regeldruk voor de GAD, evenals ingeval van verscherpte regelgeving en controles vanuit het Rijk inzake Rijkssubsidies (SISA). E. STAND VAN ZAKEN TOEZEGGINGEN COLLEGE Het overzicht van de stand van zaken in de nakoming van toezeggingen door het college inzake het voorgaande jaarrekeningentraject (RIS ) geeft geen aanleiding voor opmerkingen. F. JAARREKENING 2011 F.1 DIENST ONDERWIJS, CULTUUR EN WELZIJN (OCW) Als inleiding op de bespreking geeft de controlerend accountant bij de dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn (OCW), de heer De Groot, een toelichting op het accountantsrapport. Het jaarrekeningproces van OCW is vlot verlopen en de jaarrekening is tijdig tot stand gekomen. Het financieel beheer bij de dienst is al jaren op orde en voor OCW is het zaak dit niveau vast te houden. OCW is met name een subsidieverstrekkende dienst op het gebied van onderwijs en welzijn. Jaarlijks wordt zo n 240 miljoen aan subsidie verstrekt. Een andere grote activiteit is het beheer van vastgoed zoals schoolgebouwen, maar ook bijvoorbeeld zwembaden. Hierin gaat zo n 600 miljoen om. De dienst biedt werk aan ongeveer 1000 fte. Er is dit jaar een positief resultaat van 5 miljoen. Een deel van de

3 Rekeningencommissie 3 bezuinigingstaakstelling is in 2011 gerealiseerd. Deels is dit gedaan door inkrimping van het ondersteunend apparaat. Daarnaast is er op programma-uitgaven bezuinigd, zoals een korting op subsidies van 7,7% ter grootte van 14 miljoen. De totale bezuinigingstaakstelling bedraagt 50 miljoen voor 2014, waarvan 30 miljoen betrekking heeft op subsidies en 6 miljoen op het ambtenarenapparaat. De frictiekosten zijn tot nu toe beperkt geweest en voor zover er frictiekosten waren zijn deze gedekt uit het positieve dienstresultaat. De dienst OCW heeft als eerste grote dienst het Tax Control Framework (TCF) geïmplementeerd ten dienste van het met de Rijksbelastingdienst gesloten convenant voor Horizontaal Toezicht (HT). Dit is goed verlopen en in 2012 zal dit bij andere diensten worden uitgerold. Per volgend jaar zal een nieuwe Centrale Vastgoedorganisatie (CVO) van start gaan, waarin ook het vastgoed van OCW zal worden ondergebracht, uitgezonderd schoolgebouwen. Dit is een omvangrijke operatie. Het is van groot belang dat de planning en control vooraf goed wordt geregeld, evenals bijvoorbeeld de verdeling van verantwoordelijkheden tussen diensten. De negatieve ontwikkeling van de liquiditeitspositie van woningcorporaties heeft mogelijk ook gevolgen voor projecten bij OCW. De risico s zitten op dit moment primair in de vertraging van de uitvoering van beleid; vooralsnog zijn financiële risico s niet bekend. De bezuinigingen op cultuursubsidies hebben invloed op de personele omvang bij gesubsidieerde instellingen, wat het risico van frictiekosten met zich meebrengt. De dienst is actief om deze kosten te beheersen. Uit de beantwoording van de vragen en de behandeling van de opmerkingen van de leden van de RC komt het volgende naar voren. Frictiekosten Cultuur: de gemeente loopt risico geconfronteerd te worden met claims voor frictiekosten van gekorte gesubsidieerde culturele instellingen (bijvoorbeeld van verzelfstandigde voormalige gemeentelijke diensten). Deze kosten kunnen niet worden gedekt uit de concernreserve frictiekosten, die uitsluitend bedoeld is voor frictiekosten als gevolg van bezuinigingen op het eigen ambtelijk apparaat. De onderbouwing van het bedrag ( 26 miljoen) voor dit risico is voor de RC niet inzichtelijk. Ook is niet inzichtelijk of de eigen reserve van de dienst toereikend is voor niet uit de concernreserve gedekte frictiekosten van gesubsidieerde instellingen (mogelijke vragen aan de portefeuillehouder of wethouder Financiën bij de concernrekening). Centrale Vastgoedorganisatie (CVO): de oprichting van een centrale vastgoedorganisatie en de overheveling van vastgoed hier naartoe vanuit verschillende diensten is een omvangrijke operatie die in een relatief korte tijdspanne moet worden voltooid. Op dit moment is onvoldoende inzicht in de voortgang hierin en de hiermee gepaard gaande risico s (mogelijk punt RC-rapport en mogelijk onderwerp voor een werkbespreking na het zomerreces). Nagegaan zal worden waarom schoolgebouwen niet overgaan naar de CVO. Of dit ten koste gaat van de doelmatigheid zal bij het college worden gevraagd. Noot van het secretariaat: de schoolgebouwen gaan niet over naar de CVO omdat de schoolbesturen juridisch eigenaar zijn van de panden, overeenkomstig de geldende onderwijswetgeving. Monitoring subsidiegelden: De RC vraagt het college inzicht te verschaffen in de wijze waarop doelmatigheid en doeltreffendheid van verstrekte subsidies wordt gevolgd. De RC stelt vast dat jaarlijks op onderwijssubsidies vrijval plaatsvindt en vraagt zich af of hierop in de begroting geanticipeerd kan worden (gemarkeerd voor bespreking bij de concernjaarrekening). Nagegaan zal worden welk deel van de onderwijssubsidies Rijksgeld betreft en welk deel gemeentegeld. Noot van het secretariaat: onderwijssubsidies bestaan voor ongeveer 50% uit Rijksgeld en 50% uit gemeentegeld. Volgens mededeling zal de verhouding Rijk/gemeente in 2013 ongeveer 60%/40%

4 Rekeningencommissie 4 worden. Bij bestedingen wordt eerst het budget van het Rijk aangesproken en pas daarna het gemeentebudget. Dit is de voornaamste reden voor vrijval op het gemeentelijke budget. Onderuitputting investeringen: naast een overschot op subsidies is er dit jaar opnieuw sprake van een relatief grote onderuitputting van het investeringsbudget. De RC markeert dit onderwerp voor nadere bespreking bij de behandeling van de jaarrekening van de Centrale Treasury (CT) omdat dit mede effect kan hebben op de reserve kapitaallasten. In 2011 zijn 9 miljoen minder uitgaven ten laste van de bestemmingsreserves gekomen. OCW heeft aangegeven dat bij de reserve regeling binnenmilieu scholen en enkele reserves van het programma maatschappelijke ondersteuning sprake is van faseringsverschillen en dat in 2012 de uitgaven alsnog ten laste van de reserves worden gebracht. Omdat dit door diensten vaker als reden voor onderuitputting is gegeven, wil de RC deze maand nog kunnen beschikken over een concreet bestedingsplan waaruit blijkt dat uitgestelde bestedingen daadwerkelijk in 2012 worden ingehaald (schriftelijke vraag aan de portefeuillehouder). Onrechtmatigheden in aanbestedingen: de RC wil weten of de omvang van rechtmatigheidsproblemen bij aanbestedingen op concernniveau is gedaald (gemarkeerd voor bespreking bij de concernjaarrekening). ADO: ondanks de opmerking van de RC dienaangaande in het RC-rapport van vorig jaar is in de jaarrekening van OCW niet ingegaan op eventuele risico s inzake ADO. Hoewel op dit moment geen concrete signalen aan de orde zijn over specifieke risico s, kennen organisaties in betaald voetbal risico s ten aanzien van financiële posities die ondanks gemaakte financiële afspraken gevolgen kunnen hebben voor de gemeente als geldverstrekker (recidivepunt voor het RC-rapport). Financiële positie woningcorporaties: de gevolgen van mogelijk beperktere investeringsbudgetten van woningcorporaties en het risico dat de gemeente als achtervang wordt gevraagd renteloze leningen aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) te verstrekken, worden gemarkeerd als onderwerp bij de behandeling van de CT-jaarrekening. Aanpassing topindicatoren: De RC benadrukt dat aanpassing van topindicatoren is voorbehouden aan de Raad en dat het resultaat voor de topindicator Den Haag Onder Dak niet eenzijdig door de dienst kan worden aangepast. De RC vraagt het college mogelijke onduidelijkheid hierover weg te nemen (schriftelijke vraag aan de portefeuillehouder). F.2 INTERN DIENSTENCENTRUM (IDC) De controlerend accountant bij het Intern Dienstencentrum (IDC), de heer Van Loon, geeft een toelichting op het accountantsrapport. Het IDC verleent voor een bedrag van 135 miljoen interne dienstverlening met betrekking tot bijvoorbeeld huisvesting van het ambtenarenapparaat, automatisering, salarisadministratie en het restaurant. Het jaarrekeningproces is vlot verlopen en de jaarrekening was tijdig gereed. Aandachtspunten voor de jaarrekening zijn de toelichtingen bij de programmarekening en de resultaatanalyse in de samenvatting. De accountant noemt drie prioriteiten voor het financieel beheer van het IDC: 1. het herijken van de financiële administratie en begroting met als doel deze te vereenvoudigen en beter te laten aansluiten op de dienstverlening van het IDC. De begroting 2012 is hiervoor reeds aangepast; 2. het herijken van het kostprijsmodel ten behoeve van een actuele en transparante kostprijsbepaling en betere benchmarkmogelijkheden. Dit hangt nauw samen met de genoemde actualisatie van de administratie;

5 Rekeningencommissie 5 3. een fiscale doorlichting in 2012 door het Fiscaal Adviesteam (FAT) van de GAD in het kader van Horizontaal Toezicht (HT), als onderdeel van het convenant dat de gemeente met de Rijksbelastingdienst heeft afgesloten. Het IDC is op fiscaal gebied op twee onderdelen een belangrijke speler. Het IDC verzorgt namelijk de BTW-aangifte van de interne dienstverlening ( 13 miljoen) en de afdracht van de loonheffing en de sociale premies ( 130 miljoen) van alle ambtenaren. Het is van belang om in kaart te brengen of de interne beheersingsmaatregelen toereikend zijn om een goede aangifte en afdracht van deze fiscale posten structureel te waarborgen. Hiervoor moet naar verwachting in 2012 nog het nodige werk verricht worden. Het FAT zal het IDC hierbij adviseren. Verder wijst de accountant op onvolkomenheden in de rechtmatigheid, waarvan overigens de omvang is afgenomen ten opzichte van vorig jaar. Tot slot geeft de accountant aan dat ook het IDC te maken krijgt met de CVO vanwege de panden die van het IDC naar deze organisatie overgaan. Het IDC blijft wel de dienstverlening voor de huisvesting verrichten. Het is voor de rolverdeling en planning & control bij het IDC van belang dat goede afspraken worden gemaakt tussen het IDC en de op te richten CVO. Uit de beantwoording van de vragen en de behandeling van de opmerkingen van de leden van de RC komt het volgende naar voren. Prioriteiten IDC: de RC onderschrijft de drie genoemde prioriteiten voor het IDC (herijken financiële administratie, herijken kostprijsmodel en fiscale doorlichting in 2012) en verwacht van de portefeuillehouder dat deze punten voortvarend worden afgewikkeld (onderwerp voor het RCrapport). Kostprijs en kostendekkendheid: met de beleidskeuze bij het IDC als intern dienstverlener een begroot verlies van 10 miljoen toe te staan sponsort deze dienst in feite andere diensten. De RC vraagt zich af of het wenselijk is deze situatie te handhaven (aandachtspunt voor de vakcommissie). Bezuinigingen: naast de eigen bezuinigingstaakstelling wordt het IDC geconfronteerd met de gevolgen van een afnemende vraag naar dienstverlening van andere diensten als gevolg van bezuinigingen aldaar. Het is zaak voor de wethouder van het IDC hierop alert op te blijven. Resultaten basis- en pluspakket: de dienstverlening uit het basispakket wordt door de gemeentelijke diensten op basis van verplichte winkelnering afgenomen. Behaalde resultaten op het basispakket vloeien daarom terug naar de diensten. Dit gebeurt via verrekening met de daarvoor bestemde egalisatiereserve. De dienstverlening uit het pluspakket kan optioneel door de diensten worden afgenomen. De winsten en verliezen die hieruit voortkomen komen voor rekening van het IDC (dienstcompensatiereserve). Onrechtmatigheid bij aanbestedingen: gemarkeerd als onderwerp voor het RC-rapport. Bestemmingsreserves Assurantiën en Leyweg: vorig jaar heeft de RC kanttekeningen geplaatst bij de noodzaak en benodigde omvang van de bestemmingsreserves 3302 Assurantiën (thans 5,4 miljoen) en 3305 Leyweg (thans 6,5 miljoen). Er is geen gevolg gegeven aan het advies van de accountant deze reserves te actualiseren. De portefeuillehouder wordt gevraagd om vóór de vaststelling van het RC-rapport schriftelijk te rapporteren over nut en noodzaak van deze reserves, voorzien van een onderbouwing. Op basis van het antwoord kan de RC een definitief standpunt innemen. Voorts wil de RC weten of de Reserve Assurantiën onderdeel uitmaakt van het weerstandsvermogen en als zodanig wordt betrokken in het risicocumulatiemodel (gemarkeerd als mogelijk onderwerp voor het RC-rapport).

6 Rekeningencommissie 6 F.3 BESTUURSDIENST (BSD) De controlerend accountant bij de Bestuursdienst (BSD), de heer Vleugels, licht de bevindingen uit de jaarrekeningcontrole toe. De jaarrekening is voorzien van een goedkeurende controleverklaring. Zowel het financieel beheer als de jaarrekening zijn bij de Bestuursdienst op orde. De kosten van BSD bestaan voornamelijk uit apparaatskosten en subsidies/bijdragen op het gebied van college/bestuur, veiligheid en stadsmarketing. Het resultaat was 2,6 miljoen, waarvan 1,3 miljoen verrekend moest worden met concernbrede reserves. Het positieve resultaat is voornamelijk afkomstig uit incidentele voordelen. De BSD is verantwoordelijk voor de oprichting van de CVO en deze nieuwe organisatie wordt voorlopig ondergebracht bij deze dienst. Voor de inrichting van het financieel beheer hiervan moeten dit jaar nog flink wat stappen worden gezet, zowel voor de inrichting van de begroting als voor de financiële administratie. Het vastgoed van de verschillende diensten moet worden overgenomen en de nieuwe vastgoedorganisatie moet goed inzicht hebben in de rechten en verplichtingen die met het vastgoed samenhangen. Dit jaar is de voorziening FLO goed onderbouwd en deze wordt jaarlijks geactualiseerd. Het beheer van de bestemmingsreserve concernbrede informatiesystemen is door de dienst opgepakt. De forse onderschrijding wordt veroorzaakt door vertragingen van activiteiten, maar ook omdat investeringsuitgaven in de begroting waren opgenomen. BSD is nu voornemens geplande investeringen in systemen op te nemen in het Meerjaren InvesteringsPlan (MIP). Uit de beantwoording van de vragen en de behandeling van de opmerkingen van de leden van de RC komt het volgende naar voren. CVO: De RC zal in de werkbespreking na het zomerreces haar aandacht richten op de BSD als verantwoordelijke dienst voor de nieuw op te richten CVO. Daarbij is het zaak inzichtelijk te krijgen of er voldoende tijd uitgetrokken is voor de inrichting van de organisatie en of de risico s in beeld zijn gebracht (mogelijk punt RC-rapport). Portefeuillehouder BSD: aan de burgemeester wordt als portefeuillehouder van BSD gevraagd hoe zijn verantwoordelijkheid voor de nieuw op te richten CVO zich verhoudt tot zijn positie als voorzitter van Raad en College (mogelijk punt RC-rapport). BSD als subsidieverstrekkende dienst: evenals vorig jaar constateert de RC dat de rol van BSD als subsidieverstrekkende dienst is toegenomen. De RC vraagt het college toe te lichten of deze activiteiten uit doelmatigheidsoogpunt niet beter elders kunnen worden belegd en de Bestuursdienst zich met name richt op bestuurstaken (mogelijk punt voor het RC-rapport). Bezuinigingen: Nagegaan zal worden waarom frictiekosten door BSD zijn gedekt met incidentele voordelen en niet uit de concernreserve frictiekosten. Noot van het secretariaat: frictiekosten worden overeenkomstig interne beheersregels uit het positieve resultaat gefinancierd, in tweede instantie wordt de concernreserve frictiekosten aangesproken. Als deze uitgeput is, resteert de dienstcompensatiereserve. De dienstcompenatieserve dient om dienstnadelen op te vangen of om incidentele uitgaven te dekken voor de bedrijfsvoering (artikel 20, lid 1b van de verordening Financieel Beheer). Bestemmingsreserve vastgoed Brandweer: de RC vraagt het college inzichtelijk te maken waarom de winst op de verkoop van vastgoed in een bestemmingsreserve is ondergebracht en wat nut en noodzaak van deze reserve is (mogelijk punt voor het RC-rapport). F.4 DIENST OPENBARE BIBLIOTHEEK (DOB) Voor de dienst Openbare Bibliotheek geeft de controlerend accountant, de heer De Groot, een toelichting op het accountantsrapport. De Dienst Openbare Bibliotheek (DOB) is een relatief kleine

7 Rekeningencommissie 7 gemeentelijke dienst met financiële geldstromen van in totaal zo n 28 miljoen per jaar, waarvan 4 miljoen opbrengsten uit het uitlenen van de collectie. De lasten bestaan vooral uit personele kosten en kosten die samenhangen met huisvesting (van filialen). De inrichting en opening van het filiaal aan de Leyweg heeft in 2011 zijn beslag gekregen. Ook is de inhuizing van de VVV afgerond. De bezuinigingen bij de DOB zijn tweeledig: oplopend naar 2014 een bezuiniging van 2 miljoen op de vestigingen (op dit moment 0,8 miljoen gerealiseerd) en een bezuiniging van 1,6 miljoen op apparaatslasten (op dit moment 0,6 miljoen gerealiseerd). In de balans is nog een verplichting voor leenrechten opgenomen van 0, 6 miljoen. Dit betreft een geschil met de stichting Leenrecht waarvoor de gemeente vooralsnog in het gelijk is gesteld. Hiervoor loopt nog een cassatieprocedure bij de Hoge Raad. Uit de beantwoording van de vragen en de behandeling van de opmerkingen van de leden van de RC komt het volgende naar voren. Inzichtelijkheid van de jaarrekening: verschillen ten opzichte van begroting worden niet toereikend toegelicht (mogelijk punt voor het RC-rapport). Informatiebeveiliging: net als vorig jaar is informatiebeveiliging een aandachtspunt (mogelijk punt voor het RC-rapport). F.5 RAADSORGANISATIE (ROR) De controlerend accountant bij de Raadsorganisatie (ROR), de heer Vierbergen, geeft een korte toelichting op het accountantsrapport over de jaarrekening van de Raadsorganisatie, waarvan de Raad, de fractieondersteuning, de griffie en de ombudsman onderdeel uitmaken. De jaarrekening is inzichtelijk en goed leesbaar en het financieel beheer is goed op orde. De ROR vervult naar de mening van de accountant een voorbeeldfunctie voor de gemeentelijke organisatie. Het advies in het vorige accountantsrapport om de noodzaak van enkele reserves kritisch te bekijken is opgevolgd en de reserves zijn opgeheven. Aan de suggestie om cyclisch te begroten wordt dit jaar gevolg gegeven. De jaarrekening en het accountantsrapport geven de RC geen aanleiding tot het maken van opmerkingen of het stellen van vragen. F.6 GEMEENTELIJKE ACCOUNTANTSDIENST (GAD) Bij de controle van de jaarrekening van de Gemeentelijke Accountantsdienst heeft de accountantsdienst van de gemeente Amsterdam (ACAM) abusievelijk verwezen naar een verouderd rechtmatigheidskader uit Materieel maakt dit echter geen verschil omdat zich in de tussentijd geen wijzigingen voor de GAD hebben voorgedaan. De jaarrekening van de GAD en het accountantsrapport door de ACAM geven de RC verder geen aanleiding tot het maken van opmerkingen of het stellen van vragen. F.7 REKENKAMER DEN HAAG (RkDH) De jaarrekening van de Rekenkamer Den Haag (RkDH) is gecontroleerd door een extern accountant (Ernst & Young). De RC ziet geen aanleiding tot het maken van opmerking of het stellen van vragen. Noot van het secretariaat: de bevindingen van de Rekeningencommissie zullen worden samengevat in een handzaam overzicht, dat voorafgaand aan de komende vergaderingen wordt toegezonden.

8 Rekeningencommissie 8 G. RONDVRAAG EN SLUITING Er zijn geen vragen. Niets meer aan de orde zijnde dankt de voorzitter de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering om 15:55 uur.