Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd

Transcriptie

1 PROVINCIE LIMBURG ARRONDISSEMENT HASSELT GEMEENTE DIEPENBEEK BIJZONDER PLAN VAN AANLEG "HET DORPSVELD " STEDENBOUWKUNDIGE ERFDIENSTBAARHEDEN Opgesteld door TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning Ilgatlaan HASSELT Hasselt, de 23 juni oktober januari 1998 De Stedenbouwkundige, Gezien en voorlopig goedgekeurd door de gemeenteraad in vergadering van De Secretaris, De Burgemeester, Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd van tot De Secretaris, De Burgemeester, Gezien en definitief aangenomen door de gemeenteraad in vergadering van De Secretaris, De Burgemeester,

2 INHOUDSOPGAVE DEEL 1 : ALGEMEENHEDEN 3 ARTIKEL 1 : GRENS VAN HET BIJZONDER PLAN 3 ARTIKEL 2 : BOUWVERGUNNINGEN 3 ARTIKEL 3 : PUBLICITEIT 3 ARTIKEL 4 : PARKEERPLAATSEN 3 ARTIKEL 5 : NUTSVOORZIENINGEN 3 ARTIKEL 6 : ALGEMEEN ARCHITEKTONISCH VOORKOMEN 3 DEEL 2 : BESTEMMINGS- EN BEBOUWINGSVOORSCHRIFTEN 4 TITEL 2.1 : ZONES VOOR NIJVERHEID 4 ARTIKEL 7 : BEDRIJVENZONE MET POLYVALENT KARAKTER 4 TITEL 2.2 : ZONES VOOR OPEN RUIMTEN 6 ARTIKEL 8 : ZONE VOOR VOORTUINEN 6 ARTIKEL 9 : BUFFERZONE 6 ARTIKEL 10 : ZONE NON-AEDIFICANDI 6 ARTIKEL 11 : ZONE VOOR OPENBAAR GROEN 6 TITEL 2.3 : ZONES VOOR VERKEERSDOELEINDEN 7 ARTIKEL 12 : ALGEMEEN 7 ARTIKEL 13 : ONTSLUITINGGSWEG 7 ARTIKEL 14 : WOONSTRAAT 7 TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 2

3 DEEL 1 : ALGEMEENHEDEN Artikel 1 : Grens van het bijzonder plan Deze grens duidt het gedeelte van het grondgebied aan, onderworpen aan de voorschriften van bijhorende plan. Artikel 2 : Bouwvergunningen Toelating tot bouwen zal slechts verleend worden op kavels die rechtstreeks palen aan of een regelmatig aangelegde toegang hebben tot een openbare weg, waarvan de rooilijnen door het gemeentebestuur zijn vastgelegd en waarvan de aanleg der verharding en de algemene uitrusting worden uitgevoerd overeenkomstig de eisen, die hieraan door het gemeentebestuur kunnen gesteld worden, met een minimum aan vaste verharding tussen de boordstenen of tussen de watergreppels, of wanneer de aanbesteding is gebeurd en de nodige financiële borgen zijn gegeven, of wanneer het aanvangsbevel gegeven is. Artikel 3 : Publiciteit Publiciteits- en/of uithangborden mogen slechts worden aangebracht op voorwaarde dat zij uitsluitend betrekking hebben op de bedrijvigheid die op die plaats uitgeoefend wordt. Het aanbrengen van publiciteits- of uithangborden boven of op de daken van de gebouwen is verboden. Alle teksten moeten aan de wettelijke streektaal de voorrang geven. Zijn toegelaten : gevel en/of lichtreclame op de voorzijde van het bedrijfsgebouw, eveneens aan de achterzijde voor de bedrijven gelegen aan de omleidingsweg; reclameborden op palen of gelijkaardige steunen. Inplanting : Reclameborden op palen of gelijkaardige steunen zijn toegelaten binnen de bebouwingszone aan de voorzijde van het hoofdgebouw en op minimum 8m achter de rooilijn, d.i. buiten de voortuinstrook en op minimum 5 m van de perceelsgrenzen. Afmetingen : maximum 3m2; de maximumhoogte van het paneel is de kroonlijsthoogte. Artikel 4 : Parkeerplaatsen Parkeergelegenheden zijn toegelaten op het eigen perceel, ook deels in de zone voor voortuinen. Het aantal parkeerplaatsen moet in verhouding staan tot de personeelsbezetting en het te verwachten aantal bezoekers. Per tewerkgestelde persoon zal tenminste 1 parkeerplaats aangelegd worden. Artikel 5 : Nutsvoorzieningen Oprichting van openbare nutsvoorzieningen zoals electriciteitskabines, verdeelkasten, telefooncellen, buswachthokjes mag mits voorafgaandelijk advies en vergunning van de gemachtigde ambtenaar worden toegelaten ook in niet specifieke bouwzones zoals wegenis, pleinen, voortuinstrook, e.d. Artikel 6 : Algemeen architektonisch voorkomen De architektuur van alle nieuwbouw zal waardig en eenvoudig zijn. Iedere constructie of groep constructies dient op architekturaal gebied in harmonie te zijn met de omgeving en tevens op zichzelf een harmonisch geheel te vormen o.a. door gepast gebruik van de aard en de kleur van de materialen, vormgeving en volume. TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 3

4 DEEL 2 : BESTEMMINGS- EN BEBOUWINGSVOORSCHRIFTEN TITEL 2.1 : ZONES VOOR NIJVERHEID Artikel 7 : Bedrijvenzone met polyvalent karakter a. Bestemming Deze zone is uitsluitend bestemd voor het oprichten of verder ontwikkelen van KMO s in herlokatie, ambachten, distributie en diensten en met name voor opslag, werkplaatsen, burelen en de nodige sociale voorzieningen. Daarnaast biedt deze zone ook ruimte voor de vestiging van gespecialiseerde bedrijven uit de hightech- en electronicasector. Vestiging van bedrijven die voor de omgeving geen abnormale hinder noch bodem- of luchtvervuiling, geluidshinder, stank- en trillingshinder veroorzaken en die van de woonzones in een bedrijvenpark moeten geïsoleerd worden om reden van socioeconomische en ruimtelijke aard. Transportbedrijven met een (inter)nationaal karakter zijn niet toegelaten. Voor alle bedrijven is van toepassing dat zij het lokale karakter niet mogen overstijgen. Milieubelastende activiteiten zijn niet toegelaten. Hieronder wordt verstaan alle activiteiten van die omvang, aard of met gevaarrisico dat het niet mogelijk is, door het nemen van maatregelen, alle milieuhinder of gevaar in de ruime zin van het woord, binnen de grenzen van het eigen bedrijfsterrein te houden. Detailhandel en grootwinkel zijn verboden. Een beperkte ruimte voor de tentoonstelling van producten aan industriële klanten, groothandelaars, vertegenwoordigers of agenten is toegelaten indien deze ruimte deel uitmaakt van een bedrijf met productie- of ambachtelijke activiteiten. De bouw van een showroom is evenwel toegelaten bij een garagebedrijf, dat ter plaatse een herstelwerkplaats uitbaat en voor zover showroom en herstelplaats één geïntegreerd geheel vormen. Kantoren, noodzakelijk voor de normale uitbating van de op de site gelokaliseerde bedrijven, zijn toegelaten. Zuiver kantoorcomplexen zijn niet toegelaten. Constructies met een woonfunctie zijn enkel toegelaten ten behoeve van het besturend en/of bewakend personeel en van het personeel waarvan de aanwezigheid ter plaatse strikt noodzakelijk is. In elk geval dienen dergelijke constructies beperkt te worden tot één per bedrijf en dienen zij in het industrieel gebouw geïntregreerd te worden. Bovendien mag de vloeroppervlakte van bedoelde constructies maximaal 200m bedragen en mag de vloeroppervlakte maximaal een vierde bedragen van de vloeroppervlakte van het bedrijfsgebied. Geen afvalstoffen noch grondstoffen, niet-afgewerkte en afgewerkte produkten mogen gestort of gestapeld worden op de groenzones of in open lucht op deze delen die van het openbaar en aanpalend privaat domein zichtbaar zijn en het esthetisch aspect van de omgeving kunnen schaden. Bij de keuze van de bedrijven zal de nodige aandacht besteed worden aan de realisatie van tewerkstelling. Daarbij wordt gestreefd naar tewerkstellingscijfers à rato van 15 fulltime arbeidsequivalenten per ha bebouwde oppervlakte. Het karakter van de lokale KMO dient behouden te blijven. In functie hiervan en gelet op de noodzaak tot opvang van bestaande te herlokaliseren bedrijven wordt de oppervlakte van de kavels beperkt. Richtinggevend worden volgende oppervlakteverhoudingen aangegeven. Minstens 80% van de kavels zal in oppervlakte beperkt blijven tot max. 40 are, de overige kavels mogen een oppervlakte hebben tot ± 1 ha. b. Inplanting De inplanting dient te geschieden binnen de op het plan aangeduide zone. In een vrijstaande bebouwingsvorm of onderling gekoppeld. De minimumbreedte van een perceel is m, de maximumbreedte is m. De eigenlijke bedrijfsgebouwen dienen ingeplant te worden op maximum m uit de as van de weg. De bedrijfswoning en administratieve gedeelten mogen ingeplant worden op de grens van de zone, op voorwaarde dat de kroonlijsthoogte niet meer dan 6.00 m bedraagt. Indien dit wel het geval is dienen de gebouwen ingeplant te worden op minimum 8.00 m van de rooilijn. TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 4

5 De afstand van de gevels tot de perceelsgrenzen zal in principe gelijk zijn aan de hoogte van het gebouw met een minimum van 8m. In de bouwvrije strook dient een rijstrook aangelegd te worden ten behoeve van de hulpdiensten. Het inrichten van openluchtstapelplaatsen en parkings in deze bouwvrije zone is niet toegelaten. De bruto-vloeroppervlakte mag de 65% van de totale oppervlakte van het perceel niet overtreffen. De bebouwde oppervlakte, inclusief parkeer- en opslagruimte, moet minstens 45% van de bebouwbare oppervlakte bedragen. c. Hoogte De maximale bouwhoogte tot de kroonlijst bedraagt 8.00 m, met uitzondering voor silo s. De maximale nokhoogte bedraagt 12m. d. Materialen De zichtbaar blijvende gevels moeten uitgevoerd worden in welgevormde bakstenen, natuur- of kunstmatige stenen of andere materialen die esthetisch verantwoord zijn. De architektuur dient wat vorm, aard en kleur der materialen, hoogte en profiel betreft, te harmoniëren met de omgeving. De hoofdtoegang dient in de voorgevel geaccentueerd te worden door materiaalgebruik en ritmeverandering in de gevelopbouw. De daken dienen gelegd met pannen - kunstleien - roofing of andere esthetische verantwoorde materialen. Het aanleggen van daktuinen en groendaken is eveneens toegelaten. e. Afsluitingen Straat- en zijdelingse afsluitingen mogen in draad- en/of haagafsluiting uitgevoerd worden, geen enkele andere afsluiting is toegelaten. De hoogte is beperkt tot 2.00m. f. Beplanting De aan te leggen beplanting maakt integraal deel uit van de bouwaanvraag en moet samen met de bouwwerken gerealiseerd worden. Door de gemeente wordt een globaal beplantingsplan gebaseerd op een landschapsmodel opgesteld, dat verplicht te volgen is teneinde een globale verantwoorde uitbouw te verkrijgen. In principe moet 15% van de oppervlakte van de kavels hiervoor aangewend worden. TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 5

6 TITEL 2.2 : ZONES VOOR OPEN RUIMTEN Artikel 8 : Zone voor voortuinen In deze zone is het oprichten van gebouwen niet toegelaten. Een groenaanleg is verplicht, waarbij steeds hoogstammen dienen gebruikt te worden. Een verharding tot 50% is toegestaan. De beplanting dient te kaderen in het door de gemeente te ontwikkelen landschapsmodel en dient verplicht gevolgd te worden. Het maakt een integraal deel uit van de bouwaanvraag. Artikel 9 : Bufferzone Een groene bufferzone bestaande uit hoogstammig groen is verplicht op de aangeduide plaatsen. Zij heeft een esthetische en landschapsintegrerende functie. Deze zone blijft eigendom van de gemeente en wordt door hun aangelegd, passend in een te ontwikkelen landschapsplan. Artikel 10 : Zone non-aedificandi Deze zone blijft onder beheer van de gemeente. Na goedkeuring van het plan en de verwerving van de gronden zal de gemeente samen met de uitvoering van de infrastructuurwerken overgaan tot de aanleg van deze strook. Een aarden wal van 6,0 m breed, 1,50 m hoog en 1,50 m kruinbreedte zal aangelegd worden. De strook zal volledig beplant worden met inheemse hoogstammen en met streekeigen onderbegroeiing. Artikel 11 : Zone voor openbaar groen Stroken voorbehouden voor de aanleg van openbaar groen. De aanleg zal zodanig geschieden dat het een sierfunctie of afschermende functie heeft. Bebouwing is niet toegelaten, uitgezonderd lichte constructies zoals een prieeltje, schuilhut, kiosk,... met een maximum oppervlakte van 20m2. TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 6

7 TITEL 2.3 : ZONES VOOR VERKEERSDOELEINDEN Artikel 12 : Algemeen De stroken in dit plan aangeduid voor openbare wegen zullen in zoverre zij nog niet tot de openbare wegen behoren, hierbij ingelijfd worden door afstand of door onteigening. Artikel 13 : Ontsluitinggsweg Deze wegen hebben enkel de funktie van verdeelweg voor de omgevende wijken, teneinde daar verkeersarme woonstraten te creëren. Er zal in de aanleg eveneens aandacht geschonken worden aan de kwetsbare verkeersdeelnemers. Op deze weg worden woonstraten aangesloten. Een verkeerstechnisch aanvaardbare aansluiting met de weg van hoger en lager niveau dient betracht, derwijze dat de verkeersgerichtheid op de weg met bovengemeentelijke functie en de verkeersveiligheid op de woonstraten behouden blijft. Op de aansluitingen met de woonstraten zal een ruimtelijk aanvaardbare oplossing gezocht worden om de woonstraten bijkomend te beveiligen tegen indringend verkeer. Artikel 14 : Woonstraat Deze wegen dienen om het plaatselijk verkeer op te vangen. Het gemotoriseerd verkeer mag de kwetsbare verkeersdeelnemers structureel niet verdringen. De keuze van de materialen, de inbreng van groenvoorzieningen, verlichting en dergelijke dienen bij te dragen aan het vervullen van voornoemde doelstelling. TECHNUM N.V. Afdeling Ruimtelijke Planning 7