1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Transcriptie

1 i STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING VK CAYEPOLDER 9e-Li NIELAAN 4 1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING 1.1. BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN) 1.1.A. HOOFDBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN) Er zijn voldoende voorzieningen in de onmiddellijke omgeving. Er wordt geopteerd voor open ééngezinswoningen. De loten zijn bestemd ééngezinswoningen. voor het oprichten van open 1.1.B. NEVENBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN) Woningsplitsing is niet toegelaten, evenals nevenbestemmingen vreemd aan de woonfunctie zelf. Vrije beroepen bvb. zijn wel toegelaten. Enkel functies, complementair aan het wonen, zoals handel en dienstverlening zijn toegelaten, mits ondersteunend en niet storend voor hoofdfunctie wonen. De vloeroppervlakte van de nevenfuncties dient beperkt te blijven tot 1/3 van de gelijkvloerse bebouwde oppervlakte BESTEMMING BIJGEBOUW(EN) Onder bepaalde voorwaarden (plaatsing, max. oppervlakte, hoogte, enz) kunnen (afzonderlijke) bijgebouwen opgericht worden. (Afzonderlijke) bijgebouwen zijn evenwel toegelaten, mits enkele voorwaarden (zie verder 2.2) BESTEMMING NIET BEBOUWD GEDEELTE Binnen de verkaveling wordt er gestreefd Verharding: voorbij het maximumgebouwenprofiel kan per naar een maximale rust en privacy. De perceel in totaal maximum 20% van de niet-bebouwde ruimte tuinen dragen ertoe bij om het residentiële worden verhard in functie van de aanleg van opritten, karakter van de verkaveling te waarborgen. terrassen, tuinpaden, e.d. Alle verhardingen bestaan uit waterdoorlatende materialen, tenzij de afwatering van niet-waterdoorlatende verhardingen op eigen terrein gebeurt. De niet-bebouwde en niet-verharde ruimte dient volledig te worden ingericht als groene ruimte. Perceelsafsluitingen: streekeigen hagen, eventueel in combinatie met een draadafsluiting.

2 2 Ondergronds parkeren: het voorzien van ondergrondse parkeergarages is niet toegelaten. 2. VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN 2.1. VOORSCHRIFTEN ZONE VOOR HOOFDGEBOUW 2.1.A. TYPOLOGIE Binnen de verkaveling wordt gekozen voor open bebouwing. Open bebouwing, zoals weergegeven op het verkavelingsplan. Er dient ruimte te zijn voor minstens twee wagens per lot. Minstens één overdekte staanplaats die ondergebracht kan worden in een garage/carport. De andere autostelplaats wordt gecreëerd op de oprit voor de garage of carport. 2.1.B. INPLANTING De op het plan aangeduide afstanden tot de De maximaal te bebouwen oppervlakte (inclusief rooilijn en overige perceelsgrenzen zijn bijgebouwen) bedraagt voor alle percelen 250m2. minimumwaarden. De aanduidingen inzake bouwdieptes zijn maxima. De gebouwen dienen opgericht te worden binnen de grenzen aangeduid op het plan. Ziigevel: de vrije zijgevels bevinden zich op minimum 3m van de zijdelingse perceelsgrenzen. Bouwdiepte: - gelijkvloers: maximum zie verkavelingsplan; - verdiepingen en dakverdiepingen: maximum 15m 2.1.C. BOUWVOLUME Het bouwvolume kan mits te voldoen aan GABARIET een aantal minimum en maximum Kroonlijsthoogte: maximum 6 m. voorwaarden, vrij gekozen worden voor elk Nokhoogte: maximum 5m boven de kroonlijst perceel. Dit laat aan de architect een ruime Aantal bouwlagen: maximum 2 met de mogelijkheid vrijheid om een kwalitatief volwaardig (maximum) één bijkomende woonlaag te voorzien onder het bouwconcept te creëren. dak. VLOERPEIL Het aanzetpeil van de inkomdorpel ligt minimaal 10cm boven het peil van het openbaar domein, gemeten op de rooilijn, doch ook niet hoger dan 40cm boven het bestaande maaiveld of peil van het openbaar domein.

3 3 2.1.D. VERSCHIJNINGSVORM Er wordt in het concept erg veel belang DAKVORM: gehecht aan het kader waarbinnen de Vrij te kiezen. In geval van hellende daken bedraagt de woningen tot stand kunnen komen. Dat maximale dakhelling 50 0 en dient bij het voorzien van betekent dat initiatief tot het creëren van dakkapellen en/of dakterrassen het dakvlak steeds architectuur de drijfveer zal zijn om deze te primeren. verkaveling tot een kwalitatieve woonomgeving te laten worden. MATERIALEN EN KLEUREN: Het residentieel karakter van de verkaveling vrij te kiezen, voor zover ze verenigbaar zijn met de zal hoe dan ook door materiaalgebruik omgeving. Het integreren van zonnepanelen en het plaatsen onderstreept worden. van dakvlakramen is toegelaten VOORSCHRIFTEN ZONE VOOR AFZONDERLIJKE BIJGEBOUWEN 2.2.A. INPLANTING Zaken inzake duurzaamheid die volgen uit De oppervlakte blijft beperkt tot maximaal 30m2. het verkavelingsconcept en niet moeten vastgelegd worden in de voorschriften zijn Het bijgebouw dient opgericht te worden achter de het zongericht bouwen. achtergevel van de woning. De afzonderlijke bijgebouwen bevinden zich Het dient ingeplant te worden op min. 1 meter van de in zone voor hoven en koeren. perceelsgrenzen. Mits wederzijds akkoord met de gebuur kunnen de bijgebouwen op de perceelsgrens gekoppeld worden en dit onder volgende voorwaarden : - het gebruik van hetzelfde gevelmateriaal en dakmateriaal is verplichtend. - de laatstbouwende zal instaan voor de paramentafvverking van de niet afgewerkte zijgeveldelen. 2.2.B. BOUWVOLUME De hoogte van de uitbouw wordt beperkt zodat de hogere hoofdgebouwen beeldbepalend zullen zijn voor de verkaveling. De bouwhoogte (kroonlijst) van de bijgebouwen is maximaal 3,00m; nokhoogte is niet hoger dan 5,00m. 2.2.C. VERSCHIJNINGSVORM Bij voorkeur analoge vormgeving materialen als hoofdgebouw. en De hoofd- en uitbouw vormen bij voorkeur één architecturaal geheel.

4 VOORSCHRIFTEN VOOR CARPORTS 2.3.A. INPLANTING Zaken inzake duurzaamheid die volgen uit Het plaatsen van carports is mogelijk onder volgende het verkavelingsconcept en niet moeten voorwaarden en mits de bouwvrije strook minstens 3 m vastgelegd worden in de voorschriften zijn bedraagt: het zongericht bouwen. - Oppervlakte: maximaal 30m2. - Plaatsing: langs één zijde van de woning en dit op minimaal 1,5m achter de voorgevel van de woning en niet voorbij de achterbouwlijn. Indien de bouwvrije strook minder dan 4 m bedraagt op minstens 60 cm van de zijdelingse perceelsgrens of op de perceelsgrens in geval van gezamenlijke uitvoering of aanbouw. Indien de bouwvrije strook minimaal 4 m bedraagt op minstens 1 m van de zijdelingse perceelsgrens of op de perceelsgrens in geval van gezamenlijke uitvoering of aanbouw. 2.3.B. BOUWVOLUME De hoogte van de uitbouw wordt beperkt zodat de hogere hoofdgebouwen beeldbepalend zullen zijn voor de verkaveling. Het gabariet van de carports zijn maximaal één bouwlaag. Drie zijden open constructie, hetzij in geval van gezamenlijke uitvoering of akkoord tot aanbouw, twee zijden open constructie met op de perceelsgrens een volledig gesloten, draagkrachtige afsluiting (muur in hout of steen). 2.3.C. VERSCHIJNINGSVORM Bij voorkeur analoge vormgeving en materialen als hoofdgebouw. Materiaalgebruik: hout in combinatie met een plat dak. De impact op het straatbeeld dient beperkt te zijn.

5 VOORSCHRIFTEN DUURZAAM BOUWEN EN KWALITEITSASPECTEN De gewestelijke verordening hemelwater Waterdichte vlakken zijn enkel voor de verhardingen van de moet uiteraard nageleefd worden. terrassen mits afwatering op eigen terrein. Bijkomend worden er maatregelen getroffen Alle andere verhardingen dienen te gebeuren met inzake de aan te leggen verhardingen. waterdoorlatende materialen of materialen toegepast met een brede voeg. Zaken inzake duurzaamheid die volgen uit het verkavelingsconcept en niet moeten vastgelegd worden in de voorschriften zijn het zongericht bouwen. 3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE 3.1. RELIEFWIJZIGINGEN Het gaat om een redelijk vlak terrein, waar Reliëfwijzigingen worden niet of slechts in heel beperkte mate reliëfwijzigingen niet wenselijk zijn, toegestaan, in de zone direct aansluitend bij de woning. Als reliëfwijzigingen zijn enkel de kleine correcties toegestaan om gelijk te komen met het voorliggende peil van het openbaar domein. Andere reliëfwijzigingen moeten via een aparte bouwaanvraag gebeuren VERHARDINGEN Het is de bedoeling het groene karakter van Verhardingen in de voortuinstrook moeten beperkt blijven tot de verkaveling zoveel als mogelijk te het absoluut noodzakelijke voor toegang tot de woning en bewaren. De verhardingen buiten de garage. woningzone dienen dan ook tot het strikte Voorbij het maximumgebouwenprofiel kan per perceel in minimum beperkt te worden en/of de totaal maximum 20% van de niet-bebouwde ruimte worden infiltreerbaarheid te verzekeren, verhard in functie van de aanleg van opritten, terrassen, tuinpaden, e.d. Met de voortuinstrook wordt het niet- Als verharding wordt bij voorrang gebruik gemaakt van bebouwde deel van het lot bedoeld tussen waterdoorlatende materialen. De oppervlaktewaters die de voorgevel en de rooilijn. opgevangen worden door eventuele niet waterdoorlatende materialen dienen afgewaterd, gebufferd en geïnfiltreerd te worden op eigen terrein. Permanente plaatsing van goederen, wrakken, containers, caravans is verboden.

6 INRICHTINGSELEMENTEN Het groene karakter dient optimaal gevrijwaard te worden. Binnen de zone van de achtertuin mag een beperkt afzonderlijk bijgebouw opgericht worden, mits naleven van enkele voorwaarden (zie hoger) AFSLUITINGEN Er mogen voldoende hoge afsluitingen In de voortuinstrook is de plaatsing van erfscheidingen niet geplaatst worden tussen de percelen om verplicht. voldoende privacy te garanderen. Deze Wordt er toch gekozen voor een afscheiding in de afsluitingen mogen een maximale hoogte voortuinstrook tussen het openbaar domein enerzijds en de van 2m bedragen. aanpalende percelen anderzijds, dan kan deze gerealiseerd worden in de volgende materialen: - metselwerk - hout - levende haag De hoogte van deze afscheiding mag maximum 0,50 meter bedragen voor afsluitingen in hout of metselwerk. Voor afsluitingen in levende haag mag de hoogte 1,50 meter bedragen. Bovenop metselwerk kan een open hekwerk in metaal geplaatst worden tot een gezamenlijke hoogte van maximum 1,80 meter. Om dit hekwerk te ondersteunen kunnen penanten voorzien worden met een maximale hoogte van 1 meter en een maximale sectie van 30 cm x 30 cm. De afstand tussen 2 penanten bedraagt minstens 2 meter. Op de overige kavelgrenzen is plaatsing van erfscheidingen overal verplicht. Als erfscheidingen zijn toegelaten: Inheemse levende hagen eventueel met draad versterkt of draad met inheems klimgroen met een max. hoogte van 2m. Alle afsluitingen in beton zijn verboden.