Verslag openbare vergadering commissie Mens & Samenleving d.d. 15 en 17 januari 2013

Transcriptie

1 Griffie Gemeenteraad Utrecht Secretariaat raadscommissie Mens & Samenleving Postadres Postbus CE Utrecht Telefoon Fax www Verslag openbare vergadering commissie Mens & Samenleving d.d. 15 en 17 januari 2013 Verslag door: Geertjan Benus (in opdracht van de griffie, eindredactie vóór aanbieding van het verslag aan de griffie). Datum verslag: 23 januari 2013 Vaststelling verslag: De commissie stelt dit verslag definitief vast in de vergadering van 12 en 14 februari Eventuele wijzigingen op dit verslag worden verwerkt in het verslag van die vergadering. Aanwezig: 15 januari s middags: De voorzitter de heer W. Buunk, burgemeester A. Wolfsen en de wethouders de dames M. de Rijk en R. G. den Besten, en voorts de leden: de heer J.L. Ravesteijn (GroenLinks), mevrouw M. Mos (GroenLinks), mevrouw J. Hamid (GroenLinks), de heer S. Koopmans (PvdA), mevrouw Dibi (PvdA), mevrouw S. Baş (D66), de heer R.W. Rollingswier (D66), de heer J. Flipse (D66), mevrouw C. Hakbijl (CDA), de heer E. Smid (CDA), de heer V. Oldenborg (Stadspartij Leefbaar Utrecht), de heer D.E. Ikkersheim (VVD), de heer M. van Ooijen (ChristenUnie), de heer T. Schipper (SP). Voorts is aanwezig de heer M. Kiewik (commissiegriffier). 15 januari s avonds: De voorzitter de heer S. de Vries, de wethouders de heer J. Kreijkamp, de heer F. Lintmeijer, en voorts de leden: de heer J.L.Ravesteijn (GroenLinks), mevrouw S.M.L. Bottse (GroenLinks), mevrouw G. Bouazani (PvdA), de heer B. van der Roest (PvdA), mevrouw S. Baş (D66), de heer X. van Asperen, mevrouw C. Hakbijl (CDA), de heer V. Oldenborg (Stadspartij Leefbaar Utrecht), de heer J. Rijpma (VVD), de heer T. Schipper (SP), de heer M. van der Sloot (ChristenUnie), de heer R. Kuijper (Groep Kuijper), de heer D.Tegelberg (Groep Kuijper). Voorts is aanwezig van de griffie, de heer M. Kiewik (commissiegriffier). 17 januari s middags: De voorzitter, de heer V. Oldenborg, de wethouder de heer V. Everhardt en de burgemeester de heer A. Wolfsen, en de leden, mevrouw A.H. de Boer (GroenLinks), mevrouw J. Hamid (GroenLinks), mevrouw P.G.E. Wijntuin, (GroenLinks), mevrouw M.W. Haage (PvdA), mevrouw B. Dibi (PvdA), de heer J. Flipse (D66), de heer N.J. Verschuure (D66), mevrouw R.M. Crowe (D66), de heer H. Mourik (CDA), de heer E. Smid (CDA), de heer H. Berends (Stadspartij Leefbaar Utrecht), de heer D.E. Ikkersheim (VVD), de heer M.H. Dijk (VVD), mevrouw M.H. Bikker (ChristenUnie), de heer M. Eggermont (SP), de heer D. Tegelberg (Groep Kuijper), de heer R. Kuijper (Groep Kuijper), de heer P.K. Jongma (Groep Kuijper). Voorts is aanwezig de heer M. Kiewik (commissiegriffier). En overigens: Ambtelijke vertegenwoordigers van gemeentelijke afdelingen. Niet aanwezig: De agenda: 0. Inhoudsopgave 1. Opening en mededelingen Vaststellen agenda en inventarisatie te bespreken agendapunten Verslagen van de commissie Mens en Samenleving a. Het verslag van de openbare vergadering van de commissie Mens en Samenleving van 22 en 24 oktober Ingekomen stukken Mogelijkheid tot het stellen van rondvragen aan de portefeuillehouders Wijziging Financiële verordening gemeente Utrecht Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten Schuldhulpverlening aanbiedingsbrief KTO prestatieveld 6 en evaluatie VVVR Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten Culturele huisvesting in Utrecht Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten Benoeming lid van de Raad van Toezicht van NUOVO Pagina 1 van 53

2 Voortgangsrapportage Masterplannen Onderwijshuisvesting Voortijdig schoolverlaten Voortgang Wijkgericht Werken Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten Vaststelling Verordening tot wijziging van de Verordening eigen bijdrage Maatschappelijke Opvang en Vrouwen Opvang Verlenging van de looptijd van het beleidskader Wmo Programma Gezond Gewicht Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten wethouder Everhardt Aanpassing Horecaverordening Coffeeshopbeleid n.a.v. brief Minister Opstelten d.d Beantwoording SV 2012/125 inzake Utrechts coffeeshopbeleid Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten Lijst van toezeggingen Opening en mededelingen Opening 15 januari in de middag De voorzitter, de heer Buunk, opent de vergadering omstreeks uur en verwelkomt de aanwezigen. Hij heeft voorafgaand aan de vergadering een petitie in ontvangst genomen van belangenverenigingen Cliëntenraad Utrecht, Cosbo Stad Utrecht, Turks Nederlandse seniorenraad, Asha (Hindoestaande en Surinaamse ouderen), Het Zonnetje (De Chinese ouderen) en Moskee Kanaleneiland (de Marokkaanse ouderenen adviseurs Utrecht), tegen de beoogde sluiting van de Agis zorgwinkels in Kanaleneiland en Overvecht. De belanghebbenden vragen met handtekeningen hiervoor aandacht van de gemeenteraad onder meer omdat zij geen voet aan de grond krijgen bij Achmea Agis. Zij begrijpen dat de winkels gaan sluiten en vragen de gemeente zorg te dragen voor in ieder geval de mogelijkheid van face to face contact met onder meer de allochtone cliënten. Wethouder Den Besten heeft gezegd inmiddels in gesprek te zijn met Agis om te bespreken wat wél mogelijk is. De gemeenteraad wordt op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. De wethouder zal laten weten voor welke oplossing gekozen is. Mededelingen De voorzitter deelt mee dat de burgemeester aanwezig zal zijn op de nieuwjaarsreceptie van Hare Majesteit de Koningin. Om die reden behandelt de commissie vanmiddag alleen de agendapunten uit de portefeuilles van wethouders Den Besten en De Rijk. De raadsvoorstellen uit deze vergadering die de commissie de A-status geeft, zullen 24 januari in de gemeenteraad aan de orde zijn, voorstellen die nog nadere bespreking behoeven (B-status), zullen aan de orde zijn in de gemeenteraad van 7 februari aanstaande. De eerstvolgende reguliere vergadering van deze commissie zal 12 en 14 februari plaatsvinden. Mededeling wethouder Den Besten De wethouder deelt mee komende donderdag een dienstreis te zullen maken naar de persconferentie in Leeds in het kader van de acquisitie van de start van de Tour de France in Utrecht op uitnodiging van de tourdirectie. Zij zal daarbij aanwezig zijn wanneer aan de bevolking van Leeds en Yorkshire de Tour zal worden gepresenteerd. Mededelingen vanuit de commissie Geen. 100 Heropening 15 januari in de avond De voorzitter, de heer De Vries heropent de vergadering omstreeks uur. De agendapunten van de wethouders Kreijkamp en Lintmeijer zijn aan de orde. Hij heeft geen berichten van verhindering ontvangen en stelt vast dat alle fracties aanwezig zijn. Mededelingen van de commissie Geen. Mededelingen van de wethouders Geen. Heropening op 17 januari omstreeks uur Pagina 2 van 53

3 110 De voorzitter, de heer Oldenborg, heropent de vergadering en heet alle aanwezigen welkom. Hij noemt de portefeuilles die aan de orde zijn, gaat in op de orde van de vergadering en het doel ervan, en hij licht de voortgang toe na deze vergadering. Hij neemt op voorhand afscheid van mevrouw Bikker van de ChristenUnie. Zij is vandaag voor het laatst. Mevrouw Bikker heeft een belangrijke rol gespeeld in vooral deze commissie en ook op andere terreinen. Ze heeft veel inbreng gehad op het gebied van het veiligheidsbeleid, de verdovende middelen, de prostitutie. Hij dankt haar namens de commissie voor haar inzet in de afgelopen jaren en wenst haar veel succes op haar nieuwe werkplek. Mededelingen van de commissie Geen Mededelingen van de burgemeester en wethouders Burgemeester Wolfsen refereert aan de toezeggingenlijst en de opvolging door het college van de aanbevelingen van de auditcommisie die de wedstrijd Utrecht-Twente heeft onderzocht. Veel van deze aanbevelingen zijn al opgevolgd. In december kwam daar de bijzonder risicovolle wedstrijd Utrecht Ajax tussendoor. De aanbevelingen van de auditcommissie zijn in de handhaving van de wedstrijd toegepast. Hij deelt mee dat hij de ervaringen met de wedstrijd Utrecht Ajax wil verwerken in het voortgangsbericht. Daarom is het niet meer gelukt om tussen 23 december en nu de brief naar de commissie toe te sturen. Hij vraagt de commissie verlof om de definitieve uitwerking inclusief de ervaringen van de wedstrijd tegen Ajax in het eerste kwartaal van 2013 aan de commissie voor te leggen. Hij verwacht dat het de kwaliteit ten goede komt wanneer de ervaringen met de wedstrijd Utrecht Ajax in deze brief zullen zijn verwerkt. Mevrouw Bikker (ChristenUnie) vindt eind maart op dit dossier wel ver weg. Zij vindt het op zich prima dat de ervaringen in de wedstrijd Utrecht - Ajax worden verwerkt in de brief. Zij kan zich voorstellen dat het college binnen enkele weken de brief al kan presenteren. De heer Dijk (VVD) attendeert op het tweede deel van de toezegging aan hem en sluit zich aan op het aandringen van mevrouw Bikker op grotere spoed. Met betrekking tot het eerste deel van de toezegging doet hij de suggestie de tekst met betrekking tot het project Waaks zoals die nu is opgenomen in de toezeggingenlijst, uit de lijst te verwijderen. De voorzitter gaat ervan uit dat de ambtelijke ondersteuning hieraan aandacht zal besteden. Burgemeester Wolfsen deelt mee dat hij zo spoedig mogelijk de brief aan de commissie zal toesturen, uiterlijk half februari. 2. Vaststellen agenda en inventarisatie te bespreken agendapunten Inventarisatie van de te bespreken agendapunten in de middagvergadering van 15 januari 2013 De voorzitter stelt vast dat de commissie de agendapunten 6, 8 en 9 zal bespreken. Inventarisatie van de te bespreken agendapunten in de avondvergadering van 15 januari 2013 De voorzitter stelt vast dat de commissie de agendapunten 11, 14, 15 en 16 aan de orde zal stellen. Het agendapunt 13 gaat met de A status door naar de raad zonder discussie. Met betrekking tot agendapunt 14 stelt hij vast dat geen van de aanwezige commissieleden de vertrouwelijke bijlage aan de orde wil stellen. Met betrekking tot agendapunt 16 deelt de voorzitter mee dat het college op 9 januari jl. de commissiebrief 1- meting Wijkgericht Werken heeft verstuurd. Vanuit de commissie heeft de heer Işik van de PvdA verzocht de brieven gecombineerd te behandelen en daarover nog een Raadsinformatieavond te organiseren. De procedurecommissie kan zich vinden in dat voorstel en ook de heer Roodenburg van D66 heeft daartegen geen bezwaar. De beide fracties geven daarmee aan dat dit agendapunt doorgeschoven kan worden. De voorzitter constateert dat de commissie zich hierin kan vinden. Inventarisatie van de te bespreken agendapunten in de middagvergadering van 17 januari 2013 De voorzitter stelt vast dat de commissie de agendapunten 18, 19, 20, 22, aan de orde zal stellen en de punten 23 en 24 bijeengenomen zal behandelen. Hij constateert dat de commissie kan instemmen met de agenda en met de aangekondigde bespreektijden Verslagen van en voor de commissie Mens en Samenleving a. Verslag van de openbare vergadering van de Commissie Mens en Samenleving van 4/6 december 2012 Het verslag wordt als volgt vastgesteld: Ontvangen tekstuele opmerkingen van de heer Koopmans (PvdA) Bladzijden 1 t/m 19 en 37 tot en met 43 Conform vastgesteld Bladzijden 20 t/m 36 Pagina 3 van 53

4 Regel 1916: 'GroenLinks' wijzigen in 'het CDA'. De voorzitter stelt voor deze tekstuele opmerking via het verslag te corrigeren. Hiermee is het verslag vastgesteld. 170 Vanaf bladzijde 43 tot einde Conform vastgesteld. b. Verslag van de openbare vergadering van de subcommissie Controle en Financiën van 10 oktober 2012, ter kennisname van de commissie De commissie neemt het verslag voor kennisgeving aan. 4. Ingekomen stukken Geen ingekomen stukken Mogelijkheid tot het stellen van rondvragen aan de portefeuillehouders. Middagvergadering 15 januari 2013 Mevrouw Dibi (PvdA) vindt het belangrijk de vragen vanuit de fracties D66, GroenLinks, SP, CDA en ChristenUnie mee te geven aan wethouder Den Besten over de sluiting van de Agisloketten. Het belang van de loketten is voor het voetlicht gebracht. De wethouder heeft gezegd de handhaving van het face-to-face-contact heel belangrijk te vinden. Zij heeft begrepen dat hierin nog ruimte zit, in ieder geval onderhandelingsruimte. Zij roept de wethouder op zich hiervoor hard te maken. Wanneer het niet die loketten kunnen zijn, vraagt zij de wethouder zorg te dragen voor mogelijk maken van face-to-face-contacten in de beide wijken. Zij beschouwt de toezegging van de wethouder als gaat zij daaraan hard trekken. De heer Van Ooijen (ChristenUnie) heeft vernomen dat hulpverleners problemen ervaren met het maximaal voorgeschreven aantal uren dat een hulpverlener heeft om de Intensieve Outreachende Hulptrajecten (IOH) uit te voeren. Ook het maximale tijdperk van zes maanden zou tegenwerken. Vaak moet dan verplicht gestopt worden met de cliënt terwijl de behandeling nog niet is afgerond. Hij vraagt de wethouder of zij deze geluiden herkent. Is zij het eens met ChristenUnie dat dit onwenselijk is voor zowel de hulpverlener als voor de cliënt. Daarnaast in de behandeling van de commissiebrief projectsubsidies Tussenfase Jeugdhulp op 23 augustus, gaf de wethouder aan het essentieel te vinden subsidieafspraken met nieuwe partijen op sommige onderdelen flexibel te houden. Anders dan voorheen worden geen afspraken meer gemaakt over exacte aantallen en trajecten en het aantal uren per traject. Wel worden afspraken gemaakt over de te behalen resultaten. Kan de wethouder aangeven of deze lijn niet of voldoende wordt gevolgd bij de zogenaamde IOH-trajecten die aangeboden worden door Doenja, Hulpverlening Kunduz Welzijn en Portes? Deelt de wethouder de wens van de ChristenUnie om op resultaten te focussen en niet op aantallen of uren? Avondvergadering 15 januari 2013 De heer Rijpma (VVD) vraagt de heer Lintmeijer over het Armando museum naar de stand van zaken in het onderzoek naar de huurprijs. Een oplettende bewoner attendeerde hem op het niet vermeld zijn van de stad op de evenementenkalender van Deze is gepubliceerd in Utrecht Dichtbij. Hij vraagt dit te corrigeren in volgende uitingen. Hij vraagt ook hoe dit mogelijk is. Middagvergadering 17 januari 2013 De heer Mourik (CDA) vraagt naar aanleiding van drugsoverlast rond het hostel De Leidsche Maan of de burgemeester met de overlast bekend is. Er is sprake van onrust in de Beheergroep. Wat gaat de burgemeester doen om de overlast te bestrijden? Hij vraagt of de burgemeester van plan is zelf poolshoogte te gaan nemen en met de buurtbewoners in gesprek te gaan. Hij dringt daarop aan. De heer Dijk (VVD) vraagt naar aanleiding van informatie van een bewoner over wat medewerkers van het loket Gevonden Voorwerpen al of niet mogen doen, over het beleid ten aanzien van de gevonden voorwerpen, waarom medewerkers van dat loket niet pro-actief mogen zijn met de benadering van mensen wier spullen gevonden zijn. Hij pleit voor een verbetering van de klantvriendelijkheid van de gemeente op dit punt. 220 Hij vraagt naar aanleiding van de informatie over de mogelijkheid informatie in te zien in het kader van de wet openbaarheid van bestuur op de website met betrekking tot de efficiëntie en de transparantie van de overheid, waarom Utrecht hieraan niet meedoet. Hij pleit voor aansluiting. Hij merkt op dat de politie heel hard heeft gewerkt tijdens Oud & Nieuw om alles in goede banen te leiden en de overlast te verminderen. Hij complimenteert het college daarmee. Naast de politie namen ook bewoners risico s en grepen zij in als sprake was van vandalisme. Bewoners hebben de politie proberen te bellen maar die kon niet komen. Hij kan daarvoor begrip opbrengen. Hij vraagt de politie om een signaal te geven richting de bewoners die Pagina 4 van 53

5 risico liepen met het doen van aangifte. Een signaal door bijvoorbeeld extra prioriteit te geven aan deze aangiften. Hij vraagt de burgemeester daarover na te denken en hierover te spreken met De Driehoek. 230 De heer Flipse (D66) vraagt vanuit interesse het college de raad op de hoogte te houden van de uitkomsten van het onderzoek van het Verweij Jonker Instituut en de uitkomsten van het onderzoek te betrekkenbij de toekomstige subsidieverstrekking aan dit soort instellingen. Hij vraagt dit naar aanleiding van een artikel in het AD over ex zwerfjongeren die de Utrechtse opvangcentra gaan beoordelen. De heer Eggermont (SP) vraagt naar aanleiding van een artikel in het AD over het maandelijkse alarm dat is misgegaan, hoe hij de informatie over de beschikbaarheid van een back-up bij een echte calamiteit moet duiden. Hij vraagt wat er precies aan de hand is Wijziging Financiële verordening gemeente Utrecht Deze wijziging vloeit voort uit de Kadernota die de gemeenteraad inmiddels heeft vastgesteld en waarin is besloten om de afschrijvingstermijn van gebouwgebonden installaties van het gemeentelijk vastgoed te wijzigen van een termijn van 10 jaar naar een maximale termijn van 40 jaar. Om die reden moet de financiële verordening worden aangepast. Die ligt nu ter besluitvorming voor. De heer Geldof (VVD) was geen voorstander van de maximale termijn van 40 jaar. De VVD beschouwt dat als een verschuiving van de rekening naar de toekomst. Hij ziet dat in de wijziging van de ene zin in de verordening ook nog een terugwerkende kracht geldt tot 1 januari Hij vraagt de wethouder waarom dat nodig is. Zo is dat hem niet in de tijd geworden. De kadernota is pas eind vorig jaar vastgesteld. 250 De heer Rollingswier (D66) merkt op dat hij 40 jaar een enorm lange termijn vindt. Hij vraagt hoe straks te controleren of dit de juiste termijn is. Wat gaat het college doen wanneer na 20 jaar een van de 12 panden niet die levensduur blijkt te hebben die nu verondersteld wordt. Hoe wordt dit bijgehouden? Wordt dit verwerkt in het meerjarenperspectief? Hoe kan de raad hier een vinger aan de pols houden? Hij merkt op in de bijlage 2 bij de kadernota een lijst met panden te hebben gezien. In reactie op een desbetreffende opmerking van de voorzitter licht de heer Rollingswier toe deze inbreng te hebben geleverd gericht op de controlerende taak van de raad en niet specifiek op de financiële aspecten aan dit verhaal. De heer Oldenborg (Stadspartij Leefbaar Utrecht) was ook niet enthousiast over het oorspronkelijke voorstel. Hij sluit zich graag aan bij de vragen van de heer Geldof De heer Van Ooijen (ChristenUnie) merkt op dat de discussie al een beetje gevoerd is bij de Voorjaarsnota en de programmabegroting. Het leek zijn fractie wenselijk te herhalen waarom zij geen reden ziet om het voorstel te steunen. Hij brengt zijn drie argumenten daarvoor in zodat het in de raad geen verrassing is dat de ChristenUnie niet instemt met het voorstel. De marktconforme afschrijvingstermijn in de markt ligt tussen de 15 en 20 jaar. Dat de accountant akkoord is, is geen reden om buiten de marktconforme termijn te treden. De ChristenUnie is van mening dat de afschrijvingstermijnen marktconform zijn, maar ziet nog steeds geen enkele reden om daaraan nog eens 20 jaar toe te voegen. Hij vermoedt dat zijn tweede argument de wethouder zal aanspreken: de vergroeningsagenda van de gemeente Utrecht. Wanneer de gemeente zelf het goede voorbeeld wil geven in haar verduurzaming, betekent dat ruimte voor innovatie. Wanneer in 2010 nog moet worden gewerkt met bijvoorbeeld energie-apparatuur uit dat betekent een afschrijvingstermijn van 40 jaar - is te begrijpen dat de ambities van een CO 2 neutrale gemeente niet gehaald worden. Dat is geen excuus voor het college om die ambitie niet te halen; de raad was in 1970 wijzer. Zijn derde argument betreft het vooruitschuiven van de kosten naar de toekomst, naast de markt en de verduurzaming. Bij de Voorjaarsnota was duidelijk dat door de verhoogde afschrijvingstermijn waarschijnlijk hogere kosten moeten worden gemaakt voor levensverlengend onderhoud. Hij vraagt of daarvoor inmiddels reserveringen gemaakt zijn. Dat is voor zijn fractie een belangrijk argument niet voor het voorstel te stemmen. 280 De heer Schipper (SP) sluit zich aan bij de vragen van de VVD. De fractie had haar oordeel al gegeven bij de programmabegroting. Zij ziet geen reden om daarop terug te komen. Zijn fractie zal hier niet vóór stemmen. De heer Ravesteijn (GroenLinks) refereert aan de in de raad gevoerde discussie. Voor zijn fractie is er ook geen aanleiding een en ander opnieuw ter discussie te stellen. Zijn fractie zal voorstemmen. De heer Koopmans (PvdA) antwoordt dat dit ook zo geldt voor zijn fractie. Mevrouw Hakbijl (CDA) sluit zich aan bij vragen van de VVD en wacht de beantwoording af. Pagina 5 van 53

6 Wethouder De Rijk zet uiteen dat het om een misverstand gaat als zou de gemeente de kosten naar de toekomst schuiven. Dat zou zij vanuit haar financiële portefeuille onacceptabel vinden. Het is mogelijk het meest helder om te zeggen dat niets verandert ten opzichte van hoe het was als het gaat om de onderhoudsbudgetten en als het gaat om de daadwerkelijke afschrijving. Ook toen de gemeente een afschrijvingstermijn had van 10 jaar, was er daarna geen geld. Dus konden gemeenten na die 10 jaar geen extra duurzaamheidsmaatregelen nemen of iets eerder vervangen. Dan hield na 10 jaar het geld op. Grosso modo was het gedurende die 10 jaar vier keer zoveel. Nu spreidt de gemeente dat als het ware over 40 jaar. Maar er verandert niets in de hoeveelheid geld die de gemeente heeft voor vervanging/onderhoud. Daar waar tot nu toe installaties (gedeeltelijk) vervangen moesten worden, moest dat ook al tot nu toe, en was er destijds ook geld en blijft dat geld ook. De heer Geldof (VVD) merkt op dat wanneer in 40 jaar tijd wordt afgeschreven, de kosten van de investering over 40 jaar gespreid worden in plaats van over 10 jaar. Dat betekent dat de gemeenten in de eerste 10 jaar de kosten neemt. Nu schuift de gemeente de kosten van de investering over de volgende 30 jaar naar achteren. Daarom heeft het college ook een vrijval van geld berekend. Dit college hoeft in de komende jaren een flinke hoeveelheid kosten niet te nemen omdat die naar de toekomst zijn verschoven. Hij is van mening dat het bestuur de helderheid geen geweld aan moet doen. Wethouder De Rijk vervolgt haar beantwoording met te bevestigen dat de hoogte van de kosten niet verandert. De periode waarover de kosten worden gespreid, verandert wel. Anders had de gemeente precies dezelfde hoeveeelheid geld gehad. Als het gaat over het rapporteren als het mis gaat, zal het college het niet anders doen dan tot nu toe. Dankzij de komst van het UVO zal daarop nog specifieker gelet worden omdat zij nu een aparte organisatie is die daarop ook werkelijk let. Dan krijgt de raad dat jaarlijks gemeld bij de Verantwoording. De wethouder heeft al iets gezegd over de marktconforme afschrijvingstermijn. De echte afschrijving wijzigt niets ten opzichte van de huidige situatie. Dat geldt ook voor de vergroeningsagenda. Wanneer er tot nu toe geld was voor het vervangen van CVinstallaties, houdt de gemeente dat geld ook in de toekomst. De installaties worden ook in de kortere termijn afgeschreven. De buizen niet, maar de ketels weer wel. Ook daarin verandert niets ten opzichte van de huidige situatie ten opzichte van de voorgaande. Met betrekking tot de opmerkingen over terugwerkende kracht antwoordt de wethouder dit zo te doen omdat het college vorig jaar bij de Voorjaarsnota deze operatie heeft ingezet. Dan is de gemeente ook verplicht om dit in 2012 in te laten gaan. Dat is van tevoren gecheckt, zowel met een eigen juridische afdeling, als met de accountant. Het is in dit geval geen probleem omdat het om een interne operatie gaat. Tweede termijn De heer Geldof (VVD) is geen voorstander hiervan en zal ook niet voorstemmen omdat het hier een interne operatie betreft. Er zijn geen externe contractuele verplichtingen waardoor de gemeente dit moet doen. De VVD vindt deze afschrijvingstermijn te lang. Hij is overigens ook van mening dat het debat in de raad niet nog eens gevoerd moet worden. De heer Oldenborg (Stadspartij Leefbaar Utrecht) sluit zich aan bij de woorden van de heer Geldof. 330 De voorzitter besluit hiermee de bespreking van het agendapunt. Hij concludeert dat dit raadsvoorstel met de A- status doorgaat naar de raadsvergadering van 24 januari. 7. Opmerkingen toezeggingenlijst, terugkoppeling uit gemeenschappelijke regelingen, beantwoording rondvraagpunten wethouder De Rijk De toezeggingenlijst De heer Rollingswier (D66) stelt voor twee toezeggingen te schrappen: beide van 5 juli afvalstoffenheffing en transparante ramingen en de raad op de hoogte te brengen van de samenhang in de meeropbrengsten van de OZB en het verschil tussen de begroting en de uiteindelijke WOZ-waarde. 340 Wethouder De Rijk zegt toe de lijst op te schonen. Zij beseft dat nog meer toezeggingen van de lijst te schrappen zijn. De voorzitter dankt de heer Rollingswier voor zijn oplettendheid en vraagt de ambtelijke ondersteuning van het college om dit bij te houden. 8. Schuldhulpverlening aanbiedingsbrief Dit is een raadsbrief. Op maandag 14 januari is hierover nog een bericht uitgegaan van de stichting de Tussenvoorziening inzake de schuldhulpverlening. De raadsbrief is geagendeerd door de fractie van de ChristenUnie. Die wil vooral helderheid over de voorwaarden om nu wel of niet in aanmerking te komen voor een Pagina 6 van 53

7 vervolgtraject bij de gemeente. De fractie wil graag inzicht in de toename van het aantal aanvragers. Zij is daar bezorgd over omdat de toename van de intakes niet evenredig stijgt. Daarnaast wil de ChristenUnie spreken over de nieuwe inzet die niet langer gericht is op een schuldenvrije toekomst voor iedereen De heer Van Ooijen (ChristenUnie) merkt op dat een aantal maanden geleden een record aantal aanvragen bijna bij de gemeente is ingediend voor de regeling van schuldhulpverlening. Gedurende het hele jaar 2012 lag het aantal ingediende aanvragen hoger dan het aantal van voorgaande jaren, en het aantal was hoger dan het geprognosticeerde aantal. Daarop komt de ontwikkeling in de bezuinigingen die de gemeente inzet. Door de afname in het participatiefonds wordt zowel bij Stadsgeldbeheer als bij de afdeling Werk en Inkomen niet alleen geïnnoveerd, maar is er ook sprake van snijden. Hoewel de ChristenUnie alle methoden verwelkomt die processen verbeteren, moet de raad al heel slim en tactisch tussen de regels doorlezen om te zien waar de bezuinigingen pijn doen. Het gaat daarbij om wollige taal. Zo worden de effecten pas duidelijk van de bezuinigingen op Stadsgeldbeheer. In brieven hierna ziet de ChristenUnie graag heldere taal. Niet alleen duidelijk waar de gemeente slimmer is, maar ook duidelijk waar de bezuinigingen pijn gaan doen. De gevolgen van de crisis zullen eveneens doorwerken in de mogelijkheden van schuldhulpverlening. Zowel in de mogelijkheden van het vinden van een baan en dus gebrekkige mogelijkheden voor het creëren van financiële zekerheid, als de bereidheid van bedrijven om een deel of het geheel van de schulden kwijt te schelden. Daarom is de ChristenUnie extra alert op dit onderwerp en zet zij daaronder graag een streep. In het Dashboard van het derde kwartaal staan alleen blije gezichten bij de cijfers over schuldhulpverlening. Dat betekent dat - hij citeert: de huidige stand op of dichtbij het streefcijfer ligt en dat er geen aandachtspunten zijn. Hij vraagt de wethouder of zij nog steeds achter deze woorden staat. Of erkent zij de urgentie van de problemen en ziet zij wel degelijk aandachtsgebieden op dit terrein? De heer Van Ooijen gaat vervolgens in op de inhoudelijke kant aan dit onderwerp. Hij gaat dan allereerst in op het proces. Zijn fractie is positief gestemd over de workshops als start van het proces. Deze methodiek kan effectief zijn en hij vindt het goed dat de gemeente daarmee werkt. De ChristenUnie heeft vooral vragen over het traject dat daarna komt. De volgende punten zijn daarbij van belang. De gemeente kiest ervoor niet iedereen in aanmerking te laten komen voor het regelen van de schulden. Dat kan slim zijn en effectief, maar daarin schuilt ook een gevaar. Wanneer mensen nog niet voldoende in de problemen zitten, nog niet in aanmerking komen voor schuldhulpverlening, kan het probleem later als een boemerang terugkeren, namelijk als mensen wel diep in de problemen zitten. Bovendien bestaat een ander gevaar: dat deze mensen zich mogelijk zullen richten op andere vormen van schuldhulpverlening. Mogelijk doen zij dan een beroep op malafide schuldhulpverleners. Daarvan zijn talloze te vinden op het internet. De heer Van Ooijen vindt dat de gemeente dat moet voorkomen. De ChristenUnie wil die gevaren beperken. Daarom doet hij graag de volgende drie suggesties aan de wethouder: (1) Rekening te houden in de communicatie in de workshops met de gevaren van malafide schuldhulpverlening. (2) In de communicatie ermee rekening te houden dat voor schuldhulpverlening nu geen plek is, maar wanneer de problemen blijven groeien en de schulden zich opstapelen, er dan wel plek kan zijn. (3) Een terugkoppeling in de communicatie naar mensen die niet in aanmerking komen voor schuldhulpverlening met de vraag hoe het ervoor staat, of er vooruitgang is geboekt, et cetera. Op die manier kan de gemeente een vinger aan de pols houden. Hoewel de procedure niet om deze reden opgezet zal zijn, hield de gemeente met de intake een eenvoudig instrument in handen om altijd binnen de streefcijfers te blijven. Het aantal intakes is te zien als het aantal beschikbare plaatsen, alle aanvragers zijn te beschouwen als sollicitanten. Wanneer een sollicitant zwaar genoeg in de problemen zit, krijgt hij een intake en een beschikbare regeling voor de schulden toegewezen. Dat wil de ChristenUnie vermijden. Dan weegt niet de zwaarte van de schuldenregeling, maar dan weegt de relatieve zwaarte van de schulden. Hij vraagt de wethouder of zij de ambitie heeft om dat ook te vermijden - dat alleen de absolute zwaarte van de schulden cruciaal is. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door absolute grenzen te stellen wanneer men wel of niet in aanmerking komt voor een regeling van de schulden. Ten derde vraagt hij naar de redenering achter de gedachte van het college over het leven met permanente schulden. De ChristenUnie heeft daarvoor begrip - ook de experts zeggen dat dat een serieuze oplossing kan zijn. De fractie is tegelijkertijd van mening dat er wel een mogelijkheid kan ontstaan om wel weer schuldenvrij te gaan leven voor de schuldenvrije toekomst. Daarop kan de gemeente op dat moment inspelen door een regeling tegen de schulden te bieden of anderszins. Hij vraagt de wethouder hoe zij de relatie ziet tussen aan de ene kant het leven met permanente schulden, en aan de andere kant de mogelijkheid die kan ontstaan waardoor er een permanente oplossing komt. De ChristenUnie is tegelijkertijd tevreden en bezorgd. De fractie is zeker te spreken over enkele innovaties en een nieuwe methodiek bij Werk en Inkomen dan vraagt dit dossier, juist in tijden van crisis, extra alertheid en aandacht. De fractie vraagt dit aan deze wethouder of haar opvolger. De heer Flipse (D66) maakt zich zorgen over de toekomstige capaciteit van de schuldhulpverlening. In de beleidsbrief is bij de doelstellingen te zien dat het aantal trajecten in de komende drie jaar gelijk moet zijn aan de Pagina 7 van 53

8 hoeveelheid van het afgelopen jaar. Gezien de economische ontwikkelingen is het niet ondenkbaar dat het aantal cliënten juist zal gaan toenemen. Bovendien staan de financiële middelen bij de schuldhulpverlening onder druk. Dat blijkt ook uit de alarmerende berichten in een brief van de Tussenvoorziening. In de beleidsbrief staat verder dat niet meer bespaard kan worden op het proces gezien de financiële ruimte in de toekomst, maar dat bespaard zal moeten worden op het aantal mensen dat te helpen is. D66 wil graag weten in hoeverre de schuldhulpverlening een toename van cliënten nog aankan en wat er gaat gebeuren met deze mensen wanneer dat niet meer het geval is de toekomst. De reden dit onderwerp te agenderen, is dat D66 aandacht vraagt voor enkele bijzondere groepen inzake de schuldhulpverlening. De heer Flipse zou dan graag willen beginnen met de ondernemers en in het bijzonder zzpers. Het aantal zzp-ers in Nederland groeit gestaag. Voor zelfstandigen met een eigen bedrijf is het in principe niet mogelijk om schuldhulpverlening te krijgen. De gedachte daarachter is dat wanneer je ondernemer bent je in principe ook verantwoordelijk bent voor je eigen financiële huishouding. Wanneer je schulden krijgt, is dat het risico van de onderneming. Bij zzp-ers is het niet altijd het geval dat de schulden worden veroorzaakt door de ondernemers zelf. Alleen wanneer de onderneming is uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel, kunnen de betrokkenen schuldhulpverlening krijgen. Door deze eis vragen ondernemers pas heel laat schuldhulpverlening aan - na uitschrijving KvK. Belangrijker is dat deze groep de kans wordt ontnomen om via hun onderneming hun schulden terug te verdienen in de schuldhulpverlening. Daarom wil D66 graag de schuldhulpverlening in het algemeen voor ondernemers beter regelen. De fractie spreekt graag met de commissie of er mogelijkheden zijn om ondernemers met schulden op een betere manier te helpen. De fractie stelt de volgende vragen: Een bestaande onderneming wordt nog steeds in Nederland gezien als bezit van vermogen en niet zoiets als baan of inkomen. Dat werd met de groeiende groep zzp-ers anders. Bij de laatste interpretatie is de eis uitschrijving bij de KvK dus opheffing eigenlijk net zoiets als het opleggen van ontslag. Vindt de wethouder het verstandig om hierin een onderscheid te maken? Een onderscheid in ondernemers die bezit en vermogen hebben en ondernemers die meer in termen van baan en inkomen werken. Waarom zouden zzp-ers niet de kans moeten krijgen om hun schulden terug te verdienen via hun onderneming? Wat D66 betreft maakt het bestuur een subtiel onderscheid. Wanneer een onderneming inkomen genereert uit arbeid is dat iets anders dan wanneer zij dat doet uit geïnvesteerd vermogen. Daarbij zou de fractie het oordeel bij de hulpverlener zelf willen laten. Het motto is dan op de professionals te vertrouwen. Hij krijgt graag de reactie van de wethouder op deze suggestie. Waarom is überhaupt niet meer aandacht voor de steeds grotere groep zzp-ers die in de problemen zijn gekomen? Budgetcoaching zou een grote groep zzp-ers goed kunnen helpen om te voorkomen dat ze überhaupt in schuldhulpverleningstrajecten terecht komen. Is de wethouder het met D66 eens dat schuldhulpverlening meer hulp en minder een afdwingbaar recht of plicht zou moeten zijn? Kan de wethouder er naar streven om binnen ruime kaders maatwerk te bieden voor ondernemers? D66 vraagt ook aandacht voor een andere groep: de voortijdig schoolverlaters. Een grote groep MBO-ers verlaat voortijdig school omdat ze voltijds moeten werken om in aanmerking te komen voor schuldhulpverlening. Ook hier vraagt de fractie de wethouder maatwerk te leveren voor jongeren met schulden die nu nog op school zitten. Hij krijgt hierop graag de reactie van de wethouder. Mevrouw Dibi (PvdA) kan zich in een aantal opmerkingen van de ChristenUnie zeer goed vinden. De uitvoeringsnotitie schetst een mooi beeld van de nieuwe werkwijze, alhoewel die al in is gegaan. Haar fractie is zich ervan bewust dat de leanmethode veel tijd bespaart. Dat is nodig gezien de financiële situatie. Die nieuwe werkwijze is heel erg gericht op eigen kracht. De PvdA is het eens met dat uitgangspunt: te kijken naar eigen kracht. Overal wordt op bezuinigd momenteel. Mevrouw Dibi vraagt of de wethouder kan aangeven of de hulp gegarandeerd is wanneer mensen het niet zelf kunnen. Zijn er genoeg hulpverleners om hieraan invulling te geven? Daarover maakt haar fractie zich zorgen. Verder vraagt zij zich af of de wethouder van plan is na een tijd de evaluatie te houden van de nieuwe werkwijze, of gaat de wethouder werkende weg met knelpunten aan de slag? De PvdA zou het plezierig vinden om nog wel een evaluatie te ontvangen, bijvoorbeeld na een jaar. Zij vraagt de wethouder in te gaan op de brief die is ontvangen van de Tussenvoorziening. Mevrouw Mos (GroenLinks) stelt in aanvulling op de gestelde vragen van de andere partijen de volgende drie vragen: (1) In 2012 in Amsterdam zijn 30% meer mensen uit de schulden dan in Haar fractie vraagt zich af of de wethouder daarvan op de hoogte is. Waarom doet Amsterdam het zoveel beter? Wat gaat de wethouder of haar opvolger doen om dit te evenaren? (2) Met betrekking tot Stadsgeldbeheer geeft de notitie duidelijk aan dat dit jaar een bezuiniging van euro zal plaatsvinden en volgend jaar een tweede bezuiniging van euro. Stadsgeldbeheer geeft zelf aan dat dat 50% van haar budget is. Stadsgeldbeheer probeert effectiever te werken door cliënten die al heel lang in de begeleiding zitten, lichtere producten aan te bieden en meer uit te besteden aan het netwerk. Pagina 8 van 53

9 Daarmee kan de instelling 25% van het budget besparen. Dat lijkt aardig te lukken. Tegelijkertijd is te zien dat ook bij Stadsgeldbeheer de wachtlijst stijgt en dat op dit moment 170 mensen op de wachtlijst staan. Voor 2014 staat die geplande bezuiniging op stapel. Stadsgeldbeheer geeft in de brief aan die bezuiniging niet te kunnen verwerken. Wanneer de bezuiniging doorgaat moet de instelling nog een keer 140 trajecten afbouwen. In feite zakt daarmee een nog grotere groep mensen door het ijs. GroenLinks vindt dat niet de bedoeling. Is het college hiervan op de hoogte? Wat vindt het college hiervan? Wat gaat het college doen wanneer blijkt dat de beoogde extra bezuiniging niet reëel is. Is het college bereid de extra bezuiniging van euro mee te nemen in de totaal heroverweging van het participatiebudget of beleid dat de raad mogelijk voor de zomer zal ontvangen. (3) GroenLinks zou het verstandig vinden wanneer het deel van de schuldhulpverlening dat nu betaald wordt door de AWBZ (bijna 30% van de trajecten bij Stadsgeldbeheer) bij de decentralisatie van de AWBZ gelden voor dat doel gereserveerd wordt. Mevrouw Mos vraagt hoe het college daarin staat. Wanneer krijgt de raad hierover helderheid? De heer Smid (CDA) vindt de inbreng van D66 over de kleine zelfstandigen een goed punt. Hij heeft hierover in eerdere verbanden ook wel het nodige aangegeven. Zijn fractie pleit voor een realistische regeling om de juiste personen te kunnen helpen zonder het heel ingewikkeld en bureaucratisch te maken. Momenteel is het hartje winter. De CDA-fractie is benieuwd naar de aantallen mensen die vanwege schulden uit huis gezet worden, dan wel afgesloten van gas, licht en water. Is dat bij de gemeente bekend? Wordt dat in de gaten gehouden? Is daar een ontwikkeling in te zien die mogelijk nog tot een actie zou moeten leiden? Tenslotte een onderwerp dat gelieerd is aan de kleine zelfstandigen. Bij de begrotingsbehandelingen is gesproken over een speciaal loket. De gemeente heeft een startersloket. Zijn collega de heer Van Waveren heeft destijds gesproken over een stoppersloket voor ondernemers voor nadere informatie en ondersteuning. Het college heeft daarop positief gereageerd. Hij vraagt naar de stand van zaken daarin. Korte schorsing Wethouder Den Besten heeft zich voorbereid op de beantwoording van enkele technische vragen. Het college deelt de zorg die ook in de commissie leeft. Dit zijn knellende tijden. Meer en meer mensen komen in de financiële problemen. Zij schetst de ontwikkelingen in de samenleving. Niet voor alle betrokkenen is schuldhulpverlening de oplossing. De gemeente biedt iedereen altijd een passend traject. Dat traject heeft hoeft niet altijd schuldhulpverlening te zijn. Sommige trajecten leiden naar maatschappelijk werk. In het driemaandelijks Dashboard geeft het college vooral de cijfers van de trajecten en van de aanvragen, uitgezonderd de cijfers die betrekking hebben op de doorzending naar maatschappelijk werk. Het college houdt altijd een vinger aan de pols. Wanneer de mensen toch weer terugkomen bij de gemeente omdat schuldhulpverlening nodig zou zijn, kijkt het college daar weer opnieuw naar. Mensen zijn altijd opnieuw welkom. Op de vraag of de wethouder nog steeds blij is met het groene gezicht in de kwartaalmeting antwoordt zij dat de zorg er is en dat het all hands on deck is, ook komend jaar vanuit alle (vrijwillige) organisaties. De wethouder is blij dat het college met deze nieuwe werkwijze iedereen binnen twee weken kan helpen. In de jaren hiervoor had het college vooral te maken met rode en oranje gezichten omdat de gemeente uit de wettelijke termijnen liep. Dit moet niet vóórkomen bij schulden. De gemeente begon met de workshops aan het einde van de zomer. Het college heeft daarvan de idee dat de gemeente hiermee op een slimme manier bezig is met wat op de gemeente afkomt: (1) de enorm toenemende vraag, (2) de afbouw van het participatiebudget en (3) een forse rijkskorting op de schuldhulpverlening. De gemeente moet met dit laatste iets doen. Deze drie effecten hebben er onder andere ervoor gezorgd dat de gemeente begonnen is met deze leanmethodiek. Het college zal dit ongeveer na een jaar evalueren. Te verwachten is aan het einde van de zomer. Daarbij zal goed gekeken worden of mensen tevreden zijn, of dit doet wat ermee beoogd is. De heer Van Ooijen (ChristenUnie) merkt op dat in het Dashboard van het derde kwartaal duidelijk stond dat het aantal aanvragen was gestegen en dat de aantallen hoger waren dan begroot en hoger dan de voorgaande jaren. Daar las hij achter dat niet iedereen een intake had gekregen en dat iedereen tevreden is. Dat is dan geen recht doen aan de feiten. Hij verwacht dan dat het college zich zorgen maakt over die ontwikkeling. Hij verwacht daar oranje of rode gezichten. Hij heeft een andere mening over de betekenis die gegeven wordt aan het groene gezicht als symbool in het stuk. Wethouder Den Besten antwoordt dat dit een misverstand is. Zij probeert te zeggen dat het gaat om een intake, dat het gaat om een daadwerkelijke start van het traject. Niet voor iedereen is dat nodig. Wanneer de gemeente mensen doorverwijst naar bijvoorbeeld het maatschappelijk werk, komt er geen intake. Dan zijn mensen wel goed geholpen. Dan zijn mensen altijd weer welkom wanneer het niet heeft geleid tot een oplossing of behapbaarheid van de schulden. Met deze aanpak met de workshops kan de gemeente mensen sneller helpen. Het college zal de effecten bekijken om na te gaan of dit de manier is om het te doen en of de gemeente in staat is dit zo te blijven doen als het gaat om het budget. Pagina 9 van 53

10 De wethouder vindt de drie suggesties van de ChristenUnie om mee te nemen in de voorlichting in de de workshops zeer goed. Ze neemt deze drie suggesties mee. Als het gaat om de handelwijze van schuldhulpverlening moet niet op een andere manier gekeken worden naar de absolute zwaarte van de schulden. Dat is op zich niet aan de gemeente. De gemeente is de bemiddelaar tussen de schuldeiser en de schuldenaar. De gemeente wil helpen waar mogelijk. Hoe de zwaarte van de schulden wordt ervaren is voor iedereen weer anders. Dat is voor de schuldeiser een andere maatstaf dan voor de schuldenaar. Het college wil niet treden in die afweging. De vraag is ook in hoeverre de gemeente een schuldeiser mee kan krijgen in een aflossingsbeschikking. De gemeente weegt niet op absolute zwaartes, of bedragen. Dat kan inderdaad bij sommige mensen betekenen dat mensen moeten wennen aan het permanent leven met schulden omdat volledige afbouw soms niet mogelijk is en omdat soms schulden niet saneerbaar zijn - bijvoorbeeld de boetes van het centraal justitieel incassobureau. Het kan soms heel lang duren voordat die zijn afgelost. Ook een ondernemer, dus ook een zzp-er, kan schuldhulpverlening krijgen. Alleen niet bij de afdeling schuldhulpverlening van de gemeente, maar wel bij het Bureau Zelfstandigen. Wanneer een onderneming zich heeft uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel, is de persoon weer een natuurlijke persoon. Dan kan hij zich wenden tot de reguliere schuldhulpverlening. Deze scheiding is gemaakt omdat hij de verschillende expertises nodig zijn als het gaat om bedrijven. Meerdere jaren achterstand in boekhouding, belastingaangiftes kan een rol spelen bij het saneren van bedrijven. Een zeer groot probleem staat voor sommmige jongeren - onder meer vroegtijdig schoolverlaters - die schulden hebben. De wethouder verbaast zich er steeds weer over hoe groot de schulden zijn van jongeren. Wanneer daar tegenover geen inkomsten staan, kan een schuldhulpverleningstraject niet worden opgestart. De aflossingscapaciteit ontbreekt dan. Dan is er niets te bemiddelen. Het allerbeste is schulden te voorkomen. Daarom werkt de gemeente samen met organisaties als Schuldhulpmaatje, U2-B Heard, en andere voorlichtende instanties bijvoorbeeld bij het jongerenwerk. Dit om te voorkomen dat jongeren zich in de schulden steken. Wanneer jongeren dan wel schulden hebben, moeten ze zo snel mogelijk geleid worden naar betaald werk. Dan zijn er inkomsten en kunnen ze beginnen met een afbetaling van hun schulden. Terecht dat dit een probleem wordt genoemd; het ís ook een taai probleem. De wethouder antwoordt bevestigend op de vraag van de PvdA of als het gaat om samenwerking er voldoende hulp van andere organisaties is. De gemeente werkt veel samen met vrijwilligersorganisaties. Ook in het kader van Vernieuwend Welzijn maakt het college hele goede afspraken, ook met partijen die daarop gaan aanbieden om mee te helpen vanuit hun expertise en netwerk en die het liefst geen schulden laten ontstaan om schulden te bestrijden. Vooral de vrijwilligersorganisaties zijn van onschatbare waarde als het gaat om administratieve begeleiding van mensen die daarin zelf niet heel goed zijn. GroenLinks en de PvdA stelden vragen over de brief van Stadsgeldbeheer. Het college is met Stadsgeldbeheer nog in overleg. Het college was verrast over de brief. De wethouder begrijpt de zorg heel goed. Ook daar staat het mensen het water tot aan de lippen. Ook daar vallen de bezuinigingen hard, zoals overal. Partijen zijn met elkaar in gesprek om na te gaan wat wel mogelijk is. In de vernieuwende werkwijze die in de buurtteams uitgeprobeerd worden, is nog niets geëvalueerd en nader geanalyseerd dat een mogelijkheid zou zijn voor de toekomst. Heel veel meer lijkt mogelijk te zijn op de lichtere trajecten waarover GroenLinks sprak. Gekeken moet worden naar de afbouw van intensieve trajecten. Ook daar is efficiënter en innovatief werken een remedie. Ook bij Stadsgeldbeheer is de leanmethode een optie. Het blijft nodig dit te doen met minder middelen en met de nodige efficiency. Het college denkt dat hier nog wel heel veel mogelijk is. Mevrouw Mos (GroenLinks) merkt op dat Stadsgeldbeheer aangeeft dat het alle activiteiten nodig heeft die deze organisatie onderneemt gericht op het effectiever maken van de werkwijze om de bezuinigingen te halen die voor dit jaar gepland waren: euro. Stadsgeldbeheer geeft in de brief aan dat de bezuinigingen van euro voor volgend jaar niet te realiseren zijn volgens de instrumenten die ingezet worden in de eerste tranche bezuinigingen. Zij constateert dat er dan toch een probleem is. Wethouder Den Besten antwoordt dat de afbouw van deze bedragen in gelijke maten verdeeld is tussen de afdeling schuldhulpverlening (Werk en Inkomen) en Stadsgeldbeheer. Dat is aan beide kanten echt niet gemakkelijk. Zij denkt toch dat het moet. Zij verwijst naar het gesprek dat nog gevoerd wordt. Partijen zullen moeten kijken naar hoe de beweging te maken is richting een grotere efficiëntie. Deze brief was wat haar betreft nog een beetje voorbarig is nog maar net begonnen. Eerst zal gekeken moeten worden naar wat wel mogelijk is. Dit zou wat haar betreft nog niet zo hoeven. Zij is er nog niet van overtuigd dat de bezuiniging dus niet kan in Zij is het eens met Stadsgeldbeheer dat het niet gemakkelijk gaat worden. GroenLinks stelde vragen over hoe het mogelijk is dat in Amsterdam 30% meer mensen uit de schulden zijn. Zij kent die cijfers niet. Hiermee zijn de vragen niet beantwoord hoe groot die schulden dan wel waren, en om welke groepen het ging. Goed moet worden gekeken of dit een juiste indicator is. Soms zegt het niet veel hoeveel mensen uit de schulden zijn. Soms is het belangrijker om te weten hoeveel mensen geholpen zijn in het omgaan met de schulden en hoeveel mensen weer zo snel mogelijk zich op een zelfstandige manier kunnen redden zodat ze niet continu afhankelijk blijven van de schuldsanering en dat mensen langjarig bezig zijn met de afbouw van hun schulden. Het college zoekt nog naar een effectindicator die daarover iets zegt. Mevrouw Mos (GroenLinks) brengt haar vraag onder de aandacht of het college bereid is de extra bezuiniging van de euro mee te nemen in de totale heroverweging van het participatiebeleid. Zij attendeert het college Pagina 10 van 53

11 op de ontvangen procesbrief waarin het college dit voor mogelijk houdt voor de zomer. Dan gaat het ook over de middelen voor een participatiebudget. Ze geeft richting het college aan dat in het staatje de extra bezuiniging niet zichtbaar is. In die zin blijft haar punt overeind. Wethouder Den Besten antwoordt dat het hier om incidenteel geld gaat voor het wegwerken van de achterstanden in de wachtlijsten. Om die reden heeft zij dit zo gezegd. Wanneer de wachtlijsten zijn weggewerkt is het incidentele geld daarvoor niet meer nodig en moet gekeken worden naar de reguliere processen - daarbij gaat het om structureel geld bij beide loketten. Daarom is de bezuiniging op beide plekken gelijk neergeslagen. Als het gaat om de vraag of het college participatiebudget wil heroverwegen antwoordt de wethouder dat het college alles kan heroverwegen; dat is ook aan de raad. In het collegeakkoord is afgesproken dat landelijke bezuinigingen neerslaan op de post waarop ze zijn ingeboekt. Het gaat bij schuldhulpverlening ook om landelijke bezuinigingen. De wethouder voelt zich gebonden aan die afspraak. Het participatiebudget was aan het begin van deze collegeperiode nog een bedrag van boven de 40 miljoen euro. Het bouwt nu af naar 17 miljoen euro. Zij ziet daar niet veel ruimte meer om veel te heroverwegen wanneer daaruit ook nog de WSW betaald moet worden. In principe vindt zij heroverwegen altijd goed om te doen. Zij zegt dan op voorhand dat een grote pot met geld ontbreekt waaruit dat te financieren is. Zij blijft in dat licht pleiten voor een grotere efficiëntie en zij blijft innovatief omgaan met de schuldhulpverlening om de crisis in het komende jaar en mogelijk ook het jaar daarop het hoofd te kunnen bieden. De heer Van Ooijen (ChristenUnie) begrijpt de vraag van mevrouw Mos en onderstreept deze. Stadsgeldbeheer geeft in zijn brief aan geen mogelijkheden te zien in de efficiency. Dat leest hij in deze brief. Hij gelooft dat heel veel mogelijk is. Het kan ook echt pijn gaan doen. De wachtlijsten kunnen gaan oplopen. Hij zou het fair vinden wanneer de wethouder dat zou erkennen. Een grotere efficiëntie sluit een groeiende wachtlijst niet uit. Hij vindt dat het bestuur van de stad dat moet erkennen. Hij is er voorstander van dat dan ook uit te spreken. De voorzitter merkt op dat wethouder met de organisatie nog in gesprek is. In dat licht vindt hij het belangrijk dat de wethouder haar beantwoording vervolgt. Wethouder Den Besten vervolgt met op te merken dat 2013 een jaar is waarin op het sociaalmaatschappelijke domein heel veel innovatie plaatsvindt. Bovendien komt de AWBZ over naar de gemeente. Zij vindt het in die zin ook niet aan de orde om te zeggen dat iets niet mogelijk is. Zij vindt dat meer nog dan nu het geval lijkt te zijn de inspanningen voortgezet moeten worden. Partijen kunnen zich niet permitteren nu tot hier en niet verder te zeggen. Uiteindelijk heeft de heer Van Oijen gelijk: wanneer de wachtlijst gaan oplopen omdat alles wat geprobeerd is niet heeft gewerkt, moeten college en raad met elkaar in gesprek. Zij vindt het stadium daarvoor te vroeg. GroenLinks vroeg wanneer helderheid over de AWBZ te verwachten is. De wethouder antwoordt dat dat ook van Den Haag afhangt. Op dit moment is nog niet duidelijk welk budget, regelgeving en onderdelen AWBZ meegaan naar de steden. In de schuldhulpverlening en bij Stadsgeldbeheer putten de instanties slechts voor een klein deel van de cliënten uit de AWBZ. Het gaat om een hele kleine groep. De wethouder bevestigt dat het college de afsluitingen van gas, water en licht monitoort. De afspraak is dat die afsluitingen in de winter niet mogen. Dat gebeurt dat ook niet. De Haagse regel is dat wanneer het schuldhulpverleningstraject is ingezet, de desbetreffenden niet mogen worden afgesloten van gas, water en licht. Daarmee ontstaat het belang om iemand zo snel mogelijk op een hulpverleningstraject te krijgen. Op de vraag over het Stoppersloket moet de wethouder het antwoord schuldig blijven. Misschien is dit bij haar collega van EZ aan de orde geweest. De voorzitter rondt hiermee dit agendapunt af. Hij geeft een samenvatting van de bespreking KTO prestatieveld 6 en evaluatie VVVR Dit betreft een commissiebrief. Het gaat om het klantentevredenheid onderzoek over prestatieveld 6 en de evaluatie van de verantwoordingsvrije vervoersregeling (VVVR). Dit is een deel van de uitvoering van Wet maatschappelijke ondersteuning. Het is uitgebreid aan de orde geweest in informerende zin in een Raadsinformatieavond op 8 januari. De PvdA en het CDA wilden dit ook in de commissie bespreken met een bijzondere aandacht voor de veranderingen in de AWBZ-middelen en het CDA maakt zich zorgen over de mobiliteit en het onderdeel van de Verantwoordingsvrije Vervoersregeling. De heer Koopmans (PvdA) attendeert op de behoefte die bestaat aan cijfermatige informatie over in hoeverre alle maatregelen van de gemeente de participatie bevorderen. Hij heeft van de ambtelijke informatie begrepen dat gekeken wordt naar mogelijkheden en manieren om die cijfers voor de toekomst paraat te hebben. Hij dankt de wethouder bij voorbaat voor het maken van stappen daarin. Als het gaat om de reiskosten heeft de gemeente flink bezuinigd. Te constateren is dat de participatie op dat terrein aan het afnemen is. Op meerdere fronten is sprake van ouderen die minder gaan reizen omdat reizen omslachtig en duurder geworden is. Vanuit de Cosbo is het voorstel gedaan flexibiliteit in te bouwen en na te gaan of het mogelijk is een proef te starten om met een klein budget toch mensen tegemoet te komen die op welke manier dan ook niet gebaat zijn met het middel Regiotaxi, maar wel iets kunnen met geld zodat buren, mantelzorgers eens een keer willen rijden. Het is dan hun belang om een beroep te kunnen doen op een potje. Hij Pagina 11 van 53