ONDERHOUDS- EN ENERGIEBEHEEROVEREENKOMST KLEIN GEBOUW VEREENVOUDIGDE VERSIE. Betreft : Naam van het Gebouw Adres: Tussen : Naam van de Klant Adres:

Transcriptie

1 ONDERHOUDS- EN ENERGIEBEHEEROVEREENKOMST KLEIN GEBOUW VEREENVOUDIGDE VERSIE Betreft : Naam van het Gebuw Tussen : Naam van de Klant Hierna de Klant genemd, EN : Naam van het Onderhudsbedrijf Hierna de Explitant genemd, wrdt vereengekmen, hetgeen vlgt: Onderhuds- en energiebeheervereenkmst 1 / 5

2 Vrwerp van de vereenkmst De Klant vertruwt de Explitant, die dit aanvaardt, het nderhud en het beheer van de installaties te, die zich p het in het pschrift vermelde adres bevinden en waarvan de uitrusting bij bijlage nr. 1 pgesmd wrdt. Hij det dit in vereenstemming met de prestaties die bij de bij nderhavige vereenkmst bijgevegde bijlage nr. 2 bepaald wrden. Deze pdracht mvat: Het gewne nderhud van de installaties (nderhud en reparaties), Het ptimale beheer van de installatie p energetisch vlak m het verbruik ervan zveel mgelijk te beperken, De bezrging van infrmatie aan de Klant ver de investeringen die hij zu kunnen verwegen m de installatie te verbeteren (uitrusting en regeling), met indicatie van hun rentabiliteit. Om hieraan mee te werken, zal de Klant er zich eveneens te verbinden m De Explitant regelmatig te infrmeren ver de evlutie van de gebruiksperides van het gebuw; De bewners bewust te maken van het belang van een efficiënt energiebeheer (beheer van de thermstatische kranen, de mgevingsthermstaten, ) en een gede samenwerkingsrelatie met de Explitant met dit del; Een persn aan te duiden, die dr de bewners erkend wrdt als de cntactpersn met de Explitant. Deze persn, die prepen en klachten in ntvangst neemt, zal prberen m de interne tegenstellingen te beheren, zdat de Explitant niet gekneld raakt tussen de energieeisen van de vereenkmst en de verhgde cmfrtverwachtingen van de bewners. Eén keer per jaar zullen de Explitant en de Klant samenkmen met het g p de pvlging van: De prestaties van de installatie; De uitgeverde en ng uit te veren interventies (nderhud, reparatie, ); De drgeverde en ng dr te veren verbeteringen. Prijs De jaarlijkse prijs bedraagt: Betalingsmdaliteiten 30 dagen einde maand, te tellen vanaf de ntvangst van de factuur, waarbij de pststempel als bewijs geldt. Duur en ntbinding De explitatievereenkmst wrdt geslten vr een termijn van jaar en gaat in p, znder stilzwijgende verlenging. BIJLAGE 1 BESCHRIJVING VAN HET MATERIAAL Onderhuds- en energiebeheervereenkmst 2 / 5

3 Beperkingen van het tepassingsgebied te bepalen in functie van de installatie. Bv.: Maken het vrwerp uit van nderhavige vereenkmst: 1. De verwarmingsinstallatie: Ketels, Circulatiepmpen, Warmtestralers, En de hiermee verband hudende regeling (met inbegrip van de thermstatische kranen). 2. De installatie vr sanitair warm water Inrichtingen vr de prductie van warm water en warmtewisselaars, Buffervaten, Circulatiepmpen, En de hiermee verband hudende regeling (met inbegrip van kranen en fittings). 3. De installatie vr hygiënische ventilatie: Luchtbehandelingsgrepen, Ventilatren afzuiginrichtingen, Luchtbevchtigers, Afzuigkappen, En de hiermee verband hudende regeling. Opmerking: Dit laatste deel wrdt niet gedekt dr de clausules die bij bijlage 2 hierna pgenmen werden. Het algemene REG-bestek bevat echter wel energieclausules. Onderhuds- en energiebeheervereenkmst 3 / 5

4 BIJLAGE 2 BESCHRIJVING VAN DE PRESTATIES OP HET VLAK VAN VERWARMING Onderhud De Explitant neemt de nderhuds- en reparatietaken vlgens de regels van ged vakmanschap vr zijn rekening. Beheer Wat het energiebeheer van de installaties betreft, wrdt er gevraagd dat: 1. De verwarmingstemperatuur in de administratieve ruimten en de klassen de 21 C en in de gangen de 16 C niet verschrijdt. Hierte zal de Explitant d e verwarmingscurve van de regelinrichtingen aanpassen en tezien p de gede werking van de eventuele thermstatische kranen. 2. Gedurende de perides dat ze niet gebruikt wrden ( s nachts, tijdens het weekend, tijdens vakanties): a. Zal de warmteafgifte in de vertrekken s nachts en tijdens het weekend vlledig nderbrken wrden p basis van een tijdsprgrammering (dus geen gewne verlaging van de temperatuur van het verwarmingswater s nachts). Bv. via een vlledige verlaging van de nachtelijke verwarmingscurven f via een cntrle van de binnentemperatuur van het nietgebruikte gebuw dr middel van een mgevingsthermstaat. b. Met de circulatie van de waterleidingsstelsels autmatisch wrden uitgeschakeld, met een intermitterende herinbedrijfstelling van de circulatiepmpen vr het behud van een minimale watertemperatuur. c. Zal de minimumtemperatuur die in alle ruimten gehandhaafd met wrden, 10 C bedragen, met uitzndering van de vchtige ruimten (waskeukens, tiletten, enz.), waar deze minimumtemperatuur 14 C zal meten bedragen, als ee n gede dampafver er ntbreekt. 3. De Explitant ziet erp te dat de herinschakeling van de verwarming z laat mgelijk gebeurt en dat bij maximaal vermgen m de duur van de vergangsfasen z krt mgelijk te huden (taak van een ptimizer). Indien er geen ptimizer aanwezig is, zal hij, als de herinschakeling met behulp van een eenvudige klk gebeurt, begin nvember en begin maart de schakelklk van de installaties aanpassen. Indien er wel een ptimizer aanwezig is, dient hij na te gaan f de geprgrammeerde inschakeltijden wel vereenstemmen met de gebruikstijden en niet met de vermede starttijden van de installatie. 4. Eén keer in de lp van het verwarmingsseizen met de Explitant gedurende een week de bereikte temperatuurwaarden in één referentieruimte per distributiekring registreren. Daarnaast met er k een temperatuursensr p een radiatr f zijn veding in de stkruimte geplaatst wrden. De verkregen waarden zullen vergeleken wrden met de instelwaarden en de dr de Klant pgelegde nderbrekingstijden. 5. De Explitant dient de stkketels ptimaal te benutten. Hij dient ervr te zrgen dat het verbrandingsrendement hger is dan 91 %. 6. Hij dient te te zien p de vlledige sluiting van de luchtinlaatklep van de ventilatrbranders bij uitschakeling van de brander. Indien ndig, met hij de respectieve elektrische bedrading aanpassen. 7. Als de prductie-installatie een cndensatieketel bevat, dient de Explitant ervr te zrgen dat de temperatuur van het returwater naar de ketels een ptimale cndensatie mgelijk maakt. Onderhuds- en energiebeheervereenkmst 4 / 5

5 8. Wanneer de warmteprductie in de zmer in stand wrdt gehuden, bv. m de prductie van sanitair warm water te verzekeren, dient de Explitant te verwegen f het mgelijk is m de ketels waarvan het vermgen niet echt ndzakelijk is, uit te schakelen (met afsluiting van de drstrming). 9. De Explitant dient het temperatuurverschil tussen het vertrek en de retur van de waterdistributiekringen te cntrleren. Als de waargenmen waarden beduidend lager zijn dan 15 K bij verwarming bij een buitentemperatuur beneden 0 C, dient hij een verlaging van de snelheid van de circulatiepmpen f, indien ndig, een vervanging van de pmp te verwegen. 10. In het geval van kringen die met een debietregeling uitgerust zijn (regeling via thermstatische kranen, mdulerende 2-wegkranen), met bij een ndzakelijke vervanging van een pmp f circulatiepmp vr een pmp met variabele snelheid gekzen wrden. Verbeteringen Eén keer per jaar zal de Explitant energetische verbeteringen van de installatie vrstellen. Hiernder enkele vrbeelden van mgelijke verbeteringen: a. Een betere infrmatieverstrekking aan de gebruikers in verband met het gebruik van de vrzieningen. b. De islatie van leidingen en kranen. c. Een wijziging van de plaatsing van de regelsndes: buitensndes, binnensndes, thermstatische kranen, water- en luchttemperatuursndes, Deze meten zich p een plaats bevinden, die representatief is vr de te cntrleren ruimte. d. De plaatsing van een geschikte regelaar (prgrammeerbare jaarklk, ptimizer, prgrammeerbare znethermstaten, drukknp met vertragingstijd, deurcntact, aanwezigheidsdetectr, ), waarbij telkens k de mgelijkheid vrzien met wrden m eventueel af te wijken van de nderbrekingsmdus, gevlgd dr een autmatische terugkeer. e. De plaatsing van deuren tussen de verwarmde en de niet-verwarmde znes. f. De vervanging van de brander f de ketel, als een ketelrendement van 91 % niet haalbaar is. g. Als de installatie geen kudwaterretur naar de cndensatieketel bevrdert (primaire kring, expansievat, te hge vertrektemperatuur, ), dient de Explitant een aanpassing van de afstelling en/f de hydraulische installatie vr te stellen (met inachtneming van de debietvrschriften van de fabrikant). h. In het geval van een installatie p stklie dient de Explitant een nauwkeurig meetinstrument vr het verbruik vr te stellen: stkliemeter, peilstk,. i. Als de installatie een sterke nbalans vertnt in de distributie en geen balanskleppen bevat, dient de Explitant vr te stellen m deze te plaatsen en de debieten van de secundaire distributiekringen te regelen. Z ndig dient de Explitant eveneens de vervanging van de pmpen f hun rtr te vrzien (zie verderp. j. Als een gebuw met wrden verwarmd buiten de gebruikstijden van de rest van het gebuw (cnciërgewning, ), met een specifieke kring f een specifieke warmteprductie (nafhankelijke gascnvectren, nafhankelijke stkketel f elektrische bijverwarming) wrden vrgesteld. Onderhuds- en energiebeheervereenkmst 5 / 5