Postoperatieve (24 uur) behandeling van de volwassen cardiochirurgische patiënt. Medische protocollencommissie Intensive Care
|
|
- Adriana van der Wolf
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Titel Postoperatieve (24 uur) behandeling van de volwassen cardiochirurgische patiënt Datum vaststelling: Datum revisie: Verantwoording: Brondocument: Medische protocollencommissie Intensive Care Literatuurstudie Inleiding Dit protocol beschrijft de initiële opvang van patiënten na een cardiochirurgische ingreep. Het protocol heeft als doel om deze zorg te standaardiseren. Afwijken van de richtlijnen kan alleen in overleg met de supervisor. Bij iedere complicatie moet de supervisor worden geconsulteerd. Aanbevelingen 1. Centrale temperatuur. Streef naar een rectale temperatuur 36.0 C voordat de sedatie gestaakt wordt (Niveau E). Omdat vrijwel altijd de centrale temperatuur nog daalt na binnenkomst op de intensive care, worden alle patiënten met een centrale temperatuur < 37.0 C opgewarmd met behulp van de Bair Hugger. Bij een temperatuur < 33 C wordt naast het gebruik van de Bair Hugger ook de ingeademde lucht verwarmd. 2. Algemeen infuusbeleid. Het standaard infuusbeleid bestaat uit een NaCl/Glucose infuus van 100 ml/uur gedurende de eerste 12 uur. Hierna wordt het infuus verminderd tot 50 ml/uur (Niveau E). Bij een stabiele patiënt wordt een Hb van ± 5 mmol/l geaccepteerd. Bij hemodynamisch instabiele patiënten (zie verder) wordt gestreefd naar een Hb > 6 mmol/l. Bij actieve ischemie wordt een Hb van ± 7 mmol/l nagestreefd 3. Hemodynamische streefwaarden. De volgende streefwaarden worden gehanteerd: gemiddelde bloeddruk (MAP) mm Hg, hartfrequentie 60 90/minuut, diurese > 1 ml/kg/uur, warme acra met een T (verschil tussen centrale en perifere temperatuur) < 7 C, centraal veneuze druk 5 14 mm Hg, centraal veneuze zuurstofsaturatie (ScvO 2 ) > 60%. Uiteraard zijn deze ook mede afhankelijk van de pre-operatief en intra-operatief gemeten waarden. Indien een
2 2 arteria pulmonalis katheter aanwezig is worden de volgende additionele streefwaarden gehanteerd: gemiddelde arteria pulmonalis druk mm Hg, wiggedruk mm Hg, geïndexeerd hartminuutvolume (CI) > 2.5 l/min/m 2 en gemengd veneuze zuurstofsaturatie (SgvO 2 ) > 65% (Niveau E). 4. Hemodynamisch beleid Het onderstaande hemodynamische beleid is gericht op de instabiele patiënt. Naast een lage bloeddruk dienen er duidelijke tekenen aanwezig te zijn van gestoorde orgaanperfusie zoals oligurie, slechte perifere circulatie (capillaire refill, T), ScvO 2 < 60%. a. Indien MAP < 70 mm Hg en CVD 14 mm Hg (bij arteria pulmonalis katheter tevens CI < 2.5 l/min/m 2 en wiggedruk 15 mm Hg): volumetherapie (vloeistofbolus 4 ml/kg cc NaCl 0.9% of erytrocytenconcentraat bij Hb < 6 mmol/l). Beoordeel het effect van volumetherapie aan de hand van MAP, polsfrequentie, CVD/wiggedruk, perifere circulatie, hartminuutvolume en diurese (Niveau E). Deze vloeistofbolus mag maximaal één maal herhaald worden. Hierna dient overleg plaats te vinden met de achterwacht over het verdere vloeistofbeleid. Voor patiënten met een chronische volume- of drukoverbelasting is vaak een hogere CVD/wiggedruk noodzakelijk om een adequate vulling te verkrijgen Indien volumetherapie geen gunstig effect heeft wordt een inotropicum (dobutamine) toegediend (zie onder b) b. Indien MAP < 70 mm Hg en CVD > 14 mm Hg (bij arteria pulmonalis katheter tevens CI < 2.5 l/min/m 2 en wiggedruk > 15 mm Hg): start dobutamine 2 µg/kg/min (Niveau D). Dobutamine kan opgehoogd worden tot 6 µg/kg/min. Indien de reactie op dobutamine onvoldoende is of een tachycardie ontstaat dient overleg plaats te vinden met de supervisor. Er bestaat dan een indicatie voor intensievere hemodynamische bewaking (echocardiografie of arteria pulmonalis katheter). Indien de MAP na toediening van dobutamine > 70 mm Hg bedraagt maar de CI nog altijd < 2.5 l/min/m 2 kan milrinone toegevoegd worden (continu infuus van µg/kg/min) (Niveau E). Indien de MAP na toediening van dobutamine nog altijd < 70 mm Hg is maar de CI > 2.5 l/min/m 2 wordt noradrenaline toegevoegd in een dosering van µg/kg/min (Niveau E). c. Indien MAP < 70 mm Hg en CVD 14 mm Hg en CI > 2.5 l/min/m 2 : volumetherapie (zie onder a)
3 3 d. Indien MAP < 70 mm Hg en CVD > 14 mm Hg en CI > 2.5 l/min/m 2 : overleg met supervisor over de toediening van noradrenaline in een dosering van µg/kg/min (Niveau E). e. Indien MAP > 70 mm Hg en CVD > 14 mm Hg en CI < 2.5 l/min/m 2 : overleg met supervisor over de toediening van milrinone (voor dosering zie b.) (Niveau E). Overweeg tevens het gebruik van een IABP. f. Indien MAP > 100 mm Hg of systolische bloeddruk > 150 mm Hg: bloeddruk verlagen middels adequate pijnstilling en/of sedatie. Indien dit geen effect heeft: overweeg eerst de toediening van metoprolol iv indien polsfrequentie > 90 per minuut of anders nicardipine in een dosering van 1 10 mg/uur (Zie verpleegkundig protocol). Bij een slechte LV wordt in plaats van nicardipine gekozen voor nitroglycerine. Indien ondanks nicardipine de MAP > 100 mm Hg blijft of de perifere circulatie slecht is wordt nitroglycerine in een dosering van 1 6 mg/uur toegevoegd (Niveau E). Start orale medicatie met een ACE-remmer. 5. Hartritme a. Bij alle patiënten is preventie van supraventriculaire ritmestoornissen aangewezen (Niveau A). De eerste keuze is metoprolol te beginnen op de dag van operatie in een dosering van 2 dd mg per os mits de hartfrequentie > 70 /minuut bedraagt, er geen belangrijke geleidingsstoornissen aanwezig zijn of de patiënt dobutamine toegediend krijgt. De tweede dag wordt de dosering verhoogd naar 2 dd mg per os. Bij patiënten na een AVR met uitgesproken LVH is deze preventie nog belangrijker. Indien bij deze groep direct postoperatief metoprolol niet per sonde toegediend kan worden, wordt dit intraveneus gestart. Bij een ernstig obstructief COPD is metoprolol gecontraïndiceerd tenzij de patiënt deze medicatie preoperatief goed verdroeg. Bij patiënten die een volledige arteriële revascularisatie hebben ondergaan, dat wil zeggen LIMA + RIMA/FRIMA wordt ter preventie van vaatspasmen diltiazem 3 dd 60 mg per os voorgeschreven te starten op de dag van de operatie. Deze patiënten krijgen dan geen bèta blokker. Dit geld ook voor de patiënten waarbij de arteria radialis is gebruikt. b. Sinusritme > 90 slagen per minuut. Sluit de volgende oorzaken uit: pijn, onrust, ondervulling, decompensatio cordis, anemie, koorts, hypoxie en het overmatig gebruik van inotropica/vaatverwijders. Na uitsluiten van deze onderliggende oorzaken bij goede linker ventrikel functie versneld uitbreiden van metoprolol per os (zie onder a) of metoprolol i.v. in een dosering van 1 4 mg/uur (Niveau E).
4 4 c. Atriumfibrilleren met ventrikelresponse > 100 slagen per minuut. Corrigeer hypokaliëmie en verminder gebruik van inotropica indien mogelijk. Indien instabiel electrische cardioversie (zie verder) met name bij patiënten met linker ventrikel hypertrofie. Indien hemodynamisch stabiel magnesiumchloride 10 mmol i.v. in 10 minuten (Niveau D). Indien niet succesvol: amiodarone oplaaddosering 150 mg in 30 minuten, eventueel eenmaal te herhalen. Indien hierna geen sinusritme ontstaat: cardioversie ( J bifasisch). Indien cardioversie niet succesvol: amiodarone continu infuus van 1200 mg/24 uur (Niveau D). Indien reeds preoperatief atriumfibrilleren aanwezig was: controle van ventrikelfrequentie met metoprolol of digoxine. Bij alle andere supraventriculaire ritmestoornissen moet overleg met de achterwacht plaatsvinden. d. Ventriculaire ritmestoornissen. Controleer positie centrale lijn en sluit nieuwe ischemie uit. Corrigeer hypokaliëmie en verminder gebruik van inotropica indien mogelijk. Bij frequente premature ventriculaire complexen en multifocale ventriculaire complexen kan magnesiumchloride in een dosering van 10 mmol i.v. in 10 minuten worden toegediend. Bij recidiverende ventriculaire tachycardieën wordt procaïnamide langzaam intraveneus toegediend in een dosering van maximaal 1 gram. Indien niet succesvol wordt amiodarone toegediend: oplaaddosering 150 mg in 30 minuten gevolgd door een continu infuus van 1200 mg/24 uur (Niveau C). Overleg met de achterwacht en cardioloog over mogelijke oorzaken. e. Een persisterende ventriculaire tachycardie welke niet gepaard gaat met ischemie of hemodynamische instabiliteit wordt behandeld met procaïnamide (zie boven) en indien niet succesvol gevolgd door amiodarone (schema zie boven). Indien hemodynamisch instabiel of ischemie op ECG: cardioversie (20 50 J bifasisch). f. Ventrikelfibrilleren. Defibrillatie volgens reanimatieprotocol. 6. Ischemische ECG veranderingen. Overweeg altijd de mogelijkheid van een PTCA of re-operatie en overleg met supervisor. Neem hierna altijd contact op met cardioloog en thoraxchirurg. Zorg voor een hemoglobinegehalte van minimaal 6 7 mmol/l. Start met de toediening van nitroglycerine in een dosering van in een dosering van 1 6 mg/uur (Niveau D). Streef naar een hartfrequentie < 90/minuut met behulp van metoprolol i.v. (oplaaddosis 5 10 mg gevolgd door een continu infuus van 1 4 mg/uur). Herhaal ECG na 30 minuten. 7. Beademing (Niveau E). De standaard beademingsinstelling: PRVC, FiO 2 0.4, Frequentie per minuut, Teugvolume 6 8 ml/kg, PEEP 5 8 cm H 2 O.
5 5 Streef naar een PaO 2 > 10 kpa met een SpO 2 96% en een PaCO 2 tussen kpa. Indien de PaO 2 met deze beademingsinstelling < 10 kpa of SpO 2 < 96%: onderzoek patiënt op tegenademen, bronchus obstructie, longoedeem of pneumothorax. Indien deze onderliggende oorzaken zijn uitgesloten: verricht intensief bronchiaal toilet (atelectase) en verhoog PEEP in stapjes van 2 cm H 2 O tot SpO 2 > 96%. Indien PEEP > 12 cm H 2 O: overleg met supervisor. Overweeg of de circulatie verder verbeterd moet worden. Ontwennen middels PSV wordt gestart onder de volgende voorwaarden: SpO 2 96%, lichaamstemperatuur 36 C, Hb > 5.0 mmol/l, bloedverlies < 100 ml/uur (Zie verpleegkundig protocol). 8. Extubatie. Extubatie vindt plaats onder de volgende algemene voorwaarden: stabiele circulatie, geen ECG veranderingen, helder bewustzijn en goede hoestkracht (Niveau E). Bij een PSV niveau van 10 cm H 2 O, PEEP 5 8 cm H 2 O en FiO wordt voldaan aan de onderstaande voorwaarden: a. Ademfrequentie < 20 per minuut b. Teugvolume > 5 ml/kg c. PaCO 2 < 6 kpa en PaO 2 > 10 kpa d. SpO 2 > 96% 9. Sedatie en pijnbestrijding. Postoperatief wordt in principe geen sedatie meer gegeven. Indien er een indicatie is om sedatie te handhaven: geef propofol mg/uur. Indien naar verwachting de duur van de sedatie meer dan 48 uur bedraagt wordt propofol omgezet naar midazolam. De sedatie wordt gestaakt bij een centrale lichaamstemperatuur > 36.0 C, stabiele hemodynamiek, Hb > 5.0 mmol/l en bloedverlies < 100 ml/uur. Postoperatieve pijnstilling vindt plaats volgens pijnprotocol van de afdeling Anesthesiologie (paracetamol 4 dd 1 gram p.o. en morfine 6 dd mg i.v.). Voor acute pijn wordt een sufentanyl bolus toegediend van µg. 10. Postoperatief bloedverlies (Niveau D). a. Bloedverlies > 150 ml in eerste uur i. Temperatuur snel corrigeren ii. Controleer ACT. Indien > 150 seconden: protamine 2500 E iv (langzaam toedienen) iii. Bepaal PTT, APTT en trombocytenaantal. Geef tranexaminezuur 1 gram i.v. iv. Geef trombocytenconcentraat indien trombocytenaantal < 75 of bij persisterend bloedverlies na voorafgaand gebruik van carbasalaatcalcium of clopidogrel
6 6 v. Indien APTT en/of PTT > 1.5 maal verlengd: 2 E FFP. Bij persisteren van verhoogde PTT of INR: 1000 E 4-factorenconcentraat vi. Bepaal fibrinogeen. Indien < 1.5 gr/l en persisterend bloedverlies: geef 1 gram fibrinogeen (Heamocomplettan) b. Bloedverlies > 400 ml in 1 ste uur, > 300 ml/uur gedurende 2 uur of > 200 ml/uur gedurende 3 uur: correctie stolling en overleg met achterwacht en thoraxchirurg over resternotomie. Indien later in het beloop onverwachts een toename van bloedverlies plaatsvindt en patiënt hierbij instabiel is, wordt direct contact opgenomen met achterwacht en de thoraxchirurg. 11. Antistolling (Niveau A). a. Alle patiënten krijgen routine trombose profylaxe met nadroparine 1 dd 2850 E sc te starten op dag van de operatie (Zie protocol veneuze tromboembolie profylaxe bij Intensive Care patiënten). b. Alle patiënten na een CABG krijgen carbasalaatcalcium 1 dd 100 mg te starten op dag van de operatie c. Patiënten met een aortaklep- of mitralisklepprothese/plastiek starten op de dag na de operatie (MC) met acenocoumarol in een dosering van In afwachting van een adequate INR wordt geen therapeutisch nadroparine toegediend met uitzondering van de mechanische mitralisklepprothese (zie schema). CABG AVR-bio AVR-mechano MVR-bio MVP/TVP MVR-mechano Nadro 1 dd 2850 Nadro 1 dd 2850 Nadro 1 dd 2850 Nadro 1 dd 2850 Nadro Therap Carb.calc 1 dd 100 Acenocoumarol Acenocoumarol Acenocoumarol Acenocoumarol De therapeutische dosering nadroparine is gebaseerd op het lichaamsgewicht: i. < 50 kg 2 dd 0.4 ml ii kg 2 dd 0.5 ml iii. > 70 kg 2 dd 0.6 ml d. Bij een gecombineerd klepoperatie + CABG wordt geen carbasalaatcalcium toegediend maar alleen de medicatie die is afgesproken voor de klepoperatie (zie schema) e. Bij een endarteriëctomie wordt 3 maanden acenocoumarol toegediend te starten op de dag na de operatie. Tot de INR goed is ingesteld krijgt de
7 7 patiënt carbasalaatcalcium 1 dd 100 mg waarbij op de dag van opname gestart wordt met 100 mg aspergic intraveneus. f. Bij off-pump CABG wordt 1 uur na binnenkomst op de IC 100 mg aspergic intraveneus toegediend mits de lekkage < 100 ml bedraagt. Indien dit niet het geval is wordt aspergic toegediend nadat het bloedverlies gedurende 2 uur < 75 cc per uur is geweest g. Bij hemodynamisch instabiele patiënten die niet direct van de IC ontslagen kunnen worden wordt op de dag na de operatie na een klepoperatie niet gestart met acenocoumarol maar met een therapeutische dosering nadroparine. Acenocoumarol wordt slecht gestart indien de fase van instabiliteit achter de rug is. h. Patiënten met een IABP krijgen intraveneus heparine E/uur tot een APTT seconden. De IABP wordt 4 uur na het staken van de heparine verwijderd. i. Bij een percutane aortaklepvervanging (TAVI) wordt gestart met carbasalaatcalcium 1 dd 100 mg + clopidrogel 1 dd 75 mg vanaf 12 uur na binnenkomst. Indien er een andere reden bestaat voor acenocoumarol wordt dit de volgende dag gestart in combinatie met carbasalaatcalcium 1 dd 100 mg. Deze patiënten krijgen geen clopidrogel. 12. Pomp bloed. Pompbloed wordt na de operatie teruggegeven aan de patiënt. Na teruggave van pompbloed wordt eventueel protamine toegediend. 13. Glucose regulatie. Er wordt gestreefd naar een glucose tussen de 6 en 8 mmol/l (Niveau B). Toediening van insuline verloopt volgens verpleegkundig protocol 14. Electrolieten (Niveau D). De meest voorkomende electrolietstoornissen zijn hypokaliëmie, hypomagnesiëmie en hypofosfatemie. Streef naar kalium spiegel van mmol/l (Zie verpleegkundig protocol). Behandeling van hypomagnesiëmie is geïndiceerd bij een serum spiegel < 0.85 mmol/l (Zie verpleegkundig protocol) en behandeling van hypofosfatemie bij een serum spiegel < 0.75 mmol/l (Zie verpleegkundig protocol). 15. Stress ulcus profylaxe (Niveau D). Zie protocol stress ulcus profylaxe. Indien patiënt preoperatief reeds een protonpomp remmer gebruikte, wordt deze postoperatief gecontinueerd.
8 8 16. Antibiotica. Bij ongecompliceerde CABG geen postoperatieve antibiotica. Indien een ingreep langer dan 4 uur heeft geduurd wordt 8 uur na de eerste gift nogmaals 1500 mg cefuroxime toegediend (Niveau D). 17. Statinen. Alle patiënten na een CABG krijgen vanaf de eerste dag van operatie simvastatine 1 dd 20 mg (Niveau D). Bij gebruik van diltiazem wordt rovuvastatine 1 dd 10 mg voorgeschreven. 18. Pacemaker controle. Zie protocol pacemaker instellen Biotronic EDP Diagnostiek programma. Zie diagnostiek programma post-cardiochirurgie Referenties Gillies M, et al. Inotropic drug therapy after adult cardiac surgery: a systematic literature review. Critical Care 2005;9: Polderman KH et al. Severe electrolyte disorders following cardiac surgery: a prospective controlled observational study. Critical Care 2004;8:R459-R466 Knotzer H, et al. Postbypass arrhythmias: pathophysiology, prevention and therapy. Curr Opin Crit Care 2004;10: Crystal E, et al. Interventions on prevention of postoperative atrial fibrillation in patients undergoing heart surgery: a meta-analysis. Circulation 2002;106:75-80 Koskenkari JK, et al. Metabolic and Hemodynamic Effects of High-Dose Insulin Treatment in Aortic Valve and Coronary Surgery. Ann Thorac Surg 2005 Aug;80: Paparella D, et al. Coagulation disorders of cardiopulmonary bypass: a review. Intensive Care Med 2004;30: Piper C, et al. State of the art anticoagulation management. Heart Valve Dis 2004;13:S76-80 St. Andre AC, et al. Hemodynamic management of patients in the first 24 hours after cardiac surgery. Crit Care Med 2005;33: Dunkelgrun M, et al. Benificial effects of statins on perioperative cardiovascular outcome. Curr Opin Anaesthesiol 2006;19: Niveau van aanbevelingen.
9 9 A. Ondersteund door tenminste twee grote prospectief gerandomiseerde gecontroleerde klinische onderzoeken of een meta-analyse met een kleine kans op een vals positief of een vals negatief resultaat B. Ondersteund door één groot prospectief gerandomiseerd gecontroleerd klinisch onderzoek met een kleine kans op een vals positief of een vals negatief resultaat C. Ondersteund door één of meerdere kleine prospectief gerandomiseerde gecontroleerde klinische onderzoeken of een meta-analyse met een matige tot grote kans op een vals positief of een vals negatief resultaat D. Ondersteund door alleen een niet-gerandomiseerd maar wel gecontroleerd klinisch onderzoek, een cohort studie of een patiënt-controle onderzoek E. Ondersteund door alleen niet-vergelijkend onderzoek, historische controles, case reports of de mening van deskundigen
Perioperatieve intensive care behandeling van een patiënt met een thoracoabdominaal
Titel Perioperatieve intensive care behandeling van een patiënt met een thoracoabdominaal aorta aneurysma. Datum vaststelling: 09-2014 Datum revisie: 09-2016 Verantwoording: Medische protocollencommissie
Nadere informatiePerioperatieve bewaking na endovasculaire/gecombineerde behandeling van een distaal thoracaal of thoraco-abdominaal aneurysma
Titel Perioperatieve bewaking na endovasculaire/gecombineerde behandeling van een distaal thoracaal of thoraco-abdominaal aneurysma Datum vaststelling: 09-2014 Datum revisie: 09-2016 Verantwoording: Brondocument:
Nadere informatiePostoperatieve Intensive Care behandeling van een oesophagus(cardia)resectie. Werkgroep Klinisch Pad Oesophagus(cardia)resectie
Titel Postoperatieve Intensive Care behandeling van een oesophagus(cardia)resectie Datum vaststelling: 01-03-2016 Datum revisie: 01-03-2018 Verantwoording: Brondocument: Werkgroep Klinisch Pad Oesophagus(cardia)resectie
Nadere informatieRichtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care
Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen Datum vaststelling: 02-2013 Datum revisie: 02-2015 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive
Nadere informatieRichtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock. Medische protocollencommissie Intensive Care
Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock Datum vaststelling: 04-2008 Datum revisie: 04-2010 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive Care Surviving
Nadere informatiePeri-operatieve Intensive Care behandeling van een oesophaguscardia-resectie. Werkgroep Klinisch Pad Oesophaguscardia-resectie
Titel Peri-operatieve Intensive Care behandeling van een oesophaguscardia-resectie Datum vaststelling: 01-09-2011 Datum revisie: 01-09-2013 Verantwoording: Brondocument: Werkgroep Klinisch Pad Oesophaguscardia-resectie
Nadere informatieGlucose regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding
regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding Doel: Bereiken en handhaven van een glucose waarde tussen 4,4 6,1 mmol/l Indicaties: - Patiënten met Diabetes Mellitus - Patiënten
Nadere informatieVentrikelstorm. Hoe zorg je dat de storm gaat liggen. J.G. van der Hoeven
Ventrikelstorm Hoe zorg je dat de storm gaat liggen J.G. van der Hoeven Definitie Minimaal 3 gescheiden episoden van sustained VT of VF binnen 24 uur of VT die minimaal 12 uur aanhoudt Bij aanwezigheid
Nadere informatieProtocol massale bloedtransfusie op de SEH
Spoedeisende hulp Protocol massale bloedtransfusie op de SEH J.Rebel, 9/9/2013 OLVG Oosterpark 9 1091AC Amsterdam T (020) 5999111 F (020)5992996 Jasper_rebel@hotmail.com www.olvg.nl Doel: Beschrijving
Nadere informatieProtocol vochtbeleid kinderen < 40 kg IC kinderen
Protocol vochtbeleid kinderen < 40 kg IC kinderen Datum vaststelling: 15 okt 2015 Auteurs Kinder IC Versie: 1.1 Datum revisie: 15 okt 2018 Verantwoording: Medische protocollencommissie Kinder IC Brondocument:
Nadere informatieBehandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC
Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire
Nadere informatieWanneer is een circulatie slecht?
Wanneer is een circulatie slecht? Prof. Dr. J.G. van der Hoeven Afdeling Intensive Care UMC St Radboud Venticare 2010 1 Analyse Inotropicum Vaatverwijder Combinatie Geen actie Nee Is er een probleem met
Nadere informatieECG en ritmestoornissen na Hartchirurgie. Mischa Lunter MPA, Thorax IC MST
ECG en ritmestoornissen na Hartchirurgie Mischa Lunter MPA, Thorax IC MST Elektrocardiogram ECG Elektrocardiografie = bestuderen van elektrische activiteit van het hart Registratie op papier of beeldscherm
Nadere informatieAnesthesie Gelrebreed
Trefwoord Pijnbestrijding Epidurale pijnbestrijding PCA (Patiënt Controlled Analgesia) PCA pomp (Numeric Rating Scale) Sedatiescore Bestemd voor Verpleegkundigen van de verpleegafdelingen waar patiënten
Nadere informatieKamerfalen - wat als rechts faalt? MMM Circulatie 2018
Kamerfalen - wat als rechts faalt? MMM Circulatie 2018 Casus (1) Man, 37 jaar Altijd gezond Acute pijn op de borst met ernstige kortademigheid Bloeddruk 85/50 mmhg, HF 115/min, CVD, S1 S2 luide P2, systolisch
Nadere informatieProgramma. Atriumfibrilleren (AF) Ketenzorg. Welkom en inleiding NHG standaard AF. Hoofdbehandelaar 1 e en 2 e lijn 2014
Atriumfibrilleren (AF) Ketenzorg Programma Welkom en inleiding NHG standaard AF de standaard en ontwikkelingen Hoofdbehandelaar 1 e en 2 e lijn 2014 resultaten van pilot studie Diagnostiek en behandeling
Nadere informatieAfkappunten sedatieprotocol*
Patiënt: Onrustig? Oncomfortabel? Pijn? VAS COMFORT gedragscore VAS < 4 VAS 4 "Geen distress" Afkappunten sedatieprotocol* 6 10 23 30 "Enstige distress" COMFORT gedragschaal "Grijs gebied" (11-22) Beslist
Nadere informatieAcute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis
Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis 5-6-2019 Inhoud Introductie Instabiele patiënten Stabiele patiënten Rhythm control vs rate control ECV vs
Nadere informatieAlgoritmes voor sedatie en pijn bij beademde kinderen.
Algoritmes voor sedatie en pijn bij beademde kinderen. IC-Kinderen UMC St Radboud versie februari 2016 L. Bakker / A. Hemelaar / G. Heesen . Blz. 1 2 Waarschuwingen 3 Verpleegkundig Oordeel (VISS) 4 Bepaling
Nadere informatieHemodynamische op/malisa/e op de IC. Jasper van Bommel Intensive Care - Erasmus MC Rotterdam
Hemodynamische op/malisa/e op de IC Jasper van Bommel Intensive Care - Erasmus MC Rotterdam Circulatoir falen Definitie SHOCK! Levensbedreigende toestand waarin te weinig bloed met zuurstof naar de organen
Nadere informatieStandard Operating Procedure:
UMC Utrecht Standard Operating Procedure: Opvang na GRID-implantatie en na hemisferectomie 1 Titel Standard Operating Procedure (SOP): SOP identificatienummer Opvang na GRID-implantatie en na hemisferectomie.
Nadere informatieWaar staat de afkorting PiCCO voor?
Waar staat de afkorting PiCCO voor? Pulse Contour Cardiac Output..en de i..die is verzonnen Hemodynamische monitoring d.m.v. PiCCO is a) Invasief b) Minimaal invasief c) Niet invasief Antwoord: B CVL PULSIOCATH
Nadere informatieSchakels in de zorg14 en 31 oktober 2013 Medicatietoediening op Intensive Care
Schakels in de zorg14 en 31 oktober 2013 Medicatietoediening op Intensive Care Dr. Nicole Hunfeld ziekenhuisapotheker Intensive Care Volwassenen De keerzijde? 1250 doden per jaar door geneesmiddelen voorgeschreven
Nadere informatieBelangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel)
Belangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel) EFIENT (prasugrel) behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder
Nadere informatieOpvang cardiochirurgische patiënten
Opvang cardiochirurgische patiënten Voor de opname Telefonische overdracht van OK Telefonische overdracht van anesthesioloog naar PICU 15-30 minuten voor aankomst op de PICU Bel 75085 voor verpleegkundig
Nadere informatieCardioverteren. Defibrilleren. Tachycardie
Cardioverteren Defibrilleren Reanimeren Cardioverteren Boezem en kamertachycardiëen zonder collaps Onder gecontroleerde omstandigheden Synchronisatie! (medicamenteuze/electrische methode) Defibrilleren
Nadere informatieCasuïstiek. stiek ROIG Intensive Care 27 mei Afdeling Intensive Care Volwassenen
Casuïstiek stiek ROIG Intensive Care 27 mei 2015 Afdeling Intensive Care Volwassenen Casus 1 U wordt geroepen als onderdeel van het spoedinterventieteam bij een 73 jarige patiënte die ruim tien jaar geleden
Nadere informatieInvoering van een beademingsprotocol verkort de beademingsduur
Invoering van een beademingsprotocol verkort de beademingsduur Ben de Boer Ventilation Practitioner i.o. Mw. Y van Zwol,verpleegkundig manager Dhr. R.M. Determann en Mw A. Tacx, medisch begeleider Westfriesgasthuis
Nadere informatieZorgpad Atriumfibrilleren (AF)
Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Highlights Ziekenhuizen 2017 Hans Ros, ziekenhuisapotheker Inhoud Wat is AF? Hoe ontstaat een CVA (beroerte)? Behandeling AF: 4 peilers Orale antistolling 1 2016 ESC Guidelines
Nadere informatieCASE STUDY MASSAAL BLOEDVERLIES NA REVISIE HEUP ASTRID NOOR CIRCULATION PRACTITIONER I.O.
CASE STUDY MASSAAL BLOEDVERLIES NA REVISIE HEUP ASTRID NOOR CIRCULATION PRACTITIONER I.O. INLEIDING VOORSTELLEN CASUS VOORGESCHREVEN BEHANDELING PARAMETERS EN LABUITSLAGEN HEMOSTASE BELEMMERENDE FACTOREN
Nadere informatieUMC Utrecht. Standard Operating Procedure: Opvang kindercardiochirurgische patiënten
UMC Utrecht Standard Operating Procedure: Opvang kindercardiochirurgische patiënten 1 Titel Standard Operating Procedure (SOP) SOP identificatienummer Opvang kindercardiochirurgische patiënten Auteur A.A.
Nadere informatieJan G Grandjean. Cardiothoracaal Chirurg
Jan G Grandjean Cardiothoracaal Chirurg Coronary Artery Bypass Grafting ECC MECC Off Pump benadering EndoCab Gebruik van Arterieel en/of veneus materiaal 1.Arterieel LIMA, RIMA, Radialis en Gastroepiploica
Nadere informatieBelangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel
Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel Prasugrel behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder ook clopidogrel
Nadere informatieSAMENVATTING RICHTLIJN NEURAXISBLOKKADE EN ANTISTOLLING
SAMENVATTING RICHTLIJN NEURAXISBLOKKADE EN ANTISTOLLING Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie 1 INLEIDING Een neuraxiaal hematoom na neuraxisblokkade is een zeldzame, maar ernstige complicatie. Onder
Nadere informatieLEIDRAAD CARDIOLOGIE 4.1 ANTIARITMICA
atropine i.v. 0,25-0,50 mg bij bradycardie < 40/min, asystolie of hooggradig AV-blok; zo nodig herhalen met tussenpozen van 5-15 minuten tot in totaal 1,5 mg; isoprenaline-infuus bij persisterende asystolie
Nadere informatieWelkom in het Jeroen Bosch Ziekenhuis
Welkom in het Jeroen Bosch Ziekenhuis Delier Vakgroep geriatrie vanaf juni 2014. Bovenste rij: Astrid van Strien, Janet Bootsma, Karen Keijsers, Truuke Kamminga. Onderste rij: Rob van Marum, Cees Wouters,
Nadere informatieVoriconazol en ritmestoornissen
Voriconazol en ritmestoornissen MDO bespreking 29-10-2014 Michelle Oude Alink Casus Man 68 jaar oud Voorgeschiedenis 2014, juni: myocardinfarct wv DES-stent Sinds september verdenking pneumonie, aanvankelijk
Nadere informatieSamenvatting Vitamine K antagonisten zijn antistollingsmiddelen in tabletvorm. Ze worden voorgeschreven voor de behandeling en preventie van trombose.
1 Samenvatting Samenvatting Vitamine K antagonisten zijn antistollingsmiddelen in tabletvorm. Ze worden voorgeschreven voor de behandeling en preventie van trombose. Zowel arteriële trombose (trombose
Nadere informatieElektrolytstoornis tijdens ALS. samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH
Elektrolytstoornis tijdens ALS samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH Inhoudsopgave Doelstelling Context: 4 H s en 4 T s Kalium Hyperkaliëmie Hypokaliëmie Samenvatting Vragen/discussie Doelstelling Inzicht
Nadere informatieCVVH & Antistolling Directe trombine remmers. Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019
CVVH & Antistolling Directe trombine remmers Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019 Casus; 74-jarige man Overname: Second opinion tav weaning difficulty na gecompliceerd beloop AVR mechano Voorgeschiedenis:
Nadere informatieAcuut myocardinfarct. Prof.dr. F.W.A. Verheugt. Symptomen. Oorzaken. Algemene maatregelen
Acuut myocardinfarct Prof.dr. F.W.A. Verheugt Het acute myocardinfarct is nog altijd de meest voorkomende doodsoorzaak in Nederland. De incidentie bedraagt 3,5 per 1000. a Dertig procent van alle patiënten
Nadere informatieTo raise or not to raise Passive Leg Raising in de prakijk. De kliniek is zo gek nog niet.
To raise or not to raise Passive Leg Raising in de prakijk. De kliniek is zo gek nog niet. Lieke Hendrikx Circulation Practitioner i.o Amphia ziekenhuis Breda 15 oktober 2014 To raise or not to raise To
Nadere informatieMidazolam. Benzodiazepinen. Volwassenen Intramusculair/subcutaan: onverdund, 5 mg/ml Intraveneus als bolusinjectie: onverdund, 1 mg/ml, de
Midazolam Afleveringsvorm F.T.G. Toedieningsroute Toedieningscategorie Ampul met 5 mg = 5 ml (1 mg/ml) midazolam (als hydrochloride) Ampul met 5 mg = 1 ml, 15 mg = 3 ml en 50 mg = 10 ml (5 mg/ml) midazolam
Nadere informatieEven voorstellen. Eline Bruinenberg Ariën van der Lugt Martien Hess
Even voorstellen Eline Bruinenberg Ariën van der Lugt Martien Hess Vroegmobiliseren op de ICU Literatuur Bedrust Mensen die zwak zijn door ziekte kunnen niet veel anders doen, dan naar bed te gaan Allen
Nadere informatieOpnames wegens acute exacerbatie COPD
Opnames wegens acute exacerbatie COPD Acute exacerbatie COPD /Longaanval Toename dyspnoe Toename hoest Toename sputum 2 1 Opname criteria Onvoldoende reactie op thuis ingestelde behandeling met prednisolon
Nadere informatieMyocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio. dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG
Myocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG Presentatie vandaag Epidemiologie myocardinfarct Diagnostiek
Nadere informatieYnlieding fan ien beademings protokol bekoartje de beademings lingte
Ynlieding fan ien beademings protokol bekoartje de beademings lingte Ben de Boer Ventilation Practitioner i.o. Mw. Y van Zwol,verpleegkundig manager Dhr. R.M. Determann en Mw A. Tacx, medisch begeleider
Nadere informatieInterklinische PCI. Verpleegafdeling cardiologie (tel ) / CCU (tel ) * Naam verpleegkundige:
Verpleegafdeling cardiologie (tel 010-461 6338) / CCU (tel 010-4616218) * Naam verpleegkundige: Patiënten Identificatiesticker verwijzend ziekenhuis *svp doorhalen wat niet van toepassing is Medium care
Nadere informatieDe navolgende vier bladzijdes bevatten richtlijnen voor de continue toediening van intraveneuze medicatie. Belangrijk is dat het hier om richtlijnen
De navolgende vier bladzijdes bevatten richtlijnen voor de continue toediening van intraveneuze medicatie. Belangrijk is dat het hier om richtlijnen gaat en dat het tot de verantwoordelijkheid van iedere
Nadere informatieRibfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015
Ribfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015 Casus M: motorrijder versus ander voertuig, van motor gevlogen, helm losgeraakt I: verdenking hematothorax, hoofdwond
Nadere informatieSnel handelen bij sepsis
Snel handelen bij sepsis Februari 2014 PRESENTATIE GEMAAKT DOOR ROB ZEEGERS Doel van deze presentatie Wat is SIRS? Wat is Sepsis? Inzicht diagnostisch onderzoek Waarom snel handelen? Waarom deze klinische
Nadere informatieDe navolgende vier bladzijdes bevatten richtlijnen voor de continue toediening van intraveneuze medicatie. Belangrijk is dat het hier om richtlijnen
De navolgende vier bladzijdes bevatten richtlijnen voor de continue toediening van intraveneuze medicatie. Belangrijk is dat het hier om richtlijnen gaat en dat het tot de verantwoordelijkheid van iedere
Nadere informatieSepsis. Welke mean arterial pressure houden we aan? Renze Jongstra Circulation Practitioner Intensive Care Verpleegkundige
Sepsis Welke mean arterial pressure houden we aan? Renze Jongstra Circulation Practitioner Intensive Care Verpleegkundige Inhoud Inleiding Sepsis Behandeling sepsis Hemodynamiek bij sepsis Onderzoek Resultaten
Nadere informatiePerioperatief antistollingsbeleid UMCG. Samenvatting
1 2 Perioperatief antistollingsbeleid UMCG Samenvatting Patiënten ingesteld op antistollingsmiddelen hebben bij continuatie van de antistolling een verhoogde kans op bloedverlies en bij het staken van
Nadere informatieLeft Ventriculair Assist Device
Left Ventriculair Assist Device Hans Tempelman Tim Lisman 8 december 2011 Inhoud Inleiding Indicatie LVAD Opvang op de IC na implantatie LVAD Monitor LVAD, wat houden die getallen in Problemen (RV, trombus
Nadere informatieCardiologie De nieuwste ontwikkelingen. Dr. S.A.J. van den Broek Thoraxcentrum/Afdeling Cardiologie UMCG
Cardiologie De nieuwste ontwikkelingen Dr. S.A.J. van den Broek Thoraxcentrum/Afdeling Cardiologie UMCG Dhr. A, 48 jaar taxichauffeur s ochtends 06.20 uur acuut pijn op de borst met een zwaar gevoel in
Nadere informatieDe behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010
De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt Loes Klieverik WES 11-03-2010 Wat is oud?? Definitie Hartfalen Tekortschieten van de pompwerking van het hart en veranderingen in de neurohumorale activatie
Nadere informatieIndicatie antistolling. NOAC/DOAC Is de praktijk net zo verwarrend als de naam.? Indicaties VKA in NL Wat gebruikten we. Het stollingsmechanisme
Indicatie antistolling NOAC/DOAC Is de praktijk net zo verwarrend als de naam.? Behandeling DVT/ longembolie Atriumfibrilleren Mechanische hartklep Arterieel vaatlijden Hartfalen met kamerdilatatie ( alleen
Nadere informatieWorkshop beademing astma/copd. J.G. van der Hoeven NVIC Mechanische Beademingsdagen 2010
Workshop beademing astma/copd J.G. van der Hoeven NVIC Mechanische Beademingsdagen 2010 1 Patiënt (1) Man, 24 jaar Intrinsiek asthma Onregelmatig gebruik van medicatie Reeds eenmaal eerder beademd Zeer
Nadere informatie13-05-11. De hemodynamisch instabiele pa2ent. Inhoud. Basale hemodynamische monitoring. monitoring en therapie
De hemodynamisch instabiele pa2ent monitoring en therapie NIVAZ 2011 Joris Lemson anesthesioloog en (kinder) intensivist Intensive Care UMC St Radboud Inhoud Fysiologie Hemodynamische monitoring Interpreta2e
Nadere informatiePT HEEFT NIEUWE ARTERIELIJN GEKREGEN, LI ART RAD
PT HEEFT NIEUWE ARTERIELIJN GEKREGEN, LI ART RAD Pt krijgt donker gekleurde vingers maar is ook gestart met norepinefrine 10 mg/50 ml st 8 inmiddels. Wat doe je? De curve op de monitor is Figuur 1. De
Nadere informatieTrombosedienst Leiden en omstreken
Trombosedienst Leiden en omstreken Saskia van Foeken Verpleegkundige Trombosedienst Leiden Doelstelling Met deze voorlichting willen we bereiken: Dat de cliënt een zo optimaal mogelijke antistollingsbehandeling
Nadere informatieDe invloed van hypothermie op de MAP na een cardiac arrest
De invloed van hypothermie op de MAP na een cardiac arrest Bob Vermazeren Circulation practitioner i.o. 18 oktober 2017 Medisch begeleider: dr. Norbert Foudraine intensivist-internist Medisch manager:
Nadere informatieRefeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten
Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten 2015 Agenda Historie Ondervoeding en oncologie Refeeding Casus tijdens de presentatie 1ste lijn Refeeding? Historie Belegeringen
Nadere informatieANESTHESIE TIJDENS LACTATIE
ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE Inleiding Borstvoeding is momenteel gouden standaard WHO en AAP bevelen borstvoeding gedurende 6 maanden aan meer en meer moeders die operatie (vb. Sterilisatie-curretage) ondergaan
Nadere informatieProgramma. Protocol Atriumfibrilleren. Ketenzorg. Pauze Ketenzorg AF. Transmuraal samenwerken. Vragen Afsluiting. protocol
Protocol Atriumfibrilleren Ketenzorg Programma Pauze Ketenzorg AF protocol Transmuraal samenwerken consultatie, verwijzen, terugverwijzen visie op transmurale zorg vanuit de 2 e lijn Vragen Afsluiting
Nadere informatiePalliatieve sedatie. 21 oktober 2014 Elgin Gülpinar, ANIOS IC
Palliatieve sedatie 21 oktober 2014 Elgin Gülpinar, ANIOS IC Casus Patient, 78 jr Overname ander ziekenhuis i.v.m. respiratoire insufficiëntie Voorgeschiedenis COPD, Hypertensie, DM II, PAF Nefrectomie
Nadere informatieDoel van de behandeling Het doel van de behandeling is het herstellen van het onregelmatige hartritme.
Cardioversie Uw behandelend arts heeft voorgesteld om bij u een cardioversie te verrichten. Een cardioversie wordt uitgevoerd op de afdeling IC/CCU. In deze folder kunt u nalezen wat de behandeling inhoudt.
Nadere informatieBoezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB
Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere
Nadere informatieQTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie
QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie 01-11-2018 Waarom QT-tijd? - Verhoogd risico op levensbedreigende ritmestoornissen - Verlenging van QT-tijd bij veel medicijnen, derhalve
Nadere informatieadressogram Voorwaarden FASTRACK: (invullen door ass E-kern): akkoord voor fastrack door supervisor: Transport naar PAZA: (invullen door ass E-kern)
k. PERIOPERATIEF SCHEMA FASTTRACK CARDIALE HEELKUNDE adressogram Voorwaarden FASTRACK: (invullen door ass E-kern): akkoord voor fastrack door supervisor: leeftijd < 80 j en > 6 j en BMI < 40 Kg/m² en single
Nadere informatie# Doel* # Toepassingsgebied. # Indicatie. # Definities. # Aard handeling # Materiaal* # Werkwijze* Voorkómen van constipatie bij IC-patiënten.
# Doel* Voorkómen van constipatie bij IC-patiënten. # Toepassingsgebied Intensive Care. # Indicatie Alle IC-patiënten. # Definities PDMS = patiënt data management system # Aard handeling # Materiaal* N.v.t.
Nadere informatieYour snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017
Your snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017 Casus: Reanimatie na sneeuwscheppen Patient, 1950 Buiten sneeuwscheppen, onwelwording
Nadere informatieRob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ
1 Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ 2 ACS wat doe ik als huisarts? Wat doet de cardioloog? Wanneer komt de patient weer terug? Welke afspraken hebben wij gemaakt? 3 Dhr Pieterse
Nadere informatieBallon Pulmonalis Angioplastiek (BPA)
Ballon Pulmonalis Angioplastiek (BPA) U wordt binnenkort opgenomen voor een Ballon Pulmonalis Angioplastiek (BPA) procedure. In deze folder krijgt u uitleg over deze procedure en informatie over de opname.
Nadere informatieNOAC s. Bossche Samenscholingsdagen 2014 N. Péquériaux Laboratoriumarts/Medisch leider trombosedienst M. Jacobs Cardioloog
NOAC s Bossche Samenscholingsdagen 2014 N. Péquériaux Laboratoriumarts/Medisch leider trombosedienst M. Jacobs Cardioloog Antistollingsmedicatie Toegepast ter preventie en behandeling van arteriële en
Nadere informatieMET bespreking Een verlate reactie bij anafylaxie? 19 Februari 2018 Veerle van Coenen, fellow Intensive Care
MET bespreking Een verlate reactie bij anafylaxie? 19 Februari 2018 Veerle van Coenen, fellow Intensive Care Casus R/ Vrouw 39 jaar D1: SEH: jeuk, stridor S/ Voorgeschiedenis: neuritis optica, cholecystectomie,
Nadere informatieFast track cardio dinsdag 25 oktober 2011
Fast track cardio Aanmelding cardiale heelkunde Soort ingreep Coronaire bypass Klepoperaties Congenitale ingreep Klassiek traject Fast track Doorsturen naar anesthesie raadpleging Exclusiecriteria fast
Nadere informatieKlinisch redeneren in acute situaties. Ijbelien Jungen
Klinisch redeneren in acute situaties Ijbelien Jungen Alarm criteria Acute verandering in: Fysiologie Airway -bedreigde luchtwegen (b.v. Bij stridor, zwelling van de hals, sputumretentie) Breathing - (verandering
Nadere informatiePILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren
PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren INHOUD Presentatie (20-25 minuten) Inleiding Medicamenteuze behandeling atriumfibrilleren Geneesmiddelgroepen Bijwerkingen
Nadere informatieEn dan is er nog ECMO! WES symposium 2007 Rondom beademing. José Groenewold ECMO coördinator Intensive care kinderen
En dan is er nog ECMO! WES symposium 2007 Rondom beademing José Groenewold ECMO coördinator Intensive care kinderen Intensive care kinderen: 4 ECMO plaatsen, ongeveer 35 ECMO patiёnten per jaar Sinds 1991
Nadere informatieDelirium protocol 2e versie (d.d. 25-07-2010) Pagina 2
Titel Delirium preventie en behandeling op de intensive care voor volwassen patiënten Datum vaststelling: juli 2010 Datum revisie: juli 2012 Verantwoording: Medische protocollencommissie intensive care
Nadere informatieEchografie van de RV Rol bij instabiele hemodynamiek
Maatwerk Echografie van de RV Rol bij instabiele hemodynamiek J.G. van der Hoeven Casus (1) Man, 37 Blanco medische voorgeschiedenis Acute pijn op de borst en kortademigheid LO: RR 85/50 mmhg, HF 115/min,
Nadere informatieINTERLINE CARDIOLOGIE 2014 februari 2014
INTERLINE CARDIOLOGIE 2014 februari 2014 Inleiding Er zijn al eerder cardiologische Interlineprogramma s gepresenteerd: 1999 2004 Angina pectoris 2003 2006 Hartfalen 2006 2008 Atriumfibrilleren Daarnaast
Nadere informatieStolling en antistolling. Esther Kragten, arts trombose en trombofilie
Stolling en antistolling Esther Kragten, arts trombose en trombofilie Inhoud Antistolling peri-operatief onderbreken continueren Risico op trombose Arterieel Veneus Risico op bloeding: Peri-operatief Nabloeding
Nadere informatiePerioperatief beleid. van patiënten behandeld met bloedverdunners
Perioperatief beleid van patiënten behandeld met bloedverdunners Perioperatief beleid van patiënten behandeld met plaatjesremmers Aspirine en/of ADP receptor inhibitor (Plavix of clopidogrel, Efient of
Nadere informatieVoorbeelden informatiepakketten
Bijlage 1 Voorbeelden informatiepakketten 4.3 Overdracht OK-verkoeverafdeling Hieronder wordt de overdracht van de operatiekamer naar de verkoeverafdeling besproken. De overdracht van de operatiekamer
Nadere informatieCASE REPORT FORM. (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein.
CASE REPORT FORM Patientgegevens Ziekenhuis (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein Studienummer patient Patientidentificatie in
Nadere informatieRisicofactoren voor een delirium
3. Risicofactoren voor een delirium 3.1. VRAAGSTELLING In dit hoofdstuk heeft de werkgroep gezocht naar een antwoord op de volgende uitgangsvraag: Wat zijn de omstandigheden die de kans op het optreden
Nadere informatieInhoud. Verpleegkunde Cardiologie. Symptomen. Diagnose. Verpleegkunde Cardiologie 1. Indeling New York Heart Association (NYHA)
Inhoud Verpleegkunde Cardiologie Han van der Borgh Verpleegkundige aspecten bij: Angina Pectoris Acuut coronair syndroom Prinz Metal Decompensatie cordis Cardiogene shock P.C.I./STENT/ spoed CABG in perifeer
Nadere informatieAntitrombotisch beleid. Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde
Antitrombotisch beleid Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde 300616 Achtergrond Initiatief door NIV, geschreven door multidisciplinaire werkgroep internisten, huisartsen, orthopeden, longartsen,
Nadere informatieBijlage III. Wijzigingen in de relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter
Bijlage III Wijzigingen in de relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter Opmerking: De relevante rubrieken van de Samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter
Nadere informatieEen ieder betrokken bij de toediening van remifentanil PCA (arts en klinisch verloskundige) is opgeleid en heeft kennis van:
DISCLAIMER Protocollen geven aan hoe lokaal uitvoering wordt gegeven aan beroepskaders, -normen, standpunten en richtlijnen. Protocollen worden lokaal/plaatselijk vastgesteld, rekening houdend met de typische
Nadere informatieVan sepsis tot orgaanfalen
Van sepsis tot orgaanfalen Hoe een infectie uit de hand kan lopen in neutropene patiënten 21 januari 2015 J.C. Regelink, internist hematoloog 4 th Nursing Symposoim Inhoud Historie Begrippen Sepis en orgaanfalen
Nadere informatieHARTRITMESTOORNISSEN DE BEHANDELING DOOR MIDDEL VAN ELEKTRONISCHE CARDIOVERSIE FRANCISCUS VLIETLAND
HARTRITMESTOORNISSEN DE BEHANDELING DOOR MIDDEL VAN ELEKTRONISCHE CARDIOVERSIE FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Hartritmestoornissen komen in het dagelijks leven vaak voor en zijn vaak onschuldig. Meestal
Nadere informatieIntroductie ECG. Jonas de Jong
Introductie ECG Jonas de Jong Basics van het ECG Waarom? Diagnose acuut infarct Ritmestoornissen: wel of niet klappen? Screening: uitsluiten hartziekte Aantonen hartziekte: LVH Risico-inschatting medicatiegebruik
Nadere informatieSpelregels; A = Groen B = Rood Heeft u het antwoord fout, dan neemt u weer plaats op uw stoel!!
Spelregels; A = Groen B = Rood Heeft u het antwoord fout, dan neemt u weer plaats op uw stoel!! Oefenvraag 1. Op het ECG zijn de verschillende fasen van de hartslag te zien. Ze worden benoemd met de letters
Nadere informatieErnstige pneumococcen pneumonie. MMM beademing 2018 J.G. van der Hoeven
Ernstige pneumococcen pneumonie MMM beademing 2018 J.G. van der Hoeven Case record Man, 69 Blanco voorgeschiedenis Griepachtige symptomen gedurende 8-10 D Opgenomen EH ziekenhuis elders - ernstige pneumococcen
Nadere informatieNeurotraumatologie. Prof. Dr. J.G. van der Hoeven UMC ST Radboud Nijmegen 12.05-12.50
Neurotraumatologie Prof. Dr. J.G. van der Hoeven UMC ST Radboud Nijmegen 12.05-12.50 1 Primair letsel A-B-C-D-E Uitsluiten chirurgisch letsel Voorkomen secundaire schade Beperken O2 verbruik hersenen Normo-/hypothermie
Nadere informatieComplicaties na hartchirurgie
Complicaties na hartchirurgie CARVASZ congres 15-11-2013 Cardio vasculaire zorgen Eveliena Doornbos van de Kraats Verpleegkundig specialist cardio-thoracale chirurgie Inhoud Pathologie Operaties Postoperatieve
Nadere informatie