notitie Notitie verkeersveiligheid

Transcriptie

1 notitie Notitie verkeersveiligheid

2 1 Inleiding De Raad heeft in de programmabegroting aangegeven dat de verkeersveiligheid een verdere kwantitatieve verbetering behoeft. Verkeersveiligheid is in het (landelijk) verkeersbeleid onder de noemer van het principe Duurzaam Veilig gebracht. Duurzaam Veilig is een gedachte, een principe, dat in 1998 op landelijk niveau is ingezet en dat het gehele traject beslaat van het formuleren van gedachten over verkeersgedrag en hoe dit kan worden bereikt met communicatie, handhaving en weginrichting tot het formuleren van gedetailleerde inrichtingseisen. Deze notitie beschrijft hoe we Duurzaam Veilig binnen Gouda toepassen. 2 Duurzaam Veilig 1 e fase Om het principe Duurzaam Veilig op korte termijn op grote schaal te introduceren is een gefaseerde aanpak gekozen. In 1998 is de 1 e fase Duurzaam Veilig gestart met het ondertekenen van een intentieverklaring door de gezamenlijke overheden, waaronder de VNG, met daaraan gekoppeld een maatregelenpakket inclusief subsidieregeling: het Startprogramma Duurzaam Veilig. Belangrijkste maatregelen uit dit startprogramma waren: 1. categoriseren van wegen 2. uitbreiden verblijfsgebieden/30 km per uur-gebieden 3. bromfiets op de rijbaan 4. voorrang bestuurders van rechts 5. eenduidige weginrichting en uniformiteit Het Goudse wegennet is ingedeeld in de categorieën stadsontsluitingswegen, interwijkverbindingen en verblijfsgebieden. Stadsontsluitingswegen zijn primair bedoeld voor de doorstroming van het verkeer, in verblijfsgebieden is verblijven (wonen, spelen, winkelen etc.) de belangrijkste functie zodat de auto te gast is en via de interwijkverbindingen wordt het verkeer van de verkeersaders de verblijfsgebieden ingeleid. In Gouda is er in 1998 voor gekozen om Duurzaam Veilig in lopende werken en in ontwikkeling zijnde beleidsplannen op te nemen. Reeds in 1995 had Gouda het

3 wegennet ingedeeld in categorieën (Stadsplan Gouda 1995), waarbij duidelijk onderscheid werd gemaakt tussen verkeers- en verblijfsruimten. Bij groot onderhoud aan een straat werd reeds ingericht op basis van de Goudse categorisering. Wegcategorisering bleek een van de basisuitgangspunten van Duurzaam Veilig te zijn. Na 1998 is het inrichten van straten volgens de Goudse categorisering dus voortgezet. De landelijk geformuleerde richtlijnen en uitgangspunten voor wegontwerp konden worden toegepast op de Goudse categorisering. In plannen en nota s die tijdens de 1 e fase ontwikkeld en opgesteld zijn is Duurzaam Veilig opgenomen. Zo zijn in het beleidsplan voor de fiets Gouda Fietst Door! enkele maatregelen opgenomen die enerzijds de fietsroute verbeteren en anderzijds de achterliggende verblijfsgebieden een uniforme inrichting geven (inritconstructies langs diverse hoofdfietsroutes, eenduidige voorrangsregelingen conform Duurzaam Veilig). De in de verkeersplannen voor Oost en Korte Akkeren voorgestelde maatregelen passen ook binnen de inrichtingseisen voor Duurzaam Veilig. Voor het inrichten van verblijfsgebied (30 km/uur-gebied en de maatregelen Bromfiets op de rijbaan en Voorrang Bestuurders Van Rechts is een subsidieregeling ontwikkeld waar Gouda gebruik van heeft gemaakt. 3 Duurzaam Veilig 2 e fase De 2e fase Duurzaam Veilig behelst een bredere benadering op het gebied van verkeer en vervoer. Vooral zaken als verkeerseducatie en communicatie krijgen een prominentere rol. Er zal nog steeds inspanning verricht worden op het gebied van inrichting van wegen. Waar de 1e fase m.n. gericht was op de infrastructuur (het inrichten van 30 km/uurgebieden) verschuift de aandacht wat meer naar de vormgeving van veilige kruispuntaansluitingen, het bundelen van doorgaande verkeersstromen op verkeersaders, parkeermaatregelen en uniforme inrichting en markering. Daarnaast wordt in de 2 e fase veel meer ingestoken op de niet-infrastructurele kant, de communicatie in combinatie met handhaving, educatie voor jong en oud en bewustwordingsactiviteiten. De benadering is een meer integrale aanpak, waarin samen met andere beleidsvelden en partners wordt gewerkt aan verkeersveiligheid en tevens wordt een meer regionale aanpak gekozen. Met het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan in het vooruitzicht en de regionale samenwerking op het gebied van verkeersveiligheid wordt reeds breed ingezet op Duurzaam Veilig. Ook in andere werkzaamheden klinkt Duurzaam Veilig door, zoals in projecten uit de ProjectProgrammering, wijkverkeersplannen Korte Akkeren en Oost en (regionale) verkeersveiligheidsacties. Waar de 1 e fase zich m.n. richtte op de inrichting van wegen is er in de 2 e fase duidelijk meer aandacht voor de niet-infrastructurele kant zoals educatie, handhaving en subjectieve verkeersveiligheid.

4 4 Interim-regeling Duurzaam Veilig Tussen de 1 e en 2 e fase is een zogeheten Interim-fase ingelast waarin reeds vrijgekomen subsidiegelden toch Duurzaam Veilig kunnen worden ingezet ondanks dat de 2 e fase nog niet gestart is. Men had verwacht dat 1 e en 2 e fase in 2001 naadloos in elkaar zouden overlopen, maar vanwege uitblijvende afspraken over inzet van middelen door verschillende betrokken ministeries en de vertraging die gemeenten opliepen bij het uitvoeren van de 1 e fase is de 2 e fase nog niet expliciet gestart. Omdat in de 1 e fase al wel gelden zijn vrijgemaakt voor een vervolgfase is de interim-fase bedacht om de gelden te kunnen laten vrijkomen. Vooralsnog is er onduidelijkheid over welke periode de interim-regeling geldt, wel kunnen de tot nu toe gespaarde gelden worden vrijgegeven onder voorwaarde dat deze regionaal worden ingezet. De Interim-regeling Duurzaam Veilig (IDV) bestaat uit 2 delen: 1. IDV-Infrastructuur 2. IDV-Gedrag In regionaal verband (Vervoerregio Midden Holland) zijn afspraken gemaakt over de thema s waarop de IDV-Infrastructuur wordt ingezet. De regio heeft ervoor gekozen de gelden in te zetten in verblijfsgebieden, wat voor Gouda betekent dat er extra gelden zijn om verblijfsgebieden in te richten binnen de onderhoudsplanning. Tevens worden in regionaal verband afspraken gemaakt over de inzet van de middelen van de IDV-Gedrag. Er wordt een Meerjarenplan Verkeersveiligheid Midden Holland opgesteld waarin een regionale aanpak van gedragsbeïnvloeding, verkeerseducatie en handhaving wordt geformuleerd op een dusdanige manier dat zo veel mogelijk bestaande lokale projecten kunnen worden opgenomen en voor subsidie in aanmerking kunnen komen. 5 Verkeersbeleid in Gouda Binnen de gemeente wordt op een aantal fronten gewerkt aan verkeer en vervoer en wordt het principe Duurzaam Veilig ingebed, toegepast en gebruikt. Verkeersplannen Naast beleidsplannen over verschillende thema s van het vakgebied (parkeren, fiets) wordt gewerkt aan een beeld van het Goudse hoofdwegennet (verkeerscirculatiestudie) op lange termijn, met de grote ontwikkelingen als de spoorzone, Goudse poort en Westergouwe (grotendeels) gerealiseerd. Dat verkeersbeeld vormt de basis voor een visie en keuzes die worden verwoord in een gemeentelijk verkeers- en vervoerplan, waarin ook een aantal hoofduitgangspunten voor de verschillende thema s binnen verkeer en vervoer geformuleerd worden. Voor een aantal thema s (parkeren, fiets) kunnen die uitgangspunten nu al geformuleerd worden in de themabeleidsnota, verkeersveiligheid is een onderdeel van dit nog te formuleren GVVP dat in nauw overleg met diverse belangenorganisaties zal worden opgesteld.

5 Regio Op regionale schaal wordt samen met een aantal gemeenten uit de regio Midden Holland en de regio Rijnstreek, de Provincie en Rijkswaterstaat gewerkt aan een gebiedsprofiel verkeer en vervoer waarin gezocht wordt naar duurzaam veilige oplossingen voor verkeersknelpunten in de regio. Dit gebiedsprofiel vormt tevens een basis voor de verdeling van regionale subsidiegelden voor infrastructuur. Binnen de regio Midden Holland is een Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid actief die momenteel een Meerjarenplan Verkeersveiligheid opstelt waarin een regionale aanpak van de speerpunten van de 2 e fase duurzaam veilig (gedragsbeïnvloeding, verkeerseducatie en handhaving) wordt geformuleerd. Hierin worden zo veel mogelijk de Goudse lokale verkeersveiligheidsprojecten zoals de campagneposters van 3VO en het praktisch verkeersexamen opgenomen. Aan de hand van dit meerjarenplan kunnen regionale verkeersveiligheidssubsidies verdeeld worden. Bouwinitiatieven Voor diverse bouwinitiatieven en ontwikkelingslocaties worden verkeerskundige analyses gemaakt om te beoordelen of een ontwikkeling verkeersproblemen veroorzaakt en wat gedaan kan worden om deze knelpunten te voorkomen. Dit varieert van een toetsing van een bouwaanvraag op verkeerskundige aspecten (aantal parkeerplaatsen, aansluiting op het wegennet) tot een verkeersstudie van een heel gebied (mogelijke nieuwe verkeersstructuur Goudse Poort). Bij groot onderhoud aan wegen en straten (Projectprogrammering, asfaltdeklagen e.d.) en andere infrastructurele projecten (aanpassen fietsinfrastructuur, verbeteren oversteekbaarheid) wordt de inrichting van de weg zo nodig aangepast, waarbij wordt uitgegaan van de wegcategorisering uit het Stadsplan en de landelijke ontwerprichtlijnen Duurzaam veilig. Ook over de plaatsing van bebording zijn binnen Duurzaam Veilig richtlijnen geformuleerd waarbij het uitgangspunt is dat er zo min mogelijk borden geplaatst hoeven te worden. 6 Black spots Een kwantitatieve benadering van verkeersveiligheid kan gedaan worden via een ongevallenanalyse. Door na te gaan wat de oorzaak van ongevallen geweest is kan wellicht een aanpassing aan het wegennet worden gedaan zodat er in de toekomst minder ongevallen zullen plaatsvinden. In de notitie Stand van zaken aanpak kruisingen (bijgevoegd in bijlage 1) is een analyse gegeven van een aantal verkeersonveilige kruispunten. De notitie geeft weer wat er aan een aantal kruisingen gedaan wordt in het kader van op stapel staande ontwikkelingen en welke kruisingen nog niet in een planning zijn opgenomen. Later dit jaar zal de Beleidsnota Kruisingen verschijnen waarin een uitvoeringsprogramma wordt opgenomen voor de aanpak van kruisingen. Voor de prioritering binnen dit uitvoeringsprogramma kunt u eventuele wensen nog kenbaar maken.

6 Bijlage 1: Stand van zaken aanpak kruisingen

7 stand van zaken aanpak kruisingen voorloper van de beleidsnota kruisingen overzicht van black spots in gouda analyse van de ongevallen mogelijke maatregelen planning om kruispunten aan te pakken

8 inhoudsopgave 1. inleiding overzichten black spot analyse black spots kruisingen met drie ziekenhuisongevallen locaties met een dodelijk ongeval aanpak kruisingen het gemeentelijke kruisingenbeleid tot nu toe kruisingen die al in de planning staan om aangepakt te worden kruisingen die nog niet op korte termijn in de planning staan samenvatting...26 bijlage...28 pagina 8-28

9 1. inleiding Op dit moment wordt bij de afdeling Ruimtelijke Plannen gewerkt aan het opstellen van een beleidsnota kruisingen en een bijbehorend uitvoeringsprogramma. In de beleidsnota zal worden aangegeven welk type kruispuntoplossing op welke plaats gewenst is in Gouda en indien voor verkeerslichten gekozen wordt, waaraan deze dan moeten voldoen. Ook komt erin te staan op welke manier kruispunten met en zonder verkeerslichten gemonitord zouden moeten worden en hoe je je verkeers-lichten zou moeten beheren en onderhouden. In de programmabegroting is opgenomen dat er een nota Duurzaam Veilig opgesteld moet worden. Onderdeel daarvan vormt de ongevallenanalyse, waaruit een overzicht voortvloeit van de gevaarlijkste kruispunten in Gouda en wat daar eventueel aan te doen is. Deze notitie geeft hier vooruitlopend op de beleidsnota kruisingen een antwoord op. In deze notitie komen een aantal zaken aan bod. In hoofdstuk 2 worden vier overzichten gegeven van de locaties: met de meeste ongevallen (tabel 1), met de meeste letselongevallen (tabel 2), met de meeste ongevallen met ziekenhuisopname tot gevolg (tabel 3) en met ongevallen met dodelijke afloop (tabel 4). Aan de hand van de tabellen wordt in hoofdstuk 3 vermeld waar in Gouda momenteel de black spots te vinden zijn en welke ongevallen op deze kruisingen hebben plaatsgevonden. Voor zover mogelijk zijn de ongevallen ook geanalyseerd. Een black spot is een locatie waar de afgelopen drie jaar tenminste 12 ongevallen hebben plaatsgevonden of tenminste 6 ongevallen met letsel tot gevolg. Ten slotte volgt in hoofdstuk 4 een toelichting van de huidige werkwijze met betrekking tot het aanpakken van kruisingen. Daarna wordt aangegeven welke kruispunten er binnen diverse projecten aangepakt moeten worden, voor welke kruispunten aanvullend onderzoek noodzakelijk is, welke kruispunten er binnen het vervangingsschema verkeerslichten aangepakt moeten worden en welke kruispunten nog niet op de planning staan, maar wel verbeterd zouden moeten worden omwille van de verkeersveiligheid. De periode waarop dit rapport betrekking heeft is van 2000 tot en met De redenen hiervoor zijn dat de gegevens van 2003 pas halverwege 2004 beschikbaar komen en dat voor een black spot analyse gekeken wordt naar de laatste drie jaren. Het is goed om te beseffen dat de uitgevoerde analyses plaats hebben gevonden op basis van de geregistreerde ongevallen. Dit betekent onder andere het volgende: niet alle ongevallen die zijn gebeurd zijn ook geregistreerd de registratie van de ongevallen kan soms gebrekkig zijn (ontbrekende informatie) de manier van registreren maakt dat het niet altijd helder is wat de oorzaak van een ongeval geweest is en onder welke omstandigheden het ongeval plaatsvond; het is bijvoorbeeld uit de registratie niet op te maken of de verkeerslichten wel of niet aanstonden ten tijde van het ongeval Ook is het goed te weten dat lang niet alle ongevallen door infrastructurele of regeltechnische maatregelen te voorkomen zijn. Als er bijvoorbeeld drank of drugs in het spel is, en iemand tegen een boom aanrijdt, dan kun je hier als gemeente weinig tegen doen. Het is mogelijk dat op een black spot veel ongevallen zijn gebeurd waar weinig aan te doen is. In een dergelijk geval heeft het ook geen zin om geforceerd maatregelen te gaan bedenken. pagina 9-28

10 Onveiligheid kan gekarakteriseerd worden door middel van het volgende schema: objectief veilig objectief onveilig subjectief veilig geen probleem grootste probleem!! subjectief onveilig gevoelsmatig probleem groot probleem Dit schema is belangrijk bij de prioritering van en de keuze voor maatregelen. Als een kruising objectief onveilig is, maar subjectief veilig, dan is men geneigd minder op te letten, terwijl als de kruising ook subjectief onveilig is, kijkt men beter uit. Het rapport gaat alleen in op ongevallen op gemeentelijke wegen. De provinciale wegen vallen hier dus buiten. Ten aanzien van een van de belangrijkste kruisingen aan de rand van Gouda, namelijk de Stolwijkersluisrotonde, kan in dit verband slechts opgemerkt worden dat vóór de reconstructie van het plein in 2000 er per jaar zo n 30 ongevallen plaatsvonden, en na de reconstructie nog ongeveer 8 per jaar, een duidelijke verbetering dus, waarbij vrijwel alle ongevallen zonder letselschade afliepen. Verder vonden op de kruising Kanaaldijk Sluisdijk in totaal 15 ongevallen plaats (allemaal zonder letsel). De Kanaaldijk is ook een provinciale weg. Het is wel goed om deze kruising in de gaten te houden, aangezien ze een belangrijke kruising vormt op de route van Westergouwe naar de rest van de stad. In deze notitie komt regelmatig de afkorting VRI voor. Deze afkorting staat voor verkeers-regelinstallatie. Een kruispunt met een VRI betekent dus een kruising waarop het verkeer door middel van verkeerslichten wordt geregeld. Eén VRI kan echter meerdere kruispunten aansturen. pagina 10-28

11 2. overzichten In dit hoofdstuk worden een aantal ongevallenoverzichten gepresenteerd met de nodige toelichting erbij. Een black spot is een locatie waar in de laatste jaren veel ongevallen zijn gebeurd. Er zijn verschillende definities van black spots. De meest gebruikelijke is de volgende: Een locatie is een black spot als voldaan wordt aan minimaal één van de volgende criteria: - op de locatie zijn in de afgelopen drie jaren 12 of meer ongevallen gebeurd - op de locatie zijn in de afgelopen drie jaren 6 of meer letselongevallen gebeurd Letsel is dit geval een breed begrip en omvat alles van licht gewond tot dodelijk. Bij dit onderzoek is alleen gekeken naar kruispunten. Het komt ook voor dat bepaalde wegvakken voldoen aan de twee genoemde criteria. Het is in dit kader echter moeilijk om te spreken van een black spot aangezien een wegvak bestaat uit meerdere locaties. In de tabellen in dit hoofdstuk hebben alle locaties een nummer gekregen. Dit nummer komt terug in hoofdstuk 3 en 4. Er zijn op dit moment 15 black spots in Gouda die aan het eerste criterium voldoen. Deze kruisingen staan aangegeven in tabel 1 hieronder. Het getal tussen haakjes geeft het aantal letselongevallen weer. Tabel 1: overzicht van kruisingen met 12 of meer ongevallen in Gouda NR KRUISING Totaal Type 1 Albert Plesmanplein 14 (1) 19 (3) 14 (2) 47 (6) VRI 2 Goudse Poort Burgemeester Jamessingel 13 (2) 9 (1) 17 (3) 39 (6) VRI 3 Goudse Poort Burgemeester Van Reenensingel 6 (2) 13 (0) 11 (4) 30 (6) VRI 4 Albert Plesmanplein Statensingel 4 (0) 16 (1) 3 (1) 23 (2) 5 N. Veerstal Schielands Hoge Zeedijk IJsselkade 6 (3) 6 (1) 8 (2) 20 (6) VRI 6 Burgemeester Van Reenensingel Ridder van Catsweg 4 (3) 10 (2) 6 (0) 20 (5) VRI 7 Goejanverwelledijk Fluwelensingel 6 (0) 8 (0) 3 (0) 17 (0) VRI 8 Goejanverwelledijk Schoonhovenseweg 5 (1) 1 (0) 9 (1) 15 (2) VRI 9 Burg. Van Reenensingel Bodegraafsestraatweg 7 (2) 5 (1) 2 (0) 14 (3) VRI 10 Kon. Wilhelminaweg Goudkade Onder de Boompjes 6 (1) 5 (1) 3 (1) 14 (3) 11 Kleiwegplein 3 (1) 6 (0) 4 (1) 13 (2) VRI 12 Koningin Wilhelminaweg Rotterdamseweg 0 (0) 6 (0) 7 (1) 13 (1) VRI 13 Buchnerweg Bloemendaalseweg 5 (2) 5 (3) 2 (0) 12 (5) 14 Graaf Florisweg Bodegraafsestraatweg 4 (0) 6 (1) 2 (0) 12 (1) VRI 15 Nieuwe Gouwe Oostzijde Industriestraat 4 (0) 4 (0) 4 (0) 12 (0) VRI VRI: : verkeersregelinstallatie (kruising met verkeerslichten) voorrangskruising waarbij de voorrang is geregeld met haaientanden en verkeersborden pagina 11-28

12 Er zijn in Gouda momenteel vier black spots die aan het tweede criterium (en eveneens aan het eerste) voldoen. Deze staan hieronder in tabel 2. Tabel 2: overzicht van kruisingen met 6 of meer letselongevallen in Gouda NR KRUISING Totaal 1 Albert Plesmanplein Goudse Poort Burgemeester Jamessingel Goudse Poort Burgemeester Van Reenensingel Nieuwe Veerstal Schielands Hoge Zeedijk IJsselkade In het onderzoek is ook gekeken op welke kruisingen de meeste ongevallen plaatsvonden met ziekenhuisopname, oftewel ernstig letsel, tot gevolg (verder ziekenhuisongevallen genoemd). Er zijn drie kruisingen met drie ziekenhuisongevallen in Gouda. Meer dan drie ziekenhuisongevallen is er nergens voorgekomen. Twee van deze kruisingen zijn ook een black spot, de derde echter niet. Tabel 3 hieronder geeft deze kruisingen weer. Tabel 3: overzicht van kruisingen met 3 ziekenhuisongevallen in Gouda NR KRUISING zkhong. letselong. tot. ong. 1 Albert Plesmanplein Onder de Boompjes Goudkade Industriestraat Koningin Wilhelminaweg Zuidelijke Zwarteweg Joubertstraat Karnemelksloot - Voorwillenseweg In 2000, 2001 en 2002 zijn in totaal zeven ongevallen met dodelijke afloop gebeurd. Tabel 4 geeft aan waar deze ongevallen plaatsvonden. Tabel 4: overzicht van kruisingen én wegvakken met een dodelijk ongeval in Gouda NR KRUISING (KP) OF WEGVAK (WV) KP/WV JAAR 17 Goudse Poort tussen Stavorenweg en Burgemeester Van Reenensingel WV Goverwellesingel tussen Wilhelmina van Pruisenlaan en Lakerpolderplein WV Nieuwe Gouwe Oostzijde tussen Hanzeweg en Goudse Poort WV Prins Hendrikstraat Erasmusstraat KP Ridder van Catsweg Calspad KP Schielands Hoge Zeedijk Bosweg Rotterdamseweg KP Voorwillenseweg tussen Bernadottelaan en Dobbestraat WV 2001 In het volgende hoofdstuk worden alle black spots, kruisingen met drie ziekenhuis-ongevallen en locaties met dodelijke ongevallen beschreven en waar mogelijk geanalyseerd. In de bijlage zijn nog twee overzichten opgenomen: overige kruisingen met zes of meer ongevallen overige kruisingen met drie of meer letselongevallen pagina 12-28

13 3. black spot analyse In dit hoofdstuk zijn alle black spots, alle kruisingen met drie ziekenhuisongevallen en alle locaties met een dodelijk ongeluk aan een nadere inspectie onderworpen. Voor alle locaties wordt aangegeven wat voor ongevallen op deze kruisingen hebben plaatsgevonden en of er nog opvallende zaken te melden zijn. De ongevallen die in dit hoofdstuk aan de orde komen, zijn door de politie geregistreerd en vervolgens door een adviesbureau in het softwarepakket D Ongeval opgenomen. Met behulp van deze software kan per jaar gekeken worden waar de ongevallen plaatsvinden en per ongeval is zo veel mogelijk informatie toegevoegd. De gegevens over 2003 zijn nog niet beschikbaar, waardoor de analyse uitgevoerd is over de jaren 2000 tot en met De kruispuntnummers uit hoofdstuk 2 zijn ook in dit hoofdstuk aangehouden. In paragraaf 3.1 worden eerst de black spots geanalyseerd (nrs. 1-15); In paragraaf 3.2 worden de kruisingen met drie ziekenhuisongevallen behandeld en in de laatste paragraaf wordt aangegeven welke dodelijke ongevallen plaatsvonden. De gebruikte afkorting VRI staat voor verkeersregelinstallatie en geeft dus aan of het betreffende kruispunt met verkeerslichten geregeld is. 3.1 black spots In deze paragraaf worden van alle black spots aangegeven welk type ongevallen op deze kruisingen plaatsvonden. In hoofdstuk 4 wordt vervolgens per kruispunt aangegeven of en zo ja wanneer de kruising reeds in de planning is opgenomen om aan te pakken. 1. Albert Plesmanplein (VRI) Het Albert Plesmanplein is een relatief groot verkeersplein met een aantal aantakkingen. Het plein kan opgevat worden als een verzameling kruisingen. Het is daarom lastig om van een echte black spot te spreken. Desalniettemin staat het Plesmanplein met stip op nummer één in Gouda als het om het aantal ongevallen gaat. Op het Plesmanplein zijn met name VRI-specifieke ongevallen gebeurd: veel kopstaartbotsingen en veel ongevallen als gevolg van door rood licht rijden. Wat ook een aantal keer voorkwam, is dat een personenauto of vrachtwagen vanaf het Plesmanplein de Ridder van Catsweg inreed (terwijl dit niet is toegestaan, behalve voor bussen en taxi s) en hierbij geen voorrang verleende aan fietsers die rond het plein reden. In totaal zijn er op dit plein maar liefst 47 ongevallen gebeurd in drie jaar tijd. Uit de ongevallenregistratie blijkt echter niet of de verkeerslichten in werking waren ten tijde van de ongevallen. 2. Goudse Poort Burgemeester Jamessingel (VRI) Deze kruising is de drukste kruising van Gouda. Het is dan ook min of meer logisch dat er in absolute zin veel ongevallen gebeuren. De ongevallen hebben doorgaans te maken met het feit dat er verkeerslichten staan. Er vinden typische verkeerslichtenongevallen plaats, met name kop-staartbotsingen en mensen die door rood rijden. Opvallend is dat er ondanks de aanwezigheid van roodlichtcamera s ook diverse automobilisten door rood zijn gereden met een ongeval als gevolg. De meeste kop-staartbotsingen vonden plaats op de Goudse Poort. Verder gebeurden er ook ongevallen als gevolg van het wisselen van rijstroken (voorsorteren) en doordat mensen verkeerd de bocht door reden. pagina 13-28

14 3. Goudse Poort Burgemeester Van Reenensingel (VRI) Deze kruising is de op-één-na-drukste kruising van Gouda. Ook op deze kruising gebeuren in absolute zin veel ongevallen: dezelfde typen ongevallen als bij de kruising bij nummer 2, kop-staartbotsingen, door rood rijdende mensen en fout de bocht door rijden. 4. Albert Plesmanplein Statensingel (voorrangskruising) Graaf Florisweg De voorrangssituatie op deze aansluiting is voor veel weggebruikers niet duidelijk. De voorrang is in principe zodanig dat verkeer komend vanaf het Plesmanplein voorrang heeft, zowel linksaf als rechtsaf. Verkeer op de Statensingel en de Graaf Florisweg moet dan dus voorrang verlenen. Deze situatie is zo ingesteld, zodat verkeer zo snel mogelijk van het plein af kan en het plein dus niet blokkeert. In de praktijk blijkt deze oplossing toch voor veel voorrangsongevallen te zorgen. Naast deze voorrangsongevallen is ook een aantal kop-staartongevallen gebeurd en is het diverse malen voorgekomen dat verkeer dat vanaf de Statensingel rechtsaf reed richting Plesmanplein geen voorrang verleende aan rechtdoorgaande (brom)fietsers. 5. Nieuwe Veerstal Schielands Hoge Zeedijk IJsselkade (VRI) De route Schielands Hoge Zeedijk Nieuwe Veerstal is een drukke route. Door het ontbreken van een alternatief (zuidwestelijke randweg) gaat er veel doorgaand verkeer over de route. De ruimte op de route is beperkt vanwege de ligging op de dijk en de bebouwing erlangs. Er rijden zo n motorvoertuigen per etmaal over de route en er is slechts één rijstrook per richting. Er zijn twee typen ongevallen die regelmatig op deze kruising voorkomen: kop-staartbotsingen en conflicten tussen verkeer komend vanaf de IJsselkade en (brom)fietsers die door rood rijden op de Schielands Hoge Zeedijk. Het laatste type ongeval had doorgaans letsel tot gevolg. Langs het fietspad staat een muur, die als waterkering fungeert. Fietsers rijden vaak door rood, omdat zij niet doorhebben waarop ze moeten wachten, namelijk op verkeer komend van de IJsselkade. Vanaf de IJsselkade komt slechts incidenteel verkeer. De fietsers kunnen dit verkeer als gevolg van de muur nauwelijks tot niet zien. Een andere vrij gevaarlijke situatie is dat fietsers die linksaf de Oosthaven in willen rijden, samen met auto s moeten voorsorteren in het vak voor linksaf. Hiervoor moeten ze eerst de rechtdoorgaande autorichting kruisen. De opstelling van fietsers in dit voorsorteervak heeft ook een aantal keer tot een ongeval geleid. Deze kruising is naast een hoeveelheidsblackspot ook een letselblackspot. Er zijn de laatste drie jaar zes letselongevallen gebeurd, de meeste als gevolg van het door rood rijden van fietsers bij de IJsselkade. Ook is twee keer een bromfietser de macht over zijn stuur verloren met letsel tot gevolg. 6. Burgemeester Van Reenensingel Ridder van Catsweg (VRI) Het type ongevallen op deze kruising is divers. Het meeste kwamen kop-staartbotsingen op de Van Reenensingel voor. Ook werd er zowel door fietsers als automobilisten een aantal keer door rood gereden. Een paar keer ontstond een ongeluk als gevolg van het wisselen van rijstrook. Ten slotte werd een aantal keer geen voorrang verleend (bij werking van de VRI). Waarschijnlijk gaat het hier ook om ongevallen waarbij iemand door rood is gereden of om situaties waar iemand om een bepaalde reden moest wachten, terwijl een conflicte-rende richting alweer groen licht kreeg. Dit wordt niet duidelijk uit de ongevallenregistratie. 7. Goejanverwelledijk Fluwelensingel (VRI) Ook op deze VRI-geregelde kruising vinden voornamelijk kop-staartbotsingen plaats, waarvan de meeste op de Goejanverwelledijk. Ook kwam het een aantal keer voor dat bij een conflict tussen verkeer vanaf de Fluwelensingel en de Goejanverwelledijk een van beide ofwel door rood reed ofwel geen voorrang verleende. Twee ongevallen hadden te maken met het linksafslaan van auto s de Fluwelensingel in. 8. Goejanverwelledijk Schoonhovenseweg (VRI) Bijna de helft van alle ongevallen op deze kruising had te maken met de krappe ruimte. Diverse mensen reden verkeerd de bocht door en raakten daarbij een object langs de rijbaan of een ander voertuig. Ook vond er een aantal kop-staartbotsingen plaats en reden er mensen door rood. Eén fietser raakte van het fietspad af en verwondde zichzelf. Twee ongevallen kwamen door het wisselen van rijstrook. 9. Burgemeester Van Reenensingel Bodegraafsestraatweg (VRI) pagina 14-28

15 Op deze kruising vonden diverse typen ongevallen plaats. Diverse keren reed een (brom)fietser door rood. Ook waren er een paar kop-staartbotsingen, een paar botsingen met objecten langs de weg en een paar voorrangsongevallen. 10. Kon. Wilhelminaweg Goudkade Onder de Boompjes (voorrangskruising) De as Koningin Wilhelminaweg Industriestraat is met ongeveer motorvoertuigen per etmaal een van de drukkere routes door Korte Akkeren. Verkeer op de zijtakken Onder de Boompjes en Goudkade moet voorrang verlenen aan het verkeer op de Industriestraat. In 2000, 2001 en 2002 zijn op deze kruising veertien ongevallen gebeurd, waarvan er elf te maken hadden met het niet verlenen van voorrang. Bij drie van de veertien ongevallen was er sprake van letsel met ziekenhuisopname als gevolg. Al deze letselongevallen hadden ook te maken met het niet verlenen van voorrang. Bij zeven ongevallen was langzaam verkeer betrokken. 11. Kleiwegplein (VRI) Op het Kleiwegplein zijn diverse typen ongevallen gebeurd. Met vijf aansluitende takken en veel bus- en fietsverkeer is er sprake van een ingewikkelde verkeersafwikkeling op de kruising. Wat in elk geval opvalt is dat er een aantal ongevallen is gebeurd op de Kattensingel. Smalle opstelstroken en weinig ruimte voor fietsers leidden een paar keer tot schampongevallen tussen auto s en (brom)fietsers. Ook vond een aantal kop-staartbotsingen plaats en reed een enkele keer iemand door rood. Zeker als de verkeerslichten uit staan, ontstaat een moeilijke te overziene situatie. Ook dit heeft een aantal keer tot voorrangsongevallen geleid. Het is echter niet per definitie beter om de verkeerslichten dan maar langer aan te laten staan, aangezien dit ook tot ongevallen kan leiden (roodlichtnegatie en kop-staartongevallen). 12. Koningin Wilhelminaweg Rotterdamseweg (VRI) Deze kruising is een van de drukste kruisingen van Gouda en zij is door middel van een VRI geregeld. In de beschouwde periode zijn er 13 ongevallen gebeurd, waarvan alle ongevallen te maken hadden met hetzij de aanwezigheid, hetzij de instellingen van de VRI. Op drukke kruisingen gebeuren natuurlijk absoluut gezien doorgaans meer ongevallen dan op rustige kruisingen. Er zijn 5 kop-staartbotsingen op de Rotterdamseweg gebeurd en 4 op de Koningin Wilhelminaweg als gevolg van remmende auto s voor de verkeerslichten. Verder is er twee keer een ongeluk gebeurd met een overstekende voetganger en twee keer een ongeluk als gevolg van het deelconflict dat in de regeling zit. Rechtdoorgaand en linksafslaand verkeer vanuit de Koningin Wilhelminaweg en vanuit het Weidebloemkwartier krijgen tegelijkertijd groen en men moet elkaar dus voor laten gaan. 13. Buchnerweg Bloemendaalseweg (voorrangskruising) De Bloemendaalseweg is conform Gouda fietst door! een voorrangsweg geworden, met uitzondering van de oversteek bij de Burgemeester Van Reenensingel. Zo ook op de kruising met de Buchnerweg. Als hoofdfietsroute kunnen fietsers nu vrijwel overal doorrijden zonder te hoeven wachten bij kruisingen. Het aantal ongevallen op de kruising met de Buchnerweg is echter behoorlijk toegenomen sinds de voorrang is omgedraaid. Vrijwel alle ongevallen zijn te wijten aan automobilisten op de Buchnerweg Ridder van Catsweg die geen voorrang verlenen aan langzaam verkeer op de Bloemendaalseweg. Vijf van de twaalf ongevallen hadden letsel tot gevolg, met name omdat er vrijwel altijd langzaam verkeer bij betrokken was. 14. Graaf Florisweg Bodegraafsestraatweg (VRI) Op deze kruising is een aantal kop-staartongevallen gebeurd. Ook is twee keer iemand tegen een object van de verkeersregelinstallatie aangereden. De meeste ongevallen kwamen doordat mensen vanaf de Bodegraafsestraatweg linksaf de Graaf Florisweg opreden en hierbij geen voorrang verleenden aan verkeer op de Graaf Florisweg. Uit de ongevallenregistratie blijkt niet of de VRI op die momenten aanstond. Bijna alle ongevallen vonden wel overdag plaats. 15. Nieuwe Gouwe Oostzijde Industriestraat (VRI) Vrijwel alle ongevallen op deze kruising waren kop-staartbotsingen. Dit type ongevallen komt veel voor bij VRI-geregelde kruispunten. Eén ongeval had te maken met het wisselen van rijbaan (opstelvakken), eentje met voorrang verlenen ( s nachts toen de VRI uitstond), eentje met fout de bocht door rijden en iemand reed met alcohol op de berm in. pagina 15-28

16 3.2 kruisingen met drie ziekenhuisongevallen In Gouda zijn geen kruisingen waarop in de planperiode méér dan 3 ziekenhuisongevallen plaatsvonden. Een ziekenhuisongeval is een ongeval waarbij ten minste één van de betrokkenen als gevolg van het ongeval in het ziekenhuis moest worden opgenomen. Er is dan dus sprake van zwaar letsel. Er zijn drie kruisingen waar drie ziekenhuisongevallen plaatsvonden. Twee van deze kruisingen zijn al in paragraaf 3.1 behandeld (de nummers 1 en 10). In deze paragraaf worden de ziekenhuisongevallen op deze kruisingen wat uitgebreider beschreven. Of, en zo ja wanneer, de kruisingen aangepakt worden komt in hoofdstuk 4 aan de orde. 1. Albert Plesmanplein De ziekenhuisongevallen die op het Plesmanplein hebben plaatsgevonden hadden de volgende oorzaken. Bij twee van de drie ongevallen stak een fietser door rood over, waarna zij aangereden werd door auto s komend vanaf de Burgemeester Jamessingel. Bij het derde ongeval verloor een motorrijder s nachts de macht over het stuur bij de aansluiting van de Spoorstraat op het plein. 10. Onder de Boompjes Goudkade Industriestraat Koningin Wilhelminaweg Alle drie de ziekenhuisongevallen op deze kruising hadden te maken met het niet verlenen van voorrang. In twee gevallen betrof het een automobilist die komende vanaf de Koningin Wilhelminaweg linksaf wilde slaan richting Goudkade en daarbij geen voorrang verleende aan een racefietser respectievelijk een bromfietser die vanaf de Industriestraat rechtdoor reed richting Koningin Wilhelminaweg. In de derde situatie verleende een automobilist vanaf de Goudkade geen voorrang aan een fietser op de Koningin Wilhelminaweg / Industriestraat. 16. Zuidelijke Zwarteweg Joubertstraat Karnemelksloot Voorwillenseweg Twee ziekenhuisongevallen op deze kruising hadden te maken met roodlichtnegatie. In beide gevallen botste een auto uit de Joubertstraat en een fietser vanuit de Voorwillenseweg tegen elkaar. In het ene geval reed de auto door rood, in het andere geval de fietser. Het derde ongeval gebeurde toen een fietser uit de Karnemelksloot linksaf wilde slaan richting de Zwartewegtunnel en ingehaald werd door een rechtdoorrijdende brommer. In de periode zijn nog meer ongelukken gebeurd op deze kruising. Vrijwel alle ongevallen zijn VRI-specifiek: voorrangsongevallen, roodlichtnegatie en kop-staartonge-vallen. De verkeerslichten staan er echter niet voor niets en dienen met name om overste-kend langzaam verkeer te faciliteren. Door het deelconflict tussen de zijwegen in de regeling (linksafslaan en rechtdoorrijden) moeten mensen echter elkaar voor laten gaan tijdens groen licht. Dit zorgt nogal eens voor ongevallen. 3.3 locaties met een dodelijk ongeval In totaal zijn er tussen 2000 en 2002 zeven dodelijke ongevallen gebeurd in Gouda. Deze ongevallen worden hieronder kort beschreven. 17. Goudse Poort (tussen Stavorenweg en Burgemeester Van Reenensingel) Een automobilist op de Goudse Poort (stad-inwaarts) met teveel alcohol op is s avonds tegen een boom aangereden en vervolgens overleden. Het ongeluk vond plaats in Goverwellesingel (tussen Wilhelmina v. Pruisenlaan en Lakerpolderplein) Een automobilist verloor de macht over het stuur en reed tegen een boom in de midden-berm. Het ongeluk vond overdag plaats in De bestuurder had geen alcohol op. 19. Nieuwe Gouwe Oostzijde (fietspad tussen Hanzeweg en Goudse Poort) Een fietser stond langs het fietspad in de berm stil en werd vervolgens aangereden door een bejaarde racefietser op hetzelfde fietspad. De racefietser hield te veel rechts. Vervolgens is de racefietser overleden. Dit ongeval gebeurde in 2001 bij daglicht. 20. Prins Hendrikstraat Erasmusstraat pagina 16-28

17 Een bestelauto rijdend op de Prins Hendrikstraat sloeg linksaf de Erasmusstraat in zonder daarbij voorrang te verlenen aan een bromfietser op de Prins Hendrikstraat die rechtdoor wilde. De bromfietser reed vervolgens tegen de bestelauto aan en overleed. Het ongeluk gebeurde in 2001, er was geen alcohol in het spel en het was donker. 21. Ridder van Catsweg Calspad Een botsing vond plaats tussen een fietser die vanaf het Calspad kwam en geen voorrang verleende aan een personenauto op de Ridder van Catsweg. Vervolgens is één van beide tegen een boom gereden en overleden. Het was donker en er was geen alcohol in het spel. Uit de ongevallengegevens blijkt niet of de fietser of de automobilist tegen de boom is gereden en wie van de twee overleden is. Het ongeluk vond plaats in Schielands Hoge Zeedijk (hoog) Rotterdamseweg Bosweg Dit ongeluk gebeurde op de plaats waar de Schielands Hoge Zeedijk (hoog) samen komt met de interwijkverbinding Rotterdamseweg Schielands Hoge Zeedijk. Een fietser vanaf de Schielands Hoge Zeedijk beneden, komende vanuit de richting Mallegatsluis, wilde linksafslaan de dijk op. Hij verleende daarbij geen voorrang aan een bestelauto op de Rotterdamseweg. De fietser overleed als gevolg van het ongeluk. Dit ongeluk vond plaats in 2002 vroeg in de ochtend en het regende. 23. Voorwillenseweg (bruggetje op het traject Dobbestraat Bernadottelaan) Een bromfietser en een auto kwamen in 2001 frontaal met elkaar in botsing op de vrij onoverzichtelijke brug. De bromfietser hield te weinig rechts en de auto wachtte niet voor het verkeersbord. De bromfietser is vervolgens overleden. Als gevolg van dit ongeluk is de verkeerssituatie op en rond de brug verduidelijkt met een rode fietsstrook om langzaam verkeer zo veel mogelijk rechts te laten houden op de brug. De dodelijke ongevallen waren zeer divers, zoals te lezen is: twee keer iemand die de macht over het stuur verloor, drie keer een voorrangsongeval en twee keer een ongeval als gevolg van te veel of te weinig rechts rijden. De dodelijke ongevallen zijn niet op black spots gebeurd, sterker nog, op vrij willekeurige locaties. Dodelijke ongevallen zijn ook doorgaans te wijten aan menselijke fouten. Met uitzondering van het ongeval op de Voorwillenseweg had het ook geen zin om op deze plaatsen infrastructurele maatregelen te nemen. Hiervoor zijn de ongevallen te willekeurig en bovendien zouden maatregelen in deze situaties niets bijdragen aan verbeteren van de verkeersveiligheid. Het gaat immers al om relatief veilige locaties. In hoofdstuk 4 wordt aangegeven hoe tot nu toe naar kruispunten, black spots en verkeerslichten is gekeken. Verder wordt onder andere aangegeven welke black spots in het kader van grote projecten moeten worden aangepakt en welke in het kader van het vervangingsschema verkeerslichten. Ook wordt een voorzet gegeven voor de beleidsnota kruisingen en de nieuwe maatregelenkalender. pagina 17-28

18 4. aanpak kruisingen In dit hoofdstuk wordt het tot nu toe gevoerde beleid ten aanzien van kruisingen gepresenteerd. Tevens wordt ingegaan op de mogelijkheden om maatregelen te nemen ter vergroting van de verkeersveiligheid op de black spots in Gouda. 4.1 het gemeentelijke kruisingenbeleid tot nu toe Het huidige gemeentelijke kruisingenbeleid is vrij beperkt. Wel is er een aantal ongeschreven beleidsuitgangspunten. Grofweg bestaat het huidige beleid uit de volgende elementen: Wegencategorisering en kruisingen Dit beleid is gedeeltelijk vervat in de nota Gouda fietst door! en verder gebaseerd op het landelijk programma Duurzaam Veilig: kruisingen in 30 km/uur-gebieden in principe gelijkwaardig kruisingen tussen gebiedsontsluitingswegen (50 km/uur-wegen) en verblijfsgebied in principe regelen door middel van een uitritconstructie, tenzij dit niet mogelijk of wenselijk is: in dat geval wordt de voorrang door middel van haaientanden ingesteld kruisingen tussen gebiedsontsluitingswegen onderling: één van beide wegen aanwijzen als voorrangsweg; indien nodig de kruising voorzien van verkeerslichten of een rotonde aanleggen hoofdfietsroutes krijgen in principe voorrang op andere wegen (met uitzondering van stadsontsluitingswegen) Vervanging van verkeersregelinstallaties Dit gebeurt door middel van een vervangingsschema of eigenlijk een verouderingsschema. Verkeersregelinstallaties hebben een technische levensduur van ongeveer 15 jaar. In het verouderingsschema is af te lezen wanneer een VRI vervangen moet worden. Tot 2002 werden de verkeerslichten na 15 jaar (of later) doorgaans één-op-één vervangen, zonder goed na te denken wat we nu eigenlijk met de bepaalde kruising willen en zonder bijvoor-beeld een goede ongevallen- en knelpuntenanalyse uit te voeren. De nieuwe VRI werd puur als vervangingsinvestering gezien en betaald uit een speciaal daarvoor ingesteld fonds vervanging VRI s. Vanaf 2003 worden nieuwe VRI gefinancierd via het concern-investeringsplan. In het jaar van vervanging wordt geld geleend om de nieuwe VRI te betalen en dit bedrag wordt over 15 jaar afgeschreven. Nadelen van de huidige werkwijze zijn dat alleen gekeken wordt naar kruispunten met verkeerslichten. Bovendien wordt alleen hier qua financiën rekening mee gehouden: het zijn vervangingsinvesteringen en worden als zodanig altijd gehonoreerd binnen het concerninvesteringsplan. Andere maatregelen (bij ongeregelde kruispunten bijvoorbeeld) zijn in dit kader altijd wensen en kunnen dus afgewezen worden. Nieuw beleid en een nieuwe werkwijze Ambtelijk wordt momenteel een beleidsnota kruisingen voorbereid om het kruispunten-beleid te formaliseren en te structureren. Sinds 2003 wordt er ook gekeken of bij het vervangen van VRI s kruispuntaanpassingen nodig of wenselijk zijn, of er nieuwe technieken moeten worden toegepast en of de VRI misschien wel geheel vervangen kan worden door een rotonde. Ook wordt voorafgaand aan de maatregel in de meeste gevallen een ongevallenanalyse gedaan. Daarnaast is er tot nu toe zelden gekeken naar ongevallen op kruisingen in de stad en naar de verkeersafwikkeling op ongeregelde kruisingen. Ook hierop zal de beleidsnota een antwoord pogen te geven. Het nieuwe beleid zal worden vertaald in een uitvoeringsprogramma, ook wel maatregelenkalender kruisingen. De maatregelenkalender kruisingen kan pagina 18-28

19 gezien worden als opvolger van het vervangings-schema VRI s. In het nieuwe schema zal naast de vervanging van VRI s ook gekeken worden naar black spots en ongeregelde kruisingen. Daarnaast worden kruispuntmaat-regelen gekoppeld worden aan projecten, zoals de Historische Veerstalroute (2004), de Spoorzone (2008) en Revitalisering Goudse Poort (de komende jaren). Vooruitlopend op vaststelling van de nieuwe beleidsnota en het uitvoeringsprogramma is het vervangingsschema VRI s inmiddels vervangen door een maatregelenkalender waarin voorlopig alleen de huidige VRI-geregelde kruispunten zijn opgenomen. Deze kalender is hieronder weergegeven. Kruising Bouwjr. Verv.jaar Huidige Type Onderzoek th. planning Bodegraafsestraatweg / Graaf Florisweg rotonde speelplaats Rotterdamseweg / Koningin Wilhelminaweg rotonde of vri ZWR Joubertstraat / Karnemelksloot rotonde of vri ruimtegebruik Burg. van Reenensingel / Goudse Poort vri RGP Nieuwe Veerstal / Oost-West Haven vri black spot Energieweg / Nieuwe Gouwe oz vri Van Limburg Stirumstraat onderzoek GHZ/ ruimte B.v. Reenensingel / Bodegraafsestraatweg vri Goudse Houtsingel / Molenmeesterslag rotonde of vri ruimtegebruik Goverwellesingel / Lakerpolderplein rotonde Goverwellesingel / Wilh. van Pruisenlaan rotonde of vri Albert Plesmanplein reconstructie Spoorzone B.v.Reenensingel / Groenhovenweg onderzoek ruimtemog. Doelenbrug vri Goverwellesingel / Poldermolendreef rotonde Kleiwegplein reconstructie Spoorzone Tiendewegbrug vri Blekerssingel / Schouwburglaan vri Goverwellesingel / Componistenlaan rotonde B.Jamessingel / Goudse Poort onderzoek RGP B.v.Reenensingel / Ridder van Catsweg onderzoek black spot B.v.Reenensingel / Plaswijckweg onderzoek ruimtemog. Schielands Hoge Zeedijk - uitrit Unichema Bodegraafsestraatweg / Watergraspad Plaswijckweg / Boegpad Bolwerk Burg. Jamessingel / Dreef onderzoek Spoorzone Industriestraat / Nieuwe-Gouwe oz onderzoek Spoorzone Nieuwe Gouwe OZ-Meridiaan-Keerkring Goejanv. dijk / Fluwelensingel / H'brug Bodegraafsestraatweg / Wibautstraat Graaf Florisweg / Zwarteweg / Steijnpad ZWR = Zuidwestelijke Randweg RGP = Revitalisering Goudse Poort vri = verkeersregelinstallatie GHZ = Groene Hart Ziekenhuis In de beleidsnota kruisingen zal de maatregelenkalender uitgebreid worden met voorstellen voor aanpak van black spots en zonodige aanpak van ongeregelde kruispunten. Tevens zal aangegeven worden welke afhankelijkheden van projecten er zijn met betrekking tot maatregelen aan kruispunten. 4.2 kruisingen die al in de planning staan om aangepakt te worden In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de maatregelen die reeds gepland zijn. pagina 19-28

20 In de kaders staat steeds het kruispuntnummer genoemd zoals dit in hoofdstuk 2 en 3 gehanteerd is. Verder staat in het kader de naderingsintensiteit. Dit is het aantal motorvoertuigen per etmaal dat richting de kruising rijdt (oftewel de kruising nadert). De maatregelen staan op chronologische volgorde. Alleen de geplande maatregelen op black spots staan genoemd. Overige maatregelen (bijvoorbeeld in het kader van de vervanging van VRI s) zijn terug te vinden in de maatregelenkalender in paragraaf Graaf Florisweg Bodegraafsestraatweg 2004 Naderingsintensiteit ± motorvoertuigen per etmaal De verkeerslichten op deze kruising zijn zeer verouderd. Dit jaar wordt de kruising omge-bouwd tot drietaksrotonde met vrijliggende fietspaden in de voorrang en oversteekplaatsen voor voetgangers. Het college van BenW heeft hiertoe besloten op 2 maart Vervolg: rotonde aanleggen 5. Nieuwe Veerstal Oosthaven Westhaven IJsselkade 2004 Naderingsintensiteit ± motorvoertuigen per etmaal Dit kruispunt is zowel qua aantal als qua letselongevallen een black spot. In 2004 wordt de Historische Veerstalroute opnieuw ingericht. De verouderde VRI wordt dan ook direct vervangen. De ruimte om infrastructurele maatregelen te nemen is beperkt als gevolg van de ligging op een dijk, de aanwezigheid van het parkeerterrein IJsselkade, de waterkeringsmuur en de aanwezigheid van historische panden. Bij de vervanging van de VRI wordt gekeken in hoeverre de verkeerssituatie veiliger gemaakt kan worden binnen de bestaande ruimte. Vervolg: op korte termijn onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om de kruising verkeersveiliger te maken vervolgens overgaan tot de ontwerpfase uitvoering combineren met aanpak historische veerstalroute 12. Koningin Wilhelminaweg Rotterdamseweg 2004 of 2005 Naderingsintensiteit ± motorvoertuigen per etmaal De verkeerslichten op deze kruising zijn zeer verouderd en moeten dringend vervangen worden. In 2003 heeft een adviesbureau een kruispuntanalyse uitgevoerd voor deze kruising. Ook wordt de mogelijkheid voor een rotonde onderzocht. Er ligt een relatie met de zuidwestelijke randweg en de MER die hiervoor wordt opgesteld. Toekomstige kruispuntlayout is afhankelijk van de te kiezen variant voor de zuidwestelijke randweg. pagina 20-28

21 Vervolg: rekening houden met het voorkeursalternatief voor de zuidwestelijke randweg, dat zal blijken uit de aan te passen MER en het nieuwe intergemeentelijke structuurplan vervolgens het college van BenW adviseren over de meest geschikte kruispuntoplossing (rotonde met by-pass of nieuwe verkeerslichten) vervolgens de gekozen kruispuntoplossing zo snel mogelijk ten uitvoer brengen 16. Z. Zwarteweg Joubertstraat Karnemelksloot Voorwillenseweg 2004 of 2005 Naderingsintensiteit: ± motorvoertuigen per etmaal De verkeerslichten zijn in 2004 aan vervanging toe. In de herfst 2003 is een onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om de verkeerssituatie op deze kruising te verbeteren. Onder andere zijn de mogelijkheden voor een rotonde ter plekke verkend. De resultaten van dit onderzoek worden momenteel nog bestudeerd en zullen in 2004 bij de besluit-vorming over de nieuwe verkeersoplossing voor deze kruising meegenomen worden. Vervolg: college van BenW adviseren over de uit te werken kruispuntoplossing daarna met uitwerking en uitvoering te starten; voorbereidingen starten in elk geval in 2004; uitvoering is afhankelijk van de te kiezen kruispuntoplossing 3. Goudse Poort Burgemeester Van Reenensingel 2005 of later Naderingsintensiteit ± motorvoertuigen per etmaal Op deze kruising hebben veel typische verkeerslichtenongevallen plaatsgevonden. Veel van deze ongevallen zouden op te lossen zijn door middel van een rotonde. De verkeers-intensiteiten op deze kruising zijn echter veel te hoog voor een rotonde. De verkeerslichten zijn dit jaar aan het einde van hun technische levensduur. Dit betekent dat er geen onderhoudscontract meer voor kan worden afgesloten. De VRI functioneert nog goed. Kop-staartongevallen en mensen die door rood rijden zijn moeilijk te voorkomen op een kruising met verkeerslichten. Doordat er zeer veel verkeer over deze kruising rijdt, kunnen de wachttijden voor bepaalde richtingen vrij hoog zijn. Een andere layout van de kruising kan overwogen worden. De nieuwe vormgeving en de nieuwe instellingen van de VRI zijn ook afhankelijk zijn van de verkeersstudie Goudse Poort in het kader van de revitalisering. Veel aandacht dient bij de vervanging besteed te worden aan een goede koppeling met de VRI op de kruising Goudse Poort - Burgemeester Jamessingel en aan de situatie voor fietsers. Vervolg: vervangingsjaar bespreken binnen project Goudse Poort en inplannen in planning aanpassing infrastructuur in Goudse Poort; indien nieuwe infrastructuur te lang op zich laat wachten, dan vooruitlopend hierop de verkeerslichten vervangen noodzakelijke VRI-voorzieningen op de kruising zijn afhankelijk van infrastructuuraanpassingen in Goudse Poort bij vervanging goed kijken waar de kruising qua layout verbeterd kan worden om de doorstroming en de veiligheid te verbeteren bij vervanging veel aandacht voor koppeling met de VRI Goudse Poort Burgemeester Jamessingel en voor de situatie voor langzaam verkeer (ook oversteekbaarheid voor voetgangers bezien) pagina 21-28