1. INTEGRAAL HUISVESTINGSPLAN SPECIAAL BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS IN DEN HAAG

Transcriptie

1 Rv 3 Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn BOW/ RIS _ Gemeente Den Haag Voorstel van het college inzake vaststelling Integraal Huisvestingsplan speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in Den Haag en voortgangsbericht (geactualiseerd) Integraal Huisvestingsplan Onderwijs stadsdeel Escamp. In de afgelopen jaren zijn door de raad het voor alle onderscheiden stadsdelen van Den Haag Integrale Huisvestingsplannen (IHP s) aangaande de onderwijshuisvestingsvoorzieningen vastgesteld. Deze Integrale Huisvestingsplannen per stadsdeel bevatten een indicatieve opsomming van mogelijk te ondernemen acties ten aanzien van de huisvesting ten behoeve van de scholen voor primair-, speciaalen voortgezet onderwijs. De uitvoering van de in de IHP s opgenomen voorstellen geschiedt via de jaarlijks door het college vast te stellen Programma s Onderwijshuisvesting op basis van jaarlijks door de schoolbesturen in te dienen aanvragen. De indicatieve voorstellen van de IHP s dienen hiervoor als richtlijn. Het eerste IHP betrof het stadsdeel Escamp en is op 1 juli 1999 door de raad vastgesteld. Als laatste is door de raad op 10 februari 2011 het IHP voor het stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg vastgesteld. Thans biedt het college de raad ter vaststelling aan het Integraal Huisvestingsplan speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in Den Haag. Voorts geeft het college hier een voortgangsbericht aangaande het geactualiseerde Integraal Huisvestingsplan Onderwijs voor het stadsdeel Escamp. 1. INTEGRAAL HUISVESTINGSPLAN SPECIAAL BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS IN DEN HAAG 1.1. Inleiding Aan ICS Adviseurs is door de Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn opdracht gegeven om in aanvulling op de IHP s voor onderwijsvoorzieningen per stadsdeel separaat voor het speciaal basisonderwijs, het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs in geheel Den Haag een voorstel-ihp op te stellen. Bij dit IHP zijn ook de voorzieningen voor speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in de aangrenzende gemeenten betrokken. De reden voor een separaat IHP voor het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs is, dat voor deze onderwijssoorten met onderscheiden type scholen afhankelijk van de handicap van de leerlingen, andere (meer stedelijke en regionale) eisen gelden qua spreiding, inrichting en omvang van de huisvestingsvoorzieningen dan het reguliere onderwijs en in de IHP s per stadsdeel tot uiting komen. Belangrijke aandachtspunten binnen deze onderwijssoorten zijn: - de ontwikkeling van de leerlingenaantallen; - samenwerking onderwijs en gerelateerde zorgpartijen (bijvoorbeeld jeugdzorg); - herziening van de samenwerkingsverbanden PO en VO; - passend onderwijs. In het bijzonder de door het kabinet aangekondigde bezuinigingen en de invoering van passend onderwijs dienen voor wat betreft de gevolgen voor de huisvesting een prominente rol te spelen. Voorshands is de voorzichtige eerste conclusie, dat de invoering van passend onderwijs in Den Haag niet zal leiden tot een significante ombuiging van leerlingstromen tussen enerzijds het regulier onderwijs en anderzijds het speciaal (basis)onderwijs. De invloed van de invoering van passend onderwijs zal worden gemonitord en zo nodig leiden tot aanpassing van de huisvesting. Verder zijn de genoemde onderwijssoorten vaak niet georiënteerd op één bepaalde wijk, stadsdeel of gemeente. Het type onderwijs bepaalt sterk het voedingsgebied en dat zal in veel gevallen ook buiten Den Haag liggen. Dat betekent ook dat leerlingen uit Den Haag scholen voor speciaal onderwijs in andere gemeenten bezoeken. Het concept IHP voor het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs is tot stand gekomen na overleg met de betrokken schoolbesturen. Voorts is het concept IHP besproken in een Klankbordgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de betrokken schoolbesturen, de afdeling Onderwijshuisvesting van de Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn en vertegenwoordigers van de aangrenzende gemeenten: Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp en Rijswijk Voorstellen in het concept IHP Bij de opstelling van het IHP is in overleg met de betrokken schoolbesturen de huisvestingssituatie van alle scholen voor speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs bezien. Raadsvoorstellen

2 Daarbij zijn (mede) betrokken: de kwaliteit en omvang van de bestaande huisvesting, demografische ontwikkelingen, onderwijskundige ontwikkelingen, organisatorische - en wettelijke ontwikkelingen. Naar aanleiding van dit onderzoek zijn in de rapportage voorstellen geformuleerd, variërend van: handhaven van de bestaande huisvestingssituatie, renovatie/aanpassing van de bestaande huisvesting, uitbrieding van de bestaande huisvesting tot vervangende nieuwbouw. De belangrijkste voorstellen uit het concept IHP zijn: - vervangende nieuwbouw voor de protestants christelijke school voor speciaal basisonderwijs Het Mozaïek aan de Van den Eyndestraat 24; - verhuizing van de algemeen bijzondere school voor speciaal basisonderwijs Instituut voor Individueel Onderwijs, thans gevestigd aan de Laan van Poot 91, naar de Amalia van Solmsstraat 157; - realiseren van vervangende nieuwbouw voor de rooms katholieke school voor speciaal basisonderwijs Pastoor van Arsschool (inmiddels gefuseerd met de rooms katholieke school voor speciaal basisonderwijs De Octaaf) in combinatie met de rooms katholieke basisschool De Oase aan de Donker Curtiusstraat; - realiseren van vervangende nieuwbouw voor de openbare school voor speciaal basisonderwijs De Haagse Beek, thans gevestigd aan het Paddepad 6, aan de Bentelostraat; - renovatie in combinatie met deels vervangende nieuwbouw van het schoolgebouw van de openbare school voor speciaal onderwijs (LZ) Eerste Nederlandse Buitenschool aan de Doorniksestraat 28; - verhuizing van de openbare school voor speciaal onderwijs (ZMOK) Insp. W.P. Blokpoelschool, thans gehuisvest Haardstede 1, naar Paddepad 6 en onderzoek naar de mogelijkheden van vervangende nieuwbouw aan het Paddepad in combinatie met de openbare school voor speciaal onderwijs (PI) De Strandwacht; - realiseren van vervangende nieuwbouw ten behoeve van de VSO-afdeling van de openbare school voor voortgezet speciaal onderwijs (LG-LZ) De Piramide (samen met de VSO-afdeling van de openbare school voor (voortgezet) speciaal onderwijs (SH-ES) Cor Emousschool) thans gelegen aan de Melis Stokelaan 1185 en de Vrederustlaan 176S, aan de Steenwijklaan 20-26; - realiseren van vervangende nieuwbouw (inclusief een gymnastieklokaal) van de SO-afdeling van de openbare school voor (voortgezet) speciaal onderwijs (SH-ES) Cor Emousschool aan de Van Ruysbroekstraat 35 in het kader van de Brede Buurtschool Plus Moerwijk (samen met vervangende nieuwbouw voor de openbare basisschool De Kleine Wereld); - realiseren van vervangende nieuwbouw (inclusief een gymnastieklokaal) voor de algemeen bijzondere school voor (voortgezet) speciaal onderwijs (MG-LZ) Tyltylcentrum De Witte Vogel op een locatie aan de Melis Stokelaan. - in afwijking van het in het IHP gestelde is nader besloten tot het realiseren van vervangende nieuwbouw ten behoeve van de SO afdeling van de openbare school voor speciaal onderwijs (LG-LZ) De Piramide aan de Melis Stokelaan. Voor de overige voorstellen wordt verwezen naar het concept IHP zelf. Het betreft een indicatieve planning van voorstellen. Aangaande de feitelijke financiering en uitvoering van de plannen wordt besloten via de jaarlijks door het college vast te stellen Programma s Onderwijshuisvesting op basis van door de schoolbesturen in te dienen aanvragen ter zake Inspraakprocedure Bij de totstandkoming van het concept IHP zijn de betrokken schoolbesturen rechtstreeks betrokken geweest, enerzijds door middel van interviews per schoolbestuur en anderzijds door deelname aan de Klankbordgroep. Daarenboven is het laatste concept IHP per schrijven van 11 juni 2013 in het kader van de inspraak voorgelegd aan de betrokken schoolbesturen en voorts aan de Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden en het Samenwerkingsverband Zuid-Holland West. In het kader van de inspraak zijn van de navolgende organisaties reacties ontvangen: A. van het Samenwerkingsverband Zuid-Holland West met schrijven van 1 juli 2013; B. van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden met schrijven van 3 juli 2013; C. van het Samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden met schrijven van 9 juli Van de overige in het kader van de inspraak aangeschreven organisaties is geen reactie ontvangen. De voornoemde ingekomen inspraakreacties zijn hieronder (cursief) integraal weergegeven met daar daarop volgend per inspraakreactie commentaar van het college. A. inspraakreactie van het Samenwerkingsverband Zuid-Holland West Allereerst wil ik benadrukken dat met de invoering van Passend Onderwijs de situatie in het VSO mogelijk gaat veranderen. Raadsvoorstellen

3 Hoewel het niet de intentie van het Samenwerkingsverband is om het VSO te laten groeien of krimpen, is nog niet te overzien welke gevolgen een andere manier van indiceren voor Cluster 3 en 4 hebben voor het aantal leerlingen dat deze scholen bezoekt. Enige terughoudendheid is daarom geboden. In algemene zin zie ik een aantal positieve ontwikkelingen voor het VSO. Daar ben ik blij mee. Ik wil echter nader inzoomen op de situatie van het Pleysier College, die in de conceptnotitie geen speciale aandacht krijgt. Het Pleysier College kent een drietal locaties, waarvan in de notitie wordt geconstateerd dat er een overcapaciteit van 9 lokalen is. Dit is echter zeker niet van toepassing op het Westerbeek College aan de Asmansweg. Op deze locatie wordt onderwijs geboden aan leerlingen met een hoger (mavo/havo/vwo) niveau en een internaliserende (veelal autistische) stoornis. Het samenwerkingsverband signaleert dat er regelmatig leerlingen, die wel een indicatie hebben, niet geplaatst kunnen worden op deze school vanwege gebrek aan lokalen. De klassen zitten vol en er is geen ruimte. Aangezien er geen andere VSO-school in de stad is met een aanbod voor deze doelgroep, betekent het dat deze leerlingen noodgedwongen in het regulier onderwijs moeten blijven, of naar een school voor Speciaal onderwijs buiten de stad geplaatst moeten uitwijken (b.v. Leiden). Dat is een onwenselijke situatie voor leerlingen en mogelijke ook een kostenpost voor de gemeente Den Haag vanwege het vervoer. Het Westerbeek heeft echter zelf een flinke populatie van leerlingen die niet uit Den Haag komen. Ik verzoek u daarom dit knelpunt in uw IHP mee te nemen. Commentaar Het IHP is een indicatief plan waarin op basis van analyse van de bestaande huisvestingssituatie en rekening houdend met bekende toekomstige ontwikkelingen richting gevende uitspraken worden gedaan over toekomstig gewenste huisvestingssituaties. De feitelijke bekostiging en uitvoering van gewenste aanpassingen van de huisvesting geschiedt op basis van door schoolbesturen ingediende aanvragen via de jaarlijks vast te stellen Programma s Onderwijshuisvesting. In die zin moet het IHP worden beschouwd als een dynamisch periodiek bij te stellen contourenplan. Uiteraard kunnen nieuwe ontwikkelingen leiden tot aanpassing van de feitelijke uitvoering van huisvestingsplannen. Het IHP vormt daarmee geen belemmering om in de toekomst rekening te houden met nieuwe ontwikkelingen, zoals nieuwe onderwijskundige inzichten, veranderde wet- en regelgeving enzovoort. De schoolbesturen zijn zelf verantwoordelijk voor de huisvesting van de scholen. Op grond van de onderwijswetgeving komen - rekening houdend met daarvoor geldende normen huisvestingsvoorzieningen zoals nieuwbouw, uitbreiding, aanpassing en renovatie voor bekostiging door de gemeente in aanmerking. Daarnaast speelt de gemeente, met inachtneming van de autonomie van de schoolbesturen, een coördinerende rol met betrekking tot de spreiding van onderwijsvoorzieningen, onder meer tot uiting komend in de IHP s. Het IHP is tot stand gekomen in nauw overleg met de schoolbesturen. Alle betrokken schoolbesturen zijn apart geïnterviewd aangaande de bestaande huisvestingssituatie en gewenste huisvestingsplannen en waren vertegenwoordigd in de Klankbordgroep. Het in de inspraakreactie van het Samenwerkingsverband Zuid-Holland West vermelde met betrekking tot de J.C. Pleysierschool is door het bestuur van de J.C. Pleysierschool zelf noch in het interview, noch in de Klankbordgroep aan de orde gesteld. Op grond van de wettelijke teldatum 1 oktober 2012 was totaal overcapaciteit van negen lokalen. Op welke wijze de leerlingen worden verdeeld over de diverse vestigingsplaatsen is de uitsluitende bevoegdheid van het schoolbestuur. Indien nieuwe ontwikkelingen in het aantal leerlingen van de J.C. Pleysierschool daartoe aanleiding geven, vormt het IHP geen belemmering om de benodigde huisvestingssituatie daarop aan te passen. B. inspraakreactie van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden Het bestuur van de SCOH wil u graag nogmaals mededelen, dat wij kunnen instemmen met alle voorstellen die direct betrekking hebben op de vier betrokken SCOH-scholen. Het bestuur blijft echter een onoverkomelijk bezwaar hebben tegen de separaat genomen beslissing voor de voorgenomen verplaatsing van de openbare SBO-school De Haagse Beek naar de Bentelostraat, nabij onze school De Springplank. Wij zijn ook van mening, dat er voor De Haagse Beek locaties voorhanden zijn, die beter zijn voor de beide scholen. Ten aanzien van een nieuwe locatie voor De Haagse Beek is het ons uiteraard bekend, dat is besloten dat deze school vanuit het Stadsdeel Loosduinen moet verhuizen naar het Stadsdeel Escamp. Dit besluit is genomen met het oog op een betere spreiding van het SBO over de stad. Ons bestuur heeft eerder met dit voornemen ingestemd. Met deze instemming is echter direct aangegeven, dat een locatie in de wijk Morgenstond voor SCOH ongewenst is. Dit in verband met de nabijheid van onze school De Springplank. Met huisvesting van De Haagse Beek in Morgenstond zou weliswaar de spreiding van SBO-scholen langs de kust worden verbeterd, maar zou aan de spreiding in Escamp geen recht worden gedaan. Raadsvoorstellen

4 Dat geldt voor de eerder ter sprake geweest zijnde locatie aan de Steenwijklaan en geldt zeker ook voor de nu genoemde locatie aan de Bentelostraat. Huisvesting van de Haagse Beek aldaar leidt voor beide scholen tot een suboptimale spreidingssituatie, welke in ieder geval zal betekenen dat het leerlingenaantal van De Springplank substantieel zal dalen. Op dit moment heeft onze school 124 leerlingen. Na huisvesting van de Haagse Beek aan de Bentelostraat zullen er naar verwachting niet meer zijn dan 60, hooguit 70. Een aantal dat veel lager ligt dan het aantal, dat als wenselijk in het IHP is opgenomen ( ) en ook algemeen als wenselijk wordt beschouwd. Het dalende leerlingaantal van De Springplank is gevolg van het feit, dat bijna 60% van de huidige leerlingen van De Springplank dichter bij de mogelijke toekomstige locatie van De Haagse Beek aan de Bentelostraat woont dan bij De Springplank. Het ligt voor de hand, dat een groot deel van deze leerlingen (en de toekomstige SBO-leerlingen in dit gebied) zal kiezen voor De Haagse Beek. Het is daarom realistisch, dat De Springplank in dit geval in de toekomst kan rekenen op maximaal 70 leerlingen, waarvan de meesten uit de directe omgeving van de school zullen komen. Wij hebben gedetailleerde berekeningen gemaakt van de verwachte leerlingontwikkeling op Springplank, die deze conclusie ondersteunen. Onzes inziens zijn er alternatieven denkbaar voor een nieuwe locatie voor De Haagse Beek. Zoals door ons eerder is aangegeven, is een verplaatsing naar Moerwijk, naar bijvoorbeeld de Rederijkerstraat of het Westhovenplein, daarbij het meest kansrijk. Met een dergelijke verplaatsing ontstaat een veel betere situatie dan bij huisvesting van De Haagse Beek aan de Bentelostraat, waarbij deze school samen met De Springplank om ca. 150 leerlingen moet concurreren. Overigens geldt bij een verplaatsing naar Moerwijk als extra voordeel, dat waarschijnlijk beter kan worden voldaan aan de opdracht tot optimalisering van schoolgebouwen, zoals die door u is meegegeven aan ICS-Adviseurs. Ten aanzien van de gevolgde procedure en het feit dat de SCOH in een eerder voorbereidend stadium had kunnen reageren op het voorstel voor verplaatsing van De Haagse Beek naar de Bentelostraat, willen wij u nogmaals aangeven dat onze inbreng dienaangaande anders had kunnen zijn, misschien wel moeten zijn. Wij begrijpen echter ook dat een eventuele formele reactie binnen de klankbordgroep op de voorgestelde verplaatsing van De Haagse Beek in feite weinig zin zou hebben gehad, uitgaande van het niet instemmen van in ieder geval het bestuur van De Haagse Scholen. Dienaangaande kunnen wij niet anders constateren, dat er ten aanzien van de verplaatsing in feite sprake is van een separaat genomen besluit, dat blijkbaar slechts pro forma is ondergebracht in het IHP. In dit verband wil ons bestuur u er nogmaals op wijzen, dat er al meer dan 10 jaar constructief en besluitvormend overleg heeft plaatsgehad tussen betrokken schoolbesturen en OCW over de verplaatsing van SBO-scholen vanuit de strook langs de kust naar andere delen van de stad. Ons bestuur is daar steeds direct bij betrokken geweest en heeft daar ook altijd zeer constructief over meegedacht. Zoals ons bestuur over andere huisvestingskwesties ook altijd constructief meedenkt. Met het oog op dat besluitvormingsproces kan het daarom onzes inziens niet zo zijn, dat in feite zonder ons wordt besloten tot een verplaatsing van De Haagse Beek naar een locatie, die erg ongunstig is voor De Springplank. Uiteraard hebben wij het probleem van de slechte spreiding in Escamp besproken met de collegabestuurders van De Haagse Scholen. Een en ander heeft niet geleid tot een voor ons gewenst resultaat. Een verzoek tot nader overleg is door DHS nog niet gehonoreerd. Met het oog op het vorenstaande kan ik niet anders concluderen, dan dat de huisvesting van de Haagse Beek aan de Bentelostraat voor onze school De Springplank onoverkomelijk is en dat een alternatieve locatie voor de Haagse Beek, bijvoorbeeld meer richting Moerwijk, voor beide betrokken scholen beter zou zijn. Commentaar Het bestuur van de SCOH stemt in met de in het IHP opgenomen voorstellen aangaande de vier eigen scholen. Met betrekking tot de openbare SBO-school De Haagse Beek wordt de wenselijkheid tot verplaatsing naar het stadsdeel Escamp onderschreven. Dienaangaande wordt echter bezwaar gemaakt tegen de beoogde locatie binnen het stadsdeel Escamp aan de Bentelostraat. Binnen de wettelijke kaders is een schoolbestuur autonoom aangaande beslissingen over huisvesting en locatie. Met inachtneming daarvan opteert het bestuur van De Haagse Scholen voor vervangende huisvesting ten behoeve van de openbare SBO-school De Haagse Beek in het stadsdeel Escamp aan de Bentelostraat. In de Klankbordgroep IHP is dit voorstel aan de orde gesteld en is daarop door de SCOH niet gereageerd, waarop dit voorstel in het voorliggende IHP is opgenomen. Zoals de SCOH terecht constateert, zou een eventueel door de SCOH in de Klankbordgroep ingebracht bezwaar voor De Haagse Scholen niet hebben geleid tot herziening van het voornoemde voornemen. Op uitdrukkelijk verzoek van de SCOH is door de dienst OCW nog wel aan De Haagse Scholen om nader overleg ter zake gevraagd, doch laatstgenoemd bestuur heeft aangegeven geen aanleiding te zien om het standpunt te herzien. De gemeente dient in dezen de autonomie van het schoolbestuur De Haagse Scholen te respecteren. Raadsvoorstellen

5 De afstand tussen de bestaande locatie van De Springplank aan de Pachtersdreef 3 en de voor De Haagse Beek beoogde nieuwe locatie aan de Bentelostraat is hemelsbreed circa anderhalve kilometer, hetgeen wij uit spreidingsoogpunt binnen het stadsdeel Escamp acceptabel achten. Voort is louter de situering van de twee SBO-scholen niet van invloed op de totale vraag naar SBO-onderwijs in het stadsdeel Escamp en gelden voor de schoolkeuze boven de locatie meer prominenten factoren, zoals: denominatie, onderwijsconcept en kwaliteit. De stelling van de SCOH, dat met een verplaatsing van De Haagse Beek naar Moerwijk beter kan worden voldaan aan optimalisering van schoolgebouwen onderschrijven wij niet. Voor louter optimalisering van schoolgebouwen maakt het immers niet uit op welke locatie een nieuw schoolgebouw wordt gerealiseerd. De hier geuite bezwaren zijn bovendien in tegenspraak met de opmerking van de SCOH over de jarenlange constructieve overlegsituaties over de spreiding van het SBO in de regio. In de afsluitende notitie van 8 oktober 2007 van de toenmalige Werkgroep Spreiding SBO aan het PO-platform en de PO-kamer was verplaatsing van SBO-school De Haagse Beek naar de wijk Morgenstond geen punt van discussie. De SCOH was het daar toen (2007) mee eens. Direct naastgelegen de voor De Haagse Beek beoogde locatie aan de Bentelostraat wordt met uitbreiding van het achterliggende schoolgebouw aan de Tinaarlostraat de Brede Buurtschool Morgenstond gerealiseerd. Juist daarmee kan in den brede wel een optimaliserend effect worden bereikt, onder meer mogelijkheden voor samenwerking basisonderwijs en speciaal basisonderwijs. Gelet op het hiervoor gestelde acht het college geen reden aanwezig om het thans voorliggende IHP op grond van de inspraakreactie van de Stichting Christelijk Onderwijs Haaglanden aan te passen. C. inspraakreactie van het Samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden Ten eerste vindt ons SWV een afzonderlijk voor SBO en (V)SO opgesteld IHP een bruikbaar instrument. Daarmee kunnen op een coherente wijze afspraken worden gemaakt over de huisvesting van de betreffende scholen. Daar past wel een kanttekening bij. Het is naar alle waarschijnlijkheid zo dat de invoering van passend onderwijs op middellange termijn gevolgen zal hebben voor de verdeling van leerlingstromen over regulier en speciaal (basis)onderwijs. Bij verdere ontwikkeling van beleid en afspraken rond onderwijshuisvesting zal met deze samenhang wel rekening gehouden moeten worden. In zekere zin komt, kijkend vanuit het SWV SPPOH, deze conceptrapportage iets te vroeg. Het is immers zo dat de samenwerkingsverbanden voor passend onderwijs juist nu bezig zijn met het opstellen van hun ondersteuningsplannen. Op basis van deze ondersteuningsplannen kunnen samenwerkingsverbanden met meer scherpte aangeven hoe zij aankijken tegen de ontwikkeling van de huisvestingsbehoefte van de scholen. Het is daarom denkbaar dat dergelijke vragen alsnog naar voren komen in het op overeenstemming gerichte overleg dat wij eind 2013/begin 2014 met de gemeente Den Haag, Rijswijk en Voorburg-Leidschendam zullen hebben over ons ondersteuningsplan. Zo is het bijvoorbeeld denkbaar dat ten aanzien van de spreiding van onderwijsvoorzieningen nieuwe vragen ontstaan. Verder is het zo dat binnen het passend onderwijs wordt gedacht in termen van individuele arrangementen voor leerlingen, die extra ondersteuning nodig hebben. Bij het samenstellen van dergelijke arrangementen is ook telkens expliciet de vraag aan de orde of de school de middelen én de (aangepaste) ruimte heeft om de bewuste leerling te kunnen opvangen. Die ontwikkeling kan ertoe leiden dat op enig moment een nader gesprek nodig is over de wijze waarop aan de huisvestelijke aspecten hiervan invulling kan worden gegeven. Gezien het vorenstaande is het voor ons samenwerkingsverband van belang dat het in hoofdstuk 2.3 genoemde middellange termijnperspectief niet meteen wordt dichtgetimmerd. We zijn dan ook blij met de formulering in datzelfde hoofdstuk 2.3, waarbij de mogelijkheid van verder onderzoek wordt opengehouden. Commentaar Het SWV SPP heeft geen vragen tot aanpassing van het IHP. Wel wordt gewezen op toekomstige ontwikkelingen, met name in het kader van passend onderwijs, en gevraagd om flexibiliteit bij uitvoering van de in het IHP opgenomen huisvestingsperspectieven. Met betrekking tot dit verzoek is het commentaar gelijk aan het voorgaande commentaar op de inspraakreactie van het Samenwerkingsverband Zuid-Holland West. Het IHP is een indicatief plan waarin op basis van analyse van de bestaande huisvestingssituatie en rekening houdend met bekende toekomstige ontwikkelingen richting gevende uitspraken worden gedaan over toekomstig gewenste huisvestingssituaties. De feitelijke bekostiging en uitvoering van gewenste aanpassingen van de huisvesting geschiedt op basis van door schoolbesturen ingediende aanvragen via de jaarlijks vast te stellen Programma s Onderwijshuisvesting. In die zin moet het IHP worden beschouwd als een dynamisch periodiek bij te stellen contourenplan. Uiteraard kunnen nieuwe ontwikkelingen leiden tot aanpassing van de feitelijke uitvoering van huisvestingsplannen. Raadsvoorstellen

6 Het IHP vormt daarmee geen belemmering om in de toekomst rekening te houden met nieuwe ontwikkelingen, zoals nieuwe onderwijskundige inzichten, veranderde wet- en regelgeving enzovoort. Gelet op het hiervoor gestelde geeft de inspraakreactie van het Samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden geen reden om het thans voorliggende IHP aan te passen Uitvoering van de in het IHP opgenomen plannen en financiële aspecten Het vast te stellen IHP voor het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in Den Haag heeft het karakter van een indicatief plan, waarin voor de (middel)lange termijn gefaseerde voorstellen worden gedaan aangaande de huisvesting van de voornoemde onderwijssoorten. Aan het IHP zijn op dit moment dan ook nog geen financiële consequenties verbonden. Het betreft immers uitsluitend een planmatige benadering van de onderwijshuisvesting ten behoeve van het speciaal basisonderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs in Den Haag en het verschaft een inzicht in mogelijk te verwachten wijzigingen in de onderwijshuisvesting. Vaststelling van het indicatieve plan zal in de komende jaren wel leiden tot door de onderscheiden schoolbesturen in te dienen aanvragen in het kader van het jaarlijks door het college vast te stellen programma onderwijshuisvesting. Met het IHP wordt indicatief inzicht verkregen in de fasering van de door de schoolbesturen in te dienen aanvragen. Bovendien worden de diverse huisvestingsaanvragen met het IHP in een stedelijk integraal kader geplaatst. De aanvragen voor bekostiging van voorzieningen in de onderwijshuisvesting die voortvloeien uit dit IHP zullen worden getoetst aan de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 1997 (waarbij onder meer actuele gegevens worden gehanteerd). De na toetsing aan de Verordening op het programma onderwijshuisvesting op te nemen projecten zullen zoals te doen gebruikelijk onderdeel uitmaken van de integrale afweging in het kader van het onrendabel investeringsplan voor de gemeente Den Haag. 2. VOORTGANGSBERICHT GEACTUALISEERD INTEGRAAL HUISVESTINGSPLAN STADSDEEL ESCAMP Op 1 juli 1999 is door de raad het eerste Integraal Huisvestingsplan (IHP) Onderwijs voor het stadsdeel Escamp vastgesteld. Vervolgens is voor de overige stadsdelen ook een IHP-Onderwijs vervaardigd en door de gemeenteraad vastgesteld. Thans is er voor alle stadsdelen een IHP-Onderwijs. Aangezien voor het speciaal basisonderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs met onderscheiden type scholen afhankelijk van de handicap van de leerlingen, andere (meer stedelijke en regionale) eisen gelden qua spreiding, inrichting en omvang van de huisvestingsvoorzieningen dan het reguliere onderwijs en in de IHP s per stadsdeel tot uiting komen, is nader besloten om voor voornoemde onderwijssoorten een stedelijk IHP op te stellen, dat thans aan de raad ter vaststelling wordt aangeboden. Vanwege het stadsdeel overstijgende karakter van het voortgezet onderwijs is het voornemen om ook voor deze onderwijssoort een stedelijk (c.q. regionaal) IHP op te stellen. Het IHP-Onderwijs is een dynamisch planningsinstrument dat periodiek moet worden geactualiseerd als gevolg van nieuwe ontwikkelingen en omstandigheden. Van het oudst vastgestelde IHP voor het stadsdeel Escamp (uit 1999) is thans een geactualiseerde versie voorhanden. Echter er zijn nieuwe ontwikkelingen, zoals: brede buurtschool, verdergaande samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang, voorschoolpeuterspeelzalen, integrale kindcentra, multifunctionele ruimten bij scholen waarbij ook ruimte wordt geboden aan welzijns- en wijkvoorzieningen. Het voornemen is om vorenstaande nieuwe omstandigheden en ontwikkelingen te betrekken bij de geactualiseerde Integrale Huisvestingsplannen per stadsdeel. In verband met het thans voorliggende IHP voor het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs met betrekking tot geheel Den Haag en het voornemen om ook voor het voortgezet onderwijs een IHP op stedelijk niveau op te stellen, zullen de geactualiseerde IHP s per stadsdeel zich in het vervolg voornamelijk richten op het basisonderwijs, dat immers meer stadsdeel- en wijkgebonden is. Gelet op het vorenstaande zal met betrekking tot het reeds voorhanden zijnde geactualiseerde IHP voor het stadsdeel Escamp nog een quick scan met enige aanpassing worden gerealiseerd, waarbij rekening wordt gehouden met vorenstaande nieuwe ontwikkelingen en omstandigheden, waarna dit ter vaststelling aan de raad zal worden aangeboden. Daarna volgen geactualiseerde IHP s voor de overige stadsdelen. 3. BESLUITVORMING Gezien het vorenstaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag, Gezien het voorstel van het college van 10 december 2013 Raadsvoorstellen

7 Gelet op de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 1997, Besluit: I. het Integraal Huisvestingsplan Speciaal Basisonderwijs en (Voortgezet) Speciaal Onderwijs in Den Haag vast te stellen als indicatief plan. II. dat uitvoering en bekostiging van de voorstellen uit het Integraal Huisvestingsplan Speciaal Basisonderwijs en (Voortgezet) Speciaal Onderwijs in Den Haag gefaseerd zullen plaatsvinden binnen het jaarlijks conform de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 1997 op te stellen Programma Onderwijshuisvesting. III. dat de in het kader van de onder II genoemde verordening door schoolbesturen in te dienen aanvragen voor voorzieningen in de huisvesting naast reguliere toetsing aan de voornoemde verordening mede worden beoordeeld aan de hand van de voorstellen in de vastgestelde Integrale Huisvestingsplannen Onderwijs. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van De griffier. De voorzitter. Raadsvoorstellen