Een onderneming is succesvol als ze erin slaagt haar doelstellingen te bereiken.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Een onderneming is succesvol als ze erin slaagt haar doelstellingen te bereiken."

Transcriptie

1 Algemene probleemstelling Een onderneming is succesvol als ze erin slaagt haar doelstellingen te bereiken. In de meeste ondernemingen primeert het winstmotief. Ze zijn succesvol als ze erin slagen het vooropgezette winstcijfer te bereiken. Winst is het verschil tussen opbrengsten en kosten. Een onderneming die erin slaagt haar opbrengsten te verhogen en/of haar kosten terug te dringen, ziet haar winst vergroten. De opbrengsten zijn afhankelijk van de vraag naar het product. Aan de hand van een marktonderzoek kan de onderneming nagaan of er voor het product een plaats is op de markt en welke prijs de consumenten ervoor willen betalen. De onderneming moet dus beslissen aan welke kenmerken het product moet voldoen en welke prijs zij ervoor zal vragen. Bij de vaststelling van de verkoopprijs kan de onderneming verschillende methodes hanteren. Costpluspricing is de prijszettingsmethode waarbij aan de kosten een winstpercentage wordt toegevoegd. Wanneer de concurrentie vergelijkbare producten aanbiedt, zal men bij de vaststelling van de prijs rekening houden met de prijs die de concurrenten aanrekenen ( competitive pricing ). Bij de prijszetting zal de onderneming zich eveneens laten leiden door de prijs die de consumenten bereid zijn te betalen. Verder zal de onderneming moeten beslissen hoe ze het product zal promoten en distribueren. Product, prijs, promotie en plaats staan in een bepaalde verhouding tot elkaar. Samen vormen ze de elementen van de marketingmix. De hierboven gemaakte keuzes zijn meteen bepalend voor de door de onderneming gemaakte kosten. Zo vergen producten van hoge kwaliteit doorgaans meer materiaal- en arbeidskosten. Die producten zullen ook anders gepromoot en gedistribueerd worden dan producten van lage kwaliteit. Zonder planning is de kans reëel dat de onderneming snel op de klippen loopt en de ondernemer een financiële kater wacht. Om dat risico te verminderen stelt men een ondernemingsplan op. In dat plan worden de doelstellingen vastgelegd en aangegeven hoe men ze wil bereiken. De ondernemer beschrijft tegen welke prijs hij het product zal verkopen, hoe hij het zal promoten en waar hij het te koop zal aanbieden. Voor de onderneming is het van belang te weten hoeveel stuks zij minimaal moet verkopen om uit de kosten te geraken. Dat kan ze nagaan aan de hand van een break-evengrafiek. Met die grafiek kan ze ook vaststellen wat het effect is van een kosten- of een prijsverhoging op de break-evenafzet. Het ondernemingsbudget is de cijfermatige vertaling van het ondernemingsplan op korte termijn. Voor een periode van één jaar berekent men de verwachte opbrengsten en kosten. De verantwoordelijken zijn verplicht de gebudgetteerde opbrengsten en kosten te bewaken. Elementen van externe aard kunnen de planning van de onderneming echter doorkruisen. De grondstoffen kunnen flink duurder worden, er kunnen nieuwe concurrenten opduiken, de conjunctuur kan plots omslaan... Van In 1

2 Vooral het grillige conjunctuurverloop is een bron van zorgen. Tijdens de opgaande fase van de conjunctuur kan de ondernemer aan de vraag nauwelijks voldoen en kunnen zowel de productiefactoren als de eindproducten duurder worden. Tijdens de neergaande fase loopt de vraag soms sterk terug. Door te besparen op de kosten, door risicospreiding en door diversifiëring proberen ondernemingen een conjuncturele terugval op te vangen. Het bedrag dat de eigenaar in de onderneming inbrengt, is het kapitaal van de onderneming. Als de onderneming later winst maakt, kan de ondernemer die winst geheel of gedeeltelijk in de onderneming laten. Kapitaal en overgedragen winst zijn bronnen van eigen vermogen. Derden zullen maar bereid zijn geld aan de onderneming uit te lenen als het eigen vermogen voldoende groot is. Leningen moeten immers op de vervaldag terugbetaald worden en bovendien moet er interest op betaald worden. Het eigen vermogen vormt de buffer voor de terugbetaling van het vreemd vermogen. Verstrekkers van vreemd vermogen zijn niet alleen kredietinstellingen, bij wie de onderneming een lening opneemt, maar ook alle andere schuldeisers, die de onderneming betalingsuitstel toestaan. Ondernemingen hebben vaak zulke grote vermogensbehoeften dat de inbreng van één enkele eigenaar niet langer volstaat. In dat geval zal de onderneming haar toevlucht nemen tot een aandelenuitgifte. Elke aandeelhouder is mede-eigenaar van de onderneming. Als de onderneming winst maakt, krijgt de aandeelhouder een dividend uitbetaald. Om het risico voor de aandeelhouders beperkt te houden, kiezen ondernemingen dikwijls voor een vennootschapsvorm met beperkte aansprakelijkheid. Bij een slechte gang van zaken verliezen de aandeelhouders dan enkel het bedrag dat zij in de onderneming hebben ingebracht. Frequent voorkomende vennootschapsvormen met beperkte aansprakelijkheid zijn de Besloten Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid (bvba) en de Naamloze Vennootschap (nv). Van In 2

3 Onderzoeksvraag 1 Wat zijn de voorwaarden voor een succesvolle onderneming? 1 Intro Bij het onlinelesmateriaal vind je een eenvoudige test. Om die vlot te laten verlopen, bereid je hem het best vooraf schriftelijk voor. 1 Vul de test nu online in. Druk het verslag af. 2 Lees je verslag grondig door. Kun je akkoord gaan met de vaststellingen? Bespreek nadien met je buur. Andere mogelijke tests zijn: Probleemstelling Over welke ondernemersvaardigheden moet je beschikken om een succesvol ondernemer te kunnen worden? Wat is het verschil tussen een missie, een doelstelling en een actieplan? Wat is een ondernemingsplan? Uit welke onderdelen bestaat een ondernemingsplan? Wat is het nut van het opstellen van een ondernemingsplan? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen: formuleren dat de onderneming succesvol is als ze erin slaagt haar doelstellingen te bereiken; de opstelling van het ondernemingsplan verantwoorden en de belangrijkste componenten ervan omschrijven. 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerving) 3 kunnen uit gegeven informatiebronnen en kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen; Van In 3

4 (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; 5 kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten; (regulering van het leerproces) 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. STAM De leerlingen: (doorzettingsvermogen) 4 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (kritisch denken) 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; (zelfredzaamheid) 24 maken gebruik van de gepaste kanalen om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken; (zorgvuldigheid) 25 stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen; (zorgzaamheid) 26 gaan om met verscheidenheid; 27 dragen zorg voor de toekomst van zichzelf en de anderen. CONTEXTEN De leerlingen: (omgeving en duurzame ontwikkeling) 2 herkennen in duurzaamheidvraagstukken de verwevenheid tussen economische, sociale en ecologische aspecten en herkennen de invloed van techniek en beleid; 3 zoeken naar mogelijkheden om zelf duurzaam gebruik te maken van ruimte, grondstoffen, goederen, energie en vervoermiddelen; 4 zoeken naar duurzame oplossingen om de lokale en globale leefomgeving te beïnvloeden en te verbeteren; (socio-economische samenleving) 1 leggen met voorbeelden uit hoe welvaart wordt gecreëerd en hoe een overheid inkomsten verwerft en aanwendt; 9 lichten de rol toe van ondernemingen, werkgevers- en werknemersorganisaties in een nationale en internationale context. 5 Opdrachten Opdracht 1 Strategie, doelstelling en actieplan één pot nat? A Lesstrategie Het is belangrijk dat je de beschrijving van de situatie samen met de leerlingen overloopt. Daarna kunnen de leerlingen deze opdracht individueel of in duo uitvoeren. Van In 4

5 B Oplossingen 1 Schrijf de begrippen in het schema en geef van elk begrip een voorbeeld: actieplan, ondernemingsstrategie, doelstellingen Ondernemingsstrategie 3 Doelstellingen 1 2 Actieplan 2 Leg de verschillende pijlen in het bovenstaande schema uit. 1 De ondernemingsstrategie geeft weer wat de onderneming wil bereiken op lange termijn. Die strategie bepaalt ook de doelen die de onderneming wil bereiken op korte termijn. 2 De doelstellingen geven weer wat de onderneming wil bereiken op korte termijn. Ze bepalen de acties die de onderneming moet uitvoeren om die doelstellingen te bereiken. 3 Regelmatig moet de onderneming controleren of ze met de acties ook de doelen op lange termijn zal bereiken. Als dat niet zo is, zal er bijgestuurd moeten worden. Opdracht 2 Voldoen de doelstellingen aan het SMART-principe? A Lesstrategie Het is belangrijk dat je het SMART-principe even kort toelicht met voorbeelden. Daarna kunnen de leerlingen deze opdracht individueel of in duo uitvoeren. Van In 5

6 B Oplossingen 1 Zet een kruisje bij de eigenschappen van het SMART-principe die door de doelstelling voldaan zijn. S M A R T De omzet moet volgend jaar met 5 % stijgen. x x x x x We willen volgend jaar een snelle en perfecte levering. x x x We willen volgend jaar het milieucharter Antwerpen behalen. (x) x x x x 2 Verklaar waarom je bij sommige eigenschappen geen kruisje hebt gezet. Wat is snel? In minder dan 2 weken? Op enkele uren? Het is niet specifiek en daardoor ook niet meetbaar. Het behalen van het milieucharter is specifiek, aangezien je de criteria op de website terugvindt. Misschien toch beter de criteria opnemen in de doelstelling, wat ook controle op realistisch zijn e.d. vereenvoudigd. Opdracht 3 Is een goede start het halve werk? A Lesstrategie Deze opdracht kunnen de leerlingen individueel of in duo uitvoeren. Daarna volgt er een klassikale nabespreking. Voor de tweede en derde vraag moeten de leerlingen over een computer met internettoegang kunnen beschikken. B Oplossingen 1 Wie kan er naast de starter nog geïnteresseerd zijn in het ondernemingsplan? Waarom? De financiële instellingen: zij willen weten op het project haalbaar is. De overheid: als zij subsidies geven, moet de onderneming vaak aan bepaalde criteria voldoen. Van In 6

7 2 Een ondernemingsplan bestaat uit de volgende onderdelen. Noteer bij elk onderdeel drie onderwerpen die erin aan bod komen. Voor meer informatie kun je terecht op de website van Unizo, meer bepaald bij de informatie voor startende ondernemers. Je vindt een rechtstreekse link bij het onlinelesmateriaal. De omschrijving van het idee Persoons- en bedrijfsgegevens Marktanalyse Missie, visie en strategie Marketingplan Financieel plan Welk idee wil je aan de basis van je onderneming? Kan je met dit idee geld verdienen? Hoe ga je dit bereiken? (Je geeft beknopt je plan weer, je kan dit deel maar op punt stellen als je alle stappen doorlopen hebt.) Waar is je bedrijf gelegen? Wie zijn de vennoten? Welke ondernemingsvorm kies je? Wie zijn je klanten? Waar koop je je goederen aan? Wie zijn de belangrijkste concurrenten? Welke lange termijndoelen stellen we ons? Welke korte termijndoelen stellen we ons? Welke acties moeten we ondernemen om die doelen te bereiken? Welk product verkopen we? Welke prijs vragen we voor het product? Waar gaan we onze producten verkopen? Hoe gaan we de producten promoten? Hoeveel kosten verwachten we in de eerste jaren? Hoe groot schatten we de omzet in? Waar halen we onze financiële middelen? Hoe hoog is de vooropgestelde rendabiliteit? 3 Ben je het eens met volgende stellingen? Bespreek in de klas. Een ondernemingsplan is niet echt nuttig voor jezelf. Het dient enkel om anderen te overtuigen van je plannen, aangezien zij je plannen nog niet goed kennen. Door het maken van een goed ondernemingsplan kan je er voor zorgen dat je meer winst (of minder verlies) maakt tijdens je eerste werkjaar. Een ondernemingsplan stelt je in staat om op regelmatige basis te controleren of alles nog volgens plan verloopt. Een ondernemingsplan leert je wel iets over je kosten, maar zegt niets over je opbrengsten omdat het onmogelijk is je verkoop in te schatten. Eens X X Oneens X X Van In 7

8 Interessante links: splanop/marktanalyse/tabid/1911/language/nl-nl/default.aspx To the point Als starter van een nieuwe onderneming moet je je degelijk voorbereiden. De doelstellingen die een ondernemer vooropstelt, moeten voldoen aan het SMART-principe: Specifiek Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdsgebonden Geregeld zul je je voorbereiding opnieuw moeten bekijken om te zien hoe ver je al staat. Indien nodig zul je moeten bijsturen. Een onderneming is immers een dynamisch gegeven, waaraan voortdurend moet worden gesleuteld. Wanneer je start met een eigen zaak, moet je uiteraard goed zijn in je vak. Maar daarnaast kan een flinke portie kennis van bedrijfsbeheer, boekhouden en administratieve taken goed van pas komen. Van In 8

9 Vaak vergeten starters dat je ook over de juiste ondernemersvaardigheden moet beschikken om het te maken als ondernemer. Enkele vaardigheden van een succesvolle ondernemer zijn bijvoorbeeld: zin voor observatie kritisch en creatief denken leervermogen realiteitszin stressbestendigheid flexibiliteit kunnen omgaan met risico's beslissingen en verantwoordelijkheid durven nemen kunnen communiceren kunnen inspireren en motiveren kunnen plannen en organiseren kunnen doorzetten en dynamisch zijn Die 'ideale' persoon bestaat wellicht niet, maar het is wel belangrijk dat je vooraf inschat wat je sterke en minder sterke punten zijn. Je kunt er dan rekening mee houden, en eventueel extra aandacht besteden aan bepaalde elementen. Een andere heel belangrijke stap in de voorbereiding bij het opstarten van een zaak is het opstellen van een ondernemingsplan. Een ondernemingsplan bestaat uit de volgende onderdelen: de omschrijving van het idee: omschrijving van het project, de korte samenvatting van de plannen.; de persoons- en bedrijfsgegevens: de ondernemer, eventueel ook de andere partners, de rechtsvorm, de oprichters, de vergunningen en attesten die nodig zijn voor het starten enz. Het is een soort identiteitsfiche van de onderneming. de marktanalyse: Hoe evolueert de markt? Wat is het profiel van de potentiële klanten? Wie zijn je concurrenten en wat zijn hun sterke punten? Wie zijn mogelijke leveranciers? Zijn er andere factoren die je succes kunnen bepalen? het marketingplan: Welk product of welke dienst zul je aanbieden? Tegen welke prijs? Op welke vestigingsplaats? Met welke promotiemiddelen? Die vier elementen moeten optimaal op elkaar zijn afgestemd, zodat ze een ideale combinatie vormen: de zogenaamde marketingmix. de missie, visie en strategie: Hoe ziet de onderneming zichzelf binnen de samenleving? Welke doelstellingen streeft de onderneming na? Hoe gaat ze die doelen realiseren? Van In 9

10 het financieel plan: Wat zijn de verwachte kosten en opbrengsten? Is de strategie die je vooropstelt ook financieel haalbaar en zal je zaak uiteindelijk rendabel zijn? Wat zijn de belangrijkste voordelen van het opstellen van een ondernemingsplan? Uitwerken van je idee tot een concept Door het opstellen van een ondernemingsplan werk je je idee op een systematische en gestructureerde manier uit. Het zal je doen nadenken over alle aspecten van je zaak. Op die manier zullen je keuzes en beslissingen meer doordacht en gefundeerd zijn. Bovendien zullen de verschillende onderdelen zo een grotere samenhang vertonen en zal je idee uitgroeien tot een sterk concept met duidelijk gedefinieerde doelstellingen. Kennis Het opstellen van een ondernemingsplan zal je een inzicht in de markt geven. Je zult een idee krijgen van de trends en evoluties in de sector. En je zult ook je doelgroep kunnen definiëren en haar noden en behoeften leren ontdekken. Risico's en kansen Door na te gaan of de markt voor je product voldoende groot is, door je strategie uit te stippelen en door te berekenen of je over genoeg financiële middelen voor je project beschikt, kun je heel wat problemen voorkomen. Ook zal je bij het opstellen van het ondernemingsplan misschien op nieuwe kansen en mogelijkheden gewezen worden, waarop je dan kunt inspelen. Haalbaarheid Door het opstellen van een ondernemingsplan kun je de haalbaarheid van je project nagaan. Je kunt ook je rendabiliteit of winst verhogen door je concept tijdig bij te sturen en aan te passen. Beheersinstrument In een eerste instantie is het ondernemingsplan een essentieel beheersinstrument voor jezelf, zowel in de startfase als later. Door regelmatig te controleren of en in welke mate de doelstellingen uit je ondernemingsplan kunnen worden gerealiseerd, kan je tijdig je strategie bijsturen. 7 Mindmap Van In 10

11 8 Oefeningen Oefening 1 Wat is de missie van een onderneming? A Lesstrategie Verdeel de klas in vier groepen. Elke groep krijgt een bepaalde onderneming toegewezen waarvan zij de missie moet omschrijven. De informatie kunnen ze terugvinden op het internet. Daarna brengt elke groep het resultaat kort voor de klas. B Oplossingen Mc Donald s: Ze plaatsen zich midden in de Belgische samenleving. Vanuit onze missie Think Global, Act Local letten wij altijd op onze omgeving en nemen we onze verantwoordelijkheid op het gebied van mens, maatschappij en milieu heel serieus. Mediamarkt: Ze willen veel merkartikelen bieden tegen de laagste prijs in grote winkels, opvallende reclame en een nieuwe bedrijfscultuur: altijd klantgericht zijn. Rekening houden met de doelen, verlangens en noden van onze klanten, leveranciers en last but not least, onze medewerkers maakt daar deel van uit. Mensen staan centraal. Samsung: De visie is: "Inspire the World, Create the Future". Ze willen de wereld inspireren door het ontwikkelen van nieuwe technologieën, innovatieve producten en creatieve oplossingen. Samsung wil bijdragen aan een betere wereld en meer voldoening voor iedereen. Ze willen meerwaarde bieden voor de industrie, onze partners en onze werknemers. E5-mode: Het aangenaam, rustig en ongestoord shoppen in een Belgische winkelformule die voor iedereen vlot bereikbaar is, met een assortiment van kwalitatieve, stijlvolle en comfortabele kleding voor hem en haar met een goede prijs-kwaliteitverhouding. Naast een passie voor mode is ook service en respect voor klant, leverancier en collega essentieel. Oefening 2 Hebben vzw s ook een missie, doelstellingen en een actieplan? A Lesstrategie Deze oefening kunnen de leerlingen beter individueel maken. Ze hebben daarvoor wel toegang tot het internet nodig. Van In 11

12 B Oplossingen 1 Vat de missie van de vzw Kringloopcentrum Zuidwest-Vlaanderen met je eigen woorden samen. Het bieden van een vaste arbeidsovereenkomst voor zoveel mogelijk mensen en (tijdelijk) werk bieden vanuit sociaal motief. Afval voorkomen. Betaalbare goederen en diensten bieden. Bijdragen aan de gemeenschap. 2 Omschrijf drie acties die ze de laatste jaren hebben ondernomen om die missie te verwezenlijken. Je vindt die informatie op hun website terug. Zie site: kerstmarkt, opening nieuwe winkels (en dus meer werkgelegenheid), schoolproject... Oefening 3 SMART of niet? A Lesstrategie Deze oefening maken de leerlingen bij voorkeur individueel of in duo. Daarna volgt er dan een klassikale bespreking. B Oplossingen Zijn de volgende doelstellingen geformuleerd volgens het SMART-principe? Indien niet, breng dan de nodige aanpassingen aan. Het product Coca Cola Zero moet volgend jaar een marktaandeel hebben van 5 % van de frisdrankenmarkt in België. De doelstelling is specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden. De klantvriendelijkheid in het park van Center Parcs in Peer moet volgend jaar verbeteren. De doelstelling is niet specifiek en daardoor ook niet meetbaar. Ze is wel acceptabel, realistisch en tijdsgebonden. Om de kosten te drukken in de supermarktketen Carrefour moet het personeel ook werken op zondagvoormiddag. De doelstelling is specifiek, meetbaar maar niet acceptabel, realistisch en tijdsgebonden. Van In 12

13 Oefening 4 Ken je de inhoud en het nut van een ondernemingsplan? A Lesstrategie Deze oefening maken de leerlingen bij voorkeur individueel of in duo. Je hebt hier de keuze om te werken met een verbetersleutel of om een klassikale nabespreking te doen. B Oplossingen 1 Wat is een ondernemingsplan? a Een ondernemingsplan geeft een overzicht van alle werknemers in een onderneming en van de taken die zij moeten vervullen. b Een ondernemingsplan geeft een overzicht van de missie, de doelstellingen en het actieplan. c Een ondernemingsplan is een plan dat een ondernemer vooraf opstelt om de haalbaarheid van de onderneming in te schatten. 2 Duid het juiste antwoord aan. a Een ondernemingsplan werk je uit om anderen te overtuigen van je project. b Een ondernemingsplan werk je voor jezelf uit en om mogelijke investeerders, leveranciers en adviseurs te overtuigen van de sterkte van je project. c Een ondernemingsplan werk je alleen uit voor jezelf. 3 Waaruit bestaat een ondernemingsplan? a Een omschrijving van het idee - marktonderzoek -marketingplan - financieel plan b Een omschrijving van het idee - bedrijfs- en persoonsgegevens -marktonderzoek - missie, visie en strategie - marketingplan - financieel plan c Een omschrijving van het idee - voorstelling - financieel plan 4 Duid het juiste antwoord aan. a In de omschrijving van het idee geef je enkel de vier p s van de marketingmix weer (product, plaats, prijs en promotie). b In de omschrijving van het idee omschrijf je enkel de bedrijfsactiviteit. c De omschrijving van het idee is een samenvatting van het ondernemingsplan. 5 In welk onderdeel van het ondernemingsplan wordt de vraag Hoeveel geld heb je nodig? beantwoord? a Omschrijving van het idee b Marktonderzoek c Financieel plan d Marketingplan 6 In welk onderdeel van het ondernemingsplan wordt de vraag Wie zijn je klanten? beantwoord? a Omschrijving van het idee b Marktonderzoek c Financieel plan d Marketingplan Van In 13

14 9 Check-up Kun je de opdrachten en oefeningen zelfstandig oplossen? Zo ja, vink dan het vakje ernaast aan. Zo neen, maak dan eerst de extra oefeningen bij het onlinelesmateriaal. Noteer daarna in de laatste kolom de nummers van de Extra s die je maakte. Doelstelling Opdracht Oefening Extra Over welke ondernemersvaardigheden moet je beschikken om een succesvolle ondernemer te kunnen Intro worden? Wat is het verschil tussen een missie, een doelstelling en een actieplan? Wat is een ondernemingsplan? Uit welke onderdelen bestaat een ondernemingsplan? 3 4 Wat is het nut van een ondernemingsplan? Direct De filmpjes worden regelmatig geactualiseerd zodat het niet mogelijk is om een modeloplossing op te nemen. Bekijk het filmpje bij het onlinelesmateriaal aandachtig. Beantwoord daarna deze vragen. 1 Geef een synoniem voor het begrip ondernemingsplan. 2 Staat de visie die je in het filmpje terugvindt haaks op wat we in deze onderzoeksvraag hebben gezegd i.v.m. het nut van een ondernemingsplan? Waarom wel/waarom niet? 11 Persoonlijk woordenboek De leerlingen kunnen hier een lijst maken van begrippen die niet in de woordenlijst achteraan zijn opgenomen. 12 Action! De missie van jouw school 1 Ga op zoek naar de missie van jouw school. Noteer ze hier bondig. Je kunt daarvoor wellicht terecht op de website van je school, maar je kunt ook de directeur uitnodigen in je klas bijvoorbeeld. 2 Welke acties onderneemt jouw school om deze missie te bereiken? Van In 14

15 Evaluatiecriteria De missie van jouw school Naam: Max. Score Opmerkingen Omschrijving missie Duidelijkheid Spelling BIN-normen Omschrijving acties Link met missie Duidelijkheid Spelling NBN-normen TOTAAL Van In 15

16 Onderzoeksvraag 2 Hoe analyseer je de markt? 1 Intro Bekijk de drie reclamefilmpjes bij het onlinelesmateriaal kritisch. Tot welke doelgroep richten de filmpjes zich? Waaruit kun je dat afleiden? Deze filmpjes worden telkens geactualiseerd zodat het niet mogelijk is om een modeloplossing op te nemen. 2 Probleemstelling Wat is het nut van een marktonderzoek? Welke informatie kan een marktonderzoek opleveren? Welke soorten marktonderzoek bestaan er? Welke soort vragen is het meest geschikt in een bepaalde situatie? Wat is een SWOT-analyse? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen: formuleren dat de onderneming succesvol is als ze erin slaagt haar doelstellingen te bereiken; aangeven hoe de onderneming zich op de markt competitief probeert op te stellen aan de hand van de marketingmix (product, prijs, promotie, plaats) (SET 10); aangeven dat de keuzes met betrekking tot de marketingmix bepalend zijn voor de door de onderneming gemaakte kosten. 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerving) 3 kunnen uit gegeven informatiebronnen en kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen; (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; 5 kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten; (regulering van het leerproces) 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. Van In 1

17 STAM De leerlingen: (doorzettingsvermogen) 4 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (kritisch denken) 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; (zelfredzaamheid) 24 maken gebruik van de gepaste kanalen om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken; (zorgvuldigheid) 25 stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen; (zorgzaamheid) 26 gaan om met verscheidenheid; 27 dragen zorg voor de toekomst van zichzelf en de anderen. CONTEXTEN De leerlingen: (omgeving en duurzame ontwikkeling) 2 herkennen in duurzaamheidvraagstukken de verwevenheid tussen economische, sociale en ecologische aspecten en herkennen de invloed van techniek en beleid; 3 zoeken naar mogelijkheden om zelf duurzaam gebruik te maken van ruimte, grondstoffen, goederen, energie en vervoermiddelen; 4 zoeken naar duurzame oplossingen om de lokale en globale leefomgeving te beïnvloeden en te verbeteren. 5 Opdrachten Opdracht 1 Welke informatie kan een marktonderzoek opleveren? A Lesstrategie Voor deze opdracht gaan de leerlingen samenzitten om te brainstormen. Daarna kunnen ze de gevonden resultaten klassikaal overlopen. B Oplossingen Om een stap in het donker (en mogelijk in de afgrond) te vermijden, wil Manuel eerst wat beter weten of de markt wel zit te wachten op zijn product en hoe hij beter kan inspelen op de wensen van de toekomstige klanten. Om daar een antwoord op te kunnen formuleren, zal Manuel op zoek gaan naar enkele deelvragen die hem helpen een beeld te krijgen van de markt. Van In 2

18 Werk in groepjes. Bedenk 6 deelvragen waarop Manuel een antwoord kan zoeken door middel van een marktonderzoek. Bijvoorbeeld: 1 Welke huisdieren zijn populair? 2 Hoeveel huisdieren heeft een gemiddeld gezin? 3 Zijn er veel concurrenten i.v.m. dit product? Waar bevinden die zich? 4 Welke prijzen hanteren de concurrenten? Opdracht 2 Welke soorten marktonderzoek bestaan er? A Lesstrategie De leerlingen zullen zeker niet de nodige voorkennis hebben om de eerste opdracht op te lossen maar ze kunnen wel een aantal antwoorden afleiden uit de naam van het soort marktonderzoek. Deze opdracht wordt dan ook beter individueel of in duo s gemaakt. B Oplossingen 1 Een marktonderzoek kan op verschillende manieren gekarakteriseerd worden. Zo kan je via deskresearch een verklarend kwantitatief onderzoek voeren. Kies voor elke soort marktonderzoek de juiste omschrijving. A B C D E F G Manuel Goossens heeft besloten eerst een marktonderzoek te doen voor hij de stap waagt. Welk soort marktonderzoek zou je hem aanbevelen. Waarom? Soort onderzoek (Onderstreep het juiste antwoord.) Deskresearch - fieldresearch Verkennend beschrijvend - verklarend Kwalitatief - kwantitatief Waarom? Deskresearch om te achterhalen welke huisdieren populair zijn en hoeveel huisdieren een gemiddeld gezin heeft. Fieldresearch om te achterhalen welke concurrenten er zijn, waar ze gevestigd zijn en welke prijzen ze hanteren. Een beschrijvend marktonderzoek omdat hij wil achterhalen wie de mogelijke klanten zijn, wat zij verwachten, wie de concurrenten zijn Hij zou kunnen kiezen voor een kwalitatief onderzoek. Een kwantitatief onderzoek is vrij duur, zeker voor een startende ondernemer. Van In 3

19 Opdracht 3 Welke soort vragen leveren het beste resultaat? A Lesstrategie De leerlingen zullen zeker niet de nodige voorkennis hebben om de tweede opdracht op te lossen maar ze kunnen wel een aantal antwoorden afleiden uit de naam van het soort vragen. Deze opdracht wordt dan ook beter individueel of in duo s gemaakt. B Oplossingen Bij de keuze voor de enquête als onderzoeksmethode, is het belangrijk dat je de vragen nauwgezet voorbereidt. Een onduidelijke, dubbelzinnige, onvolledige... vraagstelling kan je hele onderzoek ondermijnen. Vraag je bij elke vraag af of ze iets bijdraagt aan het vinden van een antwoord op je deelvragen en of er geen betere vraagstelling is om die informatie te verzamelen en later te verwerken. Een enquête kan immers samengesteld worden uit een hele reeks verschillende soorten vragen. 1 Stel dat de zaakvoerder van een onderneming in relaxbaden de volgende vragenlijst had opgesteld voor een enquête aan de bewoners van de regio Leuven. Wat is je oordeel over de vragen? Als je een bepaalde vraag niet geschikt vindt, noteer dan een alternatief. Hoe hoog is uw inkomen precies? De meeste ondervraagden gaan hier zeker niet op willen antwoorden omdat dat te persoonlijk is. Hij zou kunnen werken met categorieën (tussen x en y, tussen y en z ). Wat is uw burgerlijke stand: gehuwd, ongehuwd, samenwonend? Deze vraag is niet relevant voor het onderzoek. Bent u sterk of gematigd voorstander van een relaxbad? Er is geen concrete omschrijving van de begrippen sterk en gematigd. Misschien moet hij eerst het begrip relaxbad precies omschrijven. Wat zijn de meest determinante criteria bij de aankoop van een relaxbad? Determinant is een moeilijk begrip. Van hoeveel ondernemingen in relaxbaden ontving u vorig jaar informatie? De meeste ondervraagden zullen geen antwoord kunnen geven op deze vraag. 2 Verbind het soort vraag met het juiste voorbeeld C D E B A Van In 4

20 Opdracht 4 Wat is een SWOT-analyse? A Lesstrategie Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen Het is belangrijk dat de leraar het SWOT-principe even kort toelicht met voorbeelden. Nadien kunnen de leerlingen deze opdracht individueel of in duo uitvoeren. B Oplossingen 1 Leg uit waarom: de sterke en zwakke punten tot de interne factoren behoren. Dat zijn elementen die eigen zijn aan de onderneming en ook makkelijker door hen kunnen beïnvloed worden. de kansen en de bedreigingen tot de externe factoren behoren. Dat zijn elementen die buiten de onderneming liggen en die ook moeilijker door hen beïnvloed kunnen worden. 2 Zet de volgende elementen in het juiste kwadrant van de SWOT-analyse. Dit is hun eerste ervaring in de horecasector. Zwak punt Het handelspand ligt in de buurt van de universiteit. Opportuniteit Gezonde voeding zit in de lift. Opportuniteit Er zijn verschillende supermarkten in de buurt met een uitgebreider assortiment aan snacks en microgolfmaaltijden. Bedreiging Thomas en Fatima gebruiken enkel verse producten. Sterk punt Door de slechte economische toestand nemen vele kotstudenten maaltijden van thuis mee om op te warmen. Bedreiging Door hun beperkte afzet zijn hun prijzen hoger dan die in de supermarkten. Zwak punt De zaak van Thomas en Fatima is open van 7.00 uur s morgens tot uur s avonds. Sterk punt 6 To the point Om te kunnen overleven en groeien, moet je een goed beeld krijgen van de markt en van de evoluties op die markt. Als je een prachtig product of dienst hebt, dat niet verkoopt, zul je de onderneming (net zoals 30 % van alle nieuwe ondernemingen) allicht binnen de vijf jaar na de start moeten stopzetten. Een goed marktonderzoek is niet goedkoop, maar het is zeker een waardevolle investering. 1 Vooraf moet goed afgebakend worden welke informatie nodig is. De meeste analyses houden verband met de vestigingsplaats, de concurrentie en de klant. Van In 5

21 2 Daarna moet je de juiste werkwijze kiezen. Deskresearch is vaak de meest aangewezen start voor een marktonderzoek. Daarbij ga je gegevens gebruiken die al voor andere doeleinden zijn verzameld en opgeslagen. Met de huidige mogelijkheden van ICT is de hoeveelheid gegevens gigantisch, maar de kunst is ze zodanig te raadplegen dat de weerhouden informatie aansluit bij je informatiebehoefte. Soms is het noodzakelijk om door middel van fieldresearch zelf aanvullende informatie te verzamelen, omdat deskresearch niet altijd voldoende gegevens oplevert. Er zijn nu verschillende mogelijkheden om het onderzoek voort te zetten: een enquête, observaties, experimenten. Verkennend onderzoek wordt vaak uitgevoerd als eerste uitwerking van een productidee. Een beschrijvend onderzoek beschrijft de markt: hoe ziet die eruit, wie zijn de consumenten, wat verwachten zij, wie zijn mijn concurrenten Een verklarend onderzoek zoekt naar oorzaken en gevolgen. Het peilt naar de motivaties en de houdingen van de consument, het waarom. Bij een kwalitatief onderzoek ga je een beperkte groep betrekken bij het onderzoek onder de vorm van individuele interviews of groepsdiscussies. Wanneer je kiest voor een kwantitatief onderzoek bevraag je een grote groep mensen via telefonische, schriftelijke of online vragenlijsten. 3 Een marktonderzoek garandeert zeker geen succes, maar het helpt wel om het ondernemingsrisico te beperken. Maar opgelet: een verkeerde vraagstelling kan de verkeerde informatie opleveren. Je kunt gebruikmaken van: dichotome vragen: de respondent kiest uit twee antwoordcategorieën; schaalvragen: de antwoorden geven een bepaalde gradatie op een schaal aan; filtervragen: je stuurt de respondent door naar vragen die voor hem of haar wel van toepassing zijn; multiplechoicevragen: de respondent kiest uit verschillende antwoordcategorieën. In sommige gevallen kan de onderzoeker ervoor kiezen om aan te geven dat de respondent meer dan één antwoord mag aankruisen. open vragen: de respondent kan naar eigen keuze antwoorden met een of meer zinnen of woorden. Bij het formuleren van vragen moet je op een aantal zaken letten: de vraag meet het juiste: geeft het antwoord op de onderzoeksvraag; de vraag bestaat uit slechts één vraag; de vraag is eenduidig te interpreteren (er is maar één uitleg van de vraag mogelijk); de vraag is duidelijk voor de respondent (niet te moeilijk taalgebruik, eenvoudige woordkeuze); de vraag bevat geen ontkenningen in de formulering; de vraag moet zo concreet mogelijk zijn; de vraag moeten zo neutraal mogelijk worden geformuleerd (geen antwoorden suggereren). 4 Een vierde stap is het analyseren van de informatie die je hebt verzameld met het marktonderzoek. Dat moet heel zorgvuldig gebeuren want een verkeerde interpretatie van de gegevens kan je onderneming in de foute richting sturen Een goed uitgevoerde en grondige analyse zal de ondernemer een goed zicht geven op zijn sterke en zwakke kanten, de mogelijke kansen en bedreigingen van de markt. Dat is noodzakelijk om de goede strategische beslissingen te kunnen nemen. Van In 6

22 Dit alles resulteert meestal in een SWOT-analyse. SWOT staat voor strengths, weaknesses, opportunities en threats. De SWOT-analyse valt in twee delen uiteen: de interne analyse en de externe analyse. De interne analyse geeft de sterktes en zwaktes (Strengths en Weaknesses) van het bedrijf weer. Daarop heeft het bedrijf dus invloed. De externe analyse geeft de kansen en bedreigingen (Opportunities en Threats) weer. Die factoren komen van buiten het bedrijf, en het bedrijf heeft er dan ook geen, of slechts deels, invloed op. Van In 7

23 7 Mindmap Van In 8

24 8 Oefeningen Oefening 1 Hoe onderzoek je een bepaald probleem? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in kleine groepjes uit. Op die manier kunnen ze met elkaar overleggen. B Oplossingen 1 Formuleer de probleemstelling van het onderzoek. De omzet is veel lager dan verwacht. Wat zijn de mogelijke redenen? 2 Welke soort marktonderzoek zou je hen aanbevelen? Waarom? Soort onderzoek (Onderstreep het juiste antwoord.) Deskresearch - fieldresearch Verkennend beschrijvend - verklarend Kwalitatief - kwantitatief Waarom? Fieldresearch zal hier vooral van toepassing zijn omdat de nodige informatie waarschijnlijk niet al eerder bevraagd is. Verklarend onderzoek: men wil een verklaring / een oorzaak voor het tegenvallend omzetcijfer. Kwalitatief onderzoek: het zal eerder een kleinschalig onderzoek zijn. 3 Jonas en Evi besluiten om een enquête op te stellen. Formuleer vier goede vragen. Eigen antwoord van de leerlingen 4 Bij wie zou je de enquête afnemen? Bij mogelijke bezoekers van patiënten van het ziekenhuis 5 Hoe ga je dit aanpakken? In elk geval moet je eerst aan het ziekenhuis vragen of je in het ziekenhuis zelf een enquête mag doen. Je kunt bezoekers die het ziekenhuis verlaten kort enquêteren. Van In 9

25 Oefening 2 - Om welke vorm van marktonderzoek gaat het? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Je kunt dan kiezen om te werken met een verbetersleutel of de oplossing klassikaal te verbeteren. B Oplossingen Verkennend onderzoek Beschrijvend onderzoek Verklarend onderzoek Deskresearch Fieldresearch Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek a b c Callebaut wil de smaak van zijn melkchocolade laten testen en vergelijken met een wit product. Welke smaak vindt de consument het lekkerst? Danone wil via internetdatabases informatie verzamelen over het aantal mensen dat yoghurt eet. Colgate-Palmolive staat bekend als specialist wat tandpasta betreft. Het onderzoek moest leiden tot de ontwikkeling van een nieuw product. Colgate-Palmolive hield expertinterviews met tandartsen om te achterhalen wat hun patiënten belangrijk vinden in verband met tandverzorging. x x x x x x x x x Oefening 3 Een enquête uit de praktijk A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Het resultaat kun je achteraf verbeteren. B Oplossingen Ga op zoek naar een recente enquête, op papier of op het internet. Voer dan deze opdrachten uit. 1 Probeer te achterhalen wat de probleemstelling is die aan de basis ligt van deze enquête. Eigen antwoord van de leerlingen Van In 10

26 2 Om welk soort marktonderzoek gaat het? Soort onderzoek (onderstreep het juiste antwoord.) Deskresearch - fieldresearch Verkennend beschrijvend verklarend marktonderzoek Kwalitatief kwantitatief marktonderzoek Waarom? Eigen antwoord van de leerlingen 3 Welk soort vragen worden er gebruikt? Wat is jouw oordeel over die vragen? Eigen antwoord van de leerlingen 4 Wat zou jij anders hebben aangepakt in dit onderzoek? Waarom? Eigen antwoord van de leerlingen Oefening 4 Hoe maak je je persoonlijke SWOT-analyse? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Het resultaat kun je achteraf verbeteren. Enkele interessante links: B Oplossingen Dit lijkt nu nog heel veraf, maar misschien heb je al weleens wat zakgeld verdiend door klusjes uit te voeren bij anderen of door te babysitten? Maak hieronder je eigen SWOT-analyse om anderen te overtuigen om jou aan te nemen voor de dergelijke klusjes. Eigen antwoord van de leerlingen Van In 11

27 9 Check-up Kun je de opdrachten en oefeningen zelfstandig oplossen? Zo ja, vink dan het vakje ernaast aan. Zo neen, maak dan eerst de extra oefeningen bij het onlinelesmateriaal. Noteer daarna in de laatste kolom de nummers van de Extra s die je maakte. Doelstelling Opdracht Oefening Extra Wat is het nut van een marktonderzoek? Welke informatie kan een marktonderzoek opleveren? Welke soorten marktonderzoek bestaan er? Welke soort vragen is het meest geschikt in een bepaalde situatie? Wat is een SWOT-analyse? Direct De krantenartikels worden regelmatig geactualiseerd zodat het niet mogelijk is om een modeloplossing op te nemen. Lees het krantenartikel bij het onlinelesmateriaal aandachtig. Stel nadien de SWOT-analyse op voor deze situatie. 11 Persoonlijk woordenboek De leerlingen kunnen hier een lijst maken van begrippen die niet in de woordenlijst achteraan zijn opgenomen. 12 Action! Zelf aan de slag met een marktonderzoek Samen met enkele medeleerlingen zet jij nu zelf het marktonderzoek voor Laurent in gang. De OVURmethode loodst je doorheen de opdracht. Stap 1 - Oriënteren 1 Omschrijf in detail de probleemstelling waarvoor jullie een marktonderzoek gaan uitvoeren. 2 Leidt uit deze probleemstelling een duidelijke hoofdonderzoeksvraag af. Op welke (open) vraag zoeken jullie een antwoord met je onderzoek? 3 Welke doelgroep willen je bereiken met je onderzoek? Beschrijf de doelgroep in detail. Van In 12

28 4 Voer een eerste verkenning uit van de markt. Maak hiervoor gebruik van internet, de gouden gids... a Maak een overzicht van al je concurrenten met de volgende gegevens: naam, adres, telefoonnummer, faxnummer, adres, websiteadres. b Geef een overzicht van de prijzen die zij hanteren. De deelvragen bedenk je uitzonderlijk pas bij het voorbereiden van het onderzoek. Stap 2 - Voorbereiden Als onderzoeksmethode kiezen we deze keer voor de enquête. 5 Wat is een enquête? 6 Plaats een kruisje bij het type van onderzoek dat je uitvoert. Deskresearch Verkennend Kwalitatief Fieldresearch Beschrijvend Kwantitatief Verklarend 7 Stel een enquête op van minimum 10 vragen waarin je peilt naar de behoefte voor deze dienst. Gebruik daarbij de vijf geziene vraagtypen. Je hebt maximaal 1 open vraag. Zorg dat elke vraag bijdraagt aan het vinden van een antwoord op de hoofdonderzoeksvraag. Neem de enquête eerst af bij een (kritisch) testpersoon. Welke vragen zijn niet duidelijk, niet goed geformuleerd, dubbelzinnig? Dat kun je best ontdekken door eens proef te draaien. Eens je klaar bent ga je je onderzoek echt uitvoeren. Stap 3 - Uitvoeren 8 Neem de enquête af bij minstens 20 personen. 9 Verwerk de resultaten van de enquête in overzichtelijke tabellen en grafieken. Daarvoor ga je voor iedere vraag (behalve voor de open vraag) na hoe vaak een bepaald antwoord aangeduid werd. 10 Verwerk deze gegevens nu in een grafiek per vraag, met uitzondering van de open vraag. Kies daarbij het meest gepaste grafiektype. 11 Formuleer per grafiek een conclusie. 12 Maak een uitgebreide samenvatting van de antwoorden die je bij de open vraag hebt gekregen. 13 Formuleer een conclusie bij de open vraag. Op basis van de antwoorden kun je nu een antwoord formuleren op de hoofdonderzoeksvraag. Het antwoord geeft een algemeen beeld van de conclusies die je getrokken hebt bij elk van je deelvragen. 14 Welk antwoord op de hoofdonderzoeksvraag geef jij aan Laurent? Van In 13

29 De resultaten die je gevonden hebt, ga je nu verwerken in een presentatie. Je stelt er je marktonderzoek mee voor aan externen, leraren en medeleerlingen. 15 Maak een presentatie met daarin volgende elementen volgens onderstaande richtlijnen. Op je openingsdia staat: je hoofdonderzoeksvraag als titel, 'voorbereidend marktonderzoek' als ondertitel, de namen van de leden van de groep (eerst voornaam, dan familienaam). Vervolgens maak je voor elk van volgende punten een nieuwe dia: inhoudsopgave, een gedetailleerde omschrijving van de probleemstelling (met foto s), de omschrijving van je doelgroep (zorg voor een duidelijke afbakening van de doelgroep), een overzicht van de concurrentie: vermeld enkel de naam, de gemeente en hun sterke en zwakke punten, per vraag een dia met de grafiek en de getrokken conclusie (voor de open vraag volstaat de conclusie), een afsluitende dia met je antwoord op de hoofdonderzoeksvraag. Zorg voor een hand-out van je presentatie voor je leerkracht. 16 Presenteer het marktonderzoek. Zorg ervoor dat elk lid van het groepje voldoende aan bod komt bij de presentatie! Maak daarover duidelijke afspraken. Stap 4 - Reflecteren 17 Sta met je groep even stil bij volgende vragen: Wie heeft het voortouw genomen bij deze opdracht? Vond je dat de taken eerlijk verdeeld waren? Zo neen, waar liep het mis. Zo ja, hoe heb je daar voor gezorgd? Werk je graag in groep of liever alleen? Waarom? Van In 14

30 Evaluatiecriteria Zelf aan de slag met een marktonderzoek Naam: Max. Score Opmerkingen Inhoud presentatie Probleemstelling Doelgroep Concurrentie Enquête Vragen Tabellen Grafieken Conclusies Elektronische presentatie Algemene structuur Opmaak Effecten Duidelijkheid Leesbaarheid Spelling Hand-outs Mondelinge presentatie Gepaste houding Oogcontact Lichaamstaal Overeenkomst presentatie met opgave Vlot beantwoorden van vragen TOTAAL Van In 15

31 Onderzoeksvraag 3 Wanneer maak je winst? 1 Intro Herinner je je de plannen van Laurent nog uit de vorige onderzoeksvraag? Welke investeringen moet hij volgens jou doen als hij een dierenhotel wil beginnen? Welke kosten zal hij maandelijks, tweemaandelijks of jaarlijks hebben bij de uitbating van die onderneming? Overleg nadien even met je buur om na te gaan of je niets vergeten bent. Een gebouw en grond aankopen of huren Dierenhokken, kussens, manden, kooien, speelgoed Voedsel voor de dieren Eventueel een bestelwagen om dieren af te halen en terug te brengen Rekken, bureau, bureaustoelen, pc administratie Elektriciteit Water Stookolie of gas Internetaansluiting en internetabonnement Telefoonkosten Verzekeringen 2 Probleemstelling Hoe worden de totale opbrengsten berekend? Hoe worden de totale kosten begroot? Hoe wordt het resultaat berekend? Wanneer is er sprake van winst of verlies? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen formuleren dat de winst het verschil is tussen kosten en opbrengsten. 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerving) 3 kunnen uit gegeven informatiebronnen en kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen; (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; Van In 1

32 5 kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten; (regulering van het leerproces) 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. STAM De leerlingen: (doorzettingsvermogen) 1 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (kritisch denken) 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; (zorgvuldigheid) 25 stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen. 5 Opdrachten Opdracht 1 Hoe bereken je de omzet? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen beter individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen 1 Zoek in een woordenboek de betekenis op van deze twee begrippen. Omschrijf daarna het verschil met je eigen woorden. Afzet: aantal verkochte hoeveelheden in een periode Omzet: totaalbedrag van de verkopen van een onderneming 2 Hoe wordt de omzet berekend? Noteer hier de wiskundige formule. TO = P x Q 3 Bereken voor de gevalsstudie Buxina bvba de omzet per seizoen en per jaar. Vul de tabel aan. TABEL 1 Verkoopbudget Scheuten Buxus in kuip Verkoopprijs Aantal (Q) Omzet Verkoop- Aantal (Q) Omzet Totale omzet (P) prijs (P) Winter 2,25 0 0,00 12,00 0 0,00 0,00 Lente 2, ,00 12, , ,00 Zomer 2,25 0 0,00 12, , ,00 Herfst 2, ,00 12, , ,00 Totaal (jaar) 7 110, , ,00 Van In 2

33 Opdracht 2 Welke kosten moet je in rekening brengen? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen beter individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen 1 Bereken aan de hand van de volgende tabel de aankoopkosten. TABEL 2 Aankoopbudget Scheuten Buxus in kuip Aankoopprijs (P) Aantal (Q) Aankoopkosten Aankoopprijs (A) Aantal (Q) Aankoopkosten Totale aankoopkosten Winter 1,00 0 0,00 3,00 0 0,00 0,00 Lente 1, ,00 3, , ,00 Zomer 1,00 0 0,00 3, , ,00 Herfst 1, ,00 3, , ,00 Totaal (jaar) 3 160, , ,00 2 Bereken nu de totale kosten. TABEL 3 Kostenbudget (op jaarbasis) Aankopen ,00 Reclame 9 500,00 Elektriciteit en gas 1 575,00 Water 3 200,00 Verzekering 1 800,00 Administratie 3 070,00 Onderhoud 3 000,00 TOTALE KOSTEN ,00 Opdracht 3 Hoe bereken je het geraamde resultaat? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen beter individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Van In 3

34 B Oplossingen 1 Hoe bereken je de winst van de onderneming? Welke formule gebruik je daarvoor? Totale opbrengsten totale kosten 2 Bereken het geraamde resultaat voor Buxina bvba. Geraamde opbrengsten ,00 Geraamde kosten ,00 GERAAMD RESULTAAT ,00 3 Maakt Buxina bvba winst of verlies? Hoe weet je dat? De onderneming maakt winst omdat de opbrengsten groter zijn dan de kosten. Opdracht 4 Kun je van het resultaat van een onderneming leven? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen beter individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen Op de winst moet de ondernemer eerst nog belastingen betalen voor hij het geld een bestemming kan geven. 1 Bereken het geraamde resultaat na belastingen als je ervan uitgaat dat het belastingspercentage 33,99 % bedraagt. 33,99 % van ,00 = ,77 Het resultaat na belasting is , ,77 = ,23 euro. 2 Vind jij het inkomen van Robby en Evy voldoende hoog om te overleven? Zou jij je levensstijl kunnen bekostigen met dat inkomen? eigen antwoord leerlingen Van In 4

35 3 Hoe zou het geraamde resultaat (voor belastingen) veranderen als de verkoopprijs van de buxusplant met kuip zou verhogen tot 14,00? Staaf je antwoord. Verkoopbudget (als de VP/buxusplant = 14,00) Scheuten Buxus in kuip Verkoopprijs Aantal (Q) Omzet Verkoop- Aantal (Q) Omzet Totale omzet (P) prijs (P) Winter 2,25 0 0,00 14,00 0 0,00 0,00 Lente 2, ,00 14, , ,00 Zomer 2,25 0 0,00 14, , ,00 Herfst 2, ,00 14, , ,00 Totaal (jaar) 7 110, , ,00 Geraamde opbrengsten ,00 Geraamde kosten ,00 GERAAMD RESULTAAT ,00 4 Stel dat Robby en Evy beslissen om op zaterdag een arbeider in dienst te nemen. De jaarlijkse loonkost zou 6 160,00 bedragen. Denk je dat Robby en Evy dan nog genoeg inkomsten overhouden om als gewoon gezin te overleven? Staaf je uitleg met berekeningen! Kostenbudget (op jaarbasis) (als een arbeider in dienst wordt genomen) Aankopen ,00 Reclame 9 500,00 Elektriciteit en gas 1 575,00 Water 3 200,00 Verzekering 1 800,00 Administratie 3 070,00 Onderhoud 3 000,00 Loonkost 6 160,00 Totale kosten ,00 Geraamde opbrengsten ,00 Geraamde kosten ,00 GERAAMD RESULTAAT ,00 Geraamd resultaat belastingen = , ,98 = ,02 euro Van In 5

36 6 To the point Een belangrijk deel van het ondernemingsplan is het financieel plan. Daarmee onderzoek je de financiële haalbaarheid van je onderneming. Aangezien de onderneming nog niet definitief opgestart is, moet de starter een schatting maken van de opbrengsten die hij zal realiseren en de kosten die daartegenover staan. De opbrengsten worden samengebracht in een verkoopbudget. Bij het kostenbudget wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds de kosten die de onderneming moet maken in verband met de handelsgoederen (aankoopbudget) en anderzijds de algemene kosten die nodig zijn voor de goede werking van de onderneming. Het resultaat wordt berekend door de opbrengsten te verminderen met de kosten. Is het verschil positief, dan boekt de onderneming winst. In het andere geval maakt de onderneming verlies. Vooraleer de ondernemer de winst een bestemming kan geven, moet hij het resultaat verminderen met de belastingen. Van In 6

37 7 Mindmap 8 Oefeningen Oefening Kun je van websites ontwerpen je droomjob maken? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in kleine groepjes uit. Op die manier kunnen ze met elkaar overleggen. Van In 7

38 B Oplossingen Opbrengsten Jaar 1 Jaar 2 Omzet Totaal Kosten Jaar 1 Jaar 2 Oprichtingskosten Elektriciteit Informatica-uitrusting Verzekeringen Telefoon Kosten boekhouder Kantoormateriaal Diversen Huur Bedienden Bezoldiging Jelle - Stijn Interest Totaal Resultaat Jaar 1 Jaar 2 Totaal Check-up Kun je de opdrachten en oefeningen zelfstandig oplossen? Zo ja, vink dan het vakje ernaast aan. Zo neen, maak dan eerst de extra oefeningen bij het onlinelesmateriaal. Noteer daarna in de laatste kolom de nummers van de Extra s die je maakte. Doelstelling Opdracht Oefening Extra Hoe worden de totale opbrengsten berekend? Hoe worden de totale kosten begroot? Hoe wordt het resultaat berekend? Wanneer is er sprake van winst of verlies? Van In 8

39 10 Direct Niet alleen ondernemingen maken een budget of een begroting op. Dat is ook een jaarlijkse activiteit van de overheid. 1 Download in verband met de federale begroting het saldo op kasbasis. Stel de evolutie ervan grafisch voor. Evolutie van het netto te financieren saldo Kasresultaten (inclusief doorstortingen Zilverfonds) (in miljoen EUR) Ontvangsten , , , , , , , ,10 fiscale , , , , , , , ,40 niet-fiscale 8 532, , , , , , , ,70 Uitgaven , , , , , , , ,40 Saldo van de begrotingsverrichtingen , ,70-852, , , , , ,30 Schatkistverrichtingen ,90-703, , , , ,00-2, ,00 Netto te financieren saldo , , , , , , , ,30 (in % bbp) -2,10-0,80-1,30-1,10-7,90-3,00-4,30-4,20 Herfinanciering van de rijksschuld , , , , , , , ,00 Bruto te financieren saldo , , , , , , , ,30 Bron: Federale begroting - februari ,00 Federale begroting het saldo op kasbasis , , , , , , , , , , , , ,00 Van In 9

40 2 Wat bedoelt men met fiscale ontvangsten? Geef twee voorbeelden. Dat zijn ontvangsten die te maken hebben met belastingen. Bijvoorbeeld: bedrijfsvoorheffing, onroerende voorheffing, roerende voorheffing, personenbelasting, vennootschapsbelasting 3 Geef twee voorbeelden van uitgaven van de federale overheid. Bijvoorbeeld: landsverdediging, uitgaven voor justitie, uitgaven voor de federale politie Bron: Van In 10

41 11 Persoonlijk woordenboek Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen De leerlingen kunnen hier een lijst maken van begrippen die niet in de woordenlijst achteraan zijn opgenomen. 12 Action! Zo stel je zonder moeite een budget op Een budget opstellen is de basis van goede financiële planning. Alleen zo weet je immers hoeveel je mag uitgeven en hoeveel je kunt sparen. Dat geldt niet alleen voor ondernemingen, maar ook voor gezinnen. Er zijn een paar eenvoudige regels in verband met geld waar je niet omheen kunt. Eén ervan is dat je maar kunt uitgeven wat je hebt. Tegenwoordig maken banken, winkelketens en andere kredietinstellingen het je weliswaar makkelijk om aankopen op krediet te doen, maar gezond is dat zeker niet. Het beste beheer van je centjes bestaat er nog altijd in elke maand nauwgezet te plannen hoeveel je gaat uitgeven en wat je op het einde van de maand kunt sparen. Je stelt met andere woorden een budget op. Bij het onlinelesmateriaal vind je een overzicht van de geschatte inkomsten en uitgaven van het gezin Meirens en een handige tool om een budget op te stellen. Vul de persoonlijke budgetplanner in en formuleer een advies voor het gezin Meirens. Je kunt aan alle leerlingen dezelfde case geven. Bij het onlinelesmateriaal staan er verschillende cases voor de maand mei en de maand juni. Op die manier kunnen de leerlingen verschillende oefeningen krijgen. Dit gezin bestaat uit een echtgenoot en echtgenote. De vrouw is kleuterleidster en verdient 1 600,00 netto per maand. De man verdient als leraar secundair onderwijs 2 000,00 netto. Wekelijks geven ze 200,00 uit aan voeding. Maandelijks betalen ze 700,00 af aan de lening voor hun huis. De brandstofkosten voor de wagen bedragen 50,00 per week. Daarnaast betalen ze maandelijks 250,00 af voor hun autolening. Ze hebben ook 2 kinderen (van 10 en 13 jaar) waarvoor ze een totale kinderbijslag van 265,00 ontvangen. Er zijn ook verschillende andere kosten voor de maand juni. Maandelijks geven ze 45,00 uit voor Telenet en 10,00 voor kabeltelevisie. Voor de autoverzekering van hun wagen betalen ze 400,00. De telefoonkosten bedragen deze maand 45,00. De VISA-aankopen zijn goed voor een bedrag van 250,00. Ze kochten voor 200,00 kleding voor de kinderen. Ook kregen ze vorige maand een rekening van 35,00 voor de huisvuilophaling die deze maand moet betaald worden. Bereken het inkomen en de uitgaven voor deze maand voor dit gezin. Van In 11

42 Evaluatiecriteria - Zo stel je zonder moeite een budget op Naam: Max. Score Opmerkingen Invullen budgetplanner Volledigheid Nauwkeurigheid BIN-normen Advies Duidelijkheid Spelling BIN-normen TOTAAL Van In 12

43 Onderzoeksvraag 4 Hoe breng ik mijn product of dienst succesvol aan de man? 1 Intro Een van je beste vrienden is volgende week jarig. Je bent uitgenodigd op zijn verjaardagsfeest en daarom moet je dringend op zoek naar een geschikt cadeautje. Met welke factoren hou je allemaal rekening bij de aankoop van het geschenk? Budget Interesse van de jarige Prijzen van mogelijke geschenken Leveringstermijn 2 Probleemstelling Welk product of dienst bied je het best aan? Wat is het ideale assortiment? Wat bedoelt men met de breedte en de diepte van een assortiment? Wat verstaat men onder de productui? Met welke factoren houdt een ondernemer rekening bij het vaststellen van de prijs? Wat bedoelt men met de prijselasticiteit van de vraag? Welke factoren zijn belangrijk bij de keuze van de locatie? Wat is het verschil tussen directe en indirecte distributie? Wat is het verschil tussen intensieve, selectieve en exclusieve distributie? Welke promotievormen bestaan er? Welk medium kan een ondernemer het best gebruiken? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen: aangeven hoe de onderneming zich op de markt competitief probeert op te stellen aan de hand van de marketingmix (product, prijs, promotie, plaats) (SET 10); aangeven dat de keuzes met betrekking tot de marketingmix bepalend zijn voor de door de onderneming gemaakte kosten. 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerving) 3 kunnen uit gegeven informatiebronnen en kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen; (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; Van In 1

44 5 kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten; (problemen oplossen) 6 herkennen strategieën om problemen op te lossen en evalueren ze; (regulering van het leerproces) 7 kunnen een realistische werkplanning op korte termijn maken; 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. STAM De leerlingen: (communicatief vermogen) 1 brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk; (creativiteit) 2 kunnen originele ideeën en oplossingen ontwikkelen en uitvoeren; 3 ondernemen zelf stappen om vernieuwingen te realiseren; (doorzettingsvermogen) 4 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (empathie) 5 houden rekening met de situatie, opvattingen en emoties van anderen; (flexibiliteit) 8 zijn bereid zich aan te passen aan wisselende eisen en omstandigheden; (kritisch denken) 12 zijn bekwaam om alternatieven af te wegen en een bewuste keuze te maken; 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; (mediawijsheid) 14 gaan alert om met media; (samenwerken) 19 dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen; (zelfredzaamheid) 24 maken gebruik van de gepaste kanalen om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken; (zorgvuldigheid) 25 stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen; (zorgzaamheid) 26 gaan om met verscheidenheid; 27 dragen zorg voor de toekomst van zichzelf en de anderen. CONTEXTEN De leerlingen: (mentale gezondheid) 7 gebruiken beeld, muziek, beweging, drama of media om zichzelf uit te drukken; 8 herkennen de impact van cultuur- en kunstbeleving op het eigen gevoelsleven en gedrag en dat van anderen; (sociorelationele ontwikkeling) 2 erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels in relaties; Van In 2

45 3 accepteren verschillen en hechten belang aan respect en zorgzaamheid binnen een relatie; 4 kunnen ongelijk toegeven en zich verontschuldigen; 6 doorprikken vooroordelen, stereotypering, ongepaste beïnvloeding en machtsmisbruik; 10 beargumenteren, in dialoog met anderen, de dynamiek in hun voorkeur voor bepaalde cultuur- en kunstuitingen; (omgeving en duurzame ontwikkeling) 2 herkennen in duurzaamheidvraagstukken de verwevenheid tussen economische, sociale en ecologische aspecten en herkennen de invloed van techniek en beleid; 3 zoeken naar mogelijkheden om zelf duurzaam gebruik te maken van ruimte, grondstoffen, goederen, energie en vervoermiddelen; (socio-economische samenleving) 4 hebben bij het kopen van goederen en het gebruiken van diensten zowel oog voor prijs-kwaliteit en duurzame ontwikkeling als voor de rechten van de consument; 6 geven voorbeelden van factoren die de waardering van goederen en diensten beïnvloeden; 7 kunnen het eigen budget en de persoonlijke administratie beheren; (socioculturele samenleving) 6 gaan actief om met de cultuur en kunst die hen omringen; 7 illustreren de wederzijdse beïnvloeding van kunst, cultuur en techniek, politiek, economie, wetenschappen en levensbeschouwing. 5 Opdrachten Opdracht 1 Wat is het ideale product voor je doelgroep? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s uit. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen 1 Welke vakantie is geschikt voor wie? Vakantie A Vakantie B Vakantie C Vakantie D Disneyland (foto 2) Safari (foto 3/4) Skivakantie (foto 3/4) Zeevakantie (foto 1) 2 Waarom biedt een reisbureau verschillende types van vakanties aan, denk je? Op die manier bereikt het reisbureau een grotere doelgroep. Opdracht 2 Hoe breed en diep moet het assortiment zijn? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s uit. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Van In 3

46 B Oplossingen De verschillende soorten vakanties die een reisbureau aanbiedt, noemt men de breedte van het assortiment. De varianten per soort vakantie noemt men de diepte van het assortiment. 1 Surf naar de website van Neckermann en vul de tabel verder aan. Van In 4

47 2 Noem twee voordelen en twee nadelen van een breed en diep assortiment. Voordelen: goede klantenservice, ruimere doelgroep Nadelen: grotere investering, meer magazijnruimte Opdracht 3 Wat is een productui? A Lesstrategie Verdeel de klas in groepjes. Elke groep krijgt één uitspraak. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen Verdeel de klas nu in groepen. Elke groep krijgt één uitspraak toegewezen. Die moeten jullie toelichten aan de hand van het begrip productui. In the factory we make cosmetics; in the store we sell hope. ( Deze onderneming verkoopt schoonheidsproducten. Daarbij zijn vooral de symbolische eigenschappen van de producten voor de consument heel belangrijk. Alfa maakt de weg opwindend ( Deze onderneming verkoopt vrij dure auto s. Voor de klanten is dat vaak een statussymbool. Ook hier zijn de symbolische eigenschappen weer heel essentieel. Gedeelde passie ( Deze onderneming speelt in op de passie die klanten kunnen hebben voor muziek (symbolische eigenschappen). Opdracht 4 Wat is de ideale verkoopprijs? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s of individueel uit. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen Lees deze krantenartikels aandachtig en beantwoord de vragen. 1 Welke informatie is volgens de webbouwers noodzakelijk om een leefbare verkoopprijs te bepalen? Wat is de marktwaarde voor deze dienst? Wat is het gangbare uurtarief? Hoeveel tijd moet men besteden aan het maken van een website? Wat is het minimuminkomen om te kunnen overleven? Van In 5

48 Om de prijs vast te leggen is het in de eerste plaats belangrijk te kijken naar de marktwaarde van je product of dienst. 2 Wat is de marktwaarde? Het is de waarde die de consument bereid is voor je product of dienst te betalen; hoeveel de markt je product waard acht. 3 Waarom mag je prijs niet boven de marktwaarde liggen? Omdat niemand dan nog bereid is om je product of dienst te kopen. Consumenten betalen immers geen 100 euro voor iets dat ze maar 80 euro waard vinden. Natuurlijk mag je ook je kosten niet uit het oog verliezen. Met de opbrengsten die je maakt moet je immers je kosten kunnen dekken. Anders maak je verlies. Je moet dus minimum break-even weten te draaien. 4 Wanneer draai je break-even? Als de kosten en de opbrengsten aan elkaar gelijk zijn. Je maakt winst noch verlies. Om winst te maken moet je beter presteren dan break-even. Een veel gebruikte methode om de verkoopprijs van een product te bepalen is cost-plus pricing. 5 Wat is cost-plus pricing? Het bepalen van de verkoopprijs door de kost te verhogen met een bepaald bedrag (de gewenste winstmarge). Je vraagt als prijs dus de kost, plus iets extra. 6 Schrijf de afkorting CEO voluit. Chief Executive Officer Carrefour doet in bovenstaand geval niet aan cost-plus pricing, maar wel aan competitive pricing. 7 Welke factor is bij competitive pricing bepalend voor het vaststellen van de verkoopprijs? De prijzen van de lokale concurrentie. 8 Geef één andere onderneming die dezelfde methode hanteert voor het bepalen van de verkoopprijs. Motiveer je antwoord. Mc Donald s vs. Quick Colruyt (de rode prijs) Vandenborre (lagere prijs elders is verschil terug) 9 Welke factoren zijn volgens het artikel bepalend voor de verkoopprijs van benzine? De notering van de olieproducten op de internationale markten. Van In 6

49 Opdracht 5 Wat is de ideale vestigingsplaats? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s uit. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen De plaats van een vestiging is een heel belangrijk instrument in de marketingmix. De vraag die daarbij centraal staat, is: waar en hoe koopt mijn doelgroep in? Waar zou je de volgende ondernemingen vestigen? (autoassemblagebedrijf): Er is geen rechtsreeks contact met de eindgebruiker. Een industriezone die vlot bereikbaar is voor toeleveranciers en voor het parkeren en het transport van afgewerkte auto's. (Centerparcs): Richt zich op toeristen, dus behoefte aan een grote ruimte in een groene omgeving voor de verblijfsaccommodatie en recreatiemogelijkheden. (Texaco): Richt zich op automobilisten, dus best langs drukke wegen met vele potentiële klanten. (Mc Donald s): Deze eetgelegenheid ligt best langs een drukke toegangsweg, een snelwegparking of een winkelzone. (Aldi): Ergens waar voldoende parkeerruimte is zodat klanten niet ver moeten lopen met de boodschappen. Aldi moet het niet hebben van passage, dus aan de rand van een stad is goed. (Juwelier): Belangrijk dat winkel gezien wordt, dus best in een winkelcentrum/straat, en niet op het platteland of in de stadsrand. Het imago van de locatie is heel belangrijk. Opdracht 6 Welke distributie kies je voor je onderneming? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s uit zodat ze kunnen overleggen. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Van In 7

50 B Oplossingen 1 Zet deze tussenschakels in de juiste kolom. Directe distributie Webwinkel, postorderbedrijf, verzekeringsmaatschappij Ethias (geen tussenpersonen) Indirecte distributie groothandelaar, (auto)dealer, kleinhandel, importeur van bananen, vertegenwoordiger in koffie 2 Zoek in een woordenboek naar de betekenis van de woorden intensief, selectief en exclusief. Omschrijf ze hier met je eigen woorden. intensief: op zo veel mogelijk plaatsen selectief: er wordt een keuze gemaakt exclusief: uitsluitend slechts aan één winkel toestaan 3 Noteer in de tweede kolom een of twee plaatsen waar het product van de foto verkocht wordt. In de derde kolom schrijf je welk type van distributie dat dan wel is. Product Verkoopplaatsen Type van distributie Supermarkt, kleine winkels, benzinestations, krantenwinkels, cafés, speeltuinen. intensief Specifieke winkel die enkel Versaceproducten verkoopt exclusief Bepaalde boetieks die enkel merkkleding verkopen selectief Van In 8

51 Opdracht 7 Hoe verleidelijk is reclame? A Lesstrategie Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur in duo s uit. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. B Oplossingen Promotie maken voor je onderneming is één. De juiste promotievormen kiezen, is een andere zaak. 1 Omschrijf het begrip direct mail met je eigen woorden. Dat is promotiemateriaal dat rechtstreeks naar mogelijke klanten wordt verstuurd via mail. 2 Waarom is deze promotievorm de laatste jaren zo populair geworden? Het is een goedkope manier om promotie te maken. Een mail versturen naar een grote groep mensen kost weinig of niets. Bovendien hebben heel veel mensen toegang tot het internet. 3 Geef twee voorbeelden van promotievormen die we onder de categorie andere zouden kunnen plaatsen. Klantenkaarten, wedstrijden, gratis geschenken, kortingen, promotie via bioscopen, affiches 4 Ook een juiste keuze van het medium om de reclameboodschap te verspreiden, is essentieel. Via welke media zou je in de volgende gevallen reclame maken? Zet een kruisje in de juiste kolom en/of vul de laatste kolom in. Zorg ervoor dat je je keuze kunt beargumenteren. Krant Tijdschrift Tv Radio a Het nieuwste model van BMW x x x x x Specifiek tijdschrift, direct mail klanten b Adidas x x x x x c Snowboardvakantie x x Skicentra, sportwinkels d Boek modeltreintjes x x Specifieke tijdschriften, direct mail naar bepaald doelpubliek Bioscoop Affiche Internet Andere Van In 9

52 6 To the point Zodra de doelgroep is afgebakend en de strategie bepaald, zal de onderneming proberen van potentiële klanten ook werkelijke klanten te maken. Ze zal daarvoor haar beste troeven uitspelen. De troeven waarover elke onderneming beschikt om van potentiële klanten effectieve klanten te maken, zijn de marketinginstrumenten. De ondernemer moet beslissingen nemen over het product (of de dienst) en de kenmerken ervan, over de prijs, over de manier waarop het product aan de man wordt gebracht en wordt gepromoot. Het samenspel van deze 4 P s (product, prijs, promotie, plaats) noemt men de marketingmix. Product Het assortiment is de verzameling van producten of diensten die een leverancier aanbiedt voor de verkoop. De twee belangrijkste dimensies van het assortiment zijn de breedte en de diepte. Een breed assortiment is verdeeld over verschillende productgroepen. Met de diepte van een assortiment wordt de mate van volledigheid van het productaanbod binnen een bepaalde categorie bedoeld. Consumenten met dezelfde behoeften kiezen niet altijd voor eenzelfde product om hun behoeften te bevredigen. Ze hebben immers een verschillende voorkeur of preferentie. Dat leren we uit het schema van Buel. De kern van de productui stelt het kale product voor. Het omvat enkel de primaire eigenschappen. De schil rond de kern stelt het uigebreide product voor. Aan het kale product worden door de producent eigenschappen toegevoegd: dat zijn secundaire eigenschappen. De buitenste schil stelt het totale product voor. Het totale product wordt bepaald door het gebruiksnut, de meerwaarde, het imago dat het product voor de consument heeft. Prijs De prijs blijft een belangrijk element in de marketingmix. Bedrijven beginnen vaak met het bepalen van de prijs en laten andere marketingbeslissingen daarvan afhangen. Een eenvoudige methode om de prijs te bepalen, is de cost-plus-pricingmethode. Een onderneming schat de kosten en doet daar een winstopslag bovenop. Bij een andere manier om de verkoopprijs vast te stellen, gaat men uit van de consument. Welke marktwaarde heeft het product? Hoeveel is hij bereid ervoor te betalen? De meeste ondernemingen houden ook rekening met de concurrentie en stemmen hun prijs af op wat andere ondernemingen vragen. Dat noemt men competitive pricing. Plaats De keuze van een vestigingsplaats is voor elke onderneming een van de moeilijkste beslissingen omdat ze bijna onherroepelijk is en erg bepalend voor het succes van de onderneming. Van In 10

53 Er zijn heel wat factoren die invloed hebben op de keuze van de locatie: beschikbare ruimte beschikbaar budget imago van de vestigingsplaats verkeersinfrastructuur bereikbaarheid voor klanten en leveranciers parkeermogelijkheden wetgeving vestigingsplaats van de concurrent Verder zal een ondernemer ook moeten beslissen hoe hij zijn producten wil distribueren. Hij kan ervoor kiezen om rechtstreeks van de fabrikant aan de eindverbruiker te leveren. Dat noemt men directe distributie. Wanneer er gebruikgemaakt wordt van tussenschakels, kiest de ondernemer voor indirecte distributie. Daarnaast zal de ondernemer ook moeten beslissen over het aantal verkooppunten waar hij zijn producten of diensten wil aanbieden. De distributie-intensiteit kan opgedeeld worden in drie niveaus. Intensieve distributie houdt in dat het product op zo veel mogelijk verkooppunten verkrijgbaar is. Wanneer een product slechts op een beperkt aantal distributiepunten binnen een regio verkrijgbaar is, spreekt men van selectieve distributie. Exclusieve distributie betekent dat een product slechts in één winkelpunt in een bepaalde regio verkrijgbaar is. Promotie Tegenwoordig worden we overspoeld met een ruim aanbod van producten en diensten. Het is dan ook voor de consument niet makkelijk om een keuze te maken. Die keuze wordt nog bemoeilijkt omdat de producenten ons op allerlei manieren proberen te overtuigen om hun product of dienst te kiezen. Voor de ondernemer komt het erop aan om die promotievorm te kiezen die het best aansluit bij de andere P s van de marketingmix. Ook de keuze van het medium is essentieel. Van In 11

54 7 Mindmap 8 Oefeningen Oefening 1 Welk assortiment is ideaal? A Lesstrategie Deel de klas in drie groepen in. Groep 1: JBC Groep 2: Zeeman Groep 3: Plaatselijke boetiek B Oplossingen 1 Geef een bondige omschrijving van de onderneming die je gaat bespreken. 2 Stel het assortiment op een overzichtelijke manier voor. Van In 12

55 3 Noem twee concurrenten van de onderneming. Omschrijf bondig waarin hun assortiment gelijkloopt of verschilt. Eigen antwoord van de leerlingen Oefening 2 Wat is het product in ruime zin? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Daarna kunnen ze overleggen met hun buur. B Oplossingen Een product is meer dan het kale product op zich. Welk product verkies jij? Waarom? Eigen antwoord van de leerlingen. Het is belangrijk dat de leerlingen voldoende en degelijke argumenten gebruiken. Oefening 3 Hoe wordt de verkoopprijs van een glas bier bepaald? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Daarna volgt er een klassikale bespreking. B Oplossingen Tabel 1 Evolutie van de verkoopprijs van bier (25 cl.) In euro 1,24 1,46 1,55 1,65 1,69 1,81 1,93 Index ,74 125,00 133,06 136,29 145,97 155,65 Bron: FOD Economie 1 Vul de tabel verder aan. Bereken de jaarlijkse stijging. Vergelijk telkens met de prijs in Bij het bepalen van de verkoopprijs houdt de onderneming rekening met een drietal elementen: de kostprijs incl. winstmarge, de concurrentie en de klant. Kun je die elementen ook terugvinden bij de bepaling van de verkoopprijs van bier? Motiveer je antwoord. Kostprijs: Men houdt rekening met de grondstof- en energieprijzen. Concurrentie: Uit het artikel blijkt dat men zeker rekening houdt met de prijszetting van de concurrenten. Klanten: Men houdt rekening met de verwachtingen van de klant. De prijs moet immers democratisch blijven. Van In 13

56 Oefening 4 Hoe sterk reageert de vraag op een verandering van de prijs? A Lesstrategie De prijselasticiteit is niet opgenomen in het leerplan, dit is dus een uitbreiding. Deze opdracht wordt bij voorkeur klassikaal uitgevoerd. Je kunt ook met verbetersleutels werken. B Oplossingen Een ondernemer moet niet enkel naar de eigen kosten en de concurrenten zien, als hij de prijs vastlegt. Een prijsstijging doet de gevraagde hoeveelheid immers afnemen. Des te duurder het product, des te minder klanten. De prijselasticiteit speelt daarbij een cruciale factor. De prijselasticiteit van de vraag geeft de relatieve (procentuele) verandering van de gevraagde hoeveelheid aan als gevolg van een relatieve (procentuele) prijsverandering van dat goed. Men spreekt van een elastische vraag als de prijselasticiteit groter is dan 1. Dat betekent dat de verandering van de gevraagde hoeveelheid relatief groter is dan de relatieve prijsverandering. Bij een elastische reactie zal een prijsstijging leiden tot een daling van de omzet. Wanneer de uitkomst absoluut gezien tussen 0 en 1 ligt, spreekt men van een inelastische vraag. In dat geval zal een prijsstijging leiden tot een stijging van de omzet. 1 Een discotheekhouder verhoogt de entreeprijs van 5,00 naar 6,00. Daardoor daalt het aantal bezoekers van naar Bereken de prijselasticiteit van de vraag. Is hier sprake van een elastische of een inelastische vraag? q gem = ( ) / 2 = p gem = (5,00 + 6,00) / 2 = 5,50 p E v = ( ) / = 0,1025 = - 0,56 (5,00-6,00) / 5,50-0,1818 De absolute waarde van de elasticiteit is 0,56. Het is een inelastische vraag. 2 Wat is het gevolg voor de omzet van de discotheekhouder? De vraag is inelastisch. De prijsstijging zal de omzet doen stijgen. Controle Voor prijsstijging: omzet = x 5,00 = 6 000,00 euro Na prijsstijging: omzet = x 6,00 = 6 480,00 euro Van In 14

57 3 Hieronder vind je de grafische voorstelling van de vraag naar brood en een laptop. Welke grafiek heeft betrekking op brood? Waarom denk je dat? Grafiek 1 stelt de prijselasticiteit van brood voor. Een prijswijziging van brood zal weinig verandering in de vraag naar brood met zich meebrengen. Brood is immers een levensnoodzakelijk product. Oefening 5 Nieuwe IKEA-vestiging geopend A Lesstrategie Het filmfragment kun je bekijken via deze website: Het fragment kun je klassikaal bekijken, maar je kunt er ook voor kiezen om de leerlingen te laten werken met een koptelefoontje zodat ze het fragment kunnen terugspoelen. B Oplossingen Bekijk het filmfragment bij het onlinelesmateriaal aandachtig en beantwoord dan de vragen. 1 Waar werd de nieuwe IKEA-vestiging geopend? Flanders Expo in Gent 2 Waarom heeft IKEA voor die locatie gekozen? Er is veel ruimte voor de winkel zelf, en ook voor de parkeerplaatsen. Er zijn uitstekende verbindingen met het openbaar vervoer. 3 Welke extra service biedt IKEA aan om de klanten te overtuigen toch bij hen te kopen? IKEA biedt de klanten een taxiservice aan om hun meubels naar huis te brengen. Van In 15

58 Oefening 6 Hoe promoot je een nieuwe frisdrank? A Lesstrategie Deze opdracht is een creatieve opdracht die door de leerlingen in groep wordt uitgevoerd. Aandacht dient hierbij te gaan naar de keuze van het doelpubliek, en het maken van een filmpje dat gericht is op dat doelpubliek. Daarna kan een klassikale nabespreking volgen. B Oplossingen De klas wordt in groepjes verdeeld. Je maakt met je groepje een reclamefilmpje van maximum 1 minuut en een bijhorende reclameaffiche waarmee je dit nieuwe product in de kijker wil plaatsen. Kom creatief uit de hoek, maar zorg er ook voor dat het echt aanslaat bij je doelpubliek! Eigen antwoord van de leerlingen 9 Check-up Kun je de opdrachten en oefeningen zelfstandig oplossen? Zo ja, vink dan het vakje ernaast aan. Zo neen, maak dan eerst de extra oefeningen bij het onlinelesmateriaal. Noteer daarna in de laatste kolom de nummers van de Extra s die je maakte. Doelstelling Opdracht Oefening Extra Welk product of dienst bied je het best aan? Wat is het ideale assortiment? Wat bedoelt men met de breedte en de diepte van een assortiment? 2 2 Wat verstaat men onder de productui? 3 Met welke factoren houdt een ondernemer rekening bij het vaststellen van de prijs? Welke factoren zijn belangrijk bij de keuze van de locatie? 5 5 Wat is het verschil tussen directe en indirecte distributie? Wat is het verschil tussen intensieve, selectieve en 6 exclusieve distributie? Welke promotievormen bestaan er? Welk medium kan een ondernemer het best gebruiken? Direct De krantenartikels worden regelmatig geactualiseerd zodat het niet mogelijk is om een modeloplossing op te nemen. 1 Welke tendens wordt in het artikel beschreven? 2 Welke gevolgen heeft dat voor de marketingmix? Van In 16

59 11 Persoonlijk woordenboek Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen De leerlingen kunnen hier een lijst maken van begrippen die niet in de woordenlijst achteraan zijn opgenomen. 12 Action! Waar plaats ik mijn producten in de winkel zelf? A Lesstrategie Deze opdracht is opgesteld volgens de OVUR-methode. Het betreft een observatieopdracht in een supermarkt. Laat de leerlingen deze opdracht in groep maken. B Oplossingen Een supermarkt doet er alles aan om jou als klant te verleiden om bij hen te komen winkelen. Prijsbeleid, keuze van de aangeboden producten, locatie... Alles is er op gericht om de juiste doelgroep zo goed mogelijk aan te spreken. Nieuwe klanten over de vloer krijgen is één zaak, zorgen dat ze morgen terugkomen is weer geheel wat anders. De indeling van de verkoopvloer heeft daarop een aanzienlijke invloed. Voelt een klant zich om een of andere reden ongemakkelijk, dan haakt hij af en gaat hij naar de concurrent. Stap 1 - Oriënteren In dit onderzoek ga je met twee of drie klasgenoten uitzoeken hoe jouw supermarkt de klant probeert te verleiden. Dat is de hoofdonderzoeksvraag. Voor dit onderzoek krijgt de helft van de klas een discounter (Aldi, Lidl, Tecno ) toegewezen. De andere helft voert de opdracht uit in een klassieke supermarkt (Delhaize, Carrefour, Match ). Na het formuleren van de hoofdonderzoeksvraag moeten we de deelvragen bepalen. Die spitsen zich deze keer toe op de 4 p's van de marketingmix. 1 Geef de vier p's. Formuleer voor elk van hen twee goede open deelvragen. Element marketingmix Deelvragen Van In 17

60 Stap 2 - Voorbereiden De gegevens in jullie onderzoek gaan jullie verzamelen door de supermarkt die jullie bespreken, te bezoeken. 2 Welke onderzoeksmethode passen jullie toe? De observatie 3 Wat houdt deze methode in? Je voert onderzoek door je onderzoeksobject (hier de supermarkt) waar te nemen in haar natuurlijke omgeving. 4 Met welke personen vormen jullie een groep? eigen antwoord leerlingen 5 Welke supermarkt gaan jullie bezoeken? eigen antwoord leerlingen Stap 3 - Uitvoeren Je bent klaar om de supermarkt te bezoeken. Hieronder vind je de vragen waarop je een antwoord moet zoeken. Zo weet je meteen waar je moet op letten bij je bezoek! 6 Schrijf in de eerste kolom het element (de p) van de marketingmix waarop de vraag betrekking heeft. Plaats Plaats Plaats Plaats Product Product Product Product Prijs Prijs Prijs Promotie Promotie Promotie Promotie Waar is de supermarkt gelegen? Hoe vlot is de supermarkt te bereiken? Hoe groot is de parking bij de supermarkt? Welke nadelen zijn er verbonden aan de ligging van de supermarkt? Hoe breed is het assortiment van de supermarkt? Hoe diep is het assortiment van de supermarkt? Welk huismerk heeft de supermarkt? Worden er in de supermarkt veel merkproducten aangeboden? Welke prijs vraagt de supermarkt voor z'n producten? Welke prijs betaal je voor vergelijkbare producten in een andere supermarkt? Hoe schat je de prijzen van de supermarkt in (hoger dan gemiddeld, gemiddeld, lager dan gemiddeld)? Hoe ziet de plattegrond van de supermarkt er uit? Waar vind ik welke producten op de plattegrond (vlees, groenten en fruit, diepvries, dranken, suiker, bloem, diepvries, magazines, speelgoed, verzorgingsproducten, kassa)? Waarom? Wat is de prijs van de producten op ooghoogte in vergelijking met de producten op het onderste rek? Waarom? Waar bevinden zich de producten die in promotie staan? Waarom? Van In 18

61 Promotie Promotie Hoe probeert men het winkelen eenvoudiger/efficiënter te maken voor de klanten? Hoe probeert men de klant aan te zetten tot impulsaankopen? Vraag aan de zaakvoerder of je ook enkele foto's mag maken om in je onderzoeksverslag op te nemen. Aan de hand van de verzamelde antwoorden maak je nu een onderzoeksverslag. Je moet de volgende zaken bij je leraar inleveren: 1 Een voorblad met de namen van de groepsleden, je klas en school, de datum en in een groter lettertype de hoofdonderzoeksvraag als titel. 2 Een korte inleiding waarin je verwerkt voor welk vak je het werk moest maken, wat de hoofdonderzoeksvraag is die je gaat beantwoorden, welke supermarkt je onderzocht hebt, en welke de onderzoeksmethode is die je gebruikt hebt. Je zet er ook in welke onderdelen de lezer gaat terugvinden in je onderzoeksverslag. 3 Een uitvoerige bespreking van de marketingmix in jullie supermarkt. Elk element van de marketingmix heeft een eigen titeltje. Daarna verwerk je uitvoerig alle info die je over die p gevonden hebt, zonder telkens vraag - antwoord te geven. Je maakt er een vlot lezende tekst van die in alinea's is onderverdeeld. Staaf uitvoerig met voorbeelden van je observatie. Voeg hier ook foto's, je plattegrond enz. aan toe. 4 Een conclusie waarin je een antwoord geeft op de hoofdonderzoeksvraag. Vat in een 20-tal regels samen hoe jullie supermarkt de klant tracht te verleiden. Opgelet, breng geen nieuwe informatie aan in je besluit, maar vertrek vanuit je bespreking van de marketingmix. Let op een het gebruik van een duidelijk, uniform lettertype, de aanwezigheid van titels en paginanummers, en het gebruik van een correcte spelling en zinsbouw. Maak met je leerkracht duidelijke afspraken over een tijdskader waarbinnen dit werk moet geleverd worden. In onderstaand kader kan je de verschillende werkmomenten en deadlines opschrijven. Vraag ook of je een logboek moet bijhouden. datum activiteit Van In 19

62 Stap 4 - Reflectie Het maken van een goede conclusie is niet eenvoudig. Lees de conclusie van twee andere groepjes. Bekijk vervolgens je eigen conclusie opnieuw. Wat vinden jullie beter aan jullie conclusie (inhoud, formulering)? Wat vinden jullie minder goed bij jullie eigen conclusie? Had iedereen van de groep de conclusie gelezen alvorens het werkje werd ingediend? Waarom is dit belangrijk? Welke werkpunten onthoud je bij het maken van een conclusie? Evaluatiecriteria - Hoe probeert de supermarkt de klant te verleiden? : onderzoeksverslag Naam: Inhoud Max. Score Opmerkingen Voorblad Inleiding Plaats Product Prijs Promotie Aanwezigheid foto's, plattegrond... Besluit Vorm Verzorgd voorblad Gelijk lettertype Paginanummering Gebruik van titels Spelling en zinsbouw TOTAAL Van In 20

63 Onderzoeksvraag 5 Welke externe factoren hebben invloed op het ondernemersgebeuren? 1 Intro Economisch goede tijden Economisch slechte tijden 1 3 (Dit hoeft geen slechte tijd te zijn als de onderneming snel een alternatief vindt.) Probleemstelling Welke externe factoren hebben invloed op het ondernemersgebeuren? Zijn de gevolgen positief of negatief? Wat houdt het begrip conjunctuur in? Wanneer is er sprake van hoogconjunctuur/laagconjunctuur? Wat zijn de gevolgen daarvan voor de consument en de ondernemingen? Welke maatregelen kan een onderneming nemen om een economische terugval op te vangen? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen de invloed van het conjunctuurverloop op het ondernemingsgebeuren schetsen en de mogelijkheden beschrijven die de onderneming ter beschikking heeft om het effect ervan te milderen. 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerving) 3 kunnen uit gegeven informatiebronnen en kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen; (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; 5 kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten; (regulering van het leerproces) 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. Van In 1

64 STAM De leerlingen: (communicatief vermogen) 1 brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk; (doorzettingsvermogen) 6 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (empathie) 7 houden rekening met de situatie, opvattingen en emoties van anderen; (kritisch denken) 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; (samenwerken) 19 dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen; (zelfredzaamheid) 24 maken gebruik van de gepaste kanalen om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken; (zorgvuldigheid) 25 stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen; (zorgzaamheid) 26 gaan om met verscheidenheid; 27 dragen zorg voor de toekomst van zichzelf en de anderen. CONTEXTEN De leerlingen: (sociorelationele ontwikkeling) 2 erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels in relaties; 6 doorprikken vooroordelen, stereotypering, ongepaste beïnvloeding en machtsmisbruik; 10 beargumenteren, in dialoog met anderen, de dynamiek in hun voorkeur voor bepaalde cultuur- en kunstuitingen; (omgeving en duurzame ontwikkeling) 2 herkennen in duurzaamheidvraagstukken de verwevenheid tussen economische, sociale en ecologische aspecten en herkennen de invloed van techniek en beleid. 5 Opdrachten Opdracht 1 Zijn er externe factoren waar een ondernemer geen vat op heeft? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen bij voorkeur individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Van In 2

65 B Oplossingen Lees de onderstaande artikels aandachtig. 1 Stel een lijst op van begrippen die niet duidelijk zijn. Probeer eerst met je buur aan de hand van de tekst te achterhalen wat ze zouden kunnen betekenen. Roep pas daarna de hulp van de leraar in. Eigen antwoord van de leerlingen 2 Noteer onder elk artikel de externe factoren die invloed hebben op het ondernemersgebeuren. Vermeld ook telkens of de invloed positief of negatief is. Komende fruitoogst slechtste in jaren Slecht weer: aanbod daalt Voorkeur van de consument: vraag stijgt of daalt De import uit andere werelddelen: doet aanbod stijgen Grootte van de voorraad die aanwezig is op de markt: doet aanbod stijgen Grafiek energieprijzen Energieprijs: beïnvloedt de winstgevendheid van bedrijven, in het bijzonder voor bedrijven die veel energie verbruiken. Prijzenoorlog maakt slachtoffers Concurrentie: hierdoor moeten de bedrijven hun prijzen verlagen en daalt de winstgevendheid. Boodschappen duurder door stijgende grondstofprijzen Grondstofprijzen: deze stijgen door slecht weer en grote Aziatische vraag, waardoor afgeleide producten ook duurder worden. Stijgende vraag naar mondkapjes Onverwachte gebeurtenissen daardoor stijgt de vraag enorm. Buitenlanders investeren meer in België Belastingen: hoewel België standaard hoge belastingen heeft, weet het toch internationale bedrijven aan te trekken door interessante belastingregimes Opdracht 2 Welke invloed heeft de conjunctuur? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen bij voorkeur individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Van In 3

66 B Oplossingen De conjunctuur geeft de verandering van de economie op korte termijn weer. Als de groei op de normale groei achterblijft, dan spreek je van een laagconjunctuur. Wanneer de groei groter is dan de normale groei, dan spreken we van een hoogconjunctuur. 1 Kleur in de bovenstaande grafiek de periodes van hoogconjunctuur groen en deze van laagconjunctuur rood. Heel interessante aflevering van schooltv: 2 Probeer aan de hand van de artikels te achterhalen wat de gevolgen van laagconjunctuur zijn op het vlak van: de productiecapaciteit: De productiecapaciteit wordt in de meeste sectoren niet volledig gebruikt. het vertrouwen van ondernemers: Het vertouwen van ondernemers daalt vaak in een periode van laagconjunctuur. Investeringen worden uitgesteld. De productiecapaciteit wordt meestal teruggeschroefd. het vertrouwen van de consument: In een periode van laagconjunctuur gaat het vertrouwen van de consument achteruit waardoor bepaalde aankopen worden uitgesteld. Men vreest in sommige gevallen voor zijn job. de werkgelegenheid: Het aantal werklozen stijgt in een periode van laagconjunctuur. Ondernemingen moeten besparen en kunnen dat o.a. doen door de loonkosten te beperken. In bepaalde sectoren daalt de vraag enorm waardoor de ondernemingen met een overcapaciteit zitten. Soms is de werkloosheid slechts tijdelijk; in andere gevallen moeten sommige ondernemingen mensen echt definitief ontslaan. de omzet: In een periode van laagconjunctuur zal het omzetcijfer over het algemeen dalen. Deze daling is in bepaalde sectoren veel groter dan in andere sectoren die producten en diensten aanbieden die eerder als levensnoodzakelijk worden beschouwd. de openstaande vorderingen: Het bedrag aan openstaande vorderingen is meestal groter. Het is meestal ook moeilijker om de openstaande vorderingen te innen. Van In 4

67 3 Welke sectoren worden het eerst getroffen door laagconjunctuur? De bedrijven die luxe en niet-noodzakelijke producten en diensten aanbieden. 4 Geef twee voorbeelden van relancemaatregelen die de overheid kan treffen om de economische crisis aan te pakken. Het verlagen van belastingen, de loonkost naar beneden halen, de btw verlagen, grote infrastructuurbouwwerken opzetten, meer uitstel van betaling geven aan bedrijven... Ter info: Zowel de federale als de Vlaamse regering hebben tijdens de financieel-economische crisis en de eurocrisis vanaf 2008 een reeks maatregelen genomen voor een relance van onze economie. Algemene loonkostenreductie bedrijfsvoorheffing Ondernemingen krijgen een kostenreductie van 1 % op de brutoloonmassa in RSZ-bijdragen versoepeling kwijtschelding sancties Sancties voor laattijdige betaling van de RSZ-bijdrage kunnen gedeeltelijk opgeheven worden. Uitstel van betaling bedrijfsvoorheffing Er wordt uitstel gegeven van betaling van de bedrijfsvoorheffing gedurende twee kwartalen of zes maanden, telkens voor drie maanden. Verhoging van de tewerkstellingspremie voor 50-plussers De premie bij de aanwerving van 50-plussers wordt opgetrokken. Versnelde betaling investeringskredieten Ondernemingen kunnen sneller en meer voorschotten krijgen op de Vlaamse premies voor investeringssteun. Meer geld voor jonge starters Startende ondernemingen kunnen tot 1,5 miljoen euro aan zaaikapitaal krijgen. Mezzaninefinanciering voor innovatieve KO s Kleine ondernemingen zullen achtergestelde leningen kunnen krijgen voor een bedrag van maximaal 2,5 miljoen euro. Een soepelere waarborgregeling voor KMO s De Vlaamse regering kan aan financiële instellingen gedeeltelijke waarborgen verstrekken voor kredieten aan KMO s. Nu ook waarborgen voor grote ondernemingen Ook voor grote ondernemingen is er nu een Vlaamse waarborgregeling. Eenmalige vrijstelling van deel machinetaks Over aanslagjaar 2009 hoeven ondernemingen geen provinciale opcentiemen op machines en outillage te betalen; voor de gemeentelijke opcentiemen krijgen ze een half jaar uitstel. Meer steun voor ecologie-investeringen De steunpercentages en het maximumbedrag voor ecologiepremies voor ecologieinvesteringen zijn verhoogd. Meer middelen voor investeringen in life sciences De Participatie Maatschappij Vlaanderen (PMV) richt een dochteronderneming op, invita, die zaaikapitaal zal verstrekken voor investeringen in life sciences. Tijdelijk hogere overbruggingspremie voor loonverlies bij minder werken Wie in het kader van een herstructurering of in een bedrijf in moeilijkheden minder gaat werken, kan tot 2010 een overbruggingspremie krijgen. Van In 5

68 Gratis opleiding bij tijdelijke werkloosheid om economische redenen Ondernemingen die tijdelijke werkloosheid om economische redenen doorvoeren, kunnen voor de betrokken werknemers bij de VDAB om een gratis opleiding verzoeken. Tijdelijke crisisaanpassing arbeidsduur De federale regering heeft een patronale lastenverlaging ingevoerd voor ondernemingen die tijdelijk hun arbeidsduur collectief met 1/4 of 1/5 verminderen. Crisisvariant tijdskrediet Deze variant van het tijdskrediet wordt tussen werkgever en werknemer gezamenlijk afgesproken, terwijl het 'gewone' tijdskrediet een recht van de werknemer is. Tijdelijke en collectieve volledige of gedeeltelijke schorsing van de arbeidsovereenkomst Het gaat om de volledige of gedeeltelijke schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. De werknemer krijgt van de RVA een vergoeding voor de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. Versoepeling btw en bedrijfsvoorheffing Bedrijven in financiële moeilijkheden kunnen uitstel van betaling bekomen voor de btw en de bedrijfsvoorheffing, zonder boetes. De nalatigheidsinteresten worden sterk gereduceerd. Bron: 5 Wat kan een bedrijf zelf ondernemen om een economische terugval op te vangen? Geef twee voorbeelden. Verlagen van kosten door verregaande besparingen, nieuwe markten opzoeken waar er nog wel vraag naar het product is, nieuwe producten op de markt brengen, zich niet toespitsen op één specifieke doelgroep. 6 To the point Je kunt als ondernemer heel wat stappen nemen om de risico s van het ondernemerschap te beperken, maar er zijn ook externe elementen die de planning van de onderneming kunnen doorkruisen. De grond- en hulpstoffen kunnen flink duurder worden, er kunnen nieuwe binnen- en buitenlandse concurrenten opduiken, de weersomstandigheden kunnen omslaan, de politieke situatie kan instabiel worden, de conjunctuur kan plots omslaan Vooral het grillige conjunctuurverloop is een bron van zorgen. Van In 6

69 Een periode van hoogconjunctuur kenmerkt zich door een grote, economische bedrijvigheid, een geringe werkloosheid en een krachtige bestedingsneiging onder consumenten. De economische activiteit is zodanig dat de economische groei boven de trendmatige groei zit. Als er echter overbesteding optreedt, kan dat weer nadelige gevolgen hebben voor de groei. De economie gaat te hard, bedrijven krijgen de producten niet aangeleverd, verhogen hun prijzen. Arbeidsreserve is er niet want bijna iedereen werkt, dus de lonen vliegen omhoog en de prijzen gaan mee. Dat heeft vrijwel altijd een neergang als gevolg. De laagconjunctuur is de neergaande fase in de economie van de conjunctuurbeweging. Die kenmerkt zich door een geringe economische bedrijvigheid, de export daalt en de winsten van bedrijven nemen af. Bedrijven ontslaan mensen en de werkloosheid stijgt. Bovendien worden de lonen van de werknemers bevroren, waardoor zij minder geld hebben om te besteden. De binnenlandse vraag naar producten en diensten neemt af en bedrijven investeren minder. De ondernemingen kunnen die conjuncturele terugval proberen op te vangen door te besparen op de kosten, door risicospreiding en door diversifiëring. 7 Mindmap Van In 7

70 8 Oefeningen Oefening 1 Wat zijn de gevolgen als de economische groei het laat afweten? A Lesstrategie Deze opdracht voeren de leerlingen bij voorkeur individueel uit. Daarna kan er een klassikale bespreking volgen. B Oplossingen 1 Welke externe factoren hebben volgens het artikel invloed op het reilen en zeilen van een onderneming? De internationale conjunctuur De financiële crisis De inflatie stijging van de loonkosten Stijging van de energieprijzen 2 Vat in een overzichtelijk schema het artikel samen. Wat zijn de oorzaken en gevolgen? Oefening 2 Welke indicatoren zijn er om de economische groei te meten? A Lesstrategie Deel de klas in drie groepen in. Elke groep krijgt twee grafieken toegewezen. Elke grafiek stelt de evolutie van een bepaalde indicator voor. Het is aan de groep om de relatie tussen de economische groei en de betrokken indicator te bespreken. Achteraf stelt elk groepje zijn resultaten aan de anderen voor via een PowerPoint-presentatie. De grafieken kun je downloaden van de methodesite zodat je ze kunt gebruiken bij de presentatie. Van In 8

71 B Oplossingen Belangrijk is dat de leerlingen goed zien hoe het met de indicator is gesteld tijdens respectievelijk hoog- en laagconjunctuur. 9 Check-up Kun je de opdrachten en oefeningen zelfstandig oplossen? Zo ja, vink dan het vakje ernaast aan. Zo neen, maak dan eerst de extra oefeningen bij het onlinelesmateriaal. Noteer daarna in de laatste kolom de nummers van de Extra s die je maakte. Doelstelling Opdracht Oefening Extra Welke externe factoren hebben invloed op het ondernemersgebeuren? Zijn de gevolgen positief of negatief? 1 1 Wat houdt het begrip conjunctuur in? Wanneer is er sprake van hoogconjunctuur/laagconjunctuur? Wat zijn de gevolgen hiervan voor de consument en de ondernemingen? Welke maatregelen kan een onderneming nemen om een economische terugval op te vangen? Direct De krantenartikels worden regelmatig geactualiseerd zodat het niet mogelijk is om een modeloplossing op te nemen. Bij het onlinelesmateriaal vind je verschillende artikels waarin beschreven wordt wat de gevolgen zijn van conjunctuurschommelingen en hoe bedrijven daarmee omgaan. 1 Kies er twee bedrijven uit. 2 Onderstreep de kernwoorden in de artikels. 3 Noteer drie zinvolle vragen die je in verband met dit bedrijf zou willen stellen aan je klasgenoten. De antwoorden op de vragen moeten de essentie van het artikel weergeven. 11 Persoonlijk woordenboek De leerlingen kunnen hier een lijst maken van begrippen die niet in de woordenlijst achteraan zijn opgenomen. Van In 9

72 12 Action! Economische indicatoren voor België Economische groei onderuit Crisis laat zich merken Sterke groei positief voor werkgelegenheid Export draait op volle toeren Planbureau verwacht stijging bbp met 2 % Bouw vreest serieuze krimp In de kranten zijn heel wat artikels te vinden over de economische groei en de bijhorende gevolgen. In deze Action ga je zoeken of de artikels door het cijfermateriaal dat beschikbaar is bij de Nationale Bank worden ondersteund. 1 Zoek in een Vlaamse krant (of op de website) 3 artikels die je iets vertellen over de economische toestand van het land. Als je heel korte artikels hebt, verzamel je er meer dan drie. Zorg dat de artikels niet ouder dan een jaar zijn! 2 Schrijf aan de hand van de drie artikels die je gevonden hebt een tekst over de economische toestand van België. In deze tekst zeg je hoe het met economie gesteld is, wat de gevolgen daarvan zijn en wat de eventuele oorzaken zijn. 3 Zoek nu de onderstaande gegevens op van de laatste 6 jaar. Mogelijk vind je nog niet veel cijfermateriaal van dit jaar. Dat is niet erg. Let er goed op dat je jaarcijfers gebruikt, en geen kwartaal- of maandcijfers! Veranderingspercentage t.o.v. vorig jaar Finale consumptieve bestedingen van particulieren Finale consumptieve bestedingen van de overheid Uitvoer van goederen en diensten Invoer van goederen en diensten Bbp Loonkost per gewerkt uur Totale werkgelegenheid Werkloosheid 4 Welke conclusie over de economische toestand kan je trekken op basis van de gegevens uit de tabel? 5 Zijn er verschillen tussen de conclusie die je trok op basis van de artikels en deze van de tabel? Kan je dat verklaren? Van In 10

73 Evaluatiecriteria - Economische indicatoren voor België Naam: Artikels Max. Score Opmerkingen Correct aantal Relevantie Correcte interpretatie Tabel Volledigheid Nauwkeurigheid Correcte interpretatie Verschilanalyse met artikels Vorm Duidelijkheid Spelling NBN-normen TOTAAL Van In 11

74 Onderzoeksvraag 6 Wanneer draait een onderneming break-even? 1 Intro Wat betekent de term break-even volgens jou? Break-even is de situatie waarbij er geen winst of verlies is. 2 Probleemstelling Hoe wordt de totale opbrengst wiskundig berekend? Wat zijn vaste en variabele kosten? Hoe worden de totale vaste kosten en de totale variabele kosten voorgesteld in een formule? Hoe kunnen we de TO, de TCK, de TVK en de TK grafisch voorstellen? Wanneer bereikt een onderneming het breakevenpunt? 3 Leerplandoelstellingen De leerlingen kunnen in een break-evengrafiek de break-evenafzet bepalen; de opstelling van het ondernemingsbudget verantwoorden en de voornaamste componenten ervan omschrijven (SET 6). 4 VOETen LEREN LEREN De leerlingen: (informatieverwerking) 4 kunnen zinvol inoefenen en herhalen; (problemen oplossen) 6 herkennen strategieën om problemen op te lossen en evalueren ze; (regulering van het leerproces) 8 kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zo nodig aanpassen. Van In 1

75 STAM De leerlingen: (doorzettingsvermogen) 3 blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven; (kritisch denken) 12 zijn bekwaam om alternatieven af te wegen en een bewuste keuze te maken; 13 kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken. Gevalsstudie Michelle Teyssen Michelle Teyssen runt een winkeltje in Hasselt. Haar assortiment bestaat voornamelijk uit jurkjes. Ze verkoopt die voor 45,00 per stuk. Ze koopt ze aan voor 18,00. Per maand betaalt Michelle 1 250,00 voor de huur van haar winkelpand en 750,00 voor verwarming en elektriciteit. Aangezien de winkel druk bezocht wordt, heeft ze ook een verkoopster in dienst. Dat kost haar 1 375,00 per maand. Ze wil graag weten hoeveel stuks ze moet verkopen om uit de kosten te geraken. 5 Opdrachten Opdracht 1 Hoe bereken je de totale opbrengsten? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen bij voorkeur individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Deze oefening kan ook met MS Excel worden gemaakt. B Oplossingen 1 Welke formule wordt gebruikt om de omzet te berekenen? Voor de omzet gebruiken we hier de term Totale Opbrengsten (TO). omzet = p x q = verkoopprijs per stuk x afzet (afzet = verkochte hoeveelheid) 2 Vul de tabel aan aan de hand van de gevalsstudie van Michelle. Mogelijke afzet TOTALE OPBRENGSTEN (TO) 0 0, , , , , ,00 Van In 2

76 3 Stel de TO hier grafisch voor. Vergeet niet de assen te benoemen ,00 Totale opbrengsten (TO) 8 000, , ,00 Omzet (in euro's) 5 000, , , , ,00 0, Afzet 4 Waarom vertrekt deze curve uit de oorsprong? Als er geen enkel stuk verkocht wordt, is de totale opbrengst nul euro. Opdracht 2 Vallen kosten ook ooit weg? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen bij voorkeur individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Deze oefening kan ook met MS Excel worden gemaakt. B Oplossingen 1 Ook Michelle heeft kosten gemaakt om haar winkel te runnen. Welke kosten zijn variabel, welke vast? Variabel: aankoopprijs per jurk Vast: de huurkosten, kosten voor verwarming en elektriciteit, loonkost voor de verkoopster Van In 3

77 2 Vul deze tabel verder aan. Mogelijke afzet Totale variabele kosten Totale vaste kosten TOTALE KOSTEN (TK) (TVK) (TCK) 0 0, , , , , , , , , , , , , , , , , ,00 3 Welke formule wordt gebruikt om de TCK, de TVK en de TK te berekenen? TCK = vaste kost 1 + vaste kost 2 + vaste kost TVK = variabele kosten per eenheid x q TK = TCK + TVK 4 Stel hier de TVK, de TCK en de TK grafisch voor. Vergeet niet de assen te benoemen ,00 TK - TVK - TCK 6 000, ,00 Kosten (in euro's) 4 000, , , ,00 0, Afzet Totale variabele kosten (TVK) Totale vaste kosten (TCK) TOTALE KOSTEN (TK) 5 Waarom vertrekt de TCK-curve niet vanuit het nulpunt? Zelfs als er geen enkele jurk verkocht wordt, heeft de onderneming toch vaste kosten. Die kosten blijven gelijk (tot op een bepaald niveau van afzet). Van In 4

78 6 Waarom loopt de TCK-curve evenwijdig aan de X-as? Die kosten blijven gelijk (tot er moet geïnvesteerd worden om nog meer te kunnen produceren) 7 Waarom lopen de TVK-curve en de TK-curve evenwijdig? Het verschil tussen de TVK en de TK is een vast bedrag, namelijk de vaste of constante kosten TCK. Opdracht 3 Hoeveel stuks moet Michelle maandelijks verkopen om uit de kosten te geraken? A Lesstrategie Voor deze opdracht werken de leerlingen bij voorkeur individueel. Daarna kunnen de gevonden resultaten klassikaal overlopen worden. Deze oefening kan ook met MS Excel worden gemaakt. B Oplossingen 1 Welke formule wordt gebruikt om het totale resultaat te berekenen? Totaal resultaat = TO - TK 2 Duid het juiste antwoord aan. Bij het break-evenpunt zijn: a TO > TK b TO < TK c TO = TK 3 Bereken wiskundig het aantal stuks dat Michelle moet verkopen om uit de kosten te geraken. 45 * X = (18 * X) X 18X = X = 3375 X = 3375/27 = 126 jurkjes 4 Duid op deze grafiek de afzet aan waarbij de winkel van Michelle het break-evenpunt bereikt. euro's TO TK Van In 5 afzet

79 5 Hoeveel stuks moet Michelle verkopen om maandelijks een winst van euro te realiseren? TO TK = X 18X = X = X = X = 5 400/27 = 200 jurkjes 6 To the point Om omzet te kunnen realiseren, moet een onderneming kosten maken. De kosten van een bedrijf kan men indelen in vaste en variabele kosten. De vaste of constante kosten heeft men al bij een productie of een verkoop van nul stuks; ze bestaan onder andere uit de afschrijvingskosten en interestkosten van machines en gebouwen, de verlichtingskosten... De variabele kosten ontstaan pas als men gaat produceren of verkopen. Ze bestaan vooral uit de grondstofkosten (bij een industriële onderneming) of de inkoopprijs van het product (bij een handelsonderneming). Bij het break-evenpunt zijn de kosten en de opbrengsten aan elkaar gelijk, men maakt op dat moment dus winst noch verlies. Op de X-as kun je het break-evenpunt aflezen in aantallen. Op de Y-as kun je aflezen welke omzet je moet realiseren om uit de kosten te geraken. Van In 6

80 Je kunt het break-evenpunt ook wiskundig berekenen door deze formule toe te passen: TCK Break-evenpunt (in aantallen) = VP / e VK / e Om de break-evenomzet te berekenen, moet men de break-evenafzet vermenigvuldigen met de verkoopprijs/eenheid. 7 Mindmap Van In 7

Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen. Onderzoeksvraag 6 Wanneer draait een onderneming break-even? 1 Intro. 2 Probleemstelling

Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen. Onderzoeksvraag 6 Wanneer draait een onderneming break-even? 1 Intro. 2 Probleemstelling Onderzoeksvraag 6 Wanneer draait een onderneming break-even? 1 Intro Wat betekent de term break even volgens jou? Break even is de situatie waarbij er geen winst of verlies is. 2 Probleemstelling Hoe wordt

Nadere informatie

Onderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn?

Onderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn? Onderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn? 1 Intro Een onderneming produceert 3 000 eenheden van haar product en maakt daarbij 27 500 euro kosten. De variabele kosten verlopen

Nadere informatie

Boekhouden Direct. Algemene probleemstelling

Boekhouden Direct. Algemene probleemstelling Algemene probleemstelling Het bedrag dat de eigenaar in de onderneming inbrengt, is het kapitaal van de onderneming. Als de onderneming later winst maakt, kan de ondernemer deze winst geheel of gedeeltelijk

Nadere informatie

Thema 1 De kern van het ondernemen. Onderzoeksvraag 6 Hoe komt de prijs tot stand? 1 Intro. 2 Probleemstelling. 3 Leerplandoelstellingen.

Thema 1 De kern van het ondernemen. Onderzoeksvraag 6 Hoe komt de prijs tot stand? 1 Intro. 2 Probleemstelling. 3 Leerplandoelstellingen. Onderzoeksvraag 6 Hoe komt de prijs tot stand? 1 Intro 1 Wie bood de tickets van de concerten aan? De organisatie achter Michael Jackson, samen met de O2 arena 2 Wie was vragende partij voor de tickets?

Nadere informatie

Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen. Onderzoeksvraag 7 Welke ondernemingsvormen bestaan er? 1 Intro. 2 Probleemstelling

Thema 3 Ondernemen is risico s nemen en beheersen. Onderzoeksvraag 7 Welke ondernemingsvormen bestaan er? 1 Intro. 2 Probleemstelling Onderzoeksvraag 7 Welke ondernemingsvormen bestaan er? 1 Intro Voor wie heeft een faillissement gevolgen? Ondernemer zelf Het gezin van de ondernemer Personeel Leveranciers Klanten De overheid De gemeenschap

Nadere informatie

Het ondernemingsplan

Het ondernemingsplan Meesterproef Dienstverlening & Commercie Meesterproef D&C - Ondernemingsplan Het ondernemingsplan Pleincollege Nuenen Schooljaar 2015/2016 1 Inhoud 1. Korte inleiding... 3 2. Het ondernemingsplan... 4

Nadere informatie

Onderzoeksvraag 4 Hoe creëert men toegevoegde waarde en welvaart?

Onderzoeksvraag 4 Hoe creëert men toegevoegde waarde en welvaart? Thema De kern van het ondernemen Onderzoeksvraag 4 Hoe creëert men toegevoegde waarde en welvaart? Intro Wat zie je in deze afbeeldingen? In de eerste foto zie je een katoenplantage. In de tweede foto

Nadere informatie

EINDTERMEN Bosbiotoopstudie

EINDTERMEN Bosbiotoopstudie EINDTERMEN Bosbiotoopstudie Eerste graad A-stroom Vakgebonden eindtermen aardrijkskunde De mens en het landschap Het landelijk landschap 22 milieueffecten opnoemen die in verband kunnen gebracht worden

Nadere informatie

Eerste graad A-stroom

Eerste graad A-stroom EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Vijverbiotoopstudie Eerste graad A-stroom Vakgebonden eindtermen aardrijkskunde Het natuurlijk milieu Reliëf 16* De leerlingen leren respect opbrengen voor de waarde van

Nadere informatie

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument

Nadere informatie

START-UP BATTLE looks // business // marketing

START-UP BATTLE looks // business // marketing START-UP BATTLE looks // business // marketing VRAGENLIJST BUSINESSPLAN In samenwerking met INTRO Een onderneming starten in de kapperswereld is meer dan alleen knippen en kleuren. Een goed management

Nadere informatie

U heeft zojuist een voorbeeld ondernemingsplan gedownload vanuit MKB Bankadvies. Wij wensen u veel succes. Vragen?...info@mkbbankadvies.

U heeft zojuist een voorbeeld ondernemingsplan gedownload vanuit MKB Bankadvies. Wij wensen u veel succes. Vragen?...info@mkbbankadvies. U heeft zojuist een voorbeeld ondernemingsplan gedownload vanuit MKB Bankadvies. Wij wensen u veel succes. Vragen?...info@mkbbankadvies.nl Samenvatting Het woord samenvatting zegt hier natuurlijk eigenlijk

Nadere informatie

IDEE > PLAN > PITCH. In 3 stappen van idee { naar financiering

IDEE > PLAN > PITCH. In 3 stappen van idee { naar financiering In 3 stappen van idee { naar financiering Inhoud 1. Inleiding 2. De stappen 3. Stap 1: Het idee 4. Stap 2: Het plan 5. Stap 3: De pitch 6. Tips en Adressen Inleiding Je hebt een idee voor een nieuw bedrijf.

Nadere informatie

Praktische opdracht Management & Organisatie Een eigen bedrijf

Praktische opdracht Management & Organisatie Een eigen bedrijf Praktische opdracht Management & Organisatie Een eigen bedrijf Praktische-opdracht door een scholier 2071 woorden 17 juli 2009 5,4 14 keer beoordeeld Vak M&O 1. Inleiding Mijn werkstuk gaat over de eigen

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari keer beoordeeld. Economie 1.1 t/m 1.6

Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari keer beoordeeld. Economie 1.1 t/m 1.6 Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari 2011 5 7 keer beoordeeld Vak Economie Economie 1.1 t/m 1.6 1.1 Waarom een eigen bedrijf? * Je denkt het gat in de markt te hebben gevonden. nieuw idee,

Nadere informatie

Starten als zelfstandige in 10 stappen

Starten als zelfstandige in 10 stappen Starten als zelfstandige in 10 stappen Hoe begin ik eraan? Wil je een eigen zaak starten, maar zit je met de handen in het haar omdat je niet weet waar eerst beginnen? De volgende 10 stappen leiden je

Nadere informatie

Starten met een plan. Alles op een rij. Robert Loontjens & Anne de Jong

Starten met een plan. Alles op een rij. Robert Loontjens & Anne de Jong Starten met een plan Alles op een rij Robert Loontjens & Anne de Jong Even voorstellen Robert Loontjens en Anne de Jong Accountmanager MKB Rabobank Parkstad Limburg (045) 533 44 44 bedrijven@parkstadlimburg.rabobank.nl

Nadere informatie

Preview. What will. you do. to change. the world. today? Havo/VWO

Preview. What will. you do. to change. the world. today? Havo/VWO Preview What will you do to change the world today? Havo/VWO 3 Inhoudsopgave Day for Change 4 Van microkrediet naar inclusieve financiering 6 Werkblad 1 Over Arm en Rijk 9 Werkblad 2 Diversiteit in microfinanciering

Nadere informatie

Junior company 2. Ondernemingsplan

Junior company 2. Ondernemingsplan Voortgezet onderwijs Junior company 2. Ondernemingsplan Stichting Stichting Jong Jong Ondernemen: Ondernemen: Postbus Postbus 93002 93002 2509 2509 AA AA Den Den Haag Haag Bezuidenhoutseweg Bezuidenhoutseweg1212

Nadere informatie

Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel dienstverlening en producten)

Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel dienstverlening en producten) Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel dienstverlening en producten) Tijdens Junior Company richten de leerlingen hun eigen company op en deze runnen ze één schooljaar. Ze verdelen functies,

Nadere informatie

Samenvatting Economie hoofdstuk 3 management en organisatie

Samenvatting Economie hoofdstuk 3 management en organisatie Samenvatting Economie hoofdstuk 3 management en organisatie Samenvatting door J. 1369 woorden 10 februari 2014 5,5 2 keer beoordeeld Vak Economie 3.1 a -werken als werknemer: in dienst van bedrijf, solliciteren

Nadere informatie

PROJECT ONDERNEMEN FRIESLAND COLLEGE 2012-2013 LOOPBAAN & BURGERSCHAP ECONOMISCHE DOMEIN 1.2

PROJECT ONDERNEMEN FRIESLAND COLLEGE 2012-2013 LOOPBAAN & BURGERSCHAP ECONOMISCHE DOMEIN 1.2 PROJECT ONDERNEMEN FRIESLAND COLLEGE 2012-2013 LOOPBAAN & BURGERSCHAP ECONOMISCHE DOMEIN 1.2 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 Opdracht... 4 Doelen... 4 Inhoud... 4 Werkwijze... 5 Productinhouden en beoordeling...

Nadere informatie

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector Marktonderzoek kunt u prima inzetten om informatie te verzamelen over (mogelijke) markten, klanten of producten, maar bijvoorbeeld ook om de effectiviteit van

Nadere informatie

Onderzoeksvraag 5 Hoe groeien ondernemingen?

Onderzoeksvraag 5 Hoe groeien ondernemingen? Onderzoeksvraag 5 Hoe groeien ondernemingen? 1 Intro 1 Omschrijf de groei van de kaasmakerij. Je kunt daarbij heel creatief te werk gaan. Eigen antwoord leerlingen Tip: ga eens kijken op www.capzles.com

Nadere informatie

Periode 1 & 2: Manier van inleveren.

Periode 1 & 2: Manier van inleveren. Periode 1 & 2 Leerjaar: 3 Vak: Economie In de eerste twee periodes van het 3 e studiejaar ga je tijdens het vak economie bezig met het organiseren van een relatie dag voor jou stagebedrijf. Het doel, budget,

Nadere informatie

Scenario bijeenkomst studiekeuzegesprekken (SKG)

Scenario bijeenkomst studiekeuzegesprekken (SKG) Scenario bijeenkomst studiekeuzegesprekken (SKG) zomer 2009 Algemene tijdsvolgorde van de gesprekken Tijd Locatie Wat Wie Opmerkingen a. Een presentielijst wordt bijgehouden 9.30-10.00 T3 hal Ontvangst

Nadere informatie

Inge Test 07.05.2014

Inge Test 07.05.2014 Inge Test 07.05.2014 Inge Test / 07.05.2014 / Bemiddelbaarheid 2 Bemiddelbaarheidsscan Je hebt een scan gemaakt die in kaart brengt wat je kans op werk vergroot of verkleint. Verbeter je startpositie bij

Nadere informatie

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek. Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van

Nadere informatie

Handleiding voor de leerling

Handleiding voor de leerling Handleiding voor de leerling Inhoudopgave Inleiding blz. 3 Hoe pak je het aan? blz. 4 Taken blz. 5 t/m 9 Invulblad taak 1 blz. 10 Invulblad hoofd- en deelvragen blz. 11 Plan van aanpak blz. 12 Logboek

Nadere informatie

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe. HOUT EN BOUW Activerende werkvormen? Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat we na 14 dagen gemiddeld slechts 10 % hebben onthouden van datgene wat we gelezen hebben en 20 % van wat we hebben gehoord.

Nadere informatie

Hoofdstuk 31. Ondernemingsplan. Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan

Hoofdstuk 31. Ondernemingsplan. Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan www.jooplengkeek.nl Ondernemingsplan Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan Persoonlijk plan Persoonsgegevens Motivatie om ondernemer te worden Sterke punten & zwakke punten 1 Ondernemingsplan

Nadere informatie

Ben jij Vindingrijk? Kolom

Ben jij Vindingrijk? Kolom Ben jij Vindingrijk? Hoe vind jij het om: met je eigen fantasie, op je eigen manier, en door uit te proberen of te onderzoeken nieuwe ideeën, oplossingen, of dingen te bedenken of te maken? Aan welke les,

Nadere informatie

Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding In de toekomst zal onze samenleving er anders

Nadere informatie

Ondernemingsplan tandarts

Ondernemingsplan tandarts Uw eigen praktijk starten Ondernemingsplan tandarts Stel nu zelf uw ondernemingsplan op Heeft u vragen? Ga naar abnamro.nl/medici of bel 088 388 97 77. Inhoud 1 Samenvatting 3 2 De zorgondernemer 3 2.1

Nadere informatie

VRAGENLIJST JOnG. Mail het formulier met jouw antwoorden naar Dionne Neven (Regioadviseur MKB Limburg): Neven@mkblimburg.nl

VRAGENLIJST JOnG. Mail het formulier met jouw antwoorden naar Dionne Neven (Regioadviseur MKB Limburg): Neven@mkblimburg.nl VRAGENLIJST JOnG JOnG is een initiatief van en voor jonge ondernemers. Tot de doelgroep behoren Ondernemers in de eerste 5 jaar van hun ondernemerschap. JOnG stelt zich tot doel de individuele ondernemers

Nadere informatie

Business Ondernemingsplan opstellen en uitvoeren. Inleiding

Business Ondernemingsplan opstellen en uitvoeren. Inleiding Inleiding Nederland heeft meer ondernemers nodig, zeker nu met de economische crises. Jongeren worden in Nederland vooral opgeleid om te werken voor een baas, maar in werkelijkheid wordt 1 op de 8 jongeren

Nadere informatie

Sectorwerkstuk 2010-2011

Sectorwerkstuk 2010-2011 Sectorwerkstuk 2010-2011 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------

Nadere informatie

Onderzoeksvraag 2 Hoe verlopen de kosten naarmate de productie stijgt?

Onderzoeksvraag 2 Hoe verlopen de kosten naarmate de productie stijgt? Onderzoeksvraag 2 Hoe verlopen de kosten naarmate de productie stijgt? 1 Intro Peter en Stefanie zijn door de microbe van Mijn restaurant gebeten en willen zelf een restaurant opstarten waar enkel gewerkt

Nadere informatie

Je eigen bedrijf. Schooljaar klas 3 BBL/KBL. Handel & Administratie

Je eigen bedrijf. Schooljaar klas 3 BBL/KBL. Handel & Administratie Je eigen bedrijf Schooljaar 2011-2012 klas 3 BBL/KBL Handel & Administratie Inleiding In dit project ga je een eigen bedrijf beginnen. Wat moet je hiervoor doen? Je gaat een ondernemingsplan maken. Onderdeel

Nadere informatie

Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel economie en ondernemen)

Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel economie en ondernemen) Junior Company op vmbo basis, kader en gemengd (profiel economie en ondernemen) Tijdens Junior Company richten de leerlingen hun eigen company op en deze runnen ze één schooljaar. Ze verdelen functies,

Nadere informatie

vaardigheden - 21st century skills

vaardigheden - 21st century skills vaardigheden - 21st century skills 21st century skills waarom? De Hoeksteen bereidt leerlingen voor op betekenisvolle deelname aan de wereld van vandaag en de toekomst. Deze wereld vraagt kinderen met

Nadere informatie

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - - Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills 21st Century Skill Jouw talent Vaardigheden Gedragsindicatoren J L Ik weet wat ik wil Ik weet wat ik kan Ik ga na waarom iets mij interesseert

Nadere informatie

WORKSHOP SWOT HOE CORRECT GEBRUIKEN? 29 april 2014 Nico Croes- Senior strategisch planner BBDO

WORKSHOP SWOT HOE CORRECT GEBRUIKEN? 29 april 2014 Nico Croes- Senior strategisch planner BBDO WORKSHOP SWOT HOE CORRECT GEBRUIKEN? 29 april 2014 Nico Croes- Senior strategisch planner BBDO AGENDA VAN DE DAG 13.15u 13.45u: toelichting SWOT model en confrontatiematrix 13.45u 14.45u: oefening in kleine

Nadere informatie

2/11/16. Het ondernemingsplan De 3 thema s: Even voorstellen. Jouw ondernemingsplan. Vandaag. Iedereen doet het anders

2/11/16. Het ondernemingsplan De 3 thema s: Even voorstellen. Jouw ondernemingsplan. Vandaag. Iedereen doet het anders De presentatie vind je op kvk.nl/startersdag Even voorstellen Jouw ondernemings Alles op een rij zetten Vandaag 1. Introductie 2. Het ondernemings a) Ondernemer b) Onderneming c) Financiën 3. Zelf aan

Nadere informatie

Keuzedeel K0080 Oriëntatie op ondernemerschap

Keuzedeel K0080 Oriëntatie op ondernemerschap Keuzedeel K0080 Oriëntatie op ondernemerschap Artikel 116035 Praktische informatie Code keuzedeel K0080 Niveau Geschikt voor niveau 2, 3 en 4 Studielast Totaal: 240 uur Savantis adviseert 20 contactgebonden

Nadere informatie

Periode 1 t/m 4. Leerjaar: 2 Vak: Economie

Periode 1 t/m 4. Leerjaar: 2 Vak: Economie Periode 1 t/m 4 Leerjaar: 2 Vak: Economie In het 2 e leerjaar draait alles om het ontwerpen van een eigen fysiek bedrijf. De sector waarin je bedrijf opereert is vrije keuze. In de 1 e periode bedenk je

Nadere informatie

Periode 1 t/m 4. Leerjaar: 2 Vak: Economie

Periode 1 t/m 4. Leerjaar: 2 Vak: Economie Periode 1 t/m 4 Leerjaar: 2 Vak: Economie In het 2 e leerjaar draait alles om het ontwerpen van een eigen fysiek bedrijf. De sector waarin je bedrijf opereert is vrije keuze. In de 1 e periode bedenk je

Nadere informatie

EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER. Deel 2

EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER. Deel 2 Master Executive in Wedding Management EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER Deel 2 [LES 2] Event & Media Education. Alle rechten voorbehouden. Elke vorm van kopiëren of verspreiding van de

Nadere informatie

6Het voorbereidingsdraaiboek

6Het voorbereidingsdraaiboek DC 6Het voorbereidingsdraaiboek In dit dc-thema vind je informatie over het voorbereiden van een evenement. Het is een soort checklist van tien aandachtspunten, om te controleren of je niets vergeten bent.

Nadere informatie

Sectorwerkstuk 2012-2013

Sectorwerkstuk 2012-2013 Sectorwerkstuk 2012-2013 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------

Nadere informatie

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo APQ-vragenlijst 30 januari 2019 Daan Demo Inleiding In dit rapport bespreken we jouw inzetbaarheid en wat je kunt doen om jouw positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. Om dit te bepalen hebben we de volgende

Nadere informatie

Workshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data

Workshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data Workshop Dataverzameling Van onderzoeksvraag naar data Even voorstellen: Suzanne van de Groep 24 jaar Promovendus (PhD-kandidaat) Universiteit Leiden Hoe gaan jongeren met andere mensen om? Hoe werkt dat

Nadere informatie

Beoordeling: Het belangrijkste is altijd je argumentatie. Denk ook aan bronvermelding. Daarnaast let je op je Nederlandse spelling en vormgeving.

Beoordeling: Het belangrijkste is altijd je argumentatie. Denk ook aan bronvermelding. Daarnaast let je op je Nederlandse spelling en vormgeving. Periode 1 & 2 Leerjaar: 3 Vak: Economie : In de eerste twee periodes van het 3 e studiejaar ga je tijdens het vak economie bezig met het organiseren van een relatie dag voor jou stagebedrijf. Het doel,

Nadere informatie

Een ondernemingsplan voor een duurzaam product of dienst

Een ondernemingsplan voor een duurzaam product of dienst DUURZAAMHEIDSPROJECT KLAS 11 Inleverdatum: VRIJDAG 17 februari 2017 Een ondernemingsplan voor een duurzaam product of dienst Jullie zijn een productteam die de opdracht krijgt een nieuw duurzaam product

Nadere informatie

Kinderen Van Dewindt Starter!

Kinderen Van Dewindt Starter! Kinderen Van Dewindt Starter! Handleiding voor de leerkracht 1. Wat is het? Starter! is een vakoverschrijdend, educatief simulatiespel waarin de speler een kledingwinkel opstart en beheert. Met dit spel

Nadere informatie

Ondernemingsplan. De basis in 10 stappen. Een leidraad om je bedrijf, de markt en jezelf goed in kaart te brengen. Ik ga starten

Ondernemingsplan. De basis in 10 stappen. Een leidraad om je bedrijf, de markt en jezelf goed in kaart te brengen. Ik ga starten Ondernemingsplan De basis in 10 stappen Een leidraad om je bedrijf, de markt en jezelf goed in kaart te brengen Ik ga starten Hoe maak je een ondernemingsplan? Een ondernemingsplan is de eerste stap naar

Nadere informatie

14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad

14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad 14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad Elke gezonde organisatie of structuur stelt op regelmatige basis zichzelf de vraag: Zijn wij in feite wel goed bezig? Ook voor ouderenadviesraden

Nadere informatie

Kwalitatief te werk! Landelijke Bijeenkomst Meten Maatschappelijke Opbrengst 17 dec 2018 Mandy Goes & Roxanne de Vrede Panteia

Kwalitatief te werk! Landelijke Bijeenkomst Meten Maatschappelijke Opbrengst 17 dec 2018 Mandy Goes & Roxanne de Vrede Panteia Kwalitatief te werk! Landelijke Bijeenkomst Meten Maatschappelijke Opbrengst 17 dec 2018 Mandy Goes & Roxanne de Vrede Panteia Doel van de sessie what s in it for me? Je weet wanneer en waarom je een kwalitatieve

Nadere informatie

Sterk van start. met een ondernemingsplan

Sterk van start. met een ondernemingsplan Sterk van start met een ondernemingsplan Financieel plan: How to be a millionair? Welkom Sterk van start met een ondernemingsplan Elles Derrez Manager MKB Thijs Grijsbach Accountmanager MKB 2 Wat is een

Nadere informatie

WISKUNDIGE TAALVAARDIGHEDEN

WISKUNDIGE TAALVAARDIGHEDEN WISKUNDIGE TLVRDIGHEDEN Derde graad 1 Het begrijpen van wiskundige uitdrukkingen in eenvoudige situaties (zowel mondeling als 1V4 2V3 3V3 (a-b-c) schriftelijk) 2 het begrijpen van figuren, tekeningen,

Nadere informatie

Het Bilan van Honoré

Het Bilan van Honoré Het Bilan van Honoré Je persoonlijke en gezinssituatie Je motivatie Om welke redenen wil je je eigen zaak oprichten? Je doelstellingen Hoe zie je je zaak op middellange termijn? 1. Van mijn passie mijn

Nadere informatie

MODULE 1 ZELFANALYSE WERKBOEK: STAP 5. 1 Persoonlijke successen 2 SWOT analyse 3 Samenvatting & conclusie

MODULE 1 ZELFANALYSE WERKBOEK: STAP 5. 1 Persoonlijke successen 2 SWOT analyse 3 Samenvatting & conclusie MODULE 1 ZELFANALYSE WERKBOEK: STAP 5 1 Persoonlijke successen 2 SWOT analyse 3 Samenvatting & conclusie 1. Persoonlijke successen De eerste stap in je carrièrewijziging is je resultaten te herkennen of

Nadere informatie

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei 2015 6,3 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit Adviseren startende onderneming (m.b.v.

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 6. 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9

Inhoud. Inleiding 6. 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9 Inhoud Inleiding 6 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9 2 Instanties in Nederland 13 Belangrijke instanties voor ondernemers 14 Kamer

Nadere informatie

SECTORWERKSTUK 2013-2014

SECTORWERKSTUK 2013-2014 SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,

Nadere informatie

Een voorlopige balans (Periode 1)

Een voorlopige balans (Periode 1) Een voorlopige balans (Periode 1) Omschrijving van deze periode We hebben tijdens dit schooljaar al heel wat gediscussieerd, besproken, nagedacht, Je hebt in deze gesprekken, maar ook in de logboekopdrachten

Nadere informatie

Voorbeeld Praktijkopdracht. Betreft: Verzamelen van klant-, product- en/of marktinformatie

Voorbeeld Praktijkopdracht. Betreft: Verzamelen van klant-, product- en/of marktinformatie Voorbeeld Praktijkopdracht (Junior) accountmanager niveau 4 Betreft: Verzamelen van klant-, product- en/of marktinformatie Kwalificatiedossier Commercieel medewerker 2011-2012 Kwalificatie (Junior) accountmanager

Nadere informatie

4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN

4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN INSTAPBUNDEL NIEUWE LEERLING 4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Beste nieuwe leerling Vermits je vanuit een andere studierichting naar het 4 de jaar S.T.W.stroomt, zouden we graag uitleg geven over een

Nadere informatie

Inhoud. 1. Het wat en hoe van een beleidsplan 2. De voorbereidingen voor het schrijven van een beleidsplan 3. Het opstellen van een beleidsplan

Inhoud. 1. Het wat en hoe van een beleidsplan 2. De voorbereidingen voor het schrijven van een beleidsplan 3. Het opstellen van een beleidsplan Verwachtingen? Inhoud 1. Het wat en hoe van een beleidsplan 2. De voorbereidingen voor het schrijven van een beleidsplan 3. Het opstellen van een beleidsplan Goed om weten Niet elke club kan / wil evenveel

Nadere informatie

Voor deze enquête bevragen jullie minstens 25 personen

Voor deze enquête bevragen jullie minstens 25 personen TIPS VOOR ENQUÊTES 1. Opstellen van de enquête 1.1 Bepalen van het doel van de enquête Voor je een enquête opstelt denk je eerst na over wat je wil weten en waarom. Vermijd een te ruime omschrijving van

Nadere informatie

DE ENERGIEKOFFER EN ONDERZOEKSVRAGEN VERZINNEN

DE ENERGIEKOFFER EN ONDERZOEKSVRAGEN VERZINNEN ACTIEFICHE - SECUNDAIR DE ENERGIEKOFFER EN ONDERZOEKSVRAGEN VERZINNEN Soorten onderzoek: Bevestigend (vraag en methode door lkr, resultaat op voorhand gekend) Gestuurd (vraag en methode door lkr) Begeleid

Nadere informatie

1. Een ondernemingsplan ontwikkelen

1. Een ondernemingsplan ontwikkelen 1. Een ondernemingsplan ontwikkelen Voordat je als zelfstandig ondernemer aan de slag gaat, is het zinvol om je plannen op papier te zetten. Jouw ondernemingsplan is eigenlijk een plan van aanpak. Je geeft

Nadere informatie

Onderzoeksvraag Uitkomst

Onderzoeksvraag Uitkomst Hoe doe je onderzoek? Hoewel er veel leuke boeken zijn geschreven over het doen van onderzoek (zie voor een lijstje de pdf op deze site) leer je onderzoeken niet uit een boekje! Als je onderzoek wilt doen

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Leren en studeren is een belangrijk onderdeel in je opleiding tot verpleegkundige. Om beter te leren studeren is het belangrijk niet

Nadere informatie

Werken als productvormgever

Werken als productvormgever 08764 product Design 05-03-2009 08:23 Pagina 1 werkproces 1 1 2 3 4 5 6 Werken als productvormgever Product Design Wat laat je zien? Je brengt creatieve ideeën en technische mogelijkheden bij elkaar Je

Nadere informatie

Periode 1 & 2. Deelopdrachten: Periode 1:

Periode 1 & 2. Deelopdrachten: Periode 1: Periode 1 & 2 Leerjaar: 3 Vak: Economie : In de eerste twee periodes van het 3 e studiejaar ga je tijdens het vak economie bezig met een probleemanalyse van je stagebedrijf. Allereest bepaal je wat je

Nadere informatie

Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Dat mensen gebruik maken van media is niet nieuw. Er zijn

Nadere informatie

Gaan stemmen of niet gaan stemmen? (Uit: Kompas)

Gaan stemmen of niet gaan stemmen? (Uit: Kompas) Gaan stemmen of niet gaan stemmen? (Uit: Kompas) Bij deze activiteit wordt een enquête gehouden bij mensen in de omgeving in verband met: het gaan stemmen bij verkiezingen, de deelname van burgers aan

Nadere informatie

Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan

Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan 08540 LerenLoopbaanBurgerschap 10-04-2008 08:28 Pagina 1 ontwikkelingsproces 1+2 1 2 3 4 5 6 7 Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan Leren, Loopbaan en Burgerschap Wat laat

Nadere informatie

M&O - een nieuw vak. Management & Organisatie. Management. Organisatie. Een nieuw vak in de bovenbouw van havo/vwo

M&O - een nieuw vak. Management & Organisatie. Management. Organisatie. Een nieuw vak in de bovenbouw van havo/vwo Management & Organisatie Een nieuw vak in de bovenbouw van havo/vwo M&O - een nieuw vak Management en Organisatie (M&O) komt als vak niet voor in de basisvorming. In de Tweede Fase kan je M&O kiezen in

Nadere informatie

Periode 1 & 2. Manier van inleveren.

Periode 1 & 2. Manier van inleveren. Periode 1 & 2 Leerjaar: 1 Vak: Economie In de eerste twee periodes van het 1 e studiejaar ga je tijdens het vak economie bezig met een probleemanalyse van een merk/bedrijf naar keuze. Je kiest een merk/bedrijf

Nadere informatie

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID Beleid is alleen nodig als je iets gaat veranderen. INLEIDING Het beleid van een organisatie bepaalt hoe je moet werken en wat de bestuurders belangrijk vinden. Dat beleid

Nadere informatie

Oriëntatie op ondernemerschap

Oriëntatie op ondernemerschap Keuzedeel mbo Oriëntatie op ondernemerschap gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0080 Penvoerder: Sectorkamer handel Gevalideerd door: Sectorkamer Handel Op: 10-11-2015 2 van 6 1. Algemene

Nadere informatie

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen. FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding

Nadere informatie

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord. Tekst lezen en moeilijke woorden bespreken 1. Hoe goed ken je de woorden in het schema? Je hoeft alleen een kruisje te zetten bij hoe goed je het woord kent. 2. Lees de tekst met het stappenplan. Onderstreep

Nadere informatie

Een winstgevende praktijk in 12 weken Week 2: Jouw doelgroep kiezen

Een winstgevende praktijk in 12 weken Week 2: Jouw doelgroep kiezen Jouw doelgroep kiezen voor je praktijk! Het kiezen van een doelgroep is cruciaal voor het succes van je praktijk. Vaak is jouw doelgroep een groep mensen waar jij affiniteit mee hebt. Het zijn mensen met

Nadere informatie

Pre-Academisch Onderwijs. Overzicht modules leerjaar 2 en planning modules leerjaar 1 t/m 3

Pre-Academisch Onderwijs. Overzicht modules leerjaar 2 en planning modules leerjaar 1 t/m 3 Pre-Academisch Onderwijs Overzicht modules leerjaar 2 en planning modules leerjaar 1 t/m 3 OVERZICHT MODULES LEERJAAR 2 Wetenschapsfilosofie In deze module zul je naast de kennis over wetenschapsfilosofie,

Nadere informatie

Aflevering 6: Eigen bedrijf

Aflevering 6: Eigen bedrijf Aflevering 6: Eigen bedrijf Vragen vooraf: Heb je wel eens een eigen bedrijf gehad? Ken je mensen met een eigen bedrijf? Wat voor soort bedrijf is dat? Hoofditem Fragment 1 Korte inhoud: Khalid wil een

Nadere informatie

Draaiboek voor het uitwerken van activiteiten 1

Draaiboek voor het uitwerken van activiteiten 1 Draaiboek voor het uitwerken van activiteiten 1 Je hebt als groep ouders een idee van wat je rond cultuur, ouderbetrokkenheid en taalstimulering zou willen doen op de school van je kind(eren)? Dit doe

Nadere informatie

Infosessie: Hoe stel ik mijn ondernemingsplan op?

Infosessie: Hoe stel ik mijn ondernemingsplan op? Infosessie: Hoe stel ik mijn ondernemingsplan op? Spreker : Joost Deldycke Jurist- vennoot Voor wie maak je een ondernemingsplan? in de eerste plaats voor jezelf voor participant / medevennoot in je project

Nadere informatie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders

Nadere informatie

Ken je markt. graficus jr. Themamodules met voorbereiding op de ecommerce Webshop KEN JE MARKT

Ken je markt. graficus jr. Themamodules met voorbereiding op de ecommerce Webshop KEN JE MARKT graficus jr. Themamodules met voorbereiding op de ecommerce Webshop KEN JE MARKT Inhoudsopgave Inleiding 1. Marktkansen inschatten 2. Onderzoek verrichten 3. Toegevoegde waarde 4. Goederen inkopen 5. De

Nadere informatie

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4 Handleiding profielwerkstuk Mavo 4 2018 2019 Inleiding: Je gaat dit jaar een profielwerkstuk maken. Het doel van het profielwerkstuk is dat je leert op een zelfstandige manier onderzoek te doen. Daarnaast

Nadere informatie

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4 Handleiding profielwerkstuk Mavo 4 2019 2020 Inleiding: Je gaat dit jaar een profielwerkstuk maken. Het doel van het profielwerkstuk is dat je leert op een zelfstandige manier onderzoek te doen. Daarnaast

Nadere informatie

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Zonder dat we het door hebben worden we steeds asocialer. Dit

Nadere informatie

ZAKGELD Breng het in kaart

ZAKGELD Breng het in kaart ZAKGELD Breng het in kaart Omschrijving Leerlingen analyseren informatie over het zakgeld in België aan de hand van tabellen, grafieken en teksten. Ze toetsen het gegeven cijfermateriaal af met hun eigen

Nadere informatie

Het eigen adviesbureau De eigen winkel (vaardigheidstoets voor de opleidingen Mode en Interieuradviseur)

Het eigen adviesbureau De eigen winkel (vaardigheidstoets voor de opleidingen Mode en Interieuradviseur) Het eigen adviesbureau De eigen winkel (vaardigheidstoets voor de opleidingen Mode en Interieuradviseur) MODULE 5: HET MARKETINGPLAN Inhoud: SWOT-analyse concurrentie-onderzoek conclusies marktonderzoeken

Nadere informatie

INNOVATIE EN CONTINUÏTEIT

INNOVATIE EN CONTINUÏTEIT graficus jr. Themamodules met voorbereiding op de ecommerce Webshop INNOVATIE EN CONTINUÏTEIT Inhoudsopgave Inleiding 1. Marktkansen inschatten 2. Personeel aannemen 3. Investeren of sparen 4. De valkuil

Nadere informatie

Periode 1 & 2. Manier van inleveren.

Periode 1 & 2. Manier van inleveren. Periode 1 & 2 Leerjaar: 1 Vak: Economie In de eerste twee periodes van het 1 e studiejaar ga je tijdens het vak economie bezig met een probleemanalyse van een merk/bedrijf naar keuze. Je kiest een merk/bedrijf

Nadere informatie

kleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en en ontwikkelingsdoelen techniek

kleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en en ontwikkelingsdoelen techniek 1 kleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en ontwikkelingsdoelen techniek 2 Ontwikkelingsdoelen techniek Kleuteronderwijs De kleuters kunnen 2.1

Nadere informatie