Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Transcriptie

1 Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering en de sector van de stoffering en de houtbewerking vertegenwoordigd in het paritair comité 126, de sector van de houtnijverheid vertegenwoordigd in de paritaire subcomité s van de bosontginning, van de zagerijen en van de houthandel, verder genoemd de sociale partners van de houtsectoren Tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door: Frank Vandenbroucke, viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming; En de sociale partners van de houtsectoren met als vertegenwoordigers voor de werkgevers: de heer Guy Van Steertegem, directeur-generaal, Fedustria vzw de heer Geert Ramaekers, directeur, HOUTUNIE Houtbewerkers de heer François De Meersman, algemeen secretaris, FEDEROBO de heer François Ruchenne, algemeen secretaris, nationale federatie der Zagerijen de heer Erik Hanssens, coördinator, nationale federatie der Houthandelaars en als vertegenwoordigers voor de werknemers: mevrouw Katrien Van der Helst, federaal secretaris ABVV AC de heer Stefaan Vanthourenhout, nationaal secretaris ACV Bouw en Industrie de heer Peter Börner, nationaal verantwoordelijke ACLVB Addendum bij het protocol van samenwerking houtsectoren 1

2 Wordt overeengekomen wat volgt: De Vlaamse Regering en de sociale partners van de houtsectoren verbinden zich tot: 1. Verbintenissen van de sector 1. Opleidingsaanbod De houtsectoren zullen hun opleidingsaanbod voor werknemers verhogen, zowel in termen van bereikte werknemers als in termen van aangeboden opleidingen. Diverse acties zullen worden ondernomen. Individuele benadering van elke onderneming is daarbij essentieel: elk persoonlijk contact met de personeels- en/of productieverantwoordelijke leidt tot bijkomende opleidingen en bijkomende betrokken werknemers. Dat deze benadering echter zeer arbeidsintensief is, hoeft niet te worden benadrukt. De contacten met de bedrijven zullen dan ook verder geïntensifieerd worden evenals de contacten met de werknemers via de werknemersorganisaties. Hierdoor kunnen zowel latente behoeften gedetecteerd worden als een grotere bekendmaking gegeven worden aan het sectoraal opleidingsaanbod. De lijst met aangeboden opleidingen zal dan ook continu aangepast worden aan de behoeften en de vragen van de ondernemingen. Het aanbod wordt regelmatig overlegd en aangepast met de VDAB. Voor intersectorale opleidingen zal geregeld overleg gepleegd worden met andere sectoren. Er zal ook met andere opleidingsverstrekkers nagegaan worden in hoeverre vlug kan ingespeeld worden op de vragen naar opleiding. In dit verband zal, naast de basisopleidingen, ook nagegaan worden in hoeverre de sector kan inspelen op de vraag van de bedrijven naar gespecialiseerde opleidingen waarvoor vandaag weinig opleidingsaanbod voorhanden is. Het Opleidingscentrum Hout zal verder, op vraag van de bedrijven, opleidingsprogramma s voor opleiding op de werkvloer uitwerken. Deze programma's zullen worden aangepast aan wat de ondernemingen vragen. De erkenning van deze programma s in het raam van "betaald educatief verlof" werkt daarbij als een hefboom voor de ondernemingen. Het Opleidingscentrum Hout oefent het vereiste toezicht uit op de effectieve uitvoering van deze programma's. a) Initiatiefrecht van de werknemer Het initiatiefrecht van de werknemer werd reeds sedert 2005 in de CAO ingeschreven. Werkgevers en werknemersorganisaties zullen, samen met het Opleidingscentrum Hout, meer nog dan vroeger, de werknemers over deze mogelijkheden informeren. Voor zover dit in aanmerking komt, zullen de sociale partners de mogelijkheid onderzoeken om een tussenkomst in de verplaatsingskosten te financieren. b) Tijdelijk werklozen Werknemers, slachtoffer van herstructurering of langdurige tijdelijke werkloosheid, zullen worden aangezet, tot bij- of herscholing via door de sector aangeboden gratis opleidingen. Het Opleidingscentrum Hout zal met de VDAB de mogelijkheid onderzoeken, ook deze werknemers prioritair te behandelen in de werknemersopleidingen zoals dit reeds het geval is bij werknemers in outplacement. Voor zover dit in aanmerking komt, zullen de sociale partners de mogelijkheid onderzoeken om een tussenkomst in de verplaatsingskosten te financieren. Addendum bij het protocol van samenwerking houtsectoren 2

3 2. Opleidingsaanbod risicogroepen De houtsectoren zullen uiteraard een bijzondere aandacht schenken aan risicogroepen Verhogen van basiscompetenties De opleidingsprogramma s voor werknemers worden altijd zo opgevat, dat zij de basiscompetentie van de werknemer verbeteren. 3. Herstructureringen De financiële en structurele inspanningen van de houtsectoren zullen, in het licht van de herstructureringsgolf, toenemen. De houtsectoren engageren zich om, bij herstructureringen, geen voorbehoud te maken ten aanzien van de toegang van werknemers met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of voor bepaald werk tot de aangeboden opleidingen. De houtsectoren (PC 126) engageren zich tot voortzetten van de CAO met betrekking tot het solidariseren van outplacement. Het outplacementaanbod houdt o.m. volgende uitbreidingen in: - een uitbreiding van de doelgroep van 45 plussers naar 40 plussers met minstens vijf jaar dienst, ongeacht of het om een individueel dan wel om een collectief ontslag gaat; - een uitbreiding van de doelgroep op het gebied van leeftijd voor werknemers getroffen door een collectief ontslag of een bedrijfssluiting; - een uitbreiding naar de duurtijd van de begeleiding voor de werknemers getroffen door een collectief ontslag of een bedrijfssluiting; Voor de twee laatste punten is de goedkeuring van het beheerscomité van het Fonds voor Bestaanszekerheid nodig dat de outplacementkosten (geheel of gedeeltelijk) ten laste neemt. Wanneer het om een collectief ontslag of een sluiting gaat, werd tussen sociale partners een scenario afgesproken waarin elke bij outplacement betrokken partij(werkgever, werknemersvertegenwoordiging, VDAB, outplacementkantoor, tewerkstellingscel, Opleidingscentrum Hout, ) een bepaalde rol speelt. Hierdoor kan zeer kort op de bal gespeeld worden en kan er vrijwel daags na de ondertekening van het herstructureringsplan met de begeleiding worden gestart. Alle werknemers die outplacementbegeleiding genieten worden, in toepassing van een akkoord tussen VDAB en Opleidingscentrum Hout, prioritair behandeld bij de VDAB werknemersopleidingen. De capaciteit en de aard van het aanbod evolueren uiteraard met de vraag naar deze opleidingen. De outplacementkantoren worden ertoe aangezet, de werknemers bij voorkeur te wijzen op de tewerkstellings- en bijscholingsmogelijkheden in de sector. De vacaturedatabank alsook de databank met opleidingen die online kunnen worden geraadpleegd en wekelijks worden bijgewerkt, zijn daarbij het geschikte hulpmiddel. Loopbaancompetentie De sector bestaat voor 90% uit KMO. "Tools" en best practices zullen worden uitgewerkt en ter beschikking gesteld om ook in kleine ondernemingen een competentiegericht HRM- beleid te voeren. Voor zover dit in aanmerking komt overwegen de houtsectoren de aankoop van een competentie- databank voor het opstellen van een competentiebilan. Uiteraard zal hierbij afgestemd worden met "competent" van SERV. Ondersteuning Elke onderneming wordt, indien zij het wenst, individueel begeleid voor: - invullen van vacatures - beschrijven van het gezochte profiel Addendum bij het protocol van samenwerking houtsectoren 3

4 - toeleiding naar IBO, ILW of andere oplossingen - uitwerken en indienen van diversiteitsplannen, dossiers ervaringsfonds, opleidingsplannen, gebruik van een tool voor het meten van de geleverde opleidingsinspanning - outplacement. 2. Verbintenissen van de overheid 4. Op basis van deze overeenkomst verleent de Vlaamse regering een werkingssubsidie ten bedrage van EUR ,00 aan het Opleidingscentrum Hout vzw; (Hof ter Vleestdreef 3; 1070 Brussel; bankrekeningnummer: ) voor het financieren van investeringen die rechtstreeks gericht zijn op de persoonlijke competentieontwikkeling van de werknemer en de werkzoekende, met uitsluiting van de ontwikkeling van tools en instrumenten. 3. Opvolgings- en uitvoeringsmodaliteiten 5. De sectorale sociale partners verbinden zich ertoe een opvolgingsrapport, opgemaakt volgens een door het Departement Werk en Sociale Economie voorzien model, over te maken aan het departement. Dit rapport bevat volgende informatiegegevens: 1) een gedetailleerd overzicht van de kostenstaat, 2) een duiding bij de investeringen in competentieontwikkeling (aantal opleidingen/begeleidingen/screenings en assessments, inhoudelijke omschrijving van de opleidingen/begeleidingen/screenings en assessments, aantal deelnemers bij de opleidingen/begeleidingen/screenings en assessments) en 3) duiding bij de aangegane verbintenissen. Dit rapport dient uiterlijk binnen de maand na afloop van de uitvoeringsperiode bezorgd te worden aan het Departement Werk en Sociale Economie. 6. De in dit addendum opgenomen engagementen zijn inspanningsverbintenissen. 7. Indien de in dit addendum opgenomen doelstellingen, zonder verantwoorde motivatie, niet behaald worden kan de Vlaamse regering overgaan tot gehele of gedeeltelijke terugvordering van de toegekende subsidies. 8. Dit addendum heeft een looptijd van 01/04/2009 tot en met 31/07/2010. Addendum bij het protocol van samenwerking houtsectoren 4

5 Opgemaakt in drie exemplaren te Brussel, Namens de Vlaamse Regering: De heer Frank VANDENBROUCKE, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming 5

6 Namens de sociale partners van de sector: met als vertegenwoordigers voor de werkgevers; De heer Guy VAN STEERTEGEM, Directeur-generaal Fedustria vzw; De heer Geert Ramaekers, Directeur HOUTUNIE Houtbewerkers; De heer François DE MEERSMAN, Algemeen secretaris FEDEROBO; De heer François RUCHENNE, Algemeen secretaris nationale federatie der Zagerijen; 6

7 De heer Erik HANSSENS, Coördinator nationale federatie der Houthandelaars en als vertegenwoordigers voor de werknemers; Mevrouw Katrien VAN DER HELST, Federaal secretaris ABVV- AC; De heer Stefaan Vanthourenhout, Nationaal secretaris ACV Bouw en Industrie; De heer Peter BÖRNER, Nationaal verantwoordelijke ACLVB 7