Pedagogisch werkplan

Transcriptie

1 Pedagogisch werkplan Kinderopvang Zeeuws Vlaanderen Locatie: Kindercentrum de Vlaswiek Groep: kdv de Vlasschoeffies

2 Voorwoord Voor u ligt het pedagogisch werkplan van het kinderdagverblijf. Hopelijk krijgt u zo meer inzicht in waar we als kinderdagverblijf voor staan. In ons kindercentrum de Vlaswiek bevinden zich 3 groepen. Hierdoor kunnen wij de hele dag opvang bieden aan kinderen van 0-13 jaar. Kinderdagverblijf van 0-4 jaar Peutergroep 2 ½ -4 jaar (alleen de ochtenden) Buitenschoolse opvang 4-13 jaar

3 1) Wie zijn wij. Wij zijn kinderdagverblijf Vlasschoeffies van het kindercentrum de Vlaswiek. Locatie Koewacht. Wij zijn gevestigd in de brede school van Koewacht. De grootte van de groep is maximaal 16 kinderen per dag. Niet alle kinderen komen elke dag en ook zijn er veel kinderen die onregelmatig komen. Het aantal van de kinderen verschilt dus per dag. Afhankelijk van de leeftijd en het aantal kinderen wordt het aantal leidsters aangepast. Wij zijn een verticale groep. - De ochtenden zijn de kindjes van 0-2 ½ jaar op de groep, de middagen de kindjes van 0-4 jaar. - In de vakantie s zijn de kinderen van 0-4 jaar heel de dag op de groep. - Op woensdagmiddag, vrijdagmiddag en in vakanties voegen we het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang samen met in achtneming van protocol 11, 16 en 25. Het team. Het team bestaat uit 3 vaste pedagogisch medewerkers met veel ervaring. Dit zijn Talitha, Bianca en Carola. We werken (wanneer dit nodig is) met invalkrachten. Regelmatig hebben we een stagiair (e) op de groep. Meestal van de opleiding MBO-SPW (richting kinderopvang). Onze groep is alle dagen open met uitzondering van de nationale feestdagen en 1 keer per jaar een studiedag voor het personeel.

4 2) De ruimte die wij gebruiken en hoe die is ingericht. De ruimte bestaat uit een groot lokaal. We maken gebruik van verschillende hoeken. Zo hebben we een poppenhoek, autohoek en een babyhoek. Bij binnenkomst staat de box met daartegen een thematafel. De poppenhoek is voor de fantasie en samenspel te stimuleren. De autohoek bevindt zich achter de box. In de kast staan de auto s en er ligt een automat. Er zijn openkasten voor het speelgoed en het bouwmateriaal. Kinderen kunnen hier zelf speelgoed uitpakken. En er zijn gesloten kasten voor het serviesgoed. Deze kasten zijn gesloten zodat de kinderen er niet bij kunnen. Verder is er een keukenblok en een eethoek met tafels, banken en kinderstoelen waar we aan eten maar waar ook geknutseld wordt. Aangrenzend aan de groepsruimte hebben we 2 slaapkamers. Elk kind heeft een eigen bedje waar zijn of haar naam op staat. We proberen de kinderen zoveel mogelijk in het eigen bedje te leggen en zo weinig mogelijk in de wagen. Wanneer het kindje nog heel klein is kan dit juist geborgenheid geven om in de kinderwagen te slapen. Wel stimuleren we om in het eigen bedje te slapen. Als het kindje zich kan draaien slaapt het in het bedje. We hebben een badkamer met kinderwc s en een commode. We hebben daar planken voor de mandjes waar de eigen spullen van de kinderen inzitten zoals een knuffel en eventuele reserve kleding. In de mandjes worden ook de knutselwerkjes en brieven in gedaan voordat ze mee naar huis gaan. Er staat verder een kast waar ruimte is voor de tassen. Aan de kast hangen spijkertjes met namen van de kinderen. Daar worden de tuutjes opgehangen. Op de kast staan 3 houten bakjes met namen van de kinderen. Hier staat de melkpoeder van de baby s. Er is een kleine binnenplaats waar we doormiddel van een schuifpui naar buiten kunnen. Deze ruimte is met een hek af te sluiten. Er bevind zich een zandbak een speelhuisje, een losse wip en een schommel waar de kinderen lekker kunnen spelen. Er is een berging waar driewielers en loopauto s in weggezet kunnen worden. We hebben een afgezette hoek waar de baby s rustig kunnen spelen.

5 3) Hoe wij zorgen voor vertrouwen en geborgenheid. Nadat ouders zich hebben ingeschreven vind er een kennismakingsgesprek met de coordinator en een rondleiding plaats waarin verdere uitleg wordt gegeven over de groep. Voordat het kind start kan er 2 dagdelen geoefend worden zodat het kind en de ouder al een beetje kan wennen. De eerste tijd is er extra veel aandacht voor het kind om het dagritme en de gewoontes van het kind te leren kennen. We proberen ze in een vertrouwde omgeving op te vangen. Dit doen we door het kind bij binnenkomst met hun voornaam aan te spreken en te vragen hoe met ze gaat. Ook kijken we naar ieders persoonlijke behoefte. Voelt het kind zich prettig in de groep of is het juist terugetrokken speelt het samen of juist alleen. Wanneer het kind onder 1 jaar is krijgen de ouders een schriftje mee waar ze het dagritme en de gewoontes in kunnen schrijven. In dit schriftje wordt tot de kinderen 1 jaar zijn dagelijks informatie in uitgewisseld. Tot de kinderen 2 jaar zijn schrijven we 1 keer per maand in het schriftje. We stimuleren stille kinderen door ze meer op de voorgrond te laten treden. Door ze te betrekken in het spel en door ze te begeleiden in het samenspel. We gaan bij de kinderen zitten en motiveren ze door meer samen te spelen. Drukke kinderen leren we wat meer rekening met anderen te houden. We corrigeren verstorend gedrag. Daarnaast observeren we de kinderen aan de hand van de observatiemethode Kijk. Dit word gedaan in de volgende leeftijdsfase: 6 maanden, 14 maanden, 22 maanden en 30 maanden. Bij 14 maanden en 30 maanden is er de mogelijkheid voor oudergesprek. We vinden het belangrijk dat ze op jonge leeftijd al waarden en normen bij te brengen. Bijvoorbeeld mag ik alstublieft een boterham, dankje wel, niet slaan, niet bijten enzovoort. En natuurlijk word er veel gespeeld, geknutseld en geknuffeld met de kinderen.

6 4) Activiteiten aanbod. We werken met thema s aan de hand van een jaarkalender. De thema s sluiten zoveel mogelijk aan op de beleveniswereld van het kind en de seizoenen en feestdagen. Alle leidster hebben de VVE cursus (voor en vroegschoolse educatie) gevolgd en krijgen regelmatig herhalingscursussen. Bij deze cursus hoort ook het werken met Puk. Dit is een praatpop die helpt onder andere de taal te stimuleren en beginnede rekenprikkels te geven. Wij werken regelmatig met thema s van puk. Dit zijn uitgewerkte thema s waarbij wij themakisten hebben. Ook bij andere thema s proberen we puk en de VVE methode zoveel mogelijk te gebruiken.bijvoorbeeld door te plakken met verschillende materialen of een gymactiviteit te doen. Het is geen verplichting, wanneer een kind niet wil moet het niet. We stimuleren we de kinderen met behulp van verschillende spelmaterialen aan te bieden. We willen ieder kind laten ontdekken waar hij/ zij goed in is en geven hen complimentjes bij de dingen die ze doen. We laten de kinderen een keuze maken waarmee ze willen spelen en zorgen ervoor dat ieder kind aanbod komt. Door het aanbieden van een gevarieerd activiteitenprogramma ( bijvoorbeeld knutselen, muziek, dans, vrij spel) schenken wij aandacht aan alle aspecten voor de ontwikkeling van persoonlijke kwaliteiten. Op het raam hebben wij geregeld nieuwe raamschilderingen die wij aanpassen aan de thema s. Wanneer er in de thuissituatie iets plaatsvind zoals een verjaardag, geboorte of overlijden, dan spelen we daar op in door een kleurplaat te laten maken, erover te vertellen en foto s en boekjes te bekijken. Ouders kunnen een lijst invullen waarop alle verjaardagen van papa, mama, opa,oma, enz opstaan zodat we daar iets voor kunnen maken. Ander soortig activiteitenaanbod. * Gymmen: Bij ieder thema gaan we een gymactiviteit met de kinderen doen. Voorbeeld: thema beroepen, kok met pan lopen eten verzamelen, brandweer Parcour brandblussen. * Wandelen: Indien het kindaantal en het weer het toelaat 1 keer per week een stukje wandelen met de kinderen.

7 5) Hoe brengen wij regels en waarden en normen over. Wij brengen regels over door het goede voorbeeld te geven en te wijzen op de regels en waar nodig te corrigeren. Tevens houden we rekening met elkaar en ieders culturele achtergrond. Op dit moment staat dit niet op onze jaarkalender. We stimuleren samenspelen en sociale contacten door leeftijdsgebonden actviteiten aan te bieden en/of samen een uitstapje te maken zoals een wandeling. Door met elkaar dingen te doen leren kinderen met elkaar samen te werken en rekening te houden met elkaar. Tijdens de maaltijden is de regel om netjes te vragen om nog een boterham en alstublieft te zeggen. Bij ruzie wordt het uitgesproken en sorry gezegd of een kusje gegeven. Dit gebeurt allemaal op een speelse manier omdat de kinderen nog jong zijn en ook nog niet allemaal kunnen praten 6) Hoe stimuleren we positief gedrag en hoe corrigeren we negatief gedrag We benaderen de kinderen zoveel mogelijk positief. Dus complimentjes geven en aanmoedigen als ze het goed doen. We zijn duidelijk en consequent tegen over het kind en benoemen waarom iets wel en niet mag. We stimuleren kinderen door ze de mogelijkheid te geven om grenzen te ontdekken en te verleggen. Wij helpen de kinderen door zelf het goede voorbeeld te geven. We corrigeren negatief gedrag door de kinderen erop aan te spreken en te waarschuwen dat wanneer ze het nog eens doen ze gestraft worden. Dit zal 2 keer gedaan worden. Wanneer het dan nog eens gebeurt zal er waarnodig gestraft worden door bijvoorbeeld in de hoek te zetten. De tijdsduur is afhankelijk van de leeftijd en spaningsboog van het kind.

8 7) Hoe gaat de groep om met het samenvoegen en veranderen van stamgroep. Het openen en sluiten van de dag gaat als volgt. Het openen. Om 7.30 worden de deuren van het kindercentrum geopend. Dit is de reguliere openingstijd. Op aanvraag kunnen ouders gebruik maken van de VOT =verlende openingstijd. Dit is s morgens vanaf 6.30 op het kinderdagverblijf. Dit kunnen kinderen van kinderdagverblijf, peutergroep en buitenschoolse opvang zijn. 1 pedagogisch medewerker vangt de kinderen op en vraagt de ouder of er nog bijzonderheden zijn met het kind. Afhankelijk van het kindaantal komen er tussen 7.30 en 9.00 de volgende pedagogisch medewerkers. Het sluiten gaat de 1 e pedagogisch medewerker naar huis als het kindaantal het toelaat 9 kinderen of minder. (protocol 11,16 en 25) Vanaf worden alle groepen Kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang samengevoegd (protocol 11,16 en 25). Op aanvraag kunnen ouders gebruik maken van de verlengd opening. Dit is s avonds tot uiterlijk Deze opvang wordt verrekend middels een strippenkaart of is in het contract opgenomen. De kinderen van 2,5-4 jaar die s morgens naar de peutergroep zijn geweest eten om een boterham op de bso. Op woensdagmiddag, vrijdagmiddag en in vakanties voegen we het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang samen met in achtneming van protocol 11, 16 en 25. Open deuren beleid. We werken volgens het princiepe opendeuren beleid. Kinderen mogen voor activiteiten naar een andere groep, het eten en slapen doen ze op de eigen groep. Kinderen ervaren het vaak als heel leuk om eens op een andere groep te spelen vooral omdat het speelgoed weer net iets anders is. Dit kan zijn voor activiteiten zoals: gym of knutselen. We zullen dan kunnen uitwijken naar de gymzaal, de bso of de peutergroep.

9 Een ander voorbeeld is kijken naar een optreden / Voorstelling van de kinderen van de buitenschoolse opvang. Altijd word de kind-leidsterratio van het kinderdagverblijf in acht genomen. (protocol 11, 16 en 25) Oefenen. Wanneer het kind bijna 2 ½ is mag het een aantal keren kijken/oefenen op de peutergroep. Zo kan het kind al wennen aan de nieuwe juf en kinderen van de groep. 8) Ouderbetrokkenheid. Oudercommissie. Op onze locatie hebben we een oudercommissie. Hier in zouden van uit iedere groep 2 ouders in moeten zitten. Wanneer u intersse heeft kunt u dit aangeven bij 1 van de pedagogisch medewerkers. Wat houd het precies in. Er wordt meegedacht of het beleid en het wel en wee op de locatie. Verder is er een mogelijkheid voor het organiseren van een ouderavond. 1 keer per kwartaal vind er een oudercomissie vergadering plaats. Nieuwsbrief. Bij ieder nieuw thema wordt er een nieuwsbrief meegegeven. Hierin staan onderandere wat we al gedaan hebben de afgelopen weken. Maar ook wat we de komende weken gaan doen. Daar in wordt een stukje ouderbetrokkenheid van u gevraagd. Er wordt in vernoemt de thema woorden en liedjes/versjes die we de kindren proberen aan te leren. Deze kunnen dan thuis ook geoefend worden. Verder wordt er gevraagd matrialen mee te nemen van thuis die aanluiten bij het thema. Dit is geheel vrijblijvend. Voorbeeld: Ik en mijn familie- foto s meenemen voor het maken van een fotocollage. Afsluitende activiteit. Indien mogelijk wordt er een afsluitende activiteit gedaan met de ouders en de kinderen. Dit is afhankelijk van idere thema of er iets passend mogelijk is. Er kan dan gedacht worden aan thema eet smakelijk gezellig met elkaar ontbijten of lunchen.

10 9) Bijlage huisregels: Afspraken over sluiten hekken en deuren: - Buitendeur dicht doen. - Als kinderen buiten spelen, hek dicht doen van het plein en tussen hekje bij binnenspeelplaats dicht doen. Afspraken over parkeren van auto s /fietsen: - Auto s worden geparkeerd op parkeerplaats. - Fietsen ouders buiten het hek van de kinderen op het plein in het fietsenrek. Hal Plaats kinderwagens/maxicosi s: - Ze staan in de gang of worden meegenomen naar huis. Als de gang te vol staat,kunnen ze in de berging of op kantoor. Afspraken over schoonmaak. - Het schoonmaken zoals wc en dweilen worden door schoonmaakster gedaan na sluitingstijd. Als bv de vloer erg vies is dan poetsen we zelf en na het eten word de vloer altijd gedweild. - Schoonmaakspullen staan in de berging. Deze is altijd op slot Afspraken over plaatsen laarsjes, slofjes enzovoort: - Laarsjes kunnen onder kapstok of in de bak bij de deur - Bij slecht weer doen ouders, kinderen en juffen hun schoenen uit of trekken blauwe slofjes over hun schoenen. Op de deur hangt hiervoor een kaart ter informatie wanneer het nodig is. - Spullen die niet in de gang horen worden opgeruimd. Leefruimte: -Afspraken overspeelgoed: - Het speelgoed wordt voor het eten en aan het eind van de dag met de kinderen opgeruimd. - Al het speelgoed heeft een vaste plek. - De kinderen mogen niet al het speelgoed zelf pakken omdat dit bijvoorbeeld nog te gevaarlijk is of speelgoed voor aan tafel is dit speelgoed staat hoger in de kast. - Om speelgoed voor aan tafel zoals puzzels en nopper, moeten de kinderen vragen.

11 -Afspraken over eten aan tafel: - De kinderen wassen voor het eten hun handen. Dit gebeurd onder begeleiding. - De kinderen eten uit het vuistje,de kleintjes met een vorkje. - Als er geknoeid word met bv melk, dan word dit gelijk opgeruimd - Kinderen kunnen tot 7.45 een boterham mee-eten. s Avonds kunnen ze vanaf een boterham eten. Wanneer kinderen zelf een boterham mee- nemen dan mogen ze die buiten deze tijd om gewoon op eten dit tot Afspraken over gebruik mandjes: - Elk kind heeft een eigen mandje hierin kunnen schone kleding en de knuffel in bewaard worden. In het mandje wordt ook de post en knutselwerkjes bewaard tot de kinderen naar huis gaan. -Algemene afspraken: - Niet met spullen gooien. - Niet rennen binnen. - We leren de kinderen om bij het hoesten en niezen hun hand voor de mond te houden. Slaapkamer: -Alle kinderen hebben een eigen bedje. Sommige kinderen delen een bedje. Het beddengoed word dan na het slapen gewassen. De lakens worden elke week gewassen. - Tot 2 jaar slapen alle kinderen in een slaapzak. Bij kinderen die ouder zijn kijken we naar de behoefte van het kind - Er is in elke slaapkamer een babyfoon geplaatst. - De slaapkamer word regelmatig gecontroleerd op temperatuur. Dit moet tussen de graden zijn. - De slaapkamers worden dagelijks gelucht. Beide slaapkamers hebben een rooster in het raam en bij 1 slaapkamer kan het raam open, deze word dagelijks na het slapen opgezet Verschoonruimte: - Bij de commode zijn planken met de mandjes van de kinderen erop. - Kinderen die op de commode liggen worden nooit alleen gelaten. - De commode word na elke verschoning gepoetst en de wc tjes worden eind van de dag even geborsteld met wc eend. - Spullen zoals luiers hebben vast plek. - De waspoeder staat hoog zodat de kinderen er niet bij kunnen - Als er verschoond word, is er altijd een andere leidster op de groep. (een uitzondering: als de leidster alleen werkt)

12 - De tuutjes van de kinderen hangen aan een spijkertje met hun naam erbij. De tuutjes die blijven hangen worden regelmatig uitgekookt. Toilet ruimte: - De kinderen gaan als ze moeten na het eten of tussendoor naar de wc. Dit moeten ze dan eerst vragen. - De kinderen die op het potje gaan doen dat s ochtends na het fruit en na het slapen. -Na het plassen wassen ze altijd, onder begeleiding, de handen Keuken: - Alle leidsters hebben toegang tot de keuken, het is een open keuken. - De kinderen mogen niet in de keukenkastjes. Ze zijn beveiligd met speciale slotjes. - De vaatwasser wordt door alle leidsters gebruikt. Deze staat op de bso. - Schoonmaakmiddel staat hoog in de keukenkast Buitenterrein: - Er is een kleine buiten speelplaats met een zandbak. Daar spelen de kdv kinderen. - De speelplaats is afgesloten met een hek. Ze kunnen daar ook fietsen en wat grotere kinderen kunnen er ook even alleen spelen, want ze kunnen er niet weg en het is in het zicht. - De kinderen mogen niet in het fietsenhokje van het kdv komen, als ze iets hier iets uit willen dan moeten ze het vragen - Op het grote speelterrein spelen en fietsen ze soms ook. De grootte poort is dan dicht zodat ze er niet af kunnen. - Het buitenspeelgoed wordt altijd opgeruimd in het fietsenhokje. - Ze mogen op allebei de pleinen ook met een bal spelen, wel rekening houden met elkaar. - Verder is er altijd een leidster aanwezig buiten. - Na het buitenspelen worden, onder begeleiding, de handen gewassen Omgangsregels: - De kinderen moeten lief zijn voor elkaar. - Niet vechten of schelden. Dus op een nette manier met elkaar omgaan. - Kinderen mogen elkaar niet pesten - Kinderen moeten luisteren naar de groepsleiding - Kinderen mogen elkaar niet pijn doen - De leiding is hier alert op

13 10) Bijlage 1 dagindeling: Dit is globaal onze dagindeling. We proberen zoveel mogelijk regelmaat op de dag te hebben. Natuurlijk word het persoonlijk schema van het kind altijd gevolgt Kinderen worden gebracht. De ouders vertellen bijzonderheden over het kind en leggen de tassen in de kast. De kinderen mogen vrij gaan spelen Het speelgoed word opgeruimt 9.00 Knutselen/ (puk) activiteit/ liedjes zingen 9.30 Fruitmaaltijd Sommige kindjes gaan naar bed. Dit is afhankelijk van het dagritme Tijd om te knutelen. Kinderen worden verschoond en gaan evt op het potje Vrij spel evt naar buiten Speelgoed word opgeruimd De kindjes die eerder in de ochtend naar bed zijn gegaan komen uit bed. Aan tafel voor de boterham Kindjes die geslapen hebben mogen rustig in de box of poppenhoek gaan spelen Afhankelijk van het dagritme gaan er weer kindjes slapen Tijd voor aandacht voor de kindjes die nog wakker zijn. Evt (puk) activiteit Opruimen en yoghurt eten Kinderen die moeten slapen, gaan slapen Buiten/ binnen spelen/ evt knutselen/ puk activiteit De groep word opgeruimd

14 De kinderen krijgen een schonen luieren De kinderen mogen rustig aan tafel spelen en krijgen een soepstengel We proberen zoveel mogelijk rekening te houden met het dagritme van het kind. 11) Bijlage borgingdocumenten VVE: Dit kan ingezien worden via de leidsters 12) Coördinator is Annelies Scheele :

15