S T I C H T I N G P R E P E N S I O E N F O N D S V O O R H E T P E R S O N E N V E R V O E R O V E R D E W E G JAARVERSLAG 2007

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "S T I C H T I N G P R E P E N S I O E N F O N D S V O O R H E T P E R S O N E N V E R V O E R O V E R D E W E G JAARVERSLAG 2007"

Transcriptie

1 JAARVERSLAG 2007

2 Stichting Prepensioenfonds voor het Personenvervoer over de weg Jaarverslag 2007

3

4 Inhoud Kerngegevens 4 Voorwoord 5 Organisatie 6 Prepensioenregeling 7 Bestuur 8 Omvang van het fonds 10 Maatschappelijk verantwoord ondernemen 11 Pensioen en Wetgeving 12 Risicoparagraaf 13 Beleggingen 20 Jaarrekening: 22 Balans per 31 december Rekening van baten en lasten over Toelichting behorende tot de jaarrekening Grondslagen voor balanswaardering en resultaatbepaling 25 Toelichting op de balans per 31 december Toelichting op de rekening van baten en lasten over het boekjaar Kasstroomoverzicht 36 Actuariële verklaring 37 Accountantsverklaring 38 Slotwoord 39 3

5 Kerngegevens Aantallen per 31 december Werkgevers Deelnemers actieve deelnemers gewezen deelnemers met premievrije rechten Geprepensioneerden aantal uitkeringen Bedragen per 31 december x( 1.000) Uitkeringen Premie Waardeoverdrachten (217) Voorziening pensioenverplichtingen Voorziening omrekening overlevingstafels Voorziening overgangsregeling Algemene reserve Solvabiliteitsreserve Resultaat boekjaar Dekkingsgraad 1 152,6% 155,6% 152,9% Gehanteerde rekenrente - 4,00 3,78 Gemiddelde rentetermijnstructuur 4,81% - - Totaal belegd vermogen (actuele waarde) waarvan: Onroerende goederen Overige beleggingen (25) Aandelen Obligaties Opbrengst uit vermogen Performance percentage 1,45 5,2 9,3 Indexatie toekenning 1,91% 3,1% 0% Toekenning overgangsrecht Ja Ja Ja Verbeteringen van prepensioenen en aanspraken Het bestuur beoordeelt jaarlijks op grond van de financiële positie van het fonds, óf, per wanneer én met welk percentage de verkregen aanspraken en ingegane prepensioenen (uitkeringen) worden verhoogd. Er wordt dus niet doelgericht gereserveerd voor toekomstige toeslagen. De basis voor een eventuele toeslag is in principe de loonontwikkeling in de bedrijfstakken Taxi en Besloten Bus gedurende de periode van 1 juli tot 1 juli voorafgaand aan het kalenderjaar waarin mogelijk een verhoging wordt toegekend. De afgelopen jaren zijn de volgende procentuele verhogingen doorgevoerd. De ingangsdatum van de verhoging is 1 januari van het betreffende jaar. Jaar Procentuele verhoging % ,1% ,91% 1 Dekkingsgraad 2007 is gebaseerd op de nominale pensioenverplichtingen op marktwaarde. 2 De cijfers van het totaal belegd vermogen, evenals onroerende goederen en overige beleggingen over 2006 verschillen met de cijfers zoals vermeld in het jaarverslag De gegevens zijn gewijzigd omdat de vorderingen en schulden uit hoofde van beleggingen in het jaarverslag 2006 stonden onder schuld, en vorderingen, en jaarverslag 2007 onder stand beleggingen. 3 Inclusief ongerealiseerde waarde mutaties en andere resultaten op beleggingen en exclusief beleggingskosten.

6 Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag 2007 van de Stichting Prepensioenfonds voor het Personenvervoer over de Weg. De Stichting Prepensioenfonds voor het Personenvervoer over de Weg is opgericht op 20 november 2003 en geldt voor werknemers die werkzaam zijn in de sector Besloten Bus en de sector Taxi. Het uitgangspunt van de regeling is stoppen met werken op 62-jarige leeftijd. Het verslagjaar 2007 stond voor een belangrijk deel in het teken van de nieuwe Pensioenwet die dit jaar van kracht werd. Een wet die de rechten en plichten van alle bij het pensioen betrokken partijen nog scherper vastlegt dan de inmiddels oude Pensioen- en Spaarfondsenwet. Dit heeft geresulteerd in een grote hoeveelheid notities en veel discussies over de vraag welke gevolgen de nieuwe wet heeft voor de bestaande reglementen. Vragen die telkens opnieuw aan de orde kwamen waren wat wordt nu precies met dit specifieke wetsartikel beoogd?, en hoe werkt dit concreet door in onze pensioenregeling? Een groot aantal reglementswijzigingen is per saldo het gevolg geweest. Het jaarverslag is verdeeld in een bestuursverslag en een jaarrekening. In het bestuursverslag informeren wij u over de beleidsmatige zaken die in het verslagjaar hebben gespeeld, zowel op het gebied van pensioenen als op het gebied van beleggingen. In de jaarrekening presenteren wij het pensioenvermogen. In de toelichting vindt u onder meer de grondslagen voor de waardering, de mutaties in de beleggingsportefeuille en natuurlijk de verklaring van de actuaris en de accountantsverklaring. 5 Het publicitaire verslag is op verzoek verkrijgbaar bij de administrateur, Syntrus Achmea Pensioenbeheer. Namens het bestuur: Mevrouw C.E.M. Bakermans, voorzitter De heer W. Kusters, secretaris 17 juni 2008 te Culemborg.

7 Organisatie Bestuurssamenstelling Het bestuur van de Stichting Prepensioenfonds voor het Personenvervoer over de weg is paritair samengesteld uit vertegenwoordigers van werkgevers en werknemersorganisaties. De samenstelling van het bestuur per 31 december 2007 is als volgt: Werkgeversleden: Organisatie Plaatsvervangers: H. Andela KNV Taxi vacature Mw. C.E.M. Bakermans (secretaris) KNV Taxi vacature A.J. Niekamp (plv. voorzitter) KNV-Bus J.J. Stokman F.C.J. Beentjes KNV-Bus vacature vacature KNV Taxi vacature Werknemersleden: Organisatie Plaatsvervangers: R. Mast FNV Bondgenoten vacature Mw. B.H.W. Paas (voorzitter) FNV Bondgenoten vacature P. van Golde FNV Bondgenoten vacature G.J. den Besten (plv. secretaris) CNV Bedrijvenbond R. Vlietman W. Kusters CNV Bedrijvenbond vacature De heer A.J. de Klerck is per 9 mei 2007 afgetreden als plaatsvervangend bestuurslid. Hij is opgevolgd door de heer R. Vlietman. De heer W. Kusters heeft per 1 januari 2007 een openstaande vacature ingevuld. De heer F.C.J. Beentjes vulde een vacature in per 8 februari 2007 en de heer P. van Golde per 1 oktober Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen Het prepensioenfonds is lid van de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen 6 Adviserend Actuaris Mercer (Nederland) B.V. drs. W. Brugman AAG. Startbaan XR Amstelveen Certificerend Actuaris Mercer Certificering B.V. Drs. A.H. Venemans AAG. Startbaan XR Amstelveen Accountant KPMG Accountants N.V. Burg. Rijnderslaan 10 20, 1185 MC Amstelveen Compliance officer KPMG Integrity & Investigation Services Burg. Rijnderslaan 10-20, 1185 MC Amstelveen Administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer Bezoekadres: Molenwerf 2 8 Amsterdam Postadres: Postbus AG Amsterdam Telefoonnummer: Website:

8 Prepensioenregeling De prepensioenregeling is van start gegaan op 1 januari 2004 en is van toepassing op werknemers 4 in het Besloten Busvervoer en in het Taxivervoer die geboren zijn vóór 1 januari 1950 en die op 31 december 2003 jonger waren dan 62 jaar. Inhoud van de prepensioenregeling Er wordt deelgenomen vanaf de eerste dag van de maand waarin een werknemer 21 jaar wordt of vanaf de datum van indiensttreding indien iemand na het 21e jaar in de bedrijfstak gaat werken. Bij een volledige opbouwperiode van 41 jaar (21 tot 62 jaar) komt een werknemer op 85% van de gemiddelde prepensioengrondslag uit. Ieder jaar wordt er 2,073% van de prepensioengrondslag van dat jaar opgebouwd. De prepensioengrondslag bestaat uit de volgende looncomponenten: Besloten Busvervoer: Vast loon: functieloon, diplomatoeslag en vakantietoeslag Variabel loon: onregelmatigheidstoeslag en de onderbrekingstoeslag. Taxivervoer: Vast loon: vast loon en vakantietoeslag Variabel loon: provisie, de OV toeslag (=toeslag voor het openbaar vervoer) en de HAP toeslag (=toeslag voor het huisartsenvervoer). Overgangsregeling Werknemers die bij de start van de regeling, 1 januari 2004, ouder zijn dan 21 jaar, zijn niet in staat om een volledig prepensioen op te bouwen. Zij kunnen immers geen 41 jaar meer deelnemen. Voor hen is daarom een overgangsregeling afgesproken. Deze overgangsregeling zorgt voor een aanvulling op het prepensioen tot 85% van de gemiddelde prepensioengrondslag. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor de overgangsregeling zijn: a) op 31 december 2003 als werknemer in dienstverband werkzaam zijn bij een werkgever die op die datum is aangesloten bij de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor het Personenvervoer over de weg; b) vanaf 1 januari 2004 tot aan de prepensioendatum onafgebroken deelnemen aan de prepensioenregeling; c) ten minste 10 jaar direct voorafgaande aan de prepensioendatum onafgebroken als werknemer in dienst zijn geweest bij één of meer aangesloten werkgevers bij de Prepensioenstichting voor het Personenvervoer c.q. de Vutstichting voor het Personenvervoer. Werknemers die op of na 1 januari 2004 in de bedrijfstak komen werken, vallen niet onder de overgangsregeling. Bij voortijdig vertrek uit de bedrijfstak vervalt het recht op aanvullend prepensioen. Voor werknemers die seizoensmatige arbeid verrichten zijn andere bepalingen in het reglement opgenomen om in aanmerking te komen voor de overgangsregeling. De overgangsregeling is een voorwaardelijke regeling. Het bestuur beslist jaarlijks, gegeven de financiële situatie van het fonds, of de aanvulling kan worden toegekend aan de deelnemers die in het volgende kalenderjaar de prepensioenleeftijd (62 jaar) bereiken. Compensatie van ziekenfonds of ziektekostenpremie Werknemers die als actieve deelnemer met prepensioen zijn gegaan, ontvangen een vergoeding ter compensatie van de ziekenfonds- of ziektekostenpremie. Deze vergoeding is voor alle uitkeringsgerechtigden gelijk en bedraagt een vast bedrag per maand. Het bestuur beslist jaarlijks over de hoogte van de vergoeding indien en voor zover de financiële situatie van het fonds dit toelaat. Voor het jaar 2007 is de vergoeding vastgesteld op 132, -. Premie De prepensioenregeling is met ingang van 1 januari 2006 alleen nog van toepassing op werknemers die geboren zijn vóór 1 januari Voor deze groep werknemers is de pensioenpremie in 2007 gehandhaafd op 7,81 % van de prepensioengrondslag. Van de premie komt een deel voor rekening van de werkgever en een deel voor rekening van de werknemer. Het werkgeversdeel is 5,21 %, het werknemersdeel 2,6 %. Voor werknemers die geboren zijn op of na 1 januari 1950 is de pensioenpremie per 1 januari 2007 gehandhaafd op 3,93% van de prepensioengrondslag. Deze premie betreft een volledige werkgeverspremie. 7 4 Met uitzondering van het lid van de directie die als bestuurder bij de Kamer van Koophandel is ingeschreven als alleen dan wel gezamenlijk vertegenwoordigingsbevoegd.

9 8 Bestuur In de verslagperiode kwam het bestuur zeven keer in vergadering bijeen. Deze vergaderingen vonden plaats op 14 maart, 27 april, 27 juni, 16 oktober, 16 november en 4 december In het kader van Pension Fund Governance heeft een extra vergadering plaatsgevonden op 4 oktober In deze paragraaf treft u een samenvatting aan van de belangrijkste onderwerpen die tijdens de vergaderingen zijn besproken. Financiële positie van het fonds De financiële positie van het fonds wordt gemeten aan de hand van de dekkingsgraad. Dit is de verhouding tussen het belegd vermogen en de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Met andere woorden: is het pensioenfonds in staat om op een willekeurig moment aan alle lopende pensioenverplichtingen te voldoen? Bij de nominale dekkingsgraad wordt uitgegaan van de pensioenverplich tingen op marktwaarde, exclusief toekomstige indexering. Bij de reële dekkingsgraad wordt uitgegaan van de marktwaarde van de pensioenverplichtingen rekening houdend met toekomstige indexering op basis van prijsinflatie. Ultimo 2007 bedroeg de nominale dekkingsgraad 152,6% Toeslag en overgangsrecht en ziektekosten Het bestuur besluit jaarlijks - indien en voor zover de financiële toestand van het fonds dit toelaat en gehoord de actuaris - of de pensioenaanspraken en uitkeringen worden verhoogd. Dit wordt ook wel toeslag of indexatie genoemd. Er wordt niet doelgericht geld gereserveerd voor toekomstige toeslagen. Gelet op de ontwikkelingen in de bedrijfstak en de financiële positie van het fonds heeft het bestuur in de vergadering van 16 november 2007 besloten de opgebouwde aanspraken van de actieve deelnemers per 1 januari 2008 met 1,91% te verhogen. Ook de reeds ingegane prepensioenen en de premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemers zijn per 1 januari 2008 met 1,91% verhoogd. In de vergadering van 16 november 2007 heeft het bestuur besloten om het aanvullend prepensioen toe te kennen aan degenen die in het jaar 2008 de prepensioendatum van 62 jaar bereiken en voldoen aan de gestelde voorwaarden. Verder heeft het bestuur besloten een tegemoetkoming in de premie voor ziektekosten te geven aan degenen die als actieve deelnemer met prepensioen gaan. Het bestuur heeft besloten om de compensatie in 2008 gelijk te houden aan de hoogte van de premiecompensatie in 2007, namelijk 132, - per maand. Pension Fund Governance De door de Stichting van de Arbeid (STAR) ontwikkelde principes voor goed pensioenfondsbestuur (PFG) hebben een wettelijke verankering gekregen in de nieuwe Pensioen wet. Met de invoering van de wet werden in 2007 dus ook deze principes van kracht. Net als andere pensioenfondsen moest het Prepensioenfonds Personenvervoer in het verslagjaar hieraan verdere invulling geven. Allereerst heeft het bestuur gekeken naar de inrichting van het interne toezicht op het functioneren van het bestuur. Het bestuur heeft ervoor gekozen om hiervoor een Visitatiecommissie op te richten die bestaat uit een drietal onafhankelijke deskundigen en jaarlijks (vanaf 2008) de gevolgde beleids- en bestuurprocessen beoordeelt en daarover rapporteert. Daarnaast is er een Verantwoordingsorgaan in het leven geroepen, waaraan het bestuur verantwoording af moet leggen over het beleid en de wijze waarop dat is uitgevoerd. Kernpunt hierbij is dat het bestuur de dialoog aangaat met het Verantwoor dings orgaan. Het oordeel van dit orgaan over het handelen van het bestuur wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, bekend gemaakt en in het jaarverslag van het fonds opgenomen. Het bestuur heeft gekozen voor een compact en slagvaardig verantwoordingsorgaan, waarin namens alle bij het fonds betrokken geledingen te weten actieve deelnemers, gepensioneerden en aangesloten werkgevers een vertegenwoordiger is afge vaar digd. Naar verwachting zijn alle vacatures in 2008 ingevuld. Tevens heeft het bestuur ervoor gekozen om een Deelnemersraad op te richten. De Deelnemersraad is ervoor om de belangen van deelnemers en gepensioneerden te behartigen bij het bestuur van het fonds. De deelnemersraad bestaat uit vertegenwoordigers van werknemers en gepensioneerden. Zij geven adviezen aan het bestuur, gevraagd en ongevraagd. De adviezen kunnen over uiteenlopende zaken gaan. Vermogensbeheeractiviteiten Op 24 oktober 2006 heeft het bestuur besloten per 1 januari 2007 een samenwerkingsverband met het Pensioenfonds Vervoer, het Prepensioenfonds Goederenvervoer, de VUT Goederenvervoer en het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Goederenvervoer aan het gaan met betrekking tot het onderbrengen van het vermogen in een Fonds voor Gemene Rekening (FGR) De transitie van het vermogen van het Prepensioenfonds Personenvervoer naar het FGR heeft plaatsgevonden in januari In de bestuursvergadering van 12 december 2006 heeft het bestuur het beleggingsbeleid voor 2007 en de beheersafspraken voor 2007 goedgekeurd. De normverdeling tussen zakelijke en vastrentende waarden is voor 2007 bepaald op 70% vastrentende waarden en 30% zakelijke waarden. Binnen de zakelijke waarden is voor aandelen een allocatie van 20% opgenomen en voor direct vastgoed een allocatie van 10%. In juli 2007 is de volledige vastgoedportefeuille verkocht. De opbrengst hiervan is geïnvesteerd in de overige beleggingscategorieën volgens de in de normportefeuille vastgelegde allocatie. In 2007 werd het valutarisico niet langer op mandaatniveau afgedekt maar op fondsniveau. Binnen de normportefeuille werd de US dollar, Japanse

10 yen en het Britse pond volledig afgedekt, en de overige valuta niet. Besloten is om een groot aantal benchmarks te wijzigen. Voor 2007 werd gebruik gemaakt van alom gebruikte transparante benchmarks die algemeen beschikbaar zijn. Dat maakte een veel betere controle mogelijk op de resultaten die door de vermogensbeheerders worden behaald. In de vergadering van 4 december 2007 heeft het bestuur het beleggingsbeleid voor 2008 vastgesteld. De normverdeling tussen zakelijke en vastrentende waarden is voor 2008 bepaald op 70% vastrentende waarden en 30% aandelen. Het normgewicht van aandelen is, in vergelijking met 2007, verhoogd van 20% naar 30%. De extra 10% wordt grotendeels gealloceerd naar regio s die in 2008 naar verwachting een aantrekkelijk rendement zullen bieden, te weten: Azië (excl. Japan) en opkomende markten. In 2008 worden in de normportefeuille de Amerikaanse dollar, Japanse Yen en het Britse pond voor 100% afgedekt. Voorts zijn voor 2008 een tweetal benchmarks gewijzigd. Communicatie Het Prepensioenfonds Personenvervoer heeft ook in 2007 werkgevers, werknemers en pensioengerechtigden op verschillende momenten geïnformeerd over de regeling en de uitvoering daarvan. Werknemers konden voor informatie over de regeling terecht op de website of contact opnemen met de servicedesk. Zij ontvingen bovendien het pensioenoverzicht. Bij verschillende werkgevers zijn voorlichtingsbijeenkomsten voor werknemers georganiseerd waarin de pensioenconsulenten uitleg gaven over de prepensioenregeling en uiteraard zijn er diverse circulaires met informatie naar de werkgevers verzonden. Voorts hebben alle pensioengerechtigden in januari 2007 zoals gewoonlijk een jaaropgave van hun prepensioen ontvangen. Digitaal Pensioenfonds In het lopende verslagjaar zijn de eerste voorbereidingen getroffen voor de introductie van het zogeheten Digitaal Pensioenfonds. Hiermee wordt een belangrijke stap gezet in de richting van een sterk verbeterde online dienstverlening aan alle klanten van het Prepensioenfonds Personenvervoer, Pensioenfonds Vervoer, Prepensioenfonds Goederenvervoer en de VUT Goederenvervoer. Het Digitaal Pensioenfonds beoogt de pensioeninformatie van genoemde fondsen toegankelijker en daarmee laagdrempeliger te maken voor werkgevers, werknemers en pensioengerechtigden. Werkgevers krijgen een volledig en actueel inzicht in de verwerking van de aangele verde gegevens en het notaverkeer. Deelnemers aan de verschillende regelingen krijgen direct inzicht in hun pensioensituatie en kunnen met behulp van de pensioenplanner zelf diverse pensioenscenario s doorrekenen. Uitbesteding en serviceafspraken De administratie van het Prepensioenfonds Personenvervoer is in zijn geheel uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer. Wijziging statuten en reglementen In het verslagjaar besloot het bestuur tot een aantal wijzigingen in het reglement. Deze wijzigingen vloeien grotendeels voort uit de Pensioenwet en hebben onder meer betrekking op: waardeoverdracht; verjaringstermijn van niet opgevraagd prepensioen; vrijwillige aansluiting; informatievoorschriften; verbod van vervreemding en mogelijkheid van volmacht; karakter prepensioenovereenkomst; algemene en gesplitste kortingsregel. Ontwikkelingen na afloop van het verslagjaar In 2007 stond onder andere het onderwerp toeslagen en overgangsrecht voor het jaar 2008 op de agenda van het bestuur. Het bestuur besloot per 1 januari 2008 de opgebouwde aanspraken en ingegane pensioenen met 1,91% te verhogen. Verder besloot het bestuur om het aanvullend prepensioen toe te kennen aan degenen die in het jaar 2008 de prepensioendatum van 62 jaar bereiken en voldoen aan de gestelde voorwaarden. Een andere ontwikkeling betreft het verloop van de marktrente en de gevolgen hiervan voor het renterisico. Het Prepensioenfonds Personenvervoer heeft in het verslagjaar geanalyseerd welke effecten bewegingen in de marktrente hebben op de ontwikkeling van de financiële positie van het fonds. Het bestuur heeft in 2008 gesproken over een fusie van het fonds met het Pensioenfonds Vervoer, het Prepensioenfonds Goederenvervoer en de VUT Goederenvervoer. Er zijn een groot aantal overwegingen om tot fusie over te gaan. De belangrijkste zijn: Het creëren van een breder draagvlak voor de te dragen risico s; Eenvoudiger bestuur en vereenvoudiging op het gebied van Pension Fund Governance; Vereenvoudiging van de procedures voor werkgevers, deelnemers, slapers en pensioengerechtigden (één loket); Administratieve lastenverlichting voor de werkgevers; Het behalen van kostenvoordelen in de uitvoering van de regeling. Waar mogelijk kunnen administratieve processen en beleidsondersteuning van het bestuur worden geïntegreerd en gecombineerd. Ook het aantal externe dienstverleners kan worden beperkt. Het bestuur besloot op 13 mei 2008 tot een fusie over te gaan. Na de fusie zal de prepensioenregeling voor het personenvervoer worden uitgevoerd door het Pensioenfonds Vervoer. De streefdatum voor de fusie is 1 januari

11 Omvang van het fonds In dit hoofdstuk wordt de ontwikkeling van de omvang van het fonds weergegeven. De gegevens bij de afsluiting van het verslagjaar, zoals het aantal werkgevers en deelnemers, de vastgestelde prepensioenpremie en de prepensioenuitkeringen, worden ter vergelijking afgezet tegen de cijfers uit het verleden Aantal werkgevers per 31 december Werkgevers verplicht tot premiebetaling Werkgevers die opgaven in het boekjaar geen tot deelneming verplicht personeel in dienst te hebben Vrijwillig aangesloten werkgevers Aantal deelnemers per 31 december Actieve deelnemers Nog niet geprepensioneerde gewezen deelnemers met premievrije rechten Premie opgaven en betalingen In 2007 is vastgesteld aan premie Ultimo 2007 was nog te voldoen een bedrag van Dit is 22,97% van de totaal vastgestelde voorschotpremie. Het hoge percentage openstaande vorderingen per ultimo jaar heeft twee oorzaken. Enerzijds is, na de eerste premievaststelling in januari, in de loop van het jaar een aanzienlijk bedrag aan voorschotpremie vastgesteld, die ultimo jaar nog niet geheel was geïnd. Anderzijds stond ultimo jaar een relatief groot percentage premievorderingen geblokkeerd in afwachting van nader onderzoek naar de juistheid van de premievaststelling. Dit onderzoek is in 2008 uitgevoerd. Prepensioenuitkeringen Over 2007 is uitbetaald aan prepensioenen tegen het vorige jaar Dit bedrag is inclusief éénmalige uitkeringen. Op het einde van het boekjaar waren de aantallen ingegane prepensioenen en de totale jaarbedragen als volgt: Aantallen prepensioenen Jaarbedragen (x 1000 ) Eénmalige uitkeringen In 2007 is uitbetaald aan éénmalige uitkeringen (afkoopsom in plaats van klein prepensioen ineens en afkoopsom bij emigratie), ten opzichte van in Onder deze categorie vallen ook de werkgevers die uitsluitend personeel in dienst hebben, geboren op of na 1 januari 1950.

12 Maatschappelijk verantwoord ondernemen Op grond van Richtlijn 400 Jaarverslag besteedt het fonds, net als andere ondernemingen, aandacht aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. Doel daarvan is het informeren van belanghebbenden en het verantwoording afleggen over maatschappelijke verantwoordelijkheden. Dat betreft met name algemene, sociale en economische aspecten van het fonds. De rapportage over deze aspecten is op diverse plaatsen terug te vinden in het jaarverslag. De algemene aspecten betreffen de belangrijkste problemen en uitdagingen, de invloed hiervan op het beleid en de strategie en de rol van belanghebbenden hierbij. Deze algemene aspecten zijn opgenomen in het hoofdstuk ontwikkelingen op pensioengebied. In dit hoofdstuk wordt per onderwerp aangegeven wat het fonds aan deze onderwerpen heeft gedaan gedurende de loop van het verslagjaar. Relevante sociale aspecten betreffen met name sociaal-maatschappelijke zaken zoals verantwoord beleggen. In het hoofdstuk beleggingen wordt het beleggingsbeleid van het fonds uiteengezet. Richtlijn 400 beoogt overigens niet aan pensioenfondsen voor te schrijven dat zij (meer) maatschappelijk moeten beleggen, de nadruk ligt op de informatieverschaffing. Verdere aspecten die betrekking hebben op maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn bijvoorbeeld de wijze waarop het pensioenfonds georganiseerd is de verdeling van taken en verantwoordelijkheden, de interne beheersing van processen en procedures en de communicatie met de belanghebbenden. Deze onderwerpen komen aan de orde in het kader van de discussie over pension fund governance in het hoofdstuk ontwikkelingen op pensioengebied. Het bestuur heeft kennis genomen van de heersende opvattingen inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen. 11

13 12 Pensioen en Wetgeving Gevolgen Pensioenwet De nieuwe Pensioenwet had in 2007 veel invloed op het fonds. De pensioenregeling, de administratie en de verslaglegging zijn aan de nieuwe eisen aangepast. Het fonds rapporteert nu elk kwartaal aan De Nederlandsche Bank (DNB). Indexatielabel Pensioenfondsen moeten vanaf 1 januari 2008 een indexatielabel gaan gebruiken als ze informatie geven over het toeslagbeleid. Dat staat in de Pensioenwet. De pensioensector ontwikkelt het indexatielabel. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), de Stichting van de Arbeid (STAR), de Autoriteit Financiële Markten (AFM), DNB en de pensioenkoepels doen mee. Halverwege 2007 bleek dat het indexatielabel niet op tijd klaar zou zijn. De grote lijnen van het label zijn al zichtbaar, maar er is nog veel te doen. Het ministerie van SZW heeft nu 1 juli 2008 als nieuwe ingangsdatum genoemd. Het label verschijnt voor het eerst in het pensioenoverzicht van Belastingplan 2008 Prinsjesdag was voor de pensioenwereld weinig spectaculair. Het kabinet wilde de omkeerregel aftoppen voor hoge inkomens. De omkeerregel betekent: premies aftrekbaar, uitkering belast. Volgens het voorstel zou de pensioenpremie voor salarissen boven euro niet meer aftrekbaar zijn. Er kwam veel weerstand tegen dit voorstel. De regering heeft het plan ingetrokken na lang aandringen van de Tweede Kamer. De regering heeft wel andere maatregelen aangekondigd. De regering gaat onderzoeken of zij de pensioeninkoop voor topinkomens kan belasten. Het belastingplan bevat (nog) geen uitwerking van de Bosbelasting. Uit de stukken blijkt dat de regering de plannen wil doorvoeren. De begroting van SZW meldt het volgende: Om de AOW ook in de toekomst welvaartsvast te houden, wordt van ouderen met een relatief hoog inkomen een bijdrage gevraagd. Dit geldt alleen voor mensen die zijn geboren ná 1945 (en dus vanaf jaar oud worden). Dit kan door langer door te werken of door het betalen van een extra heffing. Keuzevrijheid staat hierbij voorop. De systematiek heeft daarom twee componenten: een positieve prikkel voor mensen om langer door te werken en een heffing naar draagkracht. Verbetering deskundigheid pensioenfondsbesturen De Pensioenkoepels (VB, Opf en UvB) hebben op 16 april 2007 een plan gepresenteerd om de deskundigheid bij pensioenfondsen te stimuleren. Het plan is een reactie op een verklaring van de Stichting van de Arbeid (STAR) en het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO). De STAR en het CSO verzochten eind 2006 de pensioenkoepels om de deskundigheid bij pensioenfondsen te verbeteren. Het gaat om deskundigheid van bestuursleden, maar ook van leden van deelnemersraden en verantwoordingsorganen. Het plan van aanpak noemt eindtermen waarmee de deskundigheid getoetst kan worden. Er zijn normen voor de individuele bestuurders en voor besturen als geheel. Er zijn aangepaste normen voor leden van deelnemersraden en verantwoordingsorganen. Het plan stelt ook eisen aan pensioenopleidingen en cursussen. Het Centrum voor Post Initieel Onderwijs Nederland (CPION) gaat certificaten verstrekken. Een commissie van vertegenwoordigers van de koepels zal het aanspreekpunt zijn. De commissie heet de Permanente Commissie Deskundigheidsbevordering (PCD). De PCD zal de ontwikkelingen op het gebied van deskundigheidsbevordering in de gaten houden. De koepels hopen zo hun leden de gelegenheid te bieden om hun deskundigheid te verbeteren. De koepels roepen hun leden op om gebruik te maken van de hulp. Ook in 2008 zal het bestuur werken aan de verbetering van professionaliteit en deskundigheid.

14 Risicoparagraaf Het Prepensioenfonds Personenvervoer hecht veel waarde aan een gedegen risicomanagementbeleid. Het speelt daarmee in op de toenemende complexiteit van de bedrijfsvoering, de wet- en regelgeving en de zwaardere eisen die de toezichthouders in dat verband stellen. Er is een beleid ontwikkeld waarin bewust bepaalde financiële risico s worden geaccepteerd omdat die passen binnen het kader van de financiële opzet van het fonds. Hieronder volgt een opsomming van en toelichting op de belangrijkste risico s. Marktrisico Marktrisico is het risico dat de waarde van de beleggingen verandert door veranderingen in de marktprijzen. Het structurele marktrisico wordt beheerst binnen het ALM-proces. Daarin wordt een zodanige beleggingsmix vastgesteld dat het marktrisico acceptabel is. De feitelijke beleggingsmix mag binnen vastgestelde bandbreedtes afwijken van de ALM-beleggingsmix. Voor de beheersing van het marktrisico in samenhang met het renterisico wordt gebruik gemaakt van de actieve weging van de diverse beleggingscategorieën en derivaten. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van de beleggingen verandert door veranderingen in valutakoersen. Valutarisico s worden afgedekt met valutaderivaten, voornamelijk valutatermijncontracten. Het Britse pond en de Japanse yen worden volledig afgedekt, terwijl voor de Amerikaanse dollar een dynamische strategie wordt gevolgd waarbij het afdekkingspercentage kan fluctueren tussen de 50% en 100%. Renterisico Renterisico is het risico dat het saldo van de marktwaarde van de portefeuille vastrentende waarden en de nominale pensioenverplichtingen op marktwaarde verandert door veranderingen in de marktrente. Het structurele renterisico wordt beheerst binnen het ALM-proces. Integrale beheersing van de balansrisico s is onderdeel van de nieuwe financiële opzet. Voor de beheersing van het renterisico wordt thans alleen nog gebruik gemaakt van langlopende Euro overheidsleningen. Kredietrisico Dit risico hangt samen met de beleggingen in verhandelbare schuldpapieren en op tegenpartijen. Kredietrisico op verhandelbare schuldpapieren wordt beschouwd als prijsrisico. De beheersing van deze vorm van kredietrisico is geïntegreerd in het beleggingsproces, door middel van een richtlijn over de maximale belegging per kredietklasse. Tegenpartijrisico betreft het risico dat tegenpartijen hun verplichtingen aan het fonds niet meer kunnen nakomen, bijvoorbeeld door faillissement. Het tegenpartijrisico wordt beheerst door selectie van solide tegenpartijen en hantering van tegenpartijlimieten, al dan niet in combinatie met zekerheidstellingen. Verzekeringstechnisch risico Naast de financiële risico s staat het fonds bloot aan verzekeringstechnische risico s, waarvan het langlevenrisico het belangrijkste is. Bij de bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen worden prudente veronderstellingen gehanteerd waaronder leeftijdscorrectiefactoren alsmede toekomstige verbetering van de levensverwachting. Andere verzekeringstechnische risico s zijn kortlevenrisico en looninflatie. Relatieve marktrisico Dit is het risico dat de vermogensbeheerders bij de uitvoering van het actieve beleggingsbeleid afwijken van het vastgestelde ALM-beleid. Hiertoe zijn strategische marges gedefinieerd welke dagelijks worden gemonitored door de fiduciair vermogensbeheerder. Operationeel risico Het operationeel risico is het risico op verlies als resultaat van inadequate of foutieve interne processen, mensen en systemen of als gevolg van externe gebeurtenissen. Operationele risico s hebben een negatieve impact op een goede uitvoering van de pensioenregeling. Voor deze operationele risico s geldt wel dat een verregaande reductie onevenredig veel inspanning en kosten met zich mee kan brengen. De operationele uitvoering geschiedt door Syntrus Achmea Pensioenbeheer en het fonds. Het grootste deel van de operationele uitvoering ligt bij Syntrus Achmea Pensioenbeheer en heeft een SAS 70-verklaring (type II). Door het overleggen van deze verklaring toont Syntrus Achmea Pensioenbeheer aan het pensioenfonds én aan de accountant van het pensioenfonds, dat de uitvoering in control is. Het overleggen van de SAS 70-verklaring komt tevens tegemoet aan de Beleidsregel Uitbesteding Pensioenfondsen waarin DNB heeft vastgesteld dat een pensioenfonds dat zijn administratie uitbesteedt aan een uitvoerder verantwoordelijk is en blijft voor een juiste administratie. Liquiditeitsrisico Het liquiditeitsrisico is het risico dat het fonds onvoldoende liquide middelen heeft om betalingen, waaronder de pensioenuitkeringen, te verrichten. Bij het fonds is sprake van een jaarlijkse grote netto-instroom. De waarschijnlijkheid van het liquiditeitsrisico en de impact is derhalve klein. Het liquiditeitsrisico wordt ook beperkt door de invulling van het cashmanagement. Het bestuursbureau ziet toe op een juiste afstemming van de inkomende en uitgaande cashstromen van het fonds, waarbij rekening wordt gehouden met de te verrichten betalingen. 13

15 Omgevingsrisico Het omgevingsrisico is het risico als gevolg van buiten het fonds komende veranderingen op het gebied van concurrentieverhoudingen, belanghebbenden bij het fonds, reputatie en ondernemingsklimaat en aantal deelnemers. Het ondernemingsklimaatrisico en de afname van het aantal deelnemers zijn de belangrijke omgevingsrisico s. Voor wat betreft het ondernemingsklimaatrisico geldt dat het huidige bestand van deelnemers voor een groot deel bestaat uit slapers. Daarnaast blijft het aantal actieve deelnemers van het fonds als gevolg van de stabiele markt zelf ook redelijk stabiel. De waarschijnlijkheid van het ondernemingsklimaatrisico is middelgroot en de impact is relatief gering. Met betrekking tot het risico dat het aantal deelnemers fors zal dalen door politieke en/of wettelijke ontwikkelingen wordt opgemerkt dat de kans dat deze ontwikkeling zich voordoet aanwezig is en de impact daarvan groot zal zijn. Het is voor het bestuur niet mogelijk beheersmaatregelen te treffen om deze ontwikkelingen te voorkomen. 14 Ten aanzien van het risico dat de belanghebbenden bij het fonds (CAO-partijen) het niet eens zijn of worden over de richting waarin de pensioenregeling zich in de toekomst moet ontwikkelen, geldt het volgende. Het bestuur kan hiervoor geen lange termijnbeleid formuleren, omdat richtinggevende afspraken hiervoor ontbreken en het voortbestaan van de regeling op zichzelf niet zeker is. De kans dat dit gebeurt is gemiddeld en de mogelijke impact is klein. De taak van het bestuur is om binnen de door CAO-partijen gestelde kaders de belangen van de diverse groepen af te wegen en te zoeken naar een oplossing die het beste daarbij aansluit.

16 Risicobeheer en derivaten In het jaarverslag is ingegaan op de risico s die het pensioenfonds loopt en op het beleid dat wordt gevoerd om deze risico s te beperken. Onderstaand treft u kwantitatieve risicoinformatie aan. Deze gegevens zijn bepaald op basis van het doorkijk principe. Waar dit niet het geval is, wordt het aangegeven. Solvabiliteitsrisico Het fonds wordt bij het beheer van de pensioenverplichtingen en de financiering daarvan geconfronteerd met risico s. De belangrijkste doelstelling van het fonds is het nakomen van de pensioentoezeggingen. Voor het realiseren van deze doelstelling wordt gestreefd naar een toereikende solvabiliteit op basis van de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Het belangrijkste risico voor het fonds betreft het solvabiliteitsrisico, ofwel het risico dat het fonds niet beschikt over voldoende vermogen ter dekking van de pensioenverplichtingen. De solvabiliteit wordt gemeten zowel op basis van algemeen geldende normen als ook naar de specifieke normen welke door de toezichthouder worden opgelegd. Indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat het fonds de premie voor de onderneming en deelnemers moet verhogen en het risico dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten. In het uiterste geval kan het noodzakelijk zijn dat het fonds verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten moet verminderen. Het surplus op FTK-grondslagen is als volgt: 31 dec EUR Technische voorzieningen volgens jaarrekening Voorziening pensioenverplichtingen (FTK-waardering) (a) Buffers: S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico - S5 Kredietrisico 894 S6 Verzekeringstechnisch risico S7 Liquiditeitsrisico - S8 Concentratierisico - S9 Operationeel risico - Diversificatie-effect (7.280) 15 Totaal S (vereiste buffers) (b) Vereist vermogen (art. 132 Pensioenwet) (a+b) Aanwezig vermogen (Totaal activa schulden) Surplus Bij de berekening van de buffers past het pensioenfonds de standaardmethode toe. Voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de feitelijke asset mix in de evenwichtssituatie.

17 Marktrisico Marktrisico omvat de mogelijkheden voor winst of verlies en omvat het prijs(koers)risico, valutarisico en het renterisico. De strategie van het fonds met betrekking tot het beleggingsrisico wordt bepaald door de beleggingsdoelstellingen zoals vastgelegd in de ABTN. Het marktrisico wordt op dagelijkse basis beheerst door vermogensbeheerders in overeenstemming met de aanwezige beleidskaders en richtlijnen. De overall-marktposities worden periodiek gerapporteerd aan het bestuur. De verdeling naar regio van de totale beleggingen is weergegeven in onderstaande tabel: 2007 EUR Mature markets Emerging markets Andere In de onderstaande tabel wordt de verdeling van de beleggingen exclusief vastgoed, inclusief de onder de passiva verantwoorde derivaten naar sector weergegeven: 2007 EUR Overheidsinstellingen Financiële instellingen Handel- en industriële bedrijven Nutsbedrijven Andere instellingen Prijsrisico Prijsrisico is het risico van waardewijzigingen door de ontwikkeling van marktprijzen, die wordt veroorzaakt door factoren gerelateerd aan een individuele belegging, de uitgevende instelling of generieke factoren. Omdat alle beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waardewijzigingen onmiddellijk in het saldo van baten en lasten worden verwerkt, zijn alle wijzigingen in marktomstandigheden direct zichtbaar in het beleggingsresultaat. Het prijsrisico kan worden gemitigeerd door diversificatie. In aanvulling hierop kan het prijsrisico worden gehedged door het gebruik van afgeleide financiële instrumenten (derivaten), zoals opties en futures. De segmentatie van vastgoed naar sectoren is als volgt: 31 december 2007 EUR % Participaties in vastgoedmaatschappijen

18 Valutarisico Het valutarisico wordt in onderstaande tabel weergegeven. De nettopositie is gelijk aan het saldo van de onder de activa verantwoorde beleggingen en de onder de passiva verantwoorde derivaten. De valutapositie voor en na afdekking door valutaderivaten is als volgt weer te geven: Voor EUR 2007 Valuta- Nettopositie derivaten (na) EUR EUR GBP (8.252) (344) JPY (12.763) 349 USD (21.028) OVERIGE Een restrisico betreft de categorie overige valuta; deze valuta betreffen valuta in opkomende markten en/of hebben een correlatie met de USD. Het bestuur heeft besloten om deze risico s niet af te dekken. Renterisico Het renterisico is het risico dat de waarden van de portefeuille vastrentende waarden en de pensioenverplichtingen verandert als gevolg van ongunstige veranderingen in de marktrente. De rentegevoeligheid kan worden gemeten door middel van de duration. De duration is de (met de contante waarde van de kasstromen) gewogen gemiddelde resterende looptijd in jaren. Balans- 31 december waarde 2007 EUR 17 Duration van de vastrentende waarden (voor derivaten) ,9 Duration van de vastrentende waarden (na derivaten) ,9 Duration van de (nominale) pensioenverplichtingen ,6 Op balansdatum is de duration van de beleggingen nagenoeg gelijk aan de duration van de verplichtingen. Er is derhalve geen sprake van een zogenaamde duration-mismatch. Ten aanzien van de looptijd van de debiteuren van de vastrentende portefeuille kan het volgende overzicht worden gegeven: 31 december 2007 EUR % Resterende looptijd < 1 jaar ,3 Resterende looptijd < > 5 jaar ,8 Resterende looptijd 5 jaar ,

19 Kredietrisico Kredietrisico is het risico van financiële verliezen voor het fonds als gevolg van faillissement of betalingsonmacht van tegenpartijen waarop het fonds (potentiële) vorderingen heeft. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan partijen die obligatieleningen uitgeven, banken waar deposito s worden geplaatst, marktpartijen waarmee Over The Counter (OTC)-derivatenposities worden aangegaan en aan bijvoorbeeld herverzekeraars. Een voor beleggingsactiviteiten specifiek onderdeel van kredietrisico is het settlementrisico. Dit heeft betrekking op het risico dat partijen waarmee het fonds transacties is aangegaan niet meer in staat zijn hun tegenprestatie te verrichten waardoor het fonds financiële verliezen lijdt. Beheersing vindt plaats door het stellen van limieten aan tegenpartijen op totaalniveau, dat wil zeggen met inachtneming van alle posities die een tegenpartij heeft jegens het fonds; het vragen van extra zekerheden zoals onderpand en dergelijke bij hypothecaire geldleningen en het uitlenen van effecten; het hanteren van prudente verstrekkingsnormen bij hypothecaire geld leningen. Ter afdekking van het settlementrisico wordt door het fonds enkel belegd in markten waar een voldoende betrouwbaar clearing- en settlementsysteem functioneert. Voordat in nieuwe markten wordt belegd, wordt eerst onderzoek gedaan naar de waarborgen op dit gebied. Met betrekking tot niet-beursgenoteerde beleggingen, met name OTC-derivaten, wordt door het fonds enkel gewerkt met tegenpartijen waarmee ISDA/CSA-overeenkomsten zijn afgesloten zodat posities van het fonds adequaat worden afgedekt door onderpand. Ten aanzien van de kredietwaardigheid van de debiteuren van de vastrentende portefeuille kan het volgende overzicht worden gegeven: 31 december 2007 EUR % AAA ,8 AA ,1 A ,3 BBB ,5 < BBB 640 0,9 Geen rating , Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is het risico dat beleggingen niet tijdig en/of niet tegen een aanvaardbare prijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het fonds op korte termijn niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Waar de overige risicocomponenten vooral de langere termijn betreffen (solvabiliteit), gaat het hierbij om de kortere termijn. Dit risico kan worden beheerst door in het strategische en tactische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor de liquiditeitsposities. Er moet eveneens rekening worden gehouden met de directe beleggingsopbrengsten en andere inkomsten zoals premies. Verzekeringtechnische risico s (actuariële risico s) De belangrijkste actuariële risico s zijn de risico s van langleven, overlijden (kortleven) en arbeidsongeschiktheid. Langlevenrisico is het risico dat deelnemers langer blijven leven dan gemiddeld verondersteld wordt bij de bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen. Als gevolg hiervan volstaat de opbouw van het pensioenvermogen niet voor de uitkering van de pensioenverplichting. Door toepassing van AG-prognosetafel (fondsspecifiek) met adequate correcties voor ervaringssterfte is het langlevenrisico nagenoeg geheel verdisconteerd in de waardering van de pensioenverplichtingen. Het overlijdensrisico betekent dat het fonds in geval van overlijden mogelijk een nabestaandenpensioen moet toekennen waarvoor door het fonds geen voorzieningen zijn getroffen. Dit risico kan worden uitgedrukt in risicokapitalen. Het fonds heeft dit risico niet herverzekerd.

20 Het arbeidsongeschiktheidsrisico betreft het risico dat het fonds voorzieningen moet treffen voor premievrijstelling bij invaliditeit en het toekennen van een arbeidsongeschiktheidspensioen ( schadereserve ). Voor dit risico wordt jaarlijks een risicopremie in rekening gebracht. Het verschil tussen de risicopremie en de werkelijke kosten wordt verwerkt via het resultaat. De actuariële uitgangspunten voor de risicopremie worden periodiek herzien. Het fonds heeft dit risico niet herverzekerd. Indexatierisico (actuariële risico s) Het bestuur van het fonds heeft de ambitie om het pensioen te indexeren. De mate waarin dit kan worden gerealiseerd is afhankelijk van de ontwikkelingen in de rente, rendement, looninflatie en demografie. Uitdrukkelijk wordt opgemerkt dat de indexatietoezegging voorwaardelijk is. Concentratierisico Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder vallen moeten per beleggingscategorie alle instrumenten met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Als grote post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het balanstotaal uitmaakt. Per 31 december 2007 heeft het fonds geen post die groter is dan 2% van het balanstotaal. Overige niet-financiële risico s Operationeel risico Operationeel risico is het risico van een onjuiste afwikkeling van transacties, fouten in de verwerking van gegevens, het verloren gaan van informatie, fraude en dergelijke. Dergelijke risico s worden door het fonds beheerst door het stellen van hoge kwaliteitseisen aan de organisaties die bij de uitvoering betrokken zijn op gebieden zoals interne organisatie, procedures, processen en controles, kwaliteit geautomatiseerde systemen, enzovoorts. Deze kwaliteitseisen worden periodiek getoetst door het bestuur. Systeemrisico Systeemrisico betreft het risico dat het mondiale financiële systeem (de internationale markten) niet langer naar behoren functioneert, waardoor beleggingen van het fonds niet langer verhandelbaar zijn en zelfs, al dan niet tijdelijk, hun waarde kunnen verliezen. Net als voor andere marktpartijen, is dit risico voor het fonds niet beheersbaar. 19

21 Beleggingen De beleggingsportefeuille leverde over 2007 een rendement op van 1,45% (2006: 5,2%). Hiermee kwam het rendement 1,11 procentpunt lager uit dan de benchmark. De hoogste rendementen kwamen van aandelen emerging markets (21,63%) en Azië exclusief Japan (18,81%). Ook de valuta afdekking droeg positief bij. Het volgende staafdiagram presenteert de rendementen van de normportefeuille en de feitelijke beleggingsportefeuille van het fonds over de afgelopen 4 jaar. Gezien de financiële positie van het fonds ultimo 2006 is besloten in het verslagjaar het percentage zakelijke waarden beperkt te verhogen (met 3,15% -punt) ten laste van de vastrentende waarden. Voorts is binnen de zakelijke waarden de allocatie naar aandelen verlaagd met 1,85% en de normallocatie naar vastgoed in overeeenstemming gebracht met de werkelijke allocatie. Anders dan voorgaande jaren worden in 2007 converteerbare obligaties niet langer als aparte categorie binnen de normportefeuille opgenomen. Marktontwikkelingen Feitelijk en normrendement ,3 8,5 7,2 5,9 5,2 4,8 2,56 1, Feitelijk rendement Normrendement Vastrentende waarden Het rendement op de portefeuille vastrentende waarden bedroeg over %. Langlopende euro staatsobligaties behaalden een rendement van -0,49%, bedrijfsobligaties -3,84%, en obligaties uit opkomende markten -3,40%. Door de turbulentie op de financiële markten zochten beleggers in de tweede helft van 2007 hun heil in veilige staatsobligaties. Daarvan profiteerden echter voornamelijk Amerikaanse staatsobligaties, die sterk in koers stegen. In de Verenigde Staten lag de rente op tienjarige staatsleningen aan het einde van 2007 ongeveer 70 basispunten lager dan eind In Europa daarentegen steeg de tienjaarsrente per saldo met ruim 20 basispunten. Het rendement op bedrijfsobligaties werd ongunstig beïnvloed door oplopende risicopremies (credit spreads). Deze vergoeding voor kredietrisico steeg fors doordat de problemen met Amerikaanse hypotheken onzekerheid veroorzaakten. Beleggingsbeleid Ieder jaar stelt het bestuur een normportefeuille vast. De normportefeuille beschrijft de middelenverdeling die in een bepaald jaar beleidsmatig wenselijk wordt geacht. De performance van deze portefeuille geldt als norm waartegen de feitelijk behaalde beleggingsprestaties worden afgezet. 6 Aandelen 20% Normportefeuille 2007 Vastgoed 10% Vastrentende waarden 70% 6 Prepensioenfonds Personenvervoer hanteert zwevende normgewichten die gedurende het jaar meebewegen met de marktontwikkelingen. In de grafieken worden de gewichten per 1 januari 2007 gepresenteerd. De grafiek hieronder geeft de verdeling weer van de vastrentende waarden portefeuille in 2007 over de verschillende soorten schuldpapier in Categorieverdeling vastrentende waarden Bedrijfsobligaties 37% Opkomende landen 7% Staatsobligaties 56% Aandelen Het rendement op de aandelenportefeuille bedroeg over 2007: -5,5%. Europa behaalde een rendement van -1,6%, Noord-Amerika -9,93%, Japan -12,39%, Azië exclusief Japan 18,8%, opkomende markten 21,6% en beursgenoteerd vastgoed -23,6%.

22 Ondanks de kredietcrisis boekten een aantal ontwikkelde aandelenmarkten een positief resultaat. Echter, aandelen van financiële instellingen incasseerden forse koersverliezen. Zo verloor de Amerikaanse bank Citigroup bijna de helft van zijn beurswaarde. Van de ontwikkelde aandelenmarkten stelde de Japanse beurs het meest teleur met een koersdaling van ruim 13%. Deze daling hing niet samen met de kredietcrisis, maar weerspiegelde vooral teleurstelling van beleggers over het gebrek aan dynamiek in de Japanse economie. De beurzen in de opkomende markten vervolgden de sterk positieve trend van de laatste jaren, omdat de vooruitzichten voor hoge groei intact bleven. De grafiek hieronder geeft de regioverdeling weer van de aandelenportefeuille in Opkomende markten 10% Azië excl. Japan 5% Japan 10% Regioverdeling aandelen Beursgenoteerd vastgoed 10% Noord Amerika 25% Europa 40% Vastgoed Het benchmarkrendement op de vastgoedportefeuille bedroeg over ,91%. Gezien de relatief korte resterende beleggingshorizon van het fonds is medio 2007 de (minder liquide) vastgoedportefeuille verkocht; de opbrengsten zijn naar rato herbelegd in de overige categorieën. Z-score Op 26 april 1998 is de Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds (Wet Bpf) in werking getreden. De regeling geeft ondernemingen binnen de bedrijfstak op grond van de Vrijstellingsregeling mogelijkheden voor vrijstelling van verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds. Eén van de vrijstellingsgronden heeft betrekking op de beleggingsresultaten, gemeten op basis van de zogeheten Z-score. De Z-score geeft de afwijking aan van het door het pensioenfonds behaalde rendement ten opzichte van dat van de vooraf bepaalde normportefeuille. Indien de performancetoets die is gebaseerd op vijf opeenvolgende Z-scores onder de norm van 1,28 uitkomt, staat het bedrijven vrij een alternatief te zoeken voor het verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds in hun branche. De voorlopig berekende Z-score voor het jaar 2007 is -1,08. 7 Prepensioenfonds Personenvervoer behaalde over de periode een toetswaarde van -0,64 voor de uitvoering van de beleggingen, en voldeed daarmee ruimschoots aan de performancetoets. Vooruitblik beleggingen 2008 Om een betere risicospreiding te bereiken is de vastrentende waarden portefeuille in 2007 verbreed. Tevens is de structuur vereenvoudigd. Deze situatie wordt in 2008 gecontinueerd. De normverdeling tussen zakelijke en vastrentende waarden is voor 2008 bepaald op 70% vastrentende waarden en 30% aandelen. Het normgewicht van aandelen is (in vergelijking met 2007) verhoogd van 20% naar 30%. Het merendeel van de stijging van het normgewicht wordt verdeeld over Azië (excl. Japan) en opkomende markten. Deze regio s zijn in 2008 relatief het meest aantrekkelijk in termen van verwacht rendement. De fondsbelangen in de Amerikaanse dollar, Britse pond en Japanse yen worden in 2008 strategisch voor 100% afgedekt. Veel aandacht gaat in 2008 uit naar de uitvoering van het beleid inzake verantwoord beleggen. Hieronder valt een scala van activiteiten, waaronder zowel het uitsluiten van bedrijven, het verduurzamen van de huidige portefeuille als het beoordelen van potentiële thema beleggingen. 7 De berekening van de Z-score is voorlopig omdat het benchmarkrendement voor direct vastgoed pas op een later tijdstip bekend is. In 2006 was de Z-score +0,94. 21

Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen

Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen JAARVERSLAG 2007 Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen Jaarverslag 2007 Inhoud Kerngegevens 4 Voorwoord 6 Bestuur 7 Bestuurssamenstelling

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland in liquidatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland in liquidatie Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2017 In het vierde kwartaal van 2017 steeg wettelijke dekkingsgraad 1 met 1,4% punt van 108,1% naar 109,5%. De actuele dekkingsgraad 2 daalde met 0,1%-punt van 109,9%

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie 1. Introductie Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Doelstelling en basis voor dit document Dit document ("de Verklaring") beschrijft

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2013 In het vierde kwartaal van 2013 steeg de dekkingsgraad 2,5%-punt van 99,8% naar 102,3%. Die stijging wordt grotendeels verklaard door Opname van de vordering

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen STICHTING PENSIOENFONDS RECREATIE Mei 2011 INHOUDSOPGAVE 0. Introductie 3 1. Doelstelling van het beleggingsbeleid 4 2. Organisatie en risicobeheerprocedures 5 3. Beleggingsbeginselen 7 Mei 2011 Pagina

Nadere informatie

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Versie 1.0 17 juni 2015 Auteur: Corné van Bokhoven Status: vastgesteld door bestuur Inleiding Nadat Stichting Pensioenfonds DHV in 2008 in dekkingstekort kwam heeft

Nadere informatie

3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017

3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017 Kwartaalbericht 3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017 Samenvatting cijfers per 30 september 2017 Dekkingsgraad (UFR): 106,4% Beleidsdekkingsgraad: 103,5% Belegd vermogen: 23,9 miljard Rendement 2017

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2015 In het vierde kwartaal van 2015 daalde de wettelijke dekkingsgraad 1 met 0,5% punt van 105,1% naar 104,6%. De actuele dekkingsgraad 2 steeg echter met 1,2%-punt

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2006. stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel

Verkort jaarverslag 2006. stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2006 stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Inleiding Hierbij ontvangt u het verkorte jaarverslag 2006 van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel

Nadere informatie

jaarverslag 2013 Stichting Pensioenfonds Randstad

jaarverslag 2013 Stichting Pensioenfonds Randstad jaarverslag 2013 Stichting Pensioenfonds Randstad 57 Herverzekeringscontracten De waarde van de voorziening voor de herverzekering van het WAO-hiaat bedroeg per 31 december 2013 603 (2012: 649). Dit betreft

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

S T I C H T I N G P R E P E N S I O E N F O N D S V O O R H E T P E R S O N E N V E R V O E R O V E R D E W E G JAARVERSLAG 2006

S T I C H T I N G P R E P E N S I O E N F O N D S V O O R H E T P E R S O N E N V E R V O E R O V E R D E W E G JAARVERSLAG 2006 JA ARVERSLAG 2006 Stichting Prepensioenfonds voor het Personenvervoer over de weg Jaarverslag 2006 Inhoud Kerngegevens 4 Voorwoord 5 Organisatie 6 Prepensioenregeling 7 Bestuur 8 Omvang van het fonds

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2019 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2019 bedroeg 118,7%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2019 bedroeg 7,1%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij december 2017 Dit document heeft 7 pagina s Versiebeheer Versie Auteur Datum Revisie V1.0 KPMG 1 november 2010 Herijkte versie V2.0 KPMG 20 juli 2011

Nadere informatie

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2012-1 juli 2012 t/m 30 september 2012 Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2017-1 oktober 2017 t/m 31 december 2017 Samenvatting: De (12 maands)beleidsdekkingsgraad is gestegen van 112,7% eind september 2017 naar 115,3%

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630 Pensioenfonds Productschappen Bezoekadres Laan van Zuid Hoorn 165 2289 DD Rijswijk Postadres Postbus 3042 2280 GA Rijswijk Telefoon 070 4138630 Fax 070 4138650 E-mail info@pbodnl Website wwwpbodnl KvK

Nadere informatie

Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019

Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019 Haarlem 18 juni 2019 Boxmeer 20 juni 2019 Oss 20 juni 2019 Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds Ontwikkelingen 2018 & 2019 - IORP II & Bestuursmodel - Pensioenakkoord Beleggingen,

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad 62 toelichting op de balans en staat van baten en lasten 11. Risicobeheer Beleid en risicobeheer In het bestuursverslag is uiteengezet welke risico s het

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Liquidatieverslag 01-01-2015 t/m 16-12-2015 STICHTING VUT WATERBOUW in liquidatie

Liquidatieverslag 01-01-2015 t/m 16-12-2015 STICHTING VUT WATERBOUW in liquidatie Liquidatieverslag 01-01-2015 t/m 16-12-2015 STICHTING VUT WATERBOUW in liquidatie Inhoudsopgave Inleiding Personalia Liquidatieverslag Algemeen Uitvoering van de regeling Financiële positie Liquidatierekening

Nadere informatie

stichting pensioenfonds wonen

stichting pensioenfonds wonen stichting pensioenfonds wonen Verkort Jaarverslag 2007 Kerncijfers Aantallen per 31-12 2007 2006 Werkgevers 4.331 4.161 Deelnemers 33.009 31.705 Gewezen deelnemers 70.948 62.860 Gepensioneerden 8.468 7.735

Nadere informatie

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Samenvatting cijfers per 30 juni 2016 Dekkingsgraad (UFR): 99,0% Beleidsdekkingsgraad: 99,6% Belegd vermogen: 23,3 miljard Rendement 1 e halfjaar 2016:

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 samenvatting van het jaarverslag In het Jaarverslag 2014 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen. Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS)

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen. Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS) Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS) 1. Inleiding Voor u ligt de Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2017 bedroeg 112,5% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2017 bedroeg 0,8% Het rendement van 1 januari tot

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2015 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2015 bedroeg 112,6% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2015 bedroeg -1,6% Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen

Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen JA ARVERSLAG 2006 Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen Jaarverslag 2006 Inhoud Kerngegevens 4 Voorwoord 6 Bestuur 7 Bestuurssamenstelling

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind september 2017 is 117,8% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Extra informatie pensioenverlaging

Extra informatie pensioenverlaging Extra informatie pensioenverlaging Wat is de invloed van de verlaging op mijn netto pensioen? Als u nog niet met pensioen bent, kunnen we u nu niet zeggen hoe uw netto pensioen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m 30 juni 2012 Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad is gedaald van 110,0% naar 105,1% Beleggingsrendement

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2016 bedroeg 107,9% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2016 bedroeg 2,3% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2016 bedroeg 109,6% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2016 bedroeg 5, Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

J A A R V E R S L A G

J A A R V E R S L A G JAARVERSLAG 2008 Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen Jaarverslag 2008 Inhoud Kerngegevens 4 Verbetering van de prepensioenaanspraken

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2018 bedroeg 120,7%. Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2018 bedroeg 0,6%. Het rendement van 1

Nadere informatie

Het bestuur onderbouwt dat het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan passen binnen de prudent person regel.

Het bestuur onderbouwt dat het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan passen binnen de prudent person regel. 4.4 Beleggingsbeleid Beleggingsdoelstelling In de Verklaring Beleggingsbeginselen van het pensioenfonds zijn de doelstellingen, beleggingsovertuigingen, risicotolerantie en beperkingen gedefinieerd waarop

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Verkort voor de Betonproductenindustrie jaarverslag 2012 Hoe verliep 2013 voor ons pensioenfonds? Wat waren de belangrijkste onderwerpen? Behaalde het fonds de gewenste

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2007

stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2007 stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2007 Voorwoord Het bestuur van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel heeft de ontwikkelingen, die zich in 2006

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Samenvatting cijfers per 31 maart 2016 Dekkingsgraad (UFR): 97,7% Beleidsdekkingsgraad: 102,0% Belegd vermogen: 21,9 miljard Rendement 1 e kwartaal

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009 Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics Verkort Jaarverslag 2009 Inleiding 2009 is voor de Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics (hierna Pensioenfonds SABIC-IP) weer een bijzonder

Nadere informatie

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Samenvatting cijfers per 30 juni 2017 Dekkingsgraad (UFR): 104,9% Beleidsdekkingsgraad: 101,8% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m juni:

Nadere informatie

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN 22 september 2016 Beleggingsbeginselen De beleggingsbeginselen van het pensioenfonds zijn de uitgangspunten ten aanzien van beleid en uitvoering,

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2018 bedroeg 119,0%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2018 bedroeg -0,6%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Samenvatting cijfers per 31 maart 2017 Dekkingsgraad (UFR): 103,3% Beleidsdekkingsgraad: 100,4% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m maart:

Nadere informatie

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE GROLSCHE BIERBROUWERIJ DECEMBER 2016

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE GROLSCHE BIERBROUWERIJ DECEMBER 2016 BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE GROLSCHE DECEMBER 2016 BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING INHOUD 1. Introductie... 1 2. Organisatie... 2 2.1 Het fonds... 2 2.2 Organisatie... 2 2.3 Indexatiebeleid...

Nadere informatie

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017

Deelnemersvergadering. Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Deelnemersvergadering Haarlem 26 juni 2017 Boxmeer 29 juni 2017 Oss 29 juni 2017 Agenda Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds Verantwoording en jaarverslag 2016: beleggingen en pensioenaanspraken

Nadere informatie

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen voor de ICK-branche ICK Beschikbare Premieregeling ICK Beschikbare Premieregeling 2 De ICK-branche verbreedt het aanbod op het gebied van pensioen. Naast de bestaande

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Bijlage 1 - Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Bijlage 1 - Verklaring inzake beleggingsbeginselen Bijlage 1 - Verklaring inzake beleggingsbeginselen 1. Inleiding Deze Verklaring inzake de beleggingsbeginselen ( Verklaring ) beschrijft de uitgangspunten van het beleggingsbeleid van het pensioenfonds.

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM Wormerveer, 12 december 2011 Betreft: Herstelplan Stichting Pensioenfonds De Fracties Geachte heer Keereweer, De dekkingsgraad

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds VIERDE KWARTAAL In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds VIERDE KWARTAAL In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2018 bedroeg 119,8%. Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2018 bedroeg -3,8%. Het rendement van

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH 1. Introductie 1.1 Inleiding Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen geeft beknopt de uitgangspunten weer van het

Nadere informatie

Verklaring beleggingsbeginselen

Verklaring beleggingsbeginselen Verklaring beleggingsbeginselen 1. Inleiding Op grond van de Europese pensioenfondsenrichtlijn zijn Nederlandse pensioenfondsen sinds 8 februari 2006 verplicht om een verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2014 In het vierde kwartaal van 2014 steeg de wettelijk dekkingsgraad 1,4%-punt van 105,3% naar 106,7%. Die stijging wordt grotendeels verklaard door: een verdere

Nadere informatie

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding. voor de Lederindustrie

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding. voor de Lederindustrie Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Lederindustrie Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Lederindustrie Akerstraat 92,6411 HD Heerlen Postbus 4471,6401 CZ Heerlen Telefoon:

Nadere informatie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Persbericht ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Hoofdpunten: Verlaging pensioen met 0,5% per 1 april 2013 definitief Mogelijk aanvullende

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie 1. Introductie Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Doelstelling en basis voor dit document Dit document ("de Verklaring") beschrijft

Nadere informatie

Verkort jaarverslag PHI 2012

Verkort jaarverslag PHI 2012 Verkort jaarverslag PHI 2012 Uitgave van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Voorwoord Eén sterk, toekomstbestendig pensioenfonds. Met dat doel gingen het

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen.

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. Verkort jaarverslag 2014 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl.

Nadere informatie

Ontwikkelingen in 2012

Ontwikkelingen in 2012 1 Jaarbericht 2012 Ontwikkelingen in 2012 2012 was, in alle opzichten, weer een bewogen jaar. We kregen onder meer te maken met hectische ontwikkelingen op de financiële markten, met veranderingen in de

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2014-1 juli 2014 t/m 30 september 2014 Nominale dekkingsgraad is gedaald van 123,1% naar 117,0% Beleggingsrendement is 1,8%, Obligaties stegen

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015 Stand van zaken SVG 1 van 19 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2014 Vooruitblik 2015 Vragen 2 van 19 Pensioenfonds SVG

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2017 bedroeg 117,2% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2017 bedroeg 3,0% Het rendement van 1

Nadere informatie

Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018

Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018 Haarlem 19 juni 2018 Boxmeer 21 juni 2018 Oss 21 juni 2018 Opening, mededelingen Toelichting organisatie van het fonds MSD PF gaat indexeren in 2018! Ontwikkelingen 2017 - beleggingen en rendementen -

Nadere informatie

Overige. Wijziging rente. Rendement. Toeslagen. Uitkeringen. Premies

Overige. Wijziging rente. Rendement. Toeslagen. Uitkeringen. Premies Memo Aan : Het bestuur van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Meubelindustrie en de Meubileringsbedrijven Van : Remco Dijkstra Datum : 08 maart 2019 Betreft : Herstelplan 2019 Kenmerk : SV-2019-0379

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2017 bedroeg 114,8% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2017 bedroeg 1,4% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Verkort jaarverslag 2009 2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Het jaar 2009 stond in het teken van het treffen van maatregelen om de financiële positie van het fonds weer op het gewenste

Nadere informatie

Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen Stichting Pensioenfonds Gasunie

Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen Stichting Pensioenfonds Gasunie Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen Stichting Pensioenfonds Gasunie Deze Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen ( de verklaring ) beschrijft op beknopte wijze de uitgangspunten van het beleggingsbeleid

Nadere informatie

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING CRH PENSIOENFONDS 18 JUNI 2012

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING CRH PENSIOENFONDS 18 JUNI 2012 VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN 18 JUNI 2012 INHOUD 1. Inleiding... 1 2. Organisatie... 2 2.1 Het fonds... 2 2.2 Organisatie... 2 2.3 Toeslagenbeleid... 3 3. Beleggingsbeleid... 4 3.1 Doel van het

Nadere informatie

Het jaarverslag 2014 samengevat

Het jaarverslag 2014 samengevat Het jaarverslag 2014 samengevat Uw pensioenfonds blikt terug én vooruit Deelnemers 1.711 In 2014 verdiende het fonds 55,1 miljoen dankzij beleggen. Dat bedrag staat voor een rendement van 20,1%. Het fonds

Nadere informatie

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015 Belanghebbendenvergadering 24 september 2015 Agenda 1. Opening 2. Actuele ontwikkelingen Ballast Nedam N.V. 3. Jaarverslag 2014 4. Nieuwe pensioenregelgeving en herstelplan 5. Toekomst pensioenfonds 6.

Nadere informatie