Genotmiddelengebruik ebruik en psychische problemen van jongeren in Noord-Holland Noord Resultaten van het EMOVO-onderzoek

Transcriptie

1 Dit rapport geeft e beeld van het gotmiddelgebruik de aanwezigheid van psychische problem bij schoolgaande jonger van jaar in Noord-Holland Noord. Deze resultat kom uit het EMOVO-onderzoek dat de GGD Hollands Noord in 2009 heeft uitgevoerd onder leerling van ruim 40 schol voor voortgezet onderwijs in Noord-Holland Noord. Dit rapport maakt deel uit van e serie rapport die naar aanleiding van het EMOVO-onderzoek verschijnt. Eerder versch rapport over alcoholgebrui gebruik [1],, seksualiteit [2] psychische gezondheid [3]. Belangrijkste bevinding: Eén op de twintig jonger gebruikt zowel drugs, tabak als overmatig alcohol. De combinatie overmatig regelmatig rok komt het meest voor (12% van de jonger) gevolgd door de combinatie overmatig druggebruik (7%) druggebruik in combinatie met rok (6%). Lage kwaliteit van lev in combinatie met overmatig komt voor bij 13% van de jonger. Overmatig komt vaker voor in combinatie met psychosociale problem, gedragsproblem, emotionele problem psychische ongezondheid dan het gebruik van drugs of rok. Risico op gedragsproblem gaat vaak sam met het gebruik van alcohol, drugs /of tabak. Jonger die overmatig alcohol gebruik hebb e 3 keer zo grote kans op gedragsproblem, jonger die drugs gebruik hebb e 5 keer zo grote kans jonger die rok hebb e 4 keer zo grote kans. Jonger die zowel alcohol, drugs als tabak gebruik hebb zelfs 6 keer zo grote kans op gedragsproblem. Vmbo-leerling 4 e klassers hebb e verhoogde kans op in combinatie met psychische problem; ; dit geldt ook voor de combinatie psychische problem. Geslacht, leeftijd schooltype zijn belangrijke voorspellers voor het gebruik van drugs in combinatie met psychische problem. Bij meisjes is er e relatie tuss het gebruik van drugs emotionele problem of psychische ongezondheid. Bij jongs is er e relatie tuss het gebruik van drugs gedragsproblem. Wat is er bekd uit de literatuur? Tijds de adolesctie neemt het perctage jonger met emotionele problem gedragsproblem toe wordt het gebruik van gotmiddel, zoals rok, alcohol drugs gangbaarder. Er wordt (veel) geëxperimteerd met gotmiddel [4]. Onderzoek van het RIVM toont aan dat jonger die gotmiddel gebruik vaker gedrags/of emotionele problem hebb dan jonger die ge gotmiddel gebruik [5]. Ook uit ander onderzoek komt naar vor dat e deel van de jonger zowel gotmiddel gebruikt als te mak heeft met psychische problem [4,6,7]. Uit het onderzoek van Couwbergh komt verder naar vor dat jonger die behor tot de groep die zowel gotmiddel gebruikt als psychische problem heeft, t opzichte van jonger die alle te mak hebb met psychische problem of alle zware gotmiddelgebruikers zijn, vaker te mak heeft met zeer ongunstige psychosociale omstandighed zoals lichamelijk /of seksueel misbruik [4]. EMOVO: wat, wie hoe? EMOVO staat voor Elektronische MOnitoring VOorlichting leerling van de 2 e 4 e klass van ruim 40 schol voor voortgezet onderwijs beantwoordd tijds e lesuur op school via internet vrag over hun gezondheid, thuissituatie, leefstijl vrije tijd. Doel hiervan is om schol, gemet GGD inzicht te gev in de gezondheid leefstijl van jonger. Bijna de helft van de deelnemers (49%) volgde e havo/vwo-opleiding, e vijfde van de leerling volgde de theoretische leerweg van het vmbo 30% volgde de beroepsgerichte leerweg van het vmbo. Na het invull van de vraglijst kond de jonger via internet hun persoonlijke gezondheidsprofiel lez evtueel doorklikk naar websites met meer informatie over gezondheid leefstijl. Dit persoonlijke gezondheidsprofiel met voorlichting advies was toegesned op de situatie van de leerling was alle op te vrag door de leerling zelf. In 2005 is e zelfde onderzoek in e groot deel van Noord-Holland ook via schol uitgevoerd

2 Ruim e derde van de jonger gebruikt overmatig alcohol Van de jonger in Noord-Holland Noord heeft 62% ooit alcohol gedronk 50% heeft in de maand voorafgaand aan het onderzoek alcohol gedronk. Bij 37% van de jonger is er sprake van overmatig, dat wil zegg meer dan vijf glaz alcohol tijds één gelegheid. Meer informatie over is te lez in het themarapport Alcoholgebruik onder jonger in Noord-Holland Noord [1]. Meer dan e kwart van de jonger ervaart e lage kwaliteit van lev 5% heeft ernstige psychosociale problem Er zijn verschillde vraglijst ontwikkeld om jonger met e (hoog) risico op psychische psychosociale problem te kunn signaler. E aantal vrag uit deze vraglijst is opgom in het EMOVO-onderzoek. Uit de resultat van EMOVO blijkt dat volgs de Strgths and Difficulties Questionnaire (SDQ) bij 13% van de jonger sprake is van ige psychosociale problematiek. Eén op de twintig jonger (5%) heeft e verhoogde (meest ongunstige) score heeft duidelijke psychosociale problem. Op basis van de SDQ zijn de meest voorkomde problem bij jonger gedragsproblem (14%) emotionele problem (9%). Op basis van de Mtal Health Invtory-5 () heeft 18% van de jonger in de regio Noord-Holland Noord e lage score voor psychische gezondheid. Ruim e kwart van de jonger (28%) ervaart e lage kwaliteit van lev, volgs de KIDSCREEN [2]. Meer informatie over psychische gezondheid is te lez in het themarapport Psychische gezondheid van jonger in Noord-Holland Noord [3]. Eén op de ti jonger rookt dagelijks één op de twaalf jonger rookt e pakje of meer per dag 41% van de jonger in Noord-Holland Noord heeft wel es gerookt. 14% van de jonger rookt wekelijks wordt beschouwd als regelmatige roker; jongs meisjes zijn ev vaak regelmatige rokers. Eén op de ti jonger (10%) rookt dagelijks één op de twaalf jonger (8%) rookt e pakje sigarett of meer per dag; er is hierbij ge verschil tuss jongs meisjes. In de 2 e klas wordt minder (vaak) gerookt dan in de 4 e klas. Er is weinig verschil in rookgedrag tuss allochtone autochtone jonger. Jonger op het vmbo (16%) rok 4x zo vaak dagelijks als jonger op de havo/vwo (4%). Jonger uit e eoudergezin rok vaker dan jonger uit e gezin met twee ouders. Rookgedrag per subgroep wel es gerookt rookt wekelijks rookt dagelijks rookt > 21 sigarett per dag passief rok thuis geslacht jongs meisjes 43% 40% 14% 14% 10% 10% 8% 8% klas 2 e klas 4 e klas 28% 53% 7% 20% 5% 15% 3% 13% etniciteit autochtoon allochtoon 40% 45% 13% 16% 10% 11% 8% 8% 30% gezinssituatie eoudergezin gezin met twee ouders 51% 40% 20% 13% 15% 9% 12% 7% 37% 25% schooltype vmbo havo/vwo 50% 32% 21% 7% 16% 4% 13% 3% 33% 19% totaal Noord-Holland Noord 41% 14% 10% 8% - 2 -

3 Ruim e kwart van de jonger wordt thuis blootgesteld aan tabaksrook Ms die passief rok, rok niet zelf, maar word wel blootgesteld aan tabaksrook van ander rok daardoor mee. Ook passief rok schaadt de gezondheid. Ruim e kwart van de jonger in Noord-Holland Noord () geeft aan dat er in de week voorafgaand aan het onderzoek thuis gerookt werd in zijn of haar bijzijn. Passief rok komt vaker voor bij jonger op het vmbo (33%) dan op de havo/vwo (19%). In eoudergezinn (37%) rok jonger vaker passief mee dan in gezinn met twee ouders (25%). Eén op de twaalf jonger j heeft afgelop maand softdrugs gebruikt 18% van de jonger in Noord-Holland Noord heeft ooit hasj of wiet (softdrugs) gebruikt 8% heeft in de maand voorafgaand aan het onderzoek hasj of wiet gebruikt. Jongs gebruik vaker softdrugs dan meisjes. Van de jongs heeft 20% ooit softdrugs gebruikt 10% heeft in de afgelop maand softdrugs gebruikt. Van de meisjes heeft 16% ooit 6% in de afgelop maand softdrugs gebruikt. 4 e klassers gebruik veel vaker softdrugs dan 2 e klassers. Vmbo-leerling jonger uit e eoudergezin gebruik vaker softdrugs gebruik dan havo/vwo-leerling jonger uit e gezin met twee ouders. Er is ge verschil in het gebruik van softdrugs tuss jonger van allochtone herkomst of van autochtone herkomst. Drugsgebruik per subgroep geslacht jongs meisjes klas 2 e klas 4 e klas etniciteit autochtoon allochtoon gezinssituatie eoudergezin gezin met twee ouders schooltype vmbo havo/vwo ooit softdrugs gebruikt softdrugs gebruikt afgelop maand ooit harddrugs gebruikt harddrugs gebruikt afgelop maand 20% 16% 10% 6% 4% 3% 2% 1% 7% 3% 2% 1% 29% 13% 5% 2% 18% 8% 3% 1% 19% 9% 4% 2% 23% 10% 3% 1% 17% 8% 3% 1% 21% 10% 4% 2% 14% 6% 2% 1% totaal Noord-Holland Noord 18% 8% 3% 1% 3% van de jonger in Noord-Holland Noord heeft wel es harddrugs gebruikt Harddrugs, zoals XTC, cocaïne of speed, wordt door e klein deel van de jonger gebruikt: 3% van de jonger heeft ooit harddrugs gebruikt iets meer dan 1% van de jonger heeft in de afgelop maand harddrugs gebruikt. Er is weinig verschil in harddruggebruik tuss de verschillde groep. Eén op de twintig jonger gebruikt zowel drugs, tabak als overmatig alcohol Van alle jonger in Noord-Holland Noord is 12% zowel e overmatig er als e regelmatige roker, 7% gebruikt zowel alcohol als drugs 6% van de jonger heeft zowel drugs als tabak gebruikt. Het gebruik van zowel alcohol, tabak als drugs komt voor bij één op de twintig Meervoudig gotmiddelgebruik jonger (5%). Het overmatig gebruik van alcohol regelmatig overmatig + regelmatig rok gebruik van tabak zonder het gebruik van drugs komt voor bij overmatig + actueel druggebruik 6% van de jonger. Alcohol- druggebruik, zonder actueel druggebruik + regelmatig rok 12% 7% 6% tabakgebruik komt voor bij 2% van de jonger druggebruik overmatig + actueel druggebruik rok, zonder alcohol komt voor bij 1% van de jonger. + wekelijks rok 5% - 3 -

4 Vmbo-lee leerling, 4 e klassers jonger uit eoudergezin gebruik vaker gotmiddel Jonger uit de 4 e klas, vmbo-leerling jonger uit e eoudergezin zijn risicogroep voor het overmatig gebruik van alcohol, het gebruik van drugs het regelmatig rok. Jongs zijn daarnaast vaker overmatige drinkers druggebruikers dan meisjes. Regelmatig rok do jongs meisjes ev vaak. Jonger van allochtone herkomst zijn vaker regelmatige rokers, maar juist minder vaak overmatige drinkers dan jonger van Nederlandse herkomst. Er is ge verschil in het druggebruik tuss allochtone autochtone jonger. Meisjes, vmbo-leerling, 4 e klassers jonger uit e eoudergezin hebb vaker e ongunstige psychische gezondheid Over het algeme zijn meisjes, 4 e klassers jonger uit eoudergezinn de belangrijkste risicogroep voor psychische problem. Meisjes hebb vaker emotionele problem, zijn vaker psychisch ongezond (volgs de MHI- 5) hebb vaker e lage kwaliteit van lev dan jongs. Ook scor zij ongunstiger wat betreft de psychosociale gezondheid (totale probleemscore van de SDQ). Jongs hebb juist vaker gedragsproblem. Behalve voor gedragsproblem, geldt dat 4 e klassers vaker dan 2 e klassers psychosociale-, psychische problem of e lage kwaliteit van lev hebb. Vmbo-leerling scor op alle mat, behalve op kwaliteit van lev, ongunstiger dan havo/vwo-leerling. Jonger uit e eoudergezin hebb vaker te mak met gedragsproblem, emotionele problem, psychische ongezondheid, e lage kwaliteit van lev risico op psychosociale problematiek volgs de SDQ. Jonger van allochtone afkomst rapporter vaker gedragsproblem, psychische ongezondheid e lage kwaliteit van lev. Wat betreft de totale probleemscore van de SDQ emotionele problem geldt dat er ge verschil is tuss jonger van allochtone autochtone afkomst. Lage kwaliteit van lev in combinatie met overmatig komt voor bij 13% van de jonger Van alle jonger in Noord-Holland Noord heeft 13% zowel e lage kwaliteit van lev gebruikt overmatig alcohol. Overmatig lijkt in combinatie met alle onderzochte psychische problem het meest voor te kom; dit ligt voor de hand omdat alcohol het meest gebruikte gotmiddel is. 6% van de jonger gebruikt overmatig alcohol heeft psychosociale problem, 8% van de jonger heeft gedragsproblem 3% heeft emotionele problem in combinatie met overmatig bijna 8% van de jonger gebruikt overmatig alcohol heeft psychische problem. De combinatie druggebruik emotionele problem komt het minst vaak voor, namelijk bij 1% van alle jonger. Gotmiddelgebruik psychische gezondheid (%) ,0 7,6 6,3 4,8 3,7 4,1 3,3 3,4 2,4 1,7 0,9 2,5 SDQ totaal gedragsproblem emotionele problem psychische ongezondheid regelmatig rok druggebruik 12,9 5,9 3,9 lage kwaliteit van lev - 4 -

5 Gotmiddelgebruik in relatie tot psychische problem In het EMOVO-onderzoek zijn diverse mat gebruikt om het gotmiddelgebruik de psychische gezondheid van jonger in kaart te brg. Verdere analyses in deze rapportage zijn gedaan met de volgde variabel: Overmatig (in de maand voorafgaand aan het onderzoek tijds één gelegheid tminste 5 glaz alcohol) Soft- of harddruggebruik in de afgelop maand (actueel druggebruik) Regelmatig rok (minsts één keer per week) Totale SDQ-score in het grs- of verhoogde gebied Gedragsproblem (SDQ subscore voor gedragsproblem in het grs- of verhoogde gebied) Emotionele problem (SDQ subscore voor emotionele problem in het grs- of verhoogde gebied) Psychische ongezondheid volgs de Lage kwaliteit van lev volgs de KIDSCREEN Risico op gedragsproblem gaat vaak sam met het gebruik van alcohol, drugs of tabak Er is e sterke samhang tuss e verhoogd risico op gedragsproblem overmatig, actueel druggebruik of regelmatig rok. Jonger die in de maand voorafgaand aan het onderzoek overmatig alcohol hebb gebruikt, hebb e 3 keer zo grote kans (OR=3,0) op gedragsproblem t opzichte van jonger die ge overmatig alcohol dronk. Jonger die drugs gebruik hebb e 5 keer zo grote kans (OR=4,9) op gedragsproblem t opzichte van jonger die ge drugs gebruiker. Regelmatige rokers hebb e 4 keer zo grote kans (OR=4,1) op gedragsproblem t opzichte van jonger die niet regelmatig rok. Daarnaast hebb jonger die in de maand voorafgaand aan het onderzoek drugs hebb gebruikt of wekelijks rok e grotere kans op emotionele problem, psychische ongezondheid, e lage kwaliteit van lev psychosociale problem t opzichte van jonger die ge drugs gebruik of rok. Jonger die overmatig alcohol gebruik hebb naast e grotere kans op gedragsproblem ook e verhoogde kans op psychische ongezondheid, e lage kwaliteit van lev of psychosociale problem. Het voorkom van emotionele problem lijkt niet sam te hang met overmatig. Samhang gotmiddelgebruik psychische gezondheid (odds) SDQ totaal psychisch gedrags- emotionele lage kwaliteit ongezond problem problem van lev overmatig 1,7 3,0 0,97 (ns) 1,3 1,6 druggebruik in de afgelop maand 3,0 4,9 1,4 2,2 2,4 regelmatig rok 2,6 4,1 1,3 2,0 1,9 multivariate logistische regressie analyses; gecorrigeerd voor geslacht, leeftijd, schooltype, gezinssamstelling etniciteit tegelijk. NS: ge significant verschil tuss de twee groep (p 0,05) Het met van onderlinge samhang tuss gotmiddelgebruik psychische gezondheid Met behulp van odds ratio s (OR) is gekek hoe groot de kans (odds) is dat e jongere die e gotmiddel gebruikt ook psychische problem vertoont, t opzichte van jonger die dat gotmiddel niet gebruik. Elk getal in de tabell met odds ratio s geeft aan hoe groot die kans is. Deze kans geldt ook omgekeerd, namelijk de kans dat e jongere met e psychisch probleem ook e gotmiddel gebruikt. E odds ratio van ongeveer 1 wil zegg dat beide groep jonger e ev grote kans hebb op het hebb van e psychisch probleem; het gebruik van het gotmiddel hangt dan niet sam met het voorkom het psychische probleem. Hoe meer de odds ratio verschilt van 1, des te groter de kans dat het gebruik van het betreffde gotmiddel samhangt met de psychische aandoing

6 Vmbo mbo-leerling jarig (4 e klassers) hebb verhoogde kans op in combinatie met psychische sche problem Om te voorspell welke groep jonger meer risico hebb op e combinatie tuss gotmiddelgebruik psychische ongezondheid zijn de jonger van verschilld geslacht, leeftijd (klas), schooltype, gezinsvorm etniciteit met elkaar vergelek. Bij e beschouwing van de achtergrondkmerk die samhang met het gecombineerd gebruik van overmatig alcohol het vóórkom van psychische problem blijkt dat leeftijd e belangrijke voorspeller is voor het zowel het gebruik van overmatig alcohol als van psychosociale problem in het algeme (OR=2,6), gedragsproblem (OR=2,2), emotionele problem (OR=3,3), psychische ongezondheid (OR=3,9) lage kwaliteit van lev (OR=4,2). Geslacht is de belangrijkste voorspeller voor de combinatie emotionele problem; meisjes hebb e ruim 4,5 keer zo grote kans als jongs om zowel overmatig alcohol te drink als emotionele problem te hebb. Schooltype van de jonger hangt ook sam met overmatig psychische gezondheid. Vmbo-leerling hebb t opzichte van havo/vwo-leerling e verhoogde kans op het overmatig gebruik van alcohol in combinatie met psychosociale problem (OR=2,6), gedragsproblem (OR=2,6), emotionele problem (OR=1,9), psychische ongezondheid (OR=1,7) lage kwaliteit van lev (OR=1,4). Etnische achtergrond het wel of niet met één ouder won is niet van invloed op het de aanwezigheid van psychische problem. Samhang psychische gezondheid met achtergrondvariabel (odds) SDQ totaal gedragsproblem emotionele problem psychische ongezondheid lage kwaliteit van lev geslacht 1,3 0,6 4,6 2,0 1,7 leeftijd (klas) 2,6 2,2 3,3 3,9 4,2 schooltype 2,6 2,6 1,9 1,7 1,4 eoudergezin 1,1 (ns) 1,1 (ns) 1,2 (ns) 1,2 (ns) 1,1 (ns) etniciteit Alle significante achtergrondkmerk sam in het model Refertiecategorieën: jong, jaar, havo/vwo, andere gezinssamstelling, autochtoon NS: ge significant verschil tuss de twee groep (p 0,05) Geslacht, leeftijd schooltype belangrijke voorspellers voor drugs ugsgebruik gebruik in combinatie met psychische problem Ook voor druggebruik in combinatie met psychische problem geldt dat leeftijd e belangrijke voorspeller is. Jonger van jaar hebb t opzichte van jonger van jaar e 3 keer zo grote kans om zowel drugs te gebruik als psychosociale problem (SDQ), gedragsproblem, emotionele problem, psychische ongezondheid of e lage kwaliteit van lev te hebb. Meisjes hebb bijna 4 keer zoveel kans (OR=3,7) als jongs op het gebruik van drugs in combinatie met emotionele problem. Ook zijn zij vaker zowel actuele druggebruiker als psychisch ongezond. Meisjes hebb daarteg e kleinere kans dan jongs om drugs te gebruik in combinatie met gedragsproblem (OR=0,5). Voor schooltype geldt dat vmbo-leerling ongeveer 2 keer zoveel kans als havo/vwo-leerling hebb op het gebruik van drugs in combinatie met psychische problem. Zowel de gezinssamstelling als de etnische achtergrond hebb ge relatie met het voorkom van de combinatie drugsgebruik psychische problem

7 Samhang druggebruik psychische gezondheid met achtergrondvariabel (odds) drugs SDQ totaal drugs gedragsproblem drugs emotionele problem drugs psychische ongezondheid drugs lage kwaliteit van lev geslacht - 0,5 3,7 1,4 - leeftijd (klas) 2,7 2,8 4,2 2,9 3,7 schooltype 2,5 2,1 2,0 1,9 1,5 eoudergezin ,3 (ns) etniciteit Alle significante achtergrondkmerk sam in het model Refertiecategorieën: jong, jaar, havo/vwo, andere gezinssamstelling, autochtoon NS: ge significant verschil tuss de twee groep (p 0,05) Vmbo-leerling hebb e ruim drie keer zo grote kans op rok in combinatie met psychische ongezondheid Meisjes hebb e 5 keer zo grote kans op emotionele problem in combinatie met rookgedrag als jongs (OR=5,2). Ook hebb meisjes 2 keer zoveel kans om zowel te rok als psychosociale problem te hebb, psychisch ongezond te zijn of e lage kwaliteit van lev te hebb. Meisjes hebb daarteg e kleinere kans dan jongs op gedragsproblem in combinatie met regelmatig rok (OR<1). Ook schooltype is e belangrijke voorspeller van rookgedrag in combinatie met psychische ongezondheid. Vmbo-leerling hebb e 3 keer zo grote kans als havo/vwo-leerling om zowel te rok als psychisch ongezond te zijn, emotionele problem te hebb, gedragsproblem te hebb of e ongunstige score voor de SDQ te hebb. Jonger van allochtone afkomst hebb e iets grotere kans om zowel te rok als gedragsproblem te hebb dan autochtone jonger. Verder speelt etnische afkomst nauwelijks e rol. Ook de gezinssamstelling lijkt niet van grote invloed; jonger uit e eoudergezin hebb e iets grotere kans om te e ongunstige SDQ-score te hebb dan jonger met e andere gezinssamstelling. Samhang regelmatig psychische gezondheid met achtergrondvariabel (odds) SDQ totaal gedragsproblem emotionele problem psychische ongezondheid lage kwaliteit van lev geslacht 1,6 0,7 5,2 2,3 2,1 leeftijd (klas) 2,0 1,9 2,7 2,6 3,0 schooltype 3,8 3,0 2,7 2,8 2,5 eoudergezin 1,3 1,2 (ns) 1,4 (ns) - 1,2 (ns) etniciteit - 1, ,1 (ns) Alle significante achtergrondkmerk sam in het model Refertiecategorieën: jong, jaar, havo/vwo, andere gezinssamstelling, autochtoon NS: ge significant verschil tuss de twee groep (p 0,05) - 7 -

8 Meervoudig gebruik van gotmiddel verhoogt het risico op psychische ongezondheid aanzilijk Jonger die zowel overmatig alcohol gebruik, regelmatig drugs gebruik als rok hebb, met uitzondering van emotionele problem, op alle onderzochte psychische factor e verhoogd risico t opzichte van jonger die het gebruik van alcohol, drugs rok niet gecombineerd gebruik. Het risico op psychosociale problem is ruim drie keer zo groot het risico op gedragsproblem is zelfs zes keer zo groot. Deze jonger zijn ruim twee keer zo vaak psychisch ongezond hebb twee tot drie keer zo vaak e lage kwaliteit van lev. Hierbij is onbekd of het gebruik van gotmiddel leidt tot psychische ongezondheid of dat e ongunstige psychische gezondheid leidt tot het gebruik van meerdere gotmiddel. Meervoudig gotmiddelgebruik psychische gezondheid (odds %) overmatig alcohol + psychisch gedragsproblem problem lev emotionele lage kwaliteit van drugsgebruik + regelmatig SDQ totaal ongezond rok (%) (%) (%) (%) %(%) nee ja 12,0 30,8 12,4 45,4 8,8 (ns) 10,4 (ns) 16,6 31,6 27,2 49,2 totaal 13,0 14,1 8,9 17,4 28,3 ja versus nee 3,3 5,9 1,2 (ns) 2,3 2,6 NS: ge significant verschil tuss de twee groep (p 0,05) Beschouwing: Uit deze rapportage blijkt overduidelijk dat het gebruik van gotmiddel door jonger samhangt met psychische ongezondheid. De relatie tuss het gebruik van gotmiddel gedragsproblem is het sterkst. Dit geldt voor het gebruik van de afzonderlijke gotmiddel alcohol, drugs rok, maar ook in sterke mate voor het gecombineerd gebruik van deze gotmiddel. Dit onderzoek geeft ge antwoord op de vraag naar oorzaak gevolg. Het is niet duidelijk of e ongunstige psychische gezondheid leidt tot gebruik van gotmiddel of dat het (overmatig) gebruik van gotmiddel leidt tot psychische problem. Referties [1] Waardburg, C. Alcoholgebruik onder jonger in Noord-Holland Noord. uit de 2 e 4 e klas voortgezet onderwijs. GGD Hollands Noord, december [2] Leeuw d Bouter, B. de C. Waardburg. Seksuele gezondheid van jonger in Noord-Holland Noord.. GGD Hollands Noord, maart [3] Sinnige J. Waardburg C. Psychische gezondheid van jonger in Noord-Holland Noord onder leerling uit de 2 e klas 4 e klas voortgezet onderwijs. GGD Hollands Noord. Mei [4] Couwbergh C. Substance abuse and its co-occurrce with other mtal health problems in adolescts. Nijmeg: Radboud Universiteit [5] Schrijvers C.T.M., Schoemaker C.G. Spel met gezondheid. Leefstijl psychische gezondheid van de Nederlandse jeugd. Bilthov: RIVM [6] Verdurm J., Monshouwer K., Dorsselaer S van., Graaf R de. Bovmatig drink in Nederland. Uitkomst van de Netherlands Mtal Health Survey and incidce study [NEMESIS]. Utrecht: Trimbos Instituut [7] Kuunders M.M.A.P., Laar M.W. van. Wat zijn de mogelijke oorzak van? Nationaal Kompas Volksgezondheid\ Gezondheidsdeterminant\ Leefstijl\ Alcoholgebruik. Bilthov: RIVM Geraadpleegd 14 december Uitgave: GGD Hollands Noord, sector GBO Postbus 324,1740 AH Schag epi@ggdhn.nl Auteurs: Judith Sinnige, epidemiologisch onderzoeksmedewerker Corri Waardburg, epidemioloog Met dank aan: Directies, doct leerling van de schol voor voortgezet onderwijs in Noord-Holland Noord, Mandy van d Brink, Esther Duin-de Boer Bettina de Leeuw d Bouter Kmerk: U Datum: mei 2012 Dit rapport is te download via Voor vrag kunt u mail naar: epi@ggdhollandsnoord.nl De rapport over het EMOVO-onderzoek zijn te download via