Deel 1: Missie, schoolgegevens en beschrijving van onderwijs, personeel en kwaliteitsbeleid

Transcriptie

1 Schoolplan Michaël college Inleiding In dit schoolplan beschrijft het Michaël college de inrichting van het onderwijs conform artikel 24 van de Wet op het voortgezet onderwijs (deel 1). Daarnaast wordt beschreven wat het Michaël college in de komende vier jaar wil realiseren. Dit schoolplan is dus ook een visie- of koers-document (deel 2). Het schoolplan is tot stand gekomen in samenspraak met de oudergroep en de ouderverenging (VOBW*); de leerlingen en het personeel van het Michaël college, in de periode november 2012 tot juni De besprekingen zijn voorafgegaan door evaluaties van schoolplan en de activiteitenplannen (jaarplannen) van die schooljaren. Sinds augustus 2008 ressorteert het Michaël college onder het bestuur van de SKVOB e.o. **. Dit als afdeling van Markenhage, dat op haar beurt een unit van de Scholengemeenschap Breda is. Dit schoolplan is mede geschreven als koersdocument. Naast het uitvoeren van de wettelijke opdrachten voor het onderwijs, wil het Michaël college in de komende vier jaar bij de verdere ontwikkeling van de school nadrukkelijk uitgaan van haar eigen vrijeschool-identiteit. Daarnaast zal de ontwikkeling van het brede cultuurprofiel van Markenhage/Michaël binnen het Bredase VO richtinggevend zijn. Dit schoolplan kan niet los gezien worden van het Strategische Beleidsplan dat voor alle scholen van het SKVOB e.o. is gemaakt. Dat plan vormt het kader waarbinnen het Michaël college en Markenhage zich verder zullen ontwikkelen. De uitwerking van de verschillende doelstellingen zullen we jaarlijks beschrijven in onze activiteitenplannen. Deel 1: Missie, schoolgegevens en beschrijving van onderwijs, personeel en kwaliteitsbeleid 1. Missie Het Michaël college staat voor excellent voortgezet vrijeschoolonderwijs. Dat is onderwijs naar hoofd, hart en handen; onderwijs gericht op de ontwikkeling van het denken, voelen en willen. Tevens is het kwalitatief goed onderwijs dat leidt tot een diploma dat past bij de capaciteit van elke leerling. Leerlingen die de school verlaten zijn gediplomeerd en in staat tot het vormen van een zelfstandig oordeel met betrekking tot zichzelf en de wereld; zij hebben zichzelf en de anderen leren kennen en zijn sociaal competent; zij hebben de moed en het vermogen in deze wereld te handelen en de ambitie dit te doen. Wij hanteren de uitgangspunten van het vrijeschoolonderwijs. De school is een werkplaats voor cognitieve, sociale en maatschappelijke ontwikkeling; een oefenterrein voor het samenleven. Het is een plaats waar leerlingen leren voor het leven. De visie op ontwikkelingsgericht en maatschappelijk relevant onderwijs wordt goed weergegeven in de onderstaande spreuk. De vraag is niet, wat de mens moet kunnen en weten teneinde zich in de bestaande sociale orde te kunnen voegen; maar wel, wat er in aanleg in de mens aanwezig is en in hem ontwikkeld kan worden. Pas dan kan de opgroeiende generatie, de maatschappij steeds opnieuw met nieuwe krachten verrijken" (Rudolf Steiner) * VOBW: Verenging Ouders Bovenbouw-onderwijs West-Brabant ** SKVOBeo: Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Breda en omstreken 1

2 Belofte Wij beloven onze ouders/verzorgers en leerlingen dat we onze uiterste best te doen om bovenstaande doelen te realiseren. Waardenoriëntatie Centrale waarde binnen het vrijeschoolonderwijs is de ontplooiing van elk mens in relatie tot de sociale omgeving en de natuur waarin hij/zij tot ontwikkeling komt. De mens wordt hierbij niet gezien als een onbeschreven blad, dat volledig door natuur en omgeving gevormd kan worden, maar als een wezen dat ook eigen ontwikkelingsdoelen in zich draagt. Wij gaan er van uit dat elke mens in staat is bewustzijn te ontwikkelen van het eigen denken, het eigen gevoelsleven (en dat van anderen) en van de eigen wilsimpulsen en motieven. Door dit bewustzijn is de mens (in zekere mate) in staat tot zelfstandige en vrije oordeelsvorming en het maken van vrije keuzen. Deze principiële vrijheid, maakt de mens ook verantwoordelijk. Dat leidt tot de volgende waarden: vrijheid, verantwoordelijkheid en het streven naar permanente ontwikkeling van competenties (kennis, vaardigheden en houding) op individueel en sociaal-maatschappelijk gebied. En daarnaast ook de ontwikkeling van het bewustzijn in deze gebieden. Profiel binnen het Bredase VO Voortgezet vrijeschoolonderwijs voor vwo, havo, vmbo (g/t), met breed cultuurprofiel. 2. Gegevens van de school: Bestuur SKVOBe.o. School: Scholengemeenschap Breda (Brin: 25GC) Unit: Markenhage Afdeling: Michaël college Nevenlocatie: Michaël college (Brin: 25GC302) Vrijeschool voor vwo, havo en vmbo (g/t) Vijverstraat 1 Postbus AB Prinsenbeek Hoofdlocatie: Markenhage (Brin: 25GC301) Daltonschool voor atheneum havo mavo en cultuurklassen Emerweg 29 Postbus DE Breda Tel. (076) Het Michaël college heeft de volgende leerlingenopbouw (oktober 2012): Leerjaar 1 (klas 7): 63 Leerjaar 2 (klas 8) : 51 3e en 4e leerjaar (klassen 9 en 10): 104 2

3 5e en 6e leerjaar (klassen 11 en 12): 34 Totaal: 252 Het onderwijs aan de klassen 11 en 12 wordt in nauwe samenwerking met Markenhage uitgevoerd. Prognose ontwikkeling leerlingenaantal (per 1 oktober van elk jaar): 2012: : : : Inrichting onderwijs Het Michaël college wil zich profileren als aanbieder van excellent en modern voortgezet vrijeschoolonderwijs. De uitgangspunten van het vrijeschool-curriculum en de vrijeschool-pedagogie zijn heden ten dagen nog steeds actueel, maar vragen om voortdurende aandacht en ontwikkeling. Het periodiek evalueren, bijstellen en actualiseren van ons leerplan en onze pedagogie is hierbij de leidraad. Het Michaël college wil voortgezet vrijeschoolonderwijs bieden voor alle leerlingen tussen de 12 en 18 jaar die dit wensen en bij deze vorm van onderwijs gebaat zijn. Het Michaël college hanteert aannamecriteria die aansluiten bij het actuele aanbod. Het voortgezet vrijeschoolonderwijs kent een zesjarig curriculum en loopt van klas 7 (brugklas) tot en met klas 12. Ideaal gezien zouden leerlingen van alle niveaus het gehele zesjarig vrijeschoolcurriculum moeten kunnen doorlopen, naast de examenvoorbereiding op het niveau van afstuderen. Binnen het Michaël college wordt gewerkt met heterogene klassengroepen (vmbo-havo-vwo). De klassen blijven de eerst vier jaar als klassengroep bijeen gedurende minimaal 40% van de wekelijkse lestijd. Daarnaast wordt vanaf het tweede leerjaar (klas 8) in een jaarlijks toenemend aantal examenvakken, gewerkt binnen niveaugroepen. Er zijn twee niveaus: vmbo en havo-vwo. Alle leerlingen nemen na vier leerjaren (aan het einde van klas 10) deel aan het vmbo-examen. Leerlingen die op havo of vwo- niveau hebben gewerkt, stromen door naar de tweede fase havo of vwo in het Michaël-Markenhage examentraject havo-vwo. Momenteel biedt het Michaël college een vierjarig vrijeschooltraject aan leerlingen voor wie vmbo (g/t) het eindniveau is. Deze leerlingen stromen vervolgens door naar het Middelbaar Beroeps Onderwijs aan de ROC s Zij worden dus niet in staat gesteld het hele vrijeschoolcurriculum te volgen. Leerlingen die na klas 10 een havo- of vwo- advies krijgen, worden in staat gesteld het hele zesjarige vrijeschoolcurriculum te volgen. In de laatste twee jaren in combinatie met lessen op Markenhage. Na klas 10 gaan deze leerlingen over naar het vierde leerjaar in de tweede fase, havo of vwo. Zowel voor de havo- als voor de vwo- leerlingen wordt het vrijeschooltraject afgesloten na klas 12. Vwo examenkandidaten volgen dan nog één jaar uitsluitend examen-voorbereidende lessen op Markenhage. Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (zoals leerlingen in LWOO en LGF trajecten) zijn begeleidingsprogramma s opgesteld; deze worden jaarlijks geactualiseerd en vastgelegd in het Zorgplan. Voor leerlingen met een basisschooladvies lager dan vmbo g/t, biedt het Michaël college geen programma. Het Michaël college zal in samenwerking met partners binnen het onderwijs, onderzoeken welke 3

4 mogelijkheden er zijn om voor leerlingen van alle niveaus een volledig vrijeschoolcurriculum aan te bieden. Op aanvraag van ouders en vrije basisscholen wordt onderzocht of een praktische stroom (vmbo-g, vmbo-k en vmbo-b) ingericht kan worden. Dit op beperkte schaal en met name om leerlingen uit eigen vrije basisscholen een doorlopende leerweg te kunnen bieden. Het Michaël college volgt alle wettelijke voorschriften m.b.t. onderwijstijd en inrichting. 4. Personeelsbeleid Het Michaël college volgt de gesprekscyclus van SKVOB. Er zijn jaarlijks functioneringsgesprekken en per drie of vier jaar beoordelingsgesprekken. Bronnen voor de gesprekken zijn: lesobservaties, leerlingen enquêtes, verslagen en formulieren uit voorgaande gesprekken. De bekwaamheidseisen uit de wet BIO (Wet op de beroepen in het onderwijs) vormen de toetssteen bij het onderhouden en ontwikkelen van competenties van docenten. Er is een scholingsplan opgesteld en docenten en OOP worden gestimuleerd gebruik te maken van de geboden faciliteiten. Binnen de SKVOB is een academie voor en door docenten ingesteld. 5. Kwaliteitsbeleid De onderwijsopbrengsten worden jaarlijks geanalyseerd en besproken binnen de schoolleiding en binnen de personeelsvergadering. Mogelijke bijstellingen worden vastgesteld en betrokkenen worden hierover geïnformeerd. Coördinatoren monitoren de dagelijkse onderwijspraktijk (lesuitval, planning en afstemming activiteiten, kwaliteit van de lessen, samenstelling klassen, dynamiek en incidenten). Zij rapporteren aan de sectordirecteur. Er wordt gewerkt in vijf secties. Deze vergaderen minimaal vier maal per jaar. Naast afstemming en intervisie zijn kwaliteitszaken geagendeerd: opbrengsten, doorstroom, de keuze van methoden, doorlopende leerlijnen en determinatie van leerlingen. Zij rapporteren aan de sectordirecteur. Docenten hebben minimaal een maal per schooljaar contact met sectiegenoten op Markenhage. Dit mede ter borging van de kwaliteit en het niveau van toetsen en testen en de niveaus van de schoolexamens. Het cito-volgsysteem 0,1,2,3 is in 2013 ingevoerd. Schooljaren en zijn proefjaren. In deze tijd wordt onderzocht welke meerwaarde dit toets systeem biedt. Aansluitend wordt vastgesteld of en in welke mate we van deze testen gebruik willen blijven maken. De school participeert in Vensters voor verantwoording. In dit kader worden ook regelmatig leerlingen en ouder enquêtes afgenomen. Deze worden geanalyseerd in de schoolleiding vergadering en zo nodig worden maatregelen tot verbetering getroffen. Binnen de gesprekscyclus van de SKVOB wordt gebruik gemaakt van enquêtes (Leerlingen Evalueren Docenten: LED s) en vinden lesbezoeken plaats. Jaarlijks zijn er functioneringsgesprekken met alle medewerkers. De school is (via de oudervereniging) lid van de landelijke Verenging van vrijescholen. 4

5 Deel 2: Visie- en koersdocument Omgevingsanalyse Geografisch Tot (onbepaalde tijd) is de school gevestigd in Prinsenbeek aan de Vijverstraat. Vanaf (onbepaald moment) zal zij de nieuwbouw betrekken aan de Emerweg op het terrein waar ook Markenhage is gevestigd. Leerlingen van het Michaël college komen uit heel Breda en wijde omgeving. Door de sterke profilering (voortgezet vrijeschoolonderwijs) kiezen ouders en leerlingen duidelijk voor het profiel en minder voor de nabijheid. Daardoor is een minder sterke postcodegebondenheid dan bij de meeste andere scholen voor voortgezet onderwijs. Demografisch Het Michaël college is voor instroom van leerlingen niet direct afhankelijk van de postcodeomgeving. Er zijn geen relevante demografische ontwikkelingen voor het Michaël college aanwijsbaar. De ontwikkeling binnen de leeftijdsgroep 8 tot 12 jarigen lijkt vrij stabiel Breda, in de omliggende gemeenten lijkt een geringe afname plaats te vinden. Economisch Het huidige gebouw aan de Vijverstraat in Prinsenbeek verkeert in matige staat van onderhoud. Het is was eigendom van het ROC en wordt (nog) door het ROC onderhouden. Het gebouw heeft voldoende capaciteit. De school verwacht een stabiele en matige groei naar 350 leerlingen in Het Michaël college heeft de afgelopen jaren met een positieve begroting en exploitatie gewerkt. Door de oudervereniging VOBW wordt jaarlijks, doormiddel van inning en afdracht aan Markenhage (t.b.v. Michaël college) van vrijwillige ouderbijdragen, een substantiële financiële ondersteuning geleverd. Over de inzet van deze middelen wordt verantwoording afgelegd door de sectordirecteur. Sociaal-maatschappelijk De naamsbekendheid van het Michaël college is sterk verbeterd in de laatste planperiode. Door een informatiecampagne vanuit het Michaël college, gericht op de ketenpartners (toelevende basisscholen en afnemende scholen in VO, MBO/HBO en Universtiteit) is een verbetering van de naamsbekendheid en het imago gerealiseerd. Het imago van het vrijeschoolonderwijs in Nederland is minder positief dan we wensen, maar lijkt te verbeteren. Vanaf 2012 is er een brede publiekscampagne vanuit de landelijke vereniging van vrijescholen gericht op potentiële leerlingen en ouders. De opbrengsten van vrijescholen voor voortgezet onderwijs zijn goed en de groei van deze scholen is sterk positief. Politiek Landelijk: het onderwijs staat de laatste jaren meer prominent op de politieke agenda. De aandacht is daarbij vooral gericht op de opbrengsten in de kernvakken: Nederlands, Engels en wiskunde/rekenen. Daardoor ontstaat gaandeweg meer aandacht voor toetsing, referenties en citovolgsystemen. Voor het eerst sinds jaren kwam er in 2010 structureel extra geld voor beloningen naar de scholen toe. Feitelijk bleek en blijkt de financiering achter te blijven bij de gestegen behoefte (o.a. door betere beloning docenten), zoals verwacht in ons vorige schoolplan. Het Michaël college is onder het bestuur van de SKVOB en heeft geen directe relatie met het Gemeente of Provincie. 5

6 Gemeentelijk/regionaal Regionaal is de doorcentralisering van de huisvestingsgelden via de Building Breda een feit. Hiertoe is een coöperatieve vereniging opgericht. Deze beheert de huisvestingsgelden. Door de bekostigingssystematiek binnen de Building (blauwe boekje), waarbij budget naar leerlingaantallen in 2008 (157 lln.) wordt vrijgegeven, en de groei van de school vanaf 2008 (350 lln. in 2015), komt het Michaël college in ruimteproblemen. Afnemende instanties Bedrijven. Een zeer klein percentage van de examenkandidaten gaat direct de arbeidsmarkt op. Na klas 10 wordt het onderwijs in de Tweede Fase havo en vwo in nauwe samenwerking met Markenhage uitgevoerd, ongeveer 50% van de leerlingen stroomt na klas 10 en het vmbo-g/t examen door. De examenresultaten van de groep leerlingen in het Markenhage-Michaël examentraject zijn zeer goed. De terugkoppeling over studiehouding, competenties en kennisniveau over leerlingen van het Michaël college vanuit Markenhage is uitermate positief. Toeleverende scholen Primaire toeleveranciers zijn de vrije basisscholen in de regio (ook Onderbouwen genoemd). Het gaat daarbij om de scholen in Breda, Oosterhout en Roosendaal. Ook de scholen in Tilburg en Dordrecht zijn potentieel toeleveranciers. Secundaire toeleveranciers zijn de overige basisscholen in de regio. Inmiddels betrekken we van 61 van de basisscholen in Breda en omgeving onze leerlingen. Ongeveer 30% van de instroom in klas 7 is afkomstig van vrije basisscholen. Ons voedingsgebied is ruim. De regio loopt van Dordrecht in het noorden, Tilburg in het oosten via de Belgische grens in het zuiden naar Roosendaal in het westen (regio West-Brabant). De contacten met de toeleverende scholen zijn in de afgelopen jaren geïntensiveerd en verbeterd. Concurrenten Concurrentie hebben we vanuit alle scholen voor voortgezet onderwijs in de regio, met name de scholen met een sterk havo/vwo profiel. 7. Swot-analyse Een analyse van sterke en zwakke punten en de kansen en bedreigingen voor het Michaël college werd in voorjaar 2013 gemaakt in samenwerking met leerlingen, docenten en ouders. Resultaten: Kansen: Samenwerking met Markenhage Cultuurprofiel en bundeling traditionele vernieuwingsscholen (vrijeschool en Dalton) Samenwerking Orion Nieuwbouw campus Mogelijke verandering opvattingen onderwijs (omslag naar meer aandacht voor sociale- en persoonlijkheidsvorming in plaats van eenzijdige aandacht voor scores op kernvakken) versterking en groei vrijeschoolonderwijs landelijk Bedreigingen: Financiële situatie (personeel-materieel) bij voortgaande bezuinigingen Arbeidsmarkt en nieuw personeel Kwetsbaarheid merk vrijeschool aanhoudende onzekerheid over nieuwbouw 6

7 Sterke punten: Vrijeschool-curriculum: een breed en ontwikkelingsgericht leerplan Zeer goede examenresultaten Pedagogisch klimaat: respect, aandacht Kleinschaligheid Creativiteit Zwakke punten: ICT gebruik in het onderwijs Differentiatie binnen en buiten de klassengroep Dubbeltraject klassen 11 en 12 (Michaël college, Markenhage) Leeftijdsopbouw personeel 8. Doelen voor de komende vier jaren in de belangrijkste opbrengstgebieden Deze doelen zijn medio 2013 opgesteld. De omgevingsfactoren en de verwachtingen in die tijd zijn daarbij richtinggevend geweest. Bij sterke wijziging van de context zullen aanpassingen volgen. Daarbij zijn een aantal contextuele gegevens van groot belang: - de samenwerking met Markenhage en Orion binnen SKVOB; - de nieuwbouw te verwachten in 2015; - weten regelgeving en financiering vanuit overheid. Algemeen doelen voor 2017: De school is groot genoeg: 300 tot 350 leerlingen Er is uitstekend vrijeschoolonderwijs Er zijn uitstekende examenresultaten: > 90% geslaagden over de laatste drie jaar Er is een kwalitatief goede, duurzame, zelfstandige en passende nieuwe huisvesting De maximale instroom is aangepast op de huisvestingsmogelijkheden; dat betekent bij de huidige plannen maximaal 90 leerlingen per schooljaar In samenwerking met Markenhage en Orion zijn volwaardige 2e-fase trajecten voor havo en vwo ontworpen, waarin het vrijeschoolcurriculum volledig is geïntegreerd Er is een voorziening voor leerlingen afkomstig van vrije basisscholen die een meer praktische vorm van onderwijs behoeven (praktische stroom, vmbo-kg) De kwaliteit van de lessen is hoog; gevarieerd, activerend en ontwikkelingsgericht Het Michaël college is een lerende moderne organisatie Er is een heldere verantwoording naar externen 8.1 Onderwijs Het vrijeschoolleerplan, voor alle vakken en alle klassen, waarin ontwikkelingsdoelen en eindtermen (examendoelen) zijn geïntegreerd, wordt tweejaarlijks geëvalueerd en geactualiseerd Alle docenten hebben een (aanvullend) scholingsprogramma gevolgd op het gebied van vrijeschoolpedagogie en didactiek Er zijn doorlopende leerlijnen beschreven op het gebied van cognitie, vaardigheden en sociale ontwikkeling Het vermogen tot differentiëren binnen heterogene klassengroepen is vergroot Binnen de school kunnen leerlingen meer keuzen maken en op eigen niveau werken 7

8 Voor leerlingen die op havo en vwo niveau werken is het programma in de klassen 9 en 10 geoptimaliseerd (meer keuzemogelijkheden voor leerlingen) Het Michaël-Markenhage examentraject is geoptimaliseerd (sterker samenhangend programma en verbeterde roostering, meer vakken vanuit vrijeschoolconcept vorm verzorgd) Binnen de school is een groot scala aan werkvormen en activiteiten ontwikkeld, geïmplementeerd en beschreven Het niveau van de Nederlandse taal en rekenen wordt door alle docenten bewaakt Het programma voor burgerschapskunde wordt tweejaarlijks geëvalueerd en bijgesteld 8.2 Profilering Voortgezet vrijeschoolonderwijs voor vwo, havo en vmbo (g/t) met een breed cultureel profiel Verder versterking van de (naam-) bekendheid van Michael college in Breda en de regio West- Brabant Versterking van het imago van het vrijeschoolonderwijs in het algemeen en van het Michaël college in het bijzonder; binnen het onderwijsveld (verwijzers, collegae) en bij de potentiële klanten (ouders en leerlingen) Versterking van de havo-vwo profilering en communicatie hierover Expliciteren en communiceren van vrijeschoolonderwijs: ontwikkelingsgericht onderwijs Expliciteren en communiceren van het maatschappelijk cultuurprofiel ; burgerschapskunde, stageprogramma, uitwisselingen en activiteiten Versterking van het brede cultuurprofiel 8.3 Personeel De groei van de school vraagt om nieuwe, bekwame en betrokken medewerkers. Het vrijeschoolonderwijs vraagt veel van docenten. Met name het zelf ontwerpen (uitvoeren, evalueren, bijstellen en vastleggen) van eigen lesmateriaal in het periodeonderwijs. Daarnaast wordt in veel periodes en vaklessen gewerkt met heterogene groepen. Daarvoor is een goed klassenmanagement en het vermogen tot differentiëren en het toepassen van activerende didactiek van belang. Het personeel dient bekend te zijn met de achtergronden van het vrijeschoolonderwijs en de pedagogisch-didactische uitgangspunten binnen het onderwijs. Er in 2013 een aanvullend competentieprofiel ontwikkeld voor vrijeschooldocenten Ieder personeelslid heeft één gesprek per schooljaar in het kader van de IPB cyclus, waarin scholing en taakinvulling o.a. onderwerp van gesprek zijn Iedere werknemer heeft een Persoonlijk Ontwikkeling Plan, waarin ook de scholingsactiviteiten per jaar zijn vastgelegd Er is een scholingsplan vastgesteld voor het Michaël college, waarin prioritering en facilitering zijn opgenomen Er is een meer evenwichtige opbouw van het personeelsbestand; meer jonge personeelsleden Er zijn meer 1 e graads-docenten voor invulling van de 2 e fase Bij de inzet van oudere en meer ervaren docenten wordt rekening gehouden met de behoefte vanuit de school aan overdracht van kennis en ervaring naar nieuwe docenten Voor nieuwe personeelsleden is er een interne opleiding tot vrijeschoolleerkracht; de aanwezige kennis en ervaring van het zittend personeel wordt hierbij ingezet 8.4 Organisatie De groei van de school vraagt een sterkere geleding en aansturing. Hiertoe worden aanzetten tot een teamstructuur gemaakt. 8

9 De samenwerking en samenwoning met Markenhage en Orion vereist voorbereidingen. De samenwerking met Markenhage is op operationeel gebied versterkt Er heeft een eerste oriëntatie op de samenwerking met Orion plaatsgevonden Op de niveaus van schoolleiding; roostermakers, decanaat, mentoren van hoogste klassen en de zorg is periodiek overleg en afstemming tussen Markenhage en het Michaël college Er is een campusmodel ontwikkeld waarbinnen Michaël en Markenhage bepaalde voorzieningen delen, gebruik maken van elkaars expertise en gezamenlijk verantwoordelijk dragen voor de algemene en gedeelde voorzieningen op het terrein Het werken in teams wordt verder ontwikkeld. Naast een Middenbouwteam (klassen 7 en 8) ontstaan teams voor de klassen 9 en 10 en de klassen 11 en 12 (2 e fase havo-vwo) Elk team heeft een coördinator Er komt een tweewekelijkse schoolleidingvergadering waar alle coördinatoren zitting in hebben onder leiding van de sectordirecteur Er is een bijscholingsprogramma op het gebied van de ondersteunende functies/taken De communicatie en informatie uitwisseling met de ketenpartners is geprofessionaliseerd en verloopt via vaste periodieken en formats 8.5 ICT Er is een beleid vastgesteld met betrekking tot beschikbaarheid van ICT-voorzieningen en het gebruik hiervan binnen het onderwijs en binnen de leerlingenzorg. Er is een standaard en een leerlijn geformuleerd betreffende de ICT vaardigheid van docenten en leerlingen Het niveau van de ICT-voorzieningen ten behoeve van personeel en onderwijs is voldoende Er is een ELO beschikbaar 8.6 Zorg Er zal met name op de consequenties van de invoering het passend onderwijs geanticipeerd moeten worden. Jaarlijks wordt een zorgplan gemaakt, geëvalueerd en bijgesteld. Voor alle LGF en LWOO leerlingen is begeleiding. Voor elke leerling zijn er individuele handelingsplannen vastgesteld. deze worden ook periodiek geëvalueerd en bijgesteld. Breda Prinsenbeek, 28 augustus 2013 Rob van der Meijden 9