Stedenbouwkundige voorschriften - ontwerp

Transcriptie

1 Imagine the result Stedenbouwkundige voorschriften - ontwerp RUP Polderstraat Gemeente Bredene 6599 Versie I juni 2015

2 2/56 04/ OPDRACHTGEVER Gemeente Bredene Centrumplein Bredene OPDRACHTNEMER ARCADIS Belgium Contactpersoon Mieke Belmans City Link, Posthofbrug Berchem Telefoon Telefax BTW BE m.belmans@arcadisbelgium.be RPR ANTWERPEN Website ING IBAN BE BIC BBRUBEBB

3 3/56 04/ Revisie Versie Datum Opmerking A december 2009 Schetsontwerp RUP B augustus 2010 Voorontwerp RUP C Februari 2011 Aanpassingen na toelichting CBS D Februari 2012 Aanpassingen E Maart 2013 Aanpassingen F December 2013 Aanpassingen G Januari 2015 Aanpassingen H April 2015 Aanpassingen I Juni 2015 Aanpassingen na plenaire vergadering Opgesteld Afdeling/discipline Functie Naam Handtekening Datum IRV Projectleider Mieke Belmans Geverifieerd Afdeling Functie Naam Handtekening Datum

4 4/56 04/ Goedgekeurd door klant Afdeling Functie Naam Handtekening Datum

5 5/56 04/ INHOUDSOPGAVE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Gehanteerde begrippen Algemene bepalingen Afbakening van het ruimtelijk uitvoeringsplan Verordenende kracht Integraal waterbeheer Bestaande vergunde of vergund geachte bestemmingen Voorzieningen van openbaar nut Toegankelijkheid Contextuele inpassing Kleuren en materialen Luifels en reclame Zichtbare delen van platte daken Tuinen en afscheidingen Bijgebouwen Specifieke bepalingen Art. 1 Zone voor waterfront Art. 2 Projectzone waterfrontontwikkeling Art. 3 Zone voor gesloten en gegroepeerde bebouwing Art. 4 Projectzone Spuikomlaan bebouwing Art. 5 Projectzone Spuikomlaan publieke groenzone Art. 6 Projectzone Vissersstraat Art. 7 Zone voor gesloten bebouwing Art. 8 Projectzone Unescostraat Art. 9 Zone voor grootschalige bebouwing langs de Fritz Vinckelaan... 40

6 6/56 04/ Art. 10 Projectzone school Art. 11 Zone voor open en halfopen bebouwing Art. 12 Recreatiezone Art. 13 Publieke groenzone Art. 14 Openbaar domein Art. 15 Plein... 54

7 7/56 04/ STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN POLDERSTRAAT Provincie West-Vlaanderen Gemeente Bredene Dit plan werd opgesteld door één of meerdere erkende Ruimtelijk Planners: Mieke Belmans Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad van Bredene in zitting van Het college van burgemeester en schepenen van Bredene bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek werd neergelegd gedurende het openbaar onderzoek van. tot.. De gemeentesecretaris De burgemeester Gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad van Bredene in zitting van De gemeentesecretaris De voorzitter gemeenteraad

8 8/56 04/ Gehanteerde begrippen Autostandplaats Bebouwing, bestaande bebouwing Bebouwing, gesloten bebouwing Bebouwing, gegroepeerde bebouwing Bebouwing, halfopen bebouwing Bebouwingsindex (B/T) Bestemming, hoofdbestemming Bestemming, nevenbestemming Bouwdiepte Bouwhoogte Bouwlaag Bouwlijn Ruimte die nodig is voor het plaatsen van een auto. Alle constructies (het geheel aan gebouwen) aanwezig op het terrein zoals grafisch weergegeven op het plan bestaande toestand. Bebouwingswijze waarbij het gebouw twee gemeenschappelijke zijgevels of wachtgevels heeft, of een gemeenschappelijke zijgevel en een wachtgevel. Bebouwingswijze waarbij kleine groepen van gebouwen door bouwvrije zijtuinstroken worden gescheiden. Bij halfopen bebouwing is één van de twee zijgevels grotendeels geschakeld met de bebouwing op het aangrenzend perceel. Verhouding tussen de bebouwde delen tot de rest van de betrokken perceelsoppervlakte. Het betreft enkel de bebouwing die boven het maaiveld uitkomt. De bebouwde delen worden bepaald door de afmetingen van de bebouwing buitenwerks te meten, exclusief niet-overdekte terrassen en balkons. De hoofdbestemming is de verplichte bestemming van de bestaande en op te richten gebouwen. De hoofdbestemming neemt minimaal 50% van de totale vloeroppervlakte van een gebouw in. Een nevenbestemming is een mogelijke en toegelaten bestemming binnen de betreffende zone. De nevenbestemming neemt maximaal 50% van de totale bruto-vloeroppervlakte van een gebouw in, tenzij anders vermeld in de voorschriften. Indien de nevenbestemming verplicht is, zal dit aangegeven worden in het desbetreffende voorschrift. Afstand vanaf de bouwlijn waar over de gehele diepte gebouwd mag worden, inclusief afdaken en uitbouwen, exclusief gelijkvloerse terrassen. De afstand gemeten vanaf het referentiepeil tot het hoogste punt van het bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, Het referentiepeil wordt bepaald door het gemiddelde van het maaiveldniveau van de as van de openbare weg ter hoogte van de het gebouw waarop de aanvraag betrekking heeft. Horizontaal doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, met inbegrip van het gelijkvloers en met uitsluiting van de kelder en de zolder. Lijn waarachter een van de gevels van een gebouw geplaatst is of geplaatst kan worden.

9 9/56 04/ Buitenruimte Gebouw, bijgebouw Gebouw, hoofdgebouw Handel Handelsruimte Horeca(zaak) Kroonlijst Kroonlijsthoogte Netto-handelsoppervlakte Nieuwbouw Nokhoogte Onderhouds- en instandhoudingswerken Parkeerplaats Onbebouwde, toegankelijke, bovengrondse, niet-overdekte ruimte. Op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. Gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden beschouwd Het kopen en verkopen van goederen, diensten en/of energie Ruimte waar handel wordt gedreven. Elke horeca-uitbating zoals gedefinieerd onder de NACE-Bel code 55 en 56 en handelszaken die in het bezit zijn van de nodige vergunningen om dranken en voedingswaren te laten nuttigen. Onder NACE-BEL wordt verstaan: de door het Nationaal Instituut voor Statistiek vastgelegde lijst met codes waarin alle economische activiteiten gecatalogeerd worden. Bovenkant van de gootafwerking bij hellende daken of de bovenkant van de afwerking van platte daken of van een verticale wand. De afstand gemeten vanaf het referentiepeil tot aan de bovenkant van de kroonlijst, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, Het referentiepeil wordt bepaald door het gemiddelde van het maaiveldniveau van de as van de openbare weg ter hoogte van de het gebouw waarop de aanvraag betrekking heeft. De oppervlakte bestemd voor de verkoop en toegankelijkheid voor het publiek, met inbegrip van de niet-overdekte oppervlakten. Deze oppervlakte omvat met name de kassazones, de zones die zich achter de kassa s bevinden en de inkomruimten indien deze ook worden aangewend om waren te stallen en te verkopen. Als nieuwbouw worden beschouwd ofwel een volledig nieuw op te richten gebouw, ofwel aanpassingswerken aan een gebouw waarbij meer dan 40% van de buitenmuren zijn gesloopt. Ook een uitbreiding die groter is dan de helft van de bestaande oppervlakte wordt beschouwd als nieuwbouw. De afstand tussen gemeten vanaf het referentiepeil tot aan de nok. Het referentiepeil wordt bepaald door het gemiddelde van het maaiveldniveau van de as van de openbare weg ter hoogte van de het gebouw waarop de aanvraag betrekking heeft. Werken, andere dan stabiliteitswerken, die het gebruik van het gebouw voor de toekomst ongewijzigd veilig stellen door het bijwerken, herstellen of vervangen van geërodeerde of versleten materialen of onderdelen. Plaats waar geparkeerd kan worden.

10 10/56 04/ Perceelsgrens Rooilijn Stabiliteitswerken Uitbreiden Voorgevelbouwlijn Verblijfsruimte Verbouwen Woning, eengezinswoning Woning, meergezinswoning Wooneenheid Zone Een grens van een bouwperceel. De lijn die de grens tussen privaat en openbaar terrein afbakent. Werken die betrekking hebben op de constructieve elementen van een constructie, zoals: Het vervangen van dakgebintes of dragende balken van het dak, met uitzondering van plaatselijke herstellingen, Het geheel of gedeeltelijk herbouwen of vervangen van buitenmuren of dragende binnenmuren, zelfs met recuperatie van de bestaande stenen. Vergroten van een bestaand bouwwerk, het anders bouwen ervan zonder dat het volledig wordt afgebroken of herbouwd. Het gebeurt buiten het bestaande bouwvolume en met volumevermeerdering. Als de uitbreiding meer dan de helft van de bestaande oppervlakte is, wordt het beschouwd als nieuwbouw. Denkbeeldige lijn waarop de voorgevel moet worden geplaatst. Op de plaatsen zonder voortuin valt deze samen met de rooilijn. Ruimte voor het verblijven van mensen; hieronder vallen, zonder limitatief te zijn: leefruimtes, keukens, slaapkamers, badkamers, kamers, kantoor/bureelruimtes, onderwijslokalen. Enkele voorbeelden van ruimtes die hier niet onder vallen: toiletten, handelszaken, restaurants, cafés, ruimtes voor industrie en ambacht, bergplaatsen. Aanpassingswerken doorvoeren binnen het bestaande bouwvolume van een constructie waarvan de buitenmuren voor ten minste zestig procent behouden worden. Een eengezinswoning is één wooneenheid op één kavel. De woning heeft op het eigen perceel een gelijkvloerse private buitenruimte. Deze buitenruimte is rechtstreeks toegankelijk van uit de woningen. Gebouw waarin twee of meer afzonderlijke volwaardige woonentiteiten georganiseerd zijn op één kavel met een gemeenschappelijke toegang. Gebouw of deel van een gebouw, bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden. Het op het plan omlijnd en met een kleur of grafisch teken aangeduid gebiedsdeel dat voor een bepaald, door de voorschriften vastgesteld, gebruik bestemd is.

11 11/56 04/ Algemene bepalingen 2.1 Afbakening van het ruimtelijk uitvoeringsplan De afbakeningslijn op het duidt het gedeelte van het grondgebied aan onderworpen aan de stedenbouwkundige voorschriften van bijbehorend. 2.2 Verordenende kracht Het en de stedenbouwkundige voorschriften maken deel uit van het gedeelte van het RUP Polderstraat. 2.3 Integraal waterbeheer Alle werken handelingen en wijzigingen in functie van het integraal waterbeheer zijn toegelaten in alle zones ongeacht de bestemming. Zij mogen de bestemming van de desbetreffende zone niet in het gedrang brengen. 2.4 Bestaande vergunde of vergund geachte bestemmingen Bestaande vergunde of vergund geachte bestemmingen die niet in overeenstemming zijn met de bestemmingsvoorschriften van voorliggende stedenbouwkundige voorschriften kunnen behouden blijven. Bestemmingswijzigingen dienen altijd in overeenstemming te zijn met de bestemmingsvoorschriften van dit ruimtelijk uitvoeringsplan. 2.5 Voorzieningen van openbaar nut Het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande nutsleidingen is toegelaten in alle zones. Bestaande nutsleidingen kunnen verplaatst worden voor zover dat nodig is voor de kwaliteit van het leefmilieu, het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijk milieu, de openbare veiligheid of de volksgezondheid. Het oprichten van beperkte gebouwen en infrastructuur voor openbaar nut is toegelaten in alle zones, ongeacht de bestemming. De inplanting van beperkte gebouwen en infrastructuur voor openbaar nut mag de bestemming van de desbetreffende zone niet hinderen en moet rekening houden met de inrichtingsvoorschriften van de desbetreffende zone. De inplanting van beperkte gebouwen en infrastructuur van openbaar nut wordt steeds geïntegreerd in de omgevingsaanleg en/of in de bebouwing. 2.6 Toegankelijkheid De openbare en niet-openbare wegen die voor het publiek toegankelijk zijn, worden integraal toegankelijk (her)aangelegd of (her)ingericht.

12 12/56 04/ Alle gebouwen of delen van gebouwen en outdoor accommodaties en die toegankelijk zijn voor het publiek of waar personeel tewerk gesteld wordt, moeten toegankelijk zijn voor personen met een verminderde mobiliteit. 2.7 Contextuele inpassing Elke aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning wordt beoordeeld volgens de voorschriften van de zone waarin zij gelegen is. Naast deze bepalingen per zone wordt elke aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning ook beoordeeld op zijn contextuele inpassing in zijn onmiddellijke omgeving. Het onderzoek van de geslaagdheid van de contextuele inpassing wordt minstens gebaseerd op: de harmonisch inpassing t.o.v. de aanpalende bebouwing en niet bebouwde ruimtes; architecturale en stedenbouwkundige uitwerking en afstemming op de omgeving; architecturale kwaliteit, functionaliteit en materialisatie; de hinderaspecten, privacy en comforteisen. 2.8 Kleuren en materialen Kleuren en materialen ondersteunen de continuïteit van de onmiddellijke omgeving of contrasteren er positief mee. De materiaalkeuze dient esthetisch verantwoord te zijn en dient harmonisch te worden ingepast ten opzichte van de aanpalende en/of omringende gebouwen en/of omgeving. Vrijblijvende geveldelen worden afgewerkt door de laatst bouwende met een gelijkaardig gevelmateriaal in harmonie met de voorgevel van de eerstbouwende. Een wachtgevel moet, indien er geen stedenbouwkundige aanvraag lopende is betreffende het aanpalende perceel, visueel kwalitatief afgewerkt worden zodat de gevel geen visueel storend element is in het straatbeeld. 2.9 Luifels en reclame Het aanbrengen van luifels en reclame aan de gevel is enkel toegelaten voor handels- en horecazaken en openbare gebouwen. De reclame houdt rechtstreeks verband met de benaming van de inrichting, het beroep, de handel of de activiteit uitgeoefend in het gebouw. Alle reclame wordt enkel op de voorgevel op een minimale afstand van 0,50m van de zijdelingse perceelsgrens aangebracht. Reclame parallel aan de gevelvlakken: de reclame heeft een maximale uitbouw ten opzichte van de rooilijn van 0,30m en bevindt zich op een minimale hoogte van 2,50m van het maaiveld. Reclame haaks op de gevelvlakken: de reclame heeft een maximale uitbouw ten opzichte van de rooilijn van 0,60m en bevindt zich op een minimale hoogte van 2,50m van het maaiveld.

13 13/56 04/ Zichtbare delen van platte daken Alle zichtbare delen van platte daken worden ingericht als terras of van een groendak voorzien Tuinen en afscheidingen De niet-bebouwde perceelsdelen moeten als groene tuinen worden ingericht. Verharding in de voortuinstrook beperkt zich tot de oprit en een pad naar de voordeur. Tuinafscheidingen in de voortuinstrook worden voorzien in een levende haag of in metselwerk met een maximale hoogte van 0,50m. Kolommen voor een afsluitingspoort of een brievenbus zijn toegestaan. Tuinafscheidingen op de overige perceelsgrenzen worden voorzien in houten schuttingen of levende hagen met een maximale hoogte van 2,00m, eventueel versterkt door draad en palen met een onderplaat met een maximale hoogte van 0,50m Bijgebouwen Per perceel is één vrijstaand bijgebouw toegelaten in de achtertuinstrook. De bijgebouwen moeten complementair zijn aan de residentiele hoofdbestemming. Enkel functies complementair aan het wonen en in functie van het bergen zijn mogelijk. De toegelaten oppervlakte is afhankelijk van de perceelsconfiguratie en bedraagt nooit meer dan 10% van de perceelsoppervlakte. Enkel bijgebouwen bestaande uit één bouwlaag zijn vergunbaar 2.13 Buffer- en infiltratievoorzieningen Als een buffervoorziening of een infiltratievoorziening wordt aangelegd dan bedraagt het buffervolume van de buffervoorziening minimaal 33 liter per vierkante meter afwaterende oppervlakte.

14 14/56 04/ Specifieke bepalingen Art. 1 Zone voor waterfront Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 1.01: Bestemming Hoofdbestemming: wonen Nevenbestemming: aan het wonen verwante voorzieningen, voor zover ze behoren tot de normale uitrusting van de woonomgeving en niet hinderlijk zijn voor het wonen. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: detailhandel met een netto handelsoppervlakte van maximaal 400m² per handelszaak; horeca; diensten en vrije beroepen; gemeenschapsvoorzieningen. Maximaal 50% van de bruto-vloeroppervlakte per perceel kan worden ingevuld door de nevenbestemming. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze qua schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving.

15 15/56 04/ Art. 1.02: Inrichting Inrichting Behoudens bestaande toestand en onderhouds- of instandhoudingswerken en stabiliteitswerken en verbouwingen, moeten uitbreidingen of nieuwbouw aan de volgende voorwaarden voldoen: 1 Aard van de bebouwing: Gesloten bebouwing. 2 Plaatsing van de bebouwing: De rooilijn is de verplichte bouwlijn. Insprongen in voor- en achtergevel zijn toegestaan vanaf de eerste verdieping op minstens 60 cm van de uiterste hoeken van de gevel. Uitbouwen zijn enkel in de voorgevel toelaten met een maximum van 60 cm tot op 60 cm van de uiterste hoeken van de voorgevel.

16 16/56 04/ Maximale bouwenveloppe voor de bebouwing gericht op de Polderstraat 3 Afmetingen van de bebouwing gericht op de Polderstraat De maximale bouwdiepte bedraagt 18,00m. Ondergrondse parkeergarages hebben een onbeperkte bouwdiepte. De minimale kroonlijsthoogte bedraagt 7,00m. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 10,00m. De maximale bouwhoogte bedraagt 13,00m. Er worden 4 bouwlagen toegestaan: 3 volwaardige bouwlagen en 1 bouwlaag boven de kroonlijst. De bouwlaag boven de kroonlijst moet worden uitgevoerd als een teruggetrokken bouwlaag. De hoogte van de teruggetrokken bouwlaag bevindt zich onder 45 ten opzichte van de maximale bouwlijn van voor- en achtergevel. Het terugtrekken van de bouwlaag boven de kroonlijst geldt niet ten opzichte van bebouwde of bebouwbare zijdelingse perceelsgrenzen. Dakvorm: platte daken.

17 17/56 04/ Maximale bouwenveloppe Referentiebeelden: Cederpark Hasselt 4 Afmetingen van de bebouwing gericht op de Vissersstraat (art. 6 en art. 14). Op het worden zones en omrand met een stippellijn. Binnen deze zones kan bebouwing opgericht worden die zich richt op de bestemmingszone Visserstraat (art. 6) of op de Visserstraat zelf (art. 14). Het oprichten van gebouwen gericht op de bestemmingszone Vissersstraat (art. 6) is pas mogelijk van zodra het openbaar domein gerealiseerd is. De bepalingen met betrekking tot de afmetingen van de bebouwing zijn afwijkend ten opzichte van de bebouwing gericht op de Polderstraat: De woningen worden opgetrokken uit 2 bouwlagen en 1 bouwlaag boven de kroonlijst. De bouwlagen boven de kroonlijst moeten worden uitgevoerd als een teruggetrokken bouwlaag. De hoogte van de teruggetrokken bouwlaag bevindt zich onder 45 ten opzichte van de maximale bouwlijn van voor en achtergevel. Het terugtrekken van de bebouwing boven de kroonlijst geldt niet t.o.v. bebouwbare zijdelingse perceelsgrenzen. Afmetingen van de bebouwing: o De kroonlijsthoogte aan de straatzijde bedraagt minstens 6,50m; o De maximale kroonlijsthoogte is gelijk aan de maximale bouwhoogte en bedraagt 10,00m; o De bouwdiepte bedraagt maximaal 12,00m in zone 1 en maximaal 18,00m in zone 2. Gevels pandsgewijs uit te voeren met variatie in gevelmaterialen. Verplicht platte daken.

18 18/56 04/ Binnen het plangebied zijn heel wat bovengrondse gegroepeerde garageboxen terug te vinden. Deze kunnen behouden blijven, maar de bijkomende bovengrondse ontwikkeling van garageboxen is niet wenselijk. 5 Autostandplaatsen: Per wooneenheid wordt voorzien in één overdekte autostaanplaats, hetzij ondergronds, hetzij bovengronds en onder volgende voorwaarden: Ondergrondse autostaanplaatsen zijn buiten de maximale bouwenveloppe toegestaan op voorwaarde dat bovenop het parkeerdak een kwalitatieve buitenruimte wordt ingericht. In geval van een bovengrondse autostaanplaats moet deze integraal deel uit maken van de architectuur van de woning en er fysiek mee verbonden zijn. Garages of garageboxen op maaiveldniveau die niet fysiek verbonden zijn met een woning of appartementsgebouw, zijn niet toegelaten. Bestaande vergunde garages en parkeerboxen op maaiveldniveau die niet fysiek verbonden zijn met een woning of appartementsgebouw, kunnen behouden blijven.

19 19/56 04/ Art. 2 Projectzone waterfrontontwikkeling Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke. Art. 2.01: Bestemming Hoofdbestemming: wonen Nevenbestemming: aan het wonen verwante voorzieningen, voor zover ze behoren tot de normale uitrusting van de woonomgeving, niet hinderlijk zijn voor het wonen en maximaal 50% van de totale vloeroppervlakte inneemt. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: detailhandel met een netto handelsoppervlakte van maximaal 400m² per handelszaak; horeca; diensten en vrije beroepen; gemeenschapsvoorzieningen, o.a. school. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze qua schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving. In deze zone is tevens de aanleg van openbare wegenis, openbare verharde en groene ruimte mogelijk.

20 20/56 04/ Art. 2.01: Inrichting De plaatsing en het ontwerp van de gebouwen binnen de projectzone waterfrontontwikkeling gebeurt vanuit een globaal samenhangend ruimtelijke concept voor de volledige projectzone waarbij minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan: Maximaal 50% van de oppervlakte van de projectzone kan worden bebouwd. Bebouwing bestaat uit maximaal 3 +1 bouwlagen: de brutovloeroppervlakte van de 4 de bouwlaag kan slechts 50% innemen van de onderliggende bouwlaag. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 10,00 meter, de maximale bouwhoogte bedraagt 13,00 meter. De dakvorm is vrij. De onbebouwde ruimte die niet als private tuin bij de gebouwen dient, moet worden ontworpen en aangelegd in afstemming met de openbare ruimte langs de Spuikom (zie art. 13). Per wooneenheid wordt minstens één overdekte autostaanplaats voorzien. Garages en carports worden hetzij ondergronds aangelegd, hetzij geïntegreerd in de architectuur van de bebouwing. De aanleg van garages en carports op maaiveldniveau die niet fysiek verbonden met een woning of appartementsgebouw, zijn niet mogelijk. De minimale afstand van de bebouwing tot aan de zonegrens met de aanpalende zone voor gesloten bebouwing (art. 7) wordt bepaald door de 45 -regel.

21 21/56 04/ De projectzone kan gefaseerd worden ontwikkeld waarbij elke fase in een logische verhouding moet staan tot de globale inrichting van het gebied. Een vergunningsaanvraag voor een deel van de projectzone mag de ontwikkeling van de overige delen niet hypothekeren. Daarom dient in geval van een gefaseerde ontwikkeling de mate waarin een vergunningsaanvraag zich verhoudt tot de toekomstige totale inrichting van het gebied te worden aangegeven in een inrichtingsstudie. De inrichtingsstudie is een informatief document dat wordt toegevoegd aan een vergunningsaanvraag met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag op de logische verhouding tot de totale inrichting van de projectzone. Elke nieuwe vergunningsaanvraag voor een fase van de projectzone dient een bestaande, een aangepaste of een nieuwe inrichtingsstudie te bevatten. Een inrichtingsstudie doet uitspraak over de volledige projectzone en omvat minstens de volgende elementen: Een schets waarop minstens volgende elementen worden verduidelijkt: o De inplanting van de gebouwen en constructies binnen de projectzone; o De ontsluiting van de projectzone en de interne wegenis; o De afstand tot de bebouwing in de onmiddellijke omgeving; o De omgevingsaanleg van de publieke delen. Het gabariet van de gebouwen. Na volledige realisatie van de projectzone dient een vergunningsaanvraag niet meer gepaard te gaan van een inrichtingsstudie.

22 22/56 04/ Art. 3 Zone voor gesloten en gegroepeerde bebouwing Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Onder vrije beroepen en diensten zonder loketfunctie moet worden verstaan: De uitoefening van een vrij beroep zoals een arts, notaris, architect, advocaat, Het thuiskantoor van een verzekeringsagent, kapper, grafisch vormgever, kinesist, schoonheidsbehandeling, De werkplaats van een tegelzetter, loodgieter, Werkplaatsen waar vaklui met andere woorden s morgens vertrekken en s avonds terug toekomen. Enkel functies waarvan het komen en gaan van de gebruikers overwegend op afspraak gebeurt, zijn toegelaten. Zo wordt de verkeersgeneratie gedoseerd. Handelszaken en diensten met loketfunctie (apotheker, bankfiliaal, postkantoor, bakker, slager, ) zijn binnen deze zone niet mogelijk. De vrije beroepen en diensten moeten zich discreet integreren in de woonomgeving. Art. 3.01: Bestemming Hoofdbestemming: wonen Nevenbestemming: vrije beroepen, kleinschalige toeristische logies met maximaal acht tijdelijke verblijfsgelegenheden en diensten zonder loketfunctie. Iedere niet-woonfunctie wordt gecombineerd met de woonfunctie en is beperkt tot het gelijkvloers met een maximale bruto vloeroppervlakte van 100m². Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze naar schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving.

23 23/56 04/ In de bestaande toestand zijn de woningen gegroepeerd opgesteld. De koploten bestaan uit gebouwen met 3 volwaardige gevels. Art. 3.02: Inrichting Behoudens bestaande toestand en onderhouds- of instandhoudingswerken en stabiliteitswerken en verbouwingen, moeten uitbreidingen of nieuwbouw aan de volgende voorwaarden voldoen: 1 Aard van de bebouwing: Gesloten of gegroepeerde bebouwing. 2 Kavelbreedte: Behoudens bestaande toestand is de minimale kavelbreedte 6,00m. 3 Plaatsing van de bebouwing: De inplanting van de voorgevel van bestaande bebouwing is maatgevend voor de inplanting van de voorgevel van nieuwe bebouwing. Insprongen in voor- en achtergevel zijn toegestaan 60 cm van de uiterste hoeken van de gevel. Uitbouwen zijn enkel in de voorgevel toelaten met een maximum van 60 cm tot op 60 cm van de uiterste hoeken van de voorgevel.

24 24/56 04/ Afmeting van de bebouwing: De maximale bouwdiepte op het gelijkvloers is 12,00m. De maximale bouwdiepte op de verdiepingen is 10,00m. De kroonlijsthoogte is: tot op een bouwdiepte van 10,00m, minimaal 6,00m en maximaal 9,00m. tot op een bouwdiepte van 12,00m, maximaal 4,00m. Er worden 4 bouwlagen toegestaan: 3 volwaardige bouwlagen en 1 onderdakse bouwlaag. Het is niet toegestaan meer dan 1 bewoonbare bouwlaag in de dakverdieping te voorzien. Tot op een bouwdiepte van 10,00m is de dakvorm vrij. Vanaf een bouwdiepte van 10,00m is een plat dak verplicht. Maximale bouwprofiel 5 Vormgeving: De koploten van een groep van gegroepeerde bebouwing worden met 3 volwaardige gevels uitgewerkt.

25 25/56 04/ Art. 4 Projectzone Spuikomlaan bebouwing Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 4.01: Bestemming Onder vrije beroepen en diensten zonder loketfunctie moet worden verstaan: De uitoefening van een vrij beroep zoals een arts, notaris, architect, advocaat, Het thuiskantoor van een verzekeringsagent, kapper, grafisch vormgever, kinesist, schoonheidsbehandeling, De werkplaats van een tegelzetter, loodgieter, Werkplaatsen waar vaklui met andere woorden s morgens vertrekken en s avonds terug toekomen. Enkel functies waarvan het komen en gaan van de gebruikers overwegend op afspraak gebeurt, zijn toegelaten. Zo wordt de verkeersgeneratie gedoseerd. Handelszaken en diensten met loketfunctie (apotheker, bankfiliaal, postkantoor, bakker, slager, ) zijn binnen deze zone niet mogelijk. De vrije beroepen en diensten moeten zich discreet integreren in de woonomgeving. Hoofdbestemming: wonen. Nevenbestemming: vrije beroepen, kleinschalige toeristische logies met maximaal acht tijdelijke verblijfsgelegenheden en diensten zonder loketfunctie. Iedere niet-woonfunctie wordt gecombineerd met de woonfunctie en is beperkt tot het gelijkvloers met een maximale bruto vloeroppervlakte van 100m². Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze naar schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving.

26 26/56 04/ Het project aan de overzijde van de Spuikomlaan is richtinggevend voor de volumetri van de bebouwing in deze bestemmingszone. Art. 4.02: Inrichting De plaatsing en het ontwerp van de bebouwing binnen de bestemmingszone projectzone Spuikomlaan bebouwing gebeurt vanuit in samenhang met het ontwerp en de inrichting van de bestemmingszone projectzone Spuikomlaan publieke groenzone (art. 5) en de te realiseren verbindingsweg tussen de projectzone Visserstraat (art. 6) en de Spuikomlaan waarbij minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan: De volledige zone van de projectzone Spuikomlaan kan bebouwd worden. De voorgevel van de bebouwing wordt ingeplant op de rooilijn met de Spuikomlaan. Er worden 4 bouwlagen toegestaan: 3 volwaardige bouwlagen en 1 bouwlaag boven de kroonlijst. De bouwlaag boven de kroonlijst moet worden uitgevoerd als een teruggetrokken bouwlaag. Ten opzichte van de gevels van de onderliggende bouwlagen dient De hoogte van de teruggetrokken bouwlaag bevindt zich onder 45 ten opzichte van de maximale bouwlijn van voor- en achtergevel. Het terugtrekken van de bouwlaag boven de kroonlijst geldt niet ten opzichte van bebouwde of bebouwbare zijdelingse perceelsgrenzen. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 10,00 meter. De maximale bouwhoogte bedraagt 13,00 meter. De dakvorm is vrij. Per wooneenheid wordt één overdekte autostaanplaats voorzien. Ondergrondse autostaanplaatsen zijn buiten de maximale bouwenveloppe toegestaan op voorwaarde dat bovenop het parkeerdak een kwalitatieve buitenruimte wordt ingericht. De niet bebouwde delen van de bestemmingszone worden ingericht als een continuering van de aanpalende bestemmingszone Projectzone Spuikomlaan publieke groenzone (art. 5).

27 27/56 04/ Art. 5 Projectzone Spuikomlaan publieke groenzone Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 5.01: Bestemming Het gebied is bestemd voor de ontwikkeling, de instandhouding en het herstel van een publieke groenzone die de link legt tussen het parkbos en het sportpark Spuikomlaan. De zone heeft ook een sociale functie. Met uitzondering van paden voor langzaam verkeer, verlichtingsapparatuur, straatmeubilair, speeltoestellen en verhardingen en infrastructuur in functie van sportactiviteiten zijn alle constructies verboden. Art. 5.02: Inrichting Alle delen die behoren tot deze bestemmingszone moeten als één geheel worden ervaren. De inrichting van de verschillende delen moet qua vormgeving en materialisatie op elkaar afgestemd zijn. De publieke groenzone mag niet worden afgesloten en moet publiek doorwaadbaar zijn. In de publieke groenzone die grenst aan de projectzone Spuikomlaan - bebouwing (art. 4) zijn ondergrondse garages toegelaten.

28 28/56 04/ Art. 6 Vissersstraat Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 6.01: Bestemming Onder vrije beroepen en diensten zonder loketfunctie moet worden verstaan: De uitoefening van een vrij beroep zoals een arts, notaris, architect, advocaat, Het thuiskantoor van een verzekeringsagent, kapper, grafisch vormgever, kinesist, schoonheidsbehandeling, De werkplaats van een tegelzetter, loodgieter, Werkplaatsen waar vaklui met andere woorden s morgens vertrekken en s avonds terug toekomen. Enkel functies waarvan het komen en gaan van de gebruikers overwegend op afspraak gebeurt, zijn toegelaten. Zo wordt de verkeersgeneratie gedoseerd. Handelszaken en diensten met loketfunctie (apotheker, bankfiliaal, postkantoor, bakker, slager, ) zijn binnen deze zone niet mogelijk. De vrije beroepen en diensten moeten zich discreet integreren in de woonomgeving. Hoofdbestemming: grondgebonden eengezinswoningen. Nevenbestemming: vrije beroepen, kleinschalige toeristische logies met maximaal acht tijdelijke verblijfsgelegenheden en diensten zonder loketfunctie. Iedere niet-woonfunctie wordt gecombineerd met de woonfunctie en is beperkt tot het gelijkvloers met een maximale bruto vloeroppervlakte van 100m². Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze naar schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving. In deze zone is tevens de aanleg van openbare wegenis, openbare verharde en groene ruimte mogelijk.

29 29/56 04/ Art. 6.02: Inrichting De plaatsing en het ontwerp van de gebouwen binnen de bestemmingszone Vissersstraat gebeurt vanuit een globaal samenhangend ruimtelijke concept voor de volledige zone waarbij minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan: De bebouwing bestaat uit gegroepeerde bebouwing van rijwoningen; De minimale kavelbreedte: 6,00m; Groene voortuinstroken zijn verplicht; Er is een bouwhoogte van 3 bouwlagen toegestaan: 2 volwaardige bouwlagen en 1 onderdakse bouwlaag. Het is niet toegestaan meer dan 1 bewoonbare bouwlaag in de dakverdieping te voorzien.; Volgende afmetingen worden gerespecteerd: o o o o De maximale bouwdiepte van het gelijkvloers: 12,00m; De maximale bouwdiepte van de verdieping: 10,00m; De maximale kroonlijsthoogte tot op een bouwdiepte van 12,00m bedraagt 3,50m. De maximale kroonlijsthoogte tot op een bouwdiepte van 10,00m bedraagt 7,00m. Maximale bouwprofiel Tot op een bouwdiepte 10,00m te meten vanaf de voorgevel is de dakvorm vrij. Vanaf een bouwdiepte 10,00m te meten vanaf de voorgevel is een plat dak verplicht. Per wooneenheid wordt minstens één overdekte autostaanplaats voorzien, hetzij op de eigen kavel, hetzij gebundeld met één of meerdere gemeenschappelijke overdekte carports of garageboxen binnen de projectzone. Ondergrondse autostaanplaatsen zijn buiten de maximale bouwenveloppe toegestaan op voorwaarde dat bovenop het

30 30/56 04/ parkeerdak een kwalitatieve buitenruimte wordt ingericht. De minimale afstand van de bebouwing binnen de bestemmingszone tot aan de zonegrens met de aanpalende zone voor gesloten en gegroepeerde bebouwing en de projectzone Spuikomlaan publieke groenzone (art. 5) bedraagt 4,00 meter. Te realiseren wegenis in de bestemmingszone wordt zo aangelegd dat de achterkanten van de percelen langs de Polderstraat kunnen afgesplitst worden in functie van bebouwing. De te realiseren wegenis in de bestemmingszone moet deze percelen ontsluiten. Tuinen en terrassen: De niet-bebouwde perceelsdelen moeten als groene tuinen worden ingericht. De verharding in de voortuinstrook beperkt zich tot de oprit en een pad naar de voordeur. Tuinafscheidingen in de voortuinstrook worden voorzien in een levende haag of in baksteenmetselwerk met een maximale hoogte van 0,5m. Kolommen voor een afsluitingspoort of een brievenbus zijn toegestaan. Tuinafscheidingen op de overige perceelsgrenzen worden voorzien in houten schuttingen of levende hagen met een maximale hoogte van 2m, eventueel versterkt door draad en palen met een onderplaat met een maximale hoogte van 0,50m. Kleinschalige constructies ter ondersteuning van de tuinfunctie mogen worden opgericht.

31 31/56 04/ Art. 7 Zone voor gesloten bebouwing Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 7.01: Bestemming Bestaande vergunde meergezinswoningen kunnen behouden blijven. Nieuwe projecten met meergezinswoningen worden niet toegelaten. Onder vrije beroepen en diensten zonder loketfunctie moet worden verstaan: De uitoefening van een vrij beroep zoals een arts, notaris, architect, advocaat, Het thuiskantoor van een verzekeringsagent, kapper, grafisch vormgever, kinesist, schoonheidsbehandeling, De werkplaats van een tegelzetter, loodgieter, Werkplaatsen waar vaklui met andere woorden s morgens vertrekken en s avonds terug toekomen. Enkel functies waarvan het komen en gaan van de gebruikers overwegend op afspraak gebeurt, zijn toegelaten. Zo wordt de verkeersgeneratie gedoseerd. Handelszaken en diensten met loketfunctie (apotheker, bankfiliaal, postkantoor, bakker, slager, ) zijn binnen deze zone niet mogelijk. De vrije beroepen en diensten moeten zich discreet integreren in de woonomgeving. Hoofdbestemming: grondgebonden eengezinswoningen. Nevenbestemming: vrije beroepen, kleinschalige toeristische logies met maximaal acht tijdelijke verblijfsgelegenheden en diensten zonder loketfunctie. Iedere niet-woonfunctie wordt gecombineerd met de woonfunctie en is beperkt tot het gelijkvloers met een maximale bruto vloeroppervlakte van 100m². Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze naar schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving.

32 32/56 04/ In de woningen op de percelen die op het verordend binnen de overdruk aanvullende functies worden gesitueerd zijn aanvullend aan de hoofd- en nevenbestemming zoals hierboven aangegeven ook volgende functies mogelijk: detailhandel met een netto handelsoppervlakte van maximaal 400m² per handelszaak; horeca; diensten met loketfuncties; gemeenschapsvoorzieningen. In de woningen op de percelen die op het verordend binnen de gele omlijning worden gesitueerd kan de invulling van de niet-woonfunctie over de volledige gelijkvloerse oppervlakte van de woning. De straten in deze zone vormen zichtassen naar de spuikom of de randen van het dorpsplein. De straatwanden moeten deze perspectieven ondersteunen en het zicht op de horizon focussen. Bij de opbouw van de straatwanden wordt daarom een gelijkmatige en strakke lijnvoering aangehouden. Het straatbeeld wordt bepaald door twee gesloten wanden van rijwoningen. Art. 7.02: Inrichting Behoudens bestaande toestand en onderhouds- of instandhoudingswerken en stabiliteitswerken en verbouwing, moeten alle uitbreidingen of nieuwbouw aan de volgende voorwaarden voldoen: 1 Aard van de bebouwing: Gesloten bebouwing. Bestaande vergunde gebouwen in een halfopen bebouwingspatroon kunnen ook bij herbouw of uitbreiding het halfopen bebouwingpatroon behouden. De andere stedenbouwkundige bepalingen blijven gelden.

33 33/56 04/ De rooilijn is de verplichte voorgevelbouwlijn. Uitsprongen uit deze straatwanden zijn niet toegestaan. Enkel beperkte insprongen in de gevel zijn toegestaan bijvoorbeeld voor de uitwerking van een inpandig terras, een carport, een fietsenstalling. Bij de uitwerking van deze insprongen wordt er voor gezorgd dat het gevelvlak loodrecht op de bouwlijn blijft.... Om de zichtlijnen te versterken, worden de kroonlijsthoogte en dakvorm vastgelegd. Samen met de andere zones voor gesloten bebouwing wordt gestreefd naar een gesloten bouwblok. 2 Plaatsing van de bebouwing: De rooilijn is de verplichte bouwlijn. In- en uitsprongen zijn toegestaan voor erker, inpandig terras, e.d.in de voorgevel. De maximale uitsprong bedraagt 60 cm uit de voorgevel en houdt een minimale afstand van 60 cm ten opzichte van de uiterste hoeken. In elke aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning wordt de opbouw van de voorgevel duidelijk weergegeven en wordt aangetoond dat het voornaamste deel van de voorgevel onder de kroonlijst in het vlak loodrecht op de bouwlijn is opgericht. Uitpandige terrassen op de achtergevel zijn niet toegestaan. De bebouwing op de percelen die grenzen aan percelen uit een andere bestemmingszone respecteert een afstand van minstens 3 meter ten opzichte van de zijdelingse kavelsgrens. Binnen de delen van de percelen die worden aangeduid met een overdruk bouwvrije strook kan geen bebouwing worden opgericht. 3 Afmetingen van de bebouwing: De maximale bouwdiepte op het gelijkvloers is 15,00m; De maximale bouwdiepte op de verdiepingen is 12,00m; De maximale kroonlijsthoogte bedraagt: tot op een bouwdiepte van 12,00m te meten vanaf de voorgevel 7,00 m. tussen 12,00m en 15,00m bouwdiepte te meten vanaf de voorgevel 4,00m. Een hellend dak kan enkel voorzien worden over de eerste 8m van

34 34/56 04/ de bouwdiepte. De maximale dakhelling bedraagt 45% en de nok moet evenwijdig zijn aan de voorgevelbouwlijn. Er worden 2 volwaardige bouwlagen en 1 onderdakse bouwlaag toegestaan. Het is niet toegestaan meer dan 1 bewoonbare bouwlaag in de dakverdieping te voorzien. Maximale bouwenveloppe Het betreft hier de hoekpercelen rond het Plovieplein. Van bovenstaande bepalingen met betrekking tot de bouwdiepte kan worden afgeweken voor de hoekpercelen die op het worden aangeduid met een overdruk afwijkende voorschriften m.b.t. de bouwenveloppe. Op deze percelen is de bouwdiepte vrij te kiezen op voorwaarde dat de maximale bebouwingindex (B/T) 0,62 ten opzichte van de maximale bebouwbare oppervlakte van het perceel.

35 35/56 04/ Bepaalde percelen zijn toegankelijk via een pad dat de garageboxen en carports die achteraan op het perceel zijn gebouwd, ontsluit. 4 Autostandplaatsen: Indien een garage of carports wordt voorzien, maakt deze integraal deel uit van de architectuur van de woning en is deze er fysiek mee verbonden. Voor percelen die via een secundaire toegang langs de achterkant bereikbaar zijn, kan afgeweken worden van de verplichting dat de garage of carport een integraal deel moet uitmaken van de architectuur van de bebouwing en er fysiek mee verbonden is. In deze gevallen is het oprichten van een vrijstaande garage of carport in de tuinzone toegestaan. De garage of carport bestaat uit maximaal één bouwlaag. De ontsluiting van de garage of carport gebeurt via de secundaire toegang.

36 36/56 04/ Art. 8 Projectzone Unescostraat Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 8.01: Bestemming Onder vrije beroepen en diensten zonder loketfunctie moet worden verstaan: De uitoefening van een vrij beroep zoals een arts, notaris, architect, advocaat, Het thuiskantoor van een verzekeringsagent, kapper, grafisch vormgever,kinesist, schoonheidsbehandeling, De werkplaats van een tegelzetter, loodgieter, Werkplaatsen waar vaklui met andere woorden s morgens vertrekken en s avonds terug toekomen. Enkel functies waarvan het komen en gaan van de gebruikers overwegend op afspraak gebeurt, zijn toegelaten. Zo wordt de verkeersgeneratie gedoseerd. Handelszaken en diensten met loketfunctie (apotheker, bankfiliaal, postkantoor, bakker, slager, ) zijn binnen deze zone niet mogelijk. De vrije beroepen en diensten moeten zich discreet integreren in de woonomgeving. Hoofdbestemming: eengezinswoningen. Nevenbestemming: vrije beroepen, kleinschalige toeristische logies met maximaal acht tijdelijke verblijfsgelegenheden en diensten zonder loketfunctie. Iedere niet-woonfunctie wordt gecombineerd met de woonfunctie en is beperkt tot het gelijkvloers met een maximale bruto vloeroppervlakte van 100m². Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze naar schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving. In deze zone is tevens de aanleg van openbare wegenis, openbare verharde en groene ruimte mogelijk. In afwachting van de realisatie van de bestemming eengezinswoningen, kan de zone tijdelijk als huisvesting voor de school worden gebruikt.

37 37/56 04/ Art. 8.02: Inrichting De plaatsing en het ontwerp van de gebouwen binnen de projectzone Unescostraat gebeurt vanuit een globaal samenhangend ruimtelijke concept voor de volledige projectzone waarbij minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan: Maximale bouwprofiel bij platte daken. De woningen worden geplaatst in een stedenbouwkundig patroon van gesloten bouwblokken naar analogie met de omgeving. Waar de nieuwe bebouwing aansluiting zoekt bij de bestaande bebouwing kan afgeweken worden van de verplichting om gesloten bouwblokken te vormen. Het project sluit aan op de korrelgrootte van het omringende weefsel door de maat van de nieuwe kavels af te stemmen op de maat van de kavels van de Nukkerwijkstraat. Het project draagt bij tot het beeld van een aaneengesloten stedelijk woonweefsel in afzonderlijke panden waarbij een pandsgewijze opbouw en een verticale geleding van de gevels vereisten zijn. De minimale kavelbreedte bedraagt 5,00m, de maximale kavelbreedte bedraagt 9,00m. De woningen worden opgetrokken uit 2 bouwlagen en een beperkte 3 de bouwlaag: de bruto-vloeroppervlakte van de 3 de bouwlaag kan slechts 50% innemen van de onderliggende bouwlaag. De dakvorm is vrij. Afmetingen van de bebouwing: o De maximale bouwdiepte bedraagt 15,00m op het gelijkvloers en 12,00m op de verdiepingen; o De kroonlijsthoogte aan de straatzijde bedraagt minstens 6,00m; o De maximale kroonlijst tot op een bouwdiepte van 12,00 bedraagt 10,00m in geval van platte daken en 7,00m in geval

38 38/56 04/ van hellende daken; o De maximale kroonlijst tot op een bouwdiepte van 15,00m bedraagt 4,00m. Per wooneenheid wordt voorzien in één overdekte autostaanplaats (garage of carport). Deze autostaanplaats wordt voorzien; o Hetzij bij de individuele woning. In dat geval dient de garage of carport integraal deel uit te maken van de architectuur van de woning en er fysiek mee verbonden te zijn; o Hetzij gegroepeerd met één of meerdere autostaanplaatsen binnen de projectzone. De minimale afstand van de bebouwing binnen de projectzone tot aan de achterste kavelsgrens van de percelen in de aanpalende zone voor gesloten bebouwing (art. 7) bedraagt 4,50 meter. Elke woning beschikt over een achtertuin van minstens 5,00 meter diep. Maximale bouwprofiel bij hellende daken

39 39/56 04/ De projectzone kan gefaseerd worden ontwikkeld waarbij elke fase in een logische verhouding moet staan tot de globale inrichting van het gebied. Een vergunningsaanvraag voor een deel van de projectzone mag de ontwikkeling van de overige delen niet hypothekeren. Daarom dient in geval van een gefaseerde ontwikkeling de mate waarin een vergunningsaanvraag zich verhoudt tot de toekomstige totale inrichting van het gebied te worden aangegeven in een inrichtingsstudie. De inrichtingsstudie is een informatief document dat wordt toegevoegd aan een vergunningsaanvraag met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag op de logische verhouding tot de totale inrichting van de projectzone. Elke nieuwe vergunningsaanvraag voor een fase van de projectzone dient een bestaande, een aangepaste of een nieuwe inrichtingsstudie te bevatten. Een inrichtingsstudie doet uitspraak over de volledige projectzone en omvat minstens de volgende elementen: Een schets waarop minstens volgende elementen worden verduidelijkt: o De inplanting van de gebouwen en constructies binnen de projectzone. o De afstand tot de bebouwing in de onmiddellijke omgeving. o De omgevingsaanleg van eventuele publieke delen. o De manier waarop de autostaanplaatsen in de projectzone worden georganiseerd. Duidelijkheid over het gabariet van de gebouwen. Na volledige realisatie van de projectzone dient een vergunningsaanvraag niet meer gepaard te gaan van een inrichtingsstudie.

40 40/56 04/ Art. 9 Zone voor grootschalige bebouwing langs de Fritz Vinckelaan Deze zone valt onder de categorie van gebiedsaanduiding wonen in overeenstemming met art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Art. 9.01: Bestemming Hoofdbestemming: wonen. Nevenbestemming: aan het wonen verwante voorzieningen, voor zover ze behoren tot de normale uitrusting van de woonomgeving en niet hinderlijk zijn voor het wonen. Onder aan het wonen verwante voorzieningen worden verstaan: detailhandel met een netto handelsoppervlakte van maximaal 400m² per handelszaak; horeca; diensten en vrije beroepen; gemeenschapsvoorzieningen. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze qua schaal en ruimtelijk impact verenigbaar zijn met de omgeving.

41 41/56 04/ Art. 9.02: Inrichting Behoudens bestaande toestand en onderhouds- of instandhoudingswerken en stabiliteitswerken, moeten alle verbouwingen, uitbreidingen of nieuwbouw aan de volgende voorwaarden voldoen: 1 Aard van de bebouwing: Gesloten bebouwing. De bebouwing in deze zone accentueert het Plovieplein langs de wand van de Fritz Vinckelaan. In de bestaande structuur is reeds een recent project volgens een meer grootschalig volume uitgevoerd. Het aanpalende perceel kan de wand van het Plovieplein ter hoogte van de Fritz Vinckelaan versterken. 2 Algemene aanblik: De bebouwing in deze zone accentueert het Plovieplein langs de Fritz Vinckelaan. 3 Plaatsing van de bebouwing: De rooilijn is de verplichte bouwlijn.

42 42/56 04/ Maximaal bouwprofiel 4 Afmetingen van de bebouwing: De maximale bouwdiepte op het gelijkvloers is 15,00m. De maximale bouwdiepte op de verdiepingen is 12,00m. De kroonlijsthoogte is: o o tot op een bouwdiepte van 12,00m, minimaal 6,00m en maximaal 10,00m. tot op een bouwdiepte van 15,00m, maximaal 4,00m. De maximale bouwhoogte bedraagt 13,00m. Er worden 3 volwaardige bouwlagen en 1 onderdakse of achteruitgeschoven bouwlaag boven de kroonlijst toegelaten. Deze onderdakse of achteruitgeschoven bouwlaag kan gerealiseerd worden binnen een profiel onder een hoek van 60 ten opzichte van de voorgevelbouwlijn. Het is niet toegestaan meer dan 1 bewoonbare bouwlaag in de dakverdieping te voorzien. Alleen (half)ondergrondse parkeergarages hebben een onbeperkte bouwdiepte op het gelijkvloers. Buiten de maximale bouwenveloppe zoals hierboven beschreven bedraagt de maximale bouwhoogte van een halfondergrondse garage 2m boven het maaiveldniveau.