Focus op co-makership
|
|
- Josephus van der Horst
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 16 juni 2011 Focus op co-makership Onderzoekspublicatie Werkplekleren is een samenwerking tussen ROC Eindhoven en Fontys, Lunetzorg, Vitalis en de Gemeente Eindhoven
2
3 Focus op co-makership Onderzoekspublicatie over de wijze waarop het kader voor werkplekleren in de regio Eindhoven tot stand is gekomen Dimphy Hooijmaijers Fontys Hogescholen Perry den Brok Eindhoven School of Education Inge van de Veerdonk ROC Eindhoven Innovatiearrangement Werkplekleren Regionaal Onderzoek regio Eindhoven In opdracht van ROC Eindhoven Juni 2011
4
5 Inhoud 1. Focus op co-makership Literatuuronderzoek Focusgroepen Opzet van de focusgroepen Meest opvallende resultaten van beide focusgroepen per onderwerp Aanbevelingen op basis van de resultaten Ontwerp van een stappenplan en checklist om te komen tot co-makership Checklist Stappenplan De procedure in de praktijk Algemene conclusies en aanbevelingen voor gebruik Referenties Bijlage Stappenplan onderzoekspublicatie 1
6
7 1. Focus op co-makership Leren op de werkplek in het beroepsonderwijs staat volop in de belangstelling, met name in het kader van competentiegericht onderwijs. Daarbij staan vooral de motiverende elementen van werkplekleren voor studenten centraal. Werkplekleren wordt aangestuurd vanuit twee organisaties (school en bedrijf/instelling) met verschillende belangen en logica: de logica van onderwijs en de logica van productie. Deze twee belangen lopen niet altijd parallel. Comakership, waarbij de beroepspraktijk en de opleiding het leren op de werkplek in nauwe samenwerking vormgeven, is daardoor een kwestie van onderhandelen en afspraken maken met elkaar. Werkplekleren slaagt alleen bij wederzijds vertrouwen en respect tussen school en bedrijf/instelling. ROC Eindhoven is samen met arbeidsorganisaties al enige tijd, onder de noemer werkplekleren, in de regio op zoek naar een optimale invulling van het leren in de praktijk, waarbij enerzijds de talenten van de studenten het uitgangspunt zijn en anderzijds zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de wensen en mogelijkheden van de regionale bedrijven. In dit proces wordt het verbeteren van het leerproces van studenten gekoppeld aan een betere invulling van de taakverdeling en de verantwoordelijkheden van opleiding en beroepspraktijk. De ondersteuning en de begeleiding van de (leer)loopbaan van de student staat hierbij centraal. De doelstellingen bij het verbeteren van het leerproces van de studenten zijn: - Het vergroten van de effectiviteit van het leren in de praktijk (integraal leereffect) door een, op basis van (effect)onderzoek, verbeterde invulling van het leren in de praktijk/op de werkplek; - Een optimale rol- en taakverdeling tussen onderwijs en beroepspraktijk in het kader van praktijkleren/komen tot een optimale begeleidingsmethodiek; - Een flexibele organisatie van het leren in de praktijk met het oog op meer maatwerk voor de studenten; - Het (beter) verbinden van theoretische ondersteuning en praktische uitvoering, in tijd en ruimte. Om dit te kunnen bewerkstelligen is het van belang om meer duidelijkheid te creëren rond het begrip werkplekleren. Wat verstaan we onder het begrip werkplekleren en hoe willen we daar in de regio Eindhoven vorm aan geven? Binnen het Doorbraakproject Werkplekleren (WPL), gefinancierd door het HPBO, werkt ROC Eindhoven aan een verbeterproject gericht op begeleiding van studenten die leren op de werkplek. Daarnaast is er een verbeterproject gericht op visievorming en afstemming tussen werkplek en opleiding. Deze publicatie gaat over dat verbeterproject. Bij de start van het Doorbraakproject WPL bleek uit de instellingsrapportage van IVA (2009) dat binnen de regio een zeer gevarieerd beeld bestaat over wat men onder werkplekleren verstaat en hoe men het vormgeeft. Om tot een betere afstemming in de rol- en taakverdeling tussen opleiding en beroepspraktijk te komen, is binnen de regio Eindhoven een stappenplan voor werkplekleren ontwikkeld. In dit stappenplan zijn enkele onderwerpen benoemd waarover de school en het bedrijf/instelling tenminste afspraken maken en waarover zij overeenstemming bereiken om het leerrendement van studenten te borgen. Het stappenplan is te gebruiken bij het vormgeven van werkplekleren op nieuwe werkplekken (welke procedure moet je volgen om een gemeenschappelijk kader voor werkplekleren te formuleren?). Daarnaast is het te gebruiken bij bestaande werkplekken die hun werkwijze en afspraken omtrent het werkplekleren willen verbeteren. Een andere eis aan het stappenplan was dat het zelfstandig gevolgd kan worden door de betrokkenen, die afspraken willen maken over een bepaalde werkplek. Het gebruik van het stappenplan heeft een meerwaarde als het gaat om: - Het bewustzijn over de onderwerpen die van belang zijn bij werkplekleren. Het brengt in kaart welke afspraken er al zijn gemaakt én welke afspraken nog niet zijn gemaakt over de betreffende onderwerpen Stappenplan onderzoekspublicatie 3
8 - De mogelijkheid om gefundeerd verbeterpunten te formuleren en te komen tot verbetering van de kwaliteit wat betreft het leren op de werkplek. Om het stappenplan te ontwerpen, zijn de volgende stappen gezet: - Stap 1: Literatuuronderzoek Om de aspecten van werkplekleren in kaart te brengen, waarover afspraken gemaakt moeten worden is literatuuronderzoek gedaan. Er is bijvoorbeeld gebruik gemaakt van de review van IVA Leren door werk (Poortman en Visser, 2008) en van de Instellingsrapportage werkplekleren regio Eindhoven van IVA (2010). De aspecten zijn verzameld in een interviewleidraad voor een focusgroep. - Stap 2: Focusgroepen Bij twee instellingen zijn focusgroepen gehouden op verschillende niveaus in de organisatie. Naast het maken van afspraken over de aspecten, zijn deze focusgroepen ook gehouden om te achterhalen of de onderwerpen die uit de literatuur als relevant naar voren kwamen, ook als relevant werden ervaren door de school en de instelling waar het werkplekleren plaatsvindt. Daarnaast is bekeken welke onderwerpen voor welk niveau van de organisatie relevant en zinvol zijn om te bespreken. - Stap 3: Beschrijven van het stappenplan en de checklist voor co-makership (zie bijlage 1) Op basis van de bevindingen uit de focusgroepen is een checklist gemaakt. Deze checklist kunnen de deelnemers aan de focusgroep gebruiken om van gedachten te wisselen en om tot overeenstemming te komen. De checklist kan voorafgaand aan de bespreking door (een aantal van) de deelnemers worden ingevuld. Tijdens de bespreking kunnen de onderwerpen waarover nog verschil van inzicht bestaat, verder besproken worden. De checklist bevat ook een handleiding. Hierin staat beschreven hoe deze geanalyseerd kan worden en welke relevante punten boven tafel komen. - Stap 4: Uitproberen van de checklist De checklist is uitgeprobeerd bij twee werkplekken en daarna geëvalueerd. - Stap 5: Aanpassen van de checklist op basis van de evaluatie. In de volgende hoofdstukken worden de gevolgde methode en resultaten per stap beschreven Stappenplan onderzoekspublicatie 4
9 2. Literatuuronderzoek In het kader van het landelijke onderzoek naar werkplekleren is een review rond werkplekleren uitgevoerd door Cindy Poortman en Karel Visser (2008). Hierin wordt een aantal punten benoemd rond de samenwerking bij werkplekleren tussen bedrijf/instelling en school, die vragen oproepen. Poortman en Visser noemen een belangrijk verschil tussen bedrijven/instellingen en scholen waaruit een aantal andere verschillen en mogelijk probleemsituaties af te leiden zijn: - Het verschil in doelrationale: het primaire doel van een school of opleiding is een zo hoog mogelijk leerrendement voor studenten. Dat is ook bij het leren in de praktijk van toepassing. Het primaire doel van een bedrijf/instelling is het leveren van diensten of producten op een zo efficiënte en effectief mogelijke manier. Het opleiden en mogelijk maken van leren van studenten is hooguit een afgeleid doel (namelijk het opleiden van toekomstige bekwame collega s en werknemers) dat soms zelfs haaks staat op efficiënt en effectief produceren of leveren van diensten. Wanneer een hulpvraag van een cliënt bijvoorbeeld niet aansluit bij het leerproces van de student gaat die hulpvraag voor en komt het leren van de student op de tweede plaats. En in de meeste gevallen kunnen machines niet langzamer draaien of stilgezet worden, omdat dit beter aansluit bij het leerproces van de student. Toch blijkt uit een studie in Duitsland, (Dehnborstel, 2008, in Poortman en Visser 2008) dat wanneer het proces kan worden aangepast aan het leerproces van de student, dit een hoger leerrendement oplevert. Hoewel de belangen van stagebedrijven en instellingen niet precies dezelfde zijn als die van de opleiding of de student, onderstrepen zij vaak wel het belang van opleiden van nieuwe werknemers. Zij zijn ervan overtuigd dat de praktijk daarin een belangrijke rol moet spelen. Uit de casestudie van IVA in het kader van het Doorbraakproject WPL (2010) en uit de review van Poortman en Visser (2008) blijkt dat het beeld bestaat dat men in de praktijk pas écht het vak leert. Hiervoor is echter nauwelijks bewijs. Het leerrendement (kennis opbouw, inzicht in het nieuw geleerde handelingsrepertoire) van de beroepspraktijk, is lang niet altijd zo hoog als verwacht. Dat heeft te maken met die verschillen in doelrationale, met de mate waarin leren in de beroepspraktijk echt mogelijk gemaakt wordt (denk hierbij aan de leertijd en het mogen/kunnen maken van fouten), met de mate waarin begeleiders op de werkplek toegerust zijn om leerprocessen te begeleiden (zowel in uren als in begeleidingskwaliteiten) en met de afstemming tussen school en bedrijf/instelling. Deze afstemming is ook van invloed op de mate waarin de student zich goed kan voorbereiden op het leren en werken betreffende werkplek. Het is voor studenten van belang dat zij een goede start hebben bij het werkplekleren. Hiervoor is een goed beeld van wat er van hen verwacht wordt op de werkplek en van de werkplek zelf noodzakelijk. Niet alleen de sfeer en een beeld van de werkzaamheden die de student gaat uitvoeren, blijken van belang te zijn. Ook welke werkhouding wordt verwacht en of de werkzaamheden met de verwachtingen van de student overeenkomen, zijn van belang bij een goede voorbereiding. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het draaien van avond- of weekenddiensten in de zorg, het niet automatisch hebben van schoolvakanties en het hebben van onregelmatige werktijden. Studenten moeten op de leerwerkplek de mogelijkheid krijgen om écht te leren, dat wil zeggen dat zij de theoretische concepten die ze tijdens de opleiding leren, kunnen oefenen of toepassen in de beroepspraktijk en dat ze leren om hun handelingsrepertoire te verbeteren en te verrijken. Om dit goed te kunnen doen is een veilige leeromgeving nodig, waarin een student fouten mag maken en waarin de student met voldoende ondersteuning en begeleiding vakbekwaam wordt. Dit stelt eisen aan de werkbegeleider. Deze is niet alleen inhoudsdeskundig, maar kan een student ook uitleggen, waarom hij bepaalde handelingen op een bepaalde manier uitvoert en welke (praktijk-) kennis daaraan ten grondslag ligt. Daarnaast geeft hij de student de gelegenheid om steeds een stapje verder te komen, door iets nieuws aan te bieden, door Stappenplan onderzoekspublicatie 5
10 complexere werkzaamheden aan te bieden, door geleidelijk meer zelfstandigheid te vragen of door vragen te stellen over of feedback te geven op het leerproces en de leeractiviteiten van de student. De werkbegeleiders uit de regio Eindhoven hebben een training gehad om de student te kunnen begeleiden (IVA, 2010). In de eerste stuurgroepvergadering van het HPBOproject werkplekleren in de regio Eindhoven (dd. 20 februari 2009) geven de stuurgroepleden expliciet aan dat er behoefte is aan extra aandacht en training op dit gebied. Ook uit ander onderzoek blijkt dat het goed kunnen begeleiden van studenten, zowel op in de beroepspraktijk als op school, niet vanzelfsprekend is (o.a. Mittendorff, 2010 en Koopman, 2010). De mate waarin studenten op verschillende werkplekken handelingsbekwaam zijn, hangt sterk samen met de mate waarin studenten hun handelen kunnen verantwoorden op basis van theorie en vaardigheden (transfer). De begeleider heeft hierbij een cruciale rol, als rolmodel (hij verantwoordt zelf ook steeds zijn handelen) of door het koppelen van het handelen aan theorie (en vaardigheden). Op deze manier leren studenten de opgedane kennis en handelingen los te koppelen van de specifieke context waarin ze zijn geleerd, de zogenaamde decontextualisering (Poortman en Visser, 2008). Een student moet de beroepspraktijkvorming met een voldoende afsluiten om zijn diploma te behalen. Ook vindt een deel van de examinering plaats in de beroepspraktijk. Uit de rapportage van IVA (2010) blijkt dat bij de opleidingen geëxamineerd wordt in de beroepspraktijk of dit nog aan het ontwikkelen zijn. Onderwijs en beroepspraktijk zoeken naar vormen waarin de beroepspraktijk ook zeggenschap krijgt in het beoordelen van het praktijkgedeelte, zonder dat de opleiding hierbij de eindverantwoordelijkheid verliest. De opleiding is immers wettelijk verantwoordelijk voor het afgeven van het diploma. De communicatie tussen school en beroepspraktijk moet op de verschillende niveaus (van het management tot de werkbegeleiders) goed geregeld zijn om de studenten goed voor te bereiden op het leren en werken in de beroepspraktijk. Zo moet er een goede afstemming zijn ten aanzien van de leerdoelen, ten aanzien van de begeleiding bij die leerdoelen en ten aanzien van de beoordeling en examinering. Bovengenoemde aspecten kunnen het leerrendement van de studenten beïnvloeden. Wanneer deze aspecten in samenspraak (onderwijs en beroepspraktijk) zo optimaal mogelijk zijn vormgegeven, is het leerrendement van de studenten groter en wordt het leerrendement meer gewaarborgd. Om te komen tot optimale afspraken en samenwerking tussen beroepspraktijk en onderwijs is in de regio Eindhoven een stappenplan ontwikkeld. Aan de hand van dit stappenplan kunnen de school en het bedrijf/instelling een zo optimaal mogelijke leerwerkplek voor studenten creëren. Door te werken met dit kader kunnen ze tot comakership komen en maatwerk voor de studenten op deze werkplek bieden. 3. Focusgroepen 3.1 Opzet van de focusgroepen Bij dit verbeterproject zijn focusgroepen gehouden op de verschillende niveaus (van het management tot de werkbegeleiders en studenten). Deze onderzoeksmethode leent zich goed voor dit verbeterproject, omdat de deelnemers elkaar kunnen aanvullen met betrekking tot de onderwerpen die aan bod komen. Zo ontstaat er vanuit verschillende perspectieven een breed beeld op wat er daadwerkelijk in de praktijk gebeurt op het gebied van werkplekleren. Tevens ontstaat er een beeld over wat de deelnemers wenselijk achten op dat gebied. Door de werkelijke situatie en de wensen in kaart te brengen, kunnen in een later stadium voorstellen worden gedaan om tot consensus te komen over die onderwerpen waarbinnen nog verschil van visie bestaat. De laatste bijeenkomst van de focusgroep wordt dan ook besteed aan het komen tot consensus en het opstellen van een visiedocument, waarin alle betrokken partijen zich kunnen vinden. Bij een focusgroep is het van belang dat alle deelnemers voldoende aan het woord kunnen komen. Een ideale focusgroep bevat daarom ongeveer acht deelnemers. Bij dit verbeterproject is uitgegaan van drie groepen deelnemers: (1) management en coördinatie, (2) uitvoerende partijen en (3) studenten die leren op de werkplek Stappenplan onderzoekspublicatie 6
11 Deze indeling is gemaakt om personen met verschillende verantwoordelijkheden in de organisatie te betrekken. Zij zijn op andere niveaus bij het leren op de werkplek betrokken, namelijk aansturing, uitvoering en ondergaan van begeleiding. Voor de invulling van de verschillende groepen kan gedacht worden aan de volgende functies: Deelnemers aan focusgroep Management en coördinatie Uitvoerende partijen Studenten Functies Management van de werkplek Management van de school Begeleider/praktijkopleider BPV-coördinator Praktijkopleider van de werkplek (verschillende niveaus) BPV-begeleider van de school (mbo verschillende niveaus) Docent Instructeur Stagebegeleider (hbo) Studenten van de verschillende opleidingen en verschillende opleidingsniveaus Tijdens de focusgroepen is gewerkt met een zogenaamde topicklok en een leidraad. Deze zijn samengesteld op basis van het literatuuronderzoek. Op de topicklok konden de deelnemers zien welke onderwerpen aan bod zouden komen en in welke volgorde. De begeleiders van de focusgroepen hadden een leidraad met dezelfde onderwerpen in dezelfde volgorde, eventueel aangevuld met verdiepende vragen. Niet alle onderwerpen zijn voor alle drie de doelgroepen even diepgaand te bespreken. Met name studenten hebben niet direct met alle aspecten te maken en zijn mede daardoor niet van alle onderwerpen voldoende op de hoogte. De volgende onderwerpen zijn besproken: - Visie op leren - Leren en leereffect - Management - HRM en scholingsbeleid - Begeleiding - Toetsing en assessment - Curriculumontwikkeling - Plaatsingsbeleid en sequens - Voorbereiding/koppeling praktisch handelen en theoretische ondersteuning - Communicatie/samenwerking - Wat levert werkplekleren op? De focusgroepen zijn op twee plaatsen uitgevoerd: (1) bij de leerafdeling van Lunet zorg, en (2) bij de carrousel van Facilitaire Dienstverlening bij Vitalis woonzorggroep. De leerafdeling van Lunetzorg Bij de leerafdeling hebben drie focusgroepen plaatsgevonden in het voorjaar van 2010; één met de werkbegeleiders, één met het management en één met studenten. Bij de eerste twee waren zowel de scholen als de beroepspraktijk vertegenwoordigd. Bij de studenten waren de verschillende opleidingen en opleidingsniveaus vertegenwoordigd. Vervolgens is op basis van de focusgroepleidraad, de analyses en de resultaten een nieuwe variant van de checklist om tot een kader voor co-makership te komen opgesteld. Deze checklist bevat per onderwerp stellingen die aan de hand van de later bijgevoegde handleiding kunnen worden ingevuld en geanalyseerd Stappenplan onderzoekspublicatie 7
12 De carrousel van FD bij Vitalis woonzorggroep Bij de focusgroepen die gehouden zijn bij de woonzorggroep van Vitalis is de vernieuwde checklist voor het eerst gebruikt. Deze checklist is bij de start van de bijeenkomst ingevuld en is ter plekke geanalyseerd. Dit bleek een tijdrovend karwei te zijn. Nu wordt aanbevolen om de checklists tijdig voor de bijeenkomst aan de deelnemers te geven, ze in te laten vullen en te analyseren. Op die manier is de informatie voor de bijeenkomst van de focusgroep al in kaart gebracht en kan het gesprek direct plaatsvinden. De vernieuwde checklist bleek goed te werken. De leerafdeling van Lunet zorg en de carrousel bij Vitalis woonzorggroep hebben als resultaat van de focusgroepen een rapportage gekregen, waarin een samenvatting is gegeven van de stand van zaken en waarin aanbevelingen zijn gedaan voor het verbeteren van het comakership tussen opleiding(en) en beroepspraktijk. In deze rapportages zijn de opvallende verschillen en overeenkomsten tussen de deelnemers aan de focusgroepen opgenomen. Ook de aangegeven wensen en zorgen zijn weergegeven. Op basis hiervan zijn aanbevelingen gedaan voor het verbeteren van het co-makership. 3.2 Meest opvallende resultaten van beide focusgroepen per onderwerp Visie op leren Op één van deze werkplekken ontbreekt op dit moment een visie op leren door fusies en wisselingen in het management. Dit wordt als een groot gemis ervaren, omdat de uitvoeringspraktijk niet getoetst kan worden aan de visie van de instelling. Juist bij wisseling van leidinggevenden of bij fusies is houvast belangrijk. Een door de hele organisatie gedragen visie of werkwijze kan hierbij een belangrijke leidraad zijn. Leren en leereffect Studenten leren tijdens hun stage vooral professioneel handelen (niveau 4) en basisvaardigheden (niveau 2). Daarnaast leren zij omgaan met de specifieke doelgroep, te weten mensen met een zeer ernstige verstandelijke beperking. Ze verwerven een goed beroepsbeeld, omdat ze intensief kennismaken met het beroep. Ze raken bekend met wat het beroep vraagt in relatie tot hun eigen handelingsbekwaamheid. De studenten zetten theorie om in handelen en leren communiceren. Management Zowel uitvoerenden als leidinggevenden vinden het belangrijk dat het begeleiden van werkplekleren voldoende gefaciliteerd wordt. In de praktijk blijkt dat er soms te weinig tijd wordt vrijgemaakt voor het begeleiden van de studenten (bijvoorbeeld door de hoge werkdruk). HRM en scholingsbeleid Werkbegeleiders en docenten worden geschoold om studenten te begeleiden. De meesten volgen ook een assessorentraining. Toch geven zowel uitvoerenden als leidinggevenden aan dat een eenmalige training niet voldoende is. Om goed feedback te kunnen geven, de goede vragen te kunnen stellen en goed te kunnen beoordelen, is onderhoud van deze vaardigheden nodig. Begeleiding Alle partijen vinden het meest belangrijk dat er drie keer per jaar een gesprek plaatsvindt met de school, de beroepspraktijk en de student. Fronter (elektronische leeromgeving van ROC Eindhoven) kan aanvullend ondersteuning bieden in de begeleiding van studenten, maar alleen als alle partijen voldoende gefaciliteerd en gedisciplineerd zijn om regelmatig via dit medium te communiceren Stappenplan onderzoekspublicatie 8
13 In de praktijk zijn er twee uitvoeringsmodellen. Bij het eerste model volgt de begeleidende docent de student. Een voordeel van dit model is, dat de begeleider de student goed kent. Dit model kost de begeleider echter relatief veel tijd aan het plannen van afspraken op de werkplek en aan het reizen naar en van de werkplek. Bij het tweede model begeleidt de begeleidende docent alle studenten die leren op dezelfde werkplek bij een bepaalde instelling. Dit model kost relatief weinig reistijd en vraagt minder organisatie, maar de begeleider kent de studenten (zeker in het begin) minder goed. Ten aanzien van het formuleren van leerdoelen valt op dat studenten van niveau 2 niet iedere dag een leerdoel (of leerdoelen) formuleren. Als ze dit wel doen, dan evalueren ze die leerdoelen niet structureel aan het einde van de dag. Dit maakt het moeilijker voor werkbegeleiders om gericht feedback te geven. Toetsing en assessment Toetsing blijft voor iedereen een punt van aandacht: beoordelen is moeilijk. Begeleiders vinden het moeilijk om een onvoldoende te geven. Daarnaast is het moeilijk om een kritische beoordeling zo te verwoorden dat een student weet wat hij vervolgens kan doen om zichzelf te verbeteren. Theoretische kennis en praktische vaardigheden worden nog los van elkaar getoetst. De theorie wordt geëxamineerd op school, de praktische vaardigheden (of handelingen) op in de beroepspraktijk. Dit is niet ideaal, omdat beide met elkaar verbonden zijn. Curriculumontwikkeling Het samen ontwikkelen van opleidingsmateriaal heeft volgens de betrokkenen de volgende voordelen: 1) De branche komt meer of duidelijker aan bod in de opleiding. 2) Er is sprake van kennisuitwisseling. De theoretische kennis en het praktisch handelen zijn met elkaar verbonden in casussen, zowel vanuit de praktijk (practice based evidence: als in de praktijk blijkt dat iets werkt, hoe kunnen we dat dan met behulp van theorie verklaren of ondersteunen) als vanuit de theorie (evidence based practice: als uit onderzoek blijkt dat iets goed werkt, hoe kunnen wij dat dan in de praktijk toepassen). 3) Er ontstaan waardevolle contacten tussen school en werkplek. 4) Docenten geven workshops op de werkplek en werkbegeleiders geven workshops op school. Voor brede opleidingen als Facilitaire Dienstverlening kan het lastiger zijn om de werkplek te betrekken bij curriculumontwikkeling, omdat het werkveld divers van aard is. Plaatsingsbeleid en sequens Er is beperkte keuzevrijheid van studenten als het gaat om plaatsing. Hierdoor zijn studenten niet altijd tevreden over hun plaatsing, waardoor ze minder gemotiveerd zijn. Zeker aan het einde van de opleiding is het (in het kader van het leerproces) noodzakelijk om deel uit te maken van de personele bezetting. Op deze manier kunnen studenten oefenen om in complexe situaties zelfstandig het overzicht te houden. Na diplomering wordt dit immers ook van studenten verwacht. Studenten ervaren dit tevens als een prettige voorbereiding op hun proeve van bekwaamheid. Voorbereiding/koppeling praktijk en theorie Een goede voorbereiding en de mogelijkheid om opgedane kennis in de praktijk te brengen wordt door alle betrokkenen als belangrijk ervaren. Basisvaardigheden (afspraken nakomen, respectvolle omgang met bewoners, verantwoordelijkheid nemen, taalgebruik) behoeven meer aandacht, zowel op school als op de werkplek. Bij een lintstage ontbreekt soms de directe koppeling van het praktisch handelen met de theorie. De aangeboden theorie sluit dan niet aan bij de handelingen die de studenten verrichten op de werkplek. Het leerproces op school en het leerproces op de werkplek zijn Stappenplan onderzoekspublicatie 9
14 dan onvoldoende met elkaar verbonden. Het afstemmen van het opleidingsprogramma op school met de leermogelijkheden op de werkplek kan verbeterd worden. Communicatie/samenwerking Op alle niveaus wensen de deelnemers aan de focusgroepen meer structureel contact in de begeleidingsdriehoek (docent, werkbegeleider, student). Niet alleen in Fronter, maar ook in gesprekken en bijeenkomsten. Op één van de twee werkplekken ontbreekt op dit moment een beschreven en gedragen visie. Dat maakt het aanspreken van personen op hun (mogelijke) verantwoordelijkheden moeilijk. Wat levert werkplekleren op? Er worden een aantal opbrengsten door betrokkenen genoemd als uitkomsten voor werkplekleren: - Een wakkere kijk op zorg : je bent je steeds bewust waarom je dingen doet zoals je ze doet, omdat je dat steeds moet verantwoorden naar je studenten toe. De kwaliteit van de zorg neemt toe. - Personeel werven wordt makkelijker. Als studenten hebben kennis gemaakt met de instelling en de doelgroep weten ze waarvoor ze kiezen. Dat geldt ook voor de afdelingen: ze hebben de studenten aan het werk gezien en weten dus waar ze voor kiezen. - Binnen het branchegericht opleiden, waarbij school en beroepspraktijk samen schrijven aan het opleidingsprogramma verwachten de betrokkenen minder problemen bij de aansluiting theorie/praktijk. - Werkplekleren levert werknemers op die een realistisch beroepsbeeld hebben en die reflecteren op hun handelen. - Er ontstaat een professionele en optimale samenwerking tussen bedrijf/instelling en school. 3.3 Aanbevelingen op basis van de resultaten Op basis van de resultaten zijn aan beide instellingen afzonderlijk enkele aanbevelingen gedaan. Deze zijn hieronder per onderdeel samengevat. Visie vastleggen in beleid De school en de beroepspraktijk bij één werkplek geven aan dat door management- en personeelswisselingen en door recente fusies de visie op werkplekleren opnieuw expliciet moet worden vormgegeven. Op basis van die nieuwe (of hernieuwde) visie kunnen het personeels- en scholingsbeleid opnieuw worden vormgegeven of beschreven. Zo mist men bijvoorbeeld zowel op school als bij de instelling inzicht in hoeveel tijd een begeleider geacht wordt te investeren in een student. Ook moet de nieuwe visie aanknopingspunten bieden voor evaluaties en kwaliteitszorg, zodat beleid kan worden bijgesteld. Intervisie werkbegeleiders Tevens moet regelmatig (bijvoorbeeld één keer per zes weken) intervisie/werkoverleg georganiseerd worden voor werkbegeleiders. Op die manier kunnen zij begeleidings- en beoordelingsvaardigheden onderhouden en van elkaar leren. Een hulpmiddel hierbij kan een methodische aanpak zijn, zodat leerresultaten over een langere termijn ook voor de werkbegeleiders zelf zichtbaar worden. Als ook de docenten een rol krijgen in de intervisie/werkoverleg, vindt er meer kennisuitwisseling plaats tussen opleiding en beroepspraktijk. De docenten van school kunnen bijvoorbeeld een rol spelen bij de coaching of professionalisering van begeleidingsvaardigheden en/of beoordelingsvaardigheden van de werkbegeleiders. Samen werken aan curriculumontwikkeling Er dient continuïteit te worden gebracht in het samen werken aan opleidingsmateriaal voor het curriculum vanwege de redenen die op de pagina hiervoor zijn genoemd. Het afstemmen van Stappenplan onderzoekspublicatie 10
15 het onderwijsprogramma op school met het programma op de werkplek krijgt hierdoor meer aandacht en een betere afstemming kan het gevolg zijn. Meer aandacht voor basisvaardigheden Basisvaardigheden (afspraken nakomen, respectvolle omgang met bewoners, verantwoordelijkheid nemen, taalgebruik) behoeven met name voor niveau 2 meer aandacht, zowel op school als op de werkplek. Hieraan kan verbetering optreden door en meer aandacht aan te besteden in het opleidingsprogramma en tijdens intervisiebijeenkomsten. Voorbereiding op de stage Er ligt een wens om meer te doen aan verwachtingenmanagement bij de studenten voordat ze op stage gaan. Sommige studenten hebben geen goed beeld van de instelling en de cliënten die binnen deze instelling wonen. De school kan samen met de beroepspraktijk de studenten een beter beeld geven van de werkplek en de cliënten. Tevens kunnen zij een beter beeld geven van wat ervan de studenten verwacht wordt wat betreft houding en regels die gelden op de werkplek. Continuïteit waarborgen Het waarborgen van continuïteit voor studenten die van een kleine afdeling komen, is van belang. Binnen het opleidingsbeleid moet aandacht zijn voor mogelijke maatregelen bij langdurige uitval van docenten, zodat de BPV-begeleiding gewaarborgd blijft. Afstemming in de begeleidingsdriehoek Er moet hernieuwde aandacht voor de begeleidingsdriehoek zijn. Deze driehoek is erg belangrijk in de afstemming tussen school en beroepspraktijk ten aanzien van de voortgang van de student. Als (studie)-loopbaanbegeleiders (docenten) een rol krijgen in de intervisiebijeenkomsten voor studenten en/of werkbegeleiders draagt dit bij aan de kwaliteit van de begeleiding van de studenten en aan de afstemming tussen school en werkplek. Verbeteren intervisie studenten Wat studenten leren tijdens de intervisie lijkt los te staan van de rest van de begeleiding. Een meer methodische aanpak, die ingebed is in bijvoorbeeld het POP/PAP/portfolio van de studenten kan het leereffect verhogen Stappenplan onderzoekspublicatie 11
16 4. Ontwerp van een stappenplan en checklist om te komen tot comakership 4.1 Checklist Op basis van de eerder genoemde twee verbeterprojecten met de focusgroepen en de eerste concept checklist, is een uiteindelijke checklist geconstrueerd. Hierbij is rekening gehouden met de ontwerpeis, dat de checklist door iedere nieuwe en iedere bestaande werkplek zelfstandig gebruikt moet kunnen worden, waarbij het eindproduct een (afspraken)kader voor samenwerking of een verbeterplan kan zijn. De checklist (zie bijlage voor de definitieve versie) bevat alle onderwerpen die na aanleiding van de eerdere focusgroepen overeenkomsten of verschillen hebben opgeleverd. De checklist is voorzien van een handleiding, waarin alle stappen zijn beschreven die gezet moeten worden: van het uitdelen en laten invullen van de checklist tot het opstellen van een verbeterplan of kader. In de checklist zijn allerlei onderwerpen opgenomen die ingaan om de opvattingen over werkplekleren en de consequenties ervan voor de organisatie. We hebben geprobeerd de checklist zo compleet mogelijk te maken. Deze checklist vormt de basis om (meer) gemeenschappelijke opvattingen over werkplekleren te formuleren en om te komen tot een (meer) sluitende organisatie van dat werkplekleren. 4.2 Stappenplan 1) Selecteren, benaderen en informeren van de betrokkenen 2) Plannen en voorbereiden van de bijeenkomsten 3) Houden van de bijeenkomsten 4) Analyseren en beschrijven van de bevindingen 5) Opstellen verbeterplan (eventueel) 6) Evalueren verbeterplan De checklist en bijbehorende werkwijze is besproken met de stuurgroep van het Doorbraakproject WPL, met name omdat deze variant erg uitgebreid is. De stuurgroep heeft op dat moment de voorkeur uitgesproken om de checklist in deze uitgebreide variant uit te proberen en op basis van de evaluaties eventueel in te korten. De checklists en het stappenplan zijn uitgeprobeerd bij twee werkplekken: de Leerafdeling Welzijn van Lunetzorg en het Projectbureau Sport van Sport en Bewegen en een afdeling van de Gemeente Eindhoven (SEN). In beide gevallen zijn de stappen uit het plan gevolgd en hebben twee focusgroepen plaatsgevonden: één met leidinggevenden en één met uitvoerenden. Uit de evaluatie blijkt dat de checklist voor zowel het uitvoerende als het leidinggevende niveau onderwerpen bevatten die niet relevant zijn voor dat niveau. In de eindversie van het stappenplan bij het instrument is daarom een aanbeveling gedaan welke onderwerpen voor te leggen aan welke groep. De terminologie die in het onderwerp assessment en beoordelen wordt gebruikt, zorgt bij de werkbegeleiders voor verwarring. De werkbegeleiders konden de vragen niet invullen, maar vertelden in de evaluatie dat zij een observatietoets afnemen. Blijkbaar roept assessment een ander beeld op dan een observatietoets. Op dit punt is de checklist aangepast. 4.3 De procedure in de praktijk Hieronder worden bij wijze van voorbeeld de resultaten beschreven van één van de afdelingen die gewerkt heeft met het stappenplan. De checklist is voor de eerste focusgroep uitgezet Stappenplan onderzoekspublicatie 12
17 onder leidinggevenden van de opleiding en van de werkplek zelf en voor de tweede focusgroep onder werkbegeleiders en docenten. In dit voorbeeld is een deel van de checklist met de resultaten van de werkbegeleiders uitgewerkt, waarbij de letters X, Y, Z en O staan voor de resultaten van vier werkbegeleiders ( werkbegeleider X, werkbegeleider Y, werkbegeleider Z en werkbegeleider O ). BEGELEIDING l Er wordt expliciet gebruik gemaakt van een bepaalde methodiek om studenten te begeleiden Zo ja: welke methodiek is dat dan? Het BPV-boek vanuit de opleiding, maar dat is niet echt een methode (2x) Zie cursus methodisch opleiden in de BPV voor methodieken die gebruikt worden 1 a Studenten leren door begeleid stapsgewijs steeds zelfstandiger, steeds complexere taken uit te voeren 1 b Studenten worden doorlopend begeleid O W X Z O XZ W 2 Er wordt structureel gebruik gemaakt van feedback om het leerproces van studenten te ondersteunen XZ 2 a Studenten krijgen gevraagd en ongevraagd feedback op hun handelen Z XO 2 b Studenten krijgen vooral feedback op hun producten XZ -W W 2 c Studenten krijgen vooral feedback op taken en opdrachten XZ - W 2 d Studenten stellen (structureel) aan het begin van iedere werkdag een leerdoel centraal X' Z?W 2 e Studenten krijgen (structureel) aan het einde van iedere werkdag feedback op het door hen centraal gestelde leerdoel XZ?W 2 f Deze feedback is cyclisch van aard (wat was je doel, hoe heb je daaraan gewerkt en wat kan eventueel nog beter) XZ? W 2 g Deze feedback is gericht op de voortgang van het proces (vooruitkijkend naar een doel voor de volgende dag) XZ W 2 h Deze feedback wordt gekoppeld aan het beroep(sbeeld) of de beroepsidentiteit van de student XZ W 3 De begeleiding is zo georganiseerd dat het leerproces van de student optimaal wordt ondersteund X 3 a Minimaal drie keer per jaar vindt er een begeleidingsgesprek plaats over de voortgang van de student, waarbij student, werkbegeleider en een docent van XZ O W school aanwezig zijn 3 b Studenten kunnen ook van elkaar leren XZ OW 3 c Ouderejaars studenten begeleiden jongerejaars studenten bij het leren XZ OW 3 d Er vinden supervisiebijeenkomsten plaats, waar studenten casussen in kunnen brengen?? Z W 4 De begeleiding is structureel aandacht voor de koppeling praktijk/theorie X? 4 a Het leerproces dat plaatsvindt bij de supervisiebijeenkomsten heeft een duidelijke koppeling met het leerproces van de leerling op zijn werkplek? O W 4 b Het leerproces dat plaatsvindt bij de supervisiebijeenkomsten heeft een duidelijk koppeling met de theorie op school?? W 4 c Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor de verslaglegging van het leerproces (reflecties e.d.) X OW 5 Studenten kunnen hulp op maat vragen bij hun leerproces X O 5 a Studenten kunnen altijd om feedback vragen XO Z W 5 b Studenten kunnen hulp vragen bij het theoretisch onderbouwen van hun handelen XZ W De resultaten van alle ingevulde checklists zijn geanalyseerd door de praktijkopleider samen met een coördinator van de opleiding. Zij hebben een samenvatting gemaakt en hebben O XZ W Stappenplan onderzoekspublicatie 13
18 gekeken naar opvallende verschillen op basis hiervan de agenda voor de beide focusgroepen opgesteld. Tijdens de bijeenkomst van de focusgroepen zijn aantekeningen gemaakt, die de basis vormen voor verbeteracties en het verbeterplan. Hieronder is het voorbeeld van deze werkplek per onderwerp beschreven. Visie op leren De geschreven visienotitie (juli 2010) is helder. De visie vanuit de werkplek kan nog beter worden gekoppeld aan de visie van ROC Eindhoven. Leren en leereffect De meerwaarde om studenten van elkaar te laten leren wordt erkend. Er ontstaat eerder een veilige situatie voor de studenten als zij ervaringen delen. De tweedejaars studenten stimuleren zichzelf en de eerstejaars studenten in het methodisch werken. Een verbeterpunt is om de tweede-, derde en vierdejaars studenten bij de start beter te begeleiden in het begeleiden van de eerstejaars studenten. Management In de opstart van de leerafdeling is het management van instelling steeds betrokken bij alle ontwikkelingen. Vanuit ROC Eindhoven was er minder betrokkenheid vanuit het management bij de opstart van de leerafdeling. HRM-/scholingsbeleid Vanuit de instelling is er een verplichte cursus voor werkbegeleiders ( methodisch opleiden in de BPV ). Deze cursus heeft duidelijk meerwaarde. ROC Eindhoven geeft aan dat het niveau van werkbegeleiders binnen de instelling wat betreft de begeleiding van studenten hoog ligt. Vanuit ROC Eindhoven wordt jaarlijks uitleg gegeven over de opleiding. Het beoordelen van studenten is soms verwarrend. Werkbegeleiders interpreteren beoordelingscriteria verschillend. Als de opleiding verandert, kan hier extra verwarring door ontstaan. ROC Eindhoven kan hier tijdens de uitleg van de opleiding extra bij stilstaan. Ook vanuit de praktijkopleiders wil men de deskundigheid van werkbegeleiders bevorderen, o.a. op het gebied van beoordelen. Begeleiding Er is vanuit werkbegeleiders, roc en praktijkopleiders geen zicht op de leerdoelen die de studenten hebben t.a.v. het werken en leren op de leerafdeling. De studenten hebben de eerste periode daardoor teveel gezwommen. Dit willen we ondervangen door de eerste bijeenkomst voor iedereen een uitleg te geven over de leerafdeling. Daarnaast moeten de studenten alle notulen naar alle betrokken partijen mailen, zodat iedereen zicht heeft op waar zij mee bezig zijn. Curriculumontwikkeling De koppeling van theorie en praktijk (vaardigheden, handelingen) komt tijdens begeleidingsgesprekken naar voren. Voor de eerstejaars is dit nog moeilijk. De tweedederde- en vierdejaars stimuleren de eerstejaars studenten wel om met bepaalde methodieken te werken, omdat zij dit op school en tijdens stage ook al doen. De docent van de opleiding geeft aan dat de studenten die vanuit de leerafdeling weer naar school komen vaak met meer bagage (positief!) terug komen. Plaatsingsbeleid Het is belangrijk dat studenten een keus hebben. Dit bevordert de motivatie in de beroepspraktijk/op de werkplek. De kans op vroegtijdig stoppen op de werkplek is kleiner. De beeldvorming van de gehandicaptenzorg is niet altijd duidelijk voor studenten. Om een goede Stappenplan onderzoekspublicatie 14
19 beeldvorming te bevorderen, worden gastlessen gegeven waarbij cliënten meegaan naar het roc. Andere afdelingen gaan dit ook doen om de beeldvorming te verbeteren. Voorbereiding/koppeling theorie en praktijk Op school worden de studenten onvoldoende voorbereid op het leren en werken op een leerafdeling. Deze voorbereiding kan in de toekomst beter. Binnen de leerafdeling zoeken de coördinator van de opleiding en de praktijkopleider frequenter afstemming met de studenten. Communicatie/samenwerking In grote lijnen (visienotitie, juli 2010) is duidelijk wat er moet gebeuren en wat er van iedereen verwacht wordt. In de uitwerking bleek dit niet altijd toereikend te zijn voor de studenten. Er wordt wel snel lering getrokken uit eerdere situaties. Er worden nu tussentijdse evaluaties gepland en de evaluaties worden vastgelegd in notulen. Aan het einde van het schooljaar vindt een grote evaluatie plaats waarop de notitie aangepast kan worden. 4.4 Algemene conclusies en aanbevelingen voor gebruik Tevredenheid over het experiment en de daaruit voortgekomen instrumenten Het stappenplan en de checklist(s) zijn in de verschillende stadia van ontwikkeling op vier verschillende plekken uitgeprobeerd. Op al deze plekken waren deelnemers aan de focusgroepen (leidinggevenden, werkbegeleiders) en anderen bereid om hun tijd en energie in het verbeterproject te steken. Het verbeterproject op deze plekken heeft geleid tot aanbevelingen of een verbeterplan. Tijdens de gesprekken spreken de deelnemers aan de focusgroep hun waardering uit voor het mee kunnen en mogen denken over de ontwikkeling van werkplekleren op hun afdeling. Dit vergroot hun betrokkenheid bij het leerproces van de student op de werkplek. Het feit dat zowel vertegenwoordigers van de opleiding als vertegenwoordigers van het bedrijf/instelling aan tafel zitten, maakt het mogelijk om elkaar aan te spreken op gesignaleerde knelpunten en om begrip te vragen voor elkaars context en de daarmee samenhangende verschillen. Het maakt het ook mogelijk om samen na te denken over mogelijke oplossingen voor die knelpunten. Uit de gesprekken blijkt dat deze directe vorm van communicatie over relevante onderwerpen helpt om tot verbeteringen in de samenwerking te komen en op die manier tot meer comakership. Uit evaluaties blijkt dat de instrumenten op enkele punten verbeterd kunnen worden. Het betrof met name de grote hoeveelheid onderwerpen en de terminologie die gebruikt wordt. Deze verbetervoorstellen zijn in de definitieve versie aangepast. Kennis en bewustwording m.b.t. co-makership Tijdens het invullen van de checklist en tijdens de bijeenkomst van de focusgroep, denken de betrokkenen na over de relevante onderwerpen, over de knelpunten die optreden bij comakership en over hun eigen handelen met betrekking tot die knelpunten. Dat brengt een denkproces op gang, waarbij niet alleen de knelpunten, maar ook de mogelijke oplossingen of verbeterpunten aan de orde komen. De betrokkenen krijgen zicht op de bijdrage die ze zelf (kunnen) leveren aan het optimaliseren van de leermogelijkheden en leerrendementen van studenten op deze werkplek. Ze krijgen ook meer zicht op de kwaliteiten en mogelijkheden die de werkplek wel of niet te bieden heeft met betrekking tot het leerproces van de student. Ook krijgen de betrokkenen van de werkplek meer zicht op waar ze specifieke aanvullingen van de opleiding kunnen gebruiken als het gaat om begeleiden, toetsen en theoretische of programmatische ondersteuning. Door de focusgesprekken worden knelpunten duidelijk, zowel tussen opleiding en werkplek, als tussen het beeld dat het management heeft van de gang van zaken en het beeld van de uitvoerenden. De focusgesprekken geven ook de gelegenheid om mogelijke oplossingen te verkennen Stappenplan onderzoekspublicatie 15
20 Het feit dat er enige tijd tussen het invullen van de checklist en de focusgroep zit, maakt dat iedereen nadenkt over de mogelijke knelpunten. Het maakt reflectie mogelijk. Resultaten van het inzetten van de instrumenten Concreet zijn er in het kader van dit verbeterproject twee rapportages met aanbevelingen en een verbeterplan geschreven. Het tweede verbeterplan zit in de pen op het moment van het ter perse gaan van deze publicatie. De betreffende werkplekken gaan met deze plannen aan de slag. Maar naast deze concrete resultaten zijn er ook procesresultaten te benoemen. Het praten met elkaar in focusgroepen brengt bewustwording teweeg ten aanzien van het eigen handelen en de mogelijkheden om dit te verbeteren, al dan niet met behulp van andere betrokken partijen. Leeropbrengsten voor studenten De verwachting is dat de leeropbrengsten van de studenten op de langere termijn gunstig beïnvloed worden door de betere samenwerking en afstemming tussen school en beroepspraktijk. Het is echter nog te vroeg om hierin concreet resultaten te kunnen meten. Referenties IVA. (2010) Casestudies regio Eindhoven. Rapport. Tilburg: IVA. Koopman, M. (2010). Students goal orientations, information processing strategies and knowledge development in competence-based pre-vocational secondary education. Proefschrift. Eindhoven: ESoE/TUe. Mittendorff, K. (2010). Career conversations in senior secondary vocational education. Proefschrift. Eindhoven: ESoE/Tue. Poortman, C., & Visser, K. (2008). Leren door werk: de match tussen deelnemer en werkplek. Rapport. s Hertogenbosch: ECBO. Vijfeijken, M. Van, & Kat, M.P. (2009). Instellingsrapportage Werkplekleren Eindhoven. Rapport. Tilburg: IVA Stappenplan onderzoekspublicatie 16
Focus op co-makership
04 juli 2011 Focus op co-makership Een stappenplan om te komen tot een kader voor werkplekleren Werkplekleren is een samenwerking tussen ROC Eindhoven en Fontys, Lunetzorg, Vitalis en de Gemeente Eindhoven
Nadere informatieOpgesteld door: Denise Bijman (ecbo), Ingrid Christoffels (Kennismakelaar Kennisrotonde) en Sandra Beekhoven (Kennismakelaar Kennisrotonde)
Opgesteld door: Denise Bijman (ecbo), Ingrid Christoffels (Kennismakelaar Kennisrotonde) en Sandra Beekhoven (Kennismakelaar Kennisrotonde) Vraagsteller: Docent mbo Referentie: Kennisrotonde. (2018). Heeft
Nadere informatieDe ideale stageplek voor de HBO en de MBO student
De ideale stageplek voor de HBO en de MBO student Aanleiding Het WOZ streeft naar kwalitatief en kwantitatief passend opleiden voor Zorg en Welzijn in West-Brabant 2020. Vanuit het werkoverleg zorg (WOZ)
Nadere informatieEindverslag stage jaar 1
Eindverslag stage jaar 1 In de stagegids jaar 1 kun je alle achtergrondinformatie over de stage vinden. In de bijlage van de stagegids staat ook een overzicht (tabel) met alle documenten die van belang
Nadere informatieFocus op begeleiding
04 juli 2011 Focus op begeleiding Een begeleidingsmodel voor werkplekleren van studenten op het mbo Werkplekleren is een samenwerking tussen ROC Eindhoven en Fontys, Lunetzorg, Vitalis en de Gemeente Eindhoven
Nadere informatieKinderopvang Heyendael
Hoofdstuk: 5.5 (Personeel) Titel: Werkwijze en beleid tav stagiaires Procesbewaker: Praktijkopleider Bladzijden: 1 t/m 4 Kinderopvang Heyendael Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Soorten stageplekken 3. Organisatie
Nadere informatieDe leukste plek om te. leren. Versterken van het contact tussen docenten en coaches op de leerafdeling. Verbetering van de communicatie werkt!
De leukste plek om te leren Versterken van het contact tussen docenten en coaches op de leerafdeling Verbetering van de communicatie werkt! Aanleiding In opdracht van het ROC Midden Nederland (ROC MN)
Nadere informatieScan Werkplekleren BRON. Inleiding
Inleiding Je wilt aan de slag met werkplekleren binnen jouw organisatie, omdat bijvoorbeeld de markt verandert of omdat er veel medewerkers komen en gaan. Maar in hoeverre is de organisatie er er op ingericht?
Nadere informatieRollen, verantwoordelijkheden en taken docent-praktijkopleider-werkbegeleider-teamleider (leerafdelingen)
Rollenmatrix Rollen, verantwoordelijkheden en taken docent-praktijkopleider-werkbegeleider-teamleider (leerafdelingen) Toelichting vooraf: o Als uitgangsmateriaal zijn de overzichten van taken en verantwoordelijkheden
Nadere informatieSamenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland
BIJLAGE: Samenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland Pagina 1: Effecten bij leerlingen Effecten bedrijven - onderwijs Toelichting: De percentages onder het kopje Nul zijn de uitersten
Nadere informatieCompetentieprofiel Werkbegeleider
Competentieprofiel Werkbegeleider Calibris Kenniscentrum voor leren in de praktijk in Zorg, Welzijn en Sport Postbus 131 3980 CC Bunnik T 030 750 7000 F 030 750 7001 I www.calibris.nl E info@calibris.nl
Nadere informatiePlan van aanpak Coaching 1
Plan van aanpak Coaching 1 Opdrachtgever: ROC Leiden Ter Haarkade 6a Docent-Mentor ROC Leiden M. Wesseling (m.wesseling@rocleiden.nl) 06-83014442 Opdracht: Het begeleiden/coachen van een eerstejaars student
Nadere informatieINTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme
INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS duurzame plaatsing van werknemers met autisme 1 Welkom bij toolbox AUTIPROOF WERKT Autiproof Werkt is een gereedschapskist met instrumenten die gebruikt kan worden bij
Nadere informatieToelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem
Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner Bij iedere vraag uit de veranderplanner is hier een korte toelichting gegeven. Dit kan helpen bij het invullen van de vragen van de Veranderplanner. 1.
Nadere informatieBox 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO
Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel
Nadere informatieVersterking van LOB in de doorlopende leerlijn vmbo-mbo
Stimuleringsproject LOB in het mbo Versterking van LOB in de doorlopende leerlijn vmbo-mbo Visie ontwikkelen in regionale inspiratiebijeenkomsten Wat verstaan we eigenlijk onder loopbaanoriëntatie en -begeleiding
Nadere informatieBeroeps Praktijk Vormingsplan
Beroeps Praktijk Vormingsplan Hoofdstuk en artikelindeling 1. Algemene informatie 1.1 Inleiding 1.2 Doelgroep 1.3 Profiel erkende gastouder als leerbedrijf 1.4 Profiel bemiddelingsmedewerker 1.5 Profiel
Nadere informatieKWALITEITSONDERZOEK MBO. Zorgcampus Rotterdam BV
KWALITEITSONDERZOEK MBO Zorgcampus Rotterdam BV Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 30NZ Onderzoeksnummer : 294248 Datum onderzoek : 19 oktober 2017 Datum vaststelling : 14 december 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding...
Nadere informatieBeeldvorming als Leidraad voor Leiderschap
Beeldvorming als Leidraad voor Leiderschap in de reflectie zie je de bron Effectief Leiderschap.. een persoonlijke audit U geeft leiding aan een team, een project of een afdeling. U hebt veel kennis, u
Nadere informatieFocus op begeleiding. Een Onderzoekspublicatie. begeleidingsmodel voor werkplekleren van studenten op het mbo
1604 november juli 2011 2010 Focus op begeleiding Een Onderzoekspublicatie begeleidingsmodel voor werkplekleren van studenten op het mbo Focus op begeleiden Komen tot een model voor het begeleiden van
Nadere informatieStrategisch Opleidingsbeleid
Strategisch Opleidingsbeleid Achtergrondinformatie en tips om zelf aan de slag te gaan In deze handreiking vindt u de volgende onderwerpen: Wat is strategisch opleidingsbeleid? Hoe komt u tot strategisch
Nadere informatieSW-B-K1-W3 (C) Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf
SW-B-K1-W3 (C) Versterkt de eigen kracht van de groep Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt
Nadere informatieInhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89
Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op
Nadere informatieSpinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept
Spinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept Dit document beschrijft het model dat binnen het netwerk ontwikkeld wordt om: Aan de ene kant te dienen als een leidraad om
Nadere informatieKWALITEITSJAARVERSLAG EXAMINERING
KWALITEITSJAARVERSLAG EXAMINERING Cursusjaar 2009 2010 ROC Zeeland Cluster Welzijn Versie 1.0 Vastgesteld in Examencommisie Welzijn d.d. 16-06-2011 Kwaliteitsjaarverslag Examinering ROC Zeeland, cluster
Nadere informatieVan ambitie naar collectief leren. Masterclass 2
Van ambitie naar collectief leren Masterclass 2 Cyclus op lokaal niveau check Ambitie ontwikkelen Product en proces evalueren Informatie verzamelen Actie uitvoeren Collectief leren studie/ analyse doen
Nadere informatieMethodiek Junior Praktijk Opleider
Methodiek Junior Praktijk Opleider ONDERZOEK TEN BEHOEVE VAN HET VERSTERKEN VAN DE DOELMATIGHEID Maaike van Rooijen Suzan de Winter-Koçak Eva Klooster Harrie Jonkman Methodiek Junior Praktijk Opleider
Nadere informatieWerkgroep portfolio & coaching. portfolio handleiding
portfolio handleiding Werkgroep portfolio & coaching 1 De plaats van portfolio in het leren op het VMBO. In enkele notities en werkdocumenten is het kader voor het nieuwe onderwijs geschetst. Dit komt
Nadere informatieWiskunde Lesperiode 1
Wiskunde Lesperiode 1 Proefwerk analyse & Voorbereiding op de herkansing of hoe je je wiskunde materiaal ook kunt gebruiken. Wat gaan we doen? Overzicht creëren. Planning maken. Fouten opsporen en verbeteren.
Nadere informatieFEEDBACK ALS INTEGRAAL ONDERDEEL VAN LEREN EN OPLEIDEN JORIK ARTS & MIEKE JASPERS 1 JUNI 2018
FEEDBACK ALS INTEGRAAL ONDERDEEL VAN LEREN EN OPLEIDEN JORIK ARTS & MIEKE JASPERS 1 JUNI 2018 RITME SESSIE 1. THEORETISCHE INPUT 30 MINUTEN 2. INDIVIDUELE OPDRACHT 5 MINUTEN 3. BESPREKING IN KOPPELS 10
Nadere informatieTrainingen en workshops voor praktijkopleiders en leidinggevenden. Jouw talent, onze ambitie!
Trainingen en workshops voor praktijkopleiders en leidinggevenden Jouw talent, onze ambitie! Je vindt het belangrijk om te blijven investeren in je eigen ontwikkeling. Zeker als je nieuwe vaardigheden
Nadere informatieDe Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301
De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301 ROC van Twente - Hengelo In januari 2004 is de afdeling Handel van het toenmalige ROC Oost- Nederland, School voor Economie en ICT, locatie Hengelo - nu
Nadere informatieHandboek. beroepsgericht leren. Een handreiking voor het ontwerpen en ontwikkelen van beroepsopleidingen
Handboek beroepsgericht leren Een handreiking voor het ontwerpen en ontwikkelen van beroepsopleidingen Colofon Handboek beroepsgericht leren Een handreiking voor het ontwerpen en ontwikkelen van beroepsopleidingen
Nadere informatieDe Bakfiets. Jobcoaching. De Bakfiets. Onze dienstverlening. Coaching / Persoonlijke ondersteuning
Jobcoaching De Bakfiets Onze dienstverlening Coaching / Persoonlijke ondersteuning De Bakfiets Dit is de persoonlijke begeleiding van de werknemer. Afhankelijk van de het doel van de coaching vindt de
Nadere informatieDe begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie.
Rapportageformat Instrument Keurmerk HAN ILS en samenwerkingsscholen Versie VO, oktober 2014 Standaard 1. De samenwerkingsschool in relatie tot de kwaliteit van de leerwerkomgeving van de lerende Deze
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten
Nadere informatieOpleiding Verzorgende IG PROEVE
Opleiding Verzorgende IG PROEVE Uitleg Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 3 Cohort: 2015-2016 Crebocode: 95530 Februari 2015 Naam student: Proeve Cohort 2012-2013 verzorgende IG
Nadere informatieOpleiding: Eerst Verantwoordelijke Verzorgende met plus (EVV met plus)
Opleiding: Eerst Verantwoordelijke Verzorgende met plus (EVV met plus) De Eerst Verantwoordelijke Verzorgende (EVV er) is onmisbaar in de zorg en u wilt uw EVV er de juiste kennis en vaardigheden meegeven.
Nadere informatieOVERZICHT INHOUD TRAINING
OVERZICHT INHOUD TRAINING Ouderschap Blijft BIJEENKOMST 1 Kennismaking en informatie over Ouderschap Blijft BIJEENKOMST 2 Motiverende gespreksvoering BIJEENKOMST 3 Oplossingsgericht werken BIJEENKOMST
Nadere informatieDe rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit
De rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit Reader ten behoeve van bestuurstafels Kwaliteitsnetwerk mbo op 15 en 16 maart 2017 Uitnodigingstekst
Nadere informatieme nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started
me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started Inhoud Competentiegericht opleiden 3 Doel van praktijktoetsen 4 Wijze van evalueren en beoordelen 4 Rollen 5 Getting started
Nadere informatie31/08/2015 WERKPLEKLEREN BRUGOPLEIDING. Karen Vansteenkiste WERKPLEKLEREN. Definitie Werkvorm in de brugopleiding Voordelen Kenmerken Voorbeeld
WERKPLEKLEREN BRUGOPLEIDING Karen Vansteenkiste WERKPLEKLEREN Definitie Werkvorm in de brugopleiding Voordelen Kenmerken Voorbeeld 1 Wat is werkplekleren? Werkpleklerenstaat voor leren op en via de leeromgeving
Nadere informatieSamen verantwoordelijk voor studiesucces
BIJLAGE 1 De pilot samen verantwoordelijk voor studiesucces biedt de kans om gezamenlijk aan visieontwikkeling te doen. Op basis van een gedeelde visie en gezamenlijk beleid kan onderzocht worden waar
Nadere informatieWERKGROEP PROFESSIONALISERINGSPLAN DOCENTEN IN HET KADER VAN DE NETWERKSCHOOL
WERKGROEP PROFESSIONALISERINGSPLAN DOCENTEN IN HET KADER VAN DE NETWERKSCHOOL MBO college de Maasvallei ROC Nijmegen drs. Lei Ortmans CPT AGENDA Doelen en resultaten van het traject (wat?) Proces van het
Nadere informatieInstructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar
Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar Ontwikkelingsgericht Praktijkbeoordelen.nl DOSSIER : Alle DOSSIERCREBO : Alle KWALIFICATIE : Alle KWALIFICATIECREBO : Alle NIVEAU : Alle COHORT : Vanaf 2015
Nadere informatieCompetentieprofiel werkbegeleider
Competentieprofiel werkbegeleider Voor verzorgenden en verpleegkundigen Ontwikkeld door: Hennie Verhagen (Evean) Joukje Stellingwerf (Puur Zuid) Maaike Hakvoort (ZGAO) Brenda van der Zaag (ROC TOP) Kim
Nadere informatieBreidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe
Accountmanager Accountmanager onderhoudt relaties met bedrijven en organisaties met het doel voor praktijkleren binnen te halen. Hij kan nagaan welke bedrijven hebben, doet voorstellen voor bij bedrijven
Nadere informatieHandleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) In de voorbereiding op het Pop gesprek stelt de medewerker een persoonlijk ontwikkelingsplan op. Hierbij maakt de medewerker gebruik
Nadere informatieFIT-traject onderwijsvernieuwing met ICT en sociale media. draagvlak inspiratie motivatie vernieuwing 21st century skills borging
FIT-traject onderwijsvernieuwing met ICT en sociale media draagvlak inspiratie motivatie vernieuwing 21st century skills borging Via het Klavertje 4 Model zet u sociale media en ICT breed in Didactische
Nadere informatieOmgaan met pestgedrag voor leerlingen
Omgaan met pestgedrag voor leerlingen Algemeen: Uw ROC wil door middel van eenduidige trainingen pesten structureel aanpakken. Trainingen en cursussen als maatwerk. Doelstelling: Het doel van de training
Nadere informatieBegrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie
Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan
Nadere informatieOpleidingsprogramma DoenDenken
15-10-2015 Opleidingsprogramma DoenDenken Inleiding Het opleidingsprogramma DoenDenken is gericht op medewerkers die leren en innoveren in hun organisatie belangrijk vinden en zich daar zelf actief voor
Nadere informatieobs Willem Eggert Herstelonderzoek
obs Willem Eggert Herstelonderzoek Datum vaststelling: 4 april 2019 Samenvatting De kwaliteit van het onderwijs hebben wij in november 2017 als zeer zwak beoordeeld, omdat de kwaliteit van de lessen onvoldoende
Nadere informatieRubrics vaardigheden
Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden
Nadere informatieSW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf
SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt staat, kan
Nadere informatieStagewijzer. Stagiairs
Stagewijzer Stagiairs Stagewijzer voor stagiairs De gemeente Emmen vindt het belangrijk om te investeren in toekomstige jonge professionals. We besteden daarom veel zorg aan de werving en begeleiding van
Nadere informatieVoorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning
Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn, niveau 2, voor de kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Deze proeve sluit
Nadere informatie8 uitgangspunten. Leerbedrijf BAVA => BaVa Leerwerktraject => LWT Leerwerkhuis => LWH De Vip groep => VIP. 1 doelgroepomschrijvingen
8 uitgangspunten De deelnemende scholen willen uitgaan van dezelfde uitgangspunten. Helaas is het nog niet mogelijk om al die punten te verwezenlijken. De verschillende scholen geven aan hoever de zaken
Nadere informatieDoorloop je eigen Traject!
Traject en VakTraject brengen Zakelijke Communicatie/Nederlands op het gewenste niveau Doorloop je eigen Traject! Blijvend in prijs verlaagd! Traject is al 12,5 jaar hét lesmateriaal Zakelijke Communicatie/
Nadere informatieVul hieronder als eerste jouw naam in en de datum waarop je deze scan hebt ingevuld!!
4.1 Personeelsbeleid: 1.4 funtioneringsprocedure. 9c Competentiescan blz. 1 van 6 Vragen competentiescan POP Overige Functies Bij de beoordeling geldt: maak een keuze uit: 1 = o / 2 = m / 3 = v / 4 = rv
Nadere informatieRubrics vaardigheden
Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden
Nadere informatieInspiratiespel LOB in de krachtige leeromgeving
Inspiratiespel LOB in de krachtige leeromgeving Doel van het spel is het gezamenlijk bespreekbaar maken wat een leeromgeving krachtig maakt. De antwoorden kun je meenemen in het ontwikkelformat Krachtige
Nadere informatiePlan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling
Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7 Kenniscentrum Talentontwikkeling Visie op Onderzoek in Opleidingsschool BOSS po Binnen OS BOSS po streven we ernaar om leerkrachten op te leiden die onderzoekend, intentioneel
Nadere informatieCompetentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.
Naam student: Studentnummer: Evaluatieformulier meewerkstage CE In te vullen door de bedrijfsbegeleider van de stage biedende organisatie voorafgaand aan het eindgesprek met de stagedocent. De stagiair
Nadere informatieKWALITEITSONDERZOEK MBO. Leidse Onderwijsinstellingen BV
KWALITEITSONDERZOEK MBO Leidse Onderwijsinstellingen BV Plaats : Leiderdorp BRIN nummer : 24LK Onderzoeksnummer : 294249 Datum onderzoek : 24 oktober 2017 Datum vaststelling : 16 januari 2018 Inhoudsopgave
Nadere informatiePortfoliobegeleiding. Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl
Portfoliobegeleiding Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl Agenda Welkom Kennismaking Uitleg bijeenkomst Werkplekleren Inhoud portfolio Portfolio-opdrachten Eindkwalificaties Reflectie op de kernopgaven
Nadere informatieVan peer tot peer: Collegiaal leren en auditen. 1 oktober 2015
Van peer tot peer: Collegiaal leren en auditen 1 oktober 2015 Welkom Voorstellen. Karin van Wijnen, Kwaliteitsnetwerk mbo Carlijn van Diepen, ROC A12 en BVMBO Marloes van Bussel, NCP EQAVET Doelen 1. Deelnemers
Nadere informatieIntercultureel vakmanschap in de stage
Handreiking C Intercultureel vakmanschap in de stage Handreiking voor hsao-opleidingen en stageverlenende instellingen in de jeugdzorg HBO-raad, oktober 2012 Project intercultureel vakmanschap in het hsao
Nadere informatieSCAN. in kwaliteitsvol toetsen
SCAN in kwaliteitsvol toetsen Instructies Overloop en beoordeel de concrete indicatoren van valide, betrouwbaar, transparant, efficiënt en/of leerrijk toetsen voor het geheel van toetsen/ de toets van
Nadere informatieBeschrijving Basiskwalificatie onderwijs
universitair onderwijscentrum groningen hoger onderwijs Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs 2008-2009 september 2008 Basiskwalificatie onderwijs 2 Wat is de basiskwalificatie onderwijs (BKO)? De basiskwalificatie
Nadere informatieRapportage tevredenheidsonderzoek onder BPV-bedrijven/instellingen van ROC Friese Poort 2015
Rapportage tevredenheidsonderzoek onder BPV-bedrijven/instellingen van ROC Friese Poort 2015 Juli 2015 Samenvatting Van april tot en met eind juni 2015 heeft er een tevredenheidsonderzoek onder BPVbedrijven/instellingen
Nadere informatieHandleiding Startwijzer
Handleiding Startwijzer Aan de slag met de Startwijzer VO De Startwijzer VO is een digitale scan die in beeld brengt hoe startende leraren op school ingewerkt en begeleid worden en op welke onderdelen
Nadere informatieAfbeelding: TriamFloat Effectmetingsmodel
Het meten van het effect van leren en ontwikkelen is een belangrijk thema bij onze klanten. Organisaties willen de toegevoegde waarde van leren weten en verwachten een professionele aanpak van de afdeling
Nadere informatieToelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg
Naam: Klas: praktijkbegeleider: Werkplek: Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg Gedurende de opleiding werken de studenten in de praktijk aan praktijkopdrachten. Een schooljaar
Nadere informatieDe curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden:
Marco Snoek over de masteropleiding en de rollen van de LD Docenten De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden: Het intended curriculum : welke doelen worden
Nadere informatie2013-2017. Huiswerkbeleid
01-017 Huiswerkbeleid Inhoudsopgave Beschrijving doelgroep Visie op onderwijs Basisvisie Leerinhouden/Activiteiten De voor- en nadelen van het geven van huiswerk Voordelen Nadelen Richtlijnen voor het
Nadere informatiePedagogisch Didactisch Getuigschrift
HOGESCHOOL ROTTERDAM Pedagogisch didactisch getuigschrift Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Handleiding voor de coach Instituut voor Lerarenopleidingen Versie 24.11.16 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3
Nadere informatieLeer- en Ontwikkelingsspel
SPEELWIJZE LEER- EN ONTWIKKELINGSSPEL - Bladzijde 1 / 13 SPEELWIJZE Leer- en Ontwikkelingsspel Leren en ontwikkelen spelen een belangrijke rol in onze samenleving. Veranderingen op allerlei gebied volgen
Nadere informatieExamenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT
Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT Sector: ESB&I Gevalideerd door: de paritaire commissie ECABO Vaststellingsdatum: 7 oktober 2014 Examenprofielnummer: EXPRO.16 1 Inleiding
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:
Nadere informatieSPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL
SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL Bij werken, zowel betaald als vrijwillig, hoort leiding krijgen of leiding geven. De vraag wat effectief leiderschap is houdt dan ook veel mensen bezig. De meningen hierover
Nadere informatieLicentieregeling Reddingsbrigade Nederland
Licentieregeling Reddingsbrigade Nederland Voorwoord Reddingsbrigade Nederland introduceert per 1 september 2015 de Licentieregeling. Door middel van de licentieregeling wil Reddingsbrigade Nederland een
Nadere informatieHieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Nadere informatieProeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep
Proeve van Bekwaamheid kerntaak 2 Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep ROC van Amsterdam,augustus 2007 Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor
Nadere informatieLeergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018)
Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018) In de VMBO stroom van het ACL wordt sinds het schooljaar 2016-2017 expliciet aandacht besteed aan de leergebied overstijgende (LGO)
Nadere informatie2.3 Wanneer ben je een goede werkbegeleider? Methodisch werken als werkbegeleider 18
15 De werkbegeleider Samenvatting De werkbegeleider heeft een belangrijke rol binnen zorg- en welzijnsorganisaties. Zij helpt de student zich het vak eigen te maken en leert tegelijkertijd zelf hoe zij
Nadere informatieIn de praktijk (en later in projectgroepen) leer je op een andere manier dan op school.
Handleiding leerverslag. Inleiding In de praktijk (en later in projectgroepen) leer je op een andere manier dan op school. Binnen de HBO-V opleiding neemt bovengenoemde vorm van leren veel tijd in beslag
Nadere informatieBPV infomap Dikkertje Dap
BPV infomap Dikkertje Dap Versie: 21-04-2015 Pagina 1 van 5 Welkom bij Dikkertje Dap Voor je ligt het bpv infomap voor leerlingen die hun bpv bij Dikkertje Dap komen opdoen, Hierin staat beschreven wat
Nadere informatie3. Een norm voor valide examenproducten norm voor valide examenproducten cesuur exameninstrumentarium
Dit document is een onderdeel uit het advies Drie routes naar een valide examenproduct van mei 2016. De uitwerking van het advies vindt plaats vanaf augustus 2016 door de hiervoor aangestelde kwartiermaker
Nadere informatieProfiel schoolopleider en schoolcoördinator 1
Profiel schoolopleider en schoolcoördinator 1 Dit profiel bevat de taken en competenties voor de schoolopleider en de schoolcoördinator, geordend naar de bekwaamheidsgebieden van de Velon beroepsstandaard.
Nadere informatieEvaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017
Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Om de kwaliteit van de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te behouden en te verbeteren worden met ingang van december
Nadere informatieHandleiding BPV-beoordeling voor de deelnemer. Dossiers 2013-2014
Handleiding BPV-beoordeling voor de deelnemer Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippenlijst... 4 Informatie BPV-beoordeling... 6 Kerntaken, werkprocessen, competenties, beoordelingscriteria en Arbo-regels...
Nadere informatieSWPBS en HGW in curriculum lerarenopleiding
SWPBS en HGW in curriculum lerarenopleiding Inleiding Het LEOZ (Landelijk Expertisecentrum Onderwijs en Zorg) is een samenwerkingsproject van: Fontys Hogescholen, Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg,
Nadere informatieOp weg naar de (academische) opleidingsschool
Discussienota Nationalgeographic.nl Adviescommissie ADEF OidS Mei 2014 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Uitgangspunten Samen Opleiden 2. Ambities van (academische) opleidingsscholen 3. Concept Samen Opleiden
Nadere informatieProfessionele werkplaatsen: een model voor leren en onderzoekend samenwerken
Professionele werkplaatsen: een model voor leren en onderzoekend samenwerken Wat gaan we doen? 1. Waarom, wat en hoe - Professionele Werkplaatsen (PW) - WIN project 2. WIN uitkomst fase 1 definitie en
Nadere informatieDe verschillende soorten docentenstages Uitgangspunten Organisatie
Voorwoord In onze regio is het organiseren van een docentenstage nog geen gemeengoed. Scholen hebben hun ideeën hierover, gaan er verschillend mee om of zelfs geheel niet. Docentenstages echter zijn onontbeerlijk
Nadere informatieWorkshop Goed kan Beter V&VN congres 27 januari 2011
Workshop Goed kan Beter V&VN congres 27 januari 2011 Doel van de workshop Inzicht krijgen in de wijze waarop de organisatie als leerbedrijf van goed naar beter gebracht kan worden. Kwaliteitsgebieden BPV
Nadere informatie