Cultuur en uitgaan in Ede 2010

Transcriptie

1 Cultuur en uitgaan in Ede 2010

2

3 INHOUDSOPGAVE 1 Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting Achtergrond Opzet van het onderzoek Resultaten Conclusies Aanbevelingen Reactie van de opdrachtgever Inleiding Achtergrond Doel van het onderzoek Opzet van het onderzoek Respons Leeswijzer Cultuurparticipatie Actieve cultuurparticipatie Passieve cultuurparticipatie Bezoek Edese culturele en uitgaansvoorzieningen Bekendheid edese musea en andere culturele voorzieningen Algemene waardering cultuuraanbod Ede Informatiebronnen cultuur en uitgaan Bezit kortingskaarten en bezoek amateurkunstverenigingen Historische informatie Inleiding Interesse in historische informatie Gemeentearchief Lokale Omroep Ede (LOE) Bijlagen... 27

4 2 Strategie & Onderzoek, juni 2011

5 1 SAMENVATTING, CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 1.1 SAMENVATTING Achtergrond In de periode is de deelname aan culturele en kunstzinnige activiteiten in de Gemeente Ede afgenomen. In 2005 is in het Actieplan Cultuurbereik met de rijksoverheid een aantal outputdoelstellingen afgesproken. Deze outputdoelstellingen zouden moeten leiden tot een aanzienlijk hoger publieksbereik. Om te kunnen constateren of de doelstellingen worden gehaald is er in 2006 een nulmeting gehouden onder de inwoners van de gemeente Ede. In 2008 is een nieuwe meting uitgevoerd, om de resultaten van het Actieplan te kunnen volgen. In 2010 is door S&O nogmaals een meting uitgevoerd. De probleemstelling van het onderzoek luidt: In hoeverre nemen inwoners van de gemeente Ede deel aan culturele en kunstzinnige activiteiten en op welke wijze kan de cultuurparticipatie worden vergroot? Opzet van het onderzoek Het onderzoek is uitgevoerd in de periode oktober - december In totaal hebben 257 inwoners meegedaan aan het onderzoek, wat neerkomt op een respons van 32% Resultaten Actieve cultuurparticipatie Het percentage Edenaren dat een of meer kunstzinnige activiteiten in zijn/haar vrije tijd doet, is iets afgenomen: van 46% in 2008 tot 40% in Net als toen bestond de top-drie van meest beoefende activiteiten uit zingen (14%), een muziekinstrument bespelen (13%) en tekenen/schilderen/grafisch werk (11%). De cultuurparticipatie is het laagst in de leeftijdsgroep tussen 25 en 45 jaar. Inwoners van Ede-stad (44%) beoefenen vaker een kunstzinnige activiteit dan bewoners van de dorpen (33%). Passieve cultuurparticipatie In 2010 bezocht 87% van de inwoners de afgelopen 12 maanden een culturele of uitgaansvoorziening, ten opzichte van 83% in 2008 en 91% in De bioscoop wordt veruit het meest bezocht: 70% tegen respectievelijk 63% en 57% in 2008 en Musea, bezienswaardige gebouwen en het theater zijn net als in 2008 door 40% of meer van de inwoners bezocht. Met uitzondering van bioscoopbezoeken wijken inwoners van Ede regelmatig uit naar (omliggende) steden, met als voornaamste reden het ontbreken van de voorziening in de eigen kern. Met de leeftijd neemt het bezoek aan andere plaatsen toe. Tweevijfde van de respondenten is wel eens naar een uitvoering van een amateurkunstvereniging geweest; ongeveer evenveel naar een uitvoering in Ede-stad als in één van de dorpen. Ouderen, hoger opgeleiden en inwoners van de dorpen zijn de meest frequente bezoekers van uitvoeringen en/of optredens van amateurkunstverenigingen. 3

6 Bezoek en bekendheid Edese culturele- en uitgaansvoorzieningen Van de Edese culturele- en uitgaansvoorzieningen is net als voorgaande jaren CineMec met afstand het meest populair onder inwoners. De bezoekfrequentie is de afgelopen twee jaar licht afgenomen tot 65%. Cultura werd door 40% van de inwoners bezocht, hetgeen vergelijkbaar is met voorgaande jaren. Opvallend zijn de relatief hoge bezoekersaantallen van hoger opgeleiden en bewoners van Ede-stad. Het Kröller-Müller Museum geniet met 94% de grootste bekendheid onder inwoners van Ede, gevolgd door het Kijk- en Luistermuseum, het Historisch Museum Ede en het Tegelmuseum. Deze musea zijn bij circa tweederde van alle respondenten bekend. Algemene waardering cultuuraanbod Het aandeel inwoners dat het cultuuraanbod interessant vindt, is stabiel (ruim een kwart). Het aandeel inwoners dat het aanbod een beetje interessant vindt is gedaald van 36% in 2008 tot 28% in Verder is het aandeel inwoners dat het aanbod niet interessant vindt toegenomen van 14% in 2008 naar 19%. De belangrijkste redenen zijn dat men andere activiteiten belangrijker vindt, het ontbreken van belangstelling en de wens om het geld anders te besteden. Steeds minder mensen zeggen dat de informatie die zij krijgen, hen niet nieuwsgierig maakt. Ruim de helft van de inwoners is van mening dat het cultuuraanbod in Ede voldoet. Eén op de vijf geeft aan dat er niets hoeft te veranderen omdat het hen niet interesseert. Het resterende kwart ziet graag veranderingen in het aanbod. Twee van de vijf inwoners wensen meer popoptredens en festivals in Ede, net als in Informatiebronnen De bekendheid met de VVV, de Uitkrant in Ede Stad, de Gelderlander en de gemeentelijke website schommelt rond de 70% en is doorgaans het hoogst bij hoger opgeleiden en mensen van middelbare leeftijd. De Uitkrant in Ede Stad is veruit de belangrijkste bron van informatie, net als in Kortingskaarten cultuur en uitgaan Bijna een kwart van de respondenten was op het peilmoment in bezit van een sport- en cultuurpas. Dat is een lichte toename ten opzichte van 2008, toen nog 18% een dergelijke pas bezat. De helft van de respondenten van 15 tot 24 jaar heeft een Cultureel Jongeren Paspoort of een Cultuurkaart. Tot slot was 13% van de inwoners in het bezit van een Museumjaarkaart. Dat is vergelijkbaar met de 11% in Een Museumjaarkaart is relatief vaak in het bezit van de hoger opgeleide en 65-plus Edenaren. Historische informatie Net als in voorgaande jaren is slechts een klein percentage van de Edese bevolking lid van een historische vereniging: 11% in 2010 ten opzichte van 10% in Toch is 57% geïnteresseerd in dit onderwerp, iets minder dan in voorgaande jaren. Hoger opgeleiden, ouderen en bewoners van de dorpen hebben een relatief grote belangstelling. Gemeentearchief De bekendheid met het gemeentearchief schommelt net als voorgaande jaren rond de 65% en de kennismaking verloopt het meest van mond tot mond. De bekendheid stijgt met de leeftijd. Bijna eenvijfde van de inwoners (18%) maakt gebruik van het gemeentearchief, ten opzichte van 14% in Net als voorgaande jaren is de aanvraag van een bouwvergunning een belangrijke reden om het gemeentearchief te raadplegen. De belangrijkste motivatie om geen gebruik van het gemeentearchief te maken is het ontbreken van (voldoende) behoefte aan informatie of interesse. Eén op de tien inwoners heeft de website van het gemeentearchief wel eens bezocht; de waardering van de website is licht toegenomen (van een 6,6 in 2008 en een 6,8 in 2006 naar een 7,0. Lokale Omroep Ede (LOE) Zeven van de tien inwoners kunnen de Lokale Omroep Ede (LOE) thuis ontvangen op radio en/of televisie. De helft van de inwoners heeft in het jaar voorafgaand aan het onderzoek naar de lokale omroep gekeken en een kwart naar de radio geluisterd; de LOE trekt relatief veel inwoners van 45 jaar en ouder en inwoners van Ede-stad. De waardering voor de tvprogramma s is een 6,6 en voor de radioprogramma s een 6,8. 4 Strategie & Onderzoek, juni 2011

7 1.2 CONCLUSIES 1. De actieve cultuurparticipatie is de laatste twee jaar teruggelopen; vrijwel alle activiteiten leveren iets in ten opzichte van voorgaande jaren. 2. De passieve cultuurparticipatie is na een afname in 2008 weer aan een opmars bezig. De bioscoop is nog altijd het populairst. 3. Inwoners wijken net als voorgaande jaren vaak uit naar andere gemeenten voor cultuurbezoek, met uitzondering van filmbezoek. Blijkbaar is het lokale aanbod (nog) niet toereikend, hetgeen wordt ondersteund door de lage score op het gebied van cultuur in de Atlas voor de gemeenten (2010). 4. Naarmate inwoners ouder worden, wordt het pallet aan culturele activiteiten breder. Onder jongeren beperkt de vraag zich meestal nog tot het filmbezoek, met de jaren stijgt echter ook het museumbezoek en de deelname aan andere culturele- en uitgaansactiviteiten. 5. Inwoners van Ede-stad bezoeken relatief vaak het theater, cabaret, film, musical en bezienswaardige gebouwen. Inwoners van de dorpen gaan juist meer naar musea en voorstellingen in de dorpen en naar uitvoeringen van amateurkunstverenigingen. 6. De bekendheid van Edese musea en culturele instellingen is sinds 2008 (redelijk) stabiel gebleven en nam soms toe. Toch lag deze bij 9 van de 14 musea en instellingen nog steeds (ver) onder de 50%. 7. De Edese culturele voorzieningen worden met een voldoende tot ruim voldoende gewaardeerd. Toch vindt een op de vijf inwoners het aanbod niet interessant. 8. Twee van de vijf inwoners willen graag meer popoptredens en festivals in Ede. 9. De informatievoorziening heeft vooruitgang geboekt; minder inwoners dan in voorgaande jaren geven aan dat de informatie over het culturele aanbod hen niet nieuwsgierig maakt. 10. Inwoners die informatie zoeken in het gemeentearchief, willen vooral graag digitale informatie. De waardering van de website van het gemeentearchief is licht toegenomen (van een 6,6 in 2008 en een 6,8 in 2006 naar een 7, Het aandeel bezitters van een sport- en cultuurpas is toegenomen onder de Edese bevolking. 12. Zeven van de tien inwoners geven aan de Lokale Omroep Ede (LOE) thuis te kunnen ontvangen. De helft van de Edenaren kijkt lokale tv en een kwart luistert lokale radio. De LOE trekt relatief veel 45-plussers en inwoners van Ede-stad. 1.3 AANBEVELINGEN 1. Zorg dat de actieve cultuurparticipatie niet verder terugloopt, door bijvoorbeeld te blijven stimuleren dat onderwijsinstellingen aandacht aan kunst- en cultuur besteden. 2. Zoek voor het vergroten/verbreden van de passieve cultuurparticipatie van jonge inwoners o.a. contact met de Jongerenraad. Denk aan festivals en popoptredens. 3. Maak keuzes bij het bevorderen van cultuur- en uitgaansbezoek binnen de eigen gemeentegrenzen. Ga na waarin je je als gemeente wil onderscheiden. Sluit hierbij aan bij gemeentebrede ambities, zoals de visie Ede 2025 en de ontwikkeling van de Veluwse Poort. 4. Ga na of de sport- en cultuurpas kan worden behouden. 5. Vergroot de digitale toegankelijkheid van historische informatie. 5

8 1.4 REACTIE VAN DE OPDRACHTGEVER Voor de derde maal is informatie verzameld over de cultuurparticipatie van de inwoners van gemeente Ede voor de Cultuur- en Uitgaansmonitor. Na 2006 en 2008 is ook in 2010 de deelname van de Edese bevolking aan Kunst- en Cultuuractiviteiten gepeild. Het toont zich opnieuw een waardevol instrument om te horen wat er leeft onder de Edese bevolking en ter ondersteuning bij de vorming van nieuw beleid. Om de vergelijking met de voorgaande edities te kunnen maken is er voor gekozen de vragenlijst zo min mogelijk aan te passen. Wel is er een aanvulling gemaakt met een aantal vragen over de lokale omroep om ook de participatie bij dit onderdeel te kunnen onderzoeken. De resultaten van de actieve participatie laten in grote lijn een lichte daling zien terwijl de passieve deelname weer is gestegen. Cinemec is de meest bezochte instelling. Cultura, met de haar verschillende functies als de bibliotheek, theater en centrum voor Kunsteducatie, komt op de tweede plaats. Vanwege het grote belang van cultuur in de ontwikkeling van Ede op weg naar 2025, zal onze inspanning zich nog meer focussen op de deelname van onze bevolking aan cultuur. Daarvoor stemmen we het cultuurbeleid al jaren integraal af op de grote toekomstige ontwikkelingen en andere beleidsterreinen, zoals bijvoorbeeld De Veluwse Poort, citymarketing en jeugdbeleid. De komende tijd zullen we ons nadrukkelijk inzetten om vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen. We nemen de uitkomsten en aanbevelingen van het onderzoek mee in de vorming van het nieuwe cultuurbeleid. Met name ook vanwege het signaal dat ook in voorgaande onderzoeken, is afgegeven door de jeugd. We zijn voornemens om ons met het nieuwe cultuurbeleid meer te richten op de participatie van jongeren door het aanbod van actieve en receptieve activiteiten voor hen te verbeteren, er zijn in Ede twee cultuurmakelaars actief; sinds vorig jaar een voor het onderwijs en dit jaar een voor de Veluwse Poort en we gaan onderzoeken of de sport- en cultuurpas voortgezet kan worden als kortingspas, los van de tegemoetkoming voor minima. Daarbij is het zo dat in de huidige tijd van bezuinigingen het geen optie is om meer geld vrij te maken voor het stimuleren van de participatie, maar we zien wel mogelijkheden om door middel van het verbeteren van de communicatie de Edese burgers meer te betrekken bij cultuurbeleving, zodat er nog meer in de eigen gemeente genoten gaat worden van cultuur. Bijvoorbeeld door het verbeteren van de informatiekanalen en de informatie over de verschillende activiteiten in samenwerking met partners in het veld. Bij de bezuinigingen worden de subsidies voor de amateurkunstverenigingen ontzien, zodat deze actieve vorm van deelname niet onder druk komt te staan. Tevens heeft het college zich voor de lopende periode verbonden aan het versterken van de culturele infrastructuur. De focus ligt hierbij op onder andere het openluchttheater en het exposeum. De mogelijke ontwikkeling van het exposeum met als deeltaak te fungeren als spil in het museale veld wordt onderzocht. De verwachting is dat de musea hiervan zullen merken dat hun bezoekersaantallen en waardering stijgen. Met betrekking tot de digitale historische informatievoorziening blijft de trend zich zoals verwacht doorzetten. Dit past ook bij het in de afgelopen jaren toegenomen digitale aanbod. Vooral in het afgelopen jaar is veel inzet gepleegd bij het beter ontsluiten en beschikbaar stellen van deze informatie via de website. Deze extra inspanning wordt door de deelnemers aan de monitor beloond met een hogere waardering dan de jaren daarvoor. Ook laat de monitor zien dat het gebruik van de bronnen bij het gemeentearchief is toegenomen (een groter percentage inwoners heeft gebruik gemaakt). Dit is zichtbaar door een meer intensief gebruik van de studiezaal van het gemeentearchief. 6 Strategie & Onderzoek, juni 2011

9 2 INLEIDING 2.1 ACHTERGROND De deelname aan culturele en kunstzinnige activiteiten lijkt de afgelopen jaren in de Gemeente Ede af te nemen. In het Actieplan Cultuurbereik is met de rijksoverheid een aantal outputdoelstellingen afgesproken. Deze outputdoelstellingen zouden moeten leiden tot een aanzienlijk hoger publieksbereik. Om te kunnen constateren of de doelstellingen worden gehaald is er in 2006 een nulmeting gehouden onder de inwoners van de gemeente Ede, en in 2008 een tweede meting. Om de resultaten van het Actieplan te kunnen volgen heeft S&O in opdracht van de afdeling Onderwijs, Cultuur en Sport van EWZ in 2010 een nieuwe meting uitgevoerd. In deze rapportage worden de resultaten besproken. 2.2 DOEL VAN HET ONDERZOEK Doel van het onderzoek is meer inzicht te geven in de deelname aan culturele en kunstzinnige activiteiten en een eventuele verbetering hiervan ten opzichte van Daarnaast beoogt het onderzoek inzicht te geven in de wijze waarop de cultuurparticipatie kan worden vergroot. De probleemstelling luidt: In hoeverre nemen inwoners van de gemeente Ede deel aan culturele en kunstzinnige activiteiten en op welke wijze kan de cultuurparticipatie worden vergroot? Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de volgende onderzoeksvragen: Hoeveel en welke huishoudens nemen deel aan kunstzinnige en culturele activiteiten? Is de cultuurparticipatie toe-/afgenomen ten opzichte van 2008? Wat vindt men van het aanbod van kunst en cultuur in de gemeente Ede? Welke suggesties heeft men voor het verbeteren van het aanbod van kunst en cultuur? 2.3 OPZET VAN HET ONDERZOEK Voor het onderzoek is een schriftelijke enquête gehouden onder 800 inwoners van 15 jaar en ouder. Om zoveel mogelijk respons te behalen zijn de inwoners huis-aan-huis benaderd. Van tevoren hebben de inwoners een aankondigingsbrief gekregen. Vervolgens zijn de enquêtes langsgebracht en weer opgehaald door bureau Reservice. Vanwege de tegenvallende respons zijn de inwoners ook nog telefonisch benaderd. Tevens hadden inwoners de mogelijkheid om via internet mee te doen. In de aankondigingsbrief stond de hiervoor benodigde inlogcode en wachtwoord. 7

10 2.4 RESPONS Van de 800 inwoners die zijn benaderd, hebben 257 personen de enquête ingevuld. Dit is een respons van 32%. 141 inwoners hebben een papieren enquête ingevuld, 87 hebben via internet meegedaan en 29 inwoners telefonisch. Tabel 2-1 Respons en populatie naar leeftijdsklasse (absoluut en procentueel) Respons Populatie Abs. % % jaar 20 7,8 17, jaar 64 25,1 31, jaar 87 34,1 32,8 65-plus 84 32,9 18,6 Totaal 255* * Het totale aantal respondenten is 257, maar van 2 respondenten is de leeftijd onbekend. De behaalde respons is voldoende om betrouwbare uitspraken te doen op zowel het niveau van de gemeente, als het niveau van Ede-stad / de dorpen. Om ervoor te zorgen dat de resultaten een zo goed mogelijke afspiegeling vormen van de Edese bevolking, zijn de resultaten gewogen naar geslacht, leeftijd en type woonomgeving (Ede-stad / dorpen). Op deze manier is gecorrigeerd voor de oververtegenwoordiging van vrouwen, ouderen en inwoners van de dorpen in de responsgroep. 2.5 LEESWIJZER In de volgende hoofdstukken worden de resultaten van het onderzoek beschreven. Hoofdstuk 3 gaat in op de cultuurparticipatie in Ede in Het gaat hierbij zowel om de actieve als passieve cultuurparticipatie. Een vergelijking wordt gemaakt met 2006 en Hoofdstuk 4 behandelt de vragen over het gemeentearchief. In hoofdstuk 5 wordt het rapport samengevat, gevolgd door de belangrijkste conclusies en aanbevelingen en een reactie van de opdrachtgever. In de bijlage zijn de aankondigingsbrieven en de vragenlijst opgenomen. 8 Strategie & Onderzoek, juni 2011

11 3 CULTUURPARTICIPATIE In dit hoofdstuk staat het cultuur- en uitgaansgedrag van de Edenaren centraal. Hoeveel en welke huishoudens nemen deel aan kunstzinnige en culturele activiteiten? Is de cultuurparticipatie toe-/afgenomen ten opzichte van 2008? Wat vinden de inwoners van het aanbod van kunst en cultuur in de gemeente? Welke suggesties heeft men voor het verbeteren van het aanbod van kunst en cultuur? Op deze vragen wordt achtereenvolgens een antwoord gegeven. 3.1 ACTIEVE CULTUURPARTICIPATIE Onder actieve cultuurparticipatie wordt verstaan het zelf deelnemen aan vormen van kunst en cultuur. 40% van de inwoners besteedt vrije tijd aan kunstzinnige activiteiten (Figuur 3-1), tegen 46% van de Edenaren in De actieve cultuurparticipatie is hiermee iets afgenomen. Inwoners met een hoge opleiding beoefenen vaker een kunstzinnige activiteit dan laagopgeleiden (49% ten opzichte van 36%). De cultuurparticipatie is het laagst in de leeftijdsgroep tussen de 25 en 45 jaar. Verschillen tussen sekse zijn er niet. Verder beoefenen bewoners van de Ede-stad (44%) vaker een kunstzinnige activiteit dan bewoners van de dorpen (33%). De meest beoefende activiteiten zijn: zingen (14%), een muziekinstrument bespelen (13%) en tekenen/schilderen/grafisch werk (11%). Ten opzichte van 2008 is het percentage beoefenaars met enkele procenten afgenomen, echter de top-drie van meest beoefende activiteiten is gedurende deze periode niet veranderd. Figuur 3-1 Actieve cultuurparticipatie naar activiteit, 2006, 2008, 2010 (N=251) Zingen Muziekinstrum enten bespelen Tekenen, schilderen, grafisch werk Fotografie / film / video (geen vakantie of fam iliefoto's / Muziek/gam es m aken op de com puter Toneel, m usical, m im e Verhalen / gedichten schrijven Werken m et textiel, wandkleden m aken Beeldhouwen, boetseren, pottenbakken, sieraden Websites ontwerpen (Volks)dans, (jazz)ballet % 10% 20% 30% Ruim tweederde (66%) beoefent deze activiteiten doorgaans samen met of bij anderen (in 2008 bedroeg dit percentage 52% en in %). De overige 34% doet dit meestal alleen. Van de inwoners die de activiteiten samen met anderen beoefenen, doet 64% dit bij een vereniging of instelling. In 2008 vond ruim de helft van alle gezamenlijke activiteiten in verenigingsverband plaats. Ruim 80% van de gezamenlijke cultuuractiviteiten vindt in Ede plaats tegen bijna driekwart in 2008 en tweederde in 2006) (Figuur 3-2). 9

12 Figuur 3-2 Mate waarin actieve cultuurparticipatie samen met anderen in verenigingsverband wordt beoefend (N=70) Bij een particulier buiten Ede 4% Bij een particulier in Ede 32% Bij een instelling / vereniging in Ede 48% Bij een instelling / vereniging buiten Ede 16% 3.2 PASSIEVE CULTUURPARTICIPATIE Onder passieve cultuurparticipatie wordt in dit rapport het bezoek aan culturele en/of uitgaansvoorzieningen verstaan. Gevraagd is welke cultuur- en uitgaansactiviteiten zijn bezocht en of dit in of buiten Ede plaatsvond. In 2010 bezocht 87% van de inwoners de afgelopen 12 maanden een culturele of uitgaansvoorziening, ten opzichte van 83% in 2008 en 91% in Het bezoek neemt stapsgewijs iets af met de leeftijd; van de jarigen bezocht 91% een culturele of uitgaansvoorziening en van de 65-plussers 82%. De passieve cultuurparticipatie onder bewoners van Ede-stad ligt iets hoger dan onder inwoners van de dorpen. Vooral cabaret en kleinkunst, theater, film, musical en bezienswaardige gebouwen zijn door stedelingen aanzienlijk vaker bezocht dan door dorpelingen in de gemeente Ede. In de jongste leeftijdscategorie bezoekt men cultuur-en uitgaansactiviteiten hoofdzakelijk in Ede. Naarmate men ouder wordt, neemt het bezoek aan andere plaatsen verder toe. In de leeftijdsgroep worden Arnhem en Utrecht relatief vaak genoemd. De oudste groepen gaan vaker dan andere leeftijdscategorieën naar Amsterdam (Figuur 3-3). 10 Strategie & Onderzoek, juni 2011

13 Figuur 3-3 Locatie bezochte cultuur- en uitgaansvormen (N=221) alleen in Ede 34% buiten Ede 47% onder andere in Ede 19% Als belangrijkste reden voor het uitwijken naar andere steden noemen de inwoners dat de culturele of uitgaansactiviteit niet in Ede te bezoeken was. Ook het combineren van een activiteit met andere dingen werd relatief vaak genoemd (Figuur 3-4). Figuur 3-4 Reden bezoek cultuur- en uitgaansvoorzieningen buiten Ede (N=553) Andere reden 16% Zaal/gebouw prettiger 8% Betere sfeer 7% Niet te bezoeken in Ede 49% Combinatie andere dingen 11% Ging met vrienden/kennissen 9% 11

14 De bioscoop wordt net als in 2008 het meest bezocht (Tabel 3-1). Zo is 70% van de inwoners het afgelopen jaar naar de film geweest (in % en in %). Onder de leeftijdscategorie jaar is film veruit het meest populair. In de leeftijd tussen 24 en 45 jaar is daarnaast het museumbezoek relatief hoog. Onder de leeftijdscategorieën en 65+ is film nog steeds een veelgenoemde activiteit, echter steeds vaker worden ook andere activiteiten genoemd. Opvallend is het grote aantal bezoekers in de leeftijdscategorie 65+ van bezienswaardige gebouwen en theater. Lager opgeleiden zijn minder cultureel ingesteld dan hoger opgeleiden. Vooral in het theaterbezoek, klassieke muziek en opera/operette blijven zij achter bij respondenten met een hogere opleiding. Tabel 3-1 Top 5 meest bezochte vormen van cultuur en uitgaan (N=226) Top 5 meest bezocht* % Film 70 Museum 49 Bezienswaardig gebouw 44 Theater 41 Pop/wereldmuziek 25 Musical 25 Tabel 3-2 Bezoek aan vormen van cultuur en uitgaan in/buiten Ede, 2006, 2008, 2010 (N=224) Bezocht Onder andere in Ede bezocht Alleen in Ede bezocht Buiten Ede bezocht Theater 37% 41% 41% 7% 9% 13% 11% 12% 14% 19% 20% 14% Klassieke muziek 23% 19% 21% 5% 4% 5% 5% 5% 5% 13% 10% 11% Opera / operette 9% 5% 7% 2% 1% 1% 1% 1% 0% 6% 4% 6% Cabaret / kleinkunst 30% 23% 22% 8% 6% 3% 8% 5% 10% 14% 12% 9% Museum 52% 45% 49% 8% 4% 10% 11% 13% 10% 34% 28% 29% Pop / wereldmuziek 26% 27% 25% 5% 3% 4% 2% 6% 5% 17% 18% 16% Jazz / blues 10% 8% 14% 2% 1% 2% 2% 2% 6% 6% 5% 6% Film 57% 63% 70% 43% 41% 11% 9% 19% 57% 5% 3% 2% Musical 27% 25% 25% 4% 2% 3% 1% 2% 1% 23% 22% 21% Bezienswaardig gebouw 43% 42% 44% 2% 0% 5% 2% 5% 5% 40% 37% 34% Musea, bezienswaardige gebouwen en het theater zijn door 40% of meer van de inwoners bezocht, opvallend vaker door hoger dan door lager opgeleiden (Tabel 3-2). Voor deze voorzieningen wijkt men wel meestal uit naar andere steden (zoals Utrecht, Arnhem en Amsterdam), vooral omdat het in Ede niet te bezoeken is. Het museumbezoek is de afgelopen twee jaar licht gestegen van 45% in 2008 naar 49% in 2010, terwijl het theaterbezoek stabiel is gebleven. De verschillen tussen dorpelingen en stedelingen is daarbij 2%. Naarmate men ouder wordt, ging men de afgelopen twaalf maanden procentueel vaker naar musea, bezienswaardige gebouwen en theater. Noemenswaardig is de sterke daling (van 30%) van het filmbezoek dat onder andere in Ede plaatsvond en de sterke stijging van het filmbezoek dat uitsluitend in Ede plaatsvond. Blijkbaar blijft men voor dit type activiteit vaker in Ede. 12 Strategie & Onderzoek, juni 2011

15 Jazz/blues en opera/operette zijn minder populair in Ede dan sommige andere activiteiten. Respectievelijk 14 en 7% van de inwoners is hier de afgelopen 12 maanden naar toe geweest. Het is vooral de leeftijdscategorie die dergelijke vormen van cultuur veelvuldig heeft bezocht, gevolgd door de 65-plussers. Bij het bezoek van opera/operette speelt ook opleiding een rol: van de hoog opgeleiden gaf 35% aan de afgelopen twaalf maanden een opera/operette te hebben bijgewoond, ten opzichte van 5% van de laagopgeleiden. Het bezoek aan pop/wereldmuziek is ongeveer gelijk gebleven: 75% in 2010 en 73% in Alle leeftijdscategorieën rapporteerden bezoekjes aan deze vorm van cultuur. Hekkensluiter is de groep 65-plussers met 16% van de respondenten die aangaf de afgelopen twaalf maanden pop/wereldmuziek bijgewoond te hebben. Kleinkunst en cabaret werd net als voorgaande jaren door bijna eenderde (32%) van de respondenten bezocht. Het bezoek neemt iets af met de leeftijd. Zo is 16% van de 65- plussers naar een kleinkunst/cabaretvoorstelling geweest. Daarnaast gaan hoogopgeleide inwoners iets vaker naar een kleinkunst/cabaretvoorstelling dan inwoners met een lage opleiding (27% ten opzichte van 20%). Een musical tenslotte werd het afgelopen jaar net als in 2008 door een kwart van de Edenaren bijgewoond. Het musicalbezoek neemt iets af met de leeftijd, en toe met het opleidingsniveau. 3.3 BEZOEK EDESE CULTURELE EN UITGAANSVOORZIENINGEN Van de Edese culturele- en uitgaansvoorzieningen is net als voorgaande jaren CineMec duidelijk het populairst onder de inwoners (Figuur 3-5). Wel is het bezoek de afgelopen twee jaar iets afgenomen: zo heeft 65% van de inwoners het afgelopen jaar minimaal één keer een bezoek gebracht aan CineMec ten opzichte van ruim 70% in 2008 (in 2006 was dit 62%). Mogelijk speelt de economische crisis hierin een rol: mensen hebben gemiddeld minder te besteden. Figuur 3-5 Bezoek culturele en uitgaansvoorzieningen Ede, 2006, 2008, 2010 (N=210) Bezoek CineMec Bezoek Cultura (incl. bibliotheek) Bezoek Reehorst Bezoek Openluchttheater Bezoek Huis Kernhem Bezoek Open podia Bezoek CBK Ede (kunstuitleen) % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% Cultura is na CineMec de meest bezochte Edese voorziening: 40% van de inwoners is hier de afgelopen 12 maanden geweest, wat vergelijkbaar is met Eén op de drie inwoners heeft de Reehorst bezocht (in 2008 ruim een kwart). Het bezoek aan open podia is duidelijk afgenomen: 5% ten opzichte van 9% in

16 Gekeken naar het aantal keer dat een bezoek is gebracht, scoort Cultura net als voorgaande jaren het hoogst. Wel is het gemiddelde aantal bezoeken aan Cultura afgenomen: gemiddeld gingen de bezoekers ongeveer vier keer naar Cultura ten opzichte van zes keer in CineMec werd net als in 2008 gemiddeld bijna vier keer bezocht. De andere voorzieningen werden gemiddeld tussen de drie en één keer bezocht. CineMec scoorde met een algemeen rapportcijfer van 7,5 net als voorgaande jaren het hoogst, gevolgd door Huis Kernhem. Alle culturele voorzieningen krijgen een ruime voldoende (Tabel 3-3). Sommige uitkomsten in de tabel zijn gebaseerd op een (erg) klein aantal respondenten. Met de interpretatie dient hiermee rekening te worden gehouden. CineMec werd op veel aspecten het meest positief beoordeeld, waaronder het programmaaanbod (7,5). Bij de andere culturele voorzieningen liggen de rapportcijfers voor het programma-aanbod op, of net onder de 7. Huis Kernhem en de open podia scoren het beste op toegangsprijzen. Tabel 3-3 Gemiddeld rapportcijfer culturele voorzieningen Ede per aspect Programma aanbod Toegangs prijzen Sfeer Openings tijden Bereikbaarheid Ligging Algemeen oordeel Cultura (incl. bibliotheek) 6,8 7,3 7,1 7,8 7,7 7,4 7,1 Reehorst *6,8 6,6 7,3 *8 7,7 7,4 6,8 CineMec 7,5 7 7,5 8,1 8 7,8 7,5 Openluchttheater *6 *6,9 *7 *7,2 7,8 *7,3 *6,6 Huis Kernhem *7 *8,3 *7,1 *7,5 7,4 *7,2 *7,3 CBK Ede (kunstuitleen) **6,5 **6,6 *7,1 **7,5 *8 *6,8 **7 Open podia **7 *7,9 *7,1 **8,3 *7,9 *7,4 **7,1 * = Uitkomst is minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 30 respondenten ** = Uitkomst is aanzienlijk minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 10 respondenten Er zijn geen grote verschillen in waardering voor de culturele voorzieningen ten opzichte van voorgaande jaren (Tabel 3-4). Tabel 3-4 Algemene waardering culturele voorzieningen Ede, 2006, 2008, Cultura (incl. bibliotheek) 6,8 7,3 7,1 Reehorst - 6,9 6,8 CineMec 7,7 7,6 7,5 Openluchttheater - *6,6 *6,6 Huis Kernhem - *7,2 *7,3 CBK Ede (kunstuitleen) 6,6 **5,5 **7 Open podia - *6,4 **7,1 * = Uitkomst is minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 30 respondenten ** = Uitkomst is aanzienlijk minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 10 respondenten 14 Strategie & Onderzoek, juni 2011

17 3.4 BEKENDHEID EDESE MUSEA EN ANDERE CULTURELE VOORZIENINGEN In dit onderzoek is tevens de bekendheid met de Edese musea en enkele andere culturele voorzieningen onderzocht. Daarbij is niet alleen gevraagd of de inwoners deze voorzieningen daadwerkelijk hebben bezocht, maar ook wat hun oordeel over deze voorzieningen is. Het Kröller-Müller museum is het meest bekend: bijna alle inwoners kennen deze instelling (94%) (Figuur 3-6). Het Kijk- en Luistermuseum in Bennekom, het Historisch Museum Ede en het Tegelmuseum worden door tweederde van de respondenten als bekend betiteld. De bekendheid van de Edese musea en culturele instellingen is sinds 2008 (redelijk) stabiel gebleven, met uitzondering van Culturele Vereniging De Kijkdoos en het Kijk-en Luister Museum. De bekendheid hiervan is flink toegenomen. Het Kröller-Müller Museum werd met 28% van alle respondenten het meest frequent bezocht, gevolgd door het Festival Ede uit de Kunst, met 16% van alle respondenten. Opvallend zijn de hoge bezoekersaantallen van 65-plussers aan de meeste culturele voorzieningen (Tabel 3-5). Musea werden doorgaans vaker door hogere opgeleiden bezocht, met uitzondering van Museum Oud Lunteren, het Nederlands Tegelmuseum en het Historisch Museum Ede. Noemenswaardig is verder het feit dat de verschillen in bezoek van musea en andere culturele voorzieningen een wisselend beeld liet zien als er gekeken wordt naar opleidingsniveau en woonkern. De musea in de verschillende dorpen zijn vaker bezocht door inwoners uit de dorpen dan door inwoners van Ede-stad. Figuur 3-6 Bekendheid Edese musea en andere culturele voorzieningen, 2006, 2008, 2010 Kröller-Müller Museum, Otterlo Kijk & Luister Museum, Bennekom Nederlands Tegelm useum, Otterlo Historisch Museum Ede, Ede Museonder, Otterlo Museum Oud Lunteren Festival Ede uit de Kunst Jac. Gazenbeek Stichting Museumpark Harskam p Culturele Vereniging De Kijkdoos, Bennekom Concerten stadsbeiaardier, Ede Zondagmiddagconcerten Oude Kerk, Bennekom Museum Tute Natura, Bennekom PEK (Platform Edese Kunstenaars) % 20% 40% 60% 80% 100% De gemiddelde rapportcijfers zijn gedurende de afgelopen jaren vrij stabiel gebleven (Tabel 3-6). De waardering voor Festival Ede uit de Kunst is aanzienlijk gestegen; van een 6,7 in 2008 naar een 7,2 in Bij een aantal musea / instellingen is het aantal respondenten vrij laag. Met de interpretatie van de cijfers dient daar rekening mee te worden gehouden. 15

18 Tabel 3-5 Bezoek aan Edese musea en andere culturele voorzieningen, naar leeftijd (percentage inwoners in betreffende leeftijdsklasse dat voorziening bezocht heeft) jaar jaar jaar 65-plus Totaal Kröller-Müller Museum, Otterlo *31% 21% 25% 44% 28% Kijk & Luister Museum, Bennekom x 3% 13% 42% 12% Nederlands Tegelmuseum, Otterlo x 2% 7% 25% 7% Museum Oud Lunteren x *2% *9% 12% 9% Historisch Museum Ede, Ede x 4% 10% 28% 12% PEK (Platform Edese Kunstenaars) x *0% *2% *13% 2% Museum Tute Natura, Bennekom x x *3% *8% 2% Museumpark Harskamp x *8% *3% *5% 5% Jac. Gazenbeek Stichting x *0% *2% *4% 1% Museonder, Otterlo x 11% 16% 23% 16% Culturele Vereniging De Kijkdoos, Bennekom x *2% *4% *14% 4% Zondagmiddagconcerten Oude Kerk, Bennekom x x *4% *12% 4% Concerten stadsbeiaardier, Ede x x *6% *4% 3% Festival Ede uit de Kunst x *14% *12% *16% 16% * = Uitkomst is minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 30 respondenten x = Uitkomst niet weergegeven, want gebaseerd op te klein aantal respondenten Tabel 3-6 Gemiddeld rapportcijfer Edese musea en andere culturele voorzieningen, 2006, 2008, Kröller-Müller Museum, Otterlo 7,9 7,8 8,1 Kijk & Luister Museum, Bennekom 7,8 7,7 7,7 Nederlands Tegelmuseum, Otterlo 7,5 7,0 6,9 Museum Oud Lunteren - 7,3 6,9 Historisch Museum Ede, Ede - 6,8 7,0 PEK (Platform Edese Kunstenaars) - *6,2 **6,6 Museum Tute Natura, Bennekom - - *6,2 Museumpark Harskamp - - *7,2 Jac. Gazenbeek Stichting - - **6,4 Museonder, Otterlo - 7,9 Culturele Vereniging De Kijkdoos, Bennekom - **5,6 *6,7 Zondagmiddagconcerten Oude Kerk, Bennekom - - *6,9 Concerten stadsbeiaardier, Ede - - *6,4 Festival Ede uit de Kunst 6,9 6,7 7,2 * = Uitkomst is minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 30 respondenten ** = Uitkomst is aanzienlijk minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 10 respondenten 16 Strategie & Onderzoek, juni 2011

19 3.5 ALGEMENE WAARDERING CULTUURAANBOD EDE Wat vinden de inwoners van het Edese cultuuraanbod? In 2010 betitelde 28% van de inwoners het cultuuraanbod als interessant (Figuur 3-7). Dat is ongeveer gelijk aan de 27% uit Het aandeel inwoners dat het aanbod een beetje interessant vindt is afgenomen (van 36% in 2008 naar 28% in 2010), terwijl het aandeel inwoners dat het aanbod niet interessant vindt is toegenomen (van 14% in 2008 naar 19%). Hoe hoger de leeftijd, hoe minder vaak inwoners van mening zijn dat het cultuuraanbod niet interessant is. Opvallend is verder de grote groep jarigen die het aanbod als een beetje interessant betiteld. Verder vinden hoger opgeleiden het aanbod doorgaans vaker interessant dan lager opgeleiden. Deze laatste groep heeft vaker geen mening. Van de inwoners van de dorpen vindt 29% het aanbod in Ede niet interessant, tegen 13% van de inwoners van Ede-stad. Hoogopgeleide inwoners in de leeftijdscategorie jaar zijn het meest enthousiast over het kunst- en cultuuraanbod. Figuur 3-7 Mening over aanbod kunst en cultuur in Ede (N=249) Geen m ening 25% Niet interessant 19% Interes sant 28% Een beetje interess ant 28% Inwoners van de gemeente Ede vinden het kunst- en cultuuraanbod om verschillende redenen niet of slechts een beetje interessant (Tabel 3-7). In de eerste plaats doen respondenten liever andere dingen (32%), gevolgd door het ontbreken van voldoende belangstelling (29%) en de keuze om het besteedbare geld liever aan iets anders uit te geven (25%). Daarnaast vindt 22% het te duur en krijgt 18% onvoldoende informatie over wat er te doen is. Ook in 2006 en 2008 behoorden deze tot de meest genoemde redenen. Opvallend is dat in 2010 aanzienlijk minder respondenten dan in voorgaande jaren zeggen dat de informatie die zij krijgen, hen niet nieuwsgierig maakt. 17

20 Tabel 3-7 Redenen waarom inwoners aanbod kunst en cultuur niet interessant vinden, 2006, 2008, 2010 (N=122) De informatie die ik krijg maakt me niet nieuwsgierig 32% 26% 16% De zaal / het gebouw spreekt me niet aan 11% 8% 7% Het past niet bij mijn geloof 8% 10% 13% Het publiek spreekt me niet aan 5% 8% 13% Ik besteed mijn geld liever aan andere dingen 21% 21% 25% Ik doe liever andere dingen 32% 43% 32% Ik heb geen belangstelling voor kunst en cultuur 15% 25% 29% Ik krijg onvoldoende informatie over wat er te doen is 15% 14% 18% Ik vind het te duur 25% 25% 22% Geen mening 4% 3% 2% Aan de respondenten is tevens gevraagd wat men vindt van het aanbod aan kunst en cultuur (figuur 3-8). Ruim de helft is van mening dat er niets hoeft te veranderen in het aanbod kunst en cultuur omdat het aanbod voldoende is. Volgens 22% hoeft er niets te veranderen omdat het hen niet interesseert. Ruim een kwart is van mening dat er wel wat moet veranderen. Lager opgeleiden en inwoners jonger dan 45 jaar geven minder vaak aan dat er iets hoeft te veranderen dan hoger opgeleiden en mensen van 45 en ouder. Figuur 3-8 Stellingen kunst en cultuur (N=247) Er zou wel iets moeten veranderen, namelijk: 26% Er hoeft niets te veranderen, het aanbod is voldoende 52% Er hoeft niets te veranderen, het interesseert me niet 22% 18 Strategie & Onderzoek, juni 2011

21 Om te achterhalen wat inwoners belangrijk vinden bij kunst en cultuur, is hen een aantal stellingen voorgelegd over kunst en cultuur (Figuur 3-9). Verandering van inkomen lijkt van invloed te zijn op de cultuurparticipatie. Zo stelt ruim 70% van de respondenten dat zij extra zouden bezuinigen op kunst en cultuur wanneer hun inkomen daalt. Circa eenderde zou meer gaan doen aan kunst- en cultuuractiviteiten wanneer het inkomen zou toenemen. Deze percentages zijn ongeveer gelijk aan De behoefte aan popoptredens, festivals en populaire kunst en cultuur is verder toegenomen (van bijna 40% naar bijna 50%). Figuur 3-9 Mening inwoners over stellingen kunst en cultuur (N=242) Onderwijsinstellingen moeten meer aandacht besteden aan kunst en cultuur Er zouden meer popoptredens in Ede moeten komen Er zouden meer festivals in Ede moeten komen Ik ga liever naar 'klassieke' cultuur dan naar 'populaire' cultuur Er zou meer populaire kunst en cultuur (pop, wereldmuziek, film, audiovisueel, etc.) in Ede moeten komen Ik ga liever naar de bioscoop dan naar toneelvoorstellingen Als de prijzen van films lager zouden zijn, zou ik vaker gaan Als de prijzen van culturele voorstellingen lager zouden zijn, zou ik vaker gaan Als ik meer ga verdienen, ga ik meer aan kunst en cultuur doen Als ik minder inkomen heb, bezuinig ik op kunst en cultuur 0% 20% 40% 60% 80% 100% (Helemaal) mee eens Niet mee eens / niet mee oneens (Helemaal) mee oneens 3.6 INFORMATIEBRONNEN CULTUUR EN UITGAAN De manier waarop activiteiten aangekondigd worden speelt mogelijk een rol bij de bezoekersaantallen. Daarom is aan de respondenten gevraagd in hoeverre zij bekend zijn met bepaalde informatiebronnen en welke bronnen zij de afgelopen 12 maanden hebben geraadpleegd bij het vinden van informatie over culturele activiteiten (Tabel 3-8). Doorgaans is men goed bekend met de VVV, de Uitkrant in Ede Stad, de Gelderlander en de gemeentelijke website. De bekendheid met deze bronnen schommelt rond de 70%. De bekendheid met verschillende informatiebronnen is doorgaans het hoogst bij hogere opgeleiden en mensen van middelbare leeftijd. Verreweg de belangrijkste bron van informatie is de Uitkrant in Ede Stad, net als in Opvallend is de onbekendheid bij jongeren van de Uitkrant in Ede Stad en de onbekendheid bij alle inwoners van de website Cultuurwijzer en het informatiepunt Cultuurwijzer. Van de respondenten die de website Cultuurwijzer en het Informatiepunt in Cultura wél kennen, vindt een (ruime) meerderheid er ook daadwerkelijk informatie over kunst en cultuur. Dit is niet zo verwonderlijk, aangezien de selecte groep mensen die deze informatiebronnen kennen, waarschijnlijk ook actief op zoek zijn naar informatie over kunst en cultuur. 19

22 Tabel 3-8 Geraadpleegde bronnen voor cultuurinformatie, 2008, 2010 (N=156) Informatiebron Bekend bij respondenten 2008 Bekend bij respondenten 2010 Informatie gevonden 2008** Informatie gevonden 2010** Uitkrant in Ede Stad 68% 69% 77% 64% Website Cultuurwijzer 12% 12% 52% *54% Informatiepunt in Cultura 15% 16% 55% 66% Gelderlander 62% 69% 53% 48% Website gemeente Ede - 69% - 31% Lokale/regionale radio 51% 53% 35% 30% Lokale/regionale tv 60% 62% 44% 38% VVV 73% 74% 50% 43% Anders - 20% - *94% * = Uitkomst is minder nauwkeurig, want gebaseerd op minder dan 30 respondenten ** = Als percentage van de responden die de betreffende informatiebron kennen 3.7 BEZIT KORTINGSKAARTEN EN BEZOEK AMATEURKUNSTVERENIGINGEN Bijna een kwart van de inwoners heeft een sport- en cultuurpas. Dit is een lichte toename ten opzichte van 2008, toen 18% een dergelijke pas bezat. Ruim één op de tien inwoners (13%) bezat in 2010 een Museumjaarkaart. Ook dat is een lichte toename ten opzichte van 2008 (11%). De helft van de respondenten van 15 tot 24 jaar heeft een Cultureel Jongeren Paspoort of een Cultuurkaart (Figuur 3-10). Een Museumjaarkaart is relatief vaak in het bezit van hoog opgeleiden en mensen in de leeftijdscategorie 65 jaar en ouder, terwijl lager opgeleiden en jongeren vaker een Cultureel Jongeren Paspoort en Cultuurkaart hebben. Het bezit van de sport- en cultuurpas is hoger onder mensen in de hoogste inkomensklasse dan onder mensen met een laag of midden inkomen. Figuur 3-10 Bezit kortingskaart voor cultuur en uitgaan naar type, 2008, 2010 (N=231) Sport- en cultuurpas Ede Cultuurkaart (vroeger CKV-pas) Cultureel Jongeren Pas poort (CJP) Mus eum jaarkaart 0% 10% 20% 30% 20 Strategie & Onderzoek, juni 2011

23 Ruim driekwart van de bezitters van de sport- en cultuurpas heeft de pas gebruikt in de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek. De gebruiksfrequentie door de gebruikers van de pas wisselt vrij sterk. Ruim eenderde gebruikte de sport- en cultuurpas vaker dan twaalf keer en eenvijfde gebruikte de pas 5 tot 12 keer. Ruim tweevijfde gebruikte de pas minder dan 5 keer (Tabel 3-9). Tabel 3-9 Gebruiksfrequentie sport- en cultuurpas (N=58) Geen enkele keer 1 keer 2-4 keer 5-12 keer >12 keer 23% 12% 22% 17% 27% Tot slot is gevraag naar het bezoek van uitvoeringen en/of optredens van amateurkunstverenigingen (Tabel 3-10). Twee van de vijf respondenten bezoekt wel eens een optreden van een amateurkunstvereniging; 23% gaat wel eens in Ede-stad naar een amateur-uitvoering, 22% in één van de dorpen en 13% buiten de gemeente Ede. Vooral ouderen en hoger opgeleiden bezoeken uitvoeringen en/of optredens van amateurkunstverenigingen. Bijna de helft van de inwoners van de dorpen bezoekt wel eens een uitvoering van een amateurkunstvereniging; van de inwoners van Ede-stad is dat ruim eenderde. Tabel 3-10 Bezoek uitvoering/optreden amateurkunstvereniging (N=248) Geen bezoek Wel bezoek In Ede-stad In één van de dorpen Buiten de gemeente Ede 61% 39% 23% 22% 13% 21

24 22 Strategie & Onderzoek, juni 2011

25 4 HISTORISCHE INFORMATIE 4.1 INLEIDING Achtereenvolgens zijn in dit hoofdstuk de interesse in historische informatie gepeild, evenals de bekendheid en het gebruik van het gemeentearchief. Tot slot van dit hoofdstuk is gevraagd naar de specifieke interesse in de Lokale Omroep Ede (LOE). 4.2 INTERESSE IN HISTORISCHE INFORMATIE Slechts een klein percentage van de Edese bevolking is lid van een historische vereniging: 11% in 2010 tegen 10% in Toch is 57% geïnteresseerd in dit onderwerp, iets minder dan in 2006 en 2008 (Figuur 4-1). De belangstelling voor de lokale geschiedenis van Ede is in deze periode gedaald. De interesse voor de woonomgeving nam toe en de interesse in informatie over de stamboom/genealogie bleef gelijk. Hogere opgeleiden, ouderen en bewoners van de dorpen hebben een grotere belangstelling voor historische informatie dan laagopgeleiden, jongeren en bewoners van Ede stad. Figuur 4-1 Interesse in historische informatie, 2006, 2008, 2010 (N=244) Ja, over m ijn woonom geving Ja, over de lokale geschiedenis van Ede Ja, inform atie over stam boom / genealogie Ja, iets anders Nee % 10% 20% 30% 40% 50% 60% Net als in 2008 willen de inwoners de informatie vooral via de krant willen ontvangen, en in iets mindere mate via de website van het gemeentearchief en landelijke / provinciale (historische) websites (Figuur 4-2). 23

26 Figuur 4-2 Gewenste bronnen voor historische informatie (N=141) Via landelijke / provinciale (historische) websites 16% Anders 4% In de krant 21% Via de eigen website van het Gemeentearchief Ede 17% Uit historische publicaties of onderzoekshandl eidingen 11% Via een tentoonstelling 10% In folders 12% Door het Gemeentearchief te bezoeken 9% 4.3 GEMEENTEARCHIEF Ongeveer tweederde van de inwoners is bekend met het gemeentearchief. De bekendheid met het gemeentearchief stijgt met de leeftijd (Figuur 4-3). De meest gebruikelijke kennismaking met het gemeentearchief verloopt van mond tot mond. Ook de krant en de gemeentelijke website werd vaak genoemd (Figuur 4-4). Figuur 4-3 Bekendheid met het gemeentearchief naar leeftijdsklasse, 2006, 2008, 2010 (N=242) 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% % 10% 0% jaar jaar jaar 65> 24 Strategie & Onderzoek, juni 2011

27 Figuur 4-4 Manier waarop inwoners bekend zijn geworden met het gemeentearchief (N=138) Mondeling Via een krant Via de gem eentelijke website Via Historische Cahiers Via een ander archief Via een folder Anders 0% 10% 20% 30% 40% 50% 18% van de inwoners heeft wel eens gebruik gemaakt van het gemeentearchief. Dat is een stijging ten opzichte van 2008, toen 14% van de respondenten gebruik maakte van deze dienst. Net als voorgaande jaren is de aanvraag van een bouwvergunning een belangrijke reden om het gemeentearchief te raadplegen (Figuur 4-5). De belangrijkste redenen voor het wegblijven bij het gemeentearchief, in volgorde van afnemende belangrijkheid, zijn: het ontbreken van (voldoende) behoefte aan informatie of interesse, de moeite die ervoor gedaan moet worden en het feit dat mensen hun informatiebehoefte elders bevredigen. Figuur 4-5 Reden van bezoek gemeentearchief, 2006, 2008, 2010 (N=48) Een bouwvergunning / bouwtekening Lokale geschiedenis (huis, wijk, s tad, dorp, kerk) Beeldm ateriaal (foto's, kaarten) Studie, s chool Stam boom (genealogie) Anders Biografie % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 25

28 Figuur 4-6 Wensen ten aanzien van gemeentearchief, 2006, 2008, 2010 (N=114) Digitale toegang tot inform atie Inform atie digitaal over lokale geschiedenis Informatie over de lokale geschiedenis op papier Begeleiding bij het zoeken naar inform atie Parkeerm ogelijkheid Werkplekken om de inform atie te bestuderen Tentoonstelling over lokale geschiedenis Toegang voor rolstoel Anders, nam elijk Lunchm ogelijkheid % 10% 20% 30% 40% 50% 60% Ruim eenderde van alle respondenten heeft wel eens gehoord van de website van het gemeentearchief. Eenderde van deze groep heeft de website ook bezocht. De waardering van de website is licht toegenomen. Het gemiddelde rapportcijfer is een 7,0 (in ,6 en in ,8). In de enquête is ook gevraagd welke specifieke informatie respondenten via de website willen kunnen zien. De meest genoemde informatie is toegang tot digitale informatie, digitale en papieren informatie over de geschiedenis. Lunchmogelijkheden, rolstoeltoegankelijkheid en tentoonstelling over de lokale geschiedenis werden relatief weinig genoemd (Figuur 4-6). 4.4 LOKALE OMROEP EDE (LOE) Zeven van de tien inwoners kunnen de Lokale Omroep Ede (LOE) thuis ontvangen, waarvan tweederde zowel op de televisie als op de radio. De helft van de inwoners heeft in het jaar voorafgaand aan het onderzoek naar de lokale omroep gekeken en een kwart naar de radio geluisterd (Tabel 4-1). De website is door 15% van de Edenaren bezocht. Inwoners van 45 jaar en ouder en inwoners van Ede-stad kijken en luisteren meer naar programma s van de LOE dan jongeren en inwoners van de dorpen. De radioprogramma s waarderen luisteraars gemiddeld met een 6,8. De televisieprogramma s en de website krijgen gemiddeld een 6,6. Tabel 4-1 Bezoekfrequentie Lokale Omroep Ede (LOE) (N=223) Medium Nooit >1x /week 1x/week >1x/maand 1x/maand <1x/maand Televisie 48% 9% 10% 14% 5% 14% Radio 73% 6% 3% 7% 2% 9% Website 85% 1% 1% 3% 2% 8% 26 Strategie & Onderzoek, juni 2011

29 5 BIJLAGEN Burgemeester van Ede C. van der Knaap <adressering> uw kenmerk uw brief van zaaknumm er behandeld door doorkiesnum mer S. Heins (0318) faxnummer betreft bijlage(n) Ede, Cultuur- uitgaansmonitor november 2010 Geachte <naam>, Gaat u wel eens naar de bioscoop, het theater, een popfestival, een museum of de bibliotheek? Bent u tevreden over de culturele voorzieningen in Ede? De gemeente Ede zou graag antwoord krijgen op deze en andere vragen. Daarom nodig ik u van harte uit om mee te doen aan de Cultuur- en Uitgaansmonitor In dit onderzoek vragen wij uw mening over de culturele- en uitgaansvoorzieningen in Ede. Ook zijn wij benieuwd naar de activiteiten die u in uw vrije tijd doet, bijvoorbeeld een muziekinstrument bespelen, dansen, websites ontwerpen of fotograferen. Met de uitkomsten van het onderzoek kunnen wij het gemeentelijke beleid verbeteren. U kunt meedoen door de vragenlijst via Internet in te vullen. Dit heeft onze voorkeur, omdat het milieuvriendelijk en kostenbesparend is. Op kunt u met uw persoonlijke toegangscode <code> en uw wachtwoord <wachtwoord> de vragen beantwoorden. Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 15 minuten. Wilt u liever een papieren vragenlijst invullen? Dan komt er de komende weken een medewerker van het bureau Reservice bij u een papieren vragenlijst langsbrengen. U hoeft hier zelf niets voor te doen. Deze papieren vragenlijst wordt op een later moment weer opgehaald. Wij hopen dat u aan dit onderzoek wilt meedoen! Uw antwoorden behandelen wij vertrouwelijk en verwerken wij anoniem. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Saskia Heins van de afdeling Strategie & Onderzoek van de gemeente Ede ( ; saskia.heins@ede.nl) of met Bart van Steenis ( ; bart.van.steenis@ede.nl) Ik dank u alvast hartelijk voor uw medewerking! Met vriendelijke groet, C. van der Knaap 27