Voorbereidende raadsbijeenkomst verslag

Transcriptie

1 Voorbereidende raadsbijeenkomst verslag Secretariaat: tel Datum: 16 mei 2012 Aanvang: Locatie: uur Atrium, Antwerpseweg 5 Gouda 1. Opening Mevrouw Arenoe opent de raadsbijeenkomst en heet allen welkom, met name de gasten van de Raad, en licht de enigszins aangepaste agenda toe. Over de agendapunten Speelautomatenverordening en Brandbeveiligingsverordening zijn geen vragen gesteld. Deze worden vanavond niet besproken en gaan meteen door naar de besluitvormende raadsvergadering. Er heeft overleg plaatsgehad met de Provincie over een alternatief voor de RijnGouwelijn. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Ruwhof om hiervan verslag te doen aan de Raad. Mevrouw Ruwhof verwijst mede naar het artikel in de krant van vandaag. Als alternatief voor de afgekeurde RijnGouwelijn gaat er een regionale sprinter rijden op het bestaande spoor. Op dit traject worden ook twee nieuwe haltes aangelegd, namelijk in Waddinxveen en Boskoop. De bouw van een eenvoudig station in de Gouweknoop zou op korte termijn ook zinvol zijn. Van het in de RGG geïnvesteerde geld krijgt Gouda bijna 7 miljoen euro terug: de helft in natura en de andere helft contant. Dit laatste deel, bijna 4 miljoen euro, zal onder meer worden gebruikt voor de inrichting van het busstation. De aanleg van spoor 12 gaat niet door. De verbinding Alphen Leiden zal in de spits twee tot vier maal per uur gaan rijden. Mocht de bebouwing langs dit traject toenemen, dan zal de sprinter de hele dag door vier maal per uur gaan rijden. Een aantal buslijnen in het Groene Hart zal worden opgewaardeerd. Deze lijnen gaan uitmaken van het Hoogwaardig Openbaar Vervoer van Zuid- Holland Noord. Het resultaat voor Gouda is dat toch een aantal zaken wordt uitgevoerd en dat een deel van het geld terugkomt. De heer Schotanus concludeert dat de wethouder alleen spreekt over het openbaar vervoer. Van de 7 miljoen euro die Gouda terugkrijgt, zou ook een verbreding van de spoortunnel kunnen worden gefinancierd. Mevrouw Ruwhof zegt dat een echte opknapbeurt wel 40 miljoen euro zou kosten. Nu zal de spoortunnel wellicht een kleine opknapbeurt ondergaan. De voorzitter geeft de Raad gelegenheid om te reageren. Mevrouw Engbers vindt dat er sprake is van een goed onderhandelingsresultaat. Overigens wijst zij erop dat een dienst van 4 x per uur iets heel anders is dan een dienst van 1 x per kwartier. Nu spoorlijn 12 niet wordt aangelegd, hoopt ze dat het niet verstopt raakt bij het busstation achter de bioscoop. Mevrouw Ruwhof zal deze laatste opmerking meenemen in de onderhandelingen. De heer Weeber vraagt waarom de wethouder dit een goed onderhandelingsresultaat vindt. VRV Debat parkeergarage Spoorzone

2 Mevrouw Ruwhof legt uit dat de gemeente geld terugkrijgt, deels in natura en deels contant. De gemeente betaalt uiteindelijk minder voor zaken dan ze van plan was, en doet nu toch deze dingen die ze voornemens was te doen. De heer De Lange vraagt, i.v.m. de mogelijkheid van een Gouweknoop-station, of dit betekent dat met de komst van het Westergouwe-station er twee stations dicht bij elkaar komen te liggen. Mevrouw Ruwhof antwoordt dat dit niet zal gebeuren. Op de lijn van Gouda naar Waddinxveen zal in de Gouweknoop een simpel stationsplatformpje worden aangelegd. De heer De Koning memoreert de lange geschiedenis van de RGL. Hoe hard is nu het onderhandelingsresultaat voor de toekomst? Wordt daarin ook een bepaling opgenomen dat Gouda niet de dupe wordt van mogelijke, toekomstige veranderingen? Mevrouw Ruwhof antwoordt dat ook in de vorige situatie contracten de basis waren om tot dit onderhandelingsresultaat te komen. Contracten geven een bepaalde mate van zekerheid. De heer De Koning stelt voor om in het contract een anti-ontsnappingsclausule op te bouwen en daar een bedrag aan te koppelen. Het gaat hem om het geldbedrag dat in natura wordt aangeboden. Mevrouw Hiskes stelt vast dat in de voorliggende plannen het station Goudse Poort komt te vervallen en dat daar een budgettair neutrale parkeeroplossing komt. Waar wordt dan aan gedacht? Mevrouw Ruwhof antwoordt dat de Provincie de gemeente niet tot extra uitgaven kan verplichten. Overigens is er vanuit de Goudse Poort een busverbinding naar Gouda CS. Daarnaast blijkt dat het merendeel van de mensen die in de Goudse Poort werken, per auto komt. De fractie van de heer Dijkxhoorn is zeer verrast over het financiële resultaat dat nu is behaald. De voorzitter deelt tenslotte mee dat dit onderwerp op 21 mei a.s. opnieuw zal worden bespreken met de Provincie in Leiden. 2. Debat parkeergarage Spoorzone De voorzitter geeft het woord aan wethouder Ruwhof voor een korte toelichting. Mevrouw Ruwhof leidt in dat in de Spoorzone een parkeergarage moet komen met circa 300 plaatsen, ter vervanging van de huidige P+R en voor de nieuwe functies kantoren, bioscoop en eventueel een hotel. Deze parkeergarage moet bovendien gereed zijn als de bioscoop en het hotel medio 2014 opengaan. Voor de ontwikkeling is er een aantal opties: 1 e de markt bouwt en exploiteert; 2 e de gemeente bouwt en exploiteert; 3 e de gemeente bouwt en laat de exploitatie over aan de markt. Gezien de noodzaak van de bouw van de parkeergarage en de planning is het van belang dat er op korte termijn wordt besloten tot de bouw. Marktpartijen zullen echter niet op korte termijn bereid zijn te beslissen tot de bouw, gezien de krappe financieringsmogelijkheden, hoge rendementseisen en nog bestaande projectonzekerheden. Daarom stelt het college voor, dat de gemeente opdrachtgever wordt voor de bouw van de parkeergarage. Het financiële risico van exploitatie en beheer is voor de gemeente beperkt en zij kan aldus de achtervang zijn voor de exploitatie en beheer van de parkeergarage. Voor het overige zij verwezen naar de reeds in het bezit van de Raad zijnde memo over dit onderwerp. De heer Driesen heeft begrepen dat de ANWB interesse heeft in grootschalige P+R-faciliteiten. Heeft de ANWB de gemeente benaderd en weet de wethouder dat de ANWB ook parkeergarages exploiteert? Mevrouw Ruwhof antwoordt dat zij is benaderd door de ANWB, maar dat er nog geen gesprek heeft plaatsgevonden. 2

3 De fractie van mevrouw Engbers steunt het voorstel, hoewel de bouw van een parkeergarage niet primair een taak van de gemeente is. Als ontwikkelaars door de economische crisis hiervoor geen kans hebben, dan dient de gemeente haar verantwoordelijkheid te nemen. De business case ziet er goed uit. De financiële risico s zijn beperkt en de lage rentestand biedt mogelijkheden. De bouw van de parkeergarage is ook essentieel voor de verdere ontwikkeling van de Spoorzone. Haar fractie stelt wel voorwaarden aan de ontsluiting van de parkeergarage en vraagt met name aandacht voor de Jamessingel. Voorkomen dient te worden dat men de Jamessingel wil oversteken. Mevrouw Hiskes vindt dat nu uitsluitend dient te worden gesproken over het al dan niet bouwen van een parkeergarage door de gemeente, en niet over verkeerskundige zaken. De voorzitter onderschrijft dat het debat dient te worden gericht op de voorliggende business case. De heer Schotanus hoort mevrouw Engbers zeggen dat zij ervan uitgaat dat alle plannen aan de Spoorzone doorgaan. Klopt dat? Mevrouw Engbers antwoordt bevestigend. Niemand heeft volledige zekerheid, maar al met al gebeurt er nu veel op die plek. Zij is optimistisch gestemd. De heer Driesen heeft een paar politieke vragen. De Raad wordt onder een bepaalde tijdsdruk gezet. Het is vreemd dat de officiële situatie met de Nederlandse Spoorwegen is beëindigd per Er was vanaf vorig jaar zomer dus ruimschoots de tijd geweest om de aanbesteding te starten. Waarom is dat niet gebeurd? Voorts wijst spreker er op dat een kantorencomplex wordt neergezet zonder eigen parkeergarage. Daarnaast wordt een kantoor gebouwd en legt de gemeente de plicht op om eigen parkeerplaatsen aan te leggen. Helaas doet het Huis van de Stad dit niet; waarom niet? Dit in het kader van gelijke monniken gelijke kappen. Trots vindt dat de gemeente Gouda niet moet optreden als een soort financieel intermediair. Er ligt een goede business case die door de reguliere markt kan worden opgepakt. Is de subsidie, die Gouda terugkrijgt van de Provincie, voldoende om de parkeergarage te financieren? Kunnen we na de bouw het geoormerkte geld ombuigen naar het weerstandsvermogen? Tenslotte wil Trots zeker weten dat de plannen van bioscoop en hotel doorgaan, want daarop is de hele business case op geënt. De heer Van den Haak vraagt of de heer Driesen de noodzaak van de parkeergarage onderschrijft. De heer Driesen antwoordt bevestigend. Hij vindt het echter de vraag of er 300 parkeerplaatsen nodig zijn. Een parkeergarage bouwen is in principe geen taak van de gemeente. Maar nu, met geoormerkt geld moet worden bekeken hoe we dit kunnen ombuigen. De heer Dijkxhoorn ondersteunt het voorstel om de bouw en de exploitatie van de parkeergarage door de markt de laten uitvoeren, mede gelet op de bouw van het hotel en de bioscoop. De heer Schotanus vraagt of de heer Dijkxhoorn hem het bewijs kan leveren dat een koppeling van hotel en bioscoop met de parkeergarage noodzakelijk is. De heer Dijkxhoorn oppert, een parkeergarage met 400 plaatsen te bouwen. Natuurlijk dient de bouw wel binnen het geoormerkte budget te blijven. Uit economische overwegingen is het voor de stad belangrijk dat de parkeergarage er komt. De financiering door de gemeente moet echter wel eenmalig zijn. De heer Schotanus vraagt de heer Dijkxhoorn opnieuw naar de noodzaak van genoemde koppeling. Wat, als er een parkeergarage komt, maar deze kan niet worden geëxploiteerd? Houdt de heer Dijkxhoorn ook rekening met de parkeergarage aan de andere kant van het station? De heer Dijkxhoorn vindt dat de voorliggende businesscase voldoende aangeeft dat er wel 3

4 geëxploiteerd kan worden. Een parkeergarage met 300 parkeerplaatsen is heel goed om auto s uit de binnenstad weg te houden. Een parkeergarage aan de andere kant van het station moet z.i. zo klein mogelijk worden gehouden. De heer Van den Haak vraagt waarom de heer Schotanus de bouw van een parkeergarage niet onderschrijft. De heer Schotanus antwoordt dat hij naar argumenten zoekt, maar deze nog niet heeft gehoord. De heer De Koning heeft een vraag aan de heer Dijkxhoorn over het feit dat de markt in de business case niet echt een kans krijgt. Waarom zet de VVD nu in deze uitzonderlijke situatie de markt opzij? Heeft dit alleen maar te maken met tijdsdruk? De heer Dijkxhoorn zegt dat zijn fractie voorstander is van variant 2, omdat hij op korte termijn niet verwacht dat er marktpartijen zullen komen. Het is van belang om alle belanghebbenden de zekerheid te geven dat de parkeergarage er komt en daarom wil hij zo snel mogelijk met de bouw van start gaan. Daarna is het gewenst om de parkeergarage zo spoedig mogelijk te verkopen. Op dit moment laat zijn fractie het belang van de stad prevaleren boven een kleine principekwestie. De heer Weeber memoreert de geschiedenis. Vrij plotseling krijgt de Raad nu te horen dat NS is afgehaakt. Het voorliggende plan is een voorbeeld van slecht vooruitziend beleid, waarmee zijn fractie niet kan instemmen. Aan de andere kant zit de gemeente nu met de gebakken peren. Daarom heeft hij de volgende suggesties: op korte termijn spoedprocedures in gang zetten om met marktpartijen in gesprek te gaan. Lukt dit niet dan kan nog een crisisvariant worden ontwikkeld, namelijk een parkeerterrein op maaiveld. Zolang er niet wordt gebouwd, ligt er voldoende terrein om maaiveldparkeren te realiseren. Dit is een goedkopere variant, eventueel met een tijdelijk parkeerdek. Mocht er later dan toch zekerheid komen over het hotel, de bioscoop en P+R, dan zou alsnog de parkeergarage gebouwd kunnen worden. Groot voordeel is dat hiermee voldoende tijd wordt gecreëerd om te tenderen. Mevrouw Niezen wijst erop dat een tender niet wil zeggen dat er dan een parkeergarage komt. De heer Weeber leest in de notitie van de wethouder dat het vooral te maken heeft met tijdsdruk. De heer Van den Haak wijst erop dat voor tijdelijk parkeren op maaiveld een RvS-procedure nodig is. Hooguit zijn de planning en realisering van de parkeergarage wat te temporiseren. Spreker gaat ervan uit dat er enige symmetrie is tussen de contracten van de parkeergarage, resp. de contracten van het hotel en de bioscoop. Mevrouw Hiskes vindt het spijtig dat er op korte termijn geen marktpartijen zijn voor de bouw van een parkeergarage. De heer Weeber spreekt over maaiveld parkeren, maar dat zou zijn tegenover de Driestar. Voor de NS is die afstand mogelijk te groot. Bij de verkennende bijeenkomst van vorige week is niet met een presentatie toegelicht waarom door de gemeente is gekozen voor het zelf ontwikkelen van een parkeergarage. Haar fractie betreurt dit. Mocht een hogere bankgarantie van 20% substantiële invloed hebben op de business case, dan wil haar fractie hierover worden geïnformeerd. Vorige week was ook de tijdsdruk niet duidelijk en dat is jammer. Een nadere studie naar de verkeersafwikkeling is gewenst. Tenslotte twee opmerkingen bij het besluit: de gemeente bouwt niet zelf maar laat bouwen. Circa 300 parkeerplaatsen is heel wat anders dan 400. Zij stelt voor de tekst aldus aan te vullen: 300 uitbreidbaar naar 400. Als deze opmerkingen niet worden overgenomen, zal haar fractie met een amendement komen. De voorzitter geeft aan dat vorige week geen presentatie is gehouden over dit agendapunt omdat zij van mening was dat dit niet nodig was. Zij heeft nu nota genomen van de mening van mevrouw Hiskes. 4

5 De heer Schotanus zegt dat zijn fractie absoluut geen vertraging van de Spoorzone wil en positief staat tegenover de bouw van een parkeergarage buiten de singels. Om het risico te beperken heeft hij twee scenario s: parkeren op maaiveld schept ruimte voor 200 parkeerplaatsen, totdat er zekerheid komt over de rest. Verder dringt hij erop aan, zo snel mogelijk in contact te treden met Q- Park. Dat de gemeente Gouda bouwt is prima, maar zij dient daarna zo snel mogelijk de exploitatie uit handen te geven. Mevrouw Niezen vindt het plan zonder hotel en zonder bioscoop nog steeds positief. Haar fractie durft het risico wel aan. Ze begrijpt niet waarom de heer Schotanus de risico s zo hoog inschat. De heer Schotanus stelt vast dat mevrouw Niezen en hij daarover van mening verschillen. De heer Weeber vraagt of de heer Schotanus de bouw van de parkeergarage nu wel of niet door de gemeente Gouda wil laten plaatsvinden. De heer Schotanus gaat akkoord met de bouw door de gemeente. De heer Dijkxhoorn merkt op dat de heer Schotanus spreekt over maaiveld parkeren op een terrein dat 200 à 300 m van het station af ligt. De praktijk leert dat mensen dat te ver vinden om te lopen en dan alsnog in de binnenstad gaan parkeren. De heer Schotanus meent dat de vitale Nederlander graag een stukje loopt. De heer Van den Haak deelt niet de mening van het CDA dat de gemeente nog wel de tijd heeft. Er ligt een planning die gerealiseerd moet worden. Dit is geen kerntaak, maar de gemeente heeft een goede reden om hier af te wijken van de core business. Het is van cruciaal belang dat er beweging komt in de Spoorzone. D66 is er dan ook voorstander van om het voorliggende plan verder te ontwikkelen. De Spoorzone is echter een kwetsbaar gebied, dus dienen alle verkeersafwikkelingen goed onderzocht te worden. Tegen de inhoud van het besluit heeft D66 geen principieel bezwaar. De heer Weeber is benieuwd naar het verschil tussen een tenderprocedure voor een complete parkeergarage, inclusief de exploitatie, en de aannemingsprocedure. Mevrouw Hiskes wijst erop dat er een essentieel verschil is, namelijk dat bij de een wel en bij de ander niet de financiering rondgemaakt moet worden. Dat aspect kost ontzettend veel tijd. De heer De Koning hoort de heer Van den Haak spreken over tijdsdruk en een planning die moet worden gerealiseerd. Spreker heeft echter nog geen planningen van de bouw van het hotel en de bioscoop gezien. Heeft de markt van ontwikkelende bouwers, dus die investeren en bouwen, voldoende de kans gekregen? De heer Van den Haak herhaalt dat het voor zijn fractie primair van belang is dat in de ontwikkeling van de Spoorzone een aantal stappen wordt gerealiseerd. De heer De Lange is geen voorstander van het financieren van bouwprojecten door de gemeente. Een parkeergarage van 300 parkeerplaatsen is volgens hem veel te weinig. Waarom wordt de financiering niet gedeeld met de bioscoop, bijvoorbeeld de begane grond? En later door het hotel ook een verdieping? Om het risico van financiering te spreiden, zal eerst het bestemmingsplan worden aangepast. Volgens G50+ dient dit eerst rond te zijn, voordat tot bouw van een parkeergarage kan worden besloten. Dat is wel zo netjes tegenover de omwonenden. Spreker heeft begrepen dat de tijd, die nodig is om een dergelijke parkeergarage te bouwen, korter is dan het ontwerpen, bouwen en in gebruik nemen van de bioscoop. Volgens de wethouder is de exploitatie een zekerheid te noemen. Waarom is er dan geen bouwer of investeerder gevonden? G50+ stelt voor om eerst te onderzoeken of andere gegadigden, zoals bioscoop, hotel en NS, een verdieping van de parkeergarage willen adopteren. 5

6 Voor mevrouw Niezen is het duidelijk dat de parkeergarage nodig is en dat de termijn kort is. De huidige markt biedt niet voldoende zekerheid dat er een parkeergarage komt. De business case is naar de mening van GroenLinks heel goed. Of de gemeente al dan niet een parkeervoorziening moet bouwen, vindt zij geen principezaak. De gemeente heeft al een aantal parkeerterreinen in beheer. In het najaar dient de gemeente te bekijken of zij de exploitatie zelf gaat doen. GroenLinks wil graag sturing op de parkeertarieven in de stad. Deze parkeergarage moet daar onderdeel van zijn. Haar fractie wil graag snel verder met het project. De heer De Koning vraagt of mevrouw Niezen het een gemeentelijke taak vindt om de parkeergarage te financieren. Mevrouw Niezen wijst erop dat er genoeg gemeenten zijn die dat doen. Het is geen principezaak. De gemeente dient hierin een zo goed mogelijke keuze te maken. De heer Driesen merkt op dat de gemeente ook bezig is met een kerntakendiscussie. Past dit hierin? Mevrouw Niezen vindt dat de uiteindelijke financiering niets te maken heeft met kerntaken. Het voorliggende idee is naar haar mening prima. De heer Van der Hoeven is van mening dat de gemeente met de bouw van een parkeergarage een belangrijke randvoorwaarde realiseert voor de verdere ontwikkeling van het stationsgebied. Daar is gewoon een parkeergarage nodig. Een tijdelijke situatie zoals parkeren op maaiveld is volgens de SGP weggegooid geld. Voor de bouwer en exploitant van een parkeergarage is er geen betere locatie dan deze. Ook zonder bioscoop en hotel zal deze parkeergarage altijd vol komen. De SGP gaat akkoord met het neerzetten van de parkeergarage door de gemeente zelf en is het eens met de gekozen lijn. Bij de bouw moet rekening worden gehouden met de mogelijkheid van uitwisseling tussen deze parkeergarage en die van het kantoor. Wat betreft een uitbreiding van 300 naar 400 parkeerplaatsen: kan de gemeente de vraag uitzetten in de markt, wie de meeste parkeerplaatsen levert voor een x bedrag? Verder adviseert spreker, bij de aanbesteding aan de bouwer te vragen om ook met een variant te komen waarin de exploitatie wordt geregeld. Voorwaarde is voor de SGP wel dat er bij de oplevering duidelijkheid is over de exploitatie. De heer De Koning dankt de wethouder voor de memo en de toelichting daarop. GBG is voorstander van de bouw van een parkeergarage in Spoorzone Noord, ook zonder bioscoop en kantoren. Een aantal van 400 parkeerplaatsen is voor zijn fractie zeker bespreekbaar. Investeren in parkeren is geen kerntaak van de gemeente. De markt heeft geen kans gekregen, met als argument tijdsdruk. GBG meent echter dat er geen sprake is van tijdsdruk. Zowel aanbesteden als bouwen kunnen snel gaan. Dat de wethouder de regie zelf in de hand wil houden, verbaast hem. Dat kan alleen als de gemeente duidelijke afspraken maakt met de ontwikkelende bouwer. Kortom, laat de markt de garage financieren. De gemeente is mans genoeg om de regie in eigen hand te houden. Mevrouw Engbers constateert dat hiermee een draai wordt gemaakt binnen GBG. De voorganger van de heer De Koning vond destijds dat de gemeente parkeergarages moest bouwen. De heer De Koning repliceert dat GBG niet wil verzanden in tradities. Voortschrijdend inzicht in maatschappelijke ontwikkelingen betekent ook dat zijn fractie een andere kijk kan ontwikkelen. De markt is ook de maatschappij, de samenleving. Bij Optima Forma was volstrekt helder dat de markt ook een kans zou krijgen. De heer Van Alphen is nog aan het overwegen. Positieve kanten aan het voorstel zijn de kansen voor het openbaar vervoer en een autoluwe binnenstad. Negatief is echter de opmerking dat de parkeergarage een voorwaarde is voor de eventuele start van een hotel en bioscoop. Maar de parkeergarage is direct ook bedoeld voor kantoren. Probleem hierbij is dat de kantorenmarkt in Zuid- Holland al oververzadigd is en met veel leegstand kampt. Het afgelopen jaar heeft de gemeente Gouda al veel verliezen geleden. Zijn fractie neigt ernaar om te kiezen voor bouwen en exploitatie 6

7 door de markt, maar wenst eerst nog een aantal vertrouwelijke cijfers in te zien. De voorzitter geeft het woord aan de wethouder voor een reactie. Mevrouw Ruwhof bestrijdt dat de markt geen kans zou hebben gehad. Dat is al 6 jaar lang wel degelijk het geval. Bij de oorspronkelijke plannen van de NS heeft de gemeente daar vaak druk op uitgeoefend, maar kennelijk heeft dat niets opgeleverd. Is het bouwen van een parkeergarage een kerntaak? De gemeente gaat natuurlijk niet zelf bouwen, maar aanbesteden. Dat een gemeente optreedt als opdrachtgever komt veelvuldig voor. Om dit als ontwikkelaar te doen, dat vindt zij niet verstandig. Daarom zal een exploitatievoorstel worden gemaakt, zodra met de bouw wordt gestart. Vanwege de locatie nabij hotel, bioscoop en kantoren is er naar haar mening sprake van een risicoloze parkeergarage, die ook geld kan gaan opleveren. Hierin wordt meegenomen dat het parkeerbedrag niet verder hoeft te worden verhoogd. Voor nu is het belangrijk ervoor te zorgen dat de bouw wordt gerealiseerd, om verdere ontwikkelingen in de Spoorzone niet te belemmeren. Tijdens de bouw gaat de gemeente onderzoeken hoe zij de garage zo efficiënt mogelijk kan exploiteren, zodat dit ten goede komt aan het parkeerbeleid en de burgers van de stad. Mevrouw Hiskens is verbaasd dat de wethouder spreekt over een risicoloze parkeergarage en vraagt om uitleg. Mevrouw Ruwhof kan zich niet voorstellen dat de parkeergarage niets zal opleveren, wanneer de risico s op een goede manier worden afgedicht. De voorzitter vraagt of de wethouder wil ingaan op de redactie van het besluit. Mevrouw Ruwhof geeft aan dat zij bereid is om in het besluit de zinsnede tot de bouw te wijzigen in tot aanbesteden van de bouw. Het voorstel van mevrouw Hiskes om de optie van uitbreiding tot 400 parkeerplaatsen op te nemen, wil zij eerst checken met de verkeerskundigen. De heer Van der Hoeven wijst nogmaals op zijn voorstel om niet uit te gaan van het aantal parkeerplaatsen, maar van het geld dat hiervoor beschikbaar is, door te kijken naar welke bouwer voor dat bedrag de meeste parkeerplaatsen levert. Neemt de wethouder dit idee mee? Mevrouw Ruwhof vindt deze gedachte positief, maar zij moet ook rekening houden met het verkeer. Deze twee zaken probeert ze bij elkaar te brengen. De heer Dijkxhoorn merkt op dat bij een dergelijke constructie zou kunnen blijken dat er 250 parkeerplaatsen komen. Dat wil de gemeente toch niet? Mevrouw Ruwhof zegt toe het idee van de heer Van der Hoeven mee te zullen nemen. Verder is de opmerking gemaakt dat de gemeente voor het kantoor wel parkeerplaatsen eist en voor het Huis van de Stad niet. Het is gebruikelijk om in het totaalprogramma een parkeervoorziening te maken. Aan het kantoor is voorgesteld om gezamenlijk parkeergelegenheid te realiseren, maar dat wil het kantoor niet. Dat is een eigen keuze geweest en niet door de gemeente opgelegd. Wat betreft het adoptievoorstel van de heer De Lange: in de ontwikkeling kan men partijen niet verplichten om mee te betalen. De klanten van het hotel en de bioscoop gaan mee betalen aan de exploitatie, als zij in de garage een kaartje kopen. Zo werkt dat in een ontwikkelsituatie. De heer De Lange vraagt zich af waarom de gemeente 3 à 4 miljoen euro moet neertellen, terwijl de parkeerplaatsen ook bestemd zijn voor het hotel, de bioscoop en als vervanging van P+R. Mevrouw Ruwhof legt uit dat het om een investering gaat en niet om een bedrag dat de gemeente zo maar schenkt. Dit geld komt weer terug. 7

8 De voorzitter vraagt of er raadsleden zijn die wijzigingsvoorstellen willen indienen. De heer Van Alphen wil eerst nog een aantal vertrouwelijke cijfers inzien. Voor de dames Niezen, Engbers en de heren Van den Haak en Dijkxhoorn kan het voorstel als hamerstuk naar de besluitvormende raadsvergadering. De heer Driesen geeft aan dat zijn fractie niet tegen de komst van een parkeergarage is, maar tegen de manier van financiering. Wellicht komt zijn fractie met een motie of voorstel voor een kleine aanpassing. De heer Weeber kondigt aan dat zijn fractie een motie zal indienen over het parkeren op maaiveld en de ontwikkelende aannemer. Ook de heer De Lange komt met een motie. Wat mevrouw Hiskes betreft kan het voorstel door als een hamerstuk, maar vraagt zij wel om een aangepaste redactie van het besluit. De heer Schotanus wil een terugkoppeling naar zijn fractie maken, omdat de wethouder spreekt van een risicoloze parkeergarage. De heer Van der Hoeven zal het voorstel nog in zijn fractie bespreken, maar zijn advies is positief. De heer De Koning is het niet eens over de financiën. Hij zal dit punt bespreken met de fracties die hierover een motie willen indienen. De voorzitter concludeert dat het voorliggende plan als bespreekpunt doorgaat naar de besluitvormende raadsvergadering. Zij sluit de bespreking van dit agendapunt. Vertegenwoordigers van de fracties: mw C.M. Arenoe, voorzitter agendapunten 1 en 2 dhr G. Schotanus, voorzitter agendapunt 3 dhr J. Vermeij, voorzitter agendapunten 4 en 5 dhr H.N.D. van Alphen, SP dhr M. Amessas BSW, GroenLinks dhr P. den Boer, PvdA dhr F.A.A. Bots, VVD dhr drs M.G.C.M. Castleijns, D66 mw drs. C.W.D.G. Defesche, VVD dhr drs. Dijkxhoorn, VVD dhr S.J.M. Driesen, Trots op Nederland mw A.C. van Eersel-Bezemer, G50+ mw drs A.H.M.G. Engbers, PvdA dhr H.A. van den Haak, D66 dhr prof. dr. ing. T.W. Hardjono, CDA mw mr M.E.A. Hiskes-Willemse, CDA dhr W. van der Hoeven, burgerraadslid SGP dhr J.M. de Koning MCM, GBG dhr J.T. Krins, ChristenUnie dhr E.P.M. de Lange, G50+ mw H. Niezen, GroenLinks 8

9 dhr drs C.C.M. Pouw, Trots mw E.W. de Ronde, D66 dhr drs H. van Rossum, CDA mw drs M. van den Tweel-Rispens, GP dhr mr J.J. Veld, PvdA dhr W. Verwoerd, Trots dhr drs J. Weeber, GoPo mw drs L.J. Werger, VVD Raadsadviseur : Van het college: Verslag: mw H. Bergsma mw D. Bergman mw W. Ruwhof mw T. Sluijs, Verslagbureau HBS Verslagbureau HBS, 29 mei 2012 Tonny Sluijs 9