Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2009/2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2009/2010"

Transcriptie

1 Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2009/2010 INEKE VAN DER VEEN MECHTILD DERRIKS DOROTHÉ ELSHOF M.M.V. ANNEKE VAN DER HOEVEN

2 CIP-gegevens KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, van der I., Derriks, M., & Elshof, D.P., m.m.v. Hoeven, van der A. Amsterdamse schakelklassen in het schooljaar 2009/2010 Amsterdam: Kohnstamm Instituut. (Rapport nr 853, projectnummer 40431) Dit onderzoeksrapport is mede tot stand gekomen door ondersteuning van de begeleidingscommissie, die bestond uit de volgende personen: ISBN Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, or otherwise, without the prior written permission of the publisher. Uitgave en verspreiding: Kohnstamm Instituut Plantage Muidergracht 24, Postbus 94208, 1090 GE Amsterdam Tel.: Copyright Kohnstamm Instituut, 2011

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 2 De Toetsen 5 3 Vergelijkingsgroepen en berekening van de leerwinst 9 4 Kenmerken van de Amsterdamse schakelklaskinderen in het effectonderzoek 11 5 De prestaties van de schakelklaskinderen in de kleuterbouw 15 6 De prestaties van de schakelklaskinderen in de onderbouw 23 7 De prestaties van de schakelklaskinderen in de middenbouw 29 8 De prestaties van de schakelklaskinderen in de kopklas 33 9 De leerwinst in de voltijd- en in de deeltijdvariant Samenvatting 39 Recent uitgegeven Kohnstamm Instituut rapporten 47

4

5 1 Inleiding Sinds 2005 worden door het ministerie van OCW middelen beschikbaar gesteld aan gemeenten om schakelklassen in te richten. In een schakelklas krijgen leerlingen een jaar lang intensief taalonderwijs in een aparte klas tijdens de reguliere schooltijden, óf tijdens extra lesuren na schooltijd (verlengde schooldag). De schakelklas kan parallel aan groep 1 t/m 8 worden opgezet, maar ook als extra jaar tussen de reguliere groepen (bijvoorbeeld tussen groep 3 en 4), als instroomgroep voorafgaand aan groep 1 of als kopklas na groep 8. Het onderwijs in de schakelklas moet erop gericht zijn om de taalachterstand zodanig te verminderen dat de leerling na het schakeljaar het onderwijs in de reguliere klas kan vervolgen, of, in het geval van de kopklas door kan stromen naar een hogere vorm van voortgezet onderwijs. In de loop der jaren is het aantal gemeenten dat schakelklassen heeft opgezet aanzienlijk toegenomen. In het startjaar 2005/06 werd door ruim 20 pilotgemeenten geëxperimenteerd met verschillende, door de gemeenten zelf voorgestelde schakelklasvarianten. Vanaf augustus 2006 kwamen ook andere gemeenten in aanmerking om schakelklassen op te zetten. In schooljaar 2007/08 waren er in 68 gemeenten op circa 350 scholen 429 schakelklassen opgezet. In de G4 waren 181 schakelklassen, waarvan 67 in Amsterdam. Een quick scan uit 2009 onder de gemeenten met een OAB-budget groter dan euro wijst uit dat er in dat jaar in 76 gemeenten 594 schakelklassen zijn (Sardes, 2009) 1. 1 Vegt, van der A. L. & Hoogeveen, K. (2009). Overzicht Schakelklassen. Utrecht: Sardes. 1

6 In voorgaande jaren werden de schakelklassen in opdracht van het Ministerie van OC&W landelijk geëvalueerd. In opdracht van de gemeente Amsterdam werden in het schooljaar 2007/08 in plaats van een deel, alle Amsterdamse scholen met een schakelklas bij het landelijke evaluatieonderzoek betrokken. Sinds het schooljaar 2008/09 is de opzet van het landelijke onderzoek in opdracht van OC&W veranderd. Het onderzoek dat sinds dat schooljaar onder de Amsterdamse schakelklassen wordt uitgevoerd, vindt volledig in opdracht van de gemeente Amsterdam plaats. In drie eerdere rapporten zijn de resultaten van de Amsterdamse schakelklassen beschreven (schooljaren 2006/2007, 2007/08 en 2008/09), in voorliggend rapport staan de resultaten van de Amsterdamse schakelklassen in het schooljaar 2009/10 centraal. Het onderzoek gaat over de vraag wat de resultaten zijn van de schakelklassen en richt zich vooral op taalprestaties. Alleen bij schakelklaskinderen in een aantal kleutergroepen zijn rekenprestaties onderzocht. In 2008/09 is naast taalprestaties het sociaal-emotioneel functioneren van schakelklaskinderen onderzocht en zijn rekenprestaties bij alle schakelklaskinderen onderzocht. In 2007/08 is daarnaast met behulp van internetvragenlijsten voor leerkrachten en schooldirecties de implementatie van de schakelklassen geëvalueerd. Dit is sinds 2008/09 geen onderdeel meer van de evaluatie. Aan het effectonderzoek in 2009/10 hebben 61 Amsterdamse scholen met in totaal 100 schakelklassen (1247 leerlingen) deelgenomen 2. Er worden vergelijkingen gemaakt met een landelijke vergelijkingsgroep, met schakelklassen in de drie grote steden Rotterdam, Den Haag en Utrecht schooljaar 2007/08 (G3) en met de Amsterdamse schakelklassen in schooljaar 2008/09. De vergelijking met de G3 betreft het schooljaar 2007/08 en niet 2009/10, omdat de schakelklassen buiten Amsterdam sinds 2008/09 niet op dezelfde systematische wijze zijn geëvalueerd als in Amsterdam. De opbouw van het rapport is als volgt. In hoofdstuk 2 worden de toetsen besproken die in het schakelklasonderzoek zijn gebruikt. In hoofdstuk 3 staat informatie over de controlegroep en de manier waarop de leerwinst berekend 2 Ook een SBO-school heeft met een klas met 12 leerlingen deelgenomen, maar de gegevens over deze leerlingen zijn niet in dit rapport opgenomen. 2

7 is. In hoofdstuk 4 gaan we in op de achtergrondkenmerken van de Amsterdamse schakelklaskinderen in het effectonderzoek. Vervolgens bespreken we de prestaties van de schakelklaskinderen op cognitief gebied. In hoofdstuk 5 komen de schakelklaskinderen in de kleuterbouw aan de orde, in hoofdstuk 6 de onderbouw, in hoofdstuk 7 de middenbouw en in hoofdstuk 8 de kopklassen. We gaan bij het bespreken van de prestaties naast de leerwinst die in het schakeljaar is gehaald steeds apart in op de beginmeting. Deze meting geeft namelijk inzicht in het type kinderen dat voor de schakelklas is geselecteerd. In hoofdstuk 9 tenslotte, vergelijken we de leerwinst van de Amsterdamse schakelklaskinderen in de voltijd- deeltijd- en verlengde schooldagvariant. Hoofdstuk 10 bevat een samenvatting van de resultaten. 3

8 4

9 2 De Toetsen De belangrijkste vraag van de effectmeting is of de doelstelling van de schakelklassen, het verbeteren van de taalvaardigheid, daadwerkelijk wordt bereikt. Dit wordt vastgesteld door de taalvaardigheid aan het begin en aan het eind van de schakelperiode te meten, en de leerwinst van de leerlingen vast te stellen. Aangezien uiteraard álle kinderen in een jaar progressie maken, kan er pas worden gesproken van een schakelklaseffect als kinderen in een schakelklas méér vooruit gaan dan vergelijkbare kinderen in een controlegroep die niet aan een schakelklas hebben deelgenomen. Voor leerlingen die deelnemen aan kopklassen na groep 8 is vooral het adviesniveau en hun schoolloopbaan in het voortgezet onderwijs van belang. Halen zij inderdaad het beoogde schooltype in het voortgezet onderwijs, en kunnen zij zich daar ook handhaven? Bij de kinderen in de schakelklas zijn toetsen afgenomen om hun taalniveau vast te stellen. De taaltoetsen zijn afgestemd op de leeftijd van de kinderen, omdat in de verschillende leeftijdsfasen verschillende taalvaardigheden worden geleerd. Voor kleuters zijn woordenschat en beginnende geletterdheid relevant; in groep 3-4 komt daar technisch lezen bij. Technisch lezen is een voorwaarde voor het begrijpend lezen, dat vaak pas in groep 5-6 systematisch aan bod komt in het curriculum. In de groepen 7-8 wordt vrijwel geen aandacht meer besteed aan technisch lezen en is het accent verschoven naar begrijpend lezen en informatieverwerking. Daarom zijn de volgende toetsen gekozen: 5

10 groep 1-2: OBIS; groep 3-4: Cito-toetsen Woordenschat en Technisch lezen (Drieminutentoets), AVI; groep 5-6: Cito-toetsen Technisch lezen (Drie-minutentoets) en Begrijpend lezen, AVI; groep 7-8: Cito-toets Begrijpend lezen. De OBIS is een adaptieve toets die de vaardigheden voor aanvankelijk lezen en rekenen bij jonge kinderen van 4-6 jaar meet. De doelgroep is dus groep 1 en 2. Ook voor kinderen die nog net niet op de basisschool zitten, is de toets geschikt. De OBIS wordt digitaal, via een cd-rom op de computer, afgenomen in een één-op-één situatie van testleider/leerkracht en leerling. De toets is adaptief in de zin dat het computerprogramma de antwoorden verwerkt en op grond daarvan de toetsafname voortdurend bijstelt. De toets, taal én rekenen, wordt in 10 à 20 minuten afgenomen. Het taalonderdeel van OBIS sluit inhoudelijk aan bij de tussendoelen beginnende geletterdheid. Het bevat de onderdelen nazeggen en lezen. Het onderdeel nazeggen geeft een indicatie van het fonologisch bewustzijn. Uit een groot aantal onderzoeken komt naar voren dat het fonemisch bewustzijn een goede voorspeller is van beginnende geletterdheid en latere vorderingen in technisch lezen. Bij het onderdeel lezen gaat het om kennis en vaardigheden die in de literatuur worden omschreven als leesvoorwaarden, voorbereidende leesvaardigheid of ontluikende geletterdheid. Bij de OBIS-toets worden de kinderen ingedeeld in drie leeftijdscategorieën. In categorie 1 zitten de kinderen die bij de beginmeting tussen de 40 en 61 maanden zijn (gemiddeld 4 jaar en 5 maanden). In categorie 2 de kinderen die tussen de 61 en 73 maanden zijn (gemiddeld 5 jaar en 6 maanden). En in categorie 3 de kinderen die tussen de 73 en 93 maanden zijn (gemiddeld 6 jaar en 7 maanden). De indeling in leeftijdscategorieën komt overeen met de gemiddelde leeftijden in leerjaar 1, 2 en 3. Van een deel van de kleuters is (ook) de score op de Cito-toets Taal voor Kleuters bekend. We hebben aan de scholen gevraagd of ze deze toetsen zelf al bij de schakelklaskinderen afnamen, en zo ja of ze de scores dan aan ons wilden doorgeven. 6

11 Van de Cito-toets Woordenschat is recentelijk (in 2009) een nieuwe versie verschenen. Van deze nieuwe versie beschikken we helaas niet over vergelijkingsgegevens vanuit de controlegroep. We kunnen dus alleen wat over effecten van de schakelklas op woordenschat zeggen voor kinderen die de oude versie van de toets gemaakt hebben. In schema 2.1 staat nog eens aangegeven welke toetsen zijn afgenomen. Schema 2.1 De toetsen in het schakelklasonderzoek Obis * Woorden- Drie-minuten- Begrijpend afkomstig uit: Schat 3 toets ** lezen 3 instroomgroep/1 groep 2 X X groep 3 E3 E3 groep 4 E4 E4 groep 5 M5 M5 groep 6 M6 M6 groep 7 groep 8 * en/of Cito Taal voor Kleuters, indien de school deze toetsen zelf standaard afneemt ** = Technisch lezen M7 M8 De toetsen zijn door de schakelleerkracht of IB er afgenomen bij alle schakelklaskinderen die in staat waren om tenminste een deel van de toetsen te maken. Ten slotte zijn gegevens over het AVI-niveau aan het begin en aan het eind van de schakelklas verzameld. Deze score geeft net als de Cito-toets technisch lezen (Drie-minuten toets) het technisch leesniveau van de kinderen aan. Het AVI-niveau is aan de leerkrachten van de schakelklaskinderen gevraagd. De leerkrachten konden kiezen tussen 9 AVI-niveaus van 1 t/m 9. Zij konden daarbij de optie niet van toepassing kiezen. Voor de jonge kinderen is deze 3 Het Cito heeft van de toetsen Woordenschat en Begrijpend Lezen inmiddels een vernieuwde versie op de markt gebracht, waardoor er van deze toetsen momenteel twee versies in omloop zijn: de oude versie en de nieuwe LOVS-versie. 7

12 optie gekozen omdat de kinderen nog te jong waren, voor de oudere kinderen omdat de kinderen op niveau lezen. Vooral voor de kinderen van de groepen 3 t/m 6 is het AVI-niveau relevant. Gemiddeld worden de AVI-niveaus op de volgende momenten bereikt: AVI-1: maart groep 3 AVI-2: juni groep 3 AVI-3: november groep 4 AVI-4: maart groep 4 AVI-5: juni groep 4 AVI-6: november groep 5 AVI-7: maart groep 5 AVI-8: juni groep 5 AVI-9: november groep 6 Hieruit volgt dat de schakelklaskinderen die in het schooljaar vóór de schakelklas (in 2008/2009) in groep 3 zaten voldoende presteren als zij op AVI-niveau 2 lezen. Voor de kinderen die in het jaar vóór de schakelklas in groep 4 zaten is dit AVI-niveau 5, voor de kinderen afkomstig uit groep 5 AVIniveau 8 en voor de kinderen afkomstig uit groep 6 AVI-niveau 9. We hebben voor zowel de groep 3-4 leerlingen als voor de groep 5-6 leerlingen het percentage kinderen berekend met een voldoende hoog AVI-niveau. Om de vooruitgang te bepalen in het percentage kinderen dat op niveau leest, is het zowel voor de begin- als voor de eindmeting bepaald. Bij de begin- en eindmeting is hetzelfde criterium gehanteerd. De hierboven beschreven toetsen zijn in schooljaar 2009/10 bij de leerlingen in de schakelklassen afgenomen. In oktober/november 2009 is de beginmeting uitgevoerd, in mei/juni 2010 de eindmeting. Sommige scholen zijn hiervan afgeweken en hebben de toetsen wat eerder of later afgenomen. Aangezien we het effect van de schakelklas vaststellen op basis van de behaalde leerwinst per maand, was dat geen probleem. 8

13 3 Vergelijkingsgroepen en berekening van de leerwinst Uitspraken over het effect van schakelklassen kunnen alleen worden gedaan op basis van een vergelijking met een controlegroep van vergelijkbare kinderen die niet in een schakelklas hebben gezeten. Als de schakelklassen effect zouden hebben, zou de leerwinst die de kinderen in de schakelklas hebben gehaald groter moeten zijn dan de leerwinst van een controlegroep van vergelijkbare leerlingen die níet in de schakelklas zijn geplaatst. De controlegroep is samengesteld door gebruik te maken van gegevens uit het COOL cohortonderzoek en de OBIS. Het COOL cohortonderzoek is in schooljaar 2007/08, als opvolger van het PRIMA-cohortonderzoek, door het ITS en het Kohnstamm Instituut gezamenlijk uitgevoerd. COOL 5-18 is door het Ministerie van OCW opgezet om een beeld te krijgen van (de ontwikkelingen in) het primair onderwijs in Nederland. Het onderzoek wordt uitgevoerd bij in totaal ruim leerlingen in de groepen 2, 5 en 8 op 550 basisscholen. 400 van de 550 scholen vormen samen een landelijk representatieve steekproef. Bij een deel van de COOL-scholen zijn aanvullende gegevens verzameld ten behoeve van het vormen van een vergelijkingsgroep. De OBIS-toets wordt door veel scholen op eigen initiatief gebruikt. Daarnaast is de toets bij de zesde PRIMA-meting afgenomen bij ongeveer 3000 leerlingen op 60 basisscholen, met een oververtegenwoordiging van allochtone achterstandsleerlingen. De beschikbare gegevens zijn gebruikt voor het (achteraf) samenstellen van controlegroepen ten behoeve van de effectmeting schakelklassen. 9

14 Voor de schakelklaskinderen is de leerwinst bepaald die zij in de schakelklas geboekt hebben. Een complicerende factor daarbij was dat het voor het bepalen ervan noodzakelijk is om leerlingen aan het begin en aan het eind van het jaar te toetsen, terwijl de toetsmomenten volgens de toetskalender van het Cito-LVS veel meer gespreid in het jaar liggen. Aangezien de scholen zich aan de toetskalender houden, zijn de controlekinderen dus op andere momenten getoetst dan de schakelklaskinderen. Dat maakte het lastig om de leerwinst van schakelklaskinderen en controlekinderen te vergelijken. Dit hebben we als volgt opgelost. De voor de schakelklasevaluatie aangevulde COOL gegevens bevatten de toetsscores van een aantal jaren. Op basis daarvan is voor verschillende subgroepen van leerlingen de gemiddelde leerwinst per maand vastgesteld. Een jaar bevat in het basisonderwijs ongeveer 10 maanden reëel onderwijsaanbod (lesweken na aftrek van vakantie). Met de toetsen van het Cito-LVS is het mogelijk om van de variabele leerwinst gebruik te maken omdat de toetsen gekalibreerd zijn; dat wil zeggen dat de toetsscores omgezet kunnen worden naar vaardigheidsscores op één schaal waarmee vooruitgang kan worden gemeten. Voor de schakelklaskinderen is eveneens de leerwinst per maand bepaald door de score op eindmeting en beginmeting van elkaar af te trekken en te delen door het aantal maanden dat daartussen ligt. De vakantiemaanden juli en augustus zijn daarbij niet meegerekend. Omdat de toetsdata bij de beginmeting nogal uiteen liepen en het aanvangsniveau daardoor niet vergelijkbaar was, is de beginscore voor alle leerlingen herberekend naar een afnamedatum van 1 oktober. Per toets is de leerwinst van de Amsterdamse schakelklaskinderen 2009/10 vergeleken met die van de landelijke controlegroep 2007/08, met die van schakelklaskinderen in de G3 2007/08 en met die van de Amsterdamse schakelklaskinderen in 2008/09. 10

15 4 Kenmerken van de Amsterdamse schakelklaskinderen in het effectonderzoek In Tabel 4.1 staan de aantallen Amsterdamse schakelklaskinderen vermeld die in 2009/10 aan de effectmeting hebben deelgenomen evenals de groep waaruit ze afkomstig zijn. Let op: het gaat niet om de groep waarin ze in het schakeljaar zitten. De groepsaanduiding van de schakelklassen was zo divers (3+, 2/3, topklas 4, etc.) dat het voor de vergelijkbaarheid tussen de groepen niet mogelijk was om van het schakeljaar zelf uit te gaan. Bovendien komt het voor dat leerlingen in een schakelklas van hetzelfde leerjaar worden geplaatst als het leerjaar waarin ze het jaar daarvoor zaten (bijvoorbeeld een leerling die vanuit groep 2 in een schakelklas 2 wordt geplaatst), terwijl een andere leerling uit groep 2 in een schakelklas 3 terecht is gekomen. Voor de vergelijkbaarheid van de leerlingen hanteren we dus hier en in het vervolg van het rapport het leerjaar waar de leerling het jaar daarvoor zat. Tabel 4.1 Aantallen Amsterdamse schakelklaskinderen in de effectmeting, uitgesplitst naar de groep waarin ze het jaar daarvoor zaten en naar autochtoon-allochtoon afkomstig uit schakelklas autochtoon allochtoon onbekend totaal % instroomgroep groep 1 1 of groep 2 2 of groep 3 3 of groep 4 4 of groep 5 5 of groep 6 6 of groep 7 7 of groep 8 kopklas neveninstromers* N leerlingen * De toetsresultaten van de neveninstromers kunnen we niet bespreken, omdat het om een kleine groep leerlingen gaat uit verschillende leeftijdsgroepen. 11

16 Van de 1247 Amsterdamse leerlingen in het effectonderzoek is ruim twee vijfde afkomstig uit groep 2 of 3 (zie Tabel 4.1). In voorgaande jaren betrof dit ongeveer de helft. Figuur 4.1: Verdeling naar autochtoon / allochtoon 0% 20% 40% 60% 80% 100% schakelklassen A'dam ,1 87,9 landelijk 81,2 18,8 schakelklassen G schakelklassen A'dam ,3 14,2 87,7 85,8 autochtoon allochtoon Figuur 4.1 laat zien dat in schooljaar 2009/10 ruim 85% van de Amsterdamse schakelklasleerlingen allochtoon is (minimaal één van de ouders is niet in Nederland geboren). Dit aandeel verschilt nauwelijks van dat in de G3- schakelklassen en is iets groter dan in de Amsterdamse schakelklassen 2008/09. Figuur 4.2: Verdeling naar herkomstland ouders 0% 20% 40% 60% 80% 100% schakelklassen A'dam landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam NL Sur/Ant Tur/Mar overig 12

17 Figuur 4.2 laat zien dat het aandeel Surinaamse en Antilliaanse schakelklasleerlingen in Amsterdam in 2009/10 iets groter is dan het aandeel Surinaamse en Antilliaanse schakelklasleerlingen in de G3 en nagenoeg gelijk is aan dat in de Amsterdamse schakelklassen 2008/09. Daarnaast zijn er in Amsterdam minder Turkse en Marokkaanse schakelklasleerlingen en wat meer overige schakelklasleerlingen dan in de G3. Het aandeel leerlingen onder de Amsterdamse schakelklasleerlingen 2009/10 met ouders die in Nederland geboren zijn, is hoger dan in de G3 2007/08 en nagenoeg gelijk aan de Amsterdamse schakelklassen 2008/09. Figuur 4.3 toont het opleidingsniveau van de ouders van de schakelklaskinderen. De meeste Amsterdamse kinderen hebben, zowel in 2009/10 (55%) als in 2008/09 (57%), laag-opgeleide ouders. Dit geldt ook voor de schakelklaskinderen in de G3 (64%). Gemiddeld in Nederland heeft bijna een kwart van de leerlingen in het basisonderwijs laag-opgeleide ouders. Figuur 4.3: Verdeling naar opleiding ouders 0% 20% 40% 60% 80% 100% schakelklassen A'dam landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam lo lbo mbo hbo/wo 13

18 In Figuur 4.4 is voor de schakelklaskinderen de verdeling naar wegingsfactor weergegeven. Figuur 4.4: Verdeling naar wegingsfactor 0% 20% 40% 60% 80% 100% schakelklassen A'dam landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam Hoewel er, zoals verwacht, in de schakelklas voornamelijk leerlingen met een wegingsfactor (dus achterstandsleerlingen) zitten, behoort een deel niet tot die doelgroep van het onderwijsachterstandenbeleid. Vergeleken met schooljaar 2008/09 is het aandeel 0.0-kinderen in de Amsterdamse schakelklassen in 2009/10 iets groter (gestegen van 39% naar 45%). Bijna één op de twee schakelklaskinderen is dus een zogenaamd 0.0-kind; het betreft vaak een allochtoon kind met niet laag-opgeleide ouders. De schakelklas is voor scholen dus vaak ook een middel om kinderen met een taalachterstand waar geen extra geld voor wordt ontvangen vanuit het onderwijsachterstandenbeleid benodigde extra aandacht voor taal te geven. 14

19 5 De prestaties van de schakelklaskinderen in de kleuterbouw In deze paragraaf worden de resultaten op de OBIS-toets besproken van de Amsterdamse schakelklaskinderen in de kleuterbouw schooljaar 2009/10. De scores op de OBIS van de schakelklaskinderen 2009/10 worden vergeleken met die van hun leeftijdsgenootjes in een landelijke controlegroep en met die van de Amsterdamse Schakelgroepkinderen 2008/09. We laten de prestaties apart zien voor allochtone en autochtone kleuters in de schakelklassen. Bij de OBIS-toets worden de kinderen ingedeeld in drie leeftijdscategorieën. In categorie 1 (de instroomgroep) zitten de kinderen die bij de beginmeting tussen de 40 en 60 maanden zijn (gemiddeld 4,5 jaar). In categorie 2 (groep 1) zitten de kinderen die tussen de 61 en 72 maanden zijn (gemiddeld 5,5 jaar). In categorie 3 (groep 2) zitten de kinderen die 73 maanden en ouder zijn (gemiddeld 6,5 jaar). Tabel 5.1 OBIS: Schakelklassen Amsterdam 2009/10 en 2008/09 en landelijke controlegroep. Aantallen leerlingen per leeftijdscategorie, uitgesplitst naar herkomst 4,5 jaar (instroomgr.) 5,5 jaar (groep 1) 6,5 jaar (groep 2) Totaal A dam 2009/10 38 (26%) 62 (43%) 46 (32%) 146 A dam 2008/09 59 (25%) 66 (28%) 110 (47%) 235 Landelijke Controle 504 (48%) 430 (41%) 120 (11%) 1054 Autocht. A dam 09/10 3 (8%) 2 (3%) 5 (11%) 10 (7%) Allocht. A dam 09/10 35 (92%) 60 (97%) 41 (89%) 136 (93%) Autocht. A dam 08/09 10 (17%) 11 (17%) 24 (17%) 45 (19%) Allocht. A dam 08/09 49 (83%) 55 (83%) 86 (83%) 190 (81%) Autocht. Landelijk 407 (81%) 366 (85%) 104 (87%) 877 (83%) Allocht. Landelijk 97 (19%) 64 (15%) 16 (13%) 177 (17%) 15

20 Van de 189 kleuters die aan de beginmeting hebben meegedaan, is bij 43 kinderen (23%) geen eindmeting afgenomen. De kinderen zijn afkomstig van 14 Amsterdamse schakelkassen in de kleuterbouw (afkomstig uit de instroomgroep of de groepen 1 of 2). In 2009/10 zitten er minder meisjes (43,5%) dan jongens (57,5%) in de schakelklassen in de kleuterbouw. In 2008/09, 2007/08 en 2006/07 waren dat respectievelijk 49% en 51%; 47% en 52%; en 53% en 48%. Nog meer dan in voorgaande jaren zijn de meeste schakelklaskinderen die in 2009/10 de OBIS-toets hebben ingevuld van allochtone herkomst (93% allochtoon versus 7% autochtoon). In het voorafgaande schooljaar was deze verhouding nog 81% versus 19%. De drie groepen naar beginsituatie In Tabel 5.2 worden de scores op de beginmeting getoond van de drie groepen kinderen, afzonderlijk voor de autochtone en allochtone kleuters. De scores 2009/10 worden vergeleken met de landelijke vergelijkingsgroepen en de Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09. Tabel 5.2 OBIS, gemidd. ruwe scores Nazeggen, Lezen en Rekenen op de beginmeting 2009/10 van de Amsterdamse schakelklaskinderen, de landelijke controlegroep en de Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09, naar etniciteit instroomgroep groep 1 groep 2 Nazeggen Autocht. Amsterdam 2009/ Autocht. Amsterdam 2008/ Autocht. Landelijk Allocht. Amsterdam 2009/ Allocht. Amsterdam 2008/ Allocht. Landelijk Lezen Autocht. Amsterdam 2009/ Autocht. Amsterdam 2008/ Autocht. Landelijk Allocht. Amsterdam 2009/ Allocht. Amsterdam 2008/ Allocht. Landelijk Rekenen Autocht. Amsterdam 2009/ Autocht. Amsterdam 2008/ Autocht. Landelijk Allocht. Amsterdam 2009/ Allocht. Amsterdam 2008/ Allocht. Landelijk * geen of onvoldoende leerlingen; vetgedrukt: significant verschil Amsterdamse schakelklaskinderen 2009/10 en landelijke controlegroep; onderstreept: significant verschil Amsterdamse schakelklasleerlingen 2009/10 en 2008/09 16

21 Over verschillen in beginsituatie tussen de Amsterdamse schakelgroep 2009/10 enerzijds en de Amsterdamse schakelgroep 2008/09 en de landelijke controlegroep anderzijds kunnen we alleen iets zeggen als het om de allochtone kinderen gaat. In alle drie de leeftijdsgroepen zitten te weinig autochtone kinderen om daar betrouwbare uitspraken over te doen (respectievelijk 3, 2 en 5 kinderen). Hun scores zijn uitsluitend weergegeven om een indruk te geven van hun beginsituatie. Bij de jongste allochtone kleutergroep 2009/10 (de instroomgroep) zien we geen verschillen in beginscores bij nazeggen, lezen en rekenen vergeleken met de landelijke controlegroep en de Amsterdamse instroomgroep 2008/09. We zien wel verschillen bij de allochtone kleutergroepen 1 en 2. De allochtone Amsterdamse schakelklasleerlingen afkomstig uit de groepen 1 en 2 hebben in 2009/10 bij de beginmeting significant hogere scores bij lezen en rekenen dan de landelijke controle groep, en de allochtone kleuters uit groep 2 ook bij nazeggen. Met de Amsterdamse kleuters een jaar eerder zijn er alleen in groep 2 verschillen. In schooljaar 2009/10 scoren zij bij nazeggen hoger dan de kleuters in 2008/09, bij lezen scoren zij lager. Op basis van deze gegevens kunnen we concluderen dat ook in 2009/10 in Amsterdam voor de schakelklas in de kleuterbouw geen lager-presterende, maar gemiddeld of beterpresterende allochtone kinderen zijn geselecteerd. De drie groepen naar leerwinst Uitspraken over het effect van schakelklassen kunnen we doen op basis van een vergelijking met een controlegroep: als de schakelklassen effect hebben, dan moet de leerwinst die de kinderen in de schakelklas hebben gehaald groter zijn dan de leerwinst van een controlegroep van vergelijkbare leerlingen die níet in de schakelklas zijn geplaatst. 17

22 In Tabel 5.3 is de gemiddelde leerwinst van de Amsterdamse schakelklaskinderen op de OBIS-toets weergegeven in vergelijking met de landelijke controlegroep en de Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09. Tabel 5.3 Gemiddelde leerwinst per maand op de OBIS-toets van allochtone Amsterdamse schakelklasleerlingen 2009/10 in vergelijking met de controlegroep en de allochtone Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09 Nazeggen instroomgroep groep 1 groep 2 Schakel A dam 2009/ Schakel A dam 2008/ Landel. controlegroep Lezen Schakel A dam 2009/ Schakel A dam 2008/ Landel. controlegroep Rekenen Schakel A dam 2009/ Schakel A dam 2008/ Landel. controlegroep vetgedrukt: significant verschil Amsterdamse schakelklasleerlingen en landelijke controlegroep onderstreept: significant verschil Amsterdamse schakelklasleerlingen 2009/10 en 2008/09 Bij lezen is het beeld vergeleken met voorgaande jaren veranderd. Boekten de Amsterdamse allochtone kinderen in de instroomgroep in de twee opeenvolgende schooljaren 2008/09 en 2007/08 nog meer leerwinst dan de landelijke controlegroep in deze leeftijdscategorie, in 2009/10 is dat niet meer het geval. In 2009/10 verschilt de leerwinst van de Amsterdamse allochtone instroomgroep niet significant van de controlegroep. Vergeleken met de Amsterdamse schakelgroep uit 2008/09 is de leerwinst bij lezen van de allochtone schakelklaskinderen in 2009/10 significant lager. De allochtone kinderen uit de groepen 1 en 2 daarentegen boeken bij lezen wel meer leerwinst dan de landelijke controlegroepen. Dat was in 2008/09 ook het geval. De verschillen in leerwinst die we zien tussen de Amsterdamse allochtone schakelklaskinderen in de groepen 1 en 2 in 2009/10 vergeleken met die in 2008/09 zijn niet statistisch significant. Bij nazeggen zien we alleen verschillen bij groep 2, en alleen met de Amsterdamse vergelijkingsgroep. Dat was in 2008/09 ook het geval, toen 18

23 haalden de Amsterdamse schakelklaskinderen meer leerwinst dan hun klasgenootjes uit een eerder jaar. Nu is het beeld anders. De Amsterdamse allochtone schakelklaskinderen in groep 2 in 2009/10 hebben minder leerwinst geboekt dan hun Amsterdamse leeftijdgenootjes een jaar eerder (het verschilt niet significant van de landelijke controle groep). Bij rekenen zien we bij alle drie de leeftijdscategorieën geen verschillen in leerwinst tussen de allochtone schakelgroepen 2009/10 enerzijds en de landelijke controle groepen en de Amsterdamse allochtone schakelklaskinderen 2008/09 anderzijds. In de kleuterbouw zien we dus als het gaat om de kinderen van allochtone herkomst, net als in voorgaande jaren, bij lezen de meeste leerwinst. Bij lezen zijn de allochtone schakelklasleerlingen uit twee van de drie kleutergroepen meer vooruitgegaan dan de vergelijkbare landelijke controlegroepen. Vergeleken met de Amsterdamse schakelklaskinderen schooljaar 2008/09 zien we bij nazeggen alleen bij de oudste kleuters minder vooruitgang en bij lezen alleen bij de jongste kleuters. De scholen met een schakelklas in de kleuterbouw hadden de keuze om in plaats van of naast OBIS-gegevens, gegevens van de Cito-toets Taal voor Kleuters aan te leveren. Voor 43% (n=217) schakelklasleerlingen afkomstig uit de groepen 1 en 2 is dit gedaan voor zowel de begin- als voor de eindmeting. We laten eerst de resultaten van de autochtone schakelklaskinderen zien. In Figuur 5.1 zijn de toetsresultaten aan het begin van de schakelklas weergegeven. Figuur 5.1: Startniveau groep 1-2 (autochtoon) TVK schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam

24 De taalprestaties van autochtone schakelklaskinderen aan het begin van de schakelklassen groep 1-2 uit Amsterdam zijn in 2009/10 even hoog als die van de landelijke controlegroep, hoger dan die van de schakelklassen uit de drie andere grote steden en lager dan die van de Amsterdamse schakelklassen 2008/09. In Amsterdam zijn voor de schakelklassen 2009/10 dus gemiddeldpresterende autochtone kinderen geselecteerd, terwijl in 2008/09 iets hogerpresterende kinderen werden geselecteerd. Figuur 5.2 laat de leerwinst zien die de autochtone schakelklaskinderen in de kleutergroepen hebben geboekt in taal vergeleken met de landelijke controlegroep, de schakelklassen in de G3 en de Amsterdamse schakelklassen 2008/09 Figuur 5.2: Leerwinst groep 1-2 (autochtoon) 1,6 1,4 1,2 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 0,0 1,2 1,3 1,4 0,8 TVK schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De leerwinst die de autochtone schakelklasleerlingen groep 1-2 uit Amsterdam in 2009/10 hebben geboekt bij Taal voor Kleuters (TVK) is lager dan die van de controlegroep, de schakelklassen in de G3, maar hoger dan de leerwinst die de autochtone Amsterdamse schakelklasleerlingen in 2008/09 hebben behaald. 20

25 In Figuur 5.3 laten we de taalprestaties aan het begin van de schakelklas zien van de allochtone kinderen afkomstig uit groep 1-2. Figuur 5.3: Startniveau groep 1-2 (allochtoon) TVK schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De allochtone schakelklaskinderen uit Amsterdam hebben aan het begin van de schakelklas even hoge taalprestaties als de landelijke controlegroep, hogere taalprestaties dan de schakelklaskinderen uit de G3 en lagere taalprestaties dan de Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09. Net als bij de autochtone schakelklaskinderen werden in 2009/10 gemiddeld-presterende allochtone kinderen geselecteerd voor de schakelklas, terwijl in 2008/09 beterpresterende leerlingen geselecteerd werden. Op basis van de OBIS-resultaten kwamen we tot de conclusie dat er gemiddeld tot beter-presterende kinderen voor de schakelklassen in de kleutergroepen werden geselecteerd in 2009/10. Het verschil kan te maken hebben met het feit dat er maar een kleine overlap is tussen de groepen kinderen die de OBIS- dan wel Cito-toetsen gemaakt hebben. 21

26 De leerwinst is weergegeven in Figuur 5.4. Figuur 5.4: Leerwinst groep 1-2 (allochtoon) 2,0 1,8 1,5 1,5 1,2 1,0 0,5 0,0 TVK 1,2 schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De Amsterdamse schakelklasleerlingen van allochtone herkomst in de kleuterbouw in 2009/10 hebben net als die in 2008/09 wat taal betreft minder leerwinst geboekt dan de landelijke controlegroep en de schakelklasleerlingen uit de G3. De leerwinst verschilt niet van de Amsterdamse allochtone schakelklaskinderen in 2008/09. Dat de taalprestaties op de Cito-toets lager zijn en dat we dit niet vinden bij de OBIS-toets kan te maken hebben met het feit dat er maar een kleine overlap is tussen de groepen kinderen die de OBISdan wel Cito-toetsen gemaakt hebben. 22

27 6 De prestaties van de schakelklaskinderen in de onderbouw Van de Amsterdamse schakelklasleerlingen in de onderbouw (afkomstig uit groep 3 en 4) zijn toetsgegevens beschikbaar over hun woordenschat en technisch leesniveau (Drieminuten toets en AVI). Ook hier laten we steeds naast leerwinst, gegevens zien over het beginniveau om meer informatie te geven over welke kinderen voor de schakelklas zijn geselecteerd. We laten net als bij de schakelklaskinderen in de kleuterbouw de prestaties van zowel allochtone als autochtone schakelklaskinderen zien. We presenteren eerst gegevens over technisch lezen op basis van de AVIscores. 23

28 In Figuur 6.1 is het aandeel allochtone en autochtone groep 3-4 leerlingen weergegeven dat wat technisch lezen betreft op basis van deze toets aan het begin en aan het eind van de schakelklas op niveau leest. Figuur 6.1 AVI: % schakelklasleerlingen groep 3-4 dat op niveau leest begin eind begin eind autochtoon allochtoon schakelklassen A'dam 0910 schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 Verreweg de meeste allochtone en autochtone schakelklasleerlingen in Amsterdam lezen aan het eind van de schakelklas groep 3-4 op niveau. De toename in de mate waarin de Amsterdamse kinderen op niveau lezen van het begin naar het eind van de schakelklas verschilt niet significant met Amsterdamse schakelklaskinderen 2008/09 en de schakelklaskinderen in de G3. Het technisch leesniveau aan het begin van de schakelklas was van de allochtone Amsterdamse schakelklaskinderen 2009/10 hoger dan van de Amsterdamse schakelklaskinderen in 2008/09. Er zijn dus in Amsterdam in 2009/10 allochtone kinderen met een hoger technisch leesniveau geselecteerd voor de schakelklas groep 3-4 dan in 2008/09. 24

29 In Figuur 6.2 zijn voor de autochtone leerlingen in de groepen 3-4 de prestaties op de Cito-toetsen aan het begin van de schakelklas weergegeven. NB Bij woordenschat betreft het een kleine groep (15%): bij de meeste schakelklaskinderen uit groep 3-4 (85%) hebben de scholen de nieuwe versie van de woordenschattoets afgenomen en daarvoor is nog geen controlegroep beschikbaar. De hier gepresenteerde uitkomsten voor woordenschat betreffen dus maar een indicatie van de werkelijke woordenschatresultaten van de Amsterdamse schakelklaskinderen in 2009/10 Figuur 6.2: Startniveau groep 3-4 (autochtoon) Woordenschat_ov DMT3 schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De woordenschatprestaties van de autochtone Amsterdamse schakelklaskinderen uit groep 3-4 in 2009/10 zijn bij de start even hoog als die van de landelijke controlegroep en de autochtone schakelklaskinderen uit de G3 en hoger dan die van de Amsterdamse schakelklaskinderen in 2008/09. Bij technisch lezen (DMT3) presteren de Amsterdamse autochtone schakelklaskinderen bij de start lager dan de controlegroep en hoger dan de autochtone schakelklaskinderen uit de G3 en de Amsterdamse schakelklaskinderen uit 2007/08. De autochtone leerlingen die in Amsterdam in 2009/10 voor de schakelklas in de onderbouw zijn geselecteerd, zijn gelijk- tot wat zwakker presterende leerlingen vergeleken met de landelijke controlegroep. Zij presteren wel beter dan de Amsterdamse schakelklaskinderen uit het jaar daarvoor. 25

30 Figuur 6.3 laat de leerwinst zien die de autochtone schakelklaskinderen uit groep 3-4 hebben geboekt. Figuur 6.3: Leerwinst groep 3-4 (autochtoon) 3,0 2,5 2,3 2,0 2,0 1,5 1,2 1,0 0,8 0,8 0,5 0,0 Woordenschat_ov 1,0 DMT3 2,0 2,4 schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De autochtone Amsterdamse schakelklasleerlingen 2009/10 groep 3-4 hebben evenveel leerwinst geboekt in woordenschat als de autochtone kinderen in de landelijke controlegroep en meer leerwinst in technisch lezen. Vergeleken met de schakelklaskinderen uit de G3 hebben ze bij woordenschat minder en bij technisch lezen even veel leerwinst geboekt. Vergeleken met de Amsterdamse schakelklaskinderen in 2008/09 hebben ze zowel bij woordenschat als technisch lezen minder leerwinst behaald. 26

31 In Figuur 6.4 is het niveau van de allochtone kinderen aan het begin van de groep 3-4 schakelklas weergegeven. Figuur 6.4: Startniveau groep 3-4 (allochtoon) Woordenschat_ov DMT3 schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 Aan het begin van de schakelklas hebben de allochtone groep 3-4 leerlingen uit Amsterdam een hogere woordenschat en een hoger technisch leesniveau dan de landelijke controlegroep en de schakelklaskinderen uit de G3. Hun woordenschatscores zijn aan het begin van de schakelklas ook hoger dan die van Amsterdamse schakelklaskinderen in 2008/09, hun technisch leesniveau verschilt niet van de Amsterdamse schakelklaskinderen uit 2008/09. De allochtone leerlingen die voor de groepen 3-4 schakelklassen zijn geselecteerd, zijn dus als het om woordenschat en technisch lezen gaat, de gemiddeld iets beter presterende leerlingen. Vorig schooljaar werden juist de wat minder goed presterende allochtone leerlingen voor de groepen 3-4 schakelklassen geselecteerd. 27

32 In Figuur 6.5 is de leerwinst weergegeven die de allochtone groep 3-4 kinderen geboekt hebben. Figuur 6.5: Leerwinst groep 3-4 (allochtoon) 2,5 2,0 1,5 1,0 1,4 0,9 2,0 0,8 2,0 2,0 2,3 2,3 0,5 0,0 Woordenschat_ov DMT3 schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De woordenschat van allochtone groep 3-4 schakelklaskinderen uit Amsterdam is in 2009/10 meer vooruitgegaan dan de woordenschat van kinderen in de landelijke controlegroep en van Amsterdamse schakelklaskinderen in groep /09. Hun woordenschat is minder vooruitgegaan dan die van de schakelklaskinderen uit de G3. Het technisch leesniveau van de Amsterdamse kinderen is evenveel toegenomen als dat van de landelijke controlegroep en minder dan dat van de Amsterdamse allochtone schakelklaskinderen uit groep /09 en uit de G3. 28

33 7 De prestaties van de schakelklaskinderen in de middenbouw De schakelklaskinderen in de middenbouw zijn vrijwel allemaal allochtoon. We laten daarom alleen de prestaties zien van de allochtone schakelklaskinderen. Eerst laten we gegevens over technisch lezen zien op basis van de AVI-scores. In Figuur 7.1 is het aandeel allochtone groep 5-6 leerlingen weergegeven dat wat technisch lezen betreft op basis van deze toets aan het begin en aan het eind van de schakelklas op niveau leest. Van onvoldoende schakelklaskinderen in de G3 zijn AVI-gegevens aan het eind van de schakelklas beschikbaar, daarom wordt er voor hen geen percentage getoond in de figuur. Figuur 7.1 AVI: % allochtone schakelklasleerlingen groep 5-6 dat op niveau leest schakelklassen A'dam schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 begin eind 29

34 Het aandeel Amsterdamse leerlingen in de middenbouw 2009/10 dat aan het eind van de schakelklas op niveau leest is met bijna een derde toegenomen. Dit geldt ook voor de kinderen in de Amsterdamse schakelklassen 2008/09. Aan het eind van de schakelklas leest vier vijfde van de leerlingen in de middenbouw op niveau. Het beginniveau van de Amsterdamse schakelklasleerlingen groep /10 verschilt niet significant van dat van de Amsterdamse schakelklasleerlingen groep 5-6 in 2008/09 en de G3. In Figuur 7.2 is het beginniveau van de verschillende groepen schakelklaskinderen weergegeven bij technisch en begrijpend lezen (nieuwe en oude versie). Figuur 7.2: Startniveau groep 5-6 (allochtoon) DMT3 begrijpend lezen ov begrijpend lezen nv schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 Aan het begin van de schakelklas presteren de Amsterdamse schakelklaskinderen uit groep 5-6 in 2009/10 bij technisch en begrijpend lezen wat lager dan de controlegroep en schakelklaskinderen uit de G3. Voor de schakelklas groep 5-6 zijn in 2009/10 dus over het algemeen allochtone leerlingen geselecteerd met een taalachterstand. Bij begrijpend lezen zijn de prestaties van de Amsterdamse schakelklaskinderen 2009/10 lager en bij technisch lezen hoger vergeleken met Amsterdamse schakelklaskinderen in het jaar ervoor. 30

35 Figuur 7.3 laat de leerwinst zien die de schakelklaskinderen geboekt hebben. Figuur 7.3: Leerwinst groep 5-6 (allochtoon) 2,0 1,8 1,8 1,6 1,5 1,6 1,5 1,6 1,4 1,4 1,5 1,3 1,3 1,1 1,0 0,5 0,0 DMT3 begrijpend lezen ov begrijpend lezen nv schakelklassen A'dam 0910 landelijk schakelklassen G schakelklassen A'dam 0809 De leerwinst van de Amsterdamse allochtone kinderen groep /10 op technisch lezen is lager dan van de controlegroep en Amsterdamse schakelklaskinderen in het jaar ervoor, maar hoger dan van de kinderen in de G3. De leerwinst van de Amsterdamse schakelklaskinderen op begrijpend lezen is lager dan die van de andere drie groepen. Vergeleken met 2008/09 hebben de allochtone schakelklaskinderen uit groep 5-6 dus minder vooruitgang geboekt. Op scholen wordt gesignaleerd dat in deze groepen motivatieproblemen een grotere rol spelen dan in overige groepen, maar we kunnen niet nagaan of dit hier een rol heeft gespeeld, omdat dit niet is onderzocht. Ook kunnen we niet nagaan of het leerpotentieel van de kinderen een rol heeft gespeeld. Dat is dit schooljaar niet onderzocht. 31

36 32

37 8 De prestaties van de schakelklaskinderen in de kopklas Voor het onderzoeken van effecten van de kopklassen is vooral het adviesniveau van belang. In Figuur 8.1 is weergegeven welke adviezen de schakelklaskinderen hebben gekregen. Figuur 8.1: adviezen kopklas begin kopklassen A'dam % 46% 18% kopklassen G % 33% 0% kopklassen A'dam % 62% 18% 0% 20% 40% 60% 80% 100% lager vmbo rondom vmbo TL havo/vwo eind kopklassen A'dam % 39% 60% kopklassen G % 50% 42% kopklassen A'dam % 20% 76% 0% 20% 40% 60% 80% 100% lager vmbo rondom vmbo TL havo/vwo 33

38 In de kopklassen zijn er geen autochtone leerlingen. Een van de toelatingscriteria voor de Amsterdamse kopklassen is dat alleen meertalige (allochtone) leerlingen toegelaten worden. De gegevens in Figuur 8.1 hebben daarom net als bij de schakelklassen voor de middenbouw alleen betrekking op allochtone leerlingen. In Amsterdam is de kopklas bedoeld voor kinderen die vmbo-t, havo of vwo aan zouden moeten kunnen, maar een taalachterstand hebben, sterk gemotiveerd zijn om te leren en betrokken ouders hebben. De adviezen die de Amsterdamse allochtone kinderen in 2009/10 hebben ontvangen voordat zij aan de kopklas begonnen, verschillen gemiddeld niet van die van de G3 en de Amsterdamse kopklaskinderen 2008/09. In Amsterdam zijn dus kinderen voor de kopklas geselecteerd die op een gelijk niveau presteren als de kinderen die in de G3 en Amsterdam 2008/09 voor de kopklassen zijn geselecteerd. Aan het eind van de kopklas zijn de adviezen bij de Amsterdamse kopklaskinderen 2008/09 duidelijk gestegen. Aan het eind van de kopklas heeft 60% van de Amsterdamse kinderen 2009/10 een havo of vwo advies, terwijl dit aan het begin van de kopklas nog 18% was. Er zijn geen significante verschillen met de kopklaskinderen in de G3 07/08 en Amsterdamse kopklaskinderen in 2008/09. 34

39 In Figuur 8.2 is vermeld welk deel van de leerlingen welke score haalde op de Cito eindtoets. Hierbij is een indeling gehanteerd in vier categorieën: lage score ( ), score laag-gemiddeld ( ), score gemiddeld-hoog ( ), score hoog ( ). Landelijk is 535 de gemiddelde score Figuur 8.2: Cito eindtoetsscore kopklas begin kopklassen A'dam % 52% 14% kopklassen G % 47% 0% kopklassen A'dam % 52% 20% 0% 20% 40% 60% 80% 100% eind kopklassen A'dam % 43% 48% 3% kopklassen G % 33% 67% 0% kopklassen A'dam % 20% 62% 16% 0% 20% 40% 60% 80% 100% De scores van de Amsterdamse kopklaskinderen 2009/10 op de Cito eindtoets zijn duidelijk toegenomen. Aan het begin van de kopklas heeft 14% van de Amsterdamse kinderen een gemiddeld-hoog tot hoge score op de Cito 35

40 eindtoets, aan het eind van de kopklas geldt dit voor 51% van de kopklasleerlingen. Er zijn geen significante verschillen tussen de prestaties van de drie groepen op de Cito-eindtoets aan het begin van de kopklas. De toename in prestaties was lager dan in 2008/09, maar gelijk aan de toename in prestaties van kopklaskinderen in de G3. 36

41 9 De leerwinst in de voltijd- en in de deeltijdvariant We zijn nagegaan of kinderen in verschillende schakelklasvarianten, namelijk voltijd, deeltijd en verlengde schooldag, verschillen in de mate waarin er leerwinst is geboekt. Van de in totaal 100 Amsterdamse schakelklassen, zijn er 49 voltijd schakelklassen, 48 deeltijdschakelklassen en 3 verlengde schooldag klassen. Bij de vergelijking van de leerwinst in de voltijd- en deeltijdvariant gaan we uit van de gemiddelde leerwinst die op de CITO-toetsen is behaald. De OBIS is hiervoor minder geschikt omdat de indeling in 3 leeftijdscategorieën tot te kleine aantallen leidt. Dat betekent wel dat de vergelijking van de varianten voor de jonge kinderen alleen geldt voor de wat oudere kleuters. De heel jonge kleuters hebben geen CITO-toetsen gemaakt. Voor de kopklasleerlingen laten we de gemiddelde leerwinst niet zien per variant, omdat voor alle klassen geldt dat het een voltijdvariant betreft. In Tabel 9.1 is de gemiddelde leerwinst voor de verschillende leerjaren, uitgesplitst naar schakelvariant weergegeven. Significante verschillen zijn vet gedrukt. Bij de analyse is gecontroleerd voor de etnische herkomst en het opleidingsniveau van de ouders van de kinderen. Tabel 9.1 Amsterdam: gemiddelde leerwinst in de verschillende leerjaren, uitgesplitst naar voltijd-, deeltijd- en verlengde schooldag variant Afkomstig uit: groep 1-2 taal voor kleuters voltijd 1.5 deeltijd 1.1 groep 3-4 woordenschat_ov woordenschat_nv technisch lezen voltijd deeltijd vsd groep 5-6 begrijpend lezen ov begrijpend lezen nv technisch lezen voltijd deeltijd n < 10 37

42 Van de kinderen afkomstig uit groep 1-2 in de voltijdvariant is de taalvaardigheid sterker toegenomen dan die van kinderen in de deeltijdvariant. Ook in 2008/09 was er hierin een significant verschil, maar in 2007/08 niet. De technische leesvaardigheid van de kinderen afkomstig uit groep 3-4 in de voltijdvariant is minder sterk toegenomen dan van kinderen in de deeltijdvariant. Dit laatste was ook in 2008/09 en 2007/08 het geval. Ook van de kinderen afkomstig uit groep 5-6 in de voltijdvariant is het technisch leesniveau minder sterk toegenomen dan van kinderen in de deeltijdvariant. In 2008/09 was hierin geen significant verschil. Wat begrijpend lezen betreft vonden we geen verschillen. We konden dit echter alleen nagaan voor kinderen die de oude versie van de toets hadden gemaakt, er zijn onvoldoende kinderen die de de deeltijdvariant hebben gevolgd en de nieuwe versie van de toets gemaakt hebben. De verschillen tussen de voltijd en deeltijdvariant waren voor begrijpend lezen van jaar tot jaar verschillend. In 2008/09 was van de kinderen afkomstig uit groep 5-6 in de voltijdvariant het begrijpend leesniveau (nieuwe toetsversie) meer toegenomen dan van kinderen in de deeltijdvariant. In 2007/08 was van de groep 5-6 kinderen het begrijpend leesniveau van de kinderen in de deeltijdvariant meer toegenomen dan van de kinderen in de voltijdvariant. We kunnen concluderen dat we aan deze resultaten geen algemene conclusie kunnen verbinden over het verschil tussen voltijd en deeltijd schakelklassen. 38

43 10 Samenvatting Sinds 2005 worden door het ministerie van OCW middelen beschikbaar gesteld aan gemeenten om schakelklassen in te richten. In een schakelklas krijgen leerlingen een jaar lang intensief taalonderwijs in een aparte klas tijdens de reguliere schooltijden, óf tijdens extra lesuren na schooltijd (verlengde schooldag). De schakelklas kan parallel aan groep 1 t/m 8 worden opgezet, maar ook als extra jaar tussen de reguliere groepen (bijvoorbeeld tussen groep 3 en 4), als instroomgroep voorafgaand aan groep 1 of als kopklas na groep 8. Het onderwijs in de schakelklas moet erop gericht zijn om de taalachterstand zodanig te verminderen dat de leerling na het schakeljaar het onderwijs in de reguliere klas kan vervolgen, of, in het geval van de kopklas door kan stromen naar een hogere vorm van voortgezet onderwijs. In de loop der jaren is het aantal gemeenten dat schakelklassen heeft opgezet aanzienlijk toegenomen. In het startjaar 2005/06 werd door ruim 20 pilotgemeenten geëxperimenteerd met verschillende schakelklasvarianten. Vanaf augustus 2006 kwamen ook andere gemeenten in aanmerking om schakelklassen op te zetten. In schooljaar 2007/08 waren er in 68 gemeenten op circa 350 scholen 429 schakelklassen opgezet. In de G4 waren 181 schakelklassen, waarvan 67 in Amsterdam. Een quick scan uit 2009 wijst uit dat er in dat jaar in 77 gemeenten 594 schakelklassen zijn (Sardes, 2009). In voorgaande jaren werden de schakelklassen in opdracht van het Ministerie van OC&W landelijk geëvalueerd. In opdracht van de gemeente Amsterdam werden in het schooljaar 2007/08 in plaats van een deel, alle Amsterdamse scholen met een schakelklas bij het landelijke evaluatieonderzoek betrokken. Sinds het schooljaar 2008/09 is de opzet van het landelijke onderzoek in 39

DE OPBRENGSTEN VAN DE PILOT-SCHAKELKLASSEN

DE OPBRENGSTEN VAN DE PILOT-SCHAKELKLASSEN DE OPBRENGSTEN VAN DE PILOT-SCHAKELKLASSEN Lia Mulder en Anneke van der Hoeven (ITS) Guuske Ledoux (SCO-Kohnstamm instituut) Nijmegen/Amsterdam, januari 27 1. Inleiding De schakelklas is bedoeld voor autochtone

Nadere informatie

INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN

INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN ii Inrichting en effecten van schakelklassen Resultaten van het evaluatieonderzoek schakelklassen in het schooljaar 2006/2007 Lia Mulder Anneke van der Hoeven

Nadere informatie

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen

Schoolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Scolprestaties van oude en nieuwe gewichtenleerlingen Jaap Roeleveld Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam (email: jroeleveld@kohnstamm.uva.nl) Abstract Sinds de laatste wijziging van de gewichtenregeling,

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. Aan de voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap. Geachte voorzitter,

Gemeente Den Haag. Aan de voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap. Geachte voorzitter, Wethouder van Onderwijs, Jeugdzaken en Sport S. Dekker Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Aan de voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap Uw brief van Uw kenmerk Ons

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 De Leidse Monitor verzamelt informatie over de ontwikkeling van Leidse kinderen vanaf het moment dat zij en/of hun ouders deelnemen aan een voor- en vroegschools programma

Nadere informatie

INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN

INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN INRICHTING EN EFFECTEN VAN SCHAKELKLASSEN ii Inrichting en effecten van schakelklassen Resultaten van het evaluatieonderzoek schakelklassen in het schooljaar 2007/08 ITS Lia Mulder Anneke van der Hoeven

Nadere informatie

ONDERWIJSPRESTATIES EN SCHOOLLOOPBANEN NA DE SCHAKELKLAS

ONDERWIJSPRESTATIES EN SCHOOLLOOPBANEN NA DE SCHAKELKLAS ONDERWIJSPRESTATIES EN SCHOOLLOOPBANEN NA DE SCHAKELKLAS ii Onderwijsprestaties en schoolloopbanen na de schakelklas Een vervolgonderzoek bij leerlingen die in 2006/07 of 2007/08 in een schakelklas hebben

Nadere informatie

DE SCHAKELKLASLEERLINGEN VERDER GEVOLGD

DE SCHAKELKLASLEERLINGEN VERDER GEVOLGD DE SCHAKELKLASLEERLINGEN VERDER GEVOLGD De schakelklasleerlingen verder gevolgd Het tweede vervolgonderzoek bij leerlingen die in 2006/07 of 2007/08 in een schakelklas hebben gezeten L. Mulder I. van

Nadere informatie

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af. Leerlingvolgsysteem. Leerkrachten volgen de ontwikkeling van de kinderen in hun groep nauwgezet. Veel methoden die wij gebruiken, leveren toetsen die wij afnemen om vast te stellen of het kind de leerstof

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 30 313 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met wijzigingen

Nadere informatie

Van de tweejarigen zit het merendeel op een VVE-speelzaal, bij de driejarigen zit het grootste deel op een niet-vve-speelzaal (zie figuur 1).

Van de tweejarigen zit het merendeel op een VVE-speelzaal, bij de driejarigen zit het grootste deel op een niet-vve-speelzaal (zie figuur 1). 1 Deelname van peuters aan voorschoolse educatie In dit hoofdstuk wordt een beeld geschetst van de deelname van Leidse peuters aan VVE (voor- en vroegschoolse educatie). In Leiden wordt in het kader van

Nadere informatie

Opstap in Bos en Lommer

Opstap in Bos en Lommer Opstap in Bos en Lommer Samenvatting Ineke van der Veen (h.vanderveen@uva.nl) Annemiek Veen m.m.v. Pjotr Koopman SCO-Kohnstamm Instituut Eind jaren tachtig werd in Nederland het programma Opstap geïntroduceerd,

Nadere informatie

Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2009

Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2009 Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2009 1. Inleiding Vanaf augustus 2006 realiseren gemeenten in overleg met de scholen en hun besturen schakelklassen. Dit gebeurt in het kader van het onderwijsachterstandenbeleid.

Nadere informatie

Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs

Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs Ronde 5 Hilde Hacquebord Rijksuniversiteit Groningen Contact: H.I.Hacquebord@rug.nl Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs 1. Inleiding De onderwijsinspectie stelt in haar verslag van

Nadere informatie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie In het schooljaar 2014-2015 is de vernieuwde versie van Veilig leren lezen de kimversie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

/ aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % ,3 5 3,3 8 5, , ,7 153

/ aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % ,3 5 3,3 8 5, , ,7 153 Inhoudsopgave 1 Leerlingpopulatie... 3 1.1 Gewogen gewichten... 3 1.2 Land van herkomst... 4 2 Schoolresultaten... 5 2.1 Instroom in de kleuterbouw... 5 2.1.1 Uitstroom naar het Speciaal basisonderwijs

Nadere informatie

1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen Gewichten en etniciteit peuters 3

1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen Gewichten en etniciteit peuters 3 Inhoudsopgave 1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie 2 1.1 Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen 2 1.2 Gewichten en etniciteit peuters 3 1.2.1 Gewichtenpeuters op 1 januari 2008 3 1.2.2

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Aa_Hunze-DEF.indd 1 18-05-16 11:1 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie

Nadere informatie

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek drs. J.P.M. van der Hoeven Vierde druk Stenfert Kroese, Groningen/Houten Wolters-Noordhoff bv voert

Nadere informatie

Het Almeerse basisonderwijs

Het Almeerse basisonderwijs dit is een LEA plus project -www.lea.almere.nl- -Dit is een LEA plus project-www.leaplusalmere.nl Het Almeerse basisonderwijs Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2013/2014 April 2015 Gemeente Almere, Onderzoek

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Assen-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond Onder- en overadvisering in beeld 6/7-8/9 Gemeente Helmond November 9 Mevrouw drs. Marian Calis OCGH Advies Samenvatting Een goede aansluiting tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is in

Nadere informatie

Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2007

Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2007 1 Beleidskader De Haagse schakelklas Maart 2007 1. Inleiding Vanaf augustus 2006 realiseren gemeenten in overleg met de scholen en hun besturen schakelklassen. Dit gebeurt in het kader van het onderwijsachterstandenbeleid.

Nadere informatie

Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2007/2008. Ineke van der Veen Dorothé Elshof m.m.v. Anneke van der Hoeven en Lia Mulder

Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2007/2008. Ineke van der Veen Dorothé Elshof m.m.v. Anneke van der Hoeven en Lia Mulder Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2007/2008 Ineke van der Veen Dorothé Elshof m.m.v. Anneke van der Hoeven en Lia Mulder CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, I. van der & Elshof,

Nadere informatie

Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2006/2007. Ineke van der Veen

Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2006/2007. Ineke van der Veen Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2006/2007 Ineke van der Veen CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, I. van der Amsterdamse Schakelklassen in het schooljaar 2006/2007. Ineke van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens,

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens, , Toelichting bij geleverde maatwerktabellen 2006/2007 en 2007/2008* Levering: 17 februari 2010 De maatwerktabel over voortijdig schoolverlaters 2006/2007 bevat gegevens over het voortgezet onderwijs (vo)

Nadere informatie

Grafentheorie voor bouwkundigen

Grafentheorie voor bouwkundigen Grafentheorie voor bouwkundigen Grafentheorie voor bouwkundigen A.J. van Zanten Delft University Press CIP-gegevens Koninklijke Bibliotheek, Den Haag Zanten, A.J. van Grafentheorie voor bouwkundigen /

Nadere informatie

Taalresultaten Giessenlanden. Toetsresultaten basisscholen en

Taalresultaten Giessenlanden. Toetsresultaten basisscholen en Taalresultaten Giessenlanden Toetsresultaten basisscholen 2014-2015 en 2015-2016 1 Taalresultaten Giessenlanden Toetsresultaten basisscholen 2014-2015 en 2015-2016 Rotterdam, juni 2016 CED-Groep: Ellen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Het advies voortgezet onderwijs: is de overadvisering over?

Het advies voortgezet onderwijs: is de overadvisering over? Het advies voortgezet onderwijs: is de overadvisering over? Dr. Geert Driessen ITS Nijmegen www.geertdriessen.nl Paper Onderwijs Research Dagen ORD 2005 30 mei 1 juni 2005, Gent (BE) 1. Achtergronden Sleutelpositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Midden--DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10

Nadere informatie

Verkenning leerwinst als indicator voor onderwijskwaliteit. Jaap Roeleveld Ineke van der Veen Guuske Ledoux

Verkenning leerwinst als indicator voor onderwijskwaliteit. Jaap Roeleveld Ineke van der Veen Guuske Ledoux Verkenning leerwinst als indicator voor onderwijskwaliteit Jaap Roeleveld Ineke van der Veen Guuske Ledoux CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Roeleveld, J., Veen I. van der, Ledoux, G. Verkenning

Nadere informatie

Taal en nog meer taal in de schakelklas

Taal en nog meer taal in de schakelklas Sardes Speciale Editie nummer 15 november 2014 15 Karin Hoogeveen, Sardes Effectief instrument bestrijding taalachterstand Taal en nog meer taal in de schakelklas Schakelklassen zijn al jarenlang een speerpunt

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Hebben leerlingen profijt van De Profijtklas? Onderzoek naar de resultaten van een project verlengde leertijd

Hebben leerlingen profijt van De Profijtklas? Onderzoek naar de resultaten van een project verlengde leertijd Hebben leerlingen profijt van De Profijtklas? Onderzoek naar de resultaten van een project verlengde leertijd Guuske Ledoux Dorothé Elshof Inhoud Voorwoord 1 Samenvatting 2 1. Inleiding en onderzoeksvragen

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Emmen-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Basisschooladviezen en etniciteit Onderzoeksverslag, 29 januari 2007

Basisschooladviezen en etniciteit Onderzoeksverslag, 29 januari 2007 Afdeling Onderwijs Team Monitoring & Bedrijfsvoering Basisschooladviezen en etniciteit Onderzoeksverslag, 29 januari 2007 Verwijderd: Bassischooladv iezen Vraagstelling Dit onderzoek is uitgevoerd om antwoord

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:14 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Evaluatie Schakelklassen Helmond

Evaluatie Schakelklassen Helmond Evaluatie Schakelklassen Helmond 2007-2009 November 2009, Gaby Evers Inhoud Pagina Inleiding 2 Samenvatting 3 Hoofdstuk 1. Schakelklassen: deelnemers en varianten 4 1.1 Schakelklasvarianten 4 1.2 Deelnemende

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van Drentse

Nadere informatie

Project Capabel 1991-2008

Project Capabel 1991-2008 Project Capabel 1991-2008 Evaluatieonderzoek project Capabel in Bos en Lommer ANNEMIEK VEEN INEKE VAN DER VEEN PJOTR KOOPMAN CIP-gegevens KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Veen, A., van der Veen, I., Koopman,

Nadere informatie

Prestaties, gedrag en houding van basisschoolleerlingen

Prestaties, gedrag en houding van basisschoolleerlingen Het ITS maakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen Prestaties, gedrag en houding van basisschoolleerlingen Stand van zaken in 2008 en ontwikkelingen sinds 2001 Geert Driessen Prestaties, gedrag

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Borger-Odoorn Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

ool 5-18 Zittenblijvers en verwezen leerlingen in het cohortonderzoek COOL5-18 Tineke Paas Lia Mulder Jaap Roeleveld

ool 5-18 Zittenblijvers en verwezen leerlingen in het cohortonderzoek COOL5-18 Tineke Paas Lia Mulder Jaap Roeleveld Zittenblijvers en verwezen leerlingen in het cohortonderzoek COOL5-18 Tineke Paas Lia Mulder Jaap Roeleveld c o ool 5-18 o h o r t o n d e r z o e k n d e r w ij s l o o p b a n e n ZITTENBLIJVERS EN VERWEZEN

Nadere informatie

- 1 - log. De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. 15 oktober 2007 PO/ZO/07/27051

- 1 - log. De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. 15 oktober 2007 PO/ZO/07/27051 - 1 - log De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 15 oktober 2007 PO/ZO/07/27051 Uw brief van Onderwerp Informatie over schakelklassen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2011-201 Feitenblad Onlangs verscheen de 11 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Handleiding ouderportaal ParnasSys. Inleiding

Handleiding ouderportaal ParnasSys. Inleiding 1 Handleiding ouderportaal ParnasSys Inleiding Op onze school vinden wij openheid naar ouders belangrijk. Tijdens de oriëntatie op een nieuw leerlingvolgsysteem hebben wij met de scholen van De Oude Vrijheid

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Aa en Hunze Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Van aardgas naar methanol

Van aardgas naar methanol Van aardgas naar methanol Van aardgas naar methanol J.A. Wesselingh G.H. Lameris P.J. van den Berg A.G. Montfoort VSSD 4 VSSD Eerste druk 1987, 1990, 1992, 1998, licht gewijzigd 2001 Uitgegeven door: VSSD

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 0-0 Drentse Onderwijsmonitor 0 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Samenvatting SBO2007. SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam. Schoolgebouw. Omgeving van de school. Kennisontwikkeling. Begeleiding

Samenvatting SBO2007. SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam. Schoolgebouw. Omgeving van de school. Kennisontwikkeling. Begeleiding SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) A.J. Schreuderschool Enige tijd geleden heeft onze school A.J. Schreuderschool deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.

Nadere informatie

De Effectiviteit van het Daltononderwijs

De Effectiviteit van het Daltononderwijs De Effectiviteit van het Daltononderwijs Patrick Sins & Symen van der Zee Pedagogiek & Onderwijs, Saxion Hogescholen, Postbus 501, 7400 AM Deventer { p.h.m.sins, s.vanderzee}@saxion.nl Aanleiding en probleemstelling

Nadere informatie

Het Almeerse basisonderwijs

Het Almeerse basisonderwijs dit is een LEA plus project -www.lea.almere.nl- -Dit is een LEA plus project-www.leaplusalmere.nl Het Almeerse basisonderwijs Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2012/2013 Januari 2014 Gemeente Almere, Onderzoek

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor

Samenvatting Leidse Monitor Samenvatting Leidse Monitor 2007-2008 December 2009 Dr. Jaap van Lakerveld Drs. Ingrid Gussen Dr. Kees de Brabander Drs. Theresa Steeman PLATO Platform Opleiding, Onderwijs en Organisatie BV Universiteit

Nadere informatie

De overigen gebruiken de TAK toets (2 x per jaar, Deventer 3x) en Ordenen van Cito, in Apeldoorn en Deventer ook Taal voor Kleuters (2x per jaar).

De overigen gebruiken de TAK toets (2 x per jaar, Deventer 3x) en Ordenen van Cito, in Apeldoorn en Deventer ook Taal voor Kleuters (2x per jaar). Impressie bijeenkomst schakelkring 27 mei 2009 De derde schakelkringbijeenkomst vond plaats op 27 mei 2009 in Utrecht. Deze middag is begeleid door Paul Kooiman, Karin Vaessen en Kees Broekhof van Sardes

Nadere informatie

Zittenblijven en verwijzing in het basisonderwijs

Zittenblijven en verwijzing in het basisonderwijs Zittenblijven en verwijzing in het basisonderwijs Onderzoek naar uitvallers tussen de tweede en derde meting van het cohortonderzoek COOL 5-18 Jaap Roeleveld Hermann Vierke Lia Mulder o h o r t o n d e

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Coevorden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Onderzoek als project

Onderzoek als project Onderzoek als project Onderzoek als project Met MS Project Ben Baarda Jan-Willem Godding Eerste druk Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Ontwerp omslag: Studio Frank & Lisa, Groningen Omslagillustratie:

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Westerveld Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente De Wolden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

KOHNSTAMM INSTITUUT. Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011. Wat betekent dat praktisch voor de scholen?

KOHNSTAMM INSTITUUT. Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011. Wat betekent dat praktisch voor de scholen? KOHNSTAMM INSTITUUT Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011 Wat betekent dat praktisch voor de scholen? In deze notitie laten we in de vorm van een stappenschema zien wat het

Nadere informatie

opgaven- en werkboek GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Henk Fuchs 1e druk

opgaven- en werkboek GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Henk Fuchs 1e druk opgaven- en werkboek Henk Fuchs GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 1e druk Geconsolideerde jaarrekening Opgaven- en werkboek Geconsolideerde jaarrekening Opgaven- en werkboek Henk Fuchs Eerste druk Noordhoff

Nadere informatie

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 2 2. WINTERSIGNALERING... 3 3. ZOMERSIGNALERING... 6 4. CONCLUSIES... 9 1 1. Inleiding Inleiding Bureau ICE

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Marian Hickendorff & Jan Janssen Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode De LOVS-toetsen rekenen-wiskunde

Nadere informatie

Procedure schooladvies

Procedure schooladvies Procedure schooladvies Doel van de procedure: Leerkrachten, ouders en leerlingen hebben zorgvuldige en uitgebreide informatie over het traject dat gevolgd wordt op basisschool Ondersteboven om tot een

Nadere informatie

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen

Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen Leeswijzer Jeugdgezondheidszorg Utrecht tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. In

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Programma. Voorstellen Doel van de Kopklas Doelgroep Programma Kopklas Aanmeldingsprocedure

Programma. Voorstellen Doel van de Kopklas Doelgroep Programma Kopklas Aanmeldingsprocedure Programma Voorstellen Doel van de Kopklas Doelgroep Programma Kopklas Aanmeldingsprocedure Haagse Kopklassen Kopklas tl/havo Leerkrachten: Maaike Tolboom Ilja van Weerd Locatie: Hofstad Mavo Havo Haagse

Nadere informatie

Afspraken mbt protocol dyslexie Van Dijckschool Bilthoven. Inhoudsopgave:

Afspraken mbt protocol dyslexie Van Dijckschool Bilthoven. Inhoudsopgave: 11-12-2007 Inhoudsopgave: 1. Dyslexie...3 1.1 Wat is het dyslexieprotocol?...3 1.2 Doel van het Protocol Dyslexie....3 1.3 Inhoud van het protocol...3 2. Preventie en interventiehandelingen...4 2.1 Groep

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Hoogeveen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Handleiding Sonus Communicator voor Rion NL-22 - NL-32

Handleiding Sonus Communicator voor Rion NL-22 - NL-32 versie: V1.0 projectnummer: 04023 datum: oktober 2004 Postbus 468 3300 AL Dordrecht 078 631 21 02 2004, Dordrecht, The Netherlands Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode

Nadere informatie

Wat kennen en kunnen achtstegroepers in Nederland?

Wat kennen en kunnen achtstegroepers in Nederland? Wat kennen en kunnen achtstegroepers in Nederland? 13 2. Wat kennen en kunnen achtstegroepers in Nederland? HOODSTUK 2 Hoe leerlingen presteren op de Centrale Eindtoets, geeft informatie over het niveau

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016 Inleiding Dit document wordt al enkele jaren gemaakt en bijgehouden door Schoolbegeleiding Zaanstreek Waterland (SBZW). De tabellen worden in heel

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Midden- Leerlingen op de basisscholen in de gemeente Midden- De gemeente Midden heeft basisscholen. In waren er nog

Nadere informatie

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 TAAL EN REKENEN VAN BELANG toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 INHOUD Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 Resultaten VMBO in de regio Den Haag... 7 1.1 Totaal overzicht van de afgenomen

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen

Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen Inleiding In de voorgaande twee hoofdstukken hebben wij de nieuwe woordleestoetsen en van Kleijnen e.a. kritisch onder de loep genomen. Uit ons onderzoek

Nadere informatie

Samenvatting. BS Finlandia/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Finlandia

Samenvatting. BS Finlandia/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Finlandia BS Finlandia/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Finlandia Enige tijd geleden heeft onze school BS Finlandia deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Statistieken

Gebruikershandleiding Statistieken Gebruikershandleiding Statistieken DOCUMENT DATUM 21-11-2014 AUTEUR I-Signaal Copyright 2014 i-signaal B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een

Nadere informatie