Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Transcriptie

1 2015

2 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores voor individuele leerlingen bij welk niveau horen. Het geheel is per toets afgebeeld in overzichtelijke tabellen. Aangezien het Analyse- en waarderingskader van de inspectie regelmatig wordt bijgesteld (laatste bijstelling augustus 2014), en er regelmatig nieuwe CITO uitgaven komen, zal er van dit document regelmatig een update volgen. Bij het maken van dit document zijn de Cito handleidingen van de betreffende toetsen gebruikt. In dit document staan de nieuwe normen van Cito die gelden vanaf schooljaar Tevens zijn de normen van de derde generatie toetsen opgenomen (Rekenen-Wiskunde 3.0, Begrijpend lezen 3.0 en Spelling 3.0). Aan het gebruik van dit document kunnen geen rechten worden ontleend. De tabellen worden weergegeven in de verdeling A t/m E en de verdeling I t/m V. Steeds meer wordt de verdeling I t/m V toegepast, omdat in deze verdeling een duidelijk landelijk gemiddelde zit (III, zie interpretatie van de scores op blz. 2). Bij de verdeling A t/m E zit het landelijk gemiddelde tussen B en C in. Voor indeling en het maken van trendanalyses op groepsniveau, is een ander document opgesteld met de normgegevens voor groepen. Dit omdat deze afwijken van de berekeningswijze van de leerlingnormen. In het document op groepsniveau staan de inspectienormen opgenomen, omdat de inspectie deze alleen heeft opgesteld voor groepsgemiddelden. Het komt voor dat scores van de verschillende niveaus niet aansluiten (D = en C = 69-76). Dit heeft te maken met het feit dat desbetreffende vaardigheidsscore niet bestaat voor dat onderdeel (68). Bij de toetsen staat ook de gemiddelde vaardigheidsgroei aangegeven die een leerling moet maken om bij de volgende toets in dezelfde niveaugroep te komen. Voor de niveaus A en I geldt dat het verschil tussen de ondergrenzen op beide toetsmomenten als gemiddelde vaardigheidsgroei wordt genomen, voor de niveaus E en V is hiervoor de bovengrens gebruikt. Bij de overige niveaus is het gemiddelde van de range als uitgangspunt genomen. Bij een aantal vakken is een kolom opgenomen gemiddelde. Dit is de ondergrens van het B-niveau en wordt in deze tabel beschouwd als het landelijk gemiddelde en streefnorm. Het is aan de scholen om deze norm te gebruiken of aan te passen aan hun ambitieniveau. Voor meer informatie over het sturen op opbrengsten, kunt u contact opnemen met ondergetekende. December 2014 Alfons Flik, HCO Den Haag M: E: a.flik@hco.nl

3 Interpretatie toets-scores (bron: CITO) Niveau % Interpretatie A 25 De 25 % hoogst scorende leerlingen B 25 De 25% leerlingen die net boven tot ruim boven het landelijk gemiddelde scoren C 25 De 25 % leerlingen die net onder tot ruim onder het landelijk gemiddelde scoren D 15 De 15 % leerlingen die ruim onder het landelijk gemiddelde scoren E 10 De 10 % laagst scorende leerlingen Niveau % Interpretatie I % hoogst scorende leerlingen II % boven het landelijk gemiddelde III % landelijk gemiddelde IV % onder het landelijk gemiddelde V % laagst scorende leerlingen

4 Technisch lezen DMT (vanaf versie 2009) Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M E M E M E M Bij de beoordeling van de DMT-resultaten wordt geen rekening gehouden met leerlinggewichten, omdat uit analyses blijkt dat deze bij technisch lezen niet of nauwelijks van invloed zijn (zie Analyse en Waarderingen van de opbrengsten, inspectie). De inspectie veronderstelt dat de volgende leeskaarten worden afgenomen, conform de handleiding van de toets: midden groep 3: leeskaart 1 en 2; eind groep 3 en groep 4: leeskaart 1, 2 en 3; groep 5: leeskaart 1, 2 en 3 bij zwakke lezers en leeskaart 3 bij de overige leerlingen). Als te weinig leeskaarten zijn afgenomen, kan de inspecteur besluiten de resultaten niet te beoordelen. Vanaf groep 6 schrijft de inspectie niets voor, maar adviseert HCO om de lijn uit groep 5 door te zetten.

5 Technisch lezen DMT (vanaf versie 2009) Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M E M E M E M Bij de beoordeling van de DMT-resultaten wordt geen rekening gehouden met leerlinggewichten, omdat uit analyses blijkt dat deze bij technisch lezen niet of nauwelijks van invloed zijn (zie Analyse en Waarderingen van de opbrengsten, inspectie). De inspectie veronderstelt dat de volgende leeskaarten worden afgenomen, conform de handleiding van de toets: midden groep 3: leeskaart 1 en 2; eind groep 3 en groep 4: leeskaart 1, 2 en 3; groep 5: leeskaart 1, 2 en 3 bij zwakke lezers en leeskaart 3 bij de overige leerlingen). Als te weinig leeskaarten zijn afgenomen, kan de inspecteur besluiten de resultaten niet te beoordelen. Vanaf groep 6 schrijft de inspectie niets voor, maar adviseert HCO om de lijn uit groep 5 door te zetten.

6 Technisch lezen vanaf 2009 (leestempo) Niveau E D C B A Gemiddelde E M E M E M E M E Bij de beoordeling van het technisch lezen wordt geen rekening gehouden met leerlinggewichten, omdat uit analyses blijkt dat deze bij technisch lezen niet of nauwelijks van invloed zijn (zie Analyse en Waarderingen van de opbrengsten, inspectie).

7 Technisch lezen vanaf 2009 (leestempo) Niveau V IV III II I Gemiddelde E M E M E M E M E Bij de beoordeling van het technisch lezen wordt geen rekening gehouden met leerlinggewichten, omdat uit analyses blijkt dat deze bij technisch lezen niet of nauwelijks van invloed zijn (zie Analyse en Waarderingen van de opbrengsten, inspectie). Technisch lezen vanaf 2009 (leestechniek) Niveau V IV III II I M E

8 Spelling Start en vervolg 1 niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M E M E M E B M Voor de toets Spelling zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

9 Spelling Start en vervolg 1 Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M E M E M E B M Voor de toets Spelling zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

10 Spelling Start en vervolg 2 Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M E M E M E B M Voor de toets Spelling zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

11 Spelling Start en vervolg 2 Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M E M E M E B M Voor de toets Spelling zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

12 Spelling 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor de groepen 3 en 4) Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M3E3 * (gemakkelijke variant E3) E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. De stappen tussen de toetsen zijn over het algemeen erg fors. Dit heeft te maken met het feit dat één vraag meer of minder fout beantwoorden soms al een vaardigheidsverschil laat zien van 8 punten. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt, geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op spelling 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

13 Spelling 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor de groepen 3 en 4) Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M3E3 * (gemakkelijke variant E3) E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. De stappen tussen de toetsen zijn over het algemeen erg fors. Dit heeft te maken met het feit dat één vraag meer of minder fout beantwoorden soms al een vaardigheidsverschil laat zien van 8 punten. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt, geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op spelling 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

14 Spelling werkwoorden Niveau E D C B A Gemiddelde E B M Niveau V IV III II I Gemiddelde E B M

15 Begrijpend lezen Start en vervolg 1 Niveau E D C B A Gemiddelde E M E M M M B M Bij de ontwikkeling van het begrijpend lezen zijn vanaf groep 5 geen grote sprongen in vaardigheid meer waar te nemen. Daarom volstaat één toetsafname per jaar om individuele leerlingen te kunnen volgen (bron: Cito). Eventueel kunt u aan het eind van het schooljaar de Entreetoets afnemen. Begrijpend lezen is namelijk een onderdeel van de Entreetoets. Deze scores kunnen worden omgezet in vaardigheidsscores. Voor de toets Begrijpend lezen zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

16 Begrijpend lezen Start en vervolg 1 Niveau V IV III II I Gemiddelde E M E M M M B M Bij de ontwikkeling van het begrijpend lezen zijn vanaf groep 5 geen grote sprongen in vaardigheid meer waar te nemen. Daarom volstaat één toetsafname per jaar om individuele leerlingen te kunnen volgen (bron: Cito). Eventueel kunt u aan het eind van het schooljaar de Entreetoets afnemen. Begrijpend lezen is namelijk een onderdeel van de Entreetoets. Deze scores kunnen worden omgezet in vaardigheidsscores. Voor de toets Begrijpend lezen zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

17 Begrijpend lezen Start en vervolg 2 niveau E D C B A Gemiddelde E M E M M M B M Bij de ontwikkeling van het begrijpend lezen zijn vanaf groep 5 geen grote sprongen in vaardigheid meer waar te nemen. Daarom volstaat één toetsafname per jaar om individuele leerlingen te kunnen volgen (bron: Cito). Eventueel kunt u aan het eind van het schooljaar de Entreetoets afnemen. Begrijpend lezen is namelijk een onderdeel van de Entreetoets. Deze scores kunnen worden omgezet in vaardigheidsscores. Voor de toets Begrijpend lezen zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

18 Begrijpend lezen Start en vervolg 2 Niveau V IV III II I Gemiddelde E M E M M M B M Bij de ontwikkeling van het begrijpend lezen zijn vanaf groep 5 geen grote sprongen in vaardigheid meer waar te nemen. Daarom volstaat één toetsafname per jaar om individuele leerlingen te kunnen volgen. Eventueel kunt u aan het eind van het schooljaar de Entreetoets afnemen. Begrijpend lezen is namelijk een onderdeel van de Entreetoets. Deze scores kunnen worden omgezet in vaardigheidsscores. Voor de toets Begrijpend lezen zijn drie modules ontwikkeld: een gezamenlijke startmodule, een gemakkelijkere module Vervolg 1 en een moeilijkere module Vervolg 2. Welke vervolgmodule u aan welke leerling voorlegt, hangt af van de score op de startmodule (zie handleiding).

19 Begrijpend lezen 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor de groepen 3 en 4) Niveau E D C B A Gemiddelde E M E E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt, geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op Begrijpend lezen 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

20 Begrijpend lezen 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor de groepen 3 en 4) Niveau V IV III II I Gemiddelde E M E E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt, geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op Begrijpend lezen 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

21 Woordenschat Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M E M E M E M

22 Rekenen/wiskunde Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M E M E M E B M

23 Rekenen/wiskunde Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M E M E M E B M

24 Rekenen-wiskunde 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor groep 3 en in schooljaar voor groep 4) Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E M3E3 * (gemakkelijke variant E3) E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt (en bij E4 ook twee fout), geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op Begrijpend lezen 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

25 Rekenen-wiskunde 3.0 (ingevoerd in schooljaar voor groep 3 en in schooljaar voor groep 4) Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E M3E3 * (gemakkelijke variant E3) E3M4 * (gemakkelijke variant M4) M4E4 * (gemakkelijke variant E4) De *-toetsen zijn de gemakkelijke variant van de laatstgenoemde toets. De gegevens zijn gebaseerd op de normering van de laatstgenoemde toets. Bij het gemiddelde is het gemiddelde aangehouden van de reguliere toets. Als een leerling geen of maar één fout heeft gemaakt (en bij E4 ook twee fout), geeft Cito aan dat de vaardigheid niet betrouwbaar gemeten kan worden, omdat het niveau van de leerling hoger is dan het niveau van de toets. De vaardigheidsscore is hierdoor slechts een grove indicatie. Cito adviseert scholen die overstappen op Begrijpend lezen 3.0 dit stapsgewijs te doen, d.w.z. vanaf groep 3 voor desbetreffende leerlingen invoeren. Dit vanwege de afwijkende vaardigheidsschaal t.o.v. de oude toets. Op deze wijze doorlopen de leerlingen de basisschool met of de oude toets of de nieuwe toets en niet door elkaar. Deze tabel zal elk jaar worden aangepast aan de nieuw ontwikkelde toetsen (groep 5 in schooljaar , enz.)

26 CITO functioneringsniveau en vaardigheidsscores (update normeringen) Vaardigheidsscores nieuwe CITO-normen Functioneringsniveau Spelling Begrijpend lezen Rekenen-wiskunde < M M (lager dan E3) M3E E E3M M M4E E E4M M M5E E E5M M M6E E M E B M >M8 >144 > 57 > 113 Wanneer het getoetste functioneringsniveau van een leerling meer dan een jaar afwijkt van het niveau van de toets die u heeft afgenomen, is de meting van de toets niet meer voldoende betrouwbaar. Als gevolg daarvan kunt u geen betrouwbare uitspraak doen over het functioneringsniveau van de leerling. De toets past in dat geval niet volledig bij de leerling waardoor de leerling niet optimaal de kans heeft gekregen om te laten zien wat hij kan (bron: Cito). Bij afwijking van meer dan een jaar adviseert HCO om de leerling op niveau te toetsen voor een betrouwbaar resultaat.

27 CITO functioneringsniveau en vaardigheidsscores (derde generatie) Vaardigheidsscores Functioneringsniveau Spelling 3.0 Begrijpend lezen 3.0 Rekenen-wiskunde 3.0 < M3 140,5 109,5 M3 140,5 164,5 112,5 109,5-121,5 M3E3 164,5 188,5 121,5-133,5 E3 188,5 210,5 112,5 120,5 133,5 145,5 E3M4 210,5 229,5 120,5 129,5 145,5 157,5 M4 229,5 246,5 129,5 134,5 157,5 168,5 M4E4 246,5 260,5 134,5 137,5 168,5 177,5 E4 E4 260,5 E4 137,5 177,5 187,5 E4M5 187,5 198,5 M5 198,5-206,5 > M5 206,5 Wanneer het getoetste functioneringsniveau van een leerling meer dan een jaar afwijkt van het niveau van de toets die u heeft afgenomen, is de meting van de toets niet meer voldoende betrouwbaar. Als gevolg daarvan kunt u geen betrouwbare uitspraak doen over het functioneringsniveau van de leerling. De toets past in dat geval niet volledig bij de leerling waardoor de leerling niet optimaal de kans heeft gekregen om te laten zien wat hij kan (bron: Cito). Bij afwijking van meer dan een jaar adviseert HCO om de leerling op niveau te toetsen voor een betrouwbaar resultaat.

28 Groep 1 en 2: Rekenen voor kleuters Rekenen voor kleuters 2010 s Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E Rekenen voor kleuters 2010 s Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E Groep 1 en 2: Taal voor kleuters Taal voor kleuters 2009 s Niveau E D C B A Gemiddelde M E M E Taal voor kleuters 2009 s Niveau V IV III II I Gemiddelde M E M E