van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden, gehouden op 1 juni 2006, locatie gemeentehuis te Vlijmen.

Transcriptie

1 NOTULEN van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heusden, gehouden op 1 juni 06, locatie gemeentehuis te Vlijmen. Voorzitter Griffier drs. H.P.T.M. Willems A.J. Emmen Aanwezige leden J.M.A. Aerts Ing. A.G.M. van Bladel C.A.M. van Bokhoven drs. J.J. de Bonth C.P.P.M. van den Brandt mw. A.C.A. Couwenberg mw. I. Dekker A.L.J. van Delft mw. J.M.C.J.M. van den Dungen D.H. van Helvoort Ing. A.P.M. van den Hoven T.M. de Laat F.A. van der Lee drs. J.J.G. Levink mw. drs. M.A.T. Merkx mw. drs. M. Mulder mw. A.T.E. Muskens-de Bont C.M.M. Musters J. Nieuwkerk Ing. S.C.O. Pladet A.J.M.C. Pulles mw. mr. J.E.P. Pijnenburg W.D. Schipper drs. P.C.M. Verboven mw. M. de Wild Afwezig: mw. L.A.J. van der Heijden E.W.H.M. van Spaandonk Aanwezige wethouders Verslag: R. van den Bos M. Buijs B.M. Groen A.A.G. van Mierlo dr. M.G.M. van der Poel mw. R. Gijselhart 1. Opening. De voorzitter opent de vergadering om 19. uur met het ambtsgebed. 2. Spreekrecht. De heer Van Delft vraagt nogmaals aandacht voor de situatie bij Kerkstraat 65 te Elshout. Hij pleit ervoor aan dit perceel geen bestemming bedrijfsdoeleinden te geven. Hij wijst erop dat de provincie per brief van 23 mei jl. bekend heeft gemaakt dat zij goedkeuring onthoudt aan dit plandeel. De heer Knuvers wil in verband met agendapunt 6B, brief f de raad nader informeren over de gemaakte afspraken met Stichting Sphinx voor het beheer van de wijkwinkels. Hij stelt dat de vergoeding aan Sphinx niet geleid heeft tot een professionele bezetting van de wijkwinkels. Hij Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 1

2 informeert ook naar de voortgang in het overleg inzake de toegankelijkheid van De Stulp voor de jeugd. 3. Trekking voor stemmingsnummer. De voorzitter trekt stemmingsnummer 12. Dat betekent dat bij een eventuele stemming begonnen wordt bij de heer De Bonth. 4. Vaststelling van de agenda. Agendapunt 6C (Motie PvdA inzake de humane aspecten van de oude Vreemdelingenwet) zal als laatste onderwerp behandeld worden. Verder blijft de agenda ongewijzigd. 5. Vaststelling van de notulen van de op 25 april 06 gehouden openbare raadsvergadering. De voorzitter stelt voor de vaststelling aan te houden tot eind juni om daarmee de mogelijkheid te krijgen de geluidsband te beluisteren. Men stemt hiermee in. 6. Ingekomen stukken en mededelingen. De voorzitter stelt vast dat het voorbereiden van de raadsvergaderingen tegenwoordig niet van een leien dakje gaat. Dat stoort hem en daarom wil hij de fractievoorzitters uitnodigen voor een korte bespreking van de procedure na afloop van deze vergadering. De heer Nieuwkerk zegt daarop niet mee te willen doen aan overleg dat niet vooraf publiek gepubliceerd en niet openbaar is. De heren Pulles en Van Delft scharen zich achter hem. De heer Van den Brandt is alleen bereid te praten over een datum voor de bespreking. De heer Nieuwkerk vindt dat het overboord gooien van de hele vergaderstructuur gaat leiden tot een bestuurlijke wanorde. Hij pleit ervoor alles in het openbaar te doen en de oude vergaderstructuur aan te houden totdat een deugdelijke nieuwe structuur voorhanden is. De heer Pulles merkt op dat de raad niet besloten heeft om van de oude vergaderstructuur af te stappen. Hij vindt dat er enkel gesproken kan worden over een datum. De heer Pladet vindt dat er in ieder geval een afspraak gemaakt moet worden voor de bespreking. De voorzitter houdt zijn verzoek in beraad. 6a) - De heer Musters vindt het vreemd dat er niets vermeld staat onder punt III, terwijl er toch diverse jaarverslagen ontvangen zijn. Hij vraagt waarom deze niet geagendeerd zijn. De voorzitter zegt daarop dat er een verzoek gedaan kan worden om deze zaken te agenderen voor de voorbereidende raadsvergadering. De heer Musters doet direct daarop een verzoek om de rapporten over klachtenbehandeling, commissie beroep en bezwaar, integrale handhaving en evaluatie stadswachten op de agenda te plaatsen. 6b) De heer Pulles zegt dat hij vragen zou willen insturen over dit punt. De voorzitter antwoordt dat het niet de bedoeling is om te praten over de inhoud van de reacties op de ingekomen stukken. De heer Pulles zegt daarop dat het hem om een verduidelijking gaat. Het gaat over brief d betreffende de uitbreiding van de voetbalvelden en kleedruimtes van voetbalvereniging Haarsteeg en RKDVC. Deze uitbreiding zou opgenomen worden in de voorjaarsnota, maar komt deze nota nog? Ten tweede: wat bedoelt mevrouw Dekker met haar opmerking dat de uitbreiding niet afhankelijk mag zijn van de voorjaarsnota? De heer De Laat zegt dat onduidelijkheid nu troef is. In de voorbereidende raadsvergadering is bepaald dat deze stukken hier aan de orde zouden kunnen komen, maar nu blijkt dat dit niet kan. Hij is er voorstander van de bestaande structuur gewoon voort te zetten, ook om reden dat de raad niet besloten heeft om het af te schaffen. De voorzitter zegt dat het hoog tijd is om eens bij elkaar te gaan zitten. Hij geeft verder aan dat de antwoorden met betrekking tot de voortgang geagendeerd zouden worden zoals nu gebeurd is. Hij begrijpt dat dit een beperking inhoudt om te reageren. Mevrouw Van den Dungen zegt dat haar fractie antwoord gekregen heeft van de wethouder over 3 brieven. Het hoeft haar inziens niet meer geagendeerd te worden, want het doel is bereikt: er gaat actie op volgen. De voorzitter zegt dat deze mening niet door allen gedeeld wordt. De zaken moeten eens goed op een rijtje gezet worden en daarvoor wil hij toch een afspraak met de fractievoorzitters. Om deze datum te prikken, zal hij hen op zijn kamer ontvangen. A-lijst: niet van toepassing. Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 2

3 B-lijst: 7. Gewijzigde vaststelling bestemmingsplan Elshout, herziening 06. De heer De Bonth reageert op de opmerking van de heer Van der Lee uit de vergadering van 18 mei dat een bestemmingsplan niet van deur tot deur gemaakt moet worden. Hij denkt dat het in Elshout niet anders kon omdat het zoveel verschilt van perceel tot perceel. Hij informeert verder naar de mogelijkheden tot woningbouw en specifiek naar de situatie van Kerkstraat 65: is het nog mogelijk om daar starterswoningen te realiseren? Mevrouw Muskens informeert naar de status van de brief van de Provincie van 23 mei jl. De heer De Laat heeft in de vorige vergadering gevraagd of het college een inspanning zou willen doen om procedures te voorkomen, mede in het belang van de starterswoningen. Hij is benieuwd of het gebeurd is en zo ja, met welk resultaat? De heer Aerts wil graag weten hoe het college omgaat met de nieuwe situatie inzake Kerkstraat 65 en met de overgangsregeling voor bestaande bouw met betrekking tot Wolfshoek 74. Mevrouw Mulder ziet in het bestemmingsplan niets vermeld over eventuele lichthinder. In verband met de deining die voorheen is ontstaan bij Brabant Plant, denkt zij dat dit toch zinnig is. Wethouder Groen legt uit dat de bestemmingsplannen Elshout en Haarsteeg veel te gedetailleerd zijn gemaakt, wat tot veel inspraakreacties heeft geleid met alle procedures daarbij. Het heeft ook veel tijd gekost. Hij is daarom van mening dat er op een andere manier aan bestemmingsplannen gewerkt moet worden omdat de bedoelde inhaalslag anders nooit gehaald kan worden. De starterswoningen in Elshout kunnen wel gerealiseerd worden. Het blijft een vreemde zaak dat een bedrijf midden in een woonkern wordt neergezet, maar omdat het nu milieucategorie 2 krijgt, kunnen de starterswoningen er wel komen. De heer Groen heeft contact gehad met families De Laat en Van Delft. Er wordt gedacht over een manier om tegemoet te komen aan de bezwaren van de heer Van Delft. De uitspraak van de heer Van Delft over het besluit van GS is wel correct, maar betreft de vorige cyclus in het proces. Betreffende het inpassen van bestaande bouw heeft de raad 2 mogelijkheden: óf men laat de woning inpassen als wijziging op het bestemmingsplan óf er wordt een postzegelplan-procedure gevolgd waarbij het college opdracht moet geven om alsnog de woning in te passen; het betekent een nieuw bestemmingsplan voor dat deel. Gezien de belasting van de laatste optie met hetzelfde resultaat, lijkt het de heer Groen goed te kiezen voor het inpassen van deze woning. De heer Van den Hoven merkt op dat de artikel -procedure Wro bedoeld is voor situaties waarin goedkeuring is onthouden en dat de zaak die de heer Groen noemt, niet in deze procedure voorkomt. Het valt buiten deze procedure en daarom zal de heer Groen zijn suggestie moeten intrekken. De heer Groen zegt dat zijn suggestie overeind blijft en dat de inhoud van het plan wel aan de bron van artikel 21 ligt. Verder zegt hij dat lichthinder nog niet aan de orde is en dat er in het kassengebied van Elshout anders mee om wordt gegaan. Mevrouw Muskens komt nog terug op haar vraag over de status van de brief van GS. De heer Groen antwoordt dat deze brief over de vorige fase in de procedure gaat en niet over het voorliggende plan. De opmerkingen van deze brief zijn al in de huidige procedure meegenomen, het is al hersteld. Hij adviseert het plan goed te keuren en het college opdracht te geven de problemen tussen beide partijen op te lossen. Mevrouw Muskens vindt dat het plan goedgekeurd kan worden met uitzondering van dit onderdeel. Het lijkt de heer Aerts niet mogelijk om bedrijfsvestiging op Kerkstraat 65 goed te keuren. Hij wil meer helderheid hierover. In tweede termijn. De heer Van den Hoven zegt dat de bestemmingsplannen allemaal gebaseerd zijn op hetzelfde stramien: globale bepalingen. In de kleine kernen is er echter niet alleen woningbouw, maar een diversiteit aan activiteiten die apart beschreven moet worden. Dat heeft bepaalde inspanningen gevraagd en tot reacties geleid, maar dat is geen reden om te zeggen dat het heel globaal moet gebeuren want dan geef je de burgers geen rechtszekerheid. Hij ziet geen belemmering om het plan vanavond vast te stellen want de brief van GS is een reactie op uitspraken van de Raad van State op beroepen die bezwaarmakers hebben ingesteld tegen het besluit van de provincie van eind 04; deze zijn meegenomen in de herziening van dit bestemmingsplan, er zijn bepaalde beperkingen in opgenomen. De heer Verboven zegt dat het hem gerust stelt dat de starterswoningen er kunnen komen. Omdat hij het belang van een transparante besluitvorming en klantvriendelijke houding naar de burgers van groot belang acht, heeft hij een motie opgesteld om de indieners van zienswijzen uit te nodigen voor Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 3

4 de vergaderingen waarin de herziening van bestemmingsplannen aan bod komt en hen te wijzen op de mogelijkheid van inspreken ter plaatse. Hij geeft er de voorkeur aan om in het bestemmingsplan toch een regel op te nemen ter voorkoming van lichthinder. De heer Aerts is er niet gerust op dat het plan goedgekeurd kan worden. De brief van GS duidt erop dat er geen bedrijfsvestiging mogelijk is aan de Kerkstraat 65. De heer Van der Lee wijst erop dat de bebouwingslijn van het perceel Wolfshoek 74 in het plan niet overeenkomt met de aanwezige bebouwing. De heer Groen zegt blij te zijn met de bevestiging door de heer Van den Hoven dat in deze procedure het herstel van de beoordeelde situatie is meegenomen en dat de brief van GS niet handelt over het voorliggende plan. Hij vindt dat de zaak niet duidelijker wordt door het maken van een postzegelplan en verwacht dat hij aan een oplossing van het conflict kan werken op basis van de milieuvergunning. Hij wijst op de consequenties van de motie van GroenLinks: het vraagt veel meer tijd en misschien is het niet goed uitvoerbaar, terwijl de huidige situatie de burger de mogelijkheid geeft zich op elke manier te uiten. Het lijkt hem goed na te gaan wat er niet klopt aan de tekening van Wolfshoek 74. De heer Van Delft vraagt of nu alle bebouwing aan Wolfshoek 74 gelegaliseerd gaat worden. De heer Groen geeft hierop een bevestigend antwoord. De heer Van den Hoven vindt dat de handhavingprocedure voor de 2 e woning doorgezet moet worden. Het is illegale bouw die ter plaatse beoordeeld is en alles waarover in het verleden rechten zijn ontstaan, zal in dit bestemmingsplan opgenomen worden. De heer De Laat is het met de vorige spreker eens en vindt dat het niet zo kan zijn dat de raad een opdracht geeft om de situatie aan Wolfshoek 74 te legaliseren. De heer Van Bokhoven zou de gevolgen van de motie van GroenLinks beter in beeld willen krijgen. De heer Verboven legt uit dat hij een betere regeling wil krijgen door betrokkenen uit te nodigen, juist bij deze reparaties. Het gaat altijd maar om n paar mensen, dus stelt het niet zoveel voor. Het beoogt een wet te maken van de gewoonte die bij de herziening van bestemmingsplannen al bestaat. De voorzitter stelt voor om deze motie aan te houden om de consequenties goed te kunnen overzien en eventuele alternatieven te kunnen bekijken. De heer Verboven kan hiermee akkoord gaan. Op verzoek van mevrouw Couwenberg wordt de vergadering voor een kwartier geschorst. De heer Pladet meent dat artikel 21 binnen dit bestemmingsplan de mogelijkheid creëert om in het kader van de overgangsregeling tot een nadere oplossing te komen voor Wolfshoek 74. De VVD wil voorstellen om het huidige plan vast te stellen en opnieuw ter toetsing voor te leggen aan GS. De heer Van den Hoven noemt dit in strijd met de wet. Artikel 21 heeft te maken met de basisvaststelling van plannen en kan nu niet gebruikt worden om op oneigenlijke en juridisch onjuiste wijze deze bebouwing erdoorheen te sluizen. De voorzitter stelt vast dat er nog veel verschil van mening en onduidelijkheid bestaat over Wolfshoek 74. Hij acht het niet verstandig om nu te besluiten over het bestemmingsplan Elshout. Het voorstel wordt daarom aangehouden tot 29 juni. 8. Gewijzigde vaststelling bestemmingsplan Haarsteeg, herziening 06. De heer De Bonth informeert of de wethouder een gesprek gehad heeft met de heer Geven, die op 18 mei ingesproken heeft over het woonwagenbeleid. Hij wil ook horen of het woonwagenbeleidsplan op juni gereed zal zijn, zoals op het jaarplan vermeld. Mevrouw Muskens vraagt of de wethouder inmiddels gesproken heeft met de mensen van het woonwagenkamp. Tevens stelt zij de woningbouw in Haarsteeg aan de orde: is er een alternatief voor het wegvallen van het ruimte-voor-ruimte programma en zijn er voor dit plan financiële of organisatorische afspraken of verplichtingen aangegaan, die consequenties kunnen hebben voor de gemeente? Wethouder Groen zegt dat hij de heer Geven gesproken heeft en geadviseerd om opnieuw in te spreken. Wegens ziekte kan hij vanavond echter niet aanwezig zijn. Verder geeft hij aan dat voor Haarsteeg gezocht wordt naar andere nieuwbouwlocaties. Zodra een alternatief voorhanden komt, zal de raad geïnformeerd worden. De heer Van Helvoort vraagt of dit plan definitief van de baan is. De heer Groen antwoordt dat momenteel bezien wordt wat er van het ruimte-voor-ruimte plan nog rendabel geëxploiteerd kan worden. Het is echter een moeilijk plan omdat het gebied laag ligt. Wanneer de consequenties hiervan duidelijk zijn, zal hij hierop terugkomen. De voorzitter sluit deze bespreking met de vaststelling dat de raad kan instemmen met het voorstel. 9. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het toekomstig plangebied van het bestemmingsplan Vlijmen/Vliedberg. Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 4

5 Het voorstel is door het college teruggenomen en wordt geagendeerd voor de raadsvergadering van 29 juni 06.. Wijziging verordening Huisvesting Onderwijs. De heer Musters merkt op dat de wet dualisering gemeentebestuur onder andere inhoudt dat de vaststelling van het huisvestingsprogramma wordt gedelegeerd aan het college en niet meer aan de raad wordt voorgelegd. De kaderstelling voor dit programma zal echter door de raad moeten gebeuren in het meerjaren integraal huisvestingsplan. Het bestaande plan is echter verouderd en ingehaald door nieuwe ontwikkelingen. Zijn vraag is wanneer dit integraal huisvestingsplan wordt aangeboden. Wethouder Van den Bos ontkent dat het plan oud is. Het IHP is vastgesteld voor de periode 04 - en er zou een bijstelling plaatsvinden in 06. Hij zal ervoor zorgen dat dit in 06 gebeurt, voor het eind van het jaar zal hij het aanbieden. De voorzitter stelt vast dat men in kan stemmen met de wijziging van de verordening. De volgende onderwerpen worden rechtstreeks aan de raad voorgelegd: 11. Jaarrekening 05 en begroting 07 van de Hulpverleningsdienst Brabant-Noord. De voorzitter stelt vast dat dit voorstel de instemming van de raad heeft. 12. Jaarrekening 05 en begroting 07- van het Gemeenschappelijk Meldcentrum Brabant-Noord. Ook met dit voorstel wordt ingestemd. 13. Instellen van gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord. De heer Van Delft zegt dat het nog onduidelijk is welke gemeentelijke brandweerofficieren over zullen gaan naar de regio en of er een landelijke politie zal ontstaan. Hij vraagt waarom men gekozen heeft voor de vorm van de gemeenschappelijke regeling, terwijl landelijk de roep steeds luider wordt om andere rechtsvormen te kiezen. De voorzitter antwoordt dat er gekozen is voor een bundeling van 2 organen die qua personele samenstelling in bestuurlijk opzicht dezelfde zijn en die ten gevolge van landelijk beleid één op één op elkaar gelegd worden. Het is de meest adequate wijze om de veiligheidsorganen (minus de politie) onder één bestuur te brengen. Hij stelt vast dat de raad instemt met het voorstel. 14. Benoemingen a) benoeming van de 1 e en 2 e plaatsvervangend voorzitter van de gemeenteraad Voor deze posten zijn 2 kandidaten, de heren Van Bokhoven en Musters. Men kan zich in deze kandidatuur vinden. De heren Van Bokhoven en Musters worden bij acclamtie benoemd. b) benoeming Algemeen Bestuur gemeenschappelijke regeling ISD namens het college De heer Nieuwkerk informeert naar de stand van zaken bij de ISD; hij vraagt zich af of deze benoeming niet al veel eerder had moeten gebeuren in verfband met de bestuurlijke situatie bij de ISD. De heer Van den Bos zegt hierop dat er formeel sprake is van een bestuurlijke impasse. Hij betreurt het dat er een vertraging is ontstaan in de kandidaatstelling voor het algemeen bestuur. Hij heeft al wel contact gehad met de ISD over de continuïteit, lopende en toekomstige zaken. De heer Nieuwkerk vraagt of er door deze bestuursimpasse zaken zijn blijven liggen. De heer Van den Bos zegt daarop dat de ISD ook zonder bestuur wel operationeel blijft, maar dat er wel degelijk ambities en projecten zijn die bestuurlijke aandacht verdienen. De heer Nieuwkerk zegt begrepen te hebben dat er zaken blijven liggen omdat er geen voorzitter is. Hij vindt dat ervoor gezorgd moet worden dat er geen bestuurlijke impasse meer komt. De heer Van den Bos meent dat bij een snelle coalitievorming de impasse niet had hoeven ontstaan; hij geeft aan dat er geen acute zaken zijn blijven liggen. De voorzitter besluit dat namens het college de heren Van den Bos en Van der Poel als resp. en plaatsvervangend van het Algemeen Bestuur aangewezen worden. Namens de raad worden de heer Musters en mevrouw Van den Dungen aangewezen als leden en de heer Van Spaandonk en mevrouw Couwenberg als plaatsvervangend leden. c) benoeming van de leden van de rekenkamercommissie De heer Musters doet mede namens de heren Van der Poel, De Laat en Levink verslag van het traject dat vooraf ging aan deze voordracht. Er hebben zich 54 kandidaten gemeld en de selectiecommissie was verrast over de hoge kwaliteit van de kandidaten. Bij de selectiecriteria is vooral gelet Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 5

6 op het niveau, maar ook op spreiding van kennis op bestuurlijk, juridisch, financieel en economisch terrein en met name ook op onderzoekservaring, vergelijkbaar met het rekenkameronderzoek. Het voorstel tot voordracht van de selectiecommissie heeft de raad inmiddels ontvangen. De voorzitter concludeert dat de hierin genoemde mensen nu benoemd kunnen worden voor de rekenkamercommissie en dankt de selectiecommissie voor het zorgvuldige werk. 15. Initiatiefvoorstel tot intrekking van het besluit, genomen in de gemeenteraadsvergadering van 25 april 06, inzake de tijdsbestedingnorm van wethouder Groen. De heer Van den Brandt is het niet eens met het hierin genoemde argument om over te gaan van 4,8 fte naar 5,0 fte. Zijn partij voelt zich in z n hemd gezet omdat zij eerder heel duidelijk bezwaar geuit heeft tegen de uitbreiding van 4,2 naar 4,8 fte. Hij vindt dat het feit dat de heer Groen nu volledig beschikbaar kan zijn, niet zonder meer gebruikt kan worden om een uitbreiding naar 5,0 fte te rechtvaardigen. Hij noemt het een minachting van de oppositie. Ter vergelijking: een stad als Den Bosch heeft 5 fulltime wethouders en Waalwijk neemt genoegen met 4 fulltimers. Nu wordt er meer uitgegeven, terwijl er ook een andere verdeling zou kunnen komen. Het bevreemdt de heer Nieuwkerk dat dit voorstel op deze wijze tot hem komt. Het is in korte tijd het 2 e raadsvoorstel dat ingetrokken wordt. Hij stelt voor om het bij 4,8 fte te houden om de burgers te laten zien dat men serieus met deze zaken bezig is. De heer Pulles zegt dat DMP in de vergadering van 25 april haar bezorgdheid heeft uitgesproken over de 80%-invulling van de heer Groen in relatie met het werk dat hij elders nog zou doen en dat dit duidelijk iets anders is als wat er nu in het initiatiefvoorstel wordt gesuggereerd. Hij haalt aan dat in de vorige vergadering een bewuste keuze gemaakt is voor 4,8 fte en dat nu blijkt dat uitspraken net zo gemakkelijk teruggedraaid worden als dat ze worden gedaan. Hij heeft de volgende vragen: - hoe kan deze uitbreiding financieel onderbouwd worden? - welke taak- en aandachtsvelden worden nu extra ingevuld? - hoe is de uitbreiding te rijmen met de uitspraak dat argumenten tellen en niet de macht van het getal? De heer Van Delft geeft aan dat DDE02 in de vorige vergadering van mening was dat de wethoudersbezetting niet hoger dan 4,2 fte mocht worden. Met dit initiatiefvoorstel worden de salariskosten nog ca hoger en daarom is DDE02 fel tegen. De heer Aerts vindt dat er nu spijkers op laag water gezocht worden. Een verhoging van 0,2 fte zal naar zijn idee geen aan extra kosten te zien geven. De heer Van der Lee denkt dat er straks nog meer tijd van de wethouders gevraagd zal worden gezien alle plannen en ambities. De heer Van den Brandt begrijpt niet waarom het besluit tot 4,8 fte niet aangehouden wordt. Gemeentebelangen vindt 4,2 fte al genoeg en daarom dient hij een amendement in om de totale tijdbestedingnorm vast te stellen op 4,25 fte. De heer Van der Lee vindt dat de heer Groen duidelijk geluisterd heeft naar de raad en daarom gekozen heeft voor een 0%-invulling. Daarnaast wijst hij erop dat o.a. het rapport van VROM straks meer tijd zal vragen. De heer Nieuwkerk meent dat de heer Van der Lee voorbij gaat aan het feit dat de heer Groen gezegd heeft: 0% inzet voor 80% beloning. Het zou zijns inziens sociaal geweest zijn als de wethouders wat ingeleverd zouden hebben, zoals ook in het vorige college is gebeurd. De verhouding is zoek: waarom moet er evenveel ingezet worden als in een stad als Den Bosch? De heer Verboven zegt dat hij het volledig eens is met de woorden van de heer Aerts. Hij vraagt niet alleen naar de kostenkant te kijken, maar ook naar de opbrengsten: de doorloop- en wachttijd kan aanzienlijk verbeterd worden. Het amendement van Gemeentebelangen wordt nu in stemming gebracht. Met 18 stemmen tegen en 7 stemmen voor wordt het verworpen. De stemming over het initiatiefvoorstel tot intrekking van het raadsbesluit geeft 13 stemmen voor en 12 tegen; het voorstel wordt aangenomen. 16. Het door de coalitiepartijen opgestelde ambitieprogramma. De heer Van Bokhoven legt uit dat de ambities duidelijk opgesteld zijn met de bedoeling er een raadsprogramma van te maken. Hij nodigt de fracties uit om suggesties en/of aanvullingen te doen. De heer Musters wil proberen een bijdrage te leveren om te komen tot een raadsprogramma, maar heeft grote twijfel bij het ambitieakkoord. Soms gaat het te ver of is het te vaag of vrijblijvend. Hij Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 6

7 noemt een aantal voorbeelden, beschreven in het stuk ambitieakkoord coalitie 06- nader bezien. Hij stelt voor om dit stuk op 29 juni 06 te bespreken. De heer Nieuwkerk zegt dat de CDA-fractie teleurgesteld is over de wijze waarop het ambitieprogramma aangereikt is: per , niet bij de raadsstukken, wat inhoudt dat een aantal mensen het niet ontvangen heeft. Hij mist een aantal zaken en zeker een financiële paragraaf; welke gevolgen hebben gemaakte keuzes? Hij geeft de CDA-visie in een uitgebreid betoog weer. De heer Pulles heeft geconstateerd dat in deze geloofsbelijdenis van de coalitie sprake is van veel algemeenheden, open deuren en goede bedoelingen. Het gaat natuurlijk om daden en bij veel zaken die hierin worden genoemd, gaat het om bestaand of reeds in gang gezet beleid. Voor het overgrote deel is het een oppoetsen van de bestaande situatie. Hoezo moet het anders? Als er voor dit oppoetswerk maar liefst 5 wethouders ingezet moeten worden, dan keurt DMP dit af. Hij noemt enkele opmerkingen en kanttekeningen per hoofdstuk. De heer Van Delft zegt dat het voor zijn partij niet geheel duidelijk is welke ambities uit dit programma te halen zijn. De meeste zaken zijn immers al in gang gezet. Wat wel nieuw is, is het inschakelen van deskundigen en het terugdraaien van de bezuinigingen op de subsidies. Dit valt bij DDE02 niet in goede aarde. Ook zou DDE02 het niet waarderen als het Heusdens kunstonderwijs lokaal georganiseerd zou worden, waardoor het brede aanbod vanuit het CMD verloren gaat. Hij noemt verder de mogelijkheid tot concentratie van de gemeentelijke back-office in Vlijmen, het faciliteren van bedrijven die niet volgens formele voorschriften gevestigd zijn, het autovrij maken van de Vismarkt in Heusden en woningbouw op het terrein waar nu de Voorste Vennen gevestigd is. De heer Aerts mist in het stuk de eigen verantwoordelijkheid van de burgers in Heusden. Het Heusdens gevoel moet naar zijn idee terugkomen. Hij geeft verder nog een beschouwing op zijn functioneren als eenmansfractie en de wijze van vergaderen van de raad. Mevrouw Merkx zegt dat dit akkoord voor GroenLinks heel veel kansen tot verbetering biedt voor gemeente en burgers, voor natuur en cultuur. Zij noemt enkele punten waar zij zich zorgen over maakt, waar zij duidelijkheid over wil geven of een aanvulling op wil doen. Het gaat dan over de nieuwe vergaderstructuur, het accommodatie- en subsidiebeleid, de WMO, een cultuurraad, een onderzoek naar de mogelijkheden om het kasteel in Heusden Vesting te reconstrueren, het Wereldkinderfeest, meer kleinschalige sportprojecten in de wijken, het stimuleringsfonds voor milieuvriendelijke initiatieven, de gifvrije onkruidbestrijding, de ondertekening van het klimaatverbond en ook duurzaamheid op gebied van inkopen en aanbesteden, de lichthinder, de geluidsbelasting van de A59, de stedenband met Otjiwarongo, de schriftelijke communicatie leesbaarder, begrijpelijker en korter plus regels/regelingen toetsen op uitvoerbaarheid en handhavingsmogelijkheid, jongeren en werkgelegenheid, bredere bufferstroken tussen wonen en natuur enerzijds en bedrijven anderzijds, winkelcentra zoveel mogelijk autovrij, initiatieven agrarisch landschapsbeheer en als laatste punt: een nieuw bestemmingsplan buitengebied. Mevrouw Mulder geeft aan dat de titel ondernemend en sociaal zeer aanspreekt. Zij wil de sociale aspecten toch scherper naar voren halen. Een aantal onderwerpen licht zij eruit: betaalbaar wonen, participatie van allochtonen in deze gemeente, de WMO (voorkomen dat de zwakkeren hierdoor in de knel komen), gifvrije onkruidbestrijding, professionaliteit bij de peuterspeelzalen en het aantrekkelijk maken van deze gemeente voor jongeren. De heer Van Bokhoven bedankt ieder voor zijn of haar inbreng op het coalitieprogramma. Heusden Eén wil ook een aantal punten aanstippen die zij onderbelicht vindt in het programma: de woonomgeving van de kernen, het subsidiebeleid, de collectieve verzekering voor vrijwilligers, kernbezoek door raadsleden en het communicatie- en mediabeleid. Het aanbestedingsbeleid en de hondenbelasting wil men nog agenderen. De voorzitter zegt dat men nu een modus moet vinden om tot afstemming van zaken te komen. De raad zou het kader moeten aangeven waarbinnen het college tot uitvoering kan komen om te zorgen dat er in november een begroting aangeboden kan worden. De heer Musters vindt dat de coalitie het initiatief moet nemen omdat zij een meerderheid in de raad heeft. De coalitie kan bekijken of er aanpassingen en aanvullingen mogelijk zijn en dit nieuwe akkoord voorleggen in de vergadering van 29 juni 06. Dan zou er een nieuw raadsprogramma van gemaakt kunnen worden. De heer Van Bokhoven kan zich hierin vinden en stelt voor dat de coalitie zo te werk zal gaan. De voorzitter concludeert dat het initiatief bij de coalitie gelegd zal worden. Zij zal de inbreng van de partijen vertalen naar een nieuw programma en dit op 29 juni 06 ter bespreking voorleggen. Mevrouw Pijnenburg verlaat de vergadering in verband met andere werkzaamheden. 6c. Motie PvdA inzake de humane aspecten van de oude Vreemdelingenwet. Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 7

8 Mevrouw Dekker legt uit dat het hierbij om rijksbeleid gaat. Zij heeft dit agendapunt toch ingediend omdat zij een signaal wil laten uitgaan over het inhumane beleid van de Vreemdelingenwet van 01. Deze motie is al door een aantal gemeentes aangenomen. Ze willen daarmee aangeven dat dit beleid niet goed is en dat mensen slachtoffer worden van slecht humaan beleid. De heer Van Bladel vindt dat de regering voor deze groep al veel geregeld heeft. Hij acht het overtrokken om er als gemeente verder op in te gaan. De heer Van den Brandt zegt dat hij de overweging kan steunen vanwege het humane karakter. De heer Nieuwkerk is van mening dat er geen bemoeienis moet zijn met landelijk beleid. De heren De Laat, Van Delft en Aerts hebben ook geen behoefte om de motie te ondersteunen Mevrouw Couwenberg wil zich onthouden van een reactie omdat zij onderscheid maakt tussen rijksen gemeentebeleid en de gemeente zich niet moet bewegen op het terrein van rijksbeleid. De heer Verboven vindt dat men zich hierbij niet inlaat met het beleid van de centrale overheid, maar puur een signaal afgeeft. Zijn fractie is voor de motie. De motie wordt in stemming gebracht en verworpen met 15 stemmen tegen en 9 stemmen voor. 17. Sluiting. De voorzitter sluit de vergadering om uur na het sluitingsgebed. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Heusden van 29 juni 06, de griffier, de voorzitter, A.J. Emmen drs. H.P.T.M. Willems Notulen raadsvergadering van 1 juni 06 8