De voorzitter opent de vergadering vanwege een technisch mankement wat later, om uur.

Transcriptie

1 CONCEPTBESLUITENLIJST Openbare informatieavond van de gemeente Heusden op dinsdag 19 februari 2008 van tot uur in het gemeentehuis locatie Vlijmen Cluster ruimte Voorzitter: C.M.M. Musters Griffier: A.J. Emmen Aanwezige leden: A.G.M. van Bladel (Heusden Eén) F.A. van der Lee (Heusden Eén) C.A.M. van Bokhoven (Lijst Van Bokhoven) J.J. de Bonth (Gemeentebelangen) T. Herman (Gemeentebelangen) A.L.J. van Delft (DDE2002) E.W.H.M. van Spaandonk (DDE2002) T.M. de Laat (DMP) C. van Rooij (DMP) A.J.M.C. Pulles (DMP) Mevrouw A.T.E. Muskens-de Bont (CDA) R. Heesbeen (PvdA) Mevrouw M. Mulder (PvdA) Mevrouw M.A.T. Merkx (GroenLinks) P.C.M. Verboven (GroenLinks) S.C.O. Pladet (VVD) Wethouders A.A.G. van Mierlo Overige aanwezigen: W. van Eijk (gemeente Heusden) M. Kuper (gemeente Heusden) H. Hermans (gemeente Heusden) P. Nouwen (Arcadis) H. Claassen (Notuleerservice Nederland) vertegenwoordigers van de pers, publiek 1. Opening De voorzitter opent de vergadering vanwege een technisch mankement wat later, om uur. 2. Vaststelling van de agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Spreekrecht De voorzitter meldt dat er geen insprekers zijn. 4. Vaststelling van de besluitenlijst van de op 8 januari gehouden openbare Informatievergadering (voor zover betrekking hebbend op het cluster Ruimte) De heer Van Rooij merkt naar aanleiding van punt 11 op dat hij de toegezegde lijst met bestemmingsplannen niet heeft ontvangen. De voorzitter geeft aan dat er waarschijnlijk met de verzending iets is misgegaan, aangezien andere leden het overzicht wel hebben ontvangen. De lijst wordt alsnog toegezonden. De besluitenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld. 5. Toelichting plan Geerpark

2 De voorzitter deelt mee dat de heer Kuper eerst een inleiding zal houden. Vervolgens zal de heer Nouwen de presentatie verder verzorgen. Daarna is er gelegenheid tot het stellen van vragen en tot discussie. De sheets van beide presentaties zullen aan het verslag worden toegevoegd. De heer Kuper geeft aan de hand van een aantal sheets een korte presentatie met de titel Durven of turven. Deze gaat over de periode voorafgaand aan de ontwikkeling van het plan Geerpark en de omslag die heeft plaatsgevonden naar een ambitieuze aanpak. De heer Nouwen vervolgt aan de hand van sheets de presentatie. Hij merkt op dat de plaatjes nog concepten zijn maar wel de denkrichting aangeven. De voorzitter geeft gelegenheid tot het stellen van vragen. De heer Van Spaandonk is blij verrast met het plan. Hij meent enige gelijkenis te zien met een plan in Den Bosch en vraagt om een toelichting hierop. De heer Nouwen geeft aan dat dit plan Haverleij een heel versteend concept kent, neergelegd in het landschap. Het plan Geerpark is echt anders opgezet. In het plan Geerpark wordt gepoogd de kwaliteit van het landschap zo vloeiend mogelijk te laten samengaan met de stedelijke omgeving. Ieder eiland is een groene aangelegenheid. De heer Pulles vraagt hoe groot het aandeel van het openbare groen is in het totale plan. De heer Nouwen geeft aan dat het totale plangebied circa 42,5 hectare is. Het openbare groen bedraagt circa 15 tot 20 hectare. De heer Van Bokhoven zegt een toelichting op fase 2 te missen. Hij vraagt of voor fase 2 al toestemming van de provincie is verkregen. De heer Nouwen zegt zich beperkt te hebben tot fase 1. De planvorming voor fase 2 wordt pas later opgepakt. Fase 2 en eventueel andere ontwikkelingen kunnen aansluiten op het concept van fase 1. Fase 2 is een logisch vervolg op fase 1.Bestuurlijk zijn er nog geen nadere afspraken over gemaakt. Mevrouw Muskens-de Bont kan zich goed vinden in het voorgestelde concept. Het lijkt een prettige leefomgeving maar gezien het verwachte inwonertal spreekt ze liever van wonen in groen. Vanwege de veiligheid heeft ze moeite met hagen en andere objecten. Ze verzoekt om dit veiligheidsaspect in de verdere planvorming mee te nemen, met name bezien vanuit de fietser. Vervolgens vraagt ze of het plan al financieel is doorgerekend. Ze wijst er nadrukkelijk op om tijdig over de nodige financiële informatie te kunnen beschikken om een kater achteraf te voorkomen. De heer Nouwen zegt toe de vragen over veiligheid en financiën mee te nemen. Als het stedenbouwkundig concept een bepaalde hardheid heeft, zal hij hiermee terugkomen. Mevrouw Muskens-de Bont vraagt of een financiële doorrekening van het masterplan aan de raad kan worden gepresenteerd. Dit betekent dat de raad niet tot het bestemmingsplan hoeft te wachten. De heer Nouwen geeft aan dat aan de hand van het stedenbouwkundig concept een goede indicatie van de financiën is te geven. De heer De Bonth vraagt of het gebied bij de Geersloot stedenbouwkundig gezien wel een goede invulling kan krijgen. Ook vraagt hij of in het betreffende gebied wel gebouwd mag worden. Volgens hem is bij de verkoop van Mommersteeg de voorwaarde gesteld dat er niet gebouwd mocht worden. Hij vraagt of de juridische voorwaarden rond aan- en verkoop tussentijds veranderd kunnen worden. De heer Nouwen geeft aan dat over het punt van bouwen bij de Geersloot nog een

3 discussie loopt met de provincie. Hij stelt dat de betreffende percelen in bezit zijn van Woonveste en dus geen probleem vormen. De gemeente heeft de belangrijkste stem bij de inrichting van de openbare ruimte. De nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening versterkt dit nog. De kopers van Mommersteeg hebben destijds kunnen inschatten wat de mogelijkheden van het gebied zijn. De heer De Bonth wil graag uitgezocht zien of er bij de verkoop van Mommersteeg sprake was van voorwaarden, dat er in het gebied niet gebouwd mocht worden en of er schadeclaims mogelijk zijn. De heer Nouwen zegt toe dit mee te nemen. De heer Kuper merkt op dat de gemeente altijd een onteigeningsactie kan opstarten. De heer Van Boven vindt het jammer dat de zichtlijn vanaf de afrit van de A59 in het plan gekortwiekt wordt. Hij vindt het geen gedurfd ontwerp. Vervolgens vraagt hij om een nadere toelichting op het percentage woningen met lage huren. De heer Nouwen berekent de verdeling van de huurwoningen: circa 50 in het goedkope segment, circa 180 in het bereikbare en circa 25 in het dure segment. De heer Van Boven vindt het aandeel goedkope huurwoningen te laag. De heer Van Bladel vindt het een open en fris plan. Hij merkt op dat de ontsluiting van het plan naar het oosten tegenstrijdig is met de opzet van het centrumplan. Vervolgens vraagt hij of elke kern van de gemeente een identiteit in de elf eilandjes kan vertegenwoordigen. De heer Nouwen zegt toe deze laatste suggestie mee te nemen. Over de ontsluiting merkt hij op dat deze randvoorwaarden voortkomen uit het gemeentelijk Verkeerscirculatieplan (VCP). Het gebied mag langs twee zijden worden ontsloten: via de Tuinbouwlaan en via de Abt van Engelenlaan. Autoverkeer door het nieuwe woongebied moet voorkomen worden. Voor het autoverkeer komt er geen ontsluiting naar de Priemsteeg en de Wolput, wel voor het langzame verkeer. Mevrouw Mulder is enthousiast over de combinatie van wonen en groen. Wel vindt zij belangrijk dat het groen gebruikt kan worden. Zij vindt een aandeel van 6% woningen geschikt voor lage inkomens te laag. De heer Nouwen stelt dat door middel van het bestemmingsplan de functie openbaar groen wordt gegarandeerd. Over de verdeling van het huursegment merkt hij op dat Woonveste heeft aangegeven dat de aangegeven verdeling overeenkomt met de wensen van haar woningzoekenden. Hij zal de gemaakte opmerkingen zeker ter harte nemen. De heer Pladet vraagt of het gemeentebestuur van plan is om een algemene informatieavond voor de burgers te organiseren. De voorzitter zegt dit aan de wethouder te zullen voorleggen. Mevrouw Muskens-De Bont vraagt of er overeenstemming met de provincie bestaat over de in het streekplan aangegeven openheid van het gebied. Zij is van mening dat de opmerkingen van de heer Verboven over de zichtlijnen serieus moeten worden genomen. Ook zij vindt het aandeel van woningen met een lage huur erg klein, zeker wanneer rekening wordt gehouden met starters en senioren. Daarom vraagt zij om rekening te houden met de bevolkingsopbouw van Heusden. De heer Nouwen zegt nogmaals toe de verdeling van het huursegment verder te bekijken. De heer Kuper stelt dat het uitwerkingsplan een nadere concretisering van het streekplan is. Hij geeft aan dat de provincie hecht aan bepaalde landschapskarakteristieken. Naar zijn mening is de provincie met een kwalitatief goed stedenbouwkundig plan, waarin het groen

4 verantwoord is ingebracht, wel te overtuigen. In het plan worden de zichtlijnen en landschapsstructuren, zoals ze vanaf de grond te beleven zijn, zoveel mogelijk gerespecteerd. De heer Van Boven merkt op dat de belangrijkste zichtlijn wordt doorsneden in het plan. De heer Nouwen geeft aan dat in totaal 42% van de woningen tot de betaalbare klasse behoort. Het gaat dan om huur- en koopwoningen. Wethouder Van Mierlo gaat er vanuit dat de stedenbouwkundige opzet na de zomer gereed is. Op basis daarvan wordt gecommuniceerd met de bewoners en omwonenden. De heer Pulles rekent erop dat er dan overeenstemming bestaat met de provincie. Wethouder Van Mierlo zegt dat hij goede hoop heeft dat dit inderdaad het geval zal zijn. 6. Vrijstelling op grond van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor de bouw van het geheel plaatsen van een carport en veranda aan de Laagstraat 14 te Opheusden Mevrouw Mulder zegt te begrijpen dat geprobeerd wordt stootkracht te ontwikkelen in een ingewikkelde procedure. Zij vraagt om een toelichting op datgene wat van de raad gevraagd wordt. De heer Van Bladel vraagt om een korte uiteenzetting van het geheel. De heer De Bonth stelt dezelfde vraag. Mevrouw Muskens-de Bont wil weten of aan de raad wordt gevraagd of deze nog steeds achter het eerder genomen besluit staat. Ook wil zij weten of er aan de raad gevraagd wordt of de vergunning al wordt afgegeven vooruitlopend op de uitspraak van de Raad van State. De heer Hermans licht toe dat de raad in 2002 een aantal bouwwerken heeft omschreven, die aan de provincie zijn voorgelegd om in die gevallen een verkorte procedure voor vrijstelling te volgen. De provincie heeft het voorbehoud gemaakt dat in geval van een zienswijze de zaak toch wordt voorgelegd aan de provincie. Deze zaak had meteen aan de provincie moeten worden voorgelegd wegens afwijking van het bestemmingsplan. De vergunning en de vrijstelling zijn verleend. De rechter heeft de beslissing op het bezwaarschrift vernietigd. Er moet een nieuwe beslissing op het bezwaarschrift worden genomen, rekening houdend met de overwegingen in de uitspraak. Dit laatste maakt de zaak erg ingewikkeld. Het betreffende besluit is inmiddels veel gedetailleerder opgesteld zodat dergelijke gevallen in de toekomst niet meer kunnen voorkomen. De procedure bij de Raad van State loopt intussen verder. Als deze de rechter in het gelijk stelt, zal de gemeente verzoeken om de gevolgen in stand te houden. Als de Raad van State de rechter ongelijk geeft, blijft de vergunning overeind staan. Het raadsstandpunt wordt zonodig in de procedure meegenomen. De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn. De heer Verboven merkt op in 2002 tegen het voorstel te zijn geweest. Dat geldt nu nog steeds. De voorzitter concludeert dat het voorstel op de B-lijst van de raadsvcergadering wordt geplaatst. 7. Vrijstelling op grond van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor de bouw van drie bedrijfsverzamelgebouwen aan de Middelweg te Nieuwkuijk De heer Pladet wijst erop dat in de samenvatting over 35 units wordt gesproken en in het voorstel over 40 units.

5 De heer De Bonth zegt een officieel stuk met de visie van het college te missen. Ook mist hij een beeldkwaliteitsplan. Er is nu onduidelijk waarop de plannen getoetst worden. Hij staat overigens achter uitvoering van de plannen. Ook mist hij een advies van de welstand. Hij gaat er vanuit dat risico s op planschade voor rekening van Van Delft komen. Verder wil hij weten wat de verdere aanpak van het gebied is. Er liggen nog milieucirkels op. De heer Pulles is niet tegen de ontwikkeling van het bedrijfsverzamelgebouw maar had graag als raad een bredere discussie gevoerd over de ruimtelijke onderbouwing van het gehele gebied en over de gebiedsontwikkeling. Dan pas is een goed besluit te nemen over de realisatie van een bedrijfsverzamelgebouw. De heer Van Rooij merkt op dat het stuk niet zorgvuldig lijkt te zijn opgesteld. Hij verwijst naar de aantallen units en de Nieuwkuijksestraat/Venbroeksrtaat. De heer Van Eijk geeft aan dat het in het raadsvoorstel om 35 units gaat en bij de afweging om 40 units. Dit laatste aantal had betrekking op de afweging naar aanleiding van de ingediende zienswijze. Uiteindelijk gaat het nu om 35 units. In de werkwijze is ervoor gekozen om pas later met een stedelijke visie voor het gebied te komen. De prioriteit ligt nu bij andere locaties. De ruimtelijke onderbouwing is voldoende voor de behandeling van de vrijstellingsaanvraag. Het plan wordt getoetst aan de revitaliseringsplannen. Het bedrijfsverzamelgebouw past hierin. Welstand heeft een positief advies gegeven. Er is een planschadeovereenkomst opgesteld tussen de gemeente en de heer Van Delft. De kosten komen op rekening van de laatste. Binnenkort wordt de eerder vastgestelde stedelijke schets uitgewerkt aan de hand van de intussen uitgebrachte adviezen. Het bedrijfsverzamelgebouw mag geen belemmering vormen voor toekomstige ontwikkelingen. Het gebouw is geplaatst binnen bestaande milieucirkels. Er kan daar geen woningbouw komen. Spreker geeft aan dat het bij de Nieuwkuijksestraat en de Venbroekstaat om verschillende zaken gaat wat milieuzonering betreft. De heer Pulles verzoekt om dit verder uit te zoeken voor de raadsvergadering. De heer Van Eijk zegt toe dit voor de raadsvergadering in een zoneringskaart te zullen aangeven. De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn. De heer De Bonth vraagt op welke termijn wordt gestart met de verdere uitwerking van het gebied. Mevrouw Muskens- de Bont is blij met de komst van het bedrijfsverzamelgebouw. Zij is echter tegen een ad hoc-aanpak. Er dient een gebiedsvisie te liggen voordat gestart wordt met de werkelijke invulling. Na realisatie van het bedrijfsverzamelgebouw vindt zij dat de gemeente de illegaal gevestigde bedrijvigheid moet aanpakken. De heer Pulles vraagt op welke korte termijn het uitgewerkte plan voor het gebied verwacht kan worden. De heer Van Eijk geeft aan dat het adviesbureau de termijn voor realisatie op 2010/2011 heeft geschat omdat een aantal zaken nog geregeld moet worden: het benaderen van grondeigenaren en het uitvoeren van de bestemmingsplanprocedure. Met de stedelijke visie kan snel tempo worden gemaakt. Het advies van ETIN/ADVIN kan op korte termijn aan de raad gepresenteerd worden. Spreker zegt toe de vraag aan het bestuur voor te leggen op welke termijn de totale visie voor het gebied gepresenteerd kan worden. Hij merkt op dat het verkavelingsplaatje nog maar een modellenstudie is en zeker niet definitief is. Alleen de bandbreedte voor toekomstige ontwikkelingen is vastgesteld. Voor de ingebruikname van het bedrijfsverzamelgebouw worden er met de eigenaar afspraken gemaakt over parkmanagement. Er hebben al gesprekken plaatsgevonden. Over de illegaal gevestigde bedrijven merkt hij op dat deze hebben mogen blijven onder voorwaarde dat ze toekomstige huisvesting geregeld hebben, onder andere in het

6 bedrijfsverzamelgebouw van Van Delft. Na realisatie van het bedrijfsverzamelgebouw verhuizen de betreffende bedrijven er naartoe. De voorzitter concludeert dat het voorstel op de B-lijst van de raadsvergadering wordt geplaatst. 8. Rondvraag Er zijn geen vragen voor dit agendapunt. 9. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om uur.