Overzicht examenstof. Analyse. Het bereik is bij benadering: ; 4, 54] [ 11, 46 ;. c Domein [0, 3] en bereik[ 2, ]

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Overzicht examenstof. Analyse. Het bereik is bij benadering: ; 4, 54] [ 11, 46 ;. c Domein [0, 3] en bereik[ 2, ]"

Transcriptie

1 Analse a O Randpunt als ( ) Dit geeft de randpunten (, f ( )) (, ) en (, f ( ) (, ) De top is (, f ( )) (, ) c Domein [, ] en ereik[, ] Domein Bereik Asmptoten a R, ] Geen,,,, c,,,, Verticaal: Horizontaal: Horizontaal: Verticaal: d, ] [, [, Geen a O Domein:,,, Het ereik is ij enadering: ;, ] [, ; c Verticale asmptoten: en

2 a + + voor f ( ) + + voor < O c Bereik: [, a O f ( ) + p geeft + p dus geldt p en p TOP f ( p) ( p) + p ( p) p p p TOP p c Omdat p ( p + ) < ligt de top voor elke waarde van p onder de -as TOP d Dan moet gelden: p p en is p of p TOP a O Horizontale asmptoot:

3 c Verticale asmptoten: en d Domein:,,, Bereik:, ], 7a ( ) of ( )( + ) of c + ( + ) ( + )( ) of of d ( )( ) + ( + )( ) of e ( + )( + ) ( ) ( + 9)( ) 9 of a ( )( ) + ( + ) ( ) of + ( + ) ( ) + ( )( + ) of c ( + ) + ( + ) of + of 9a + + ( ) ( )( ) of ( voldoet niet) ( )( ) of ( voldoet niet) c

4 a < ( + ) < + < ( + )( ) < Een plot van ( + )( ) geeft als oplossing < < ( + )( + ) ( + ) ( + ) Een plot van ( + ) geeft als oplossing of c > + > + + < Oplossen van + geeft Plotten van + en gevolgd door aflezen geeft als oplossing [, d Los eerst op ( )( + ) of Plotten in één figuur van + + en + en aflezen geeft als oplossing, ] a Omdat P( p, p + ) en Q( p, p ) is L( p) p + ( p ) p p + Stel p p + dan is p p + Omdat D < is er geen enkele waarde van p waarvoor dit het geval is c Omdat L ( p) p en de grafiek van L een dalparaool is, is het minimum L( ) + en is B [, L a cos + cos (cos + )(cos ) ln + ln (ln ) + ln (ln + )(ln ) c + ( ) + ( )( ) Horizontale asmptoot en verticale asmptoot Snijpunt van de asmptoten is S(, ) Er is sprake van smmetrie in een punt S als geldt: f ( p) + f ( + p) voor S S S elke waarde van p f ( p) + f ( + p) p + + p + p p Dus is de grafiek van f puntsmmetrisch in S(, )

5 a ln( ) ln( + ) + ( )( + ) of ( voldoet niet) + + c ln( ) + ln( + ) + ln( ) ln( ) + ln( ) ln( ) e e + of e + ( voldoet niet) a Uit f ( ) volgt: f ( ) f ( ) of f ( ) ln + of ln + ln of ln of e g( ) (ln ) g ( ) (ln ) ln (ln + ) voor elke Dus heeft g ( ) geen oplossing en dan heeft g( ) geen uiterste waarde ( ) d ( ) d [ ] (( + + ) ( + + )) 9 7a ( ) ( ) f ( ) + + Als < < en gaat van naar dan gaat van naar, dus f ( ) gaat van naar De grafiek stijgt dus De oppervlakte van het geied M is m De oppervlakte van het geied V is + d [ln + ln ] ((ln ln ) (ln ln )) ln Dus is m ln h( ) is constant als f ( ) f ( ) constant is f f ( ) ( ) + ( ) + + ( ) + + +

6 9 Uit A( a, a ) en B(, ) volgt dat de helling van AB gelijk is aan a ( a)( + a) + a a a Dus is AB: ( + a)( a) + a De oppervlakte van het ingesloten geied is: ( ) + + a ( + a)( a) + a [( a) d ( a) a ] a (( + a) ( a) + a ) (( + a) ( a a) + a a a ) (( + a) ( a) + a ) ( a a a ) ( ( + a)( a)( a) + a a ( a )( a) + a a ( a a + a ) + a a a + a a ( a + a a ) ( a) a c q ( ) q q q q q q Z t, 7 Z 7 t, Z t +, 7 Z Z + t, 7 Z + t, a a + + ( + ) + ( + ) ( + )( + ) + 7 a a + + ( + ) + + Dus moet gelden: ( + )( + ) q q a + a de eerste vergelijking invullen in de tweede geeft: a + 7 ( ) en dus is a

7 a f ( a ) ( ) + a + a a a a O c Er is sprake van smmetrie in een punt S als geldt: f ( p) + f ( + p) voor a S a S S elke waarde van p f ( p) + f ( + p) + + a a p + + p Dus f is smmetrisch in (, ) d f ( a p) + f ( a + p) a a a p a a + p a Dus is f a is smmetrisch in ( a, ) f ( ) f ( ) ( ) c f ( ) d f ( ) ( ) ( ) a ( ) 7 7 d ± c ( ) of of ±

8 a O ± c Verticaal: Horizontaal: d Los eerst op: ± Met ehulp van een plot vind je,, a O g( ) + + f ( ) want voor grote waarden van is de term c Verticale asmptoot vrijwel 7

9 a Uit ; eerst naar links geeft f ( ) ( + ), dan verticaal vermenigvuldigen met geeft f ( ) ( + ) en tenslotte omlaag geeft f ( ) ( + ) Uit log ; naar rechts geeft g ( ) log( ) en omhoog geeft g( ) + log( ) c Uit ; horizontaal vermenigvuldigen met geeft h ( ) en verticaal met vermenigvuldigen geeft h( ) 7a k( ) f ( ) + De horizontale vermenigvuldiging met geeft Daarna naar links geeft l( ) +,, f (, ) f ( ) +, ( + ), 999, 9,,, 9a s in km t in minuten Op [, ] stijgt de grafiek sneller dan op [, 7] c s( ) s( ),, 7, 9 km/min, km/uur Daar is de helling maimaal s ( t), t +, 7t s ( t), 9t +, 7 s ( t) t 9, Dus is de maimale snelheid s ( 9, ), 7 km/min km/uur a f ( ) f ( ) h( ) h ( ) c k( ) k ( ) + + d g( ) + g ( ) + e l( ) + + l ( ) f m( ) m ( ) 9 + 9

10 a O Herschrijven als g( ) + + laat zien dat er geen nulpunten zijn, want + > voor elke + g ( ) g ( ) 7 Vergelijking raaklijn: 7 ( ) + 7 of 7 c Stel g ( ) dan volgt Dus Dit geeft: of Dus in (, ) en (, ) loopt de raaklijn horizontaal a f ( ) ( ) f ( ) ( + ) ( + ) ( + ) ( + ) g( ) ( + ) ( ) ( + ) g ( ) ( ) ( ) + ( + ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) + + ( ) c h( ) ( + )( ) h ( ) ( )( ) + ( + )( ) a ( f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( )), (, 7 +, 9 +, +, +, +, +, 9 +, 7),,, ( + ) d [ + ] ( f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( ) + f ( )) (, 97 +, +, 99 +, 7 +, 9 +, 7 +, +, 9), ( ) [ + d + ] ( + ) ( + ) 9

11 a F( ) + + C G( ) + C c h( ) + H( ) + C d K( ) ( 7 + ) + C e m( ) ( ) M( ) + C f n( ) + + N( ) a d [ ] ( ) h( ) of of d [ ] c f ( ) h( ) of of + of ( + )( ) of of - ( ) d [ + ] 7 d [ ] +C a f ( ) + ( )( ) Dus zijn de toppen (, f ( )) (, ) en (, f ( )) (, ) O 7 9 Eerst de snijpunten epalen: f ( ) g( ) ( )( + ) of f ( ) g( ) d + + d [ + + ] ( + + ) ( ) 7

12 ( ) ( + + ) c P p, f ( p) p, p p p Oppervlakte OPQ OQ PQ p d Dan moet gelden: f ( ) d Opp OPQ p f ( ) d [ p + + ] p p + p + p Dus moet gelden: p p + p + p p p + p + p p p p p + p p of p p + p of p p + p of p, of p 7, Voor p is er geen sprake van een driehoek OPQ Voor p 7, snijdt de lijn OP de grafiek van f twee keer Dus voldoet alleen p, p( p p + p + ) p p + p + p 7a of Snijpunten (, ) en (, ) (, ) d [ ] ( ) Stel de groeifactor per jaar is g Dan moet gelden g, en dus is g,, 9 Dus neemt het percentage euro elk jaar met ongeveer,7% af t 9a N ( t), 9, t g g, 7 dus is dan N ( t), 7 t c g g dus is N ( t) t d g, 7 g, 7, en dus is N ( t) a O g( ) log + log( + ) log ( + ) log( + )

13 c f ( ) g( ) log( ) log( + ) + Snijpunt (, log ) a De omtrek van de aarde is ongeveer km, dus D 9, R log U +, log D+, U log + log U +, log D+, + R U Dus neemt R met toe c 7, log U +, log +, log U, log +, logu log + log U U, mm,,,, d log U +, log, 9 +, log U +, log, +, log U +, log, 9 log U +, log, log log,, U logu log,, + 9 +,, logu logu log, log, 9 log log,, U, U, 9, U,,, U : U, :, U, 9 a f ( ) log( + ) f ( ) ln + ( + )ln t t g( t), 9 g ( t), 9 ln, 9 c h( ) ln h ( ) ln + ln ln + ln, t d j( t) ( + e ) +, t e, t, t j ( t) ( + e ) e, e e k( ) + k ( ) + ln 7 ( + t e ), t,

14 a O f ( ) dus nulpunten: en c Horizontaal: d f '( ) e + ( ) e e ( + ) f '( ) geeft: + + of Maimum f ( ), Minimum f ( + ), e F ( ) ( + ) e + ( + + c) e ( ) e voor elke c voor elke c voor elke ( + ) + + c voor elke + en + c en c f Oppervlakte ( ) [( ) ] ( ) e d e e e e + e Dus is de oppervlakte e + e a O De formule geeft een redelijke schatting als t > ln(, ) < h Dus als, < <, h > 9, 9 h h, Vanaf zo n cm tot cm, 9, 9 Op [, ] is de helling ongeveer,

15 c d t( h), ln, t ( h), h, h h, h h t '( ), ; t '( ), ; t '( 9), ; t '( ), ; t '( 7), ; t '( ), Wordt erg groot Ja, want de plant groeit vrijwel niet meer en dan duurt het erg lang om de hoogte nog iets te laten toenemen De grafiek van t heeft verticale asmptoot h, t t a C ( t) ( e, + e ) C ( ) (, + ) > Dus stijgt de concentratie direct na de injectie, t t De concentratie is maimaal als C'( t),dus ( e, + e ), t t e, + e,, e t t e, t t e e, t e, t e t e, t ln t, ln Dus als t, ln is de concentratie maimaal ß in graden,,, ß in radialen, π π π π 7a f ( ) cos of f ( ) cos f ( ) cos π of f ( ) cos π c f ( ) cos sin naar oven + sin naar rechts + sin + sin( ) + sin( ) + sin( ) + sin( ( + )) Dus is a ; ; c ; d 9a cos cos cos π ± π + k π ( k geheel) Op [ π, π ] zijn de oplossingen: ± π sin, sin sin,, + k π of π, + k π ( k geheel) Op [, ] zijn de oplossingen, 79 of, c Los eerst op: cos, cos cos, 9 ±, 9 + k π ( k geheel) Met een plot volgt de oplossing: d Los eerst op: sin, 9 sin sin,, + k π of π, + k π ( k geheel) Met een plot volgt de oplossing:, 7;, 97 7, ;,, 7;, 7, 79;,, ;, 79, 7;, 7

16 a De waterhoogte is maimaal, +, 7, meter en minimaal,, 7, 7 meter, +, 7 cos, t > tussen t, uur en t, 7 uur, 7,, uur Dit is ongeveer uur en 7 minuten a De periode van f is π π en de periode van g is π π π Dan moet cos ± π + k π ± π + k π ( k geheel) Met het gegeven domein zijn de snijpunten: ( π, ) en ( π, ) c sin sin π + k π π + k π sin sin sin sin π π + k π ( k geheel) De toppen zijn: ( π, ) ; ( π, ) en ( π, ) d f ( ) g( ) + cos sin Met een rekenmachine vind je:, 7 en, a De periode van f is π en de periode van g is π π De gemeenschappelijke periode is π want π π en π π Met een rekenmachine:, ;, ;, 9;, 9;, 9 c Er passen π perioden in dit interval Op, π zijn er oplossingen a g( ) sin cos g ( ) cos + sin h( ) cos h ( ) sin c k( ), 7sin π k ( ), π cos π a,,,,, De periode van f is π

17 cos sin sin cos sin cos π π π π π c sin d sin d ( cos ) d [ sin ] ( ) ( ) a Zowel van f als van g is de periode π, dus ook de periode van h is π π,,, Uit de plot volgt: h heeft maimum, en minimum,, dus is a, De periode is π, dus π π De grafiek snijdt de -as in (,, ) dus c, Dit geeft h( ), sin ( +, ) c h( ) sin + sin( + ) ( sin ( + + ) cos ( )) sin( + )cos( ) cos sin( + ) a f ( ) sin cos sin cos sin cos (cos sin ) sin cos f ( ) sin sin ( ) sin cos π π c f ( ) d sin d [ cos ] π π π π ( cos π) ( cos π ) ( ) 7a 9 7 O 7 9 Nulpunten en

18 ( )( ) ( ) g ( ) + ( ) + ( ) ( ) ( ) De afgeleide functie is overal positief en dus heeft g geen etreme waarden c g ( )( ) ( ) + d Verticale asmptoot Scheve asmptoot a f ( ) g( ) + ( )( + ) of Snijpunten: (, ) en (, 7) v( ) + ( ) + + v ( ) + voor Maimum v( ) want de grafiek van v is een ergparaool c De verticale afstand tussen de grafieken van f en g is maimaal voor d s( ) + + ( ) + + s ( ) + voor Het minimum is s( ) want de grafiek van s is een dalparaool e p( ) ( + ) ( ) + p ( ) + voor ± ± 9a 9 7 O 7 Het domein is [, ] [, h( ) ( ) h ( ) ( ) 9 9 ( 9) 9 9 c h ( ) voor 9 dus voor ± valt uiten het domein Maimum h( ) ( ) 9( ) + 9 7

19 a 7 O 7 De -as en de -as zijn de asmptoten f ( ) als + dus is het nulpunt c f ( ) + f ( ) + Nulpunt van f is en het maimum is f ( ) d f ( ) f ( ) Nulpunt van f : Dus is, de eacte -coördinaat van het uigpunt a f ( ) a( ) ( a ) a a + a ( ) ( ) Geen etreme waarden als a a + voor elke Dus als de discriminant < ( a) a < a a < a( a ) < < a < Dan moeten teller en noemer eide gelijk aan zijn voor Dus moet dan gelden voor de teller: a c Dit is het geval voor a f ( )( ) ( ) + + mits Als de grafiek van f a de -as raakt moet gelden: f ( ) en f ( ) a a a a de eerste invullen in de tweede geeft: a a + a + a a Dit invullen in a geeft a a a a a Echter f ( )( ) ( ) + + raakt niet aan de -as

20 De inhoud is π d π, ( ) d, 9π ( ) d, 9 [ ], 9π 97 cm a Benader eide lichamen door een kegel en ereken de inhoud Inhoud G π ( ) π π [ d d ] π Inhoud R ereken je door eerst te spiegelen in de lijn f : g : wordt dan g : Daarna werk je met de functie g( ) op het interval [, ] Inhoud R π π ( ) π d d [ ] π 7 7 Dus is de inhoud ij wentelen om de -as het grootst c Inhoud G inhoud R π π 9 π 7 7 d De afstand van (, ) tot (, ) is, 9 De grafiek is tussen deze punten echter geen rechte lijn, maar een kromme en dus langer e L + f { '( )} + ( ) d + d 9 7 [ ( + ) ] ( ) 9, 7 f Inhoud A π Inhoud G π π 9π Inhoud B π Inhoud R π π 7 π 7 7 Het verschil is π 7 a O π ( ) + ( ) d ( sin t) + ( cos t) d, 9 π π π 9

21 a,c 7 O 7 De periode is π want π π π d cos t en d sin t dt dt Stel d cos t dt cost t ± π + k π t ± π + k π Dus t is π, π, π, π, π en π t π en t π voldoen niet want dan d dt t π en t π geven (, 7) t π en t π geven (, 7) d sin t dt sin t t + k π t k π Dus t is, π, π, π en π Alleen t, t π en t π voldoen Al deze waarden geven het punt (, ) d Stel 7 sin t dan is sin t t + k π t k π Voor t π, π, π, π gaat de kromme door (, ) en voor t π door het punt (, ) d e cos t en d sin t heen voor de waarden t π, π, π, dt dt π steeds uitkomst ± en ±, daar in de formule voor de snelheid eide gekwadrateerd worden maakt dat in de uitkomst dus niet uit f Voor de snelheid in (, ) geldt in alle gevallen: v t d d ( ) sin t c + dt ( ) + os t dt ( ) ( ± ) + ( ± ) 7 +, 7

22 a t t geeft t of t De snijpunten met de -as zijn: (, ) en (, ) t t geeft t of t De snijpunten met de -as zijn (, ) en (, ) d t t geeft t of t dt Alleen voor t geldt d en dus is er een verticale raaklijn in (, ) dt d d c voor t dus is (, ) het keerpunt dt dt 7 d cos t geeft t π + k π t π + k π dt Dus moet d n sin( nt) zijn voor alle t met dt t π, t π, t π, t π, t π en t π Dit laatste is het geval voor n, of Voor n ijvooreeld is sin π sin π en dus is er en keerpunt Dus alleen voor n, of heeft de kromme geen keerpunten a De periode is π want π π π d cos t voor t π + k π t π + k π, dus dt t π, π, π, π, π en π d sin t voor t k π t k π, dus dt t, t π, t π, t π, t π, t π, t π, t π en t π Dus d d voor t π en t dt dt π De keerpunten zijn dan (, ) en (, ) c sin t voor t + k π t, π, π horen ij (, ) en dan is d d t π, π, π, π horen ij (, ) Voor t π en π is d d Voor t π en π is d d d De keerpunten treden op voor t π : (, ) en voor t π : (, ) d Dus is de helling in (, ) ongeveer sin( 7), 7 d t cos( 7), 7 d De helling in (, ) is ongeveer sin(, 7) d cos(, 7), 7 t, 7

23 9a O Periode π d sin t t, t π of t π dt d sin t t, t π, t π, t π of t π dt De keerpunten dus voor t en t π en dit zijn (, ) en (, ) c cos t ( cos t ) cos t 9 cos t ( cos t) Dus de paraool d cos t, dus ligt in tussen en Dus D f, Meetkunde a AH staat loodrecht op zijde BC, AB staat loodrecht op zijde CH en AC staat loodrecht op zijde BH Dus is A het snijpunt van de hoogtelijnen in BCH Van driehoek ACH want BH staat loodrecht op zijde AC, AB staat loodrecht op zijde CH en BC staat loodrecht op zijde AH a C + + M F 7 A D B Teken eerst een driehoek ABC met A 7 en C Daarna teken je de issectrice CD van hoek C Richt in D de loodlijn op AB op en snij deze met de middelloodlijn van CD om punt M te vinden Teken de cirkel met middelpunt M door C en D

24 B A C 7 BDF CDF g DF Dus BDF c CDF B + BDF + 7 d Bekijk ADC en FDC er geldt: ADC FDC ( 7 ) CD CD ADC FDC ( HZH ) AD DF ACD FCD ( CD is issectrice) a Teken de hulplijn CE evenwijdig aan AD Dan is vierhoek AECD een parallellogram en dus geldt AD EC Omdat ABCD gelijkenig is, is ook AD BC en dus is driehoek EBC gelijkenig Tenslotte geldt: ADC A BEC B BCD Teken de hulplijnen AN en BN Uit AND BNC ( ZHZ) volgt AN BN en dan geldt ook AMN BMN (ZZZ) en dus AMN BMN + AMN BMN AMN BMN 9 c BAD + BCD BAD + ADC a C M A B Veronderstel dat zijde AB even lang is als de straal van de omgeschreven cirkel Dan is driehoek ABM gelijkzijdig en heeft dus hoeken van En er geldt ACB g AB AMB Als driehoek ABC één hoek van heeft dan is er een zijde even lang als de straal van de omgeschreven cirkel

25 c M C B d e A Veronderstel B Dan is AMC Ook is driehoek AMC gelijkenig Omdat MAC MCA ( ) is driehoek AMC gelijkzijdig Dit heeft als gevolg dat AC even lang is als de straal van de omgeschreven cirkel van driehoek ABC Tegenover een zijde die even lang is als de straal van de omgeschreven cirkel ligt een hoek van Dus moeten er in deze situatie twee hoeken van zijn De driehopek is dus gelijkenig met een tophoek van Dan heeft de driehoek als hoekensom 9 en dit is in tegenspraak met de stelling dat de hoekensom van een driehoek is a Omdat D op de middelloodlijn ligt van lijnstuk BC is driehoek BCD gelijkenig en dus DBM DCB () Verder geldt: EM DM ( stralen) DM BM ( stralen) EMD BMD ( ZHZ) EMD DMB ( middelpuntshoeken op gelijke ogen) DEM DBM () ( ) ( ) DEM DBM DCB Uit DEM DCM volgt (meetkundige plaats van de constante hoek) dat D, E, C en M op één cirkel liggen en dus is DECM een koordenvierhoek a C D F A E + + B

26 Teken de cirkel met middellijn BC Dan ligt punt A op deze cirkel want BAC 9 En dus geldt AF CF BF BC AF c Stel ABD β, dan ABC β en EDC BDC 9 + β (uitenhoek van ABD ) en Omdat AF BF is BAF ABF β en is AFC β + β β (uitenhoek van driehoek ABF ) Als CDEF een koordenvierhoek is moet gelden: EDC + EFC Dus 9 + β + β β 9 β en dus is B β 7 Teken hulplijn BC Dan is ACB 9 want AB is een middellijn Omdat punt C het midden is van ED en ACB 9 is BC de middelloodlijn van lijnstuk ED en dus is BDE BED () Verder geldt AEF DEB (overstaande hoeken) () Omdat AF en BD eide een hoek van 9 maken met AB geldt AF//BD Dus FAE BDE (Z - hoeken) () Uit (), () en () volgt FAE FEA en dus AF FE Teken hulplijn AQ In cirkel c is T g AB constant en in cirkel c is AQB g AB constant Dan is QAP T + AQB ook constant en dus heeft PQ een constante lengte 9a Teken de hulplijnen MS en MQ Dan is MQS 9 want QS is de raaklijn in Q aan de cirkel Omdat MPS MQS 9 kun je de stelling van de constante hoek toepassen en liggen P, Q, M en S op één cirkel en is MSQP een koordenvierhoek AMSP is een parallellogram als de overstaande zijden evenwijdig zijn Gegeven is dat de lijn PS evenwijdig AM is MSQP is een koordenvierhoek dus MSP MQP () Omdat AMQ gelijkenig is (AM en MQ zijn even lang) is MAQ MQA () Uit het evenwijdig zijn van PS en AB volgt MSP BMS (Z hoeken) () Uit (), () en () volgt A BMS en dus AP//MS (F - hoeken) Dus geldt voor AMSP dat de overstaande zijden evenwijdig zijn en dus is AMSP een parallellogram c Teken hulplijn SB Omdat AP//MS is PQM SMQ zodat geldt SMQ SMB MS MS MQ MB ( stralen) MSQ MSB ( ZHZ) SB SQ SMQ SMB

27 a D A M + C + T B S E Stel de lijnen CD en AE snijden elkaar in punt S en T is het midden van lijnstuk CB Dan geldt CDT BDT want D op middelloodlijn van BC Dan BAE BDE want eide zijn omtrekshoeken op oog BE CAS BDT Verder is ACS BCD (overstaande hoeken) Hieruit volgt ASC CAS BCD BDT T 9 Dus DC AE a Teken hulplijn CN CN CN E F ( 9 ) ECN FCN ( ZHH ) NE NF ECN FCN ( op gelijke ogen) Teken NB en NB NE NF AEN BFN ( 9 ) AEN BFN AE BF AN NB ( koorden van gelijke ogen)

28 C E I D A B H + G F Terugredeneren: Als AHBI een parallellogram is dan delen de diagonalen elkaar middendoor Omdat AB BG is BAG BGA Verder is ABC BAG + BGA BAG ABI BAG Dus zijn BAG en ABI Z-hoeken met als gevolg AH//BI ABF gelijkenig AFB ABF CAB AFB + ABF ABF DAB ABF AI / / BH In vierhoek AHBI zijn de overstaande zijden evenwijdig en dus is AHBI een parallellogram waarin AB en HI elkaar middendoor delen A B m R c D l r c C Teken de gemeenschappelijke raaklijn r als hulplijn Dan geldt A R want eide staan in c op oog RB () Ook geldt R R (overstaande hoeken) () C R want eide staan in c op oog DR () Uit (), () en () volgt A C en dus (Z-hoeken) zijn AB en CD evenwijdig 7

29 D m c M B c N C l A R r Teken de gemeenschappelijke raaklijn r als hulplijn Dan geldt R CDR want eide staan in c op oog CR Dan geldt R ABR want eide staan in c op oog AR Dus CDR ABR en dus (F-hoeken) zijn AB en CD evenwijdig l S S P m Teken de middenparallel van l en m Teken de cirkel met middelpunt P en straal r met r d( l, m) Voor de snijpunten S en S van de cirkel met de middenparallel geldt dan: d( S, P) d( S, l) d( S, m) r

30 C F D C F D A G E B A G E B In figuur is G het voetpunt van D op de hoogtelijn vanuit B In figuur is G het snijpunt van EF met de hoogtelijn vanuit B In figuur is EBDG een koordenvierhoek want BED BGD 9 (constante hoek) en dus GED GBD β () In figuur is C 9 β dus is ook CAD β Verder is vierhoek AEDF een koordenvierhoek want AED + AFD Dus is FED FAD CAD β () Uit () en () volgt FED GED β en daaruit volgt dat de lijnen EG en EF samenvallen en dus liggen E, F en G op één lijn a, G M 9

31 7a De verdere aan van deze lichtstraal gaat door het randpunt F en verlaat na de tweede weerkaatsing de spiegel evenwijdig aan de as van de paraool I I I I P Lichtstraal l wordt zodanig teruggekaatst dat de hoek van de invallende straal met de raaklijn gelijk is aan de hoek van de teruggekaatste straal met de raaklijn Dit proces herhaalt zich ij een volgend contact met de spiegel a P m S P P P l c d d(s, l) dus moet d(p, S) Dus moeten de punten P op afstand van S liggen en op een issectrice van ( l, m ) Je moet zorgen dat de cirkel om S slechts één van de issectrices snijdt De punten X moeten op de middelparallel van r en s liggen en op de cirkel met middelpunt Q en straal De cirkel om Q moet dan een straal heen zodat de middenparallel niet gesneden wordt Als Q tussen r en s ligt dan is dit het geval als de afstand van Q tot r kleiner is dan Want de straal van de cirkel is dan kleiner dan en de afstand van Q tot de middenparallel is dan groter dan Als Q aan de andere kant van lijn r ligt met afstand tot lijn r dan is de straal van de cirkel om Q Er is geen snijpunt met de middenparallel als < + dus moet < zijn

32 9a,c I r M II III A l IV In de sectoren, en is de conflictlijn steeds een deel van een paraool want het is de conflictlijn van een lijn en een cirkel In sector is het een stukje hperool want het is de conflictlijn van punt A en de cirkel a Wordt in tegengestelde richting langs l weerkaatst Na vier keer verlaat de lichtstraal deze spiegel a Als T het punt is halverwege de top en de richtlijn van de oorspronkelijke paraool, dan eschrijft punt M een paraool met top T

33 Bewijs: Definieer een - assenstelsel met de oorsprong in de top van de oorspronkelijke paraool en de -as evenwijdig aan de richtlijn Stel F(, p), de richtlijn r is dan de lijn p A(, ) ligt op de paraool dus geldt FA d( A, r) AF + ( p ) en d( A, r) + p, dus + ( p ) ( + p) + p p + + p + p p p Dus A, p + ( p) p M ligt halverwege A en de lijn r, dus M,, p M ligt dus op p Dit is een paraool met top (, p p ) p golffront 7 7 Het golffront na terugkaatsing ontstaat door de linkerhelft van de asis te spiegelen in de linkerzijde en de rechterhelft van de asis te spiegelen in de rechterzijde en vervolgens eide fronten evenwijdig te verschuiven De front maken na terugkaatsing een hoek van met elkaar a, vierkant ruit gelijkzijdige driehoek P P P

34 F R T r V l Spiegel punt F in de gegeven raaklijn en noem het eeldpunt V Dan is V het voetpunt van R op de richtlijn r Teken de lijn r door V loodrecht RV, r is de richtlijn Laat uit F de loodlijn neer op r en halveer het loodlijnstuk om de top T te construeren a,c C B F G H M E D A De conflictlijn estaat uit twee cirkelogen, tussen F en D en tussen E en H Een deel van een paraool, tussen G en H, de conflictlijn tussen het innengeied en zijde CB En twee stukjes hperool, tussen D en E en tussen F en G, de conflictlijn tussen het innengeied en punt A en tussen het innengeied en punt B

wiskunde B vwo 2016-I

wiskunde B vwo 2016-I wiskunde vwo 06-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte

Nadere informatie

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie Euclides van Alexandrië (ca. 265-200 v.chr.) Thales van Milete (ca. 624 v.chr. - 547 v.chr.) INHOUDSOPGAVE Algemene begrippen..blz. 1-3 - Stelling en bewijs

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 06 tijdvak woensdag 8 mei 3:30-6:30 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. it eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 77 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 06 tijdvak woensdag 8 mei 3:30-6:30 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. it eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 77 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

Blok 6B - Vaardigheden

Blok 6B - Vaardigheden B-a Etra oefening - Basis Eigenschap C is ook een definitie van een rechthoek. A: Als de diagonalen wel even lang zijn maar elkaar niet middendoor delen, is de vierhoek geen rechthoek. Denk ijvooreeld

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 8 juli 04 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een

Nadere informatie

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 04 tijdvak dinsdag 0 mei 3.30 uur - 6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen

Nadere informatie

wiskunde B bezem vwo 2018-II

wiskunde B bezem vwo 2018-II wiskunde bezem vwo 08-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I Eindexamen vwo wiskunde B 04-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II Eindeamen vwo wiskunde 04-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

dan liggen C en D op dezelfde cirkelboog AB (constante hoek) dus A, B, C en D liggen op één cirkel, dus ABCD is een koordenvierhoek

dan liggen C en D op dezelfde cirkelboog AB (constante hoek) dus A, B, C en D liggen op één cirkel, dus ABCD is een koordenvierhoek . Omtrekshoeken en middelpuntshoeken Opgave : ACB is constant Opgave : a. * b. * c. ACB AMB Opgave 3: a. * b. de drie cirkels gaan door één punt c. de drie lijnstukken gaan door één punt Opgave 4: a. Teken

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VWO 07 tijdvak woensdag juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 4 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 7 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande hoeken,

Nadere informatie

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 04 tijdvak woensdag 8 juni.0-6.0 uur wiskunde ij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 7 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 018 tijdvak 1ti maandag 14 mei 13.30-16.30 uur oud programma wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2017-II

wiskunde B vwo 2017-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 08 tijdvak woensdag 0 juni 3.30-6.30 uur oud programma wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 5 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1] 12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1] Stelling van de constante hoek: Voor de punten C en D op dezelfde cirkelboog AB geldt: ACB = ADB. Omgekeerde stelling van de constante hoek: Als punt D aan dezelfde

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 3 juni 4 Tijd: 4. - 7. uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een redenering,

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: juli 00 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een berekening

Nadere informatie

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig Vlakke Meetkunde Les 1 Congruentie en gelijkvormig (Deze les sluit aan bij het paragraaf 1 van Vlakke Meetkunde van de Wageningse Methode. Vlakke Meetkunde kun je downloaden vanaf de site van de Open Universiteit.

Nadere informatie

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw) Meetkunde, Moderne Wiskunde, pagina 1/10 Rechthoekige driehoek In een rechthoekige driehoek is een van de hoeken in 90.

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B vwo II

Eindexamen wiskunde B vwo II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 8 juni 2011

Uitwerkingen toets 8 juni 2011 Uitwerkingen toets 8 juni 0 Opgave. Vind alle paren (x, y) van gehele getallen die voldoen aan x + y + 3 3 456 x y. Oplossing. Omdat links een geheel getal staat, moet rechts ook een geheel getal staan.

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 017 tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 14 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 69 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VWO 0 tijdvak woensdag 8 mei 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 8 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

wiskunde B bezem vwo 2018-I

wiskunde B bezem vwo 2018-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2017-I

wiskunde B vwo 2017-I wiskunde vwo 017-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek,

Nadere informatie

IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 2014

IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 2014 IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 04 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave. Bepaal alle paren (a, b) van positieve gehele getallen waarvoor a + b a b + a en b a ab + b. Oplossing.

Nadere informatie

Verdieping - De Lijn van Wallace

Verdieping - De Lijn van Wallace Verdieping - e Lijn van Wallace ladzijde 4 ac - d Nee, want als ijvooreeld en samenvallen dan geldt = op en = op, dus = = maar dan moet ook S met samenvallen, dus ligt S niet uiten de driehoek en dat is

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 05 tijdvak donderdag 8 juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen

Nadere informatie

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 203 tijdvak woensdag 22 mei 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 9 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2015-II

wiskunde B vwo 2015-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5 CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 16 januari 2015 Tijd: 13.30 16.30 uur Aantal opgaven: 5 Lees onderstaande aanwijzingen s.v.p. goed door voordat u met het tentamen begint.

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 0 tijdvak woensdag juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 8 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 6 januari 04 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een

Nadere informatie

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden.

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden. 7.0 Voorkennis Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden. Voorbeeld definitie: Een gestrekte hoek is een hoek van 180 ; Een rechte hoek is een hoek van 90 ; Een parallellogram is een vierhoek

Nadere informatie

Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 16 januari 2015

Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 16 januari 2015 CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 6 januari 5 Vraag a f(x) = (x ) f (x) = (x ) = 6 (x ) Dit geeft f () = 6 = 6. y = ax + b met y =, a = 6 en x = geeft = 6 + b b

Nadere informatie

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO 2013. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 0 tijdvak woensdag 9 juni.0-6.0 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 8 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 78 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP OEFENINGEN 1 Kleur de figuren die congruent zijn met elkaar in dezelfde kleur. 2 Gegeven: PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP Gevraagd: Zijn de driehoeken congruent? Verklaar. 3 Gegeven: Gevraagd: Is

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2010 tijdvak 1 dinsdag 25 mei 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 18 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden 4.0 Voorkennis Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.0 Voorkennis Voorbeeld 3: 3 3 6 3 6 6 6 6 6 1 2 6 Let op: In

Nadere informatie

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden 4.0 Voorkennis Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.0 Voorkennis Voorbeeld 3: 3 3 6 3 6 6 6 6 6 1 2 6 Let op: In

Nadere informatie

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden 8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] 1 8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Twee evenwijdige lijnen worden gesneden door een derde lijn. De twee rode hoeken (F-hoeken) zijn gelijk.

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I

Eindexamen wiskunde B vwo 2010 - I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 3 januari Tijd: 9. -. uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een berekening

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 - Periodieke functies

Hoofdstuk 8 - Periodieke functies Havo B deel Uitwerkingen Moderne wiskunde Hoofdstuk 8 - Periodieke functies ladzijde 8 V-a c Na seconden = slagen per minuut ca., millivolt V-a Ja, met periode Nee Mogelijk, met periode = en amplitude

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 - Meetkundige plaatsen

Hoofdstuk 5 - Meetkundige plaatsen oderne wiskunde 9e editie vwo deel Voorkennis: Eigenschappen en ewijzen ladzijde 138 V-1a Gegeven: Driehoek met hoeken :, en Te ewijzen: 180 ewijs: 1 3 Teken lijn door die evenwijdig loopt met : lijn door

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 - Periodieke functies

Hoofdstuk 7 - Periodieke functies Voorkennis: Goniometrische verhoudingen ladzijde 9 V-a vereenkomstige hoeken zijn gelijk. 7 7, c PR 7, AC, 7, QR 7, BC, 7, 0 V-a In deze driehoeken is A C en ook zijn de hoeken ij U en V gelijk. CR AQ

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2001-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2001-I Eindexamen wiskunde B- vwo 00-I 4 Antwoordmodel Boottocht Het gezochte punt is het snijpunt van en de middelloodlijn van het lijnstuk van het punt P aximumscore 6 = =, met het midden van dus = 90 Het punt

Nadere informatie

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel: 14.0 Voorkennis Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel: a b c sin sin sin Voorbeeld 1: Gegeven is ΔABC met c = 1, α = 54 en β = 6 Bereken a in twee decimalen nauwkeurig. a c sin sin a 1 sin54 sin64

Nadere informatie

Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek

Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek Dick Klingens Krimpenerwaard College, Krimpen aan den IJssel oktober 005 We bewijzen allereerst de volgende hulpstelling: Hulpstelling 1 De meetkundige

Nadere informatie

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde Overzicht eigenschappen en formules meetkunde xioma s Rechten en hoeken 3 riehoeken 4 Vierhoeken 5 e cirkel 6 Veelhoeken 7 nalytische meetkunde Op de volgende bladzijden vind je de eigenschappen en formules

Nadere informatie

Samenvatting. Hoofdstuk 4. Machtsfunctie De functie f x x n heet een machtsfunctie. Het verloop van de grafiek hangt af van de waarde van n.

Samenvatting. Hoofdstuk 4. Machtsfunctie De functie f x x n heet een machtsfunctie. Het verloop van de grafiek hangt af van de waarde van n. Hoofdstuk Samenvatting Machtsfunctie De functie f n heet een machtsfunctie. Het verloop van de grafiek hangt af van de waarde van n. Gebroken functie Machtsfuncties waarbij n een negatief geheel getal

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2016-II

wiskunde B vwo 2016-II Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande

Nadere informatie

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1] 2.1 Cirkel en middelloodlijn [1] Hiernaast staat de cirkel met middelpunt M en straal 2½ cm In het kort: (M, 2½ cm) Op de zwarte cirkel liggen alle punten P met PM = 2½ cm In het rode binnengebied liggen

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Voorkennis: Goniometrische verhoudingen ladzijde 9 V-a vereenkomstige hoeken zijn gelijk. 7 7, c PR 7, AC, 7, QR 7, BC, 7, 0 V-a In deze driehoeken is A C en ook zijn de hoeken ij U en V gelijk. CR AQ

Nadere informatie

Diagnostische toets. AMB stelling van de omtrekshoek AMB ˆ ANB. AQB ARB ˆ 180 koordenvierhoekstelling =

Diagnostische toets. AMB stelling van de omtrekshoek AMB ˆ ANB. AQB ARB ˆ 180 koordenvierhoekstelling = P Q M N R l M ˆ N M ˆ N 4M ˆ 4N ZZZ dus M ˆ N ˆ QP ˆ P ˆ M stelling van de omtrekshoek M ˆ N Q R ˆ 80 koordenvierhoekstelling R ˆ N stelling van de omtrekshoek Q PQ ˆ 80 gestrekte hoek Hieruit volgt dat

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 donderdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 donderdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2016 tijdvak 2 donderdag 23 juni 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 16 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 76 unten te behalen. Voor

Nadere informatie

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2.

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2. Bal in de sloot Een bal met een straal van cm komt in een figuur sloot terecht en blijft drijven. Het laagste punt van de bal bevindt zich h cm onder het wateroppervlak. In figuur zie je een doorsnede

Nadere informatie

Antwoordmodel VWO wb I. Boottocht. Maximumscore 5. een correcte tekening van het punt. Maximumscore 6. dus MFS = 90 een correcte tekening

Antwoordmodel VWO wb I. Boottocht. Maximumscore 5. een correcte tekening van het punt. Maximumscore 6. dus MFS = 90 een correcte tekening Antwoordmodel VWO w 00-I Boottocht Het gezochte punt is het snijpunt van en de middelloodlijn van het lijnstuk van het punt P aximumscore 6 = =, met het midden van dus = 90 Het punt ligt op de middelloodlijn

Nadere informatie

Antwoordmodel - Vlakke figuren

Antwoordmodel - Vlakke figuren Antwoordmodel - Vlakke figuren Vraag 1 Verbind de termen met de juiste definities. Middelloodlijn Gaat door het midden van een lijnstuk en staat er loodrecht op. Bissectrice Deelt een hoek middendoor.

Nadere informatie

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3 H GONIOMETRIE VWO.0 INTRO a 6 km : 0.000 = cm a Dus PQ = 680 = 0, dus zeilt 7 ze 0 meter in minuten. Dat is 0 0 = 800 meter in een uur. Dat is,8 km/u.. HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN a factor = 0,6 Diepte put

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 : De driehoek

Hoofdstuk 5 : De driehoek Hoofdstuk 5 : De driehoek - 89 1. Congruente figuren Figuren die elkaar volkomen kunnen bedekken noemen we congruente figuren. Congruente figuren hebben dezelfde vorm (~ ) en dezelfde grootte (=). Als

Nadere informatie

Extra oefeningen: de cirkel

Extra oefeningen: de cirkel Extra oefeningen: de cirkel 1. Gegeven een cirkel met middelpunt M en straal r 5 cm en. De lengte van de raaklijnstukken PA PB uit een punt P aan deze cirkel bedraagt 1 cm. Bereken de afstand PM. () PAM

Nadere informatie

Selectietoets vrijdag 8 maart 2013

Selectietoets vrijdag 8 maart 2013 Selectietoets vrijdag 8 maart 2013 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave 1. In trapezium ABCD is AB CD. Zij M het midden van diagonaal AC. Neem aan dat driehoeken ABM en ACD dezelfde

Nadere informatie

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12 Katern 3 Meetkunde Inhoudsopgave 1 Hoeken 2 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4 3 Driehoeken 8 4 Vierhoeken 12 5 Lijnen in een driehoek 15 Inleiding De vlakke meetkunde is de meetkunde die zich afspeelt

Nadere informatie

4 ab. 5 a lijnstuk b lijnstuk c halve lijn d lijnstuk. 6 a. 7 a. 8 ac. b 20 mm. 9 a. de Wageningse Methode Antwoorden H10 AFSTANDEN 1

4 ab. 5 a lijnstuk b lijnstuk c halve lijn d lijnstuk. 6 a. 7 a. 8 ac. b 20 mm. 9 a. de Wageningse Methode Antwoorden H10 AFSTANDEN 1 Hoofdstuk 10 AFSTANDEN 10.0 INTRO 1 a 10 meter bc 10.1 LIJN, LIJNSTUK EN HALVE LIJN 4 ab 5 a lijnstuk b lijnstuk c halve lijn d lijnstuk 6 a b Zie a: rood doorgetrokken lijn c Zie a: blauwe stippellijn

Nadere informatie

Bewijzen onder leiding van Ludolph van Ceulen

Bewijzen onder leiding van Ludolph van Ceulen Bewijzen onder leiding van Ludolph van Ceulen 1540 1610 Margot Rijnierse Inleiding In de tijd van Ludolph van Ceulen hadden de meetkundige geleerden belangstelling voor de geschriften van de oude Grieken,

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Extra oefening - Basis B- Van ABC is de asis BC = en de hoogte AD =. De oppervlakte van ABC is : = 9. Van KLM is de asis KM = 5 + 9 = en de hoogte NL. B-a KN = 5 NL = KL = 5 + 69 NL = = De oppervlakte

Nadere informatie

Uitwerkingen toets 9 juni 2010

Uitwerkingen toets 9 juni 2010 Uitwerkingen toets 9 juni 2010 Opgave 1. Zij ABC een scherphoekige driehoek met de eigenschap BAC = 45. Zij D het voetpunt van de loodlijn vanuit C op AB. Zij P een inwendig punt van het lijnstuk CD. Bewijs

Nadere informatie

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d.

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d. 17 Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d. 18 Vermoeden: De drie hoogtelijnen gaan door 1 punt 34. a. De drie middelloodlijnen van een

Nadere informatie

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen Les 0 (Extra) Aant. Voorkennis: Hoeken en afstanden Theorie A: Sinus, Cosinus en tangens O RHZ tan A = A RHZ O RHZ sin A = SZ A RHZ cos A = SZ Afspraak: Graden afronden

Nadere informatie

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden Lesbrief 6 Meetkunde 1 Hoektransversalen in een driehoek ABC is een driehoek. Een lijn l door een hoekpunt A van de driehoek heet een hoektransversaal van A. We zullen onderzoeken onder welke voorwaarden

Nadere informatie

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen) Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen) Beschouw de 4 termen: x y, x, 6, 9x Voor welke waarden van x en y vormen deze termen een rekenkundige rij? x 9x x, 6, 9 x : RR 6 0x x 0,9 0,9 y ;,9 ; 6 ; 8,,

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Etra oefening en Oefentoets Helpdesk Etra oefening ij hoofdstuk a π 9 h 000 geeft h 000 9, cm 8π De hoogte van het lik is s ongeveer,9 cm π r h 000 geeft h 000 000 r 8, r π r π c Als de straal heel klein

Nadere informatie

Extra oefening en Oefentoets Helpdesk

Extra oefening en Oefentoets Helpdesk Etra oefening en Oefentoets Helpdesk Etra oefening ij hoofdstuk a π 9 h 000 geeft h 000 9, cm 8π De hoogte van het lik is s ongeveer,9 cm π r h 000 geeft h 000 000 r 8, r π r π c Als de straal heel klein

Nadere informatie

2 1 e x. Vraag 1. Bereken exact voor welke x geldt: f (x) < 0,01. De vergelijking oplossen:

2 1 e x. Vraag 1. Bereken exact voor welke x geldt: f (x) < 0,01. De vergelijking oplossen: 0-II De functie f( ) e Vraag. Bereken eact voor welke geldt: f () < 0,0. De vergelijking oplossen: 0-II De functie f( ) e Vraag. Bereken eact voor welke geldt: f () < 0,0. De vergelijking oplossen: e 00

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Vlak en kegel bladzijde a Als P ( x,, ) de projectie van P op het Ox-vlak is, dan is driehoek OP P een gelijkbenige rechthoekige driehoek met OP P = Dan is OP = x + en is PP = z Met de stelling van Pthagoras

Nadere informatie

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Uitwerkingen Mei 01 Eindexamen VWO Wiskunde B A B C Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Onafhankelijkheid van a Opgave 1. We moeten aantonen dat F a een primitieve is van de

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 8 Voorkennis: Sinusfuncties ladzijde 9 V- Uit 8 radialen volgt 8 radialen Je krijgt dan de volgende tael: V-a V-a 8 graden 6 9 8 radialen O 6 6 7 8 9 Aflezen:,,,, c Aflezen:, d Aflezen:, e Aflezen: O Aflezen:,,,

Nadere informatie

5 ab. 6 a. 22,9 25,95 cm

5 ab. 6 a. 22,9 25,95 cm Hoofdstuk 5 GELIJKVORMIGHEID VWO 5 Vergroten en verkleinen a d 5 a 9 driehoekjes, zie plaatje: a 0,5 :,9, en :, ij 9 inh 7 0,5,57 m ij 7 5 5,9 5,95 m d 6,9 0,7 m 9 e a Die van ij Die van 0 ij 0, die van

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B pilot havo II

Eindexamen wiskunde B pilot havo II Mosselen Driehoeksmosselen (zie de foto) kunnen een bijdrage leveren aan de vermindering van de hoeveelheid algen in het water. Zij filteren het water. De hoeveelheid gefilterd water in ml/uur noemen we

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 015 tijdvak 1 woensdag 13 mei 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 17 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

BETALES. Wiskunde B. Examenoefeningen VWO. A. Smit BSc 3/14/2017

BETALES. Wiskunde B. Examenoefeningen VWO. A. Smit BSc 3/14/2017 BETALES Wiskunde B Examenoefeningen VWO A. Smit BSc 3/14/2017 Examenopdrachten op basis van oude examens van www.examenblad.nl. Ieder examen in deze bundel moet in 3h gemaakt kunnen worden, gelijk aan

Nadere informatie

2010-II bij vraag 1. Vooraf: De stelling van de constante (omtreks)hoek.

2010-II bij vraag 1. Vooraf: De stelling van de constante (omtreks)hoek. 200-II bij vraag Vooraf: De stelling van de constante (omtreks)hoek. Een applet (animatie) hierover is te vinden op bijvoorbeeld: http://home.planet.nl/~hietb062/java3.htm#constantehoek De punten P op

Nadere informatie

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 5. 3 Driehoeken 9. 4 Vierhoeken 14

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 5. 3 Driehoeken 9. 4 Vierhoeken 14 Katern 3 Meetkunde Inhoudsopgave 1 Hoeken 2 2 Congruentie en gelijkvormigheid 5 3 Driehoeken 9 4 Vierhoeken 14 5 Lijnen in een driehoek 18 Inleiding De vlakke meetkunde is de meetkunde die zich afspeelt

Nadere informatie

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten januari 2008 De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten Inleiding Eén van de bekendste meetkundige plaatsen is de middelloodlijn van een lijnstuk. Deze lijn bestaat uit alle punten die gelijke afstand

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 90 a Een goede vensterinstelling voor de funtie f is : X min en X ma en Y min eny ma 0. Voor de funtie g X min 0 en X ma 0 en Y min 0 eny ma 0. y 0 8 8 0 y 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Vertiale asymptoot,

Nadere informatie

Figuren en invulbewijzen

Figuren en invulbewijzen Figuren en invulbewijzen biz9 De punten C en D op dezelfde cirkelboog AB. ZC-ZD Teken een punt E op de cirkelboog AB waarop niet de punten C en D liggen. ZC + = 180 (koordenvierhoek)....+ = 180 ( blzlo

Nadere informatie

Vlakke Meetkunde Les 3 Koordenvierhoeken en iso-hoeklijnen

Vlakke Meetkunde Les 3 Koordenvierhoeken en iso-hoeklijnen Vlakke Meetkunde Les 3 Koordenvierhoeken en iso-hoeklijnen (Deze les sluit aan bij het paragraaf 3 en 4 van Vlakke Meetkunde van de Wageningse Methode. Vlakke Meetkunde kun je downloaden vanaf de site

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-II

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-II ier tappen ij het tappen van bier treden verschillen op in de hoeveelheid bier per glas. Uit onderzoek blijkt dat de hoeveelheid bier die per glas getapt wordt bij benadering normaal verdeeld is met een

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 - Periodieke functies

Hoofdstuk 4 - Periodieke functies Hoofdstuk - Periodieke functies ladzijde 98 V-a Na seconden. Het hart klopt c, millivolt = slagen per minuut. V-a Ja, met periode ; nee; misschien met periode. Evenwichtsstand y = ; -; y =. Amplitude is

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur Eamen VW 04 tijdvak woensdag 8 juni.0-6.0 uur wiskunde B (pilot) Dit eamen bestaat uit 6 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2 Meetkundige Ongelijkheden Groep Trainingsweek Juni 009 1 Introductie We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor het gemak laten we de absoluutstrepen weg. De lengte van een lijnstuk XY wordt dus

Nadere informatie

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde ewijzen in de vlakke meetkunde bladzijde 54 a ' b Gegeven: e gelijkzijdige driehoek met zijn omgeschreven cirkel. unt ligt op de kortste boog en ligt op het verlengde van zo, dat =. riehoek is gelijkzijdig.

Nadere informatie