statenstukken Provinciale Staten FEZ 135 behandeling: Poppelaars, A.J.G. Agenda nr: Vergadering GS: Nr: /13

Transcriptie

1 Provinciale Staten Gedeputeerde Vergadering PS: belast met Nr: FEZ 135 behandeling: Poppelaars, A.J.G. Agenda nr: Vergadering GS: Nr: /13 Onderwerp: VOORSTEL Aan de Provinciale Staten van Zeeland statenstukken Samenvatting: In deze leggen wij u voorstellen voor tot wijziging van de beschikbare budgettaire ruimte en het toevoegen hiervan aan de algemene reserve. Tevens doen wij u voorstellen voor het honoreren van een beperkt aantal prioriteiten. 0 Inleiding De uitvoering van ons collegeprogramma "Nieuwe Verbindingen" is een eind op streek. Daarnaast hebben wij plannen en ambities van Zeeuwse partners helpen waarmaken en de uitvoering mogelijk gemaakt. Dat kon omdat we de financiële ruimte hadden om te investeren in de Zeeuwse samenleving. De komende jaren willen we dat blijven doen, ondanks het feit dat we nu al weten dat die ruimte van de gemeenten en van ons fors minder zal zijn. We zullen het slim en samen moeten doen. Dat betekent dat we de grootste maatschappelijke opgaven in kaart willen brengen en samen criteria willen ontwikkelen voor het maken van de keuzes en het bepalen van de prioriteiten. Op die manier willen we met minder geld, toch betere prestaties leveren. Naast deze nota ontvangt u ook een voorzet voor de discussie over onze kerntaken. Uit onze inventarisatie blijkt dat wij niet zomaar taken kunnen schrappen. We zullen gezamenlijk op zoek moeten naar de kern van onze taken. Als we die, na ons debat op 13 november hebben bepaald, kan de bezuinigingstaakstelling worden ingevuld. Bij de opstelling van de cijfers hebben we het uitgangspunt gekozen dat er financiële ruimte moet blijven voor het volgende college om eigen beleid te maken en te realiseren. De programmabegrotingen 2009 en 2010 kunnen alleen sluitend worden gemaakt door ruim 7 miljoen uit de algemene reserve over te hevelen naar de budgettaire ruimte. U heeft aangegeven dat u dit bedrag te groot vindt. Daarom hebben wij besloten terughoudend te zijn met het aangaan van nieuwe verplichtingen. In ieder geval tot het moment dat de kerntakendiscussie is afgerond. De provincie gaat niet "op slot" maar er is wel een "pas op de plaats" gemaakt. De tweede ronde budgetbewaking heeft mede hierdoor in ,3 miljoen opgeleverd. Dat bedrag is aan de algemene reserve toegevoegd. Daarnaast is nog een zelfde bedrag van 5,3 aan die reserve toegevoegd. Dat heeft te maken met het feit dat de beoogde ondernemer en exploitant van het tunneloefencentrum is afgehaakt. De gereserveerde bijdrage van de provincie voor dit centrum is toegevoegd aan de reserve om de tekorten bij het nazorgfonds stortplaatsen te kunnen opvangen. Het budget voor openbaar vervoer wordt in 2010 verminderd met 0,5 miljoen. De kosten van de aanleg van de rondweg Aardenburg van 5,7 miljoen worden gedekt door de beschikbare middelen voor de BredeDoelUitkering.

2 In de programmabegroting 2010 zijn alleen prioriteiten opgenomen die betrekking hebben op de provinciale maatregelen om de negatieve effecten van de kredietcrisis in Zeeland enigszins te beperken. Daarnaast staat in deze een beperkt aantal voorstellen voor het honoreren van prioriteiten. De voorstellen zoals deze zijn opgenomen in de zijn verwerkt in de 6e begrotingswijziging 2009 (voor de zaken die betrekking hebben op 2009) en in de 1e begrotingswijziging 2010 (voor zaken die betrekking hebben op 2010 en volgende jaren). 1.Ontwikkelingen 2009 en volgende jaren 1.0 Provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting Op grond van de meest recente informatie over het aantal voertuigen en de onderverdeling naar gewichtsklassen van het Ministerie van Financiën (situatie per 1 juli 2009), wordt voorgesteld de raming 2009 van de opbrengst provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting te verlagen met tot Dit is het gevolg van een lagere stijging van het aantal auto s en een lagere stijging van het gemiddelde gewicht per auto. Daarnaast vindt er een toename plaats van zuiniger auto s waarvoor een gereduceerd opcententarief geldt. Voorgesteld wordt de raming voor de jaren 2010 en volgende jaren van te handhaven. Hierbij wordt er van uitgegaan dat de groei in 2010 ten opzichte van 2009 vergelijkbaar is met de groei van ongeveer 2% in 2009 ten opzichte van Provinciefondsuitkering Accres De groei van het totale provinciefonds ten opzichte van het voorgaand jaar wordt uitgedrukt in een accrespercentage. In de junicirculaire 2009 is reeds aangegeven dat de volgende accressen tot en met het jaar 2011 gelijk blijven: 2008: 6,49% 2009: 5,88% 2010: 0,48% 2011: 0,48% Deze percentages zijn reeds in de programmabegroting 2010 met het bijbehorende meerjarenperspectief verwerkt en hebben dus geen gevolgen voor de budgettaire ruimte. Voor de jaren vanaf 2012 is het advies van de fondsbeheerders uit te gaan van een behoedzaam scenario. De fondsbeheerders geven aan voor de jaren 2012 en verder uit te gaan van een accres van 0%. In het meerjarenperspectief van de provincie Zeeland wordt daar ook van uitgegaan. De fondsbeheerders maken echter een stevig voorbehoud, aangezien er nog veel onzekerheden spelen. Zo achten de fondsbeheerders het niet uitgesloten dat er voor de jaren 2012 en verder sprake kan zijn van een negatieve ontwikkeling Provinciefondsuitkering 2009 De provinciefondsuitkering in 2009 is voorafgaande aan deze wijziging geraamd op: Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK) De minister van VROM heeft gemeenten en provincies 12 miljoen extra gegeven in het kader van de regeling Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK). 10,8 miljoen is beschikbaar voor gemeenten en 1,2 miljoen voor provincies. De verdeling van de gelden voor provincies is nog niet bekend en zal in een latere circulaire geplaatst worden. Derhalve is nu een PM post opgenomen P.M. Aanpassing fysieke gegevens junicirculaire (aantal inwoners). De effecten 2010 en volgend zijn al verwerkt in de programmabegroting / Raming 2009 uitkering provinciefonds wordt ========== 2

3 1.1.2 Provinciefondsuitkering 2010 en volgende jaren De provinciefondsuitkering in 2010 is voorafgaande aan deze wijziging geraamd op: Bodemsanering (decentralisatie-uitkering) voor de jaren 2010 tot en met 2014 Met ingang van 1 januari 2010 zal het bodemsaneringsbudget, uitgekeerd worden aan de provincies en gemeenten in het kader van: een decentralisatie-uitkering Bodem in het provinciefonds; het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) op grond van de Wet stedelijke vernieuwing (WSV) Dit is gebaseerd op het Convenant Bodem - ontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties van het Rijk, het IPO, de VNG en de Unie van Waterschappen. Met de ondertekening van het Convenant wordt ook de definitieve stap gezet naar de verdere decentralisatie van de middelen. Met de middelen vanuit het provinciefonds kunnen de provincies de beleidsafspraken uit het convenant uitvoeren. Voor de provincie Zeeland betekent dit dat voor de periode 2010 tot en met 2014 een bedrag van per jaar ontvangen wordt. Dit bedrag wordt op een stelpost geparkeerd in afwachting van een meerjarig bestedingsvoorstel Monumenten (decentralisatie-uitkering) voor Provincies en de minister van OCW hebben afspraken gemaakt over de restauratie van rijksmonumenten. Gezamenlijk investeren beide partijen 38 miljoen over de periode 2009, 2010 en Het doel is het behoud van werkgelegenheid in de bouw met het oog op de economische crisis en tegelijkertijd wordt een bijdrage gegeven aan de instandhouding van cultureel erfgoed. Hiervoor wordt landelijk eenmalig 19 miljoen in 2010 aan het provinciefonds toegevoegd. Voor de provincie Zeeland betekent dit dat voor het jaar 2010 éénmalig een bedrag van ,- ontvangen wordt. Dit bedrag wordt op een stelpost geparkeerd in afwachting van een bestedingsvoorstel Raming 2010 uitkering provinciefonds wordt ========== 1.2 Rente De geraamde rente-opbrengst in 2009 moet met naar beneden worden bijgesteld. Op dit moment is de rente op deposito's erg laag. Minder dan 1% bij de 3 triple A-banken. In de programmabegroting 2010 is rekening gehouden met de rente van de langdurig weggezette gelden voor de dekking van de wachtgelden van de PSD en daarnaast voor de resterende gelden op een depositotarief van 2%. Bepaalde deposito's met een hogere rente dan 1% lopen nog door in Vooralsnog is het niet nodig de huidige raming van de rente-opbrengsten in de programmabegroting 2010 van 1,3 miljoen te wijzigen. Aan de hand van de werkelijke ontwikkelingen wordt zo nodig in de voor- en najaarsconferentie 2010teruggekomen op een mogelijke bijstelling van de rente-opbrengst. Voor de jaren 2011 en volgende lijken de geraamde rentepercentages van 2,5% in 2011, 3% in 2012, 3,5% in 2013 en 4% in 2014 in volgende jaren reëel te zijn. 1.3 Budgetbewaking Om de programmabegrotingen 2009 en 2010 sluitend te maken, is besloten de algemene reserve aan te spreken voor een bedrag van ruim 7 miljoen. Verder is er geen budgettaire ruimte voor het dekken van prioriteiten in Uw Staten hebben aangegeven dat het bedrag van de beschikking over de algemene reserve van 7 miljoen substantieel verminderd moet worden. Op grond hier van hebben wij besloten dat er op korte termijn kosten moeten worden bespaard om de handen zo veel mogelijk vrij te houden tot het moment dat de kerntakendiscussie is afgerond. De Provincie gaat niet "op slot" maar er wordt wel een "pas op de plaats" gemaakt. Vooruitlopend op de kerntakendiscussie en daarop volgende een bezuinigingstaakstelling zijn wij terughoudend met het aangaan van nieuwe verplichtingen. De tweede ronde budgetbewaking levert 5,3 miljoen aan de budgettaire ruimte op. Er zijn ook nog enkele budgettaire tegenvallers, waardoor er per saldo 4,1 miljoen aan de algemene reserve toegevoegd kan worden. Daarbij moet aangetekend worden dat een bedrag van ruim 1,4 miljoen in 2009 vrijvalt, maar dat de verplichting voor een bijdrage aan het Sloebos van is gebaseerd op een afgesloten convenant en de bijdrage voor de spoorwegmaatregelen Goes van 1,0 miljoen in latere jaren tot uitgaven leiden. Verder willen wij de geraamde provinciale bijdrage voor het realiseren voor het tunneloefencentrum na het afhaken van Ricas toevoegen aan de algemene reserve mede in verband met het mogelijk moeten opvangen van 3

4 de tekorten bij het nazorgfonds stortplaatsen. Indien later blijkt dat voor de realisering van een tunneloefencentrum door een ander bedrijf een provinciale bijdrage benodigd is, wordt de dekking hiervan op dat moment aangegeven. Inmiddels hebben wij van het beschikbare bedrag van 5,5 miljoen bestemd als provinciale bijdrage in het toegekend Europees project "Up Safety". Dit project is inmiddels goedgekeurd. Het restant van 5,3 miljoen voegen wij toe aan de algemene reserve. Daarnaast kan het beschikbare bedrag voor openbaar vervoer in 2010 met verminderd worden. Verder is na de uitspraak van de Raad van State de aanleg van de rondweg Aardenburg mogelijk. De kosten van 5,7 miljoen willen wij ten laste brengen van de huidige en toekomstige ruimte in de BDU onderdeel infrastructuur. 1.4 Stelpost Initiatieven Provinciale Staten Op de stelpost Initiatieven Provinciale Staten staat nog voor In 2010 staat er nog en in 2011 nog op deze stelpost. Dit kan als ruimte worden gehouden voor initiatieven die op 13 november 2009 of later in Provinciale Staten naar voren komen. 1.5 Compensatie loon- en prijsstijging Compensatie loon- en prijsstijging gesubsidieerde en gelieerde instellingen Bij de berekening van de loon- en prijsstijging voor de provinciale bijdrage aan de gesubsidieerde en gelieerde instellingen wordt uitgegaan van de loon- en prijsindexcijfers van het Centraal Planbureau (prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers, resp. netto materieel) voor het volgende jaar. Daarbij wordt een correctie toegepast voor de hoger of lager dan geraamde stijging van de loon- en prijsindex van de afgelopen jaren. Voor de gelieerde instellingen (SCEZ, Scoop, Zeeuwse Bibliotheek, Sport Zeeland, Zeeuws Museum) is in de afgelopen jaren in de de raming nog in het lopende jaar aangepast, voorzover een tussentijdse aanpassing positief uitviel voor de gelieerde instelling. Op grond van de huidige berekeningen zou een aanpassing in 2009 duidelijk negatief uitvallen. In het verleden is een negatieve bijstelling niet gecorrigeerd naar de gelieerde instellingen. Op basis van deze bestaande werkwijze hoeft niet tot aanpassing van de bijdrage overgegaan te worden voor Wij willen de werkwijze voor alle gesubsidieerde (inclusief de gelieerde instellingen) uniform maken. Dit betekent dat de provinciale bijdrage voor de gelieerde instellingen in het lopende jaar niet meer worden aangepast als gevolg van correcties loon- en prijsindex. Net als de gesubsidieerde instellingen wordt dit pas verrekend in het volgende jaar Compensatie loon- en prijsstijging 2011 Het is gebruikelijk al vroeg in het jaar voorafgaand aan de begroting de loon- en prijsstijging voor het komende jaar kenbaar te maken. Gelet op het sombere financiële vooruitzicht en het lage accres (stijging) in 2010 en 2011 van 0,48% in beide jaren, willen wij nu al aangeven richting derden (subsidies) en eigen organisatie (materiële budgetten) dat er voor de programmabegroting 2011 geen aanpassing plaats vindt voor de loon- en prijsstijging. In de programmabegroting 2011 en volgende jaren is een bedrag opgenomen van dat bestemd is voor de loon- en prijsstijging voor zowel subsidies als voor de eigen kosten van de provincie. Dit bedrag willen wij aanwenden voor de mogelijke stijging van de provinciale salarissen (inclusief sociale lasten). 1.6 Bodemsanering Per 31 december 2009 loopt de huidige periode af van de specifieke uitkering van het Rijk aan de provincies voor de bodemsanering. Daarmee is 31 december 2009 ook een afrekenmoment van deze specifieke uitkering richting Rijk. In de afgelopen tijd zijn er extra inspanningen verricht om de totale rijksbijdrage te besteden. Indien aan het eind van 2009 geld over is van het Rijk ontvangen bodemsaneringsbudget. dan moet er terdege rekening mee worden gehouden dat de provincie dit moet teruggeven aan het rijk. De inspanningen in de afgelopen tijd zijn er op gericht een teruggave van de rijksbijdrage te voorkomen. Vanaf 2010 tot en met 2014 ontvangt de provincie via het provinciefonds een jaarlijks bedrag van voor bodemsaneringen (zie punt 1.1. provinciefonds), waarover geen verantwoording richting Rijk meer hoeft te worden afgelegd. Wel wordt een meerjarig bestedingsvoorstel opgesteld Er zijn nog een aantal oude bodemsaneringsprojecten die vallen onder de wettelijke regeling met een verplichte provinciale bijdrage van 2,5% in de kosten. Dit geldt ook voor de kosten van de projecten op basis van het 4

5 Convenant gasfabrieken die nog gemaakt worden (met name voor grondwatersaneringen) bij de aanpak van de Zeeuwse gasfabrieksterreinen. Hiermee is een bedrag gemoeid van Een groot deel van de bodemsaneringskosten die gemoeid is met de sanering van de locatie Kanaalpolder, (provinciale bijdrage van ) zal pas in 2010 en latere jaren worden uitgegeven. Dit onder andere vanwege het feit dat het afdekken van deze voormalige stortplaats gedurende verschillende jaren zal plaats vinden. Het gebruiken van grond die tijdens werkzaamheden vrijkomt is immers voordeliger dat het kopen van grond voor dit afdekken. Op grond van gemaakte afspraken met VROM nemen wij aan dat dit bedrag overgeboekt kan worden, zonder dat dit consequenties heeft voor de rijksbijdrage. De overgangsregeling waarin dit wordt geregeld moet nog vastgesteld worden. 1.7 Actieprogramma PVVP Sinds vele jaren wordt het Actieprogramma PVVP gekenmerkt door een grote overplanning. Nu het financiële perspectief van de provincie snel wijzigt is het actieprogramma PVVP doorgelicht en wordt dit zonder overplanning gepresenteerd. De projecten zijn op een drietal aspecten nog eens extra geanalyseerd namelijk: uitvoerbaarheid; haalbaarheid van de planning bestuurlijke criteria c.q. verplichtingen: varianten zijn contracten, convenanten, besluiten GS/PS en toezeggingen; inhoudelijke criteria van nut en noodzaak ontleend aan het PVVP. Bij de inhoudelijke afweging zijn de projecten ingedeeld in de volgende clusters van gelijksoortige projecten: Niet ter discussie staande projecten (op grond van bestuurlijke criteria) Verbeteren verkeersveiligheid (met name kruispuntmaatregelen) Fietspadenprojecten Leefbaarheid in combinatie met bereikbaarheid Landbouwverkeer en categoriseringsplan Overig 2 Prioriteiten Programma 1 Sociaal beleid 2.0 Prioriteit Internationale Top (wieler) evenementen Wij willen een provinciale bijdrage van verlenen voor het binnenhalen van twee top wielerevenementen zijnde de doorkomst van de Tour de France en de aankomst van de Giro d`italia in Middelburg met daaraan verbonden verschillende nevenevenementen met aanknopingspunten voor duurzame activiteiten (stimulering fietsen) en het nationaal en internationaal op de kaart zetten van Zeeland. Middelburg is op maandag 10 mei aankomstplaats is van de Giro d`italia en in juli heeft de Tour de France een doorkomst in Zeeland. Hiervoor willen wij een bijdrage verstrekken aan de gemeente Middelburg van (afkoopsom) en voor de activiteiten rond de doorkomst van de Tour de France is een bedrag van nodig Programma 3 Cultuur 2.1 Prioriteit Cultureel Erfgoed Voor het Bevrijdingsmuseum Zeeland zijn in de afgelopen jaren al verschillende bijdragen verleend. Voor het resterende tekort in de inrichting van en overige kosten willen wij een incidentele bijdrage verlenen van in 2010 en in Bij het VSB-fonds is ook een aanvraag ingediend voor een deel van het tekort op de inrichtingskosten. Op deze aanvraag is nog geen beslissing genomen. Programma 3 Cultuur 2.2 Prioriteit Programmamanager Zeeuws Bibliotheeknetwerk De programmamanager Zeeuwse Bibliotheken is een intermediair tussen de Zeeuwse Bibliotheken en is bindmiddel voor het Zeeuwse Bibliotheeknetwerk. De kosten werden tot 2009 voor een groot gedeelte gedekt door een rijksbijdrage. Dit is niet meer mogelijk. Met de bijdragen van de betrokken bibliotheken en de verwachte opbrengsten is in 2010 nog nodig. Dit bedrag willen wij beschikbaar stellen. 5

6 Programma 3 Cultuur 2.3 Prioriteit Meercamerawagen Omroep Zeeland Er is een verzoek van Omroep Zeeland voor een bijdrage voor een meercamerawagen, die gebruikt kan worden bij live-uitzendingen en die de omroep een stap dichterbij het functioneren als rampenzender voor TV brengt. Wij willen hiervoor een bijdrage van beschikbaar stellen. Programma 3 Cultuur 2.4 Prioriteit Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (SCEZ) Het budgetsubsidie aan SCEZ willen wij verhogen met Deze verhoging is nodig, aangezien vanaf 2002 verschillende structurele zaken incidenteel zijn opgelost met onder meer extra bijdragen van de provincie. Indien met het systeem van afschrijvingen gewerkt wordt, zijn incidentele oplossingen niet meer nodig. Dit brengt een extra structurele last van , waarvan SCEZ zelf kan opbrengen. Derhalve een structureel tekort van Voor de periode 2010 tot en met 2012 kan een verhoging van het subsidie aan SCEZ ten laste van de huidige budgetten Kwaliteitsimpuls Cultureel Erfgoed (act ) gebracht worden. Vanaf 2013 betekent deze verhoging een vermindering van de budgettaire ruimte. Programma 5 Bestuur Knooppunt Samen in Zeeland 2.5 Prioriteit Verkiezingen 2011 Voor de verkiezingen 2011 worden activiteiten in 2010 en 2011 ontwikkeld, waaronder een Open Dag in Hiervoor is naar verwachting een bedrag van in 2010 en (inclusief voor Open Dag) benodigd. Over de dekking van de ze kosten willen wij nader overleg voeren met Uw Staten. Programma 5 Bestuur Knooppunt Samen in Zeeland 2.6 Prioriteit Organisatie van Koninginnedag in Wemeldinge en Middelburg Voor de organisatie van Koninginnedag in Wemeldinge en Middelburg wordt mede in verband met de extra beveiligingskosten een bedrag van voor Wemeldinge en in Middelburg beschikbaar gesteld Programma 12 Milieu Knooppunt Groei en Groen in Zeeland 2.7 Prioriteit Vorming Zeeuwse omgevingsdienst In verband met de noodzakelijk kosten voor de voorbereiding van de vorming van de Zeeuwse omgevingsdienst, willen wij voor 2010 een bedrag beschikbaar stellen van Programma 13 Ruimtelijke ordening Knooppunt Groei en Groen in Zeeland 2.8 Prioriteit Kadernota grondbeleid De nota grondbeleid is voorgelegd aan Provinciale Staten. De dekking van de financiële consequenties willen wij hierbij regelen. Er is aanvankelijk uitgegaan van een plafond van 15 miljoen, maar door het aantal voor aquacultuur aan te kopen ha grond te beperken, is het plafond bijgesteld tot 13 ha. In de berekening van de rentelasten, wordt voorshands uitgegaan van meerjarig rentelasten over een aankoopbedrag van 2,5 miljoen gronden voor aquacultuur en 5 miljoen gronden in de grondruilbank West Zeeuws Vlaanderen. Daarbij wordt voor de rentelasten van de grondvoorraad uitgegaan van 2% in 2010, 2,5% in 2011, 3% in 2012, 3,5% in 2013 en 4% in 2014 en volgende jaren. De bedragen kunnen in de komende jaren aangepast worden aan de werkelijke ontwikkeling van de aangekochte gronden tot het aangegeven plafond van 13 miljoen. Daarnaast wordt voorgesteld voor 2010 een apart budget van voor een boerderijverplaatsing beschikbaar te stellen. Hiermee wordt het mogelijk verschillende doelen in gebiedsgerichte projecten te realiseren. Dit budget wordt alleen aangewend, wanneer de kosten van de boerderijverplaatsing niet ten laste van andere budgetten gebracht kunnen worden. Voorgesteld wordt een bedrag van in 2010 (inclusief boerderijverplaatsing van ), in 2011, in 2012, in 2013, in 2014 en verdere jaren beschikbaar te stellen 6

7 Programma 14 Watermanagement Knooppunt Groei en Groen in Zeeland 2.9 Prioriteit Duurzame Delta Voor de kosten van het programmabureau Zuid-West Delta en het uitvoeringsprogramma Zicht op de Grevelingen in 2010 en 2011 willen wij een bedrag van in 2010 en in 2011 beschikbaar stellen. Programma 96 Ondersteuning Knooppunt Samen in Zeeland 2.10 Prioriteit E- dienstverlening Het is de bedoeling dat over 5 jaar alle ambtenaren van de provincie op een digitale wijze werken en open elektronische dienstverlening leveren aan alle Zeeuwse belanghebbenden. Al geruime tijd is de organisatie bezig om te voldoen aan alle wettelijke eisen en wensen die op ons afkomen inzake e-dienstverlening. Op de langere termijn levert dit besparingen op, maar het vergt wel een forse investering op de korte termijn. Het huidige Documentair Informatievoorziening (DIV-systeem is niet geschikt gebleken voor het maken van de noodzakelijke stappen op het gebied van e- dienstverlening. Daarvoor is een nieuw systeem nodig. Dit betreft zowel een nieuw document management systeem als een nieuw relatie beheer systeem. De extra in 2009 gemaakte kosten voor e-dienstverlening van worden meegenomen in de 6 e begrotingswijziging, waarin de 2 e ronde budgetbewaking ook is opgenomen. Wij hebben besloten de kosten in 2010 en volgende jaren te betrekken bij de komende bezuinigingsoperatie mede gelet op de teruggang van het aantal formatieplaatsen en de veranderingen met betrekking tot de DIV/organisatie. De consequenties worden meegenomen in de 2 e begrotingswijziging Totaal Opzet programmabegroting en jaarrekening. De huidige opzet (vanaf 2004) van de programmabegroting en jaarrekening is gebaseerd op het invoeren van het dualisme en de daarmee samengaande overgang van beleidsbegroting naar programmabegroting. Als de inhoud nader wordt beschouwd bevat de jaarrekeningsopzet nog een aantal bijlagen die in het kader van de controlerende taak van uw Staten niet noodzakelijk lijken en die ook niet wettelijk verplicht zijn om te publiceren. Hierover is overleg gepleegd met de werkgroep WPCIS (Werkgroep Planning & Control Informatievoorziening Staten). Enkele bijlagen hebben betrekking op de wijze waarop het college naleving geeft aan de interne beleidsregels. Het college controleert de interne werking van deze regels en dit komt tot uitdrukking in de accountantsverklaring. Een bijkomend voordeel is dat de omvang van de stukken wordt gereduceerd. Het betreft de bijlagen: overzicht aanbestedingen; externe deskundigheid subsidies. Voor de laatste geldt dat deze ook in de programmabegroting buiten beschouwing kan worden gelaten. Uiteraard kunt u altijd nadere informatie opvragen over de genoemde onderwerpen. 7

8 4. Budgettaire ruimte In de programmabegroting 2010 is rekeninghoudend met uw beslissingen in de voorjaarsconferentie de budgettaire ruimte gepresenteerd. Bovenstaande ontwikkelingen geven de volgende gevolgen voor de budgettaire ruimte: Budgettaire ruimte in programmabegroting 0,0 0,0 5,4-/- 15,6 16,5 Provinciefondsuitkering 0,2-/- Opcenten motorrijtuigenbelasting 0,2-/- Rente 0,4-/- Budgetbewaking inclusief energie(maatregelen) 5,3 0,1-/- 0,1-/- 0,1-/- 0,1-/- Vermindering budget openbaar vervoer 0,5 Bijdrage spoorwegmaatregelen Goes 1,0-/- 2,5% eigen bijdrage bodemsanering 0,1-/- Kosten e-dienstverlening ,3-/- Tunneloefencentrum 3,0 1,1 0,6 0,6 Toevoeging algemene reserve in verband met 3,0 -/- 1,1-/- 0,6-/- 0,6-/- Nazorg stortplaatsen Prioriteiten 1,9-/- 0,3-/- 0,2-/- 0,3-/- Toevoeging/beschikking algemene reserve 4,1-/- 1,5 Totaal 0,0 0,0 5,8-/- 15,3 15,1 In het bovenstaande meerjarenperspectief is nog geen rekening gehouden met de aangekondigde korting op het provinciefonds van 300 miljoen per 2011, de mogelijke consequenties van de komende herverdeling van het provinciefonds en met het voornemen om het Deltadividend met ingang van 2012 aan te wenden voor het dekken van de kosten van een nieuw collegeprogramma. Er is ook geen rekening gehouden met de invulling van een bezuinigingstaakstelling Hierover komen wij eind januari 2010 met voorstellen naar Provinciale Staten. Daarbij wordt niet alleen naar structurele besparingen gekeken, maar ook naar incidentele quick wins. Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit gedeputeerde staten, Karla Peijs, voorzitter, Viek Verdult, secretaris. Ontwerp-besluit De staten der provincie Zeeland, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van , nr /13; besluiten: Voorstellen in te betrekken bij de behandeling van de programmabegroting