MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 2018

Transcriptie

1 MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 18 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: lelystadspanel@lelystad.nl

2 Colofon Deze rapportage is gemaakt door: Onderzoek en Statistiek Verkrijgbaar, zolang de voorraad strekt bij: Gemeente Lelystad Onderzoek en Statistiek Postbus 91 AB Lelystad T F onderzoek@lelystad.nl Voor feiten en cijfers en overige onderzoeksrapportages kunt u terecht op onze website: Lelystad, Februari 18

3 Samenvatting In januari 18 heeft het onderzoek Monitor toekomstscenario s voor de tweede keer plaatsgevonden onder leden van het LelyStadsPanel (LSP), een expertpanel en medewerkers van de gemeente. Evenals in 17 komt het scenario Groeien met gedoe als meest waarschijnlijke scenario uit de bus waar Krimpen met kwaliteit het minst waarschijnlijk wordt geacht. Lelystad urbaniseert mee wordt binnen de kernonzekerheid 'urbanisering' waarschijnlijker geacht dan Lelystad urbaniseert niet mee. Ruim de helft van de respondenten verwacht een lage maatschappelijke kracht in 25. Met name het vertrouwen in de maatschappelijke kracht is een punt van aandacht naar de toekomst toe. Inleiding In 14 heeft de gemeente Lelystad een viertal toekomstscenario s voor de stad opgesteld, die de toekomst van Lelystad in 25 beschrijven. Een scenario kan het beste worden omschreven als een toekomstbeeld waarbij uit is gegaan van bepaalde vooronderstellingen. Het zijn voorstellingen van de toekomst, geen voorspellingen van de toekomst. De toekomstscenario s geven vier mogelijke richtingen weer. De scenario s zijn tot stand gekomen op basis van een extern gerichte trendanalyse. Zo is een beeld ontstaan van de ontwikkelingen, hun impact en hun onzekerheid. Uit de onzekerheden zijn twee kernonzekerheden gekozen: ontwikkelingen die een grote impact hebben op de toekomst van de gemeente, maar tegelijkertijd een onzekere toekomst hebben. Deze twee kernonzekerheden zijn voor Lelystad urbanisatie en maatschappelijke kracht. Door eerst per kernonzekerheid twee extreme en tegengestelde uitkomsten te definiëren (bijv. hoog versus laag, wel versus niet) en vervolgens de kernonzekerheden in een assenkruis (figuur 1) te combineren met de onderzochte trends en ontwikkelingen, is de basis voor de scenario s gelegd. 3. Slinken met Sores Figuur 1 Assenkruis scenario's Lelystad Om het verloop van de scenario s te volgen wordt jaarlijks een monitor uitgevoerd. Deze bestaat uit een vragenlijst met stellingen die betrekking hebben op de (veranderindicatoren van de) scenario s. In januari 18 heeft het onderzoek Monitor toekomstscenario s voor de tweede keer plaatsgevonden onder leden van het LelyStadsPanel (LSP), een expertpanel en medewerkers van de gemeente. Deze rapportage beschrijft de resultaten van de peiling 18. Deze resultaten worden vergeleken met de peiling uit 17. Waar significante verschillen worden gevonden tussen de jaren of tussen de verschillende groepen, wordt dit gemeld.

4 % % Waarschijnlijkheid scenario's Figuur 2 toont de onderlinge waarschijnlijkheid van de scenario's voor 18 en 17. Een percentage boven de 25% betekent een bovengemiddelde waarschijnlijkheid. Een percentage onder de 25% betekent een onder gemiddelde waarschijnlijkheid LSP Expertpanel Gemeente totaal LSP Expertpanel Gemeente totaal Groeien met gedoe Slinken met sores Gezamenlijk gedijen Krimpen met kwaliteit Groeien met gedoe Slinken met sores Gezamenlijk gedijen Krimpen met kwaliteit Figuur 2 Waarschijnlijkheid scenario's De waarschijnlijkheid voor de scenario s is in 18 niet verandert ten opzichte van 17. Weliswaar zijn de percentages iets gewijzigd, de verschillen tussen de jaren zijn zo klein dat er geen statistisch verschil is tussen de resultaten van 17 en 18. Groeien met gedoe komt wederom als meest waarschijnlijke scenario uit de bus waar Krimpen met kwaliteit het minst waarschijnlijk wordt geacht. Ontwikkeling kernonzekerheden De ontwikkeling van kernonzekerheid 'urbanisering' wordt weergegeven in figuur 3. Evenals in 17 wordt Lelystad urbaniseert mee waarschijnlijker geacht dan Lelystad urbaniseert niet mee Lelystad urbaniseert mee Lelystad urbaniseert niet mee Lelystad urbaniseert mee Lelystad urbaniseert niet mee Figuur 3 Resultaten voor kernonzekerheid 'urbanisatie'

5 % % Figuur 4 geeft de ontwikkeling van de kernonzekerheid maatschappelijke kracht weer Hoge maatschappelijke kracht Lage maatschappelijke kracht Hoge maatschappelijke kracht Lage maatschappelijke kracht Figuur 4 Resultaten voor de kernonzekerheid 'maatschappelijke kracht' In 18 verwacht ruim de helft van de respondenten een lage maatschappelijke kracht in 25. Dit is vergelijkbaar met de verwachting in 17. Indicatoren Figuur 5 geeft per as-extreem weer hoe de verschillende groepen hebben geantwoord op de indicatoren van de kernonzekerheid urbanisatie. Lelystad urbaniseert mee 18 Lelystad urbaniseert mee 17 Hoogbouw in het centrum is 5% Hoogbouw in het centrum is % Het aantal horecavoorzieningen is De stijging van de huizenprijzen is gelijk aan of hoger dan het landelijk gemiddelde De bevolking van Lelystad groeit met name doordat mensen van buitenaf zich hier vestigen Het aantal inwoners van Lelystad is gegroeid ten opzichte van 16 64% 63% 48% 66% 66% 59% 79% 79% 67% Het aantal horecavoorzieningen is De stijging van de huizenprijzen is gelijk aan of hoger dan het landelijk gemiddelde De bevolking van Lelystad groeit met name doordat mensen van buitenaf zich hier vestigen Het aantal inwoners van Lelystad is gegroeid ten opzichte van 16 36% 57% 64% 59% 52% 79% 68% 58% Lelystad urbaniseert niet mee 18 Lelystad urbaniseert niet mee 17 De bezoekersaantallen van voorzieningen zijn afgenomen De bezoekersaantallen van voorzieningen zijn afgenomen 3% 28% Meer mensen die in Lelystad werken, wonen elders Meer mensen die in Lelystad werken, wonen elders 48% Gemotoriseerde verkeersbewegingen binnenstad zijn afgenomen 32% 28% 26% Gemotoriseerde verkeersbewegingen binnenstad zijn afgenomen 26% 24% % De beschikbaarheid van bouwgronden is 43% De beschikbaarheid van bouwgronden is Het aantal jongeren dat Lelystad verlaat is gestegen t.o.v. 16 Het aantal jongeren dat Lelystad verlaat is gestegen t.o.v. 16 5% 44% De werkgelegenheid in Lelystad is afgenomen 24% 22% 26% De werkgelegenheid in Lelystad is afgenomen 25% 19% 27% Figuur 5 Response per indicator van de kernonzekerheid Urbanisatie

6 Opvallend is dat de leden van het LSP in 18 het minder eens zijn met de stellingen over de toename van het aantal horecavoorzieningen en de groei van het aantal inwoners dan de leden van het expertpanel en medewerkers van de gemeente. Aan de andere kant zijn LSP-leden minder geneigd te verwachten dat mensen die in Lelystad werken elders wonen. Wanneer 17 en 18 worden vergeleken, valt op dat de scores van de leden van het LSP in 18 meer overeenkomen met die van de andere twee groepen. De scores voor vrijwel alle indicatoren zijn hoger dan in 17. De twee uitzonderingen zijn het aantal jongeren dat Lelystad verlaat is gestegen en de werkgelegenheid is afgenomen. Verder zijn de leden van het expertpanel in 18 meer geneigd te denken dat meer mensen die in Lelystad werken, hier niet wonen. Tenslotte zijn medewerkers van de gemeente in 18 veel positiever over de ontwikkeling van de huizenprijzen dan in 17. Figuur 6 geeft per as-extreem weer hoe de verschillende groepen hebben geantwoord op de indicatoren van de kernonzekerheid maatschappelijke kracht. In 18 zijn leden van het LSP in vergelijking met de leden van het expertpanel en de medewerkers van de gemeente minder optimistisch over het aantal sociale- en burgerinitiatieven in 25. Ook zij zijn minder optimistisch over de afname van het aantal inwoners dat een beroep doet op overheidssteun dan de leden van het expertpanel en medewerkers van de gemeente. Hoge maatschappelijke kracht 18 Hoge maatschappelijke kracht 17 Het aantal sociale/burgerinitiatieven is 61% 59% Het aantal sociale/burgerinitiatieven is 57% Het aantal vrijwilligers is 5% Het aantal vrijwilligers is 53% 44% 37% Mensen voelen zich veiliger 44% Mensen voelen zich veiliger 32% Het % inwoners dat een beroep doet op overheidsondersteuning is afgenomen Het % mensen dat op of onder bijstandsniveau leeft, ligt op of onder het landelijk gemiddelde % 43% Lage maatschappelijke kracht 18 Het aantal eenzame Lelystedelingen is gestegen Het aantal huishoudens met grote schulden ligt boven het landelijk gemiddelde Het % inwoners dat zich heeft ingeschreven bij een woningcorporatie is gestegen De sociale verbondenheid binnen buurten is afgenomen Bedrijven zijn minder bereid om te investeren in maatschappelijke doelen 48% 64% 61% 61% 57% 6% 55% 55% Het % inwoners dat een beroep doet op overheidsondersteuning is afgenomen Het % mensen dat op of onder bijstandsniveau leeft, ligt op of onder het landelijk gemiddelde Het aantal eenzame Lelystedelingen is gestegen Het aantal huishoudens met grote schulden ligt boven het landelijk gemiddelde Het % inwoners dat zich heeft ingeschreven bij een woningcorporatie is gestegen De sociale verbondenheid binnen buurten is afgenomen Bedrijven zijn minder bereid om te investeren in maatschappelijke doelen 28% 29% 34% Lage maatschappelijke kracht 17 43% 34% 37% 39% 58% 53% 58% 52% 52% 53% 5% Figuur 6 Respons per indicator van de kernonzekerheid maatschappelijke kracht' Wanneer 17 en 18 worden vergeleken, valt op dat de leden van het LSP in 18 op vrijwel alle indicatoren over maatschappelijke kracht hoger scoren dan in 17. De bereidheid van bedrijven om te investeren in maatschappelijke doelen is hierop de uitzondering; deze score is gelijk gebleven. De leden van het expertpanel zijn in 18 positiever over het aantal burgerinitiatieven, het veiligheidsgevoel van mensen en het aandeel Lelystedelingen dat een beroep doet op overheidsondersteuning.

7 Onderzoeksverantwoording Het onderzoek Monitor toekomstscenario s 18 is uitgevoerd in januari 18. De peiling is uitgevoerd onder leden van het LelyStadsPanel (1581), het expertpanel (97) en medewerkers van de gemeente Lelystad (155). De totale response was 56%. Van het LSP respondeerde 57% van de leden, onder het expertpanel was de response 61% en onder medewerkers van de gemeente Lelystad 48%. In totaal hebben 135 respondenten meegewerkt aan het onderzoek. In totaal zijn 21 stellingen voorgelegd (zie figuur 5). Per as-extreem (Lelystad urbaniseert mee; Lelystad urbaniseert niet mee; Hoge maatschappelijke kracht; lage maatschappelijke kracht) zijn 5 of 6 stellingen (indicatoren) geformuleerd. Respondenten konden op een schaal van tot % aangeven in hoeverre ze dachten dat de stelling in 25 bewaarheid werd. De berekeningssystematiek. Per as-extreem wordt op basis van 5 of 6 indicatoren van gelijk gewicht een waarschijnlijkheid berekend (%). Dit is het gemiddelde van de indicatoren per as-extreem. Deze gemiddelden worden genormaliseerd, zodat beide as-extremen optellen tot %. Per scenario wordt een waarschijnlijkheid berekend door de waarschijnlijkheid van de as-extremen te vermenigvuldigen (scenario 1 = x1y1, scenario 2 = x2y1, scenario 3 = x1y2, scenario 4 = x2y2). De producten worden vervolgens genormaliseerd zodat de totalen van de scenario s optellen tot %.