LES 24. GROEP: 3 t/m 8 Reis rond de wereld. Groep 3/4 - De leerlingen werken tijdens de reis met elkaar samen. Ze krijgen een groot groepsgevoel en

Transcriptie

1 LES 24. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Groep 5/6 Groep 7/8

2 LES 24. GROEP: 3 t/m 8 HET MATERIAAL: Groep 3 t/m 8 Inleiding: - Geen Basisopstelling: - 1 bank - Touwen, waarvan 2 worden gebruikt. - Lange mat - 2 banken in de kast - Kast - 2 banken als evenwichtsbalk - 6 turnmatten. Spel 1: - Alleen basisopstelling. Spel 2: Let op! 8-knopen in de touwen Spel 3: - 2 kleine ballen - 2 grote ballen Spel 4: - 2 toverkoorden Afsluiting: - 2 lintjes OPSTELLING VAN HET MATERIAAL:

3 LES 24. GROEP: 3/4 INLEIDING. Etenstijd! - Er wordt 1 lange rij gemaakt. - De groep vraagt aan de voorste leerling, Naam Hoe laat is het? - De voorste leerling antwoordt, 10 uur, 12 uur etc. - Tot etenstijd. Dan mag hij iedereen gaan tikken. Ben je getikt? Naar de bank, 3 is te veel. - Er worden twee groepen gemaakt. Bij veel leerlingen worden er 3 of 4 groepen gemaakt, er spelen dan 2 groepen, 1 of 2 groepen zitten langs de kant en kunnen helpen als scheidsrechter. - Vertel dat de leerlingen samen een reis rond de wereld gaan maken. Alle materialen zijn landen, de rest is zee. - Het spel draait om de samenwerking binnen de groep, alleen dan zullen ze de verschillende spellen tot een goed einde volbrengen. afgelegde opdracht is een bepaald aantal waard. Dit is een keuze die zelf gemaakt mag worden. - Zorg ervoor dat het parcours uitdagend is, maar voor iedereen haalbaar. Pas eventueel het parcours aan, banken dichter bij de touwen, zodat het voor iedereen haalbaar is. - Alle opdrachten kunnen ook zonder praten/overleggen worden uitgevoerd. SPEL 1. De weg leren kennen. - De leerlingen starten allemaal staand op de bank. - De eerste leerling springt naar het touw toe en landt op de lange mat. - Loopt daarna omhoog richting de kast en springt op de turnmat. - Balanceert over de smalle bank naar de andere turnmat. Gaat daar op een lijn staan. - Iedereen legt zo het gehele parcours af. - Na een aantal keer oefenen moet iedereen dit kunnen zonder de grond aan te raken. - Punten kunnen worden uitgedeeld voor de teams die zonder in het water te stappen de overkant halen. Let op! Hierbij gaat niet om de snelheid! SPEL 2. Val niet in het water. - Ieder team krijgt 10 hoepels mee. De hoepels zijn eilanden die in het water neergelegd mogen worden als veilige plaats. - In plaats van tot de turnmat moet de hele groep nu met behulp van de hoepels weer terug naar het begin. (Rode pijl) - Welke groep valt er niet in het water? - Maak het moeilijker door de regel in te voeren dat ook alle hoepels mee moeten naar het begin. SPEL 3. Met de bal rond de wereld Beide teams krijgen een kleine bal. Deze bal moet in eerste instantie aan de overkant komen. - De bal gaat mee over ieder onderdeel. Wie de bal vast heeft, dat maakt niet uit. - Lukt het de teams, zonder in het water te stappen en de bal mee te - nemen? Punten voor beide teams. - Eerst kan een oefenronde gespeeld worden, daarna voor de punten De bal wordt vervangen door de grote bal. Hetzelfde idee De groepjes krijgen de kleine bal weer terug. Nu moet iedereen de bal hebben vast gehad, voordat ze de overkant hebben bereikt. Er kan eerst een overlegmoment gepland worden Zelfde als 3, keuze, grote of kleine bal. Lukt het met de grote bal? Dubbele punten. SPEL 4. Het toverkoord gaat mee rond de wereld. - Wel telt de leerkracht soms aan de kant mee, betrapt hij iemand die te lang zit, dan ben je af. Word je getikt? Naar de bank, 3 is te veel.

4 LES 24. GROEP: 5/6 INLEIDING. Etenstijd! - Er wordt 1 lange rij gemaakt. - De groep vraagt aan de voorste leerling, Naam Hoe laat is het? - De voorste leerling antwoordt, 10 uur, 12 uur etc. - Tot etenstijd. Dan mag hij iedereen gaan tikken. Ben je getikt? Naar de bank, 3 is te veel. - Er worden twee groepen gemaakt. Bij veel leerlingen worden er 3 of 4 groepen gemaakt, er spelen dan 2 groepen, 1 of 2 groepen zitten langs de kant en kunnen helpen als scheidsrechter. - Vertel dat de leerlingen samen een reis rond de wereld gaan maken. Alle materialen zijn landen, de rest is zee. - Het spel draait om de samenwerking binnen de groep, alleen dan zullen ze de verschillende spellen tot een goed einde volbrengen. afgelegde opdracht is een bepaald aantal punten waard. Dit is een keuze die zelf gemaakt mag worden. - Zorg ervoor dat het parcours uitdagend is, maar voor iedereen haalbaar. Pas eventueel het parcours aan, banken dichter bij de touwen, zodat het voor iedereen haalbaar is. - Alle opdrachten kunnen ook zonder praten/overleggen worden uitgevoerd. SPEL 1. De weg leren kennen. - De leerlingen starten allemaal staand op de bank. - De eerste leerling springt naar het touw toe en landt op de lange mat. - Loopt daarna omhoog richting de kast en springt op de turnmat. - Balanceert over de smalle bank naar de andere turnmat. Gaat daar op een lijn staan. - Iedereen legt zo het gehele parcours af. - Na een aantal keer oefenen moet iedereen dit kunnen zonder de grond aan te raken. - Punten kunnen worden uitgedeeld voor de teams die zonder in het water te stappen de overkant halen. Let op! Hierbij gaat niet om de snelheid! SPEL 2. Val niet in het water. - Ieder team krijgt 10 hoepels mee. De hoepels zijn eilanden die in het water neergelegd mogen worden als veilige plaats. - In plaats van tot de turnmat moet de hele groep nu met behulp van de hoepels weer terug naar het begin. (Rode pijl) - Welke groep valt er niet in het water? - Maak het moeilijker door de regel in te voeren dat ook alle hoepels mee moeten naar het begin. SPEL 3. Met de bal rond de wereld Beide teams krijgen een kleine bal. Deze bal moet in eerste instantie aan de overkant komen. - De bal gaat mee over ieder onderdeel. Wie de bal vast heeft, dat maakt niet uit. - Lukt het de teams, zonder in het water te stappen en de bal meenemen? Punten voor beide teams. - Eerst kan een oefenronde gespeeld worden, daarna voor de punten De bal wordt vervangen door de grote bal. Hetzelfde idee De groepjes krijgen de kleine bal weer terug. Nu moet iedereen de bal hebben vast gehad, voordat ze de overkant hebben bereikt. Er kan eerst een overlegmoment gepland worden Zelfde als 3, keuze, grote of kleine bal. Lukt het met de grote bal? Dubbele punten. SPEL 4. Het toverkoord gaat mee rond de wereld. - Wel telt de leerkracht soms aan de kant mee, betrapt hij iemand die te lang zit, dan ben je af. Word je getikt? Naar de bank, 3 is te veel.

5 LES 24. GROEP: 7/8 INLEIDING. Vrij op de banken. - Er zijn 2 tikkers. - Deze mogen iedereen tikken, maar niet diegene die op een bank staan. - Op de bank mag steeds 1 leerling staan, komt er een andere leerling aan, dan moet de eerste leerling weg. Ontstaat er discussie? Beide van de bank af! - Sta je op de bank, dan mag je niet getikt worden. - Getikt? Is naar de muur, 3 is te veel. - Er worden twee groepen gemaakt. Bij veel leerlingen worden er 3 of 4 groepen gemaakt, er spelen dan 2 groepen, 1 of 2 groepen zitten langs de kant. - Vertel dat de leerlingen samen een reis rond de wereld gaan maken. Alle materialen zijn landen, de rest is zee. - Het spel draait om de samenwerking binnen de groep, alleen dan zullen ze de verschillende spellen tot een goed einde brengen. afgelegde opdracht is een bepaald aantal punten waard. Dit is een keuze die zelf gemaakt mag worden. - Zorg ervoor dat het parcours uitdagend is, maar voor iedereen haalbaar. Pas eventueel het parcours aan, banken dichter bij de touwen, zodat het voor iedereen haalbaar is. SPEL 1. Val niet in het water. - Ieder team krijgt 10 hoepels mee. De hoepels zijn eilanden die in het water neergelegd mogen worden als veilige plaats. - In plaats van tot de turnmat moet de hele groep met behulp van de hoepels weer terug naar het begin. (Rode pijl) - Als er iemand in het water valt moet iedereen opnieuw beginnen. SPEL 2. Verboden te praten - Dit spel is hetzelfde als spel 1, alleen mag er nu niet gepraat worden. - Vooraf is er een moment om te overleggen. - Als er gepraat wordt, of als er iemand in het water valt dan moet de hele groep opnieuw beginnen. SPEL 3. Het toverkoord gaat mee rond de wereld. Spel 4. Maak het parcours af - Dit spel is hetzelfde als spel 1, alleen nu moeten de matjes meegenomen worden en op de juiste plaats neergelegd worden. - Ook hier geldt, als er iemand in het water valt, dan moet de hele groep weer opnieuw beginnen. - Wel telt de leerkracht soms aan de kant mee, betrapt hij iemand die te lang zit, dan ben je af. Word je getikt? Naar de bank, 3 is te veel.