Curatieve resectie van solitaire claviculametastase



Vergelijkbare documenten
Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom. M. van der Sangen, radiotherapeut

Vroegstadium borstkanker Medicamenteuze behandeling. Jan Drooger Internist-oncoloog Huisartsensymposium 20 september 2017

Gemetastaseerd mammacarcinoom. Jolien Tol, internist- oncoloog Jeroen Bosch ziekenhuis

Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom

Factsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

Oligometastasen: Echt of wishfull thinking? Dirk De Ruysscher, MD, PhD Radiation Oncologist University Hospitals Leuven/ KU Leuven Leuven, Belgium

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018

Locally advanced rectum carcinoom: wat gaat er veranderen na de RAPIDO studie? Dr B. van Etten, Oncologisch GE-Chirurg

NABON Breast Cancer Audit. Pathologie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016

Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam

Casus oncologie,, D.R., 1930

Palliatieve radiotherapie radiotherapie gericht op symptoombestrijding. Angela van Baardwijk radiotherapeut oncoloog MAASTRO clinic

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017

Richtlijn: Thorax wand tumoren

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :

Het imagen van tumor heterogeniteit bij een patiënte met borstkanker: FEScinerend

Meer sparend bestraling van de axilla? Less is more (than enough) Nicola Russell

Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie. Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC

Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk

Casus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker

ILC > 3 cm: neoadjuvante chemotherapie heeft geen nut! Sabine C. Linn, MD PhD Divisies Medische Oncologie en Moleculaire Biologie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NBCA 2015 [ ZIN besluit verwerkt; ]

Beeldvorming bij oligometastasen met nadruk op PET/CT. Presentatie. PET/CT voor detectie van metastasen

Colorectale tumor met beperkte metastasen. Curatie en controle Dr. Sarah Verherstraeten Dr. Julie Bogaert Dr. Michel Martens

Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET

Medische Workshop 2: De oncologische zorg: stap voor stap

Het lokaliseren en verwijderen van niet-palpabele mamma-maligniteiten met behulp van een radioactief 125 I zaadje

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLSA-DLRA) 2016

Sarcoma State of the art deel 2

Stage. Clin staging. Treatment. Prognosis. Diagnosis. Evaluation. Early Node. Tumour. Loc advanced Metastasis. Advanced. Surgery

Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG

Minder chirurgie na neo adjuvante chemotherapie?

Beleid levermetastasen Colorectaal Carcinoom EMBRAZE REGIO

Prognostische factoren in patiënten met 1-3 positieve okselklieren; MammaPrint en Adjuvant! online

Multimodality treatment bij het oesofagus- en maagcarcinoom

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Slokdarmresectie - Fit aan de Start. Feike Kingma Arts-onderzoeker Chirurgie, UMC Utrecht

- incidentele bevinding zonder klachten - weigering van chirurgische behandeling - slechte algehele conditie waardoor chirurgie niet verantwoord is

Pancreascarcinoom en kansen voor de toekomst

Dutch Upper GI Cancer Audit (DUCA)

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017

Echografie + biopsie

Gemetastaseerd mammacarcinoom

Samenvatting 129. Samenvatting

Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC?

Maligne melanomen. Dr. N. Vancanneyt Prof. Dr. M. Stas Dienst Oncologische Heelkunde UZ Leuven

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting

Zwangerschap en een Her2/Neu positief Mammacarcinoom. 4 e Nascholingsdag Targeted Therapy, 8 april Casus

Mail: of Fax: t.a.v. Emo van Halsema

chirurgische behandeling van kanker

Saffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom

longcarcinoom: stadiëring en behandeling

Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie

Aanvraag gegevens ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek

10 e NKI AvL Mammasymposium

Mail: of Fax: t.a.v. Emo van Halsema

In 2012 werd bij meer dan vrouwen in Nederland

Oncologische zorg bij ouderen

Nadia Haj Mohammad Internist-oncoloog The Netherlands

Dutch Lung Surgery Audit (DLSA)

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA) Registratie gestart: 2011

Overbehandeling in radiotherapie. Prof. Dr. Caroline Weltens

Targeted Therapy Casus Oesofaguscarcinoom. Dokter, dit is mijn tumor. Marion Stevense AIOS Interne Oncologie

Wanneer geen chemo? Sabine Linn Internist-oncoloog NKI-AVL

Kwaliteitsnormen. Blaascarcinoom

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Dutch Surgical Colorectal Audit (DSCA)

INTRA-ARTERIËLE CHEMOTHERAPIE VOOR COLORECTALE LEVER METASTASEN

Samenvatting. Samenvatting

Heeft chirurgie of radiotherapie nog zin bij uitgezaaide prostaatkanker?

Landelijk Contactdag 2017

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom

Radiotherapie bij het gemetastaseerd niercelcarcinoom. Dr Nathalie Meireson Universitaire Radiotherapie Antwerpen 28/02/2013

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21

Oplegger indicatorset Mammacarcinoom verslagjaar 2016

4e Post EAUN Meeting

(Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom. Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam

Transcriptie:

Casuïstiek Curatieve resectie van solitaire claviculametastase Elvira L. Vos 1, Caroline Seynaeve 2, Inge-Marie Obdeijn 3, Marc A.M. Mureau 4, Michiel H.J. Verhofstad 5, Joost Rothbarth 6 1 MSc, Onderzoeker, Afdeling Chirurgie, Erasmus MC Kanker Instituut 2 Dr., Internist Oncoloog, Afdeling Interne Oncologie, Erasmus MC Kanker Instituut 3 Drs., Radioloog, Afdeling Radiologie, Erasmus MC Kanker Instituut 4 Dr., Plastisch Chirurg, Afdeling Plastische Chirurgie, Erasmus MC Kanker Instituut 5 Prof. Dr., Sectorhoofd Traumachirurgie en Traumachirurg, Afdeling Traumachirurgie, Erasmus MC 6 Dr., Oncologisch Chirurg, Afdeling Chirurgie, Erasmus MC Kanker Instituut

Samenvatting Achtergrond Het gemetastaseerd mammacarcinoom wordt beschouwd als niet-curabele ziekte waarbij patiënten alleen in aanmerking komen voor palliatieve systemische behandeling. Bij geselecteerde patiënten met beperkte metastasen wordt echter langdurige ziektevrije overleving beschreven na chirurgische resectie als onderdeel van de multidisciplinaire behandeling. Casus Een 49-jarige vrouw had pijn en een zwelling ter plaatse van haar linker sleutelbeen. Zij was 4 jaar eerder behandeld met mammasparende therapie en adjuvante systemische therapie voor een lobulair mammacarcinoom links (stadium pt1n0m0). Aanvullend beeldvormend onderzoek en histologisch onderzoek van een biopt resulteerden in de diagnose solitaire claviculametastase. Er werd besloten in opzet curatief te behandelen met inductiechemotherapie gevolgd door een mediale clavicularesectie en aanvullende radiotherapie, en een wijziging van de endocriene therapie. Conclusie Een solitaire claviculametastase van een mammacarcinoom is zeldzaam. Bij patiënten met een solitaire ossale metastase van een mammacarcinoom met gunstige prognostische factoren kan chirurgische resectie worden overwogen als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling met curatieve intentie.

Inleiding Een op afstand gemetastaseerd mammacarcinoom wordt in het algemeen beschouwd als een niet curabele ziekte, waarbij patiënten alleen nog in aanmerking komen voor levensverlengende systemische behandeling met behoud van een goede kwaliteit van leven. De rol van de chirurg is in dit stadium doorgaans beperkt tot palliatieve resectie van een metastase. In recente studies werd in een geselecteerde patiëntengroep met beperkte metastasen langdurige ziektevrije overleving beschreven na chirurgische resectie. In dit artikel beschrijven wij de in opzet curatieve resectie van een solitaire claviculametastase bij een multidisciplinair behandelde patiënte met een mammacarcinoom. Ziektegeschiedenis Patiënt A, een 49-jarige vrouw, werd naar ons ziekenhuis verwezen met een solitaire metastase van een mammacarcinoom in de linker clavicula. Patiënte had 4 jaar tevoren een lumpectomie met meenemen van een deel van de M. pectoralis major en een schildwachtklierprocedure ondergaan in verband met een palpabel, tegen de thoraxwand gelegen mammacarcinoom in het laterale bovenkwadrant van de linker mamma. Histopathologisch onderzoek toonde destijds een lobulair mammacarcinoom graad 2 volgens de indeling van Bloom en Richardson, met een diameter van 19 mm, oestrogeenreceptor(er)- en progesteronreceptor(pr)-positief en zonder overexpressie van humane epidermale-groeifactorreceptor (Her2Neu). De resectie ter plaatse van de M. pectoralis major was irradicaal, waarbij re-resectie in het verwijzende ziekenhuis destijds niet meer mogelijk werd geacht. De schildwachtklier toonde geen metastase. Patiënte werd adjuvant behandeld met 6 kuren chemotherapie (docetaxel, doxorubicine en cyclofosfamide (TAC)), locoregionale radiotherapie inclusief een boosterbestraling ter plaatse van de lumpectomieholte (in totaal 70 Gy) en hormonale therapie (2,5 jaar tamoxifen en ten tijde van haar komst naar ons ziekenhuis 1,5 jaar anastrozol). Patiënte kreeg 4 jaar na de diagnose mammacarcinoom last van pijn en een zwelling ter plaatse van haar linker sleutelbeen (figuur 1). Aanvullend onderzoek met computertomografie (CT-scan) van de thorax liet een beeld zien dat verdacht was voor een botmetastase in de linker clavicula (figuur 2). Pro diagnosi werd in het verwijzende ziekenhuis een incisiebiopt verricht, wat gecompliceerd werd door een pathologische claviculafractuur. Histopathologisch onderzoek toonde een lobulair carcinoom, passend bij het eerdere gediagnosticeerde mammacarcinoom. Bij disseminatieonderzoek met CT van de thorax en het abdomen en een PET-scan werden geen andere metastasen gezien. Daarop werd patiënte naar ons ziekenhuis verwezen voor verdere behandeling. Op een MRI-scan van de thoraxapertuur, verricht in ons ziekenhuis, bleek de metastase niet in te groeien in de plexus brachialis, noch in de A. of V. subclavia. In het multidisciplinaire overleg werd besloten deze patiënte met een solitaire metastase in de linker clavicula in opzet curatief te behandelen. Gezien de grootte van de metastase en de ligging in het eerdere radiotherapieveld was in opzet curatieve stereotactische radiotherapie met een dosis van 66-70 Gy in het totale doelgebied niet meer mogelijk.

Daarom werd gekozen voor inductiechemotherapie gevolgd door resectie van de metastase en adjuvante radiotherapie. Ondanks eerdere toediening van docetaxel 4 jaar eerder werd gekozen voor het schema docetaxel in combinatie met capecitabine, aangezien dit een effectief schema is bij gemetastaseerde ziekte. Op de CT-scan van thorax en abdomen werden na de 4 e chemotherapiekuur geen nieuwe metastasen gezien en was de claviculametastase ongewijzigd. 6 weken na de laatste chemotherapiekuur werd een mediale clavicularesectie links en bloc verricht met een huid-subcutiseiland, een deel van de M. pectoralis major en platysma (figuur 3). Het ontstane defect van 9 bij 4 cm werd opgevuld met een vrije, gevasculariseerde radialis-onderarmlap, die werd aangesloten op de A. transversa colli en een zijtak van de V. subclavia. Het postoperatieve herstel was ongecompliceerd. Bij poliklinische controle na 3 weken was de vrije lap ingegroeid (figuur 4), had patiënte geen pijn meer en was er geen noemenswaardige functiebeperking van de linker schouder. Histopathologisch onderzoek toonde een 2 cm groot adenocarcinoom, passend bij een metastase van het lobulaire mammacarcinoom (100% ER-positief, 10% PR-positief, geen overexpressie van Her2Neu) zonder evidente tekenen van therapierespons; de metastase was radicaal verwijderd met 2 mm marge ten opzichte van het craniale snijvlak. Tevens bevatte het preparaat 3 lymfeklieren kleiner dan 5 mm met adenocarcinoommetastasen met extranodale groei. Retrospectief werd 1 van de 3 bewezen pathologische lymfeklieren teruggevonden op de CT-scan. Patiënte kreeg aanvullende radiotherapie op de clavicula en op regionale klierstations, inclusief een boosterbestraling ter plaatse van de gereseceerde mediale clavicula en de 3 lymfekliermetastasen, tot een totale dosis van 60 Gy. Aangezien de claviculametastase zich had gemanifesteerd tijdens adjuvante therapie met anastrozol, werd dit middel gewijzigd in tamoxifen. Patiënte was 7 maanden na de operatie nog steeds klachtenvrij. Beschouwing Afstandsmetastasen van een mammacarcinoom in een laag stadium (stadium I/II) ontstaan bij ongeveer 8-17% van de patiënten binnen 5 jaar.1,2 Van de mammacarcinoommetastasen ontstaat 41% als eerste in het bot, 22% in de long, 7% in de lever en 7% in de hersenen.1 Het gemetastaseerde mammacarcinoom (stadium IV) heeft een gemiddelde 5-jaarsoverleving van 24%.3 In dit stadium wordt het algemeen beschouwd als niet-curabele ziekte, waarbij patiënten nog slechts in aanmerking komen voor levensverlengende systemische behandeling. In een geselecteerde groep, met name patiënten met een solitaire metastase, lijkt curatie mogelijk met lokale behandeling als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling. Zo is bij geselecteerde groepen patiënten een 5-jaarsoverleving gerapporteerd van ongeveer 40% na resectie van geïsoleerde levermetastasen van een mammacarcinoom en van 60% na resectie van geïsoleerde longmetastasen.4,5 Ook stereotactische radiotherapie als lokale therapie voor oligometastasen van mammacarcinoom kan leiden tot een 5- jaarsoverleving van rond de 50%.6 Literatuur over curatieve resectie van botmetastasen van

mammacarcinoom is schaars. De mediane overleving van patiënten met ossaal gemetastaseerd mammacarcinoom is 24-35 maanden.7,8 Prognostisch gunstige factoren zijn: aanwezigheid van ER in de tumor, een ziektevrij interval > 3 jaar, geen andere locaties met metastasen en niet-afwijkende waarden van serologische tumormarkers ( cancer antigen Ca15-3 en carcino-embryonaal antigeen (CEA)).9 De behandeling bestaat doorgaans uit levensverlengende systemische behandeling en in geval van symptomatische metastasen of een dreigende pathologische fractuur palliatieve radiotherapie of chirurgische resectie. In een cohort van patiënten met een ossaal gemetastaseerd mammacarcinoom had 41% van de patiënten een solitaire botmetastase.10 Deze patiëntengroep heeft met een 5- jaarsoverleving van ongeveer 40% een beduidend gunstigere prognose dan patiënten met multipele (bot)metastasen; om die reden kan lokale behandeling van patiënten met een solitaire metastase zinvol zijn.10,11 Een solitaire claviculametastase is zeldzaam en voor zover wij weten is de presentatie en de in opzet curatieve behandeling niet eerder beschreven in de literatuur. Onze patiënte had een solitaire ossale metastase van een mammacarcinoom met prognostisch gunstige factoren, maar bij haar was stereotactische radiotherapie niet meer mogelijk. Wij denken dat resectie bij dergelijke patiënten met beperkte morbiditeit, indien technisch haalbaar, zinvol kan zijn en kan worden overwogen als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling. Conclusie Bij patiënten met een solitaire ossale metastase van een mammacarcinoom met gunstige prognostische factoren kan chirurgische resectie worden overwogen als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling met curatieve intentie. Leerpunten Een solitaire claviculametastase van mammacarcinoom is zeldzaam. Chirurgische resectie van een solitaire ossale metastase van mammacarcinoom kan overwogen worden bij patiënten met gunstige prognostische factoren. In opzet curatieve behandeling van solitaire ossale metastasen vereist een multidisciplinaire aanpak.

Literatuur 1 Berman AT, Thukral AD, Hwang WT, Solin LJ, Vapiwala N. Incidence and patterns of distant metastases for patients with early-stage breast cancer after breast conservation treatment. Clin Breast Cancer. 2013;13:88-94. 2 Santiago RJ, Wu L, Harris E, et al. Fifteen-year results of breast conserving surgery and definitive irradiation for Stage I and II breast carcinoma: the University of Pennsylvania experience. Int J Radiat Oncol Biol Phys. 2004;58:233-40. 3 Surveillance, Epidemiology, and End Results Program (SEER). SEER Stat fact sheets: breast cancer. http://seer.cancer.gov/statfacts/html/breast. html, geraadpleegd op 8 april 2014. 4 Van Walsum GA, de Ridder JA, Verhoef C, et al. Dutch Liver Surgeons G. Resection of liver metastases in patients with breast cancer: survival and prognostic factors. Eur J Surg Oncol. 2012;38:910-7. 5 Meimarakis G, Ruttinger D, Stemmler J, et al. Prolonged overall survival after pulmonary metastasectomy in patients with breast cancer. Ann Thorac Surg. 2013;95:1170-80. 6 Milano MT, Katz AW, Zhang H, Okunieff P. Oligometastases treated with stereotactic body radiotherapy: long-term follow-up of prospective study. Int J Radiat Oncol Biol Phys. 2012;83:878-86. 7 Coleman RE, Rubens RD. The clinical course of bone metastases from breast cancer. Br J Cancer. 1987;55:61-6. 8 Jacobson AF, Shapiro CL, Van den Abbeele AD, Kaplan WD. Prognostic significance of the number of bone scan abnormalities at the time of initial bone metastatic recurrence in breast carcinoma. Cancer. 2001;91:17-24. 9 James JJ, Evans AJ, Pinder SE, et al. Bone metastases from breast carcinoma: histopathological - radiological correlations and prognostic features. Br J Cancer. 2003;89:660-5. 10 Koizumi M, Yoshimoto M, Kasumi F, Ogata E. Comparison between solitary and multiple skeletal metastatic lesions of breast cancer patients. Ann Oncol. 2003;14:1234-40. 11 Wegener B, Schlemmer M, Stemmler J, Jansson V, Durr HR, Pietschmann MF. Analysis of orthopedic surgery of bone metastases in breast cancer patients. BMC Musculoskelet Disord. 2012;13:232.

FIGUUR 1 Foto s van de linker clavicula van patiënt A na een incisiebiopsie van de zwelling ter plaatse van de clavicula (afgedrukt met toestemming van belanghebbende).

FIGUUR 2 CT-scan van patiënt A ter hoogte van het tweede thoracale wervellichaam. De linker clavicula vertoont een fractuur. Het mediale deel van de linker clavicula heeft een abnormaal sclerotisch aspect dat past bij een botmetastase.

FIGUUR 3 Operatiefoto s van patiënt A, die een in opzet curatieve resectie onderging van een solitaire metastase van mammacarcinoom in de linker clavicula. (a) Het doornemen van de linker clavicula lateraal van de metastase; (b) resectiepreparaat van de mediale linker clavicula en bloc met een huidsubcutiseiland, een deel van de M. pectoralis major en platysma.

FIGUUR 4 Patiënt A, 3 weken na resectie van de mediale clavicula en opvulling van het defect met een vrije, gevasculariseerde radialis-onderarmlap. De onderarmlap is ingegroeid.