Delftse methode. Woordenlijst per les Nederlands - Indonesisch. a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z. Basiscursus Nederlands, deel 1



Vergelijkbare documenten
de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Delftse methode. Woordenlijst. Basiscursus Nederlands, deel 1 en 2. A.G. Sciarone, P.J. Meijer. Nederlands - Indonesisch. nieuwe woorden per les

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

Les 35. Een nieuw paspoort

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

1. De verjaardag OPDRACHT 1. OPDRACHT 2 1. b) niet waar 2. a) waar 3. b) niet waar 4. a) waar 5. b) niet waar

De Delftse methode Nederlands voor buitenlanders. Woordenlijst Indonesisch Vertaald door Eka Budiarto

Nederlands voor buitenlanders

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

NAAR NEDERLAND HANDLEIDING

Perajaan Natal ini kami Bestir PABAN bersama Kelompok Kerdja Perajaan Natal pakai tema LAIN LIHAT LAIN

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Een retour Rotterdam

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

Wat eten we vanavond?

Februari Beste Pabanleden,

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Ga naar

Iris marrink Klas 3A.

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Ga naar

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Hierbij ontvangt u onze nieuwsbrief. Deze nieuwsbrief verschijnt in de schoolweken elke vrijdag en is ook te lezen op onze site

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Wat kan ik voor u doen?

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Let s Be Joyful! J A A R G A N G 2 6 N U M M E R 1 J A N U A R I

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1954 No. 126

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Jaargang 28 Nummer 3 JULI 2012

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 4 WONEN

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek

Spreekopdrachten thema 7 Werken

Oefenzinnen module 1. Oefenzinnen module 2. Luister goed en schrijf de zin op.

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Voor jou. Verhalen van mantelzorgers. Anne-Rose Hermer

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Ria Massy. De taart van Tamid

Verslag over de training kinderen van de Aarde. Kinderen van de Aarde, program 2017

Melkweg. Goede reis. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Reizen

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

Jaargang 33 editie 4 oktober 2017

Cursus Indonesisch = taalavontuur

Thema In en om het huis.

Het thema van deze les is Gezondheid. Dit is Les 1 Beginners. Een afspraak maken

Cursus Maleisisch = taalavontuur

MODULE 1 OPDRACHT 16. OPDRACHT heten 2. heet 3. heet 4. heten 5. heet 6. heten 7. heet 8. heet 9. heten 10. heet

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

STAATSBLAD VAN NEDERLANDSCH.INDIE 1931/No.509 LOODWIT Tegengaan van het gebruik van droog loodwit, ("Loodwitordonnantie"). IN NAAM DER KONINGIN

Aanvraagformulier toetreding tot de Islam Formulir permohonan masuk Islam

de andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren.

Niet door eigen kracht of macht zal hij slagen zegt de HEER van de hemelse machten maar met de hulp van mijn geest.

Het thema van deze les is Op zoek naar werk. Dit is les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel.

Gezond thema: DE HUISARTS

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

All I Want for Christmas is You! (Lucas 2: 8-20) JAARGANG 31 NUMMER 1 JANUARI 2015

Peter Leiwakabessy en Caroline den Breejen. op 1 juni 2012 in de Grote Kerk te Sliedrecht

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen

Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken

Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag.

Thema Gezondheid. Les 3. De huisarts

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Antwoorden Thema 5 woonomgeving. Oefening mag 2. moest 3. Mag 4. moeten 5. Mag 6. moeten 7. moet 8. mogen 9. mocht 10.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts

2.7 In de supermarkt **

Werkwoordoefeningen bij les 5

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Schrijfoefeningen Onderweg

160. Bijbelstudie over AKU ADA IK BEN EGO EIMI - ἐγὼ εἰμί

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -

Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek

TOETS NT2-1 schrijven. Goed voorbereid slagen. voor het staatsexamen NT2 programma 1. Opgavenboekje nr. 1 SCHRIJVEN. niveau B1. tijdsduur: 120 minuten

Wie ben jij? HOOFDSTUK 1 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik... Paula. a heet b naam kom je vandaan? a Hoe b Waar

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Les 4. De fysiotherapeut.

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

Transcriptie:

Delftse methode Basiscursus Nederlands, deel 1 A.G. Sciarone, P.J. Meijer Woordenlijst per les Nederlands - Indonesisch deze woordenlijst hoort bij de lesteksten van basiscursus 1 Delftse methode: boek, audio-cd, CD-ROM ISBN 978 90 5352 955 3 te bestellen via www.nt2.nl of per telefoon 020-520 01 26 alle woordenlijsten bij deze cursus kunt u gratis downloaden via www.nt2.nl Technische Universiteit Delft Copyright 2012 Boom uitgevers 1

Nederlands Indonesisch deel 1 les 01-1 het adres alamat ben adalah Duitse warga jerman heet bernama hoe bagaimana ik saya in di is adalah je (= jij) kamu jij (=je) kamu jouw -mu mijn -ku de naam nama de nationaliteit kewarganegaraan het nummer nomor de Stationsstraat jalan stasiun het telefoonnummer nomor telpon waar dimana wat apakah woon tinggal deel 1 les 01-2 dag de Denemarken geen heb kom komt de meneer Nederland halo kata sandang Denmark tidak punya datang datang bapak Belanda 2

nee bukan, tidak niet tidak pas baru saja de stad kota de straat jalan de telefoon telpon u anda uit dari uw - anda vlakbij dekat welke yang mana woont tinggal deel 1 les 01-3 haar -nya (perempuan) het kata sandang hij dia (laki laki) ook juga van dari zij (zij heet Anne) dia (perempuan) zijn (zijn adres) -nya (laki laki) deel 1 les 02-1 achter de broer dat (dat ben ik) dit de dochter drie een één (= 1) en de familie de foto geleden hebben di belakang saudara laki laki itu ini anak perempuan tiga sebuah satu dan keluarga foto yang lalu mempunyai 3

helemaal het (het is) jaar de jongen de jongens kijk de kinderen links het meisje mij de moeder naast oude de ouders rechts staat tien twee de vader ziet zonen de zus paling kata sandang tahun laki laki muda laki laki muda (jamak) lihat anak-anak kiri gadis saya ibu di sebelah tua orang tua (jamak) kanan berdiri sepuluh dua ayah lihat anak laki laki (jamak) saudara perempuan deel 1 les 02-2 dan (ouder dan) jongste het kind ouder oudste wie daripada paling muda anak lebih tua paling tua siapa deel 1 les 02-3 dat (ik hoop dat) dus erg Frankrijk itu jadi sangat Perancis 4

getrouwd heeft hier hoop je (je moeder) komen kort lieve lukt mag mis misschien naar de oom sinds de tante vorig de vrouw wonen ze (ze wonen) ze (ze komt) menikah mempunyai ke sini berharap kamu datang baru baru saja yang baik berhasil bolehkah rindu mungkin ke paman sejak bibi yang lalu istri tinggal mereka mereka deel 1 les 03-1 half hoe laat het kwart de minuten negen over het uur vijf voor (kwart voor acht) setengah pukul berapa seperempat menit (jamak) sembilan lebih pukul lima kurang deel 1 les 03-2 acht afgelopen delapan selesai 5

begint bel de boodschappen de bus het deel doe (doe boodschappen) drink eerder eet elf eten gaan de koffie de krant leer lees de les luister maak maak klaar (klaarmaken) de middag 's middags Nederlandse neem (neem de bus) nog de ochtend 's ochtends de oefening of om (om 7 uur) de pauze praat de school soms sta op (opstaan) de tekst thuis de TV twaalf vier de vriend de vriendin vroeg we weer (we gaan weer) mulai menelefon berbelanja bis bagian melakukan minum lebih awal makan sebelas makanan pergi kopi surat kabar mempelajari membaca pelajaran mendengarkan membuat menyiapkan siang siang hari Belanda mengambil masih pagi pagi hari latihan atau pada istirahat bercakap-cakap sekolah kadang-kadang bangun teks (di -) rumah televisi dua belas empat teman laki laki teman perempuan awal kami, kita lagi 6

zes zeven enam tujuh deel 1 les 03-3 de avond 's avonds het bed behalve bijna het café die (mensen die) donker ga het huis iedereen wordt licht (het wordt licht) de mensen moe de nacht 's nachts niemand nieuws slaap slaapt stil tot (tot zes uur) wakker werken worden malam malam hari tempat tidur kecuali hampir kafe yang gelap pergi rumah semua orang menjadi terang orang (jamak) lelah tengah malam tengah malam hari tak seorangpun berita tidur tidur sunyi sampai terjaga bekerja menjadi deel 1 les 04-1 al alweer april augustus de dagen sudah sudah lagi April Agustus hari (jamak) 7

dan (= op dat moment) december echt één (één jaar = 1 jaar) eerste het eind er (staat er) februari de herfst januari juli juni koud de lente de maand de maanden maart mei minder november oktober op (op vakantie) regent de scholen september sluiten steeds vaak de vakantie vanaf veel verdwijnt warmer de weken wel de wind de winter de zomer de zon daripada Desember sungguh satu yang pertama akhir disitu (kata sandang) Pebruari musim gugur Januari Juli Juni dingin musim semi bulan bulan (jamak) Maret Mei lebih berkurang Nopember Oktober ke turun hujan sekolah (jamak) September tutup semakin sering liburan mulai dari banyak menghilang lebih hangat minggu (jamak) memang angin musim dingin musim panas matahari deel 1 les 04-2 8

beginnen dimulai dinsdag selasa donderdag kamis duurt berlangsung eindigen berakhir de keer kali laatste yang terakhir lang lama de lessen pelajaran (jamak) maandag senin meestal biasanya morgen besok noemen menamakan op (op maandag) ke telt terdiri dari tweede kedua vandaag hari ini vrijdag jumat de week minggu het weekend akhir pekan de werkdagen hari-hari kerja woensdag rabu zaterdag sabtu zondag minggu deel 1 les 04-3 als (hetzelfde als) bij binnen elkaar geweest gisteren hem het laatst hetzelfde het land maar maar (maar net) net seperti di dalam satu sama lain telah berada kemarin dia (laki laki) yang terakhir kali yang sama negara tetapi tetapi baru saja 9

paar ver volgende voor (voor het laatst) vorige wanneer weet zag zien beberapa jauh yang berikutnya kurang yang lalu kapan tahu melihat melihat deel 1 les 05-1 de aardappelen het avondeten het bier het brood daarna drinken eerst het glas de groenten de jam de kaas de kop de lunch de melk natuurlijk het ontbijt opnieuw de rijst de soep de suiker de thee tijdens de vis het vlees warm het water de wijn zonder kentang (jamak) makan malam bir roti setelahnya minum pertama gelas sayur mayur selai keju semangkuk makan siang susu tentu saja sarapan pagi sekali lagi nasi sup gula the saat ikan daging hangat air anggur tanpa 10

deel 1 les 05-2 het bord daar drinkt duur in plaats van de markt omdat per rond tenslotte vervolgens waarom zo (zo duur) sepiring disana minum mahal sebagai ganti dari pasar karena tiap sekitar pada akhirnya selanjutnya mengapa seberapa deel 1 les 05-3 alle andere beetje de cafés dat (dat is) dat (dat café) de dorst druk (het is druk) eigenlijk enige erbij de gesprekken iets ja jullie de kerk kun laten mogelijk o semua yang lain sedikit kafe (jamak) itu itu haus ramai sebenarnya satu-satunya bersamanya percakapan (jamak) sesuatu ya kalian gereja dapat mari mungkin o 11

open buka praten berbicara de sport olah raga sterke yang kuat tegenover di seberang de voetbal sepak bola vooral terutama de vrouwen wanita (jamak) waarover tentang apa zijn (zij zijn) -nya (laki laki) zullen akan zwart hitam deel 1 les 06-1 aan (aan het eind) anders bedoel bedoelt dan (in dat geval) dank u wel deze die ( die straat) die (die vertrekt) elke graag gedaan de kant het kwartier langs liever loop loopt lopen de mevrouw moet neemt om (om het kwartier) ongeveer rechtdoor het station vertrekt pada kalau tidak maksud maksud daripada terima kasih ini yang yang setiap dengan senang hati sisi seperempat jam lewat lebih baik jalan berjalan berjalan ibu harus mengambil pada kira kira lurus stasiun berangkat 12

vijftien wachten de weg lima belas menunggu jalan deel 1 les 06-2 aan (vragen aan) de buurt de conducteur gaat heen het beste de hoek kunt de lijn nemen op (op de hoek) op (wacht op) het raam staan stap uit (uitstappen) stopt de tram vóór vraagt bertanya kepada lingkungan kondektur pergi ke terbaik sudut dapat jalur mengambil ke menunggu jendela berdiri turun berhenti trem di depan bertanya deel 1 les 06-3 de auto bezoek (op bezoek) daarop de hal de ingang de intercity nergens overal overstappen het perron mobil mengunjungi padanya ruangan besar pintu masuk kereta antar kota-kota besar tidak dimanapun dimana-mana pindah peron 13

de perrons te (te lang) de tijden toe de trein tussen de vrienden welk ze peron (jamak) terlalu waktu (jamak) (ke-) arah kereta antara teman-teman yang mana mereka deel 1 les 07-1 de baan doen geeft het geld de gemeente gevonden hebt hoeft leeft nodig probeer te (te werken) toch trouwens de uitkering vinden waarvan het werk werkt wilt zodra zoek pekerjaan melakukan memberi uang kotapraja menemukan mempunyai perlu hidup butuh mencoba terlalu kan sesungguhnya tunjangan menemukan darimana pekerjaan bekerja ingin segera setelah mencari deel 1 les 07-2 de afdeling bagian 14

als (wanneer) de belasting het centrum dat wil zeggen door (door de belasting) de euro het fruit de groente hele hoeveel juiste krijg leg lekker leuk lijkt me meer netto om (om je heen) parttime de plaats (op de juiste plaats) de premie de supermarkt verdien verkoop (verkopen) volle vragen het ziekenfonds seperti pajak pusat maksudnya oleh karena euro buah sayuran sepanjang berapa yang benar mendapat meletakkan enak menyenangkan sepertinya saya lebih bersih pada paruh waktu tempat premi supermarket menghasilkan menjual penuh bertanya asuransi kesehatan deel 1 les 07-3 het aantal belangrijk bezig buiten daarom gemakkelijk het gesprek hard iedere beberapa penting sibuk di luar karenanya mudah percakapan keras setiap 15

in elk geval inderdaad ken kent klein leren de manier moeilijk moeten Nederlands nieuwe nu het ogenblik snel vind vindt voer (voer een gesprek) de woorden zeer zeker di setiap kejadian tentu sja mengenal kenal kecil belajar cara sulit harus bahasa Belanda yang baru sekarang saat cepat menemukan menemukan melakukan ( sebuah percakapan) kata kata sangat pasti deel 1 les 08-1 alstublieft het bedrag betaal betaald betaalt betalen drukken groene intoetsen ja hoor kan de knop kost krijgt mogen het momentje de ober silakan jumlah membayar membayar membayar membayar menekan yang hijau memijit ya tentu dapat tombol berharga mendapat boleh sebentar pelayan 16

oké de pincode pinnen de pinpas de portemonnee de prijs de rekening terug vergeten wij willen baik kode pin menggunakan kartu pin kartu pin dompet harga rekening kembali lupa kami ingin deel 1 les 08-2 de acceptgirokaart af gaat (afgaan) automatisch het bedrijf de betaling doet eens (eens per twee maanden) het energiebedrijf de envelop het gas gebeurt de handtekening de huur licht (gas en licht) de machtiging niets de post de telefoonrekening verstuurt vult in (invullen) zelf zet (zet je handtekening) kartu pembayaran diambil secara otomatis perusahaan pembayaran melakukan sekali perusahaan enerji amplop gas terjadi tanda tangan sewa rumah listrik kuasa tidak ada stond niet in de tekst pos rekening telpon mengirim mengisi sendiri membubuhkan deel 1 les 08-3 17

alleen altijd bijvoorbeeld het biljet de biljetten contant de dingen de eurocent gepast heel kleine kleiner men de munten probeert teveel weinig zoekt hanya selalu misalnya uang kertas uang kertas ( jamak) kontan hal-hal sen euro pas sangat yang kecil lebih kecil orang uang koin (jamak) mencoba terlalu banyak sedikit mencari deel 1 les 09-1 de bevolking bijzondere dichte er (daar) het gebied God grootste groter de helft de kilometer liggen ligt maakte de Nederlanders de Nederlandse Antillen noord het noorden oost penduduk yang istimewa yang padat disitu (kata sandang) bagian Tuhan terbesar lebih besar separuh kilometer terletak terletak membuat orang Belanda (jamak) Belanda Antiles utara sebelah utara timur 18

sebelah timur paspor propinsi (jamak) beberapa orang kota (jamak) setidaknya terbagi membentuk dahulu adalah dunia sebelah barat Eropa Barat di- laut selatan sebelah selatan het oosten het paspoort de provincies sommigen de steden tenminste verdeeld vormden vroeger was de wereld het westen West-Europa wordt zee zuid het zuiden deel 1 les 09-2 bereiken de berg de bergen betekent dichtste gebruiken het gevolg hoger hoog kunnen makkelijk de meter o.a. (= onder andere) onder andere de plaats slechts vlak zoveel dicapai gunung gunung (jamak) berarti terpadat menggunakan akibat lebih tinggi tingginya dapat mudah meter antara lain antara lain tempat hanya datar sebanyak deel 1 les 09-3 19

bang beschermen dezelfde de dijken het gebrek het gebruik het gevaar de grond grote hoge de hoogte houden tegen (tegenhouden) laag lage lager liep (liep onder water) de meren om (om die reden) ontstaat de reden rijk aan de rivieren slecht de stukken toen het weer zelfs takut melindungi sama bendungan (jamak) kekurangan digunakan bahaya tanah yang besar yang tinggi ketinggian menahan rendah yang rendah lebih rendah mengalami danau (jamak) pada timbul alasan (kaya -) akan sungai (jamak) jelek potongan (jamak) pada waktu itu lagi bahkan deel 1 les 10-1 de afspraak bent de dokter ervoor de huisarts maken om (om te gaan) het spreekuur janji adalah dokter untuk itu dokter umum membuat untuk jam periksa 20

telefonisch (per telefoon) tot (wacht tot) wacht ziek zorg (zorg ervoor) melalui telpon sampai menunggu sakit pastikan deel 1 les 10-2 de apotheek de arm het been blijft de borst de buik gebeld de griep haalt de hals de hand het hart helpt hiermee de keel kijkt de knie de koorts de man de/het medicijn de mond de nek de neus onderzoekt het oog het oor de pijn de pols het recept de rug de schouder de teen tegen apotik lengan kaki (dari lutut sampai tumit) tinggal dada perut menelpon flu mengambil leher tangan jantung membantu dengan ini tenggorokan melihat lutut demam suami obat mulut tengkuk hidung memeriksa mata telinga sakit pergelangan tangan resep punggung bahu jari kaki terhadap 21

de vinger voelt de voet voorlopig zal zegt jari tangan merasakan kaki sementara akan berkata deel 1 les 10-3 bekend doe aan fietst gezond hun de kans de last leef nou de oorzaken de problemen regelmatig sporten tegenwoordig verkeerd voldoende vreemd wél word ziekte zitten diketahui melakukan bersepeda sehat - mereka kemungkinan gangguan hidup yah penyebab (jamak) masalah (jamak) secara teratur berolahraga jaman sekarang salah cukup aneh benar menjadi penyakit duduk deel 1 les 11-1 alles goed hoewel koop de korting semua baik walaupun membeli potongan 22

sluit terwijl want tutup pada saat karena deel 1 les 11-2 anderhalve betere de broden de eieren enz. (=enzovoort) de fles de frisdrank gekocht gele goede groot houden van de kilo de kleren de kleuren kopen de kwaliteit de lijst de olie het papier de paprika rode de schoenen schrijf het stuk vergeet verschillende voorkom het warenhuis witte zulke satu setengah lebih baik roti (jamak) telur (jamak) dll (dan lain lain) botol minuman segar membeli yang kuning yang baik besar menyukai kilo pakaian (jamak) warna (jamak) membeli kualitas daftar minyak kertas paprika yang merah sepatu (jamak) menulis sepotong melupakan berbeda mencegah toserba yang putih seperti itu deel 1 les 11-3 23

de appels duurder eens (een keer) genoeg goedkoper harde lekkerder ligt eraan de prijzen het soort liggen vast veranderen vergelijken verschillend voordeliger waren de winkel apel (jamak) lebih mahal sekali cukup lebih murah yang keras lebih enak tergantung harga-harga macam tetap berubah membandingkan yang berbeda lebih menguntungkan adalah toko deel 1 les 12-1 de brief de cent daarvoor eigen express gewone krijgen opnemen overmaken het pakje de papieren het postkantoor de postzegel de postzegels storten de strippenkaart sturen terecht (kunnen terecht) surat sen untuk itu pribadi kilat yang biasa mendapat mengambil memindahkan bungkusan kecil surat-surat kantor pos perangko perangko (jamak) menyetor kartu berstrip-strip (untuk bis/tram) mengirim di tempat yang tepat 24

versturen weegt wegen zware mengirim menimbang menimbang yang berat deel 1 les 12-2 aanvragen het berichtje het formulier helpen invullen klaar minimaal het moment openen het pakketje het salaris mengajukan pesan kecil formulir membantu mengisi selesai minimal sebentar membuka paket kecil gaji deel 1 les 12-3 de achternaam algemene de bankpas beantwoordt begrijp het bericht enkele even fijn de gegevens het geslacht gratis het huisnummer ingevuld kijken in orde de personen nama keluarga umum kartu atm menjawab mengerti kabar beberapa sebentar baik data-data jenis kelamin gratis nomor rumah mengisi lihat beres orang (jamak) 25

persoonlijke de postcode sparen speciale tot ziens uzelf via de voornamen de woonplaats zo n yang pribadi kode pos menabung yang special sampai jumpa dirimu sendiri melalui nama nama di depan nama keluarga tempat tinggal yang begitu deel 1 les 13-1 aardig de bakker draag de fiets lopend neem mee (meenemen) de slager de tas vol lumayan tukang roti menenteng sepeda jalan kaki membawa tukang daging tas penuh deel 1 les 13-2 de afstand het gedeelte de metro mooi nieuw rijden straks de wijk jarak bagian metro bagus baru berkendaraan nanti kawasan deel 1 les 13-3 26

aanwezig hadir bovendien selain itu komen aan (aankomen) tiba later kemudian nooit tidak pernah ons - kami parkeren memarkir het probleem masalah sneller lebih cepat vanuit dari het vertrek keberangkatan het vliegtuig pesawat udara deel 1 les 13-4 de automaat mesin boven di atas hoe... hoe bagaimana het kaartje tiket korte yang pendek het loket loket de reis perjalanan reist bepergian de rit perjalanan stapt naik stempel af (afstempelen) menyetempel de stempelautomaat mesin stempel de strippen strip (jamak) verder lebih lanjut vertel ceritakan als volgt sebagai berikut de zonekaart 0 deel 1 les 14-1 27

de flat flat het huurhuis rumah sewa de kamers kamar sewa de oma nenek onze - kami oud tua studeert kuliah de zoon anak laki laki deel 1 les 14-2 de badkamer het balkon derde de deur door (door de deur) de 3-kamerflat de 2-kamerflats de keuken de lift omhoog de slaapkamer de slaapkamers de verdiepingen de woning de woonkamer kamar mandi balkon ketiga pintu oleh karena kamar flat kamar flat (jamak) dapur lift ke atas kamar tidur kamar tidur (jamak) lantai (jamak) tempat tinggal ruang keluarga deel 1 les 14-3 beneden de eerste (1e) de etage huren de kamer net (net als ik) samen (wonen samen) de trap zij (die mensen) di bawah pertama tingkat menyewa kamar baru saja bersama tangga dia (perempuan) 28

deel 1 les 15-1 de basisschool brengt de crêche de groep halen kleinsten de leerlingen lezen oudere de oudsten rekenen schrijven spelen tekenen vrij woensdagmiddag zingen zit (zit op school) zitten (in groep 1 zitten) het zusje sekolah dasar mengantar penitipan grup menjemput anak-anak paling kecil murid (jamak) membaca yang lebih tua anak-anak paling tua berhitung menulis bermain menggambar libur rabu siang bernyanyi duduk duduk adik perempuan deel 1 les 15-2 algemeen de anderen bepaalt het beroep het beroepsonderwijs direkt de havo de keuze kiest kiezen de klas umum yang lainnya menentukan kejuruan pendidikan kejuruan langsung sekolah menengah umum untuk persiapan sekolah tinggi pilihan memilih memilih kelas 29

na het onderwijs opleiding de opleidingen de politieagent de politieschool het resultaat sommige de toets het vmbo volg het vwo setelah sekolah pendidikan pendidikan (jamak) petugas polisi sekolah polisi hasil beberapa ujian sekolah menengah kejuruan mengikuti sekolah menengah umum untuk persiapan universitas deel 1 les 16-1 allerlei bedoelen bepaald het bestuur het dorp de dorpen gekregen de huurwoning iemand de informatie de inwoners overleden trouwen waarvoor weten berbagai maksud tertentu pemerintah desa desa (jamak) mendapat tempat tinggal sewa seseorang informasi penduduk (jamak) meninggal menikah untuk apa mengetahui deel 1 les 16-2 het afval allemaal de belastingen bestuurt sampah semua pajak (jamak) memerintah 30

de brandweer de burgemeester de cultuur daarvan gemeentelijke de gemeenteraad het hoofd horen bij de hulp het parlement de politie de raad samen met de sportclubs de wethouders de woningen zorgt voor pemadam kebakaran walikota kebudayaan dari itu yang bersangkutan dengan kotapraja dewan perwakilan kotapraja kepala termasuk dalam bantuan parlemen polisi dewan bersama (- dengan) klub olahraga (jamak) pemegang hukum (jamak) tempat tinggal (jamak) mengurus 31