Werkwoordoefeningen bij les 5

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Werkwoordoefeningen bij les 5"

Transcriptie

1 Werkwoordoefeningen bij les 5 Werkwoordoefening 1 1 Ik loop. Ik liep. 2 Ik loop naar huis. Ik liep naar huis. 3 Ik loop op straat. Ik liep op straat. 4 Ik ga naar school. Ik ging naar school. 5 Ik ga naar de stad. Ik ging naar de stad. 6 Ik ga naar mijn vriend. Ik ging naar mijn vriend. 7 Ik sluit de deur. Ik sloot de deur. 8 Ik sluit de auto. Ik sloot de auto. 9 Ik sluit het raam. Ik sloot het raam. 10 Ik schrijf een boek. Ik schreef een boek. 11 Ik schrijf een brief. Ik schreef een brief 12 Ik schrijf met een pen. Ik schreef met een pen. 13 Jij (m) loopt. Jij (m) liep. 14 Jij (v) loopt naar huis. Jij (v) liep naar huis. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 1 van 12

2 15 Jij (m) loopt op straat. Jij (m) liep op straat. 16 Jij (v) gaat naar school. Jij (v) ging naar school. 17 Jij (m) gaat naar de stad. Jij (m) ging naar de stad. 18 Jij (v) gaat naar jouw vriend. Jij (v) ging naar jouw vriend. 19 Jij (m) sluit de deur. Jij (m) sloot de deur. 20 Jij (v) sluit de auto. Jij (v) sloot de auto. 21 Jij (m) sluit het raam. Jij (m) sloot het raam. 22 Jij (v) schrijft een boek. Jij (v) schreef een boek. 23 Jij (m) schrijft een brief. Jij (m) schreef een brief. 24 Jij (v) schrijft met een pen. Jij (v) schreef met een pen. Werkwoordoefening 2 1 Ik zeg je gedag. Ik zei je gedag. 2 Ik zeg het je nog een keer. Ik zei je het nog een keer. 3 Ik zeg het je vandaag. Ik zei het je gisteren. 4 Ik drink thee. Ik dronk thee. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 2 van 12

3 5 Ik drink melk. Ik dronk melk. 6 Ik drink koffie. Ik dronk koffie. 7 Ik drink water. Ik dronk water. 8 Ik zie hem. Ik zag hem. 9 Ik zie de jongen. Ik zag de jongen. 10 Ik zie het meisje. Ik zag het meisje. 11 Ik zie het oude huis. Ik zag het oude huis. 12 Ik zie jullie. Ik zag jullie. 13 Ik zie hen. Ik zag hen. 14 Jij (v) zegt gedag. Jij (v) zei gedag. 15 Jij (m) zegt het mij nog een keer. Jij (m) zei het mij nog een keer. 16 Jij (v) zegt het vandaag. Jij (v) zei het vandaag. 17 Jij (m) zegt nee. Jij (m) zei nee. 18 Jij (v) zegt ja. Jij (v) zei ja. 19 Jij (m) drinkt thee. Jij (m) dronk thee. 20 Jij (v) drinkt melk. Jij (v) dronk melk. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 3 van 12

4 21 Jij (m) drinkt koffie. Jij (m) dronk koffie. 22 Jij (v) drinkt water. Jij (v) dronk water. 23 Jij (m) opent de deur. Jij (m) opende de deur. 24 Jij (v) opent de auto. Jij (v) opende de auto. Werkwoordoefening 3 1 Zij zegt je gedag. Zij zei je gedag. 2 Zij zegt het je nog een keer. Zij zei je het nog een keer. 3 Zij zegt het je vandaag Zij zei het je gisteren. 4 Zij drinkt thee. Zij dronk thee. 5 Zij drinkt melk. Zij dronk melk. 6 Zij drinkt koffie. Zij dronk koffie. 7 Zij drinkt water. Zij dronk water. 8 Zij ziet hem. Zij zag hem. 9 Zij ziet de jongen. Zij zag de jongen. 10 Zij ziet het meisje. Zij zag het meisje. 11 Zij ziet het oude huis. Zij zag het oude huis. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 4 van 12

5 12 Zij ziet jullie. Zij zag jullie. 13 Zij ziet hen. Zij zag hen. 14 Hij zegt gedag Hij zei gedag. 15 Hij zegt het mij nog een keer. Hij zei het mij nog een keer. 16 Hij zegt het vandaag. Hij zei het vandaag. 17 Hij zegt nee. Hij zei nee. 18 Hij zegt ja. Hij zei ja. 19 Hij drinkt thee. Hij dronk thee. 20 Hij drinkt melk. Hij dronk melk. 21 Hij drinkt koffie. Hij dronk koffie. 22 Hij drinkt water. Hij dronk water. 23 Hij opent de deur. Hij opende de deur. 24 Hij opent de auto. Hij opende de auto. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 5 van 12

6 Werkwoordoefening 4 1 Wij zeggen je gedag. Wij zeiden je gedag. 2 Wij zeggen het je nog een keer. Wij zeiden je het nog een keer. 3 Wij zeggen het je vandaag. Wij zeiden het je gisteren. 4 Wij drinken thee. Wij dronken thee. 5 Wij drinken melk. Wij dronken melk. 6 Wij drinken koffie. Wij dronken koffie. 7 Wij drinken water. Wij dronken water. 8 Wij zien hem. Wij zagen hem. 9 Wij zien de jongen. Wij zagen de jongen. 10 Wij zien het meisje. Wij zagen het meisje. 11 Wij zien het oude huis. Wij zagen het oude huis. 12 Wij zien jullie. Wij zagen jullie. 13 Wij zien hen. Wij zag hen. 14 Jullie zeggen gedag. Jullie zeiden gedag. 15 Jullie zeggen het mij nog een keer. Jullie zeiden het mij nog een keer. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 6 van 12

7 16 Jullie zeggen het vandaag. Jullie zeiden het vandaag. 17 Jullie zegt nee. Jullie zeiden nee. 18 Jullie zeggen ja. Jullie zeiden ja. 19 Jullie drinken thee. Jullie dronken thee. 20 Jullie drinken melk. Jullie dronken melk. 21 Jullie drinken koffie. Jullie dronken koffie. 22 Jullie drinken water. Jullie dronken water. 23 Jullie openen de deur. Jullie openden deur. 24 Jullie openen de auto. Jullie openden de auto. Werkwoordoefening 5 1 Zij zeggen je gedag. Zij zeiden je gedag. 2 Zij zeggen het je nog een keer. Zij zeiden je het nog een keer. 3 Zij zeggen het je vandaag. Zij zeiden het je gisteren. 4 Zij drinken thee. Zij dronken thee. 5 Zij drinken melk. Zij dronken melk. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 7 van 12

8 6 Zij drinken koffie. Zij dronken koffie. 7 Zij drinken water. Zij dronken water. 8 Zij zien hem. Zij zagen hem. 9 Zij zien de jongen. Zij zagen de jongen. 10 Zij zien het meisje. Zij zagen het meisje. 11 Zij zien het oude huis. Zij zagen het oude huis. 12 Zij zien jullie. Zij zagen jullie. 13 Zij zien hen. Zij zag hen. 14 Ik ken de man. Ik kende de man. 15 Jij kent de vrouw. Jij kende de vrouw. 16 Hij kent de leraar. Hij kende de leraar. 17 Zij kent de lerares. Zij kende de lerares. 18 Wij kennen de stad. Wij kenden de stad. 19 Jullie werken vandaag. Jullie werkten vandaag. 20 Zij gaan de kamer binnen. Zij gingen de kamer binnen. 21 Ik ga het huis binnen. Ik ging het huis binnen. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 8 van 12

9 22 Jij (m) keert terug naar huis. Jij (m) keerde terug naar huis. 23 Jullie begrijpen alles. Jullie begrepen alles. 24 Ik begrijp niets. Ik begreep niets. Werkwoordoefening 6 1 Ik bezoek de stad. Ik bezocht de stad. 2 Ik bezoek mijn tante. Ik bezocht mijn tante. 3 Ik bezoek mijn oom. Ik bezocht mijn oom. 4 Ik bezoek mijn ouders. Ik bezocht mijn ouders. 5 Ik bezoek mijn vriendin. Ik bezocht mijn vriendin. 6 Ik bezoek de bibliotheek. Ik bezocht de bibliotheek. 7 Ik bezoek het kantoor. Ik bezocht het kantoor. 8 Jij bezoekt de stad. Ik bezocht de stad. 9 Jij bezoekt jouw tante. Ik bezocht mijn tante. 10 Jij bezoekt jouw oom. Jij bezocht jouw oom. 11 Jij bezoekt jouw ouders. Jij bezocht jouw ouders. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 9 van 12

10 12 Jij bezoekt jouw vriendin. Jij bezocht jouw vriendin. 13 Jij bezoekt de bibliotheek. Jij bezocht de bibliotheek. 14 Jij bezoekt het kantoor. Jij bezocht het kantoor. 15 Ik haal brood. Ik haalde brood. 16 Ik haal de kinderen uit school. Ik haalde de kinderen uit school. 17 Ik haal de krant. Ik haalde de krant. 18 Ik haal de melk. Ik haalde de melk. 19 Ik haal water. Ik haalde water. 20 Ik haal de groenten. Ik haalde de groenten. 21 Ik haal het vlees. Ik haalde het vlees. 22 Ik leer de les. Ik leerde de les. 23 Ik leer Marokkaans. Ik leerde Marokkaans. 24 Ik leer Frans. Ik leerde Frans. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 10 van 12

11 Werkwoordoefening 7 1 Ik huur een auto. Ik huurde een auto. 2 Ik huur een fiets. Ik huurde een fiets. 3 Ik huur een kamer. Ik huurde een kamer. 4 Ik huur een huis. Ik huurde een huis. 5 Ik blijf hier. Ik bleef hier. 6 Ik blijf thuis. Ik bleef thuis. 7 Ik blijf op school. Ik bleef op school. 8 Ik blijf in Marokko. Ik bleef in Marokko. 9 Jij (m) begrijpt de woorden. Jij (m) begreep de woorden. 10 Jij (v) begrijpt de les. Jij (v) begreep de les. 11 Jij (m) begrijpt alles. Jij (m) begreep alles. 12 Jij (v) begrijpt het kind. Jij (v) begreep het kind. 13 Jij (m) begrijpt de krant. Jij (m) begreep de krant. 14 Ik stel je mijn broer voor. Ik stelde je mijn broer voor. 15 Ik stel je mijn zus voor. Ik stelde je mijn zus voor. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 11 van 12

12 16 Ik stel je mijn moeder voor. Ik stelde je mijn moeder voor. 17 Ik stel je mijn vader voor. Ik stelde je mijn vader voor. 18 Ik stel je mijn vrouw voor. Ik stelde je mijn vrouw voor. 19 Ik stel je mijn mijn man voor. Ik stelde je mijn mijn man voor. 20 Ik stel je mijn zoon voor. Ik stelde je mijn zoon voor. 21 Ik stel je mijn dochter voor. Ik stelde je mijn dochter voor. 22 Ik stel je mijn vriend voor. Ik stelde je mijn vriend voor. 23 Ik stel je mijn vriendin voor. Ik stelde je mijn vriendin voor. 24 Ik stel je mijn nicht voor. Ik stelde je mijn nicht voor. Werkwoordoefeningen bij Basiscursus Marokkaans-Arabisch les 5 12 van 12

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.

Nadere informatie

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 15/10/14 1 Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 1. (komen) Waar.... jij vandaan? 2. Uit welk land.... u? 3. Brenda.... vandaag uit Engeland. 4. Wij.... uit België. 5. Wanneer.... zij thee drinken?

Nadere informatie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie Herhalingsoefeningen Thema 3 Familie en relaties 1 Woorden Familie Lees de zinnen over de familie van Simon en Els. Schrijf de volgende namen in de stamboom: Hans, Helena, Hester, Joke, Mark, Michiel,

Nadere informatie

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. Grammaticaoefeningen 3 Wonen en vervoer Werkwoorden in een andere tijd Oefening 1 Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. 1 Begrijp je deze informatie? ja / nee,

Nadere informatie

Les 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas

Les 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas Les 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas Leraar: Dag Jef. Jef: Dag mevrouw. Hoe gaat het met u? Leraar: Goed, dank je. En met jou? Jef: Ook goed. ----------- Mark: Hallo

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 2 bij 1.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. Klaar? Dan leest cursist B de vragen. Cursist A Cursist

Nadere informatie

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb hoofdstuk 8 Kernovertuigingen Kernovertuigingen zijn vaste gedachten en ideeën die we over onszelf hebben. Ze helpen ons te voorspellen wat er gaat gebeuren en te begrijpen hoe de wereld in elkaar zit.

Nadere informatie

INSTRUCTIES BEGRIJPEN

INSTRUCTIES BEGRIJPEN INSTRUCTIES BEGRIJPEN Je volgt een cursus. De docent geeft je mondeling instructies. Kan jij ze begrijpen? Wat moet je doen? 1. Luister naar het geluidsfragment. Neem blad 2 en volg de instructies. Je

Nadere informatie

Oefening 1 Vervoeg de werkwoorden in de tegenwoordige en in de verleden tijd.

Oefening 1 Vervoeg de werkwoorden in de tegenwoordige en in de verleden tijd. Oefeningen bij les 4 Oefening 1 Vervoeg de werkwoorden in de tegenwoordige en in de verleden tijd. 1 $ ef/ye-$ ef (kennen/weten) 2 kteb/ye-kteb (schrijven) tegenw. tijd verl. tijd tegenw. tijd verl. tijd

Nadere informatie

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school. Een Berbers dorp Ik ben geboren en opgegroeid in het noorden van Marokko. In een buitenwijk van de stad Nador. Iedereen kent elkaar en altijd kun je bij de mensen binnenlopen. Als er feest is, viert het

Nadere informatie

Vragenlijst tieners. Algemene vragen. Waar woon jij?

Vragenlijst tieners. Algemene vragen. Waar woon jij? Vragenlijst tieners Algemene vragen Waar woon jij? Eerst willen we graag weten waar je woont. Sommige kinderen wonen in 2 huizen, bij mama en papa. Als dat zo is, dan mag je één huis kiezen. Woon jij in..?

Nadere informatie

HEB JE HUISWERK VANDAAG?

HEB JE HUISWERK VANDAAG? BLAD 1 HEB JE HUISWERK VANDAAG? Je kind moet thuis werken voor school. In de agenda kan je kijken wat je kind moet doen. Wat moet je doen? 1 Maak oefening 1 op blad 2: Wat doet je kind na de school? 2

Nadere informatie

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

U leert in deze les toestemming vragen. Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een

Nadere informatie

Leesboekje familie en vrienden

Leesboekje familie en vrienden Leesboekje familie en vrienden Leesboekje Familie en Vrienden Pagina 1 Dit is de familie. Dit is de vader. Dit is de moeder. Dit is de zoon. Dit is de dochter. Dit is het gezin. Dit zijn de grootouders.

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie 1 Woorden 1 de baby 2 de broer 3 de familie 4 de fles 5 de luier 6 de melk 7 de moeder 8 de oma 9 de opa 1 10 de vader 11 de zus 12 de hond 2 Schrijf de

Nadere informatie

REGELS. Onderstreep het onregelmatige werkwoord in de zin.

REGELS. Onderstreep het onregelmatige werkwoord in de zin. 261 261 REGELS 1 Onderstreep het onregelmatige werkwoord in de zin. 1 Kun je het boek even aanpakken? 2 Het hangt ervan af of je het goed aantekent. 3 Voordat ik het bekendmaak, zal ik je bellen. 4 Ik

Nadere informatie

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Grammatica Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Zinnen knippen 4 Het onderwerp 7 De persoonsvorm 11 Het gezegde 17 Het werkwoordelijk gezegde 21 Het naamwoordelijk gezegde 24 Het lijdend

Nadere informatie

Ria Massy. De taart van Tamid

Ria Massy. De taart van Tamid DE TAART VAN TAMID Ria Massy De taart van Tamid De taart van Tamid 1 Hallo broer! Hallo Aziz! roept Tamid. Zijn hart klopt blij. Aziz belt niet zo dikwijls. Hij woont nog in Syrië. Bellen is moeilijk in

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.

Nadere informatie

Geregeld spreken. Ditte Oost & Monique Schoorl ANTWOORDEN

Geregeld spreken. Ditte Oost & Monique Schoorl ANTWOORDEN Geregeld spreken Ditte Oost & Monique Schoorl LES 1 11 Maak de zinnen af 1 Het meisje is blij. 2 De dokter is in het ziekenhuis. 3 De kinderen zijn op school. 4 De man is bij de gemeente. 5 De docent is

Nadere informatie

Bezoek een bedrijf. Wat kun je en wat weet je na deze lesbrief?

Bezoek een bedrijf. Wat kun je en wat weet je na deze lesbrief? Bezoek een bedrijf! Bezoek een bedrijf Je gaat op bezoek bij een bedrijf dat je zelf mag uitzoeken. Het is de bedoeling dat je bij het bedrijf gaat kijken, vragen stellen en goed oplet wat ze er allemaal

Nadere informatie

Oefeningen bij les 3. Oefening 1 Vertaal de zinnen naar het Marokkaans.

Oefeningen bij les 3. Oefening 1 Vertaal de zinnen naar het Marokkaans. Oefeningen bij les 3 Oefening 1 Vertaal de zinnen naar het Marokkaans. 1 Wie ben jij (v)? Ik ben Fatima. 2 Komt hij uit Frankrijk? Nee, hij komt uit Duitsland. 3 Waar kom je (m) vandaan? Ik kom uit Algerije.

Nadere informatie

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug.

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug. 1950 Het huilende beeld De zon schijnt met hete stralen op het kleine dorpje. Niets beweegt in de hitte van de middag. De geiten en koeien slapen in de schaduw. De blaadjes hangen stil aan de bomen. Geen

Nadere informatie

Grammatica. Inhoud. 1. De en het. 2. Meervoud. 3. Werkwoord. 4. Vraagwoorden. 5. Zinnen maken Zinnen maken 2. 7.

Grammatica. Inhoud. 1. De en het. 2. Meervoud. 3. Werkwoord. 4. Vraagwoorden. 5. Zinnen maken Zinnen maken 2. 7. Grammatica Inhoud 1. De en het 2. Meervoud 3. Werkwoord 4. Vraagwoorden 5. Zinnen maken 1 6. Zinnen maken 2 7. Zinnen maken 3 8. Zinnen maken 4 9. Niet en geen 10. Lange woorden 11. Het verkleinwoord 12.

Nadere informatie

VOORZETSEL. A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit. B) De klas : vul het juiste voorzetsel in. 1. Het boek ligt de tafel.

VOORZETSEL. A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit. B) De klas : vul het juiste voorzetsel in. 1. Het boek ligt de tafel. A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit 1. Het boek ligt de tafel. 2. Het kopje staat de kast. 3. Ik neem mijn schrift mijn boekentas. 4. De studenten hangen hun jas de kapstok. 5. Mijn

Nadere informatie

Veilig internet. Hoofdstuk 1: Sociale media en devices

Veilig internet. Hoofdstuk 1: Sociale media en devices 1 Veilig internet #benikmediawijs? Hoofdstuk 1: Sociale media en devices Ken jij onderstaande programma s? (Omcirkel het de juiste naam.) Weet jij welke van onderstaande programma s sociale media zijn?

Nadere informatie

Alleen is maar alleen

Alleen is maar alleen 177 177 HOOFDSTUK 11 Alleen is maar alleen WOORDEN 1 1 Heb jij het ook zo...? a los b druk 2 Aan welke... van de stad woon jij? a kant b plek 3 O, daar? Daar woont ook een... van me! a omgeving b kennis

Nadere informatie

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens

Nadere informatie

Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1

Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1 Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1 Oefenexamen Ad Appel Spreekvaardigheid A1 10 vragen serie A 1. Hoe vaak doet u boodschappen? 2. Wanneer bent u geboren? 3. Wat drinkt u het liefst? 4. Wat vindt u van

Nadere informatie

OEFENSCHRIFT DEEL 2 A1-A2

OEFENSCHRIFT DEEL 2 A1-A2 OEFENSCHRIFT DEEL 2 A1-A2 Basisleergang Nederlands voor anderstaligen Universiteit van Amsterdam, Instituut voor Nederlands Taalonderwijs en Taaladvies (INTT) Nicky Heijne Marten Hidma Karolien Kamma Vrije

Nadere informatie

Voor onze broers en zussen met een verstandelijke beperking.

Voor onze broers en zussen met een verstandelijke beperking. Hoe je hier mee om wilt gaan? Zou het in de vorm van een aantal lessen doen Uit het verhaal kun je zelf vragen bedenken voor een bespreking met de catechisanten. Zie dit als een aanzetje Ben ik iets vergeten

Nadere informatie

Bijlage 3: Interview cliënt

Bijlage 3: Interview cliënt Bijlage 3: Interview cliënt Zowel cliënt als een vader Hoeveel kinderen heb je? 3 kinderen. 1 zoontje en 2 dochters En hoeveel jaar zijn ze? Mijn dochters zijn 11 en 8 jaar. En mijn zoontje is 5 jaar.

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Nederland

Spreekopdrachten thema 1 Nederland Spreekopdrachten thema 1 Nederland Opdracht 1 bij 1.3 ** Speel het spel met de groep. Uitleg voor de docent: De docent begint. Hij zegt wat hij kan. Bijvoorbeeld: Ik kan koken. Laat de eerste cursist herhalen

Nadere informatie

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis

Nadere informatie

Dagboekverhaal van Christina Geusens

Dagboekverhaal van Christina Geusens Dagboekverhaal van Christina Geusens (derde prijs GO! verhalenwedstrijd Geen muren geen grenzen, allemaal buren en unieke mensen ) 17 november 2007 Ik heb vandaag weer ruzie met Elia gemaakt, omdat hij

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 1 Werkwoord (wonen, werken, lopen,...) wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 8 Grammatica is niet moeilijk 1.1 woon, woont, wonen Ik woon nu in Nederland. Jij woont nu in Nederland. U woont nu

Nadere informatie

BEGINNERSCURSUS DAG 8

BEGINNERSCURSUS DAG 8 1 BEGINNERSCURSUS DAG 8 A. FORCING Tekst: Bij de dokter B. GRAMMATICA Gebruik van de infinitief: dubbele inf. om + te + inf. aan het + inf. te + inf. De stamtijden (Dag 6 pagina s 8-11) C. CONVERSATIE

Nadere informatie

ACHTERUIT ZWEMMEN IN GLASSPLINTERS door Herman Brusselmans

ACHTERUIT ZWEMMEN IN GLASSPLINTERS door Herman Brusselmans door Herman Brusselmans ACHTERUIT ZWEMMEN IN GLASSPLINTERS Ik ben begonnen met schrijven op mijn 23e. Maar het grote succes kwam pas later. Op mijn 24e. Door dit succes bleef ik schrijven. Maar ook omdat

Nadere informatie

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat leert je kind? Taal en ouders: de basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat leert je kind?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie

SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN

SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN cursus SAMEN-WERKEN MET DE MENSEN OM JOU HEEN Samen-Werk-Boek.. www.zozijn.nl/zozijnschool Inhoudsopgave Samen-werken met de mensen om jou heen.... 3 Wat gaan we doen in deze cursus?... 4 Jezelf voorstellen...

Nadere informatie

Les 3 Ik leer Nederlands

Les 3 Ik leer Nederlands 00:00 12:32 12/11/14 1 Ik leer Nederlands heeft 16 bladzijden. de bladzijde = de pagina Dag Mohammed. Goedemorgen, Anita. Anita is een voornaam van een vrouw. 00:43 13:13 Wat is goed of goede en wat is

Nadere informatie

Wie ben jij? HOOFDSTUK 1 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik... Paula. a heet b naam. 2... kom je vandaan? a Hoe b Waar

Wie ben jij? HOOFDSTUK 1 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik... Paula. a heet b naam. 2... kom je vandaan? a Hoe b Waar 5 5 HOOFDSTUK 1 Wie ben jij? WOORDEN 1 1 Ik... Paula. a heet b naam 2... kom je vandaan? a Hoe b Waar 3 Ik ga... mijn vriend naar het restaurant. a uit b met 2 1 Mijn... is Derek. a huisnummer b naam 2

Nadere informatie

Rick de Leeuw. Hou me stevig vast

Rick de Leeuw. Hou me stevig vast Rick de Leeuw Hou me stevig vast Ik zit op de trap En luister naar de radio Er klinkt een mooi en triestig lied Ik neurie zachtjes mee Ik wil muziek als het sneeuwt Ook al sneeuwt het nu even niet Ik neem

Nadere informatie

REGELS. Lees de zinnen. Staat er een relatieve bijzin in de zin?

REGELS. Lees de zinnen. Staat er een relatieve bijzin in de zin? 241 241 REGELS 1 Lees de zinnen. Staat er een relatieve bijzin in de zin? ja nee 1 Die jongen is mijn broer. 2 De jongen die daar loopt, is mijn broer. 3 Dat bedrijf is groot. 4 Het bedrijf dat daar staat,

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands De ijzeren maagd door Bobje Goudsmit

Boekverslag Nederlands De ijzeren maagd door Bobje Goudsmit Boekverslag Nederlands De ijzeren maagd door Bobje Goudsmit Boekverslag door een scholier 1871 woorden 12 maart 2006 6,1 70 keer beoordeeld Auteur Genre Bobje Goudsmit Oorlogsroman, Jeugdboek Eerste uitgave

Nadere informatie

v, f Begintoets /20 Zelfcorrectie fruitschaal druiven briefje vijftig vorst paasvakantie vliegtuig feesten verjaardag detective vrijdagavond diefstal

v, f Begintoets /20 Zelfcorrectie fruitschaal druiven briefje vijftig vorst paasvakantie vliegtuig feesten verjaardag detective vrijdagavond diefstal v, f Begintoets /20 Zelfcorrectie 1 In de ligt een tros blauwe 2 Dit probeer ik zonder te 3 Er staat een rij van wel auto s aan te schuiven 4 Ken jij de naam van onze? 5 Tijdens de reizen we met het naar

Nadere informatie

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen. De familieblues Tot mijn 15e noemde ik mijn ouders papa en mama. Daarna niet meer. Toen noemde ik mijn vader meester. Zo noemde hij zich ook als hij lesgaf. Hij was leraar Engels op een middelbare school.

Nadere informatie

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager 119 119 HOOFDSTUK 8 Dat is een koopje! WOORDEN 1 2 3 1 Ik ga even naar de.... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager 2 Wil je wat drinken? Ja graag, een... koffie alsjeblieft. a fles b beker

Nadere informatie

Ruth 1. Ruth en Noömi

Ruth 1. Ruth en Noömi Ruth 1 Ruth en Noömi Elimelech en zijn familie 1 Toen de rechters het land bestuurden, was er eens hongersnood in Juda. Daarom besloot een man uit Betlehem naar het land Moab te gaan. Zijn vrouw en zijn

Nadere informatie

Diabetes, wat is dat?

Diabetes, wat is dat? Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Diabetes, wat is dat? Gezondheid: Diabetes Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Diabetes, wat is dat?, 2016 Dit boekje is een uitgave

Nadere informatie

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst. Interview op zaterdag 16 mei, om 12.00 uur. Betreft een alleenstaande mevrouw met vier kinderen. Een zoontje van 5 jaar, een dochter van 7 jaar, een dochter van 9 jaar en een dochter van 12 jaar. Allen

Nadere informatie

Antwoorden Thema 2 Feesten

Antwoorden Thema 2 Feesten Antwoorden Thema 2 Feesten Lezen Oefening 2 1 c Simone. 2 b Zaterdagavond. Luisteren Oefening 3 1 b Een boek. 2 b Een kopje koffie en taart. 3 b Op Simone. 4 c Haar zus woont bij haar vader. 5 b 7 jaar

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

REGELS. Wat hoort bij elkaar?

REGELS. Wat hoort bij elkaar? 171 171 REGELS 1 1 Ik ga iets eten want a ze geven een feestje. 2 Ik ga iets eten omdat b ik heb honger. 3 Vanavond gaan we naar de buren want c ze een feestje geven. 4 Vanavond gaan we naar de buren omdat

Nadere informatie

Eetgewoonten van schoolkinderen Vragenlijst voor kinderen

Eetgewoonten van schoolkinderen Vragenlijst voor kinderen september 2003 Eetgewoonten van schoolkinderen Vragenlijst voor kinderen 630101 Hoe vul je de vragenlijst in? Beste leerling, Deze vragenlijst gaat over voeding. We willen graag weten hoe je daarover denkt.

Nadere informatie

Melkweg. Een basisschool kiezen. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: De basisschool

Melkweg. Een basisschool kiezen. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: De basisschool Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een basisschool kiezen Taal en ouders: De basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een basisschool kiezen, 2014 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop

Nadere informatie

De school is uit en ik steek het plein over naar het fietsenhok. Ik ben vandaag op de fiets naar school omdat we verkeersles hadden.

De school is uit en ik steek het plein over naar het fietsenhok. Ik ben vandaag op de fiets naar school omdat we verkeersles hadden. De school is uit en ik steek het plein over naar het fietsenhok. Ik ben vandaag op de fiets naar school omdat we verkeersles hadden. Naast het fietsenhok staat Esmeralda, uit groep 7. Ze zwaait naar me,

Nadere informatie

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3

Nadere informatie

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl Actielessen Lesbrief 1. Nederlands leren Wat leert u in deze les? Op welke manieren je Nederlands kunt leren. Zinnen met als. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente

Nadere informatie

De PAAZ, wat is dat? Informatie voor kinderen van 8 tot 12 jaar

De PAAZ, wat is dat? Informatie voor kinderen van 8 tot 12 jaar De PAAZ, wat is dat? Informatie voor kinderen van 8 tot 12 jaar De afgelopen weken was het niet zo leuk bij Pim thuis. Zijn moeder lag de hele dag in bed. Ze stond niet meer op, deed geen boodschappen

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis 1 Woorden 1 de beker 2 de bloempot 3 de deken 4 de emmer 5 het fornuis 6 het gordijn 7 het huisnummer 8 het kussen 9 het laken 1 10 de lamp 11 de man 12 de

Nadere informatie

SPELLING VAN WERKWOORDEN

SPELLING VAN WERKWOORDEN SPELLING VAN WERKWOORDEN teksten van medeleerlingen als vertrekpunt, sobere uitleg, eenduidig en eenvoudig, grotendeels zelfcorrigerend persoonsvormen Boekje 1 1 Bij het schrijven kom je soms lastige problemen

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten 1 Woorden 1 het bord 2 het brood 3 het glas 4 de koffie 5 de lepel 6 het mes 7 de patat 8 de rijst 9 de suiker 1 10 de taart 11 de thee 12 de vis 13 het vlees

Nadere informatie

Onderzoek Alcohol & Drugs Leudal

Onderzoek Alcohol & Drugs Leudal Onderzoek Alcohol & Drugs Leudal Belangrijke toelichting Beste leerling, Welkom bij de GGD Jongerenmonitor! Met dit onderzoek willen we inzicht krijgen in de leefstijl(alcohol & drugs) van jongeren. Het

Nadere informatie

Welkom in de Open Hof

Welkom in de Open Hof Welkom in de Open Hof Opw. 616 Gez. 434: 1, 2, 5 Ps51: 5 El 458 Opw. 411 Gez. 182: 1, 2, 6 Gez. 44: 1, 2, 3 Genesis 29: 1-35 Mededelingen Voorganger : ds. Arie Reitsema Schriftlezing: Jan Leo de Hoop Voorbede

Nadere informatie

Wie is dat? thema. Hoe heet jij? Ik weet het niet! Beatriz. Marco. Hallo, ik heet Jürgen. Dag mevrouw. Dag meneer. Hoi! Ik heet Bushra. En jij?

Wie is dat? thema. Hoe heet jij? Ik weet het niet! Beatriz. Marco. Hallo, ik heet Jürgen. Dag mevrouw. Dag meneer. Hoi! Ik heet Bushra. En jij? thema 1 Ik weet het niet! 1 Hoe heet jij? Beatriz Hoe heet jij? Ik heet Jürgen. Dag meneer. Dag mevrouw. Hallo, ik heet Jürgen. Hoi! Ik heet Bushra. En jij? Jürgen, dit is Lei San. Leuk met je kennis te

Nadere informatie

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of.

A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. A) Gebruik de volgende voegwoorden: maar, want, en, of. 1. Trek je schoenen uit moeder heeft pas schoongemaakt. 2. Ik wilde gaan tennissen mijn vrienden vonden het te warm. 3. Drink je koffie drink je

Nadere informatie

C Relaties. C1 Bij wie hoor ik? 3 C2 Vriendschap 7 C3 Verliefd 12 C4 Verkering 16 C5 Trouwen 22

C Relaties. C1 Bij wie hoor ik? 3 C2 Vriendschap 7 C3 Verliefd 12 C4 Verkering 16 C5 Trouwen 22 C Relaties C1 Bij wie hoor ik? 3 C2 Vriendschap 7 C3 Verliefd 12 C4 Verkering 16 C5 Trouwen 22 C1 Bij wie hoor ik Geeft door middel van ja of nee aan of hij iemand aardig/lief vindt (leerlijn vso 4.1)

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.

Nadere informatie

Moedig je groep aan voordat jullie aan het werk gaan. Wanneer iemand even vastzit, zeg je bijvoorbeeld: Kom op, je kunt het wel.

Moedig je groep aan voordat jullie aan het werk gaan. Wanneer iemand even vastzit, zeg je bijvoorbeeld: Kom op, je kunt het wel. Moedig je groep aan voordat jullie aan het werk gaan. Wanneer iemand even vastzit, zeg je bijvoorbeeld: Kom op, je kunt het wel. Wanneer je groep de opdracht moeilijke vindt, zeg je bijvoorbeeld: We kunnen

Nadere informatie

KLEM. Katja en Udo in de schulden. Anne-Rose Hermer

KLEM. Katja en Udo in de schulden. Anne-Rose Hermer KLEM Katja en Udo in de schulden Anne-Rose Hermer Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen 1 Katja ontmoet Udo Katja is bijna negentien jaar. Ze woont nog bij haar ouders. Katja werkt in een warenhuis.

Nadere informatie

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo?

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12 Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Heb een Tom, Tom gekocht Bij de ANWB winkel in Drachten Nou ja ik heb hem eigenlijk gekregen Voor mijn verjaardag

Nadere informatie

Werkblad Vooral volkoren, zoals volkorenbrood, volkoren pasta en couscous en zilvervliesrijst

Werkblad Vooral volkoren, zoals volkorenbrood, volkoren pasta en couscous en zilvervliesrijst Volop uit de Schijf van Vijf Veel groente en fruit Werkblad Vooral volkoren, zoals volkorenbrood, volkoren pasta en couscous en zilvervliesrijst Gezond eten: Genoeg zuivel, zoals melk, yoghurt en kaas

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken

Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken Opdracht 1 bij 6.1 * Beantwoord de vragen. 1. Waar zoek je vacatures? In de krant, op internet of ergens anders? 2. Ga je naar het UWV WERKbedrijf? 3. Ga je naar een

Nadere informatie

L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa

L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa Over het boek Bekijk en lees de voorkant, de achterkant en de inhoud.. Hoe heet het boek?................................................... Hoeveel

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

mirjam prinsen Door de ogen van mijn moeder Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje

mirjam prinsen Door de ogen van mijn moeder Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje mirjam prinsen Door de ogen van Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje mijn moeder Kom vanavond met verhalen hoe de oorlog is verdwenen en herhaal ze honderd malen, alle malen zal ik wenen Uit

Nadere informatie

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal Verloren grond Murat Isik in makkelijke taal Moeilijke woorden zijn onderstreept en worden uitgelegd in de woordenlijst op pagina 84. Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Mijn geboorte Mijn verhaal

Nadere informatie

jij zelf jij zelf advertentieafdeling van de krant zaaleigenaar wat wat ouder jij zelf brugklascoördinator je beste vriend(in) wat wat

jij zelf jij zelf advertentieafdeling van de krant zaaleigenaar wat wat ouder jij zelf brugklascoördinator je beste vriend(in) wat wat 1 advertentieafdeling van de krant 2 zaaleigenaar Je wilt een advertentie opgeven voor de krant van Je wilt een zaaltje aanstaande zaterdag om je bespreken om met alle oude Playstation te verkopen; je

Nadere informatie

Alleen een plastic tasje

Alleen een plastic tasje Alleen een plastic tasje Gaat u zitten, fijn dat u er bent. Wilt u thee? Met suiker? Zal ik beginnen bij het begin? Ik woon hier sinds 1970. Toen ik hier aankwam, had ik alleen een klein plastic tasje

Nadere informatie

Juf is Ziek boekje. Groep 8

Juf is Ziek boekje. Groep 8 Juf is Ziek boekje Groep 8 Wanneer je dit boekje hebt is de juf of meester waarschijnlijk ziek. Met dit boekje kun je vandaag zelfstandig aan het werk. Er zitten verschillende opdrachten in voor rekenen,

Nadere informatie

3 Jij gaat toch volgende week verhuizen? Je mag het... van mijn vriendin wel gebruiken! a bus b busje

3 Jij gaat toch volgende week verhuizen? Je mag het... van mijn vriendin wel gebruiken! a bus b busje 131 131 REGELS 1 Wat hoort bij elkaar? 1 de wijn a het kamertje 2 de winkel b het boodschapje 3 de zus c het winkeltje 4 de boodschap d het wijntje 5 de kamer e het zusje 2 Onderstreep de diminutief in

Nadere informatie

Bijbellezing: Johannes 4 vers Zit je in de put? Praat es met Jezus!

Bijbellezing: Johannes 4 vers Zit je in de put? Praat es met Jezus! Bijbellezing: Johannes 4 vers 7-27 Zit je in de put? Praat es met Jezus! Wij hadden vroeger een waterput Vroeger is meer dan 55 jaar geleden Naast ons huis aan de Kerkstraat in Harkema Ik weet nog hij

Nadere informatie

Deze brief van een lerares over moeilijke kinderen raakt diep in de ziel

Deze brief van een lerares over moeilijke kinderen raakt diep in de ziel Deze brief van een lerares over moeilijke kinderen raakt diep in de ziel Door Florine 23 november 2014 Elke klas heeft een of meerdere kinderen met uitdagingen. Moeilijke kinderen. Onhandelbaar worden

Nadere informatie

Samen lezen. > Reporter: Dagemawi Sisay Tedla. Tekst

Samen lezen. > Reporter: Dagemawi Sisay Tedla. Tekst Tekst > Reporter: Dagemawi Sisay Tedla Mieke Geenen Ik zal het eerst lezen en dan zal ik wat vragen stellen. En dan mogen jullie zeggen wat je er van vindt. Mezelf in de spiegel zien kijken naar mij. Daar

Nadere informatie

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN Opdracht 1 de groente pinnen de suiker de supermarkt Opdracht 7 Hoi Ramon! Ik eet graag rijst met kip. En ik drink altijd water bij het eten. Maar ik vind

Nadere informatie

Gesprekken van de straat

Gesprekken van de straat Nadja Hüpscher Gesprekken van de straat Uitgeverij Atlas Contact Amsterdam Antwerpen Arme Joop In het winkelcentrum. Vrouw Wat stond daar een rommel bij Joop. Man Waarom ruimt zij dat dan niet op? Vrouw

Nadere informatie

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes http://www.edusom.nl Thema Nederlandse cultuur en gewoontes Lesbrief 32. Mag ik even uitpraten? Wat leert u in deze les? Eén lange zin maken van twee korte zinnen. Je mening geven. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

In de buurt. hoofdstuk. De meeste steden in Nederland. bestaan uit verschillende buurten. Kleine stukjes stad die net even anders

In de buurt. hoofdstuk. De meeste steden in Nederland. bestaan uit verschillende buurten. Kleine stukjes stad die net even anders hoofdstuk 1 In de buurt De meeste steden in Nederland bestaan uit verschillende buurten. Kleine stukjes stad die net even anders zijn dan de rest van de stad. Een buurt heeft meestal een eigen supermarkt

Nadere informatie

Thema In en om het huis

Thema In en om het huis http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 26. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 22, 23, 24 en 25 Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een dak boven je hoofd Wonen: Het huis Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een dak boven je hoofd, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie

Lesbrief. De familieblues Yvonne Kroonenberg

Lesbrief. De familieblues Yvonne Kroonenberg Lesbrief De familieblues Yvonne Kroonenberg Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief

Nadere informatie

Kijk op: www.nt2taalmenu.nl. nt2taalmenu wordt gemaakt door: Frans Snik, Ed Kniesmeijer en René den Nijs. Oefening bij Nivor 1.

Kijk op: www.nt2taalmenu.nl. nt2taalmenu wordt gemaakt door: Frans Snik, Ed Kniesmeijer en René den Nijs. Oefening bij Nivor 1. OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

Eigen Kracht-conferentie. Samen met Eigen Kracht... een plan maken voor jouw toekomst!

Eigen Kracht-conferentie. Samen met Eigen Kracht... een plan maken voor jouw toekomst! Eigen Kracht-conferentie Samen met Eigen Kracht... een plan maken voor jouw toekomst! 13 Heb je een probleem? Is er iets aan de hand, wat jij niet leuk vindt? Wil je erover praten? Lukt het niet thuis,

Nadere informatie

PARASJA: CHAYE SARAH

PARASJA: CHAYE SARAH PARASJA: CHAYE SARAH (het leven van Sarah) Tora: Gen 23:1-25:18 Haftara: 1 Koningen 1:1-31 Briet Chadasja:Mt 8:19-22; 27:3-10; Lc 9:57-62 Tekst van de week: Genesis 24:26 Toen viel de man op zijn knieën,

Nadere informatie