Vereniging voor PCO te Gorredijk e.o.



Vergelijkbare documenten
Voorwoord. dit cursusjaar = 2013/14

Vereniging voor PCO te Gorredijk e.o.

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Jaarverslag schooljaar Basisschool Maria Goretti

Jaarplan OBS Het Spectrum. Jaarplan OBS Het Spectrum

Elk hoofdstuk bevat een conclusie met eventuele actiepunten voor het nieuwe schooljaar.

Herstelacties naar aanleiding van het inspectiebezoek voorjaar 2018

Verbeterplan OBS De Winde

Toelichting bij de begroting 2015 Stopoz Hierbij biedt het bestuur van Stopoz u de toelichtingsbrief en de begroting 2015 aan.

Jaarverslag

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL DE VLIER

kwaliteitsbeleid Actiepunten Gewenst resultaat Acties Wie Wanneer Borging

U kunt hieronder zien in welke periode welke toets wordt afgenomen.

Jaarplan Jaarplan

Jaarplan De Berkel

Jaarplan De Berkel

Onderwijskundig Jaarplan. CBS de Ark September 2013

Samenkomst gezamenlijke Medezeggenschapsraden STAIJ

Oecumenische basisschool Baron de Vos van Steenwijk W. de Waalstraat BV Rockanje

Jaarplan Jaar Datum 15 juni 2016

Inhoudsopgave. Deel A Kengetallen en terugblik op het afgelopen schooljaar. Deel B Doelstellingen en jaarplan. Inleiding. School. 1.

Schooljaarplan obs de Skûle

Highlights Bestuurlijk jaarverslag CBS Betrouwen. Bakkeveen

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL TWICKELO

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP C.B.S. ROEMTE

Protocol. kwaliteitszorg

Jaarverslag GBS Klim-op Middelstum

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE LOCKAERT

Schoolondersteuningsprofiel. 04TL00 Chr Basissch It Twaspan

Scholingsbeleid. Studiefaciliteitenregeling. Stichting Vrije Scholen Noord en Oost Nederland

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE BOOGURT

Schoolondersteuningsprofiel. 10GE00 Bs De Vier Heemskinderen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. rkbs De Blokwhere

JAARPLAN Samen werken aan de toekomst! Bekkampstraat AH Hengevelde

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE HORIZON

JAARPLAN Opgesteld en aangepast september en november 2018

Acties korte termijn (2014) Acties korte termijn (eerste helft 2015) Acties voor de langere termijn ( )

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL DE MULDERSHOF

Schoolplan Stichting Katholiek Onderwijs Volendam

JAARPLAN Samen werken aan de toekomst! Bekkampstraat AH Hengevelde

Doorstromen, vertragen en versnellen.

Jaarverslag Jaarplan o.b.s. de Sprenge

Nutsschool Laan van Poot

Locatie Sprang-Capelle Rembrandtlaan ES Sprang-Capelle T Locatie Landgoed Driessen Burgemeester van Casterenstraat GA

Jaarplan Basisschool De Regenboog

Jaarplan Mûnein. Datum: 29 juni

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP DE DALTONSCHOOL

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. : De Toermalijn. Onderzoeksnummer :

Evenredige verdeling man / vrouw bij het Veenplaspersoneel

Flankerend beleid. 1 augustus 2011 tot 1 augustus Vastgesteld d.d. 18 april 2011 door het bestuur van stichting Wolderwijs

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. rkbs De Molenhoek

TAAKBELEID. Krammer HE Brielle /

Op de Dorpsschool bewaken we de kwaliteit daarnaast op de volgende wijze:

ontwikkeling van medewerkers

Jaarplan De Zwaneridder

Kwaliteitszorg is: zorgen voor kwaliteit. Scholen die dat systematisch doen, stellen zichzelf permanent de volgende vragen:

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. De Aquarel

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BISSCHOP ERNST

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB

Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer Datum schoolbezoek Rapport vastgesteld te Utrecht op

Datum Betreft Bestuursakkoord PO-Raad-OCW Geacht schoolbestuur,

Onderwijskundig Jaarplan ( OKJP) OnderwijsKundig JaarVerslag ( OKJV)

GEMEENTERAAD MENAMERADIEL

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Basisschool t Kwekkeveld

Jaarverslag

Schoolondersteuningsprofiel. 11RU00 Obs De Lijster

Basisschool de Krullevaar. Schoonhoven

Rondvraag De Bloktempel

Schoolondersteuningsprofiel. 06NI00 De Adelaar

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. s.s.b.o. De Kameleon

Schoolondersteuningsprofiel. 11BF00 De Mienskip

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij pcbs De Duif

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS MOLENBEEK

Schoolondersteuningsprofiel. 00CV00 School Matthijsje

Jaarplan basisschool. De Goudakker

Schoolondersteuningsprofiel. 14GF00 De Zeester

INSPECTIE. hetonderwus DEFINITIEF RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ CHRISTELIJKE BASISSCHOOL MAXIMA

Eerst kiezen, dan delen. Financieel management in het PO en de rol van de (G)MR

Jaarplan OBS It Kruirêd Mûnein JAARPLAN JAARVERSLAG School OBS It Kruirêd School OBS It Kruirêd

Schooljaarverslag

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij obs De Zonnewijzer

RAPPORT KWALITEITSONDERZOEK VOORTGEZET ONDERWIJS. vmbo De Krijtenburg

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD'

Onderwijskundig jaarplan GBS Het Talent 1

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK C.B.S. DE WEL. : c.b.s. De Wel : Broeksterwoude BRIN-nummer : 06TC Onderzoeksnummer : 93403

SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL SCHOOLJAAR Basisschool de Kameleon

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. SBO De Diekmaat

BUITENHOUT COLLEGE Scholingsplan schooljaar

JAARPLAN ST. MATTHEUSSCHOOL AFDELING SO ALEYDA VAN RAEPHORSTLAAN CR ROTTERDAM

Verbeterplan n.a.v. uitslagen enquête onder ouders van obs de Dubbele Punt april 2013

Jaarplan Basisschool St. Catharina Haastrecht

Jaarverslag MR

Directiestatuut van de stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Groesbeek e.o. Herziene versie, 1 februari 2018

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Pleincollege Sint Joris PRO PRO

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Schoolondersteuningsprofiel. Sjaloom

De Kameleon R.Schreurs

Transcriptie:

Vereniging voor PCO te Gorredijk e.o.

Voorwoord Het doel van publiek verantwoorden door een onderwijsinstelling is te laten zien dat zij haar middelen zo effectief mogelijk inzet. De verantwoording van het financiële beleid van een instelling is vastgelegd in de jaarstukken. Jaarstukken zijn de documenten met financiële en niet-financiële verantwoordingsgegevens, die op grond van wettelijke bepalingen door het bevoegd gezag van de bekostigde school moeten worden opgesteld en ingediend bij het departement. De jaarstukken gaan vergezeld van een accountantsverklaring. Met dit jaarverslag legt het bevoegd gezag van de Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs in Gorredijk en omstreken verantwoording af. In de zin van verticale verantwoording naar het ministerie van OCW en horizontaal naar de ouders, werknemers en de MR. Binnen de VPCO is gekozen voor een integrale benadering van het jaarverslag. Dat betekent het een samenvoeging is van bestuursverslag, het jaarplan en de jaarrekening en tevens de jaarverslagen van de verschillende geledingen. Met ingang 2013 is de volgorde van onderwerpen danig gewijzigd door de invoering van de continuïteitsparagraaf. Het maken van een jaarverslag voor een basisschool roept ieder jaar de vraag op of dit gaat over het cursusjaar of het kalenderjaar. Dit is en blijft een lastig punt aangezien de materiële bekostiging per kalenderjaar wordt toegekend en de personele bekostiging per cursusjaar. Daarnaast worden de onderwijskundige activiteiten in beginsel altijd per cursusjaar georganiseerd. Het jaarverslag dat nu voor ligt is geschreven over het kalenderjaar 2014. Daarbij zullen we ons bewust moeten zijn dat er in dit kalenderjaar sprake is van twee halve cursusjaren, te weten 2013-14 (januari t/m juli) en 2014/15 (augustus t/m december). Voor de goede orde dient er onderscheid gemaakt te worden tussen onderstaande benamingen: vorig cursusjaar = 2013/14 dit cursusjaar = 2014/15 Voor alle overige zaken zal het kalenderjaar 2014 bedoeld worden. Ik wens u veel plezier bij het lezen van het jaarverslag. Namens het bevoegd gezag, Gorredijk, 1 april 2015 Marna Jongsma voorzitter algemeen bestuur Ver. PCO te Gorredijk e.o. Martin van Dijk secretaris dagelijks bestuur Ver. PCO te Gorredijk e.o. Vereniging voor PCO te Gorredijk e.o. Postbus 69, 84001 AB Gorredijk 38144 / 06IU 2 pcbs De Librije

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 3 1 ALGEMENE INFORMATIE... 4 1.1 JURIDISCHE STRUCTUUR... 4 1.2 DOELSTELLING... 4 1.3 VPCO GORREDIJK... 4 1.4 GEVOERD ONDERWIJSBELEID 2014... 5 1.5 TOEKOMSTPARAGRAAF - 2015... 9 2 CONTINUÏTEITSPARAGRAAF... 12 2.1 GEGEVENS SET A1 PERSONEEL EN LEERLINGEN... 12 2.2 GEGEVENS SET A2 MEER JAREN BEGROTING... 16 2.3 OVERIGE RAPPORTAGES... 18 3 FINANCIËLE INFORMATIE... 20 3.1 GEVOERD FINANCIEEL BELEID... 20 3.2 ANALYSE FINANCIEEL RESULTAAT... 20 3.3 TREASURY STATUUT... 22 4 JAARVERSLAGEN GELEDINGEN... 23 4.1 JAARVERSLAG MR 2014... 23 4.2 JAARVERSLAG OUDERCOMMISSIE 2014... 23 5 OVERIGE INFORMATIE VEREISTEN... 24 5.1 MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN... 24 5.2 HORIZONTALE VERANTWOORDING... 24 5.3 AFSLUITING... 24 6 BIJLAGEN... 24 6.1 VERANTWOORDING MIDDELEN PASSEND ONDERWIJS... 24 6.2 PRESTATIEBOX... 25 38144 / 06IU 3 pcbs De Librije

1 ALGEMENE INFORMATIE 1.1 JURIDISCHE STRUCTUUR De Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs te Gorredijk en omstreken exploiteert de basisschool pcbs De Librije te Gorredijk. De vereniging is opgericht op 9 december 1968 en gevestigd in Gorredijk. De vereniging is bij de Kamer van Koophandel te Leeuwarden ingeschreven onder nummer 40000502. De exploitatie van het onderwijs en de activiteiten van de vereniging voor PCO te Gorredijk e.o. worden geconsolideerd verantwoord. 1.2 DOELSTELLING "Hij heeft u bekend gemaakt, o mens, wat goed is en wat Jahwe van u vraagt: Niet anders dan recht te doen, getrouwheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met Uw God. " (Micha 6:8) ----------------------------------- Het algemene doel van ons onderwijs is, vanuit onze christelijke levensovertuiging, samen met het kind, trachten de Bijbelse normen te verstaan en ernaar te handelen in de omgang met elkaar en met de ander. Door ons werken vanuit deze normen trachten we het kind zo te begeleiden en te stimuleren op zijn weg naar volwassenheid, dat het steeds beter in staat is en bereid is te bepalen, waar het zijn krachten wil inzetten om de algemene cultuuropdracht van de mens (nl. deze aarde te bewerken en te bewaren in samenwerking met en tot welzijn van alle medeschepselen) op persoonlijke wijze gestalte te geven, daarbij zijn kritische zin t.a.v. wat echt of onecht, waar of onwaar, recht of onrecht is te scherpen, en hem bereid te maken op te komen voor verdrukten en ont-rechten, aan welke kant die zich ook bevinden. Wij streven ernaar dat het kind zich opgenomen weet in een gemeenschap, waarin ouderen en jongeren elkaar steunen, stimuleren en corrigeren, om vanuit de verwachting van Gods rijk van liefde, in deze wereld te leven. We trachten hierbij aan de kinderen over te dragen, dat je betrokkenheid toont: door middel van samenwerking, door zelf verantwoordelijk te zijn voor je gedrag, door zelf beslissingen te nemen, door er blijk van te geven dat je zelfdiscipline hebt, door te laten zien dat je respect hebt voor andermans mening, door gedrag, dat een positieve bijdrage aan de gemeenschap levert. Op De Librije zien wij als grote taak onze opdracht de kinderen een goede basis mee te geven voor hun toekomst in onze maatschappij. Drie zaken spelen daarbij een belangrijke rol: 1. het aanleren van kennis en vaardigheden 2. een open houding ten opzichte van andere culturen en religies 3. veiligheid en sfeer Dit proberen we te bereiken vanuit de volgende uitgangspunten: De Librije gaat uit van een onderwijskundig model Dagelijks bestuur uitvoerende bestuurders Bernard Stornebrink Martin van Dijk waarbij een aantal technieken in vorderingengroepen worden aangeboden (bijvoorbeeld: technisch lezen en spelling), terwijl meer creatieve aspecten klassikaal en/of in werklessen aan de orde komen. In het ontwikkelings- en prestatieniveau van de kinderen zijn dermate grote verschillen dat er binnen het systeem plaats ingeruimd wordt voor individuele begeleiding. Het budget voor extra zorg op onze school wordt dan ook ingezet voor remedial teaching. Als Protestants Christelijke school willen wij, op basis van wederzijds respect, openstaan voor kinderen en ouders met een andere culturele en/of religieuze achtergrond. Vanuit deze basis is er de kans elkaar te leren kennen en te begrijpen en daardoor, op positieve wijze, met elkaar om te gaan in onze multiculturele samenleving. We vinden het erg belangrijk dat er in de omgang met elkaar een sfeer heerst, waarin leerlingen, leerkrachten en ouders zich prettig en veilig voelen. Dit proberen we te bereiken door het maken van duidelijke regels en afspraken. En door aandacht te besteden aan het voorkomen en bestrijden van pestgedrag en discriminatie. We hanteren hiervoor respectievelijk een gedragsprotocol dat uitgaat van een oplossingsgerichte aanpak van ongewenst gedrag en de code tegen discriminerend gedrag, beide onderdeel van het vernieuwde veiligheidsbeleid. Een belangrijke opdracht voor kinderen en leerkrachten is dus de zorg voor elkaar en de omgeving waarbij we onze visie samenvatten in het motto: samen bouwen aan respect en vertrouwen. 1.3 VPCO GORREDIJK Penningmeester Secretaris Algemeen bestuur - toezichthouders Marna Jongsma Sandra Grijze Esther van Dorresteijn Dennis Feenstra Gielis Dijk Voorzitter Notulist Afv. oudercommissie Onderhoud Algemeen lid De vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs te Gorredijk en omstreken exploiteert één reguliere basisschool in Gorredijk, pcbs De Librije. De vereniging hanteert de code voor Goed bestuur zoals deze door de PO-raad is vastgesteld. Op basis van deze code is bij de scheiding van het bestuur en toezicht gekozen voor het

model van de functionele scheiding. Het voltallige bestuur van de schoolvereniging bestaat uit 7 leden. Het algemeen bestuur telt 5 leden waar onder de voorzitter. Het dagelijks bestuur telt 2 leden, te weten de secretaris en penningmeester. Er zijn in het verslagjaar geen wijzigingen geweest in de statuten van de vereniging. Bestuurssamenstelling 31-12-2014 Het aantal leden van de Vereniging PCO Gorredijk was op 31 december 2014 234 leden en 127 huisgenootleden. Bij het analyseren van de aantallen blijkt dat het aantal leden is afgenomen met 5 terwijl het aantal huisgenootleden juist is toegenomen met 11. De afgelopen jaren treedt er binnen het ledenbestand een verschuiving op, waarbij het aantal leden zonder schoolgaande kinderen afneemt ten gunste van het de leden met schoolgaande kinderen. Het percentage van de gezinnen dat lid is van de vereniging is procentueel daarmee gestegen van 62% naar 84%. Dit lijkt op een groeiende betrokkenheid van de ouders voor de schoolvereniging te duiden. 1.3.1 SAMENWERKINGSVERBANDEN De vereniging is lid van de Vereniging Christelijke Scholen Opsterland (=VCSO) en krijgt van daaruit ondersteuning op bestuurs- en managementniveau door de per 1 augustus 2015 aangestelde Bestuursdirecteur die het voormalige ISM vervangt. De directeur van de Librije maakte tot 1-8-2014 deel uit van het ISM. Voor deze overkoepelende taak werd hij voor 1½ dag per week bekostigd door de bij de VCSO aangesloten scholen. De Librije maakt onderdeel uit van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Fryslân. Binnen dit samenwerkingsverband maakt de school op gemeentelijk niveau tevens deel uit van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs Opsterland, hetgeen een voortzetting is van het voormalige Weer Samen Naar School samenwerkings-verband Opsterwad. In dit samenwerkingsverband worden gezamenlijke middelen ingezet om het Passend Onderwijs beleid zo goed mogelijk uit te voeren. Binnen het expertisecentrum it Buro zijn de volgende disciplines werkzaam: een orthopedagoog, een psycholoog en een gedragsdeskundige en lichte administratieve ondersteuning. De vereniging heeft haar administratieve taken voor een belangrijk deel uitbesteed aan het onderwijsadministratie bureau Meppel(=OBM). Het bestuur kan tevens gebruik maken van de overige dienstverlening van het OBM zoals advisering en juridische ondersteuning. Er is een goed overleg met de medewerkers van het OBM en de jaarlijkse evaluatie van de administratieve processen is over het algemeen positief. De afspraken worden goed nagekomen en de planning wordt gehaald. Vanuit de school is er voldoende mogelijkheid om feedback te geven op het kwaliteitsniveau van het OBM. Verder is de school aangesloten bij de landelijke Besturenraad, die in 2014 is omgedoopt in Verus, een organisatie die landelijk opkomt voor de belangen van de schoolvereniging. Verus kan het bestuur ondersteuning bieden bij diverse aangelegenheden t.a.v. de werkgeversrol van het bestuur. De school is bovendien lid van de PO-Raad. De PO-Raad onderhandelt onder meer met de werknemersorganisaties over de CAO en met de aansluiting bij de PO-Raad is de landelijke CAO automatisch ook van toepassing op de Vereniging voor PCO te Gorredijk e.o. De door de PO-Raad ontwikkelde Code Goed Bestuur is ook van toepassing op onze schoolvereniging. 1.4 GEVOERD ONDERWIJSBELEID 2014 Onderwijskundige organisatie De Librije is een klassikaal georiënteerde basisschool met daarbinnen diverse klassen- en vakdoorbrekende werkvormen. De klassikale directe instructie wordt als de meest efficiënte onderwijsvorm ingezet. Na de instructie, die werkt met 3 instructieniveaus, wordt de leerstof gedifferentieerd verwerkt en is er ruimte voor verlengde instructie en pre-teaching. De gebruikte methodieken voldoen allemaal aan de kerndoelen en worden cyclisch vervangen. De resultaten van het onderwijs worden met behulp van het SVT leerlingvolgsysteem van Boomtestuitgevers, nauwkeurig in kaart gebracht en geanalyseerd. Op basis van deze analyse wordt het onderwijsaanbod voortdurend bijgesteld om zo goed mogelijk op de leerbehoefte van de leerlingen af te stemmen. De extra zorg faciliteiten van de Librije worden daar ingezet waar ze het meest nodig zijn. Dit gebeurt doormiddel van ondersteuning van de Interne Begeleiders, Remedial Teaching ondersteuning zowel binnen of buiten de klas en met de inzet van onderwijsassistenten en stagiaires. Binnen iedere klas zijn er kinderen die boven of onder het basisprogramma scoren. Voor kinderen met leerproblemen wordt waar nodig extra ondersteuning geboden en wanneer noodzakelijk de leerstof aangepast. Dat geldt tevens voor de kinderen die boven gemiddeld presteren. Deze kinderen krijgen extra leerstof aangeboden en waar dit structureel is wordt er eveneens een hulpplan opgesteld. Voor een kleine groep van deze leerlingen, die aan de daarvoor gestelde criteria voldoen, is er een aanbod met meer uitdaging buiten de klas. 38144 / 06IU 5 pcbs De Librije

In het schoolplan wordt de planning van de schoolontwikkeling globaal beschreven en nader uitgewerkt in het activiteitenplan met een meerjarenplanning. De onderdelen die voor 2014 gepland stonden worden hieronder kort beschreven. 1.4.1 EVALUATIE JAARPLAN 2014 In het kalenderjaar 2014 zijn er diverse ontwikkelingen geweest die hieronder kort worden beschreven. Leesonderwijs Aan het begin van het cursusjaar 2013-14 bleken de resultaten van het leesonderwijs in de midden- en bovenbouw lager uit te vallen dan verwacht. De analyse van de leesresultaten over de laatste 3 jaar bevestigde de indruk die de leerkrachten op dit gebied hadden. De ingestelde werkgroep heeft een plan van aanpak opgesteld om de resultaten structureel te verbeteren. Dit heeft geresulteerd in de invoering van duo-lezen voor de groepen 4 t/m 6, zodat de kinderen weer de nodige leeskilometers maken die ze bij het afgeschafte niveaulezen ook maakten. De resultaten van de SVT toetsen in juni lieten al een lichte verbetering zien en we verwachten dat dit zal doorzetten in de komende jaren door structureel vast te houden aan deze werkvorm naast het Voortgezet Technisch Lezen. De resultaten van Begrijpend lezen worden gevolgd aangezien ook daarbij enige twijfels waren ten aanzien van het niveau. Een goed technisch leesniveau heeft ook een opstuwende werking voor de resultaten van dit leesaspect. Het is evenwel nog te snel om een trend analyse voor dit vak op te stellen, deze volgt in 2016. DORR in de onderbouw In 2014 is er eindelijk een beslismatrix opgesteld voor de overgang in de onderbouw. De beslismatrix voorziet in een deugdelijke onderbouwing voor de overgang naar groep 3 of de verlengde kleutertijd. De opzet is inzichtelijk voor de ouders en we laten ruimte voor bespreekgevallen aangezien kinderen zich niet in een sluitende beslismatrix laten dwingen. De eerste ervaring met het toepassen van deze beslismatrix is overwegend positief, maar het blijft een lastige materie. We constateren dat er altijd bespreekgevallen blijven. Rekenen De invoering van de methode Rekenrijk is in 2014 verder afgerond. De implementatie is over het algemeen goed verlopen. In het nieuwe schoolplan zullen de afwijkingen ten aanzien van onze aanpak van verschillende algoritmen, evenals bij de vorige versie, nog worden vastgelegd. In de nieuwe methodiek zijn de referentieniveaus ook beschreven en deze komen goed van pas bij het opstellen van hulpplannen. De expertise op het gebied van Dyscalculie is verder uitgebreid met het bezoeken van verschillende scholingsbijeenkomsten. De diagnostische materialen kunnen inmiddels geleend worden van het Passend Onderwijs expertise centrum ít Buro ICT onderwijs In 2014 is Office365 ingevoerd voor de leerkrachten en de leerlingen vanaf groep 6. Zij werken nu met online diensten van Microsoft en de Cloud. Dit heeft het gebruik van USB sticks overbodig gemaakt en de kinderen raken bekend met de huidige stand van de techniek in het werken in de Cloud. In juli 2014 is een projectplan opgesteld voor het vlak voor de zomervakantie opgestelde SurfacePRO project van APSitdiensten in samenwerking met Microsoft. Deze aanvraag is begin oktober gehonoreerd en daarmee maakt de Librije deel uit van de groep van 9 basisscholen in Nederland die gaan werken met de computer/tablet SurfacePRO 2. Er zijn 50 van deze tablets ontvangen van het APSitdiensten en de groepen 7 en 8 zullen hiermee aan de doelen van het projectplan gaan werken om zo nog meer uit het Office365 platform te halen. Het projectplan is online op de website van de school aanwezig. Zorgstructuur Met ingang van 1 augustus 2014 is Passend Onderwijs eindelijk definitief ingevoerd. Er is een SchoolOndersteuningProfiel(=SOP) voor de school opgesteld, welke op de website van school te raadplegen is. De Librije maakt deel uit van het expertisecentrum it Buro van Passend Onderwijs Opsterland. De scholen van Opsterland zijn op zichzelf weer onderdeel van het Samenwerkingsverband Fryslân. Het SOP zal zo mogelijk worden geïntegreerd in het schoolplan dat in 2015 vernieuwd wordt. In 2014 is de Passend Onderwijs procedure van het ondersteuningsteam al in gebruik genomen. De ondersteuningsteams blijken bijzonder goed bij te dragen aan het zoeken en vinden van werkbare oplossingen bij geconstateerde leer- en gedragsproblemen. Tevens is in dit kader ook het aantal groepsbesprekingen opgevoerd tot 4 maal per jaar. Deze werkwijze zorgt voor een planmatig karakter van de extra ondersteuning. In 2014 is in de teamcursus verder gewerkt aan de actiepunten die voortkwamen uit het inspectie bezoek van december 2013. De teamcursus heeft eind december 2014 een stuk opgeleverd waarin de voorlopige normeringen staan opgenomen ten aanzien van de rapportage en het opstellen van hulpplannen. Deze zullen begin 2015 aan de praktijk worden getoetst en zullen in het nieuwe schoolplan 2015-19 worden opgenomen. In november 2014 is de NSCCT toets voor de tweede keer afgenomen in de groepen 4 t/m 8. De resultaten 38144 / 06IU 6 pcbs De Librije

zijn inmiddels integraal verwerkt in het SVT leerlingvolgsysteem. De overeenkomsten met de normeringen van de (Friese) Plaatsingswijzer zijn verrassend groot en ondersteunen ons in het opstellen van een goed VO-schooladvies. De inspectie veronderstelde tevens dat het door ons opgestelde VOadvies aan de voorzichtige kant is. De eerste bevragingen van het voortgezet onderwijs wijzen echter in een andere richting. Er is geen aanwijzing dat we als school lager verwijzen dan wenselijk en de opstroom van onze leerlingen wijkt niet af van die van de andere scholen in de voedingsgebieden van de bevraagde VOscholen in Heerenveen en Gorredijk. Het protocol voor hoogbegaafdheid is nog niet verder uitgewerkt en vastgesteld. De beschrijving en vaststelling van de criteria en de werkwijze betreffende de plusgroep is doorgeschoven naar het volgende verslagjaar. Fides De teamscholing Fides om het zelfvertrouwen van de kinderen te bevorderen is in het voorjaar van 2014 afgerond en in juli ontving de school het Fidescertificaat. Dit programma is een belangrijk onderdeel van onze aanpak om bijvoorbeeld pesten en ander ongewenst gedrag aan te pakken en past volledig in onze oplossingsgerichte werkwijze om de kinderen te begeleiden in het ontwikkelen van gezonde omgangsvormen. Bestuurlijk toezichtkader Het bestuur heeft een toezichtkader uitgewerkt op basis van de bevoegdheden matrix zoals deze in 2011 bij de statuten wijziging is vastgesteld. De scheiding tussen bestuur en toezicht krijgt daardoor meer vorm. De agenda van de algemene bestuursvergaderingen zijn hierop aangepast en er is in overleg met de MR een jaarplan opgesteld. Cultuurproject Oerol yn e Gordyk In de laatste twee maanden van het cursusjaar 2013-14 is in alle groepen hard gewerkt aan het cultuurproject Oerol yn e Gordyk. Met de ondersteuning van de verschillende docenten uit verschillende disciplines hebben de kinderen een presentatie voorbereid voor de ouders. Net als Oerol op het eiland Terschelling was die zomerse dag een bijzondere gebeurtenis, waarbij op allerlei locaties rondom de school en het park presentaties van dans, muziek en theater werden gehouden. De avond werd afgesloten met een gezamenlijk concert met muziekvereniging de Vlecke en daarbij waren honderden mensen aanwezig. Tijdens die feestelijke afsluiting nam de school tevens het Fides certificaat in ontvangst. VCSO samenwerking De besturen van de Christelijke scholen in Opsterland zijn lid van de VCSO, de vereniging Christelijke Scholen Opsterland. In 2014 zijn de statuten van de VCSO vernieuwd. Er wordt nu gewerkt met en vanuit een strategisch beleidsplan. De structuur van de VCSO is veranderd. Het bestuur wordt vanaf 1 augustus 2014 gevormd door personen die deskundig zijn op bepaalde terreinen, zoals financiën, HRM en onderwijs. Een Bestuursdirecteur heeft de taken overgenomen van het ISM (inter-scholair-management) Zowel voor de leden van het VCSO-bestuur als voor de Bestuursdirecteur zijn profielen vastgesteld. De besturen kunnen de Bestuursdirecteur via nog nader uit te werken afspraken mandaat verlenen om bepaalde zaken binnen de scholen te monitoren. Het toezichthoudend bestuur kan haar taken beter uitvoeren als er ook informatie van de Bestuursdirecteur ingewonnen kan worden over het functioneren van de eigen school. Daarnaast heeft de Bestuursdirecteur een ondersteunende rol ten gunste van zowel de besturen als de directies. De nieuwe samenwerkingsvorm leidt tot meer onderlinge afstemming tussen de scholen op het gebied van kwaliteitsbeheer, maar tevens voor andere gebieden. Bijvoorbeeld op financieel terrein om door de samen in te kopen prijsvoordeel te realiseren. De besturen van de scholen die lid zijn van de VCSO behouden hun autonomie. Binnen dat kader worden door de Bestuursdirecteur adviserende, ondersteunende, coördinerende en monitorende taken uitgevoerd. Personeelsbeleid In juli van 2014 werden de contouren van de nieuwe CAO zichtbaar. Ondanks het feit dat het bestuur tegen deze nieuwe cao heeft gestemd is deze toch vanaf 1 oktober 2014 van toepassing op de Librije. De uitwerking van de uiteindelijk in december 2014 ondertekende cao heeft al heel wat voeten in de aarde gehad en zal nog veel inspanning vergen om deze goed in te voeren. 38144 / 06IU 7 pcbs De Librije

Het taakbeleid is opnieuw voor een periode van 3 jaar vastgesteld, maar deze staat door de nieuwe regels in de cao meteen al enigszins onder druk en zal mogelijk opnieuw bekeken moeten worden. De planning omtrent het communicatiebeleid is niet gehaald en zal in 2015 opnieuw in de planning worden opgenomen. Huisvesting De structurele energiekosten van de school zijn naar inschatting van het bestuur te hoog. De acties die op dit terrein zijn ondernomen beginnen eind 2014 al enige vruchten af te werpen. Er komt een besparing in zicht, maar in 2015 zal dit proces verder uitgewerkt worden om een en ander in balans te brengen en het verbruik binnen acceptabele grenzen te krijgen. Het zelf opwekken van energie heeft daarbij ook de nodige aandacht gehad, maar ook dit vergt meer tijd dan eerst gedacht. Kwaliteitsbeleid Het kwaliteitsbeleid is er op gericht dat we onze doelen goed stellen en bijstellen waar dat nodig blijkt. Op schoolniveau wordt gebruik gemaakt van het pakket Werken Met Kwaliteitskaarten (=WMK). Met dit instrument worden de procedures en doelen in een vierjaren cyclus bewaakt via de stappen Plan Do Check Act. Een werkcyclus die op alle werkniveaus terug te vinden is, zowel op individueel kindniveau, groepsniveau als op schoolniveau. Eind 2014 is de 4e en laatste QuickScan van de 4 jarige cyclus afgenomen. De resultaten zullen mee worden genomen in de planning van het schoolplan 2015-2019. Om goed zicht op de kwaliteit te houden worden de resultaten van de toetsen goed geanalyseerd zowel op groepsniveau als op schoolniveau. De geplande trendanalyse op basis van de nieuwe SVT toetsen van Boomtestuitgevers is verschoven naar de herfst van 2015. Dan zijn er voldoende gegevens beschikbaar voor een goede analyse. De nieuwe Schoolvaardigheidstoetsen hebben de Cotan certificering gekregen. De inspectie geeft aan dat de COTAN gecertificeerde SVT toetsen dit cursusjaar weer gebruikt mogen worden om de onderwijsopbrengsten mee te verantwoorden. De normen van de inspectie zijn nu ook opgenomen in het nieuwe toezichtkader en daarmee lijkt het mogelijk dat we straks weer terugkeren in het 4-jaarlijkse toezicht van de inspectie in plaats van het 2-jarige regiem van de afgelopen jaren. De Librije is een school waarin veel zorgleerlingen een plaats vinden en die zich binnen de groepen op een eigen niveau en tempo kunnen en mogen ontwikkelen. Kinderen leren in een heterogene groep omgaan met de onderlinge verschillen van mensen en hun capaciteiten. Er worden zelden kinderen naar het speciaal onderwijs verwezen. Pas wanneer de mogelijkheden van eigen leerlijnen binnen een groep uitgeput zijn kan, in goed overleg met de ouders, hiervan sprake zijn. Onder meer hierdoor ontstaat een sterk wisselend beeld t.a.v. de uitstroom naar het Voortgezet onderwijs. De uitstroom is sterk afhankelijk van de startcapaciteiten van de leerlingen. Het is in onze ogen niet correct de opbrengsten van de school uitsluitend te verantwoorden met een gemiddeld cijfer van de toets resultaten van groep 8. Van de kinderen die in juli 2014 de school verlieten hebben een 16 leerlingen schoolloopbaan van 8 jaar op de Librije achter de rug en 8 leerlingen hebben de school in ruim 7 jaar doorlopen. Daarnaast zijn er 5- instromers die slechts 2 tot 4 jaar op de Librije onderwijs genoten hebben. De gemiddelde schoolloopbaan van de leerlingen die hun hele basisschoolloopbaan op de Librije hebben gezeten komt daarmee uit op 7,7 jaar, waarmee we dus onder de 8 jaar blijven. Onderstaande de figuur laat zien hoe de uitstroom is geweest in de periode van 2005 tot en met het verslagjaar 2014. In de tabel onder de grafiek zijn de percentages leesbaar voor de verschillende uitstroomprofielen. Ruim 20% is uitgestroomd naar VWO en daarmee steken we in positieve zin af tegen het Friese en het landelijk gemiddelde. De verdere verdeling is redelijk evenwichtig. Dit jaar was de uitstroom naar het praktijk onderwijs opnieuw nihil. 1.4.2 OPBRENGSTEN De opbrengsten van het onderwijs laten zich niet eenvoudig in kaart brengen door alleen de uitstroomcijfers van groep 8 te publiceren. Het doet noch de school, noch de leerlingen recht om alleen op basis van alleen deze cijfers conclusies te trekken over de onderwijskwaliteit. 38144 / 06IU 8 pcbs De Librije

Vorderingen op basis van leerlingvolgsysteem Vanaf groep 3 tot en met groep 8 worden jaarlijks 2 maal de toetsen van het SVT leerlingvolgsysteem afgenomen. De resultaten van deze toetsen worden benut om het onderwijs zo goed mogelijk op de kinderen af te stemmen. Op schoolniveau krijgen we hiermee tevens enig zicht op het leerrendement van de leerlingen ten opzichte van de normlijn. Op basis van de grafiek kan geconcludeerd worden dat deze groep een goede schoolloopbaan achter de rug heeft. De groei ten aanzien van de leerstof is over het algemeen genomen ruim voldoende. Opvallend zijn de minder goede resultaten van zowel technisch als begrijpend lezen naar groep 5. Op het gebied van lezen is begin 2014 een koerswijziging ingezet met het duolezen en tutor lezen. De nieuwe begrijpend lezen methode moet zijn vruchten in de komende jaren ook nog gaan afwerpen. Deze methodiek gaat nu het derde cursusjaar in gebruik en dat betekent dat deze groep de wisseling in de methode heeft meegemaakt. De aansluiting tussen de vorige en de nieuwe is duidelijk niet zonder problemen verlopen. Over twee jaar zijn de effecten van deze harde knip verdwenen als de groepen de nieuwe methode vanaf groep 4 hebben gebruikt en de doorlopende leerlijn weer ten volle zijn effect sorteert. 1.4.3 INSPECTIE Het laatste inspectieonderzoek dateert van december 2013 en is beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.1 De inspectie kan over de opbrengsten van 2013 formeel geen oordeel geven aangezien de Librije niet beschikt over de door de inspectie toegelaten toetsen. De inspectie heeft wel kennisgenomen van het gedetailleerde leerlingvolgsysteem dat onderhouden wordt en kwam daarbij tot de conclusie dat de resultaten geen aanleiding geven tot het wijzigen van het zogenaamde basisarrangement. De school kan in ieder geval aan de ouders voldoende duidelijk laten zien hoe de kinderen zich ontwikkelen. We gebruiken het leerlingvolgsysteem Schoolvaardigheidstoetsen (=SVT) van Boomtestuitgevers. Deze toetsen zijn in zeer korte tijd af te nemen en leggen geen grote druk op de kinderen. Inmiddels zijn de SVT toetsen COTAN genormeerd en daarom worden deze met ingang van 2015 wel toegelaten door de inspectie en kan deze bij een volgend bezoek wel een formeel oordeel vellen. 1.4.4 ALGEMENE ACTIVITEITEN Uiteraard is er een heel scala aan activiteiten die een jaarlijks terugkerend karakter hebben. Hieronder een greep uit alle activiteiten in de volgorde van het cursusjaar. 30 e Librijerse-Fiets-Puzzel-Tocht in de tweede schoolweek. December de kerstvieringen in alle groepen. Tien-minuten-gesprekken, voortgangsgesprekken, ouderavonden en huisbezoeken Sportactiviteiten; schoolkorf-en voetbal, de avond4daagse Paasviering in de Skâns Groep 7 en 8 bezochten Westerbork en hadden de Kranslegging bij de hoofdbrug Himmeldei voor groep 7 Verschillende theater voorstellingen voor de groepen 3, 7en 8 Schoolreisjes voor de groepen 1+2, 3+4 en 5+6 Daags schoolkamp op Ameland met groep 7 en 8 Sport- en spelmorgen georganiseerd door de oudercommissie op de Koningsdag Cultuurproject rondom een thema. Sinterklaasfeest en playbackshow Afscheidsmusical van groep 8 Startavond bestuur/mr/team/oudercommissie Nieuwjaarsreceptie voor alle geledingen 1.5 TOEKOMSTPARAGRAAF - 2015 Voor het nieuwe boekjaar staat weer veel op stapel naast de reeds lopende activiteiten. De doelstellingen en de mijlpalen in de tijdsplanning zijn nader uitgewerkt in het planschema Schoolontwikkeling en kwaliteitsbeheer, dat op school ter inzage is voor belangstellenden. Hieronder een korte beschrijving van de voorgenomen activiteiten. Leesonderwijs Het leesonderwijs is de pijler onder het onderwijs en verdient daarom de nodige aandacht, zeker als het gaat om de monitoring van de resultaten. De in 2014 ingezette koerswijziging ten aanzien van het Technisch Lezen wordt verder doorgezet in 2015 en geformaliseerd. De resultaten van de wijziging laten al voorlopige resultaten zien die wijzen op een verbetering ten opzichte van eind 2013. De resultaten aan het eind van het lopende cursusjaar zullen deze nogmaals moeten bevestigen. De nieuwe werkwijze zal in het schoolplan 2015-2019 verder uitgewerkt en vastgelegd worden. De resultaten van het begrijpend lezen zullen ook in de trend analyse van 2015 worden opgenomen. 1 www.owinsp.nl 38144 / 06IU 9 pcbs De Librije

Wereld Oriënterende Vakken In 2015 zullen de methodieken voor de wereld oriënterende vakgebieden worden vernieuwd. Dit betreft de vakgebieden Geschiedenis, Aardrijkskunde en Natuur en Techniek. Binnen het team zal na een voorlichtingsronde over de opvolgers van de huidige methode worden afgewogen of we met deze opvolger verder gaan of een ander alternatief kiezen. Engels Ook het vak Engels zal in 2015 tegen het licht worden gehouden. Er zijn signalen vanuit het Voortgezet onderwijs binnengekomen dat onze kinderen enige achterstand hebben ten opzichte van andere basisscholen. In 2015 zal dit nader onderzocht worden en daarbij zal ook de discussie gevoerd moeten worden om een bredere invoering te overwegen dan alleen in groep 7 en 8. DORR in de onderbouw Eind 2014 zijn we gestart met de verwerking van de observatiegegevens van DORR op de webbased applicatie, met gebruikmaking van de door het ASPitdiensten beschikbaar gestelde SurfacePro tablets. In 2015 zullen de leerkrachten op dit gebied zich verder professionaliseren en ervaring opdoen in het werken met deze digitale omgeving. ICT en techniek Er is een separaat projectplan geschreven voor de deelname aan het SurfacePROject van APS-itdiensten en Microsoft. Dit projectplan bevat de beschrijven van de doelen en de mijlpalen en is beschikbaar op de website van school. 2. Doelstellingen zijn om te onderzoeken hoe we tablets effectief kunnen inzetten in het onderwijs, zowel bij het lesgeven en verwerken van de administratie op leerkracht niveau. Daarnaast ook hoe de kinderen hun lesstof er mee kunnen verwerken. Het driejarige project wordt begeleid door APS-itdiensten en omvat ook de nodige scholingsactiviteiten voor het team. Binnen het projectplan is ook specifiek aandacht voor het leren coderen door de kinderen. Dit zal een vast onderdeel van de ICT lessen. Deze vorm van techniek willen we op een goede manier aandacht te geven mede om de attitude van kinderen ten opzichte van de beroepen in de ICT coding te verbeteren. Kwaliteitsbeleid In 2015 zal de volgende oudervragenlijst worden uitgezet om de oudertevredenheid opnieuw in kaart te brengen. We doen dit eens in de 4 jaar en dit jaar zal de benchmark vragenlijst worden uitgebreid met enkele vragen vanuit de MR van de school. De items die uit de vragenlijst naar voren komen zullen zo mogelijk ook meegenomen worden in de nieuwe planning naar aanleiding van het nieuwe schoolplan. In 2015 zal in het schoolplan dan ook een nieuwe 4- jarige cyclus voor de QuickScans opgezet moeten worden, aangezien de voorgaande cyclus in 2014 is afgerond. Verder zal er in 2015 verder gewerkt worden aan nieuwe zaken die vanuit de CAO 2015 op ons afkomen in de sfeer van peer-review en dergelijke. Zorgstructuur Het schoolondersteuningsplan (=SOP) zal in 2015 zijn nut moeten gaan bewijzen. De eerste evaluatie van het SOP is gepland aan het begin van het nieuwe cursusjaar 2015-16. De zorgstructuur binnen school zal middels nascholing afgestemd moeten worden op de vraag die er vanuit de onderwijssituatie ontstaat. In eerste instantie is het omgaan met gedragsproblemen een van de grote uitdagingen. Daarnaast zullen we op onderdelen onze expertise binnen het team op het gebied van extra ondersteuning bij leer-en gedragsproblemen verder moeten uitbreiden. VCSO samenwerking De samenwerking van de PC scholen in Opsterland in het VCSO zal in 2015 verder vorm moeten krijgen. De bestuurscontracten zullen worden opgesteld en ondertekend waarmee de mandaten van de bestuursdirecteur helder worden. Dit zal bijdragen aan de kwaliteitsverhoging van de aangesloten scholen. De nauwe samenwerking moet meer onderlinge afstemming tussen de scholen op het gebied van kwaliteitsbeheer opleveren. Dit zal tevens ter ondersteuning van het toezichthoudend bestuur staan. Personeelsbeleid Ondanks het feit dat het bestuur tegen de nieuwe CAO heeft gestemd zal er toch mee gewerkt moeten worden aangezien deze algemeen verbindend is verklaard. De uitwerking van de CAO zal in 2015 de nodige inspanning van directie en team vergen om tot goede en sluitende afspraken te komen. Een punt van zorg is de grote mate van individueel overleg die dit oplevert en daarmee de werkdruk van de directie zal verhogen. De verwachting is dat de regels van deze CAO in 2015-16 doorgetrokken zullen worden en daarom is het zaak om afspraken te maken die voor langere tijd geldig zijn. 2 SurfacePROjectplan op website www.pcbs-librije.nl 38144 / 06IU 10 pcbs De Librije

Huisvesting Met ingang van het lopende cursusjaar 2014-15 is het noodlokaal in de hal permanent in gebruik. Het bestuur spant zich in om in 2015 de huisvesting zodanig aan te passen dat er ook voor de 12e groep een adequaat lokaal beschikbaar komt. Tevens zal hierbij rekening gehouden moeten worden met de prognoses en het op te stellen nieuwe gemeentelijk Integraal Huisvestings Plan. Belangrijk om te weten in dat geval is wanneer de Librije voor vervangende nieuwbouw in aanmerking zal komen. Daarnaast zal het buitenonderhoud geheel voor rekening van de school zelf zijn in 2015 en het beleid op dat punt zal in 2015 nader vorm gegeven moeten worden. Om de toekomstige kosten het hoofd te kunnen bieden zal een gedeelte van de reserve hiervoor bestemd worden zoals verderop in het financieel verslag toegelicht wordt. Er zal ook worden onderzocht in hoeverre de samenwerking met de VCSO scholen schaalvoordeel kan opleveren bij aanbestedingen van buitenonderhoud. 38144 / 06IU 11 pcbs De Librije

2 CONTINUÏTEITSPARAGRAAF 2.1 GEGEVENS SET A1 PERSONEEL EN LEERLINGEN De ontwikkelingen ten aanzien van de personele bezetting en de leerlingen aantallen in het boekjaar 2014 worden in dit hoofdstuk beschreven. In de Handreiking voor de continuïteitsparagraaf komen de voorgenomen aanpassingen in de formatie en leerlingen op twee plaatsen voor, we hebben er voor gekozen die toekomstige ontwikkelingen niet hier maar in hoofdstuk 2.4.2 te beschrijven 2.1.1 PERSONELE ONTWIKKELINGEN IN 2014 De samenstelling van het onderwijskundig team in het verslagjaar voor wat betreft de personen ongewijzigd. Wel zijn er in de taakomvang van verschillende personeelsleden enkele mutaties geweest. 19 groepsleerkrachten 1 remedial teacher 1 onderwijs assistent 1 tuinman 1 vakleerkracht op payroll 2.1.1.1 Overhead Tot de overhead worden die formatie-uren gerekend, waarbij er niet met kinderen wordt gewerkt. Dit betreft onder meer de werkzaamheden die vallen onder het kernteam, directie en tuinonderhoud. Op peildatum 31-12-2014 is de overhead, gerekend in taakuren, ruim 10% van het aantal formatie-uren. Door de uitbreiding van het totaal fte s is dit percentage gezakt ondanks het feit dat ook de ISM uren per augustus zijn toegevoegd aan de directie taak van de eigen school. 2.1.1.2 Leeftijdsopbouw Het ouderschapsverlof van een van de groepsleerkrachten dat aansluitend op het zwangerschapsverlof werd opgenomen liep het hele jaar door. De vervanger voor deze vacature is een pas afgestudeerde leerkracht en deze kon voor de schoolvereniging behouden worden. Aangezien de school het nieuwe cursusjaar meteen met 12 groepen van start ging ontstond er enige vacatureruimte op het gebied van groepsleerkrachten met volledige lesbevoegdheid. De in 2013 ontslagen personeelsleden konden niet in deze ruimte worden benoemd. De vacatureruimte is voor het grootste deel door het reeds zittende personeel opgevuld. In oktober is de ontslagen vakleerkracht gymnastiek, tijdelijk op payroll benoemd om gymlessen te geven. Deze benoeming loopt tot het einde van cursusjaar 2014-15. Op 31 december 2014 telde de Vereniging 26 personeelsleden waaronder 1 personeelslid tijdelijk op payroll vanaf oktober en 1 op basis van detachering uit de voormalige basisschool van Siegerswoude. Tweeëntwintig personeelsleden hebben lesgevende taken. De samenstelling van het team ziet er als volgt uit: 1 directeur 2 IB-ers LB Zetten we de leeftijd af in de baanomvang (=wtf) dan merken we op dat er de afgelopen jaren meer balans tussen de leeftijdscategorieën gekomen is, al blijft de categorie 45 54 het grootst. Dit is het gevolg van het natuurlijk verloop en de ontslagen van de afgelopen jaren. De basis van het onderwijskundig team bestaat uit groepsleerkrachten met een ruime ervaring. Dat betekent ook dat de nieuwe instroom van jonge collega s daardoor goed begeleid en opgevangen kan worden. Bij de berekening van de lumpsuminkomsten wordt de gemiddelde gewogen leeftijd(=ggl) als rekenfactor meegenomen. Dit getal wordt gebaseerd op de situatie op de laatste teldatum. Met dit getal wordt de school gedeeltelijk gecompenseerd voor de hogere salariskosten van oudere personeelsleden. De systematiek heeft echter een minimum van 30 jaar en een maximum van 50 jaar. Personeelsleden die ouder zijn dan 50 blijven voor dit systeem even oud en leveren dan naar verhouding niet de compensatie in loonkosten op. De GGL van de Librije is de afgelopen jaren altijd flink hoger geweest dan het landelijk gemiddelde. Sinds 2013 is het gemiddelde van de Librije enigszins gedaald. De GGL was op 1-10-2014 vastgesteld op 42,24, opnieuw een daling van ruim 1 punt. (2014 was 43.52). Met deze rekenfactor zorgt het ministerie er voor dat de inkomsten en kosten min of meer in balans blijven. Het is dus een misvatting te denken dat het aannemen van 38144 / 06IU 12 pcbs De Librije

jonger personeel een daling van de kosten oplevert, de inkomsten dalen immers ook. 2.1.1.3 BAPO In het afgelopen jaar werd duidelijk dat de BAPO met de nieuwe CAO waarschijnlijk zou verdwijnen. Dit heeft deels een kleine toename van de verlofopname opgeleverd. Per 1 oktober zijn de nieuwe regels met terugwerkende kracht ingevoerd. De uitwerking is evenwel niet met terugwerkende kracht te realiseren aangezien het niet mag leiden tot verdringing van de leerkrachten die deze uren nu invullen. Ook later is dat nog steeds aan de orde voor het personeel dat wil afzien van het verlof. verlof in de praktijk eerder duurder voor de schoolorganisatie dan de BAPO. 2.1.1.4 Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is in 2014 verder toegenomen tot 5%, een forse stijging, zeker als we het vergelijken met de periode van voor 2011. Eind 2013 was er sprake van nieuwe langdurige ziektegevallen die doorliepen in 2014. Hiervoor zijn reintegratietrajecten opgezet en in dit jaar afgerond. Eind 2014 was er opnieuw een ziekmelding met een langdurig karakter die verder in 2015 door zal lopen. Nieuwe BAPO aanvragen zullen feitelijk achterwege blijven en enkele personeelsleden zullen gedwongen zijn de huidige BAPO terug te dringen aangezien de overgangsregeling niet tegemoet komt aan die personeelsleden die al een voorschot op de verhoging bij 56 jaar hadden meegerekend. Dit betekent een kleine kostenverhoging voor de organisatie. Voor het verslagjaar zijn er nog geen grote wijzigingen t.o.v. het bestaande regime. Hoe het in 2015 verder gestalte zal krijgen is nog niet helemaal duidelijk en daarmee dus evenmin de financiële gevolgen. In de nieuwe regeling zal het personeel vanaf 57 jaar recht verkrijgen op 130 uur Duurzame inzetbaarheid (naar rato). Wanneer deze uren als verlof zullen worden opgenomen zal het personeelslid zelf 50% in de kosten moeten bijdragen. In 2017 zal het aantal personeelsleden die voor dit verlof in aanmerking komen met 5 zijn toegenomen, hetgeen goed is voor 3,2Fte. (3,2 X 130 uur = 416 uur) Feitelijk zal deze transitie de kosten voor het verlof opdrijven, maar het is nu slecht in te schatten hoe dit zal uitpakken. Temeer aangezien er nog geen zicht is op de middelen die hiervoor van overheidswege beschikbaar worden gesteld. Helder is wel dat de afschaffing van de BAPO geen besparing voor de werkgever zal opleveren, hetgeen in principe wel de inzet was. De nieuwe regeling voor duurzame inzetbaarheid geldt nu voor alle personeelsleden en daarmee is de vervanging van dit Het ziekte percentage komt daarmee voor 2014 uit op 5% en daarmee benaderen we, ondanks alle inspanningen om de werkdruk te verlagen, langzaam maar zeker het landelijke beeld van ruim 6%. In nevenstaande grafiek wordt de duur van het verzuim in kaart gebracht. Duidelijk is dat de langdurig zieken het leeuwendeel van het aantal meldingen uitmaken. Slagen we er in om deze lange ziekteperiodes terug te dringen dan resteert er een percentage van ruim 1% voor de overige meldingen. Het is van het grootste belang om ons te blijven inspannen de werkomstandigheden zodanig vorm te geven dat de stijging tot staan wordt gebracht. Het streven is om het percentage tot onder de 2 % terug te dringen, hetgeen het afgelopen jaar niet is gelukt. Eind 2014 is het percentage ruim 2% tot het moment de nieuwe langdurige melding verschijnt. We zullen aandacht blijven besteden aan de ervaren werkdruk. Met goede afspraken ten aanzien van de administratieve handelingen en overige taken zullen we het aantal langdurige ziekte meldingen terugdringen, waarbij we ons opnieuw richten op de 2%. De nieuwe CAO zou hier ook aan moeten bijdragen met het instellen van de 40-urige werkweek. Of dit werkelijk de gewenste daling kan versnellen is nog even afwachten. 2.1.1.5 Professionele ontwikkeling Het budget voor het nascholingsbeleid is vastgesteld op 1,75 % van het leerling-afhankelijke lumpsumbudget. Voor het kalenderjaar 2014 was een bedrag van 11.500 beschikbaar, waar de deskundigheidsbevordering van de schoolleiding bij inbegrepen was. Vanaf augustus 38144 / 06IU 13 pcbs De Librije

2013 wordt er ook gebruik gemaakt van de lerarenbeurs voor de opleiding van de Remedial Teaching leerkracht. In 2014 is de Fides training in de vorm van clinics in alle groepen afgerond voor zowel de leerkrachten als de kinderen. Met de Fides teamtraining hebben we duidelijke handvatten gekregen om op een oplossingsgerichte werkwijze gedrag bespreekbaar en hanteerbaar te maken. De teamleden hebben naast de jaarlijkse teamtraining ook deelgenomen aan individuele professionaliseringstrajecten, waaronder leesonderwijs en gedragsbehandeling. Verder zijn de jaarlijkse trainingen gevolgd voor het op peil houden van de BHV bevoegdheden en is het aantal BHV-ers opnieuw uitgebreid. Het budget voor de professionalisering was dit jaar niet toereikend door de intensieve Fides training. De scholing in het kader van de uitvoering van de planmatige zorg rondom de invoering van Passend onderwijs zal ook de komende jaren aandacht blijven vragen. Zeker met de nieuwe CAO zullen de nascholingsactiviteiten in beeld blijven. Het beschikbare budget voldeed al jaren ruimschoots aan de eis dat er 500 per fte beschikbaar zou moeten zijn. 2.1.1.6 Personeelsbeleid en invoering Functiemix Alle leraren en onderwijsassistenten beschikken over een lerarenportfolio. Deze is uitgebreid met de uitslagen van de verschillende scans.3 Van alle aanvullingen op het portfolio verstrekt de leerkracht ook een kopie aan de directie ten behoeve van het bekwaamheidsdossier. De teamleden onderhouden een Persoonlijk Ontwikkelings Plan. Voor het ontwikkelen en bijhouden van het persoonlijk ontwikkelingsplan gebruiken we de webbased versie van WMK-po. Het POP en dan vooral het persoonlijk actieplan is onderdeel van de functioneringsgesprekken. Met ingang van 1 augustus 2013 telt de school 2 Interne Begeleiders in de LB schaal. Het vereiste percentage voor de functiemix is daarmee nog niet gehaald en zal ook de komende jaren waarschijnlijk niet worden gehaald. In 2014 zijn er ook voor het eerst beoordelingsgesprekken gevoerd met de groepsleerkrachten. Aan het eind van het verslagjaar zijn nog niet alle collega s aan de beurt geweest, maar dat vindt zijn vervolg in 2015. 2.1.1.7 Verwachte personele bezetting De financiën beschikbaar voor de formatie voor een cursusjaar wordt gebaseerd op het aantal kinderen dat op 1 oktober in het voorgaande schooljaar de school bezochten. In paragraaf 2.1.2 wordt geschetst welke gevolgen deze zogenaamde T-1 systematiek heeft in tijden van groei. Voor de verdeling van het aantal leerlingen over de groepen wordt onderscheid gemaakt tussen onderbouw en bovenbouw. Voor de formatie van de onderbouw streven we naar 22 tot 25 leerlingen per lokaalgroep. Voor de midden- en bovenbouw is dat aantal idealiter 25 tot 30 leerlingen. Met ingang van het cursusjaar 2013-14 is het aantal combinatiegroepen teruggebracht tot 1 en toch is de maximale grootte per lokaalgroep beperkt tot 30. De verwachte groei naar 12 groepen is met ingang van augustus 2014 uitgekomen en daarmee is de formatie ook gegroeid ten opzichte van 2013. Het ziet er naar uit dat ook het volgende cursusjaar 2015-16 de school 12 groepen zal tellen. Het personeelsbestand zal naar verwachting voorlopig nog niet hoeven te krimpen. Aan het eind van cursusjaar 2015-16 nemen we afscheid van een grote groep 8 van bijna 40 leerlingen. Het is onzeker of in dat jaar de instroom ook voldoende is om het aantal leerlingen op peil te houden. Gezien de mogelijkheid om in dat geval terug te gaan naar 11 groepen wordt overwogen om een preventieve rddf plaatsing van 1 fte te overwegen. 2.1.2 LEERLINGAANTALLEN EN FORMATIE IN 2014 Het cursusjaar 2014-15 was het eerste cursusjaar waarbij we het cursusjaar als 12-groepenschool zijn gestart en het ziet er naar uit dat de 12 groepen nog enkele jaren nodig zullen zijn. Het beleid van de VPCO Gorredijk is er op gericht om de groepen niet te groot te laten worden. Het streven is om de groepen rond de 25 leerlingen te houden met een maximum van 30 leerlingen in de midden- bovenbouw. Bij de invulling van de formatie zijn de Lumpsum financiën bepalend. In de jaarbegroting 2014 is nog rekening gehouden met de ontslagkosten (naar schatting 26.500) vanuit 2013. Het begrote negatief resultaat van ruim - 33.000 was mede daardoor negatief. Deze ontslagkosten zijn ook dit boekjaar niet geclaimd en dienen dus opnieuw gereserveerd te worden tot het moment dit wel het geval zal zijn. Door de T-1 bekostigingssystematiek loopt de bekostiging altijd een jaar achter op de werkelijkheid en veroorzaakt bij groeiende leerlingen aantallen dus meestal in een negatief exploitatieresultaat. In onderstaande tabel wordt duidelijk hoe dit T-1 beleid uitpakt. Werkelijk Bekostiging Doorgroei in de CURSUS aantal uitgangspunt loop van het JAAR leerlingen T-1 teldatum cursusjaar 1-okt 1-10-2011 = 1-10-2012 Jan t/m juli = 2012/13 228 llen = 239 11 llen 1-10-2012 = 1-10-2013 Aug t/m dec = 2013/14 239 llen = 266 27 llen 2014/15 1-10-2013 = 266 llen 1-10-2014 = 270 Aug t/m juli = 22 llen 3 Zie www.lerarenweb.nl voor de quickscan, checklist en feedbackscan 38144 / 06IU 14 pcbs De Librije

Op teldatum 1-10-2014 telde de school 270 leerlingen verspreid over 12 groepen en daarmee zitten er nu gemiddeld 22 á 23 kinderen in een lokaalgroep terwijl de bekostiging is gericht op ongeveer 24 leerlingen per groep. De indeling in 12 groepen levert dus ook een bijdrage aan het structurele tekort in de personele bekostiging. De positieve kant hiervan is evenwel dat de bekostiging voor het volgende cursusjaar opnieuw hoger zal zijn door de stijging van het aantal leerlingen die zich ook in 2014 voorzichtig heeft doorgezet. Per 1 oktober 2014 telde de school 270 leerlingen, een stijging van 4 leerlingen ten opzichte van 2013. Het aantal leerlingen in de onderbouw was 147 en in midden- bovenbouw 123. Gemeente breed is het aantal leerlingen als gevolg van de krimp opnieuw flink teruggelopen met -104 leerlingen. Binnen Gorredijk zijn de 4 openbare scholen samen teruggelopen met 8 leerlingen. Als gevolg van het voortdurende uitstel van de nieuwbouw en de samenvoeging van de Primo scholen lijkt het deelname percentage van deze scholen nadelig te worden beïnvloedt ten gunste van De Librije. ons als school een belangrijke taak ligt om deze kinderen in contact met christelijk gedachtengoed te brengen. Het voedingsgebied van de Librije strekt zich ook uit tot de omringende dorpen. In deze dorpen is geen Christelijk onderwijs waardoor ouders die hiervoor kiezen hun kinderen naar pcbs De Librije sturen. Onderstaande dorpen horen daarom tot het voedingsgebied van de Librije. In bovenstaande grafiek worden de cijfers van de laatste gemeentelijke prognose (op basis van 1-10-2014) tot 2030 gepresenteerd. Vanaf 2021 lijkt het aantal leerlingen dan een dalende lijn in te zetten, maar blijft tot en met 2030 boven de 250 leerlingen. Dat betekent dat we de komende jaren vooreerst nog een stijging van het aantal leerlingen mogen verwachten. De trend in de huidige inschrijfaantallen bevestigt dit gegeven. Pcbs De Librije is toegankelijk voor alle kinderen, waarvan de ouders de grondslagen van de vereniging respecteren. Sinds 2011 is de onderlinge verhouding tussen wel of niet kerkelijke achtergrond nogal gewijzigd. Veel ouders geven bij de inschrijving aan dat ze graag zien dat hun kinderen in aanraking komen met de verhalen uit de Bijbel, ondanks het feit dat ze zelf niet meer kerkelijk actief zijn. Deze ouders staan dus heel positief tegenover de identiteit van de school en dat betekent dat hier voor 8404 Langezwaag 8406 Tynje 8407 Terwispel 8408 Lippenhuizen 8409 Hemrik 8411 Jubbega 8413 Oudehorne 8456 Knipe Het grootste deel van de kinderen (92 %) is natuurlijk afkomstig uit Gorredijk. Het percentage van kinderen uit de overige dorpen (8 %) verandert de laatste jaren weinig. Het grootste aantal van deze kinderen komt met ruim 4 % uit Lippenhuizen. 38144 / 06IU 15 pcbs De Librije

2.2 GEGEVENS SET A2 MEER JAREN BEGROTING 2.2.1 MEERJARIGE BALANS Begroting Begroting Begroting Begroting 1. Activa 2014 2015 2016 2017 2018 Materiele vaste activa 283.282 285.525 268.665 281.612 265.705 Vlottende activa 90.004 67.185 69.210 71.674 72.979 Liquide middelen 514.313 443.871 497.539 541.868 622.553 Totale Activa 887.599 796.581 835.414 895.154 961.237 2. Passiva 2.1 Eigen vermogen 2.1.1 Algemene reserve 470.098 469.829 454.321 471.345 521.980 2.1.2 Bestemmingsreserves publiek 236.069 236.069 236.069 236.069 236.069 2.1.3 Bestemmingsreserves privaat 762 1.032-588 -2.208-3.828 Exploitatieresultaat -17.126 15.403 49.015 61.506 706.929 689.804 705.205 754.221 815.727 2.2 Voorzieningen 69.019 5.991 28.906 38.550 42.151 2.4 Kortlopende schulden 111.651 100.786 101.303 102.383 103.359 Totale Passiva 887.599 796.581 835.414 895.154 961.237 2.2.2 FINANCIERINGSSTRUCTUUR De financiering van de school is in grote lijnen gelijk aan wat gebruikelijk is in het basisonderwijs. De belangrijkste bron van inkomsten komt van het Rijk. Deze is voor het grootste deel gebaseerd op het aantal leerlingen en de daarmee samenhangende budgetten. Deze toegekende bedragen zijn allemaal terug te lezen op de overzichten die het Rijk publiceert op de website van het CFI. De stijging van het aantal leerlingen heeft in het boekjaar vooralsnog een drukkend effect op de financiering gehad. De kosten van de grotere instroom worden door de T-1 structuur immers pas later vergoed, maar deze konden gedekt worden uit de reserve. De financieringsstroom vanuit het Weer Samen Naar School Samenwerkingsverband Opsterwad is met de invoering van Passend Onderwijs in augustus 2014 sterk gewijzigd. De voor Passend Onderwijs bestemde gelden worden vanaf augustus overgemaakt naar de VCSO. Met een deel van deze ontvangen gelden wordt het nieuw ingerichte zorgexpertise centrum it Buro in de Beetsterzwaag bekostigd. Het ministerie heeft een overgangstermijn van 5 jaar ingesteld om de scholen aan de nieuwe bekostiging te laten wennen. Scholen die er in de nieuwe situatie op achteruit gaan, bouwen in vijf jaar tijd deze te hoge bekostiging af en andersom krijgen de scholen die er op vooruit gaan de extra middelen ook pas over 5 jaar. Door deze verevening ontvangen de Friese scholen de eerste jaren nog niet het volle bedrag, maar loopt het bedrag de komende jaren langzaam op. De verwachting is dan ook dat de eerste twee jaar de inkomsten lager zullen liggen dan gebruikelijk was in het WSNS systeem. Als de verevening na 5 jaar is afgebouwd zal dit verschil naar verwachting zijn omgeslagen in een klein voordelig verschil. Door het wegvallen van de 2% regeling van Opsterland zal het positieve verschil voor onze situatie slechts marginaal blijken te zijn. Een duidelijk risico dat nu bij de scholen is neergelegd betreft het zogenaamde grensverkeer. Wanneer kinderen via onze school verwezen worden naar het speciaal basisonderwijs, dan wordt de bekostiging van de verdere basisschoolloopbaan van die leerling in de school voor speciaal basis onderwijs door ons betaald. Een risico dat de scholen in Opsterland besloten hebben collectief te willen dragen. Er zijn in het boekjaar 2014 geen subsidies verstrekt anders dan in de bestemming box, deze zijn in de bijlage verder verantwoord. Er is jaarlijks vanuit de ledengelden van de VPCO te Gorredijk een kleine opbrengst van naar schatting 2.000 euro aan private inkomsten. De school heeft geen beleggingen en werkt conform het vastgestelde Treasurystatuut. Voor de komende jaren ziet het beeld voor wat betreft de inkomsten uit de leerlingenstijging er goed uit, maar 38144 / 06IU 16 pcbs De Librije

de keuze voor groepen beneden de 24 leerlingen zal resulteren in een structureel tekort als de bekostiging door het ministerie niet naar boven wordt bijgesteld. De nieuwe middelen die na het overeenkomen van een nieuwe CAO in het vooruitzicht zijn gesteld, zullen zeker nodig blijken te zijn om ons groepenbeleid te kunnen voortzetten. 2.2.3 HUISVESTINGSBELEID De Librije is gehuisvest in een gebouw dat sinds de nieuwbouw in 1968 diverse malen een uitbreiding heeft ondergaan. Het ruime schoolplein biedt tal van bewegingsmogelijkheden zowel in de pauzes als tijdens de gymlessen. Het huidige energieverbruik binnen het gebouw heeft in 2014 de nodige aandacht gevraagd. Er is onderzoek gedaan naar de oorzaken van het almaar stijgende verbruik. Dit is nu tot staan gebracht en er wordt onderzocht in hoeverre het zelfs teruggedrongen kan worden. Opties om dit te realiseren zijn het verminderen van het aantal werkende servers in school en het beter afstellen van de verwarming en luchtbehandelingsunits en het mogelijk plaatsen van zonnepanelen. De school beschikt sinds 2011 over 11 lokalen en een inpandige berging voor het buitenspelmateriaal. Het buitenspel materiaal van de kleuters, de materialen van de tuinman en de afvalcontainers vinden hun plek in deze inpandige berging. Met deze laatste uitbreiding konden we de huidige 11 groepen goed huisvesten en de uitbreiding was daarmee precies op tijd gerealiseerd. Vanaf augustus 2014 is er een 12e lokaal nodig. De 12e groep is nu nog gehuisvest in het noodlokaal in de hal van de onderbouw. Op basis van het Bruto Vloer Oppervlak is er helaas nog geen recht op een verdere uitbreiding. Voor het cursusjaar 2015-16 wordt er gezocht naar een betere oplossing en overweegt het bestuur met interne aanpassing een 12e lokaal te realiseren. 2.2.4 MUTATIES VAN RESERVES/ FONDSEN/VOORZIENINGEN Het boekjaar 2014 was opnieuw een tekort voorzien van ruim 33.000. In de toelichting bij de begroting in het bestuursverslag 2014 is aangegeven dat deze situatie is ontstaan door de per 1 augustus 2013 ontslagen personeelsleden, aangezien de ontslagkosten naar verwachting niet door het Participatiefonds zullen worden vergoed. Er wordt momenteel door het Participatiefonds gewacht op een uitspraak van de Raad van State in een gelijksoortige zaak. Deze kosten zijn daarom nog niet gemaakt. Het operationele resultaat was in 2014 dan ook ruim 20.000,- positief ten opzichte van een begroot negatief resultaat van 33.000,-. De verborgen kosten voor de claim van het participatiefonds zitten voor ongeveer 30.000 in de begroting. Die mogen dus niet zondermeer als een voordelig saldo worden weggezet. Een ander deel van deze claim is verwerkt in het positieve resultaat 2013. Bij een negatieve uitspraak van de Raad van State, welke midden 2015 wordt verwacht, komt de gehele claim ten laste van de exploitatie 2015. Per 1 januari 2015 is de wet aangepast ten aanzien van het buitenonderhoud. De huisvestingsmiddelen die voorheen naar de gemeenten gingen komen nu rechtstreeks binnen bij het schoolbestuur. Dit houdt in dat we voor deze post op de nulstand beginnen. Echter, om het buitenonderhoud zoals nu gepland, te kunnen bekostigen, heeft het bestuur een aanvang gemaakt voor het opbouwen van een voorziening buitenonderhoud. Dat betekent dat er dit jaar een dotatie zal plaatsvinden vanaf 1 mei 2014 tot en met 31 december 2014 ten laste van de exploitatie van 2014 ten bedrage van 34.451. Door deze extra dotatie is er in 2014 sprake van een negatief exploitatie resultaat van ruim 20.000. Het verschil met de begroting is daarmee 10.000. Door de opname van de voorziening is de algemene reserve verlaagd en er een bedrag beschikbaar gesteld voor de voorgenomen verbouwing/ buitenonderhoud. Dit bedrag is niet uitgegeven maar verplaatst op de balans, zodat deze middelen kunnen worden gebruikt voor huisvesting. Zolang de middelen onderdeel zijn van de algemene reserve mag dit niet worden aangewend voor huisvesting gerelateerde investeringen. De voorzieningen zullen in de komende jaren langzaam verder worden opgebouwd op basis van de meer jaren begroting. Naar aanleiding van een risico analyse heeft het bestuur besloten om de reserve van de school te verdelen over drie banken, die allen voldoen aan de regelgeving die is opgenomen in het Treasury Statuut. Mocht onze huisbank, de Rabobank, in moeilijkheden komen dan is niet de hele reserve opeens in gevaar. 38144 / 06IU 17 pcbs De Librije

Staat / Raming Baten en Lasten Baten 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 3.1 Rijksbijdrage OCW 1.176.616 1.255.943 1.296.617 1.343.448 1.369.469 3.2 Overige Overheidsbijdragen 4.965 1.670 1.670 1.670 1.670 3.5 Overige Baten 62.171 46.820 45.470 46.470 45.790 Totale Baten 1.243.752 1.304.433 1.343.757 1.391.588 1.416.929 Lasten 4.1 Personele lasten 1.004.389 1.050.388 1.053.205 1.066.145 1.071.932 4.2 Afschrijvingslasten 30.616 37.371 38.360 42.564 53.106 4.3 Huisvestingslasten 107.222 93.450 92.450 92.450 92.450 4.4 Overige lasten 125.963 145.350 149.339 146.414 142.935 Totale Lasten 1.268.190 1.326.559 1.333.354 1.347.573 1.360.423 Saldo baten en lasten 24.438-22.126-10.403 44.015 56.506 5.0 Financiele baten en lasten 4.283 5.000 5.000 5.000 5.000 Bedrijfsresultaat 20.155-17.126-15.403 49.015 61.506 Door een dotatie voorziening huisvesting is het positieve operationele resultaat van ruim 20.000,- omgezet naar een negatief resultaat van ruim 20.000.- Zie voor een nadere toelichting van de exploitatie paragraaf 2.2.4 en/of hoofdstuk 3. Zoals beschreven in paragraaf 2.2.4 zal hoogstwaarschijnlijk ook een dotatie voorziening huisvesting worden gedaan in 2015. Het begrote resultaat 2015 zal hierdoor circa 120.000,- lager zijn dan hierboven vermeld. 2.2.5 OVERIGE ZAKEN In het verslagjaar zijn er geen incidenten geregistreerd in het kader van de sociale veiligheid tussen de kinderen onderling en in de relatie kind-leerkracht. De oplossingsgerichte werkwijze biedt voldoende handvatten om problemen in goede harmonie tot een oplossing te brengen. Deze werkwijze in combinatie met de christelijke normen en waarden en de symbolen van Fides worden in hoge mate preventief ingezet tegen ongewenst gedrag zoals pesten. Daarnaast zijn enkele meldingen van kleine ongevallen tijdens de schooluren, waarbij een kind naar de dokter moest. Deze zijn zonder verdere problemen afgehandeld. Het veiligheidsplan is in 2012 door een werkgroep uit MR, bestuur en directie volledig vernieuwd en met ingang van januari 2013, na instemming van de MR, vastgesteld door het bestuur. 2.2.6 RESERVES De vereniging handhaaft een algemene reserve om onverwachte kosten te kunnen dekken. Als éénpitter zijn we ondanks de schoolgrootte een kleine organisatie met redelijk grote risico s. De belangrijkste risico s zitten in het personeelsbeleid en ziekteverzuim. Ten aanzien van de risico s die voortvloeien uit het personeelsbeleid voor wat betreft ontslagen naar aanleiding van disfunctioneren, ziekte en arbeidsongeschiktheid en terugloop van het aantal leerlingen is een inschatting gemaakt voor de minimale buffer. De minimale personele reserve om onverwachte onkosten te kunnen opvangen is nog niet als zodanig vastgesteld, maar lijkt zich te ontwikkelen in de richting van een bedrag van 200.000. In de risico beheersing zitten nog de nodige mogelijkheden om maatregelen te nemen om de kosten snel in te dammen. Er zal een nadere risico analyse worden uitgevoerd met het instrument van de PO-raad om duidelijk te krijgen wat een verantwoorde ondergrens van het weerstandsvermogen zou zijn. 2.3 OVERIGE RAPPORTAGES 2.3.1 INTERNE RISICOBEHEERSING EN CONTROLE De interne beheersing van de processen binnen de vereniging is primair een verantwoordelijkheid van het bestuur. Het totale stelsel van functiescheidingen, autorisaties, andere maatregelen en procedures zijn zodanig vorm gegeven dat de controle en de uitvoering niet in dezelfde handen zijn. Met de inbedding van het systeem van interne beheersing vanuit deze lijn, draagt het bestuur zorg voor de monitoring van de interne beheersing en de naleving daarvan door de directie het administratiekantoor Onderwijsbureau Meppel. Het bestuur ziet actief toe op het beheersen van de processen door onder meer het (laten) uitvoeren van onderzoeken op de naleving van maatregelen en procedures. De directeur, ondersteund door een adviseurs van OBM bewaakt tevens de opvolging van de door de externe accountant, medewerkers van OBM en eventuele overige partijen gedane aanbevelingen op het gebied van interne beheersing. 38144 / 06IU 18 pcbs De Librije

Hierdoor kan sneller worden ingespeeld op mogelijke overschrijdingen van gedecentraliseerde budgetten. Voor 2015 worden op dit moment geen wijzigingen voorzien. Het bestuur is van mening dat het gehele stelsel van interne beheersing bijdraagt aan het rechtmatig en doelmatig realiseren van de doelstellingen van de vereniging. Er lopen momenteel geen juridische procedures en er zijn evenmin aanwijzingen voor fraude. Wel is het bestuur in afwachting van de behandeling van het bezwaarschrift aan het Participatiefonds. Het Participatiefonds heeft ons vergoedingsverzoek voor de ontslaguitkeringen afgewezen en daarop is door het bestuur bezwaar aangetekend. Er loopt momenteel een gelijksoortige zaak die bij de Raad van State ligt en ons bezwaar wordt aangehouden tot het moment er een uitspraak komt van dit hoogste rechtscollege. 2.3.2 RISICO S EN ONZEKERHEDEN In december 2013 heeft de inspectie haar laatste 2- jaarlijkse kwaliteitscontrole uitgevoerd. Deze korte controlecyclus was volgens de inspectie nodig aangezien de Librije geen eindtoets voor de opbrengsten aanlevert. De opbrengsten worden evenwel jaarlijks in een uitgebreide rapportage naar de inspectie teruggekoppeld. De inspectie constateerde dat het basisarrangement van kracht blijft. Met de goedkeuring van de door ons gebruikte SVT toetsen kunnen we vanaf 2015 weer op een goede manier opbrengstgegevens aanleveren. Mogelijk zal daarmee de 2-jarige inspectie cyclus niet meer nodig zijn. De financiering van het Passend Onderwijs wijst uit dat we voorlopig te maken krijgen met een terugloop in de financiën op het gebied van de extra zorg. Dit wordt veroorzaakt door het sinds augustus 2014 wegvallen van de extra inkomsten uit de 2% regeling van het Weer Samen Naar School beleid. Het expertisecentrum van Opsterwad kon daaruit goed worden bekostigd. Nu moet de bekostiging van it Buro onttrokken worden aan het budget voor extra ondersteuning worden onttrokken. Daarnaast is er nog het financiële risico van de doorverwijzing van kinderen naar het Speciaal Basis Onderwijs (=SBaO). De kosten van die doorverwijzingen bedragen ruim 4.200 voor de schoolloopbaan die dat kind in het SBaO doorloopt. Dit risico wordt gelukkig door alle Opsterlandse scholen van Primo en VCSO samen gedragen. Hierdoor heeft de verwijzing van een kind naar het SBaO beperkte gevolgen in de sfeer van 2 per leerling hetgeen voor onze school een extra kostenpost van ruimt 500 per jaar zou opleveren. De instroom van het aantal leerlingen lijkt zich voor de Librije ook de komende jaren nog positief te ontwikkelen. Op basis van de prognose van de gemeente van 1 oktober 2014 wordt tot 2018 nog een lichte stijging verwacht. 2.3.3 RAPPORTAGE TOEZICHT HOUDEND ORGAAN Het schoolbestuur is gesplitst in een dagelijks en een algemeen bestuur. Het dagelijks bestuur voert de bestuurstaken uit en het algemeen bestuur voert de toezichthoudende taken uit. De belangrijkste kerntaken voor de dagelijkse gang van zaken zijn door het bestuur gedelegeerd aan het dagelijks bestuur en de directeur van de school. Deze afspraken zijn vastgelegd in de bevoegdhedenmatrix-2011. Voor het goed uitvoeren van de bestuurstaken en de dagelijkse leiding van de school is er regelmatig overleg tussen de dagelijks bestuursleden en de directie. De directeur en het dagelijks bestuur rapporteren hierover in de maandelijkse algemene bestuursvergaderingen aan het algemeen bestuur, de toezichthouders. In de dagelijkse leiding van de school wordt de directeur bijgestaan door de interne begeleider onderbouw en de interne begeleider bovenbouw. Samen vormen zij het kernteam. De kernteamleden zijn iedere donderdag vrij geroosterd om deze functie naast de lesgevende taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Met de invoering van de functiemix zijn deze functies omgezet in een nieuwe LB functie Interne begeleider. In 2014 heeft het algemeen bestuur een intern toezichtkader vastgesteld. Dit toezichtkader is gebaseerd op de bevoegdhedenmatrix-2011 en gekoppeld aan het jaarplan van het bestuur, dat op zijn beurt is afgestemd met het jaarplan van de MR. In het verslagjaar hebben de toezichthouders de goedkeuring verleend op het Jaarverslag 2013. De meerjarenbegroting 2014-2017 en het meerjarig formatieplan zijn eveneens tijdig goedgekeurd en in werking gezet. Er is kennisgenomen van de analyse van de onderwijs opbrengsten op basis van het overzicht vanuit het SVT leerlingvolgsysteem. De actiepunten die voort kwamen uit het inspectiebezoek van december 2013 zijn in 2014 opgepakt in het jaarplan en deze zijn aan het eind van het verslagjaar nog niet helemaal afgerond. De toezichthouders hebben daarnaast diverse onderwerpen besproken tijdens de 11 bestuursvergaderingen. Ook is er kennis genomen van onderwijsinhoudelijke zaken zoals de presentatie van de werkwijze van de school bij het opstellen van een schooladvies voor de kinderen van groep 8. Tevens hebben verschillende toezichthouders klassenbezoeken afgelegd om kennis te maken met de dagelijkse gang van zaken in de school. De toezichthouders constateren dat de procedures overeenkomstig de afspraken zijn uitgevoerd en geen aanleiding geven tot specifieke correcties. 38144 / 06IU 19 pcbs De Librije

3 FINANCIËLE INFORMATIE 3.1 GEVOERD FINANCIEEL BELEID Er is sprake van een gezonde financiële situatie om het toekomstige voortbestaan van de school te garanderen. De in het verleden opgebouwde reserves zijn ondergebracht in de algemene reserve in een bestemmingsreserve personeel. Het bestuur streeft ernaar deze reserves in stand te houden en in bijzondere situaties hiervan gebruik te maken. Door de ingevoerde Lumpsum bekostiging nemen de financiële risico s toe. Dit geldt vooral voor eventueel stijgende kosten van een gemiddeld ouder personeelsbestand met mogelijkheden van BAPO verlof en andere personeelsmutaties. Uit de rente-ontvangsten en ledencontributie worden specifieke bestemmingen gefinancierd, zoals geschenken en attenties bij jubilea en andere gebeurtenissen en bijdragen voor bestuur, personeel en vrijwilligers van vorderingen en liquide middelen ruim voldoende om de kortlopende schulden te kunnen voldoen. De solvabiliteit is iets gestegen, en met een solvabiliteitsratio van 70,6% is het eigen vermogen ruim voldoende om de organisatie in geval van opheffing in staat te stellen aan haar financiële verplichtingen te voldoen. De kapitalisatiefactor geeft de verhouding aan tussen het geïnvesteerde vermogen ten opzichte van de totale baten. Dit kengetal signaleert of onderwijsinstellingen misschien een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. Hierbij wordt een bovengrens gehanteerd van 35% voor grote instellingen en 60% voor kleine instellingen. In bovenstaand overzicht is ook de kapitalisatiefactor weergegeven indien geen rekening wordt gehouden met het privaat vermogen. Het BG voldoet aan deze norm. Exploitatieresultaat 2014 3.2 ANALYSE FINANCIEEL RESULTAAT Algemene Ontwikkeling De personele bekostiging vanuit het ministerie is gebaseerd op de teldatum per 1 oktober en geldt voor het daarop volgende schooljaar. Uit de ontwikkeling van het aantal leerlingen blijkt dat er na oktober 2013 sprake is van een stijgend leerlingaantal. Vermogenspositie De kengetallen die iets zeggen over de financiële positie van de Vereniging zijn: liquiditeit, solvabiliteit en de kapitalisatiefactor, een nieuw kengetal. De onderneming is liquide bij een ratio van 1 of meer en de onderneming is solvabel wanneer het percentage hoger dan of gelijk is aan 30%. De liquiditeit geeft aan in hoeverre de vereniging in staat is om op tijd haar schulden te kunnen betalen en de solvabiliteit geeft aan in hoeverre de vereniging in staat is om in geval van liquidatie aan haar verplichtingen kan voldoen. Met een liquiditeitsratio van 5,41 is het totaal Er is sprake van een negatief exploitatiesaldo in 2014. Het resultaat is 12.000 positiever dan begroot. In 2014 heeft er een dotatie aan de voorziening buitenonderhoud plaatsgevonden. Dit heeft te maken met de doordecentralisatie van het buitenonderhoud vanuit de Gemeenten naar de schoolbesturen. Tot 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de nieuwbouw en de uitbreiding van schoolgebouwen in het primair onderwijs en voor het buitenonderhoud en de aanpassing ervan. Op 1 januari 2015 is de wet gewijzigd en zijn de verantwoordelijkheid en het budget voor buitenonderhoud en aanpassing overgeheveld van de gemeenten naar de schoolbesturen. Gemeenten blijven verantwoordelijk voor nieuwbouw en uitbreiding van schoolgebouwen. Een analyse van de huidige financiële situatie leert echter dat er sprake is van een, naar het oordeel van de Librije, gezonde financiële basis voor de toekomst van de school. In het verleden opgebouwde reserves, die op basis van toenmalige wetgeving specifieke doelbestedingen kenden, zijn thans ondergebracht in algemene reserves. Het bestuur streeft er naar deze reserves op een naar maatschappelijke opvattingen 38144 / 06IU 20 pcbs De Librije

verantwoord niveau te laten, conform de richtlijnen van de Commissie Don. Gezien de meerjarenbegroting, die voor de komende 4 jaar een klein negatief exploitatieresultaat laat zien, zullen deze reserves de komende jaren wellicht iets afgebouwd worden. Mede door de in paragraaf 2.2.4 genoemde tweede dotatie voorziening huisvesting zal het vermogen verder dalen en zal de post voorzieningen verder stijgen. Hiermee zijn middelen gealloceerd en wordt voldaan aan de richtlijnen van de Commissie Don. Baten vergoeding van het samenwerkingsverband (SWV) per 1-8-2014 is komen te vervallen ivm Passend Onderwijs. De overblijfvergoeding TSO zijn fors hoger dan begroot. Tenslotte bedragen de baten van Kentalis 2.068 en zijn niet begroot. Lasten De totale lasten zijn in 2014 ruim 8.000 hoger dan begroot. De personele lasten liggen per saldo 43.000 onder het niveau van de begroting. Het aantal fte's is in 2014 0,55 fte lager dan begroot. De salariskosten onderwijzend personeel zijn 30.000 lager uitgekomen dan het niveau van de begroting. De begrote salariskosten afkoopregeling 22.000 zijn niet gerealiseerd. De salariskosten ouderschapsverlof bedragen 7.600 en zijn niet opgenomen in de begroting. Tenslotte bedragen de kosten inhuur personeel 6.400 en zijn niet opgenomen in de begroting. De totale baten zijn in 2014 28.000 hoger dan begroot. Uit bovenstaande grafiek blijkt dat de vereniging in belangrijke mate afhankelijk is van de overheid ministerie en gemeente), te weten 94% en in mindere mate van de andere inkomsten. Bij inkomsten van de overheid spelen het aantal leerlingen een belangrijke rol. De Rijksbijdrage OCW is per saldo 26.000 hoger dan begroot. De rijksbijdragen liggen hoger ten opzichte van de begroting door een wijziging in de bekostiging als gevolg van de invoering van Passend Onderwijs, deze middelen bedragen vanaf 1-8-2014 10.795. Vanuit het Onderwijsakkoord zijn er extra middelen beschikbaar gesteld (bijzondere bekostiging personeel incidentele vergoeding arbeidsvoorwaarden 11,35 per leerling). De RV personeels- en arbeidsmarktbeleid is hoger uitgevallen door de effecten van deze akkoorden. Daarnaast is er 2014 groeibekostiging toegekend vanwege een stijgend leerlingaantal. Daarnaast ligt de subsidie jonge leerkrachten boven het niveau van de begroting. De niet geoormerkte subsidies hebben betrekking op de verlofsubsidie, vergoeding voor rugzakleerlingen en de prestatiebox. Ten opzichte van de begroting zijn deze gelden hoger ( 6.300) uitgevallen. Dit komt met name door hogere ontvangen vergoeding voor een rugzakleerling ( 4.778). De overige overheidsbijdragen liggen op het niveau van de begroting. Dit betreft de bijdrage van de gemeente Opsterland inzake tuinonderhoud ( 4.434). De overige baten zijn per saldo 4.200 lager dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de De overige personele lasten zijn per saldo ruim 14.000 lager dan begroot en dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de kosten woon-werk verkeer. Deze post was te hoog begroot. De kosten schoolbegeleiding zijn 6.000 hoger dan begroot. De kosten voor scholing en opleiding (klassenclinics, bewegingsonderwijs) zijn 5.720 hoger dan begroot. Verder dient vanaf 2008 ook een voorziening te worden opgenomen voor de kosten van jubilea van het personeel in geval van 25 jarig of 40 jarig dienstverband binnen het onderwijs. Dit is een in 2008 nieuw gevormde voorziening. De voorziening wordt opgebouwd voor het personeel dat langer dan 10 jaar in dienst is. Daarnaast wordt rekening gehouden met een blijfkans van het personeel. Op basis van dit uitgangspunt is de dotatie op de voorziening Jubilea 1.194. De afschrijvingslasten liggen onder het niveau van de begroting. De huisvestingslasten zijn 37.000 hoger dan begroot. De Librije heeft besloten om in 2014 een voorziening te vormen voor groot onderhoud. In de onderhoudsplanning wordt aangegeven welke onderhoudswerkzaamheden in de komende jaren aan de orde zijn, welke kosten daarmee zijn gemoeid en wanneer deze zullen plaatsvinden. In 2014 doteren aan 38144 / 06IU 21 pcbs De Librije